DE CINNAMON EEN BUITENBEENTJE ONDER DE POSTUURVOGELS
Iedereen kent wel de cinnamon postuurkanarie, hij komt bijna voor bij elk soort vanpostuurkanaries. Als kleur op zich een zeer mooie verschijning, al verschillen smaken natuurlijk. Het warme bruin doet ons denken of associëren we met chocolade, chocolade melk of met de bruine knuffelbeer die we als kind koesterden. De naam cinnamon of in het Nederlands kaneeldoet ons denken aan heel wat lekkers, denk maar aan speculaas of gebakken appeltjes met kaneel, alles wat zoet moet zijn smaakt beter als men de suiker mengt met kaneel.
En toch heeft de cinnamon kanarie bij liefhebbers soms een slechte naam, er worden hem allerlei slechte invloeden verweten. Wat de kleurslag wel als voordeel heeft is de invloed op de zachtheid van de pluim maar is dit altijd wel een voordeel?
Als ik het verslag lees op de site(alssemaglosters.nl/) van de heer René Alssemaeen gekende gloster kweker uit Nederland, zijn de vooroordelen misschien niet terecht. In dit verslag verteld hij over zijn 40 jarige ervaring met de kweek van de cinnamon glosters, hij heeft alle vooroordelen proefondervindelijk uitgeprobeerd maar heeft ze allen naar de vuilbak verwezen. Hij stelde enkel maar vast dat de kleur cinnamon een goede kuif, glans en veer geeft en dat procentueel er meer goede glosters komen uit de kleur bruin dan uit groen
Wat is nu juist die kleur cinnamon of kaneel, de kleur van deze specerij verklaart waarom men deze vogel zo ging noemen. En ook al willen sommige Engelse kwekers ons laten geloven dat het iets anders is dan het bruin bij de kleurkanaries moet men vaststellen dat er in de verervinggeen verschil zit, dus lijkt het mij wat ver gezocht. Zoals met het Bordergeel waar ze ook beweren dat dit anders is dan bij de kleurkanaries, dit lijkt me meer op het warm water nog eens te willen uitvinden. We kunnen dus best over een bruine kanarie spreken niets meer of minder.
Anders dan de vetstof kleuren welke cultuur mutaties zijn en hun ontstaan danken aan een geel pluimpje te veel bij een groene kanarie, waarna de snuggere kwekers dit cultiveerdentot de eerst bonte kanaries, en later tot de volledige gele kanaries. Is de bruine kleur het gevolg van een sprong mutatie, een plotse kleurverandering in het nageslacht bij de kweek van groene kanaries. En zoals gewoonlijk bij mutaties is deze kleurverandering het gevolg van iets wat ontbreekt, zo ontbreekt bij de bruine kanarie het gen dat er voor zorgt dat het Eu melanine oxideert tot zwart. Wat is nu het gevolg van deze mutatie kleur? Om dit beter te verklaren eerst een woordje uitleg over de pigmentatie bij kanaries. Bij de klassiek gepigmenteerde kanaries doen de verschillen van kleur zich voor door het meer of minder bezitten, of het anders liggen van twee pigmentvormen in de bevedering.
De eerste pigmentvorm is Eu melanine de kleur hiervan kan gaan van heel donker bruin tot zwart en komt vooral voor in de dekveren. Een tweede pigmentvorm is het phaeomelanine dit is bruin en bevind zich in bijna alle veren. Bij de mutatie kleur bruin belet er een factor dat het Eu melanine oxideert tot zwart, hiermee word het zwart omgezet naar bruin. Dit alles maakt dat er een warme kleur bruin ontstaat.
De vererving van de kleur bruin gebeurt geslachtsgebonden dit wil zeggen dat de kleur vastzit aan het X-chromosoom waarvan de man er twee bezit en de pop een. Daar de pop maar één X-chromosoom bezit kan ze niet split zijn voor geslachtsgebonden factoren, ofwel bezit ze de factor bruin, en dan is ze bruin, ofwel bezit ze hem niet en is ze groen of blauw en kan ze ook geen bruin doorgeven. De man bezit twee X-chromosomen dit wil zeggen dat hij split kan zijn voor verschillende geslachtsgebonden factoren. Voor dat hij de factor bruin kan laten zien moet hij deze dubbel meekrijgen van uit het ouderkoppel, zowel van de pop als van de man. Dit verklaart ook waarom men uit een bruine man x blauwe of groene pop wel bruine popjes kan kweken maar geen mannetjes, bij de bevruchting geeft de man 50% erfelijk materiaal door en de pop ook 50%. In het deel van de man komt dan één X-chromosoom met een factor voor bruin mee, en aangezien popjes maar een X-chromosoom bezitten en de factor bruin hier aan vast zit zijn ze bruin. De mannetjes krijgen ook één X-chromosoom met een factor voor bruin mee maar moeten er twee bezitten voor ze bruin kunnen laten zien dus zijn ze blauw of groen, maar bezitten één X-chromosoom met de factor voor bruin dus zijn ze split voor bruin.
Enkele voorbeelden van koppelingen met bruin en hun uitkomsten:
MAN= BRUINXPOP=BRUIN
ZONEN EN DOCHTERS ZIJN BRUIN
MAN = BRUINXPOP= GROEN OF BLAUW
ZONEN ZIJN GROEN / BLAUW EN SPLIT VOOR BRUINDOCHTERS ZIJN ZILVER OF GOUDBRUIN
MAN= GROEN / BLAUW SPLIT BRUINXPOP = BRUIN
ZONEN ZIJN BRUIN OF GROEN / BLAUW SPLIT VOORBRUINDOCHTERS ZIJN BRUIN, GROEN OF BLAUW
MAN= GROEN / BLAUW SPLIT VOOR BRUINXPOP = BLAUW OF GROEN
ZONEN ZIJN GROEN OF BLAUWOF GROEN / BLAUW SPLIT VOOR BRUINDOCHTERS ZIJN BRUIN, GROEN OF BLAUW(er nog bij vermelden dat uit deze laatste koppeling niet alle mans split zijn voor bruin, voor de andere koppelingen zijn wel alle mans split voor bruin)
Enkele weetjes over bruin
Bij het kweken van vetstof kleurkanaries is een bont vlekje nooit ver weg, gewoonlijk is dit zwart van kleur maar als er zich ooit een bruin vlekje voordoet, of men ziet in het nest een jong met lichtere ogen in zijn eerste levensdagen welke later weer verdwijnen, moet men deze vogeltjes koesteren als een diamant? Waarom denkt u!! wel om de eenvoudige reden dat deze vogel een zachte pluim heeft, eigen aan de bruine kleur. Vooral de slimme kwekers van recessief wit weten deze eigenschap te waarderen, het geeft hun vogels die zijden pluim zoals bij de goudvink.
Als men plots de kleur cinnamon ziet opduiken in zijn bestand van postuurkanaries en men bezit geen vogels met deze kleur, dan kan men er zeker van zijn dat er zich mans onder bevinden die split zijn voor cinnamon . Men kan er ook zeker van zijn dat deze vogel met de kleur cinnamon een popje zal zijn, dit kan ook niet anders omdat de splitvogel maar één X-chromosoom heeft waar de factor bruin aan vastzit en een popje er maar een nodig heeft om cinnamon te zijn.
Kan men dit nu uiterlijk zien aan een vogel of hij split is voor cinnamon? Ik hoorde al meermaals dat een split vogel in zijn eerste levensdagen rode ogen heeft, en dat op latere leeftijd men dit nog kan zien als men hem in de zon plaatst? Niets is minder waar, als er jongen in het nest liggen met rode ogen van koppels die cinnemon verervend zijn, en men stelt later vast dat het gewoon gele of witte vogels zijn en er van cinnamons geen spraak is wat dan? Dan zijn dit split vogels voor cinnamon denkt men al te vaak. Neen, het zijn geen split vogels maar wel volwaardige cinnamons, enkel kunnen ze dit niet laten zien omdat ze zuiver vetstof zijn. De factor voor bruin kan zich enkel maar laten gelden daar waar pigment aanwezig is in de bevedering of in de ogen. Ook in de ogen gaat de mutatie voor bruin de oxidatie naar zwart beletten vandaar de lichtere ogen, alle cinnamons bezitten lichtere ogen, en alle splitvogels voor cinnamon bezitten donkere ogen.
WAAROM
Na deze hele boterham over de cinnamon kleur bij de postuurvogelskan men wel raden waarom ik mij in deze materie ben gaan verdiepen en welke ik de mooiste kleur vind bij de Belgische bult. Ik weet wel dat de kleur van ondergeschikt belang is voor de bult en dat ik mij niet mag laten leiden of misleiden door deze voorkeur bij de selectie van men kweekkoppels. Bij de opstart van deze kleurslag kan ik wat toleranter zijn bij men keuze, maar uiteindelijk moeten ze van even goede kwaliteit zijn als alle andere kleurslagen. Dat dit een hele opgave is weet ik, temeer daar er bijna geen bultjes voorhanden zijn in deze kleur maar ja uitdagingen maken het leven boeiend nietwaar.
Nu de kweek bij de meeste liefhebbers al een stuk is gevorderd kunnen we bijna de balans op maken over hoe de resultaten zijn voor het kweekjaar 2012. Het is geweten dat wanneer de eerste ronde voorspoedig verloopt en veel jongen oplevert de kweek over het algemeen goed is. De jongen van de tweede ronde zijn dan een surplus, en een derde ronde is meestal niet meer nodig. Juist andersom kan ook, als de eerste ronde wat minder is kan een goede tweede ronde nog veel rechtzetten. Als eerste en tweede ronde tegen vallen zal een derde ronde de zaak ook niet meer kunnen redden, aangezien uitgeperste dweilen zelden nog wat opleveren.
Bij het horen van de commentaren aangaande de kweekvan meerdere liefhebbers was een veel voorkomende opmerking dat het niet zo goed gaat. Dikwijls was de tweede opmerking de mogelijke oorzaak van de slechte kweek. De oorzaken van slechte kweek waren van allerlei pluimage, gaande van het slechte weer tot verdenkingen van kwaadwillige opzet van de vogels ten aanzien van de liefhebber. Dat de popjes het vooral moesten ontgelden is te verstaan, van niet willen leggen van eieren over niet willen voederen tot madammen die enkel maar een nest maken om hun gat te warmen waren de meeste opmerkingen. Hoe was die tekst ook weer van Willem Vermandere MET DE WIJVEN NIKS DAN LAST Ik moet gaan geloven dat hij ook kanaries kweekte toen hij dit lied van tekst voorzag.
Zonder hier de filosoof uit te hangen durf ik stellen dat de grote schuldige in dit alles de liefhebber zelf is natuurlijk. Ik geef een vb. Kweker A geeft het slechte weer van de voorbije periode aan als grootste reden bij het mislukken van zijn kweek. Eerst was het warm in maart en dan weer koud en te nat in april, dit zorgde er voor dat de vogels van slag werden gebracht met een slechte kweek tot gevolg. Als dit de oorzaak zou zijn wat ik betwijfel dan moet dit voor iedereen in België zo zijn, het weer is voor iedereen het zelfde denk ik. Als dit de oorzaak echt is moet deze liefhebber dringend iets veranderen aan zijn kweekkamer zodat het weer geen invloed meer heeft op zijn kweek, door het plaatsen van verwarming en een ont- of bevochtiger kan men alles in de kweekkamer goed sturen denk ik. Dus wie is dan de schuldige van dit alles ??? juist ja de liefhebber zelf.
Er is geen garantie dat een goed kweekjaar automatisch zorgt voor nog meer van dat, of dat men het dan weet of kent. Dit jaar was goed bij mij maar het kan volgend jaar totaal anders zijn, en dan sta ik ook aan de Klaagmuur natuurlijk. Maar ik zal nooit de schuld bij de vogels gaan zoeken, maar vooral bij mezelf en me afvragen wat heb ik nu weer mispeuterd.
Een vogel die we tot kweken willen overhalen zal enkel zijn instinkt volgen en dit zegt hem dat hij voor de instandhouding van zijn soort moet zorgen niets meer of niets minder. Het is nu wel zo dat wij als kwekers van postuurkanaries ons vooral bezig houden met het kweken van een rariteitenkabinet onder de kanaries.
Aan de winnaar van een kampioenstitel of dit nu rond de kerktoren is of op een wereldkampioenschap vraagt men nooit hoe die vogel is gekweekt. Dit is ook niet van belang als men het spel speelt en men wil winnen doet men wat nodig is om het te winnen, of dit nu met pleegouders is of met medicatie dit is allemaal bijkomstig. De winnaar heeft altijd het gelijk aan zijn kant.
Ook is het dikwijls zo dat hoe hoger de kwaliteit van de vogels hoe moeilijker te kweken, en hoe minder toegevingen bij de kweek of bij het vormen van de koppels hoe moeilijker dat kweken is. Men kiest dikwijls bewust of onbewust voor kwaliteit of kwantiteit. Ook is een goede of slechte kweek niet af te lezen aan het aantal jongen dat men elk jaar kweekt maar wel aan de kwaliteit van deze jongen.
Vergeet ook maar de theorie dat men bij de uitbouw van zijn stam moet trachten van zowel een goede kwaliteit als een perfect kwekende vogel te bekomen dit is praat voor de boekskes. Als men dit nastreeft zoekt men naar gemiddelden tussen beiden. Iets wat gemiddeld goed is zal nooit de top bereiken of in iets uitblinken enkel in gemiddeld zijn. Wat wij zoeken in onze hobby zijn de uitblinkers die ver boven het gemiddelde uittornen. Zelden zal men deze twee factoren aantreffen in dezelfde vogel, met de perfect kwekende vogel kan men geen punten winnen, op het keurbriefje is deze rubriek niet voorzien. Met de perfect kwekende vogel zijn resultaten of nakomelingen staat men al snel bij de opkoper waar men blij is dat hij ze wil aannemen.
Zo ziet men maar dat alles relatief is als men spreekt over goede of slechte kweek, en bedenk dat wat zeer goed was gewoonlijk vervolgd met wat minder en wat zeer slecht was met wat beter.
Genoeg over de kweek hij is voorbij, voor mij is er al een nieuwe periode aangebroken namelijk de eerste voorbereiding op de shows. De TT-kooien zijn van stal gehaald en de eerste 25 jongen bevolken ze nu. De eerste 5 dagen mogen ze wennen aan deze kooi, ze worden bij het voederen tweemaal van het rek gehaald en verplaatst naar het plafond en visa versa. Daarna worden er 15 kooien aan het plafond opgehangen, deze ga ik drie maal per dag in de hand nemen en op ooghoogte plaatsen nu kan ik de eerste schifting doorvoeren. Telkens ik dit doe moeten ze de werkhouding aannemen, een vogel welke dit 5 dagen na elkaar doet mag terug in de vlucht en ga ik later verder africhten, dit herhaal ik tot ze alle 232 aan de beurt zijn geweest. Een vogel welke dit drie dagen na elkaar niet doet krijgt een kleurring aan en gaat aan de kant. Een vogel welke soms wel en soms niet de werkhouding aanneemt mag 10 dagen zijn best doen en moet dan vaak ook weg, met twijfelaars wint men zelden de oorlog.
Ook ga ik voor elke vogel een kaartje aanmaken met alle gegevens op, zijn afkomst staat hier op van twee generaties terug, de plus en minpunten worden hier op vermeld. Dit kaartje volgt de vogel altijd in welke kooi hij ook zit, zo kan ik te allen tijde weten welke vogel waar zit en welke zijn kwaliteiten zijn. Tegen eind augustus ben ik dan rond met men eerste schifting en kan ik mij richten op deze vogels welke verder africhten waard zijn. Ik paste deze methode vorig jaar ook toe en kon vaststellen dat ik op 176 vogels mij maar eenmaal vergiste en een vogel ten onrechte had veroordeeld voor houding. Natuurlijk zijn er nog meer punten welke moeten beoordeeld worden zoals bevedering of de juiste stand van de poten, of de goede vorm van de driehoeken welke moeten aanwezig zijn. Dit alles is van belang maar de eerste vereiste bij een Belgische bult is de goede werkhouding anders is hij de naam Belgische bult niet waardig.
Voor men vroegste jongen welke nu twee maanden oud zijn is de rui van de kleine pluimpjes in volle gang. Elke morgen bij het betreden van de kweekkamer vind ik een laag pluimpjes onder en rond de vluchtkooi. Voor badwater in de buitenvlucht hoef ik niet te zorgen met dit weer, en reken maar als het regent nemen ze een bad. Is het nu om 7 uur in de morgend of om 21 uur in de avond het maakt niet uit maar wassen gaan ze zich doen. Woensdag avondbij het maken van men laatste ronde langs de kweekbakken en het bijvoederen van de jongen ergens tegen 21 uur schrok ik mij bijna een bult!!!! Bij het horen van de plenzende regen op het dak van de zoveelste stortbui die dag, viel mijn oog op enkele bultjes die schuddend het water uit hun veren werkten. Ze zijn zich weer eens gaan nat maken dacht ik, bij een tweede blik merkte ik dat er iets niet pluis was ze waren niet alleen nat maar zaten ook onder de modder, het waren echte modderduivels. Men eerste gedachte was dit kan niet, men tweede waar halen ze nu die modder vandaan. Aan de grond kunnen ze niet aangezien men vlucht zich op +- 1 m boven de klinkers bevind. Na het ophouden met regenen ging ik op onderzoek uit naar de buitenvlucht, en ja de oorzaak van dit modderbad was snel gevonden. Met de wind was de schaal met biggen compost welke zich normaal onder de oversteek bevind wat opgeschoven tot juist onder de lek van het dak. De rest laat zich raden, door de regen was deze gevuld met water wat zich vermengd had met de rest van de biggen compost en vormde zo het modderbad waar ze maar al te graag intuimelden. Het was ondertussen al aan het schemeren dus zat er niets anders op dan die modderduivels te laten overnachten met het compost er nog op. De volgende mogend gaf ik ze direct een nieuw bad om de modder er af te spoelen. Men vrees dat het voor de witte bultjes wel eens wat problemen kon geven bleek ongegrond, tegen de middag en hun zoveelste plensbui waar ze in ploeterden waren ze als nieuw en was van hun modderbad avontuur niets meer te merken.
Zoals ik al vroeger melde loopt de kweek bijna af voor dit jaar, de helft van de kweekbakken staat al leeg. Nog vier koppel achterblijvers moeten uitkippen deze maand en dan is het gedaan met kweken. Met 210 geringde bultjes en nog een 20tal te ringen mag ik de kweek geslaagd noemen, met 49 koppels geeft dit een gemiddelde van 4 tot 4,5 bultjes per koppel. Men doelstelling was van 3 jongen gemiddeld per koppel te kweken, dus kan ik niet ontevreden zijn. Voor volgend kweekjaar ga ik dezelfde voorbereiding herhalen met dit verschil dat ik nog 14 dagen vroeger ga starten met de kweek, zodat de eerste jongen begin februari het levenslicht gaan zien.
De eerste kweekbakken staan al leeg 15 april was D-day, tot dan kregen de popjes de tijd om nog eitjes te leggen daarna was het gedaan, nesten weg en mans in de vlucht. Van de 200 ringen die ik bestelde zijn er nog maar een paar over, de laatste gaan morgen vrijdag aan de pootjes. Ik hoop maar dat men bijbestelling van ringen morgen klaar zal zijn, anders zullen het weer 00 ringen worden. Dat spreekwoord van die ezel hoe was dat weer??? . Nu gaan de eerste honderd twintig jongen nog een week of zes ravotten in de vlucht. Daarna start de africhting en eerste selectie zodat ze tegen september klaar zijn om aan de eerste shows te kunnen deelnemen.
Donderdag was het een mooie lentedag en achtte ik de tijd gekomen om de vroegste jongen(+-120 stuks) te laten kennis maken met de buitenlucht. Tegen de klok van negen opende ik het tussensas zodat ze in de buitenvlucht konden. Aarzelend kwam het eerste naar buiten piepen, eens de anderen dit in de gaten kregen was het een stormloop om met zen allen naar buiten te vliegen. Knipperend met hun oogjes staarden ze in de priemende zon, speels als een nest jonge poezen dartelden ze door de vlucht. Al snel werden de aangeboden benodigdheden zoals een bad en een schaaltje biggen compost of een stuk droog brood aan een grondig onderzoek onderworpen. Ze kibbelde over wie nu juist met de aar trosgierst mag rondzuilen en wie er aan de tak bruidssluier de jonge malse blaadjes mag afknabbelen. Als ik de bultjes zo bezig zag dacht ik, voor hen is dit een pretpark. En of het nu de zon was die in men ogen scheen, ofde perfecte bult die ik zag zitten ik weet het niet juist meer, want weg was hij tussen al die anderen. Enkel maar toezien bij dit idyllisch tafereeltje maakte dat ik voor een half uurtje op een wolkje dreef in de hoogste sferen van de vogelliefhebbers wereld, of wat onze mooie hobby kan losmaken.
JA WATTE VEEL VOLK
LEKKER BADJE NEMEN
OP HET DROOGREK
LEKKER SNOEPJE DIE TROSGIERST
WAT ZE ER IN VINDEN WEET IK NIET?? MAAR ZOEKEN DOEN ZE ALTIJD IN BIGGEN COMPOST
Na twee jaar en in haar vijfde nest kwam uit ei nummer 23 en 24 een jong bultje tevoorschijn. Die Italiaanse is een groen popje dat bij men bezoek aan de show te Reggio Emilia mee verhuisde naar de Pijpelheide. Ze was een jaars popje en bracht het in haar eerste kweekjaar bij mij niet verder dan drie nesten van telkens vijf onbevruchte eieren.
Ik wist natuurlijk dat een jaars popje meer risico op niet kweken meebracht dan een jong popje. Reden te meer omdat het zo een schoonheid was voor een groene bult kwam de twijfel of ze wel zou kweken. De vraag was voor de hand liggend, waarom doet de verkoper zoiets weg na èèn jaar? Juist ja omdat er wat mis is denkt men dan al snel. En het leek er op dat ik mij wat had laten aansmeren daar in Italië.
Ook deze kweek liet niet veel goed vermoeden, en toch was er hoop bij haar eerste nest dit jaar. Weer werden er vijf eieren gelegd en kipte niets uit, twee bleken wel bevrucht te zijn maar het volgroeide bultje zat er dood in. Nu wist ik dat ze in ieder geval niet onvruchtbaar was, bijde tweede ronde werd met spanning uitgezien naar het kippen. Er werden vier eieren gelegd en twee tekenden zwart af tegen het licht, dus er was hoop.
En zoals het vroeger bij het duiven letten(opwachten) was, dat ze u moesten verassen omdat het goed zou zijn, zo was het ook nu. De dag van uitkomst was het zo razend druk zoals het alleen bij een gepensioneerde druk kan zijn, dat ik het uit het oog verloor dat ze moesten kippen. Juist voor het avondeten dacht ik aan men Italiaanse furie en stoof van tafel weg om eerst te gaan zien of ze er uit waren.
Blij als een kind dat met Pasen al die chocolade eieren in de tuin ziet liggen kwam ik terug, ik melde trots aan moeder de vrouw dat men eerste Italiaantjes gekipt waren. Ze zijn op vandaag al van een ring voorzien en groeien voorspoedig op, nu maar afwachten of ze de schoonheid evenaren van de moeder.
Ook Wim maakt de stap naar het internet met een eigen website over zijn hobby de Belgische bult. Mooi gedaan Wim ik zal deze site volgen met veel belangstelling. Aan alle vogelliefhebbers die eens een kijkje willen gaan nemen bij Wim hier zijn adres: wimhofmanbelgischebulten.com
Toen ik vorig jaar verhalen hoorde over de zwarte stip leek mij dit èèn ver van men bed show, van die paar bultjes die het door deze aandoening niet haalde kon ik niet wakker liggen dacht ik. Nu weet ik wel beter, eerst leek er niets aan de hand met de jongen en dan plots als een plaag was het bij het uitkippen van enkele nesten aanwezig. Ik zag wel dat het zwarte stip was maar wist niet wat te doen. Op de maandelijkse vergadering van de Heikneuter kaarte ik het probleem aan bij enkele collegas kwekers en de oplossing was in de maak. God zij dank zijn er nog liefhebbers die iemand verder willen helpen, waarvoor dank aan deze mensen. Ze zijn niet allemaal zoals sommige liefhebbers die alles in geheimen hullen en graag de betweter zijn.
Na wat heen en weer gebel op zaterdag met Dirk Pelgrims zorgde hij er voor dat ik terecht kon bij een liefhebber met naam en faam in de gloster wereld. René vertelde mij hoe ik moest handelen om dit probleem op te lossen, dank zij deze raad kreeg ik het onder controle. Voor een veertigtal bultjes kwam de redding te laat en ze haalden het dan ook niet. Maar niet getreurd een honderdtal zijn van een ring voorzien en de eersten genieten al van hun zelfstandigheid.
Nu komt de tweede ronde er aan, de eerste popjes broeden al voor hun tweede keer. Ik ben nu wel benieuwd om te zien of de maatregelen die ik nam enig soelaas zullen brengen, en of de stip weer zal opduiken?
NIEUWE WEBSITE VOOR LIEFHEBBERS VAN BELGISCHE BULTEN
De vrienden van de Belgische bult uit Oost-Vlaanderen nemen een mooi initiatief met het oprichten van een nieuwe website gewijd aan onze nationale trots. Niet voor niets komt dit initiatief uit Oost-Vlaanderen, aangezien de laatste jaren de heimat van de Belgische bult zich hier bevind. Gedragen en voortgestuwd door een groep van enthousiaste en bekwame kwekers van het ras scheren we hoge toppen op nationaal en internationaal vlak.
Ik wens de mensen achter deze nieuwe site het aller beste toe en dat ik hier nog veel interessante dingen op mag vinden over het reilen en zeilen van de Belgische bult. belgischebultengroepoostvlaanderen.com
Gisteren 22 februari zijn de eerste bultjes van het nieuwe kweekjaar uitgekomen, met hun vieren lagen ze tegen de middag in het nest. Of ze nu met de ooievaar uit de rode kolen of met de paasklokken kwamen weet ik niet, maar ze zijn er. Nu maar hopen dat ze de voorbode zijn van een succesvolle kweek 2012.
Ze zijn wel van goede afkomst bijna het beste wat er in mijn kweekkamer zit. De vader (09/ 2010) is van afkomst een kruising tussen een man van Peter Van Essen met een pop van Dirk Leerman, hij behaalde als jonge vogel in zijn eerst TT seizoen (2010) op 5 deelnames 92-94-92-91-91P hij was 3 maal kampioen waarvan één maal goud op de Diamond Bird Show met 94P. In zijn tweede TT seizoen(2011) als B vogel behaalde hij op 5 deelnames 92-92-92-93-94 hij was driemaal kampioen op een plaatselijke show, behaalde zilver op de provinciale kampioenschappen te Hulshout met 93P en behaalde goud te Roeselare met 94P op de Goudenringshow.
De pop (79/2011) is van afkomst een kruising tussen een man van Gustaaf Rosart en een pop van Dirk Leerman dezelfde pop die de moeder is van 09/ 2010. Deze jonge pop 79/2011 behaalde op de 1 dag show te Namen zowel de titel van beste bult in zijn reeks als van het ras, en was beste vogel continentale rassen, zij werd eveneens derde beste vogel in show.
Te Roeselare op de 1 dag show werd ze tweede beste bult in de reeks lipochroom(48 vogels) ze was zesde beste van het ras(82 vogels), de tegenstand was hier niet min met Dirk Leerman, Wim Hofman, Van Brenk Dick, Pelgrims Dirk en Marc De Keyzer was de kruin van de beste kwekers van Belgische bult aanwezig op deze show . Ze werd na de 1 dag shows opzij gezet in de vlucht voor de grotere shows op het einde van het jaar, maar ze kwam hier moddervet terug uit, en kon niet meer mee naar de shows aangezien dikke bultjes niet goed kunnen werken.
Dit alles zegt natuurlijk niets over hun capaciteiten als kweekvogel, maar de verwachtingen zijn wel hoog gespannen voor dit koppel. Deze week zijn er van drie koppels jongen te verwachten en volgende week moet dan de big bang komen met 32 koppels welke jongen verwachten. Afwachten of ze uit het ei komen natuurlijk, we gaan zaterdag nog maar eens een kaarsje laten branden te Scherpenheuvel voor de goede afloop baat het niet dan schaad het niet zegt het spreekwoord.
foto boven: POP met RN: 79/2011 OP 1 DAG SHOW TE NAMEN foto onder: MAN met RN: 09/2010 OP GOUDENRINGSHOW TE ROESELARE
Met het wereldkampioenschap te Almeria behoort het TT seizoen definitief tot het verleden. Nu begint iedereen weer op een nieuwe lei, met het kweekseizoen komt er een nieuwe kans om betere vogels te kweken dan het voorbije jaar. Voor de liefhebbers welke een hoog niveau haalden met hun vogels is er de uitdaging om dit te herhalen, voor de anderen is er de uitdaging om hun niveau te verhogen dus voor iedereen is er wel wat.
Nu is het aan ons om de juiste koppels te vormen. Om dan met de jonge vogels welke hier uit voortkomen later op het jaar met succes deel te nemen aan wedstrijden. Misschien loop ik nu wel vooruit op de feiten we moeten ze eerst nog kweken natuurlijk, en zoals elk jaar gaat dit bij Jan al wat beter als bij Pier.
Voor mezelf hoop ik dit jaar het niveau te verhogen om uit te komen bij betere vogels. Vogels welke te Hasselt in 2013 waardig zijn om deel te nemen aan het wereldkampioenschap dat daar dan zal plaats vinden. Om dit doel te bereiken zal er eerst moeten gekweekt worden, en deze kweek zal goed moeten zijn. Daarna zal er een ander programma moeten worden gevolgd voor deelname aan TTs , zeer snel de beste vogels vertrouwt maken met de showsen ze dan reserveren voor het WK. Ze moeten nog uit het ei komen en ik droom al over het WK, ja ik weet het dat is wat voorbarig misschien, maar als dromen al niet meer mag.
In mijn kweek hok liggen de eerste eitjes in de nesten, ongeveer een derde van men koppels zijn al gestart met de leg, de rest heeft al een nestje gemaakt en enkele laatkomers moeten nog beginnen met hun nest. Ik stel vast dat het vooral gaat om popjes welke wat aan de vette kant zijn die achterblijven bij het bouwen van een nestje.
Vandaag een bezoekje gebracht aan de wereldkampioen, nee niet aan Niels Albert maar aan Dirk Leerman. Samen met Dirk Pelgrims reden we tegen de klok van één naar Zwijndrecht, Dirk moest nog een koppel Bultjes gaan ophalen. Bij de vraag of ik graag meeging moest ik geen twee keer nadenken.
Bij aankomst werden we verwelkomd door zijn altijd even charmante vrouw Elsie. Met de vraag om niet aan te bellen om de derde generatie welke boven lag te slapen niet te wekken gingen we langs achter. Na Dirk te hebben proficiat gewenst met zijn behaalde titels op het WK, stoomden we direct door naar het kweekhok.
Bij het betreden van dit hok overviel me de gedachte van hoeveel kampioenen vogels hier al het levenslicht zagen. De spraakwaterval welke Dirk is zorgde er voor dat we bij elke kweekbak bevolkt door bultjes de nodige uitleg kregen. Ik gaf men ogen de kost en liet niet na om de vragen welke bij mij opkwamen aan Dirk te stellen, men krijgt niet elke dag de kans van antwoorden te verkrijgen van zulk een befaamde en getalenteerde kweker van bultjes.
Het onderwerp over welke kleur tegen welke kleur kan en mag of juist niet kan of mag, of hoe men kleur op zijn vogels verkrijgt en de bevedering verbeterd was niet simpel om volgen. Hier voel ik dat er nog een stuk braakliggend terrein is voor mij, het gebrek aan ondervinding speelt mij parten in deze materie.
Nu enkele jaren geleden kreeg D.Pelgrims de vraag van D. Leerman of hij kon beschikken over een zilverbruine man om mee te kweken, met de belofte dat D.Pelgims later een nakomeling terug kreeg was de diel snel beklonken. Vandaag kon D.Pelgrims kiezen uit negen nakomelingen uit twee verschillende popjes. Mits wat overleg om D.Leerman zijn opgezette kweeklijn niet te onderbreken verkoos D.Pelgrims een gele man welke deel uitmaakte van de winnende stam op het WK, en een wit bruin bont popje.
Na het maken van de nodige fotos werd er nog gezellig wat nagekaart over het voorbije WK en de nakende kweek. Rond de klok van vier keerden we huiswaarts om de verkeersdrukte wat voor te zijn.
Bij de beleving van men hobby zijn deze momenten van collega kwekers onder elkaar zonder de minste afgunst en alleen maar bewondering voor elkaars behaalde resultaten pareltjes om nooit te vergeten.
Als ik dan denk aan uitspraken van sommige liefhebbers die beweren dat zij die eenzelfde soort vogels kweken alleen maar vijandig en achterbaks moeten worden geschat en bejegend, hier kan ik alleen maar op zeggen dat ze niet weten wat ze missen.
Bij het zien van dit huisnummer kan men al vermoeden welke hobby hier achter schuil gaat Dirk kweekt verschillende rassen maar waar zijn hart naar uitgaat kan men zien op deze deur?
DAT DIRK VAN ALLE MARKTEN THUIS IS BEWEES HIJ DIT JAAR DOOR MET DEZE ARA'S TE KWEKEN van links naar rechts: IKZELF DIRK PELGRIMS EN DIRK LEERMAN
EEN VERZAMELING VAN ZIJN GROOTSTE TITELS EN TROFEEÊN( foto boven)
EEN VAN DE MOOISTE BELGISCHE BULTEN DIE DIRK BEZIT GEMAAKT DOOR DE DOCHTER (foto onder)
BPC. ANTWERPEN KOMT STERK UIT DE HOEK OP HET WK TE ALMERIA
Als lid van BPC Antwerpen houd ik mij er aan om ook de mede clubleden hun prestaties op het WKin de schijnwerper te plaatsen.
GUIDO MERTENS:
Scotch Fansy vetstof (stam) 376pgoud
JapanHosovetstof(indu)92pbrons
JapanHoso gepigmenteerd (stam) 366pgoud
JapanHosobont(indu)94pgoud
WINKELMANS TORFS:
Border gepigmenteerd (stam) 372pgoud
Bordergepigmenteerd (indu)93pzilver
BorderBont (stam)370pgoud
PELGRIMS DIRK:
Fife Fancy vetstof (stam)367pzilver
Fife Fancy gepigmenteerd (stam)368pzilver
VAN DESSEL WERNER:
Fife Fancy gepigmenteerd (stam)367pbrons
DAEMEN PAUL:
Norwich vetstof (indu)93pzilver
VERCAMMEN SCHOOVAERTS :
Gloster corona gepigm (stam) 367pgoud
Gloster corona gepigm (indu) 93pzilver
Gloster corona bont (stam)367pgoud
Gloster corona bont (indu)94pgoud
DECKERS BART:LizardBleu (indu)94p goud
GUIDO, WILLY,MAURICE, DIRK, WERNER, BART, PAUL, RENE EN LUCIEN
PROFICIAT MET DE MOOIE PRESTATIES OP HET WK 2012 TE ALMERIA.
RENE VERCAMMEN MET ZIJN KROON OP(eerste van links)
SCHOOVAERTS L. ZONDER KROON (tweede van links) aan het likkebaarden van Lucien te zien is het rokje van de fotograaf erg kort. DAT DE DRIE MUSKETIERS MET VIER WAREN WIST IK!!!!! MAAR NEE ZE ZIJN MET VIJF ZIE MAAR, EN ALLE VIJF WISTEN ZE EEN OF MEER MEDAILLES TE BEHALEN OP HET WK.
BELGAS BOVEN OP WK TE ALMERIA 2012 MET BOSSU BELGA.
Op het recente WKte Almeria behaalden de Belgische deelnemers met Belgische bult een mooie uitslag. Waar het in vroegere jaren al eens de buitenlanders waren die met onze nationale trots de prijzen wisten weg te kapen, zien we nu de laatste jaren dat de beste vogels terug uit het land van herkomst stammen. De liefhebbers die ons land dit succes bezorgen komen vooral uit BPC Oost-Vlaanderen, onder aanvoering van de Eddy Mercks onder de kwekers van bulten Dirk Leerman en zijn clubgenoten scheren we hoge toppen.
BEHAALDE MEDAILLES:
Bossu Belga lipocrome(stam) 1. LEERMAN H D367PGOUD
Bossu Belga lipocrome(indu.) 1. LEERMAN H D94PGOUD
2. LEERMAN H D93PZILVER
Bossu belga Melanico(stam)1. LEERMAN H D360PGOUD
Bossu belga Melanico(indu.)1. DE KEYSER MARC92PGOUD
2. LEERMAN H D91PZILVER
Bossu Belga Pio(stam)1. LEERMAN H D365PGOUD
2. HOFMAN WIM360PZILVER
Bossu Belga Pio(indu.)1. LEERMAN H D94PGOUD
2. PARDON GINO93PZILVER
Met vijf maal goud en twee maal zilver voor Belgische bult haalt Dirk eens te meer de grootste buit binnen in dit ras, ook met zijn ander rassen is hij uitmuntend. Met deze uitslag bewijst Dirk nog maar eens wat voor een fijne kweker van bultjes hij is, met veel Fingerspitzengefühl boetseert hij jaar na jaar, kweek na kweek zijn vogels tot het bijna perfecte type van de Belgische bult.
Met zilver voor zijn stam bonte bultjes bewijst Wim Hofman dat ook zijn vogels weer eens meedingen voor de medaille. Drie jaar na elkaar op het hoogste trapje staan geeft recht op een keizerstitel, maar zelfs deze titel is geen zekerheid op succes. Wim kennende neemt hij met zilver geen genoegen, hij is een winnaarstype en wil dit dan ook bevestigt zien. Men wezen gewaarschuwd voor Hasselt, Wim zal daar zeker zijn goud terug willen.
Er zijn zo van die mensen die alles wat ze aanraken in goud kunnen doen veranderen, wel Marc De Keyser bezit deze gave. Vorig jaar bij het rondsurfen op zoek naar alles en nog wat over bultjes, verzeilde ikop de site van champgloster.be . Een vergissing van Google dacht ik, maar nee helemaal onderaan stond er Belgische bult, bij het aanklikken kreeg ik wat fotos van bultjes te zien en de mededeling binnenkort meer info over Belgische bulten. Wel vandaag is er meer informatie!! goud op het WKbij de gepigmenteerde u moet het maar doen.
Voor het eerst meedoen aan een WK en direct uw adelbrieven afgeven en een medaille behalen, voor deze straffen toer tekende Gino Pardon met een bont bultje. Pas een jaar bezig zijn met het kweken van bultjes en dan al op hoog niveau meespelen voor de knikkers dat belooft voor de toekomst.
DIRK, WIM, MARC EN GINOPROFICIAT VOORDE BEHAALDE MEDAILLES OP HET WK 2012 MET DE BELGISCHE BULT
Hoe doet men dit nu eigenlijk zich voorbereiden op de belangrijkste gebeurtenis van het jaar? Hoe de Belgische voetbalploeg zich de laatste jaren met succes voorbereid op Europese en wereldkampioenschappen staat veelvuldig beschreven in de pers, hun grote truc bestaat er in zich niet te kwalificeren. Hoe Tom Boonen of Philippe Gilberthet doen weet ik ook dat staat ook in de krant, zo ook voor Sven Nys of Niels Albert.
Maar de wereldkampioenen met de vogels, de Willy& Maurice den Dirk en de Guido of de Werner hoe doen die dat??. Nieuwsgierig als ik ben ging ik op onderzoek uit om over deze voorbereiding iets te vernemen. Ik wist dat ik hier zeer voorzichtig moest te werk gaan en dat hun methode, welke al vele malen tot succes leidde niet zomaar voor het grabbelen lag. Via via hoorde ik dat ze rond Driekoningen telkens een stage periode inlasten, een bevriende paparazzifotograaf kon me hier een foto van bezorgen. Op deze foto zijn ze te zien in een aangepaste uitrusting en in volle actie. Deze foto spreekt boekdelen en verklaart voor een groot stuk hun goede prestaties op deze kampioenschappen oordeel zelf maar. DUBBELKLIK OP FOTO OM TE VERGROTEN
Een terugblik naar enkele stukjes welke ik op men blog plaatste in de loop van het voorbije jaar.
9-1-2011 VERSTERKING: Na men eerste aankopen voor de opbouw van men vogelbestand in 2009 kwam ik tot de vaststelling dat er nog iets ontbrak. De bevedering was niet zoals ze moest zijn. Als ik de bevedering van enkele fife popjes welke ik als overleg moedertje gebruikte vergeleek zag ik hoe goed zij waren en hoe slecht men bultjes. Dus moest ik hier iets aan doen. Ik schafte mij drie vogels aan, één man en twee popjes. De groen bonte man bezat een zeer goede bevedering, de grote was goed maar hij was wat plat van borst. Ik kweekte uit deze man drie jongen, de goede bevedering gaf hij door aan de jongen, maar de slechte eigenschap( platte borst) kwam te dominant mee. Ik besloot dan maar om deze man met zijn drie jongen weg te doen. Met de twee groen popjes zijnde moeder en dochter lukte de correctie kweek wel, ze bezaten dan ook geen uitgesproken minpunt. Deze jongen van twee kort bij elkaar liggende bloedverwanten kan ik nu gaan gebruiken om men bevedering te verbeteren, zonder in te boeten aan andere goede eigenschappen. Voor dit jaar was er ook versterking voorzien maar door omstandigheden is het er niet van gekomen.
1-2-2011DE RODE BLOEDMIJT: Op het gevaar af om voor leugenaar te worden versleten(want dat doet men als men dit beweert, wel achter uw rug natuurlijk) kan ik hier verklaren ook in 2011 deze beestjes niet te bezitten. Ze zijn wel zonder vragen twee keer meegekomen van een show, maar telkens merkte ik ze op voor ik mijn vogels op maandag terugplaatste. Door naar de goede raad te luisteren van iemand die ook durft te beweren deze soort nog nooit te hebben gekweekt, maar ze ook dit jaar weer gratis kon meenemen op een show( de zwarte dan wel) kon ik voorkomen dat ze mijn hok gaan bevolken. Zijn raad was: PLAATS NOOIT NA EEN TT. UW VOGELS MET DE KOOIEN TERUG IN HET HOK VOOR ZE ZIJN NAGEZIEN OP RODE BLOEDMIJT. De opmerking welke men ook veel hoort is hij zegt wel dat hij er geen heeft maar hij heeft er wel natuurlijk, alleen weet hij het niet. Deze vlieger gaat voor mij niet op, daar ik elke week in mijn luizenvalletjes nazie of er luizen zijn, ik wacht niet af tot het te laat is.
18-2-2011DE VEREN MAKEN DE VOGEL: De bevedering leren lezen was een van de aandachtpunten waar ik moest aan werken, niet enkel door veertjes te trekken maar ook door te letten op de kenmerken welke eigen zijn aan een lange bevedering. Door veel tegaan zien naar de vogels met een goede bevedering op de showskan ik zeggen dat er en klein lichtje begint te branden. Men eerste gedachte bij het zien van een vogel is nu!! wat verteld die pluim mij, los van hoeveel punten hij ook behaalde. Op de vraag wat kan die vogel mij bijbrengen naar bevedering, of wat moet men die vogel bijbrengen om te verbeteren zocht ik een antwoord. Door de goede kweek van 2011 kan ik bij het selecteren van kweekvogels zeer streng zijn voor de bevedering.
14-3-2011 KWEEK 2011: Deze was met veel geringde bultjes goed te noemen, voor het kweekjaar 2012 is men streefdoel nog meer geringde bultjes, drie of vier gemiddeld per koppel. Wat de ringen betreft zijn er dit jaar meer besteld, zodat ik er geen meer te kort ga komen of een ezel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen. Verder ga ik niets veranderen aan men werkmethode, alleen ga ik men verlichting 14 dagen langer laten branden, zijnde 8 weken in de plaats van 6 weken. Dit om de mans in een betere kweek conditie te brengen.
11-7-2011EINDE VAN DE KWEEK: vier maanden na het begin van de kweek is hij ten einde. Moet ik nu twee of drie ronden kweken, als ik naar de laatste jongen kijk en vergelijk met de vroegste jongen zie ik vandaag nog weinig verschil. Wel zijn bij sommigen de laatste stoppels nog niet weg. Voor de vroege 1dag shows kan men met deze late jongen niets doen, en ook voor de vroege kweek zijn ze niet geschikt. Wel was het zo dat deze derde ronde een kans was om men betere mans tegen meer popjes te zetten. Dit was naar kwaliteit toe wel een voltreffer, enkele van deze jongen zijn echt wel goed.
13-8-2011 WISSELING DER SEIZOENEN : Na de kweek komt de grote rui en daarna begint al snel het seizoen van de shows, eerst komen de 1dag shows . Dit jaar voor het eerst deelgenomen aan deze shows en ik moet zeggen dat het meeviel. Deze manier van vogels beoordelen komt over van het Engelse systeem de beste 7 vogels van een reeks, ras of de show worden geklasseerd. Zonder enige twijfel komt men zo tot de beste vogels in de show, hier draait het om de kwaliteit van de vogel. Ook al neem ik maar één vogel mee nog kan dit de beste van de show zijn. Hier gaat het niet om de liefhebber die 100 vogels meegeeft in 69 reeksen en zo in een sectie of klassement dan ook de beste is. Kijk volgende maanden maar eens in de clubbladen van sommige federaties dan komt men ze tegen, ze worden geprezen als de beste van provinciale of nationale kampioenschappen. Welke nu de beste vogel in de sectie postuur, kleur of parkieten was is niet van tel, wel de liefhebber met het beste gemiddelde word beloond.
Het vluchtige van deze shows is voor de vogels een voordeel een goede leerschool voor de jonge vogels en de liefhebber, maar ook niet meer dan dat. In dit vluchtige zit ook de beperking van deze manier van vogelshow s. Het zal steeds een lokaal gebeuren blijven met een beperkt aantal vogels. Doorgroeien naar iets groter met internationale belangstelling of uitstraling zal nooit kunnen. Wie gaat er als deelnemer of als bezoeker van verder komen dan 2 tot 3uur reizen voor iets wat voor het publiek maar 2 tot 3 uur duurt?
BESLUIT 2011:het jaar is bijna voorbij ik ga het vooral onthouden voor de goede kweek welke het bracht, de vele kampioenen op de plaatselijke tentoonstellingen met als hoogtepunt men kampioenen op de Pijpelheide bij de Heikneuter. Ook men derde plaats op de 1dag show te Namen zal ik allicht niet snel vergeten. Ook men deelname aan de grotere shows ik denk hier aan de Diamond Bird Show waar ik werd beloond voor de beste stam van de ganse show, en de Gouden Ring Show waar ik werd beloond als beste kweker van het ras Belgische bult gaven mij voldoening in men hobby. De goede resultaten welke ik behaalde laten een mooie toekomst voor men bultjes uitschijnen, aan mij om deze waar te maken.
DERDE BESTE IN SHOW EN BESTE BIJ DE CONTINENTALE RASSEN TE NAMEN een popje met RN 79 een juweeltje op men hok EN BLINKEN DAT ZE DEED OP DE ERETAFEL EN HET BAASJE ERBIJ, DEZE ERETAFEL IS EEN MOOI VOORBEELD VAN HOE HET MOET MET BLINKENDE BEKERS, KLEURRIJKE LINTEN EN ROZETTEN. -
Vandaag 19 december 11tegen de klok van 9 uur was het voor de popjes badtijd. Het gras zat nog onder een dikke ijslaag en het water in de regenton was ook voorzien van ijs, de thermometer wees -1°C aan. Dit alles was voor de dames geen bezwaar om niet in het bad te duiken. Na een 10 tal minuten was de hele bende kletsnat en zaten ze hun veren te poetsen. Na een uurtje de bende terug binnen geroepen zoals met de duiven. Bij de duiven ging dit met een hondenfluitje bijna onhoorbaar voor de mens. Bij de bultjes volstaat het om met een aluminium latje tegen de draad te krasselen om ze te doen binnenstuiven. Daarna worden aan het sas de binnenvluchten gewisseld, en is het de beurt aan de mans. Dit is een goede manier van baden in de rustperiode wanneer ze in de vluchtjes samenzitten. Bij het bezoek van Dick Van Brenk aan men kweekkamer was hij verwonderd dat de bultjes in een buitenvlucht konden dat zie je niet vaak stelde hij. En gelijk heeft hij, vaak komt men dit niet tegen bij kanariekwekers welke deelnemen aan wedstrijden. Ik kan enkel maar zeggen dat ik het mij nog niet beklaagde dat die buitenvlucht er is, een gans jaar door komt het de vogels ten goede. Op de tentoonstellingen hoorde ik al eens de opmerking dat bultjes maar fragiele vogeltjes zijn. Wanneer de eerste sneeuw valt en ze zitten weer eens in het bad, zal ik met een foto bewijzen dat dit niet zo is.
Bij het zien van dit filmpje( en het was niet het enige op het net ) over kunstmatige inseminatie kon ik mijn ogen niet geloven, als dit waar is zal de liefhebber welke deze techniek kan toepassen een grote voorsprong nemen bij het kweken van goede vogels. Bij de commentaren op dit filmpje merkten sommigen op dat dit onverantwoord was en dat de liefhebber welke het toepaste een dierenbuil was. Laat mij niet lachen zolang de vogel geen pijn voelt is het geen brug te ver. Als ik hier zou vertellen wat duivenmelkers allemaal toepassen staat GAIA voorzitter Michel Vandenbosch aan mijn deur denk ik. Deze werkwijze wordt elke dag door dierenartsen toegepast bij meerdere soorten van dieren van groot tot klein en ja ook bij vogels. Bij navraag vertelde men mij dat bij grotere parkieten dit niet ongewoon is. Of het bij kanaries ook kan? In principe wel maar de kostprijs is wel een struikelblok voor kanaries.