Heel in de verte hoor ik het toeteren van auto's. Lunchtijd, zonder eetlust, dus typ ik maar wat flarden gevoelens van me af, ik prak er vanavond vast nog wel één en ander tussen...
Ik zag hem, deze ochtend. Alsof er helemaal geen vuiltje aan de lucht was. Maar m'n binnenste huilde. Ik stapte uit z'n wagen, alweer niet goed wetende wat te verwachten. Geef me een strohalm en ik klamp me er aan vast. Hij reed van me weg, en ik vertrok. Zodra ik de autostrade opdraaide waren ze er : eindeloos veel waterlanders, veilig verborgen van de buitenwereld, enkel voor mezelf. Vrijwel de hele dag overvielen ze me. Zelfs toen R. s'avonds even met me belde om te checken hoe ik het stelde. Ik probeerde hem te vertellen wat ik voelde en barstte weer in tranen uit. Want de hele godganse dag heb ik alle mogelijke pistes bewandeld. Om uiteindelijk steeds weer terug te keren bij de enige oplossing : emotionele vereenvoudiging (ik lijk Van Quickenborne wel:-)) Ik denk aan hem, wandelend tussen mensen, pratend, lachend. Was hij maar hier. Hier, waar ik alleen ben en me ongelukkig voel. Ik zie hem voor me, buiten. In een vuile broek, met z'n overhemd slordig eruit, genietend. Ik zou willen zeggen : wees voorzichtig, en tot straks. Maar in de beangstigende realiteit verdrink ik. Ik ben alleen. En ik weet : een dag zonder hem kun je geen dag meer noemen.
Zal ik hem zo missen dat ik niet van de lente zal proeven ? Ik vervloek mezelf omwille van m'n dromerij, en besef eens te meer dat dromen het veiligst zijn opgeborgen in een doosje. Ik had dit doosje niet mogen openen, want het terug moeten sluiten doet me zoveel pijn.
Ik voel me suf, uitgeblust en vol in scherven gevallen droombeelden. Zodra ik mijn ogen opsla is het onzichtbare me ontglipt. Dan zie ik wat ik zie : herinneringen aan wat ik zag. En al wat ik nog zien zal zullen louter herinneringen blijven.
De insomnia waarmee ik nu te kampen zal krijgen is een fase waar ik door moet, waar ik voorheen al door ging. De geschiedenis blijft zich herhalen. De neerwaartse spiraal van het leven. Heruitzendingen van slechte programma's, met geen andere mogelijke kanalen. Ach, voor zover we weten, komt er misschien geen morgen...
Nu pas merk in de flyer op die tussen m'n ruitenwissers is gestopt. Geen zin om uit te stappen, dus wis ik hem wel weg. Hops. In een laatste glimps zie ik er in grote letters "solidariteit" op prijken. Vast weer een inzamelactie. Maar over solidariteit gesproken, wat is solidariteit ? Ik herinner me nog de lessen sociologie van wat jaren geleden. Een discussie omtrent de term. Om uiteindelijk te horen te krijgen dat solidariteit een door mensen gedeeld gevoel is dat ze bij elkaar horen. Wel, dan vraag ik me nu wel even af wanneer er iemand solidair met me zal zijn; hoor bij mij zoals ik bij jou hoor...
De afgelopen maanden... overweldigt door vreugde, diep in mij lachte de hemel. Ik liep zingend door de wereld, blakend van levenslust. Ik proefde van het leven, en het smaakte me. En leek totaal vergeten hoe bedroefd ik was. En terug ben, want liefde veroorzaakt pijn en vertelt sprookjes. Intense gevoelens. Het voelde zo goed aan, en dat had alles met hem te maken. Hij keek recht door me, helemaal tot in mijn ziel. Het beangstigde me maar was zo verslavend.
Natuurlijk had hij z'n gebreken. Maar hij was op zijn manier ontzettend mooi, met z'n houding en z'n pretoogjes. Hij voelde me zo goed aan, dat ik dacht : deze man kan het niet schelen dat ik dik en lelijk ben, of dat ik in feite heel erg dom ben, want hij ziet zo door al die dingen heen. Hij ziet wie ik echt ben, en neemt me als dusdanig. Niemand keek me eerder zo diep in de ogen, en ik voelde me intens gelukkig. En tegelijk kreeg ik het gevoel dat ik ontzettend te kort schoot. Dat heb ik altijd al gedaan, maar mijn droomwereld weerhield me van die gedachte.
Ik mag van niemand nog iets verwachten. Als je niets van niemand verwacht word je nooit teleurgesteld.
|