Je zou toch kunnen zeggen dat ik de mooiste tijd van mn leven meemaak. Twee prachtige dochters, een stiefdochter en -zoon waarmee ik zon goede band heb dat ik de stief er gewoon aflaat en een bezorgde man die me intens graag ziet. Een eigen huis, met een zalig groene tuin. Er wordt gezegd dat ik er niet slecht uitzie, hoewel ik het daar vaak niet mee eens ben. Klaarblijkelijk ook nog een IQ waarmee ik alles zou moeten aankunnen. Wanneer ik solliciteer verkoop ik mezelf zo goed dat ik uiteindelijk altijd al de vrijheid gehad heb zelf de job uit te kiezen die ik wil doen. Ik geef toe, ik maak dan niet altijd de meest verstandige keuze, ik ben een gevoelsmens, ik leef en handel op mijn gevoel, en vergeet af en toe het rationele aspect. Maar al bij al, mensen denken vaak dat ik de wereld onder controle heb, dat ik alles voor elkaar heb.
En toch. Toch heb ik helemaal niks voor elkaar, ik heb mezelf niet eens in de hand. Ik pendel maar heen en weer, van het ene korte blije gevoel naar het volgende slechte gevoel. Ik wacht af, altijd, tot wanneer het weer zal toeslaan. Ik voel me vaak heel leeg, als het oog van een wervelwind, gevangen in het midden van de omringende drukte. Ik voel mezelf dan ineenschrompelen tot er niks meer overblijft, misschien nog net een gaatje in de grond. Ik heb het gevoel dat ik steeds kleiner word, steeds eenzamer, wegrazend van het licht. Ik heb niet het flauwste besef waar ik ben in mijn leven, en nog minder waar dit leven heen zal gaan. Waartoe zal dit alles leiden? De stilte bedrukt me en verrukt me tegelijkertijd. Ik ben vuur en ik ben regen. Ik ben een vat vol tegenstrijdigheden. Het ene moment sta ik met beide voeten in het leven, en geniet ik, terwijl ik me even later niet lekker voel omdat ik niet sterf, of zo zenuwachtig dat ik niet eens slapen kan. Ik ben afzichtelijk. Ik voel me niet thuis in deze wereld, ik voel me meer thuis tussen de dode hoofden. Het leven is mijn doem, ik ben diep gevallen en al zo lang onderweg. Ik begraaf pijn in mijn ziel. Ken ik het leven nog? Ken ik mezelf ? Zijn er andere soorten van leven? Ik pieker me suf. Ik ben zwak, en terwijl anderen verder gaan, geef ik me over. Ik heb zoveel moeite om binnen de maatschappelijk opgelegde normen te blijven. Keer op keer wordt ik neergestoken, zonder ademruimte gegund te worden, zonder ophouden, zonder consolidatie.
Gruwelijk dwaas ben ik. Kom maar niet dichter, heb geen vertrouwen in mij. Dit is het verhaal van mijn leven. Dit is het verhaal van mijn dwaasheden. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
|