POP OF MAN?
Met de kweek in aantocht is het weer van het grootste belang dat we de mans en de popjes van elkaar kunnen onderscheiden maar hoe doen we dat nu weer? Deze vraag is er eentje die thuishoort in het rijtje van basisbeginselen die een kanariekweker als bleu onder de knie moet krijgen. Wanneer de kanaries in broed conditie zijn is dit niet eens zo moeilijk daar de grote meerderheid van de vogels duidelijk laten zien tot welk geslacht ze behoren. Maar zelfs de meest doorwinterde kweker vergist zich wel eens, en na het zevende of achtste eitje gaat er een lichtje branden en komt hij tot de vaststelling dat het twee popjes zijn die hij bij elkaar plaatste om uit te kweken.
Het makkelijkste om een man te erkennen is door er naar te luisteren als hij zijn liedje zingt, voor 99.99% is men nu zeker dat het een man is. Ik zie u al denken waarom geen 100%, wel ik kan uit eigen ervaring putten om te stellen dat er popjes zijn die zingen. Nee, het gaat hier niet over een pop die wat zat te frazelen, het was echt luid en voluit zingen dat ze deed, en ja ze had eieren gelegd en de jongen die er uitkwamen grootgebracht.
Het klassieke wegblazen van de pluimen op het achterlijf aan de onderkant van de kanarie is een ritueel dat men menigmaal kan zien of zelf uitvoert bij het bepalen van het geslacht. Als de vogels in broed conditie zijn geeft deze methode voldoening bij het bepalen van het geslacht zonder al te veel vergissingen. Als ze echter nog niet volwassen zijn(+- 9 maanden) of niet in broed conditie is deze methode veel minder betrouwbaar.
Zijn er dan geen andere methodes om te zien tot welk geslacht een kanarie behoord? Laten we terugkeren naar de voorouders van onze gedomesticeerde kanarie om eens te zien of er hier uiterlijke kenmerken zijn die ons verder kunnen helpen. Men noemt dit met een geleerd woord de geslachtsdimorfie dit is het verschil in uiterlijk tussen mannetjes en vrouwtjes bij dezelfde diersoort.
De wilde kanarie (Serinus canaria) is een zangvogel die oorspronkelijk van de Canarische Eilanden afkomstig is. Volwassen vogels zijn voor wat betreft het geslacht redelijk goed van elkaar te onderscheiden. De man is intensiever van kleur en scherper van tekening op o.a. de kop waar de baardstrepen goed herkenbaar zijn. Vooral deze baardstrepen geven bij onze gepigmenteerde kanaries een goede aanwijzing van het geslacht, bij de man zijn ze duidelijk zichtbaar en bij de pop net iets fletser van kleur zoals trouwens al het zwarte melanine bij de pop.
Ook de Europese kanarie (Serinus serinus) kan ons iets wijzer maken aangaande het geslacht. Het mannetje is citroengeel op de kop, hals en borst. Het vrouwtje is hier vaal geelwit. Dit citroengeel van de Europese kanarie kan men terugvinden bij onze gedomesticeerde kanaries onder de vorm van een intensere kleur op die plaatsen bij de man en een fletsere bij de pop.
Voor sommige kleurkanaries zoals bv. bij de mozaïek vetstof hier is het onderscheid goed te zien aan de hand van het type, zo komt men tot een type 2 voor de mans en een type 1 voor de popjes. De kenmerken van deze kleurslag moet u maar eens van naderbij gaan bezien ze geven voor al de andere kleurslagen aanwijzingen waar men kan op letten voor het bepalen van het geslacht. De mozaïek factor bij de vetstof is als het ware een blauwdruk van de kleur verschillen tussen man en pop zonder andere storende factoren.
Ook de kleur geeft soms een hint of het om een man of pop gaat, vooral bij de bonte en gepigmenteerde postuurvogels verraad een kleurnuance het geslacht. Als we even over het muurtje gaan kijken bij de kleur kanaries kunnen we de volgende vaststellingen doen.
Bij de goud of zilver bruine kanarie is er een duidelijk verschil te zien tussen de mans en de popjes, bij de man ziet men duidelijke een harder bestreping voor wat het eumelanine betreft. Voor de pop ziet men een zachtere tint eumelanine welke egaler aansluit bij het bruin van het phaeomelanine dit maakt haar als kleurkanarie de betere TT vogel. Voor de postuur kweker is deze wetenschap van belang als men de kleur sinnamon in zijn bestand heeft, aangezien het hier over de zelfde kleurslag gaat
Bij de vogels van de zwart reeks zoals blauw en groen, laat de pop op de rug iets meer bruin(phaeomelanine ) zien als de man. Zoals de mozaïek in de vetstof kleur ons een goed beeld geeft van de verschillen tussen de geslachten afgaande op de grondkleur, en de velden aangeeft van verschillende intensiteit bij man en pop. Zo geeft de kleurslag Phaeo ons een hint door de duidelijke verschillen tussen man en pop in het phaeopatroon zonder andere storende factoren.
Verder kan ook de schimmelverdeling bij de vogel een aanwijzing zijn voor het geslacht, denken we maar aan de klassiek voorkomende ring van schimmel in de nek bij de pop. Dit euvel is voor menig kleur kanariekweker een kwelduivel om goede schimmels af te leveren in welke kleurslag dan ook.
En dan zijn er nog de trucjes die door sommige liefhebbers toegepast worden om te achterhalen of het een man dan wel een pop is. Ik vind het mooiste trucje dit waarbij men de vogel in de hand neemt en de staart er laat uitsteken, vervolgens een kwikkende beweging met de vogel maakt om te zien of hij zijn staart naar boven of naar onder beweegt. Aan de hand van hoe de stand is bepaald men dan of het een man of een pop is, ik heb dit ook al eens toegepast maar zal te onhandig zijn aangezien ik wisselende resultaten krijg.
Trucje nummer twee is de stand van het oog ten opzichte van de snavellijn, bij de man zou het oog ter hoogte van de snavellijn zitten en voor een pop zou het oog boven deze lijn zitten. Voor mijn bestand gaat deze vlieger niet op, maar voor wie er in geloofd doe maar, ik hecht er geen geloof aan.
Trucje nummer drie is de bekkentest maar deze is in de praktijk niet zo eenvoudig toe te passen bij de kanarie. Bij iets grotere vogels(duif, parkieten enz.) is dit een goede test, uit mijn vroeger leven als duivenmelker weet ik maar al te goed hoe dit moet. De legbeentjes van de duif en of ze goed zijn opgesloten is een van de punten om in de hand te bepalen of de duif over goede vlieg of kweek kwaliteiten beschikt en welke afstand ze best aankan. Bij het bepalen van het geslacht aan de hand van de legbeentjes gaat men als volgt te werk. De bekkentest bestaat hieruit dat de afstand tussen de legbeentjes wordt gemeten en ook de afstand van de legbeentjes naar de punt van het borstbeen. De afstand tussen de legbeentjes kan gemakkelijk met de vinger gevoeld worden. Bij de pop is deze afstand groter dan bij de man. Ditzelfde geldt ook voor de afstand van de legbeentjes met het borstbeen. Deze test is het meest betrouwbaar als de vogel broedrijp is. Bij jonge vogels is deze test absoluut onbetrouwbaar. Uit ervaring weet ik dat het niet altijd eenvoudig is om op deze manier het geslacht te bepalen. In zijn algemeenheid geeft deze methode ook een indicatie maar zeker geen zekerheid over het geslacht van uw vogels.
Zo zie je maar dat voor het bepalen van het geslacht bij kanaries er heel wat hulpmiddeltjes zijn om ons in de goede richting te leiden. De wat ervaren kanarie liefhebber zal op het eerste zicht in de meeste gevallen kunnen uitmaken of het over een pop of man gaat, maar wie durft te zeggen dat hij zich nooit vergiste is niet ver weg van zijn eerste vergissing, of een leugen.
De wilde kanarie (Serinus canaria) let vooral op het gele masker bij deze man dit ziet men ook terug bij de gedomesticeerde kanarie zelfs bij de vetstof kanaries buiten wit. Dit is voor mij een mooi voorbeeld van waar de kleurslag mozaïek vandaankomt en dus niet van de kapoetsensijs net zo min als de roodfactor.
 Europese kanarie (Serinus serinus) Deze foto van een man laat ook duidelijk zien welke kleurvelden intenser zijn van kleur deze zijn ook terug te vinden bij de gedomesticeerde kanarie.
 Geel mozaïek vetstof links de man of het type 2 rechts de pop of het type 1 een mooi voorbeeld van de geslachtsdimorfie bij de grondkleur tussen man en pop
 De phaeo kleurslag met als grondkleur geel, links de man let op de gelijkenissen met de kleurvelden bij de mozaïek en de overeen komsten met de wilde en Europese kanarie. De pop rechts laat mooi zien waar we meer bruin mogen verwachten bij de bonte of gepigmenteerde kanaries.
 Hier ziet men bij een broedrijpe man dat de cloaca zich heeft vervormd tot een tap die omhoog gericht staat.
 Bij de broedrijpe pop loopt de cloaca naar achter toe en eindigt eivormig, op de onderbuik zijn de kleine pluimpjes weg en vormde zich de broedplek.

|