Al jarenlang ben ikzelf mijn eigen grootste vijand. Elke fout, elke misrekening, elke vorm van twijfel, elke vorm van falen speelt door m'n hoofd, opnieuw en opnieuw en opnieuw. Elke verbroken belofte, elke verloren dag, elke gemiste kans zorgt dat ik met afkeer terugkijk op een leven waarin ik helemaal niks in bereikt heb.
Het leven kan vreemd zijn, goed en slecht op zoveel verschillende manieren, maar op termijn ontdek je dat de dingen niet altijd zijn zoals je denkt dat ze zijn. Als kind bijvoorbeeld, was ik bang voor het donker, nu nog trouwens. Maar nu ben ik vaak ook bang voor het licht, bang om het licht in te stappen, om méér te worden...
Het is moeilijk om mijn pijn te laten gaan, omdat het altijd de enige constante in mijn leven is geweest. Vergeving is de deur ontgrendelen en jezelf vrij laten, wetende dat je gevangene én bewaker was, tegelijk. Echte kracht bestaat erin om jezelf recht te houden op een moment dat niemand het je kwalijk zou nemen als je vallen zou... Soms lijkt het leven me niet alle antwoorden te willen geven omdat het wil voorkomen dat ik alweer gekwetst word of mezelf kwets.
Iemand zei me ooit : "God beloofde ons geen dagen zonder pijn, geen gelach zonder verdriet, geen zon zonder regen, maar hij beloofde ons wel kracht voor de pijn, troost voor het verdriet en licht tijdens donkere dagen."
Te vaak kijk ik naar anderen, en vergelijk ik mezelf met hen. Op zo'n momenten voel ik als het ware pijlen door m'n hart gaan, al de pijn waarvan ik zo hoop dat ze ooit verdwijnen zal. Op zo'n momenten verlang ik naar een persoon die me toefluistert dat alles wel goed komen zal. Want er zijn zoveel dingen die ik niet begrijp. Waarom mensen moeten liegen, of beloftes maken waaraan ze zich niet houden. Of waarom niemand mijn angsten, mijn pijn ziet, en een hand reikt naar me. Waarom mensen niet zien wat er zich onder hun ogen afspeelt, waarom ze oppervlakkigheid verkiezen boven diepgang.
Soms hou ik mijn affectie voor mezelf, en druk ik mijn gevoelens niet uit in woorden, en soms vind ik geen woorden om mijn gevoelens uit te drukken, gevoelens van pijn of angst die niemand begrijpen zal. In plaats daarvan word ik stil, sla ik dicht.
Zo vaak voel ik me verdwaald, verdwaald in mijn eigen leven en in de maatschappij. Alsof ik lig rond te drijven tot mijn leven zin lijkt te hebben, en het me de juiste richting aanwijzen zal. Er is ruwheid en verwondering in het leven.
Het hart heeft redenen waarvan de rede niks afweet, zegt men weleens.
Terwijl ik met blote voeten door het gras vol ochtenddauw wandel, besef ik dat ik mezelf nooit toe zal laten het geluk vast te houden. In plaats daarvan verkies ik vaak te blijven hangen bij mijn verdriet, en bouw ik een veilige zone in, waarin ik geen anderen toelaat. Want hoe luid ik ook praten zou, niemand zou me écht horen.
Vaak kijk ik mijn demonen recht in de ogen, en denk ik : "vooruit, vernietig me maar..." Ik heb de hel al vaak genoeg gezien, het lijkt een vertrouwd plekje geworden te zijn. Ik heb geen schrik om te sterven. Hoeveel mensen lopen zonder ze het beseffen dood rond ?
Zal ik me altijd zo voelen ? Zo leeg, zo vervreemd ?
|