ik voel me "thuis-loos". Ontheemd. Vervreemd.
Er is veel gebeurd sinds dat laatste weekend. En tezelfdertijd is alles hetzelfde. De verandering zit in mij.
Daags na ons weekend samen vertrok Neil. Naar zijn land. Zijn familie. Zijn origine. Hij miste me, liet hij me weten. Zo vaak mogelijk contacteerde hij me, wanneer hij internet had. Stuurde me foto's. Filmpjes. Een ontspannen Neil. Een rust in hem die ik in België eigenlijk nooit zie. Ik zie het in zijn ogen, zijn houding, de sereniteit in zijn gelaat.
Na een week kwam hij terug. In de wetenschap dat ik 5 dagen later zelf zal vertrekken voor een week, zien we elkaar zo vaak mogelijk. Vrijen met een intensiteit die ik nooit voor mogelijk hield. Ik kan niet voor hem spreken, waar die intensiteit vandaag komt. Maar de mijne komt vanuit een gevoel van fataliteit...
Vandaag is het precies 3 jaar geleden dat we elkaar ontmoetten. 27 mei 2016 kwam ik thuis, van precies dezelfde plek waar ik nu ben. Een week vol tranen. De week waarin ik een definitieve streep trok onder het verleden. Calimero. Ik kwam thuis, en vond alles precies zoals ik het achterliet. Mijn stabiele thuis-basis. Het buurtfeest... de kids wilden absoluut gaan. Mijn wederhelft lag ziek op de zetel, dus ik had geen keuze. Alles had zo anders kunnen lopen, als hij niet ziek was geweest. Dan zou hij met de kids gegaan zijn, en ik zou ... de waarheid is dat ik me op het huishouden gestort zou hebben. Dat ik de rommel die zich gedurende 5 dagen had opgehoopt zou geordend hebben. Wassen. Strijken. Met het geluid van het buurtfeest op de achtergrond.
Maar ik stap dat pleintje op, groet de buren, praat over de kids, dat ze toch zo groot geworden zijn. Vraag hoe het met de gezondheid van iedereen gaat. Ik drink een glaasje, maar niet te veel. En dan... ontmoet ik Neil. Hij stelt me zijn dochter en schoonzoon voor, mijn achterburen, zo blijkt. Zijn echtgenote. En we praten... we blijven praten. Over zijn afkomst, zijn werk, mijn werk, bier, onze gemeente, de studies van zijn dochter. We praten, passionneel. We kunnen niet meer stoppen met praten. Subtiele aanrakingen: een hand op zijn onderarm, zijn hand op mijn onderrug wanneer hij zich naar me toebuigt om me iets te zeggen, boven al het lawaai uit.
Ik wil dat er geen einde komt aan de avond. Het is een warme lente-avond. Tegen middernacht ruimen we op. Ik nodig hen allevier uit voor nog een laatste biertje in onze tuin. Zijn dochter en echtgenote willen gaan slapen. Neil en zijn schoonzoon besluiten om op de uitnodiging in te gaan. Iedereen vertrekt, en op de korte tijd dat zijn schoonzoon iedereen goedenacht wenst, lopen Neil en ik al onze tuin binnen. Het is donker. Wanneer we bij het huis aankomen, stelt Neil me eenvoudigweg de vraag "wil jij mijn maitresse zijn?". Hij heeft gedronken, anders zou hij de vraag nooit hebben gesteld, zal hij later zeggen. Een jarenlange wens, het hebben van een maitresse... en dan ontmoet hij mij. Hij zegt iemand te willen die er "enkel voor hem is". Hij zegt iets te willen dat "enkel van hem is".
De rest is gekend. We zijn 3 jaar later. Hoogtes en laagtes. Ik tracht mezelf lang te beschermen tegen te veel gevoelens, door escape rooms. Intussen besef ik dat het zinloos is, en me enkel schuldgevoel oplevert. De jacht is leuker dan de vangst. Dit wordt verondersteld het gevoel van de man te zijn, maar zo voel ik het. Het is leuk, het idee... het uitdagen... de fantasie. Maar de realiteit is dat ik Neil trouw wil zijn.
Toch besef ik dat ik niet kan zijn wat hij wil. Tegelijkertijd word ik er steeds beter in. In zijn wat hij wil. Hij probeert een tweede eega te creëren, maar dàn eentje die seksueel vrijgevochten is. Eentje met wie hij zijn fantasieën kan, mag en durft delen. Eentje met wie hij dromen durft uitproberen, grenzen opzoeken. Maar wél een versie van zijn eega. Mijn haar moest iets langer. Mijn gekke gekleurde maffe shorties moesten vervangen door slipjes met kant. Tijd om aandacht te schenken aan mijn nagels: iets langer, een kleurtje erop. Liefst een rode tint, al dat geëxperimenteer met groen of blauw vindt hij maar niets. Opnieuw tv kijken, of een film. Stoppen met plannen, en hem volgen. En iedere keer weer... de verwijzing naar zijn eega. Een manicure "zoals haar". Het haar een beetje langer, niet zo maf met piekjes "zoals haar... ik knip haar haar zodat het perfect is zoals ik het wil. Waarom mag ik het jouwe niet knippen?". Tijdens de nachten bij hem thuis zag ik haar ondergoed rondslingeren... slipjes met kant... of wat dacht je? Maar de enkele keer dat ik alludeer op deze theorie naar hem toe, blokkeert hij me in mijn reflectie. Noemt me jaloers. Dus: ik zwijg.
En toch... het is allemaal voorwaardelijk. Vlak voor we afscheid namen na ons weekend samen, viel het verdict. Er zijn 3 verboden woorden. 3 woorden die ik niet mag uitspreken, of alles is voorbij. 2 van de 3 sprak ik al uit. Wàt dat derde woord dan wel is, of wat de eerste 2 ook maar waren... dàt is zijn geheim.
Dus ik zwijg. Weeg mijn woorden. In het besef dat ik onvermijdelijk ooit in de fout zal gaan.
Wat er dàn zal gebeuren? In het begin zou ik geantwoord hebben: "het is gedaan". Maar intussen denk ik dat er niéts zal gebeuren. Een fikse ruzie, dàt wel. Dreiging dat het gedaan zal zijn, ongetwijfeld. Nog meer dreiging... een dreiging waar ik al zo lang mee leef.
Als ik héél eerlijk ben met mezelf, moet ik toegeven dat ik spijt heb dat ik 3 jaar geleden naar dat buurtfeest ging. Wat je nooit gekend hebt, zal je ook nooit missen. Moest ik terug kunnen gaan in de tijd, dan zou ik thuis blijven. Misschien zou ik iemand anders ontmoet hebben, misschien niet.
Neil staat voor mijn toppen, maar ook voor mijn dalen. Of doe ik mezelf die laatste dan echt zélf aan, zoals hij steeds weer zegt? Kon ik het leven maar zo eenvoudig opnemen als hij het doet. Als hij het lijkt te doen. Want het probleem is: ik geloof hem niet. Ik geloof dat hij hetgeen wat ik voel, durf te voelen, gewoon wegsteekt. Het verschil tussen Neil in België en Neil bij zijn ouderlijke familie is zo duidelijk. Ik geloof hem niet wanneer hij me zegt dat hij alles heeft wat hij wil. Dat zijn gezin perfect is.
Ik heb nooit een struisvogel willen zijn. Maar door zijn voorwaarden, "l'amour conditionnel" (al mogen we het woord liefde niet uitspreken trouwens), word ik verplicht me zo wel te gedragen...
|