Eén woord van zijn lippen kan wonderen doen. De blik in zijn ogen kan de kleur van mijn dag veranderen van zwart naar helderblauw. De dingen die hij is, en de dingen die hij niet is, ik wou dat ik ze allemaal was. Mysterieus en zo klaar als een klontje. De eb en de vloed. Wind en windstilte. De aarde en de lucht. Als het vriest in mijn hart ontdooit hij het en vult het met warmte. In zijn ogen breekt de zon door. Met hem in mijn hoofd, verveel ik me nooit. Hij is onweerstaanbaar. Hij is de lentezon op mijn huid en de zomerregen. Onvoorspelbaar. Hij zegt me gewoon wat hij vindt. Hij is de zon en de maan. Hij is het beste van allebei. Hij maakt me sterk. Hij weet mijn boosheid, verdriet of weerstand te weerleggen als ware het niets.
Zonder hem is er een leegte van alleen. Als ik hem dan oproep in gedachten, ben ik heel veel beetjes blij.
Ik sluit m'n ogen, heel even. Zou hij me vragen hoeveel ik van hem hou, wat antwoord ik dan, eerlijk ? Ik zou nog van hem houden als de appelbomen vergeten waren te bloeien. Ik zou nog van hem houden als rozen geen zoete geur meer hadden. Ik zou nog van hem houden als dichters niets meer hadden om over te rijmen.
Hij beoordeelt me niet, hij veroordeelt me niet. Om niet één beslissing die ik maak. Of om de beslissing die ik niet maken kan. Hij begrijpt me, meer dan eender wie.
Ik ben hem, hij is mij...
Maar dit is en blijft voor eeuwig een droombeeld, een utopie... En terwijl ik dit herlees besef ik meteen hoe melig ik bezig ben... Ik lijk wel een schlager aan het brouwen... :-)
|