"De federale overheid en de
deelstaten zullen er samen voor zorgen dat elke burger gratis minstens
één standaard stoffen mondmasker krijgt dat de mond en de neus volledig
bedekt. Mensen zullen ook twee filters krijgen, om in gekochte of zelfgemaakte
maskers te stoppen", liet de Nationale Veiligheidsraad vorige week vrijdag
weten.
Nee, ik ga niet sarcastisch doen over het pijnlijk onvermogen van de
Belgische/Vlaamse regeringen om tijdig voldoende mondmaskers te bestellen en
ervoor te zorgen dat iedereen er vanaf 4 mei minstens eentje in huis heeft. Terwijl
er wél van elke Belg verwacht wordt dat hij/zij een mondmasker draagt als
hij/zij buiten komt om weer te gaan werken. De "pragmatische" oplossing op z'n Belgisch is: "Maak zelf maar uw eigen mondmasker!"
Ik wil wél even stilstaan bij de aanbeveling/verplichting op zich: als
we ons onder de mensen begeven, in de openbare ruimte, en al zeker op het
openbaar vervoer, dan moeten we, vanaf 4 mei, een mondmasker dragen. Of anders
ons gezicht bedekken met een sjaal: zoals die hooligans die zich altijd in
betogingen mengen om amok te maken.
Nochtans ligt 2011 nog niet zo héél ver achter ons. En 2011, dat is
het jaar van de fameuze "boerka-wet",
waarmee België één van de eerste landen ter wereld was om het dragen van een
boerka of een nikab te verbieden in
de openbare ruimte. Om alle mogelijke klachten of vermoedens van discriminatie
te vermijden, is het verbod algemener gesteld dan alléén maar op een boerka of
een nikab: alles wat het gezicht bedekt,
is verboden. Zo voelde niemand zich geviseerd. En zo hadden ook de bankrovers
het meteen een stuk moeilijker: als die zich met een bivakmuts over het hoofd
op straat durfden te wagen, werden ze terstond gesanctioneerd; géén ontsnappen
mogelijk!
Om precies te zijn, is de wet (Artikel 563bis in het Strafwetboek) als
volgt: "Met geldboete van vijftien euro
tot vijfentwintig euro en met gevangenisstraf van een dag tot zeven dagen of
met een van deze straffen alleen worden gestraft, zij die zich, behoudens andersluidende
wetsbepalingen, in de voor het publiek toegankelijke plaatsen begeven met het
gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat zij niet herkenbaar
zijn."
Wie de helft van die zin niet snapt, hoeft zich geen zorgen te maken
over zijn/haar geestelijke vermogens. Wetteksten worden nu eenmaal speciaal zó
geschreven dat niemand er iets van begrijpt.
We hebben dus een probleem met mondmaskers, want die bedekken mond en
neus, en laten eigenlijk alleen nog de ogen vrij. Wie een mondmasker draagt
begeeft zich op publiek toegankelijke plaatsen "met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen".
Ik heb een sterk vermoeden dat ik niet zal beboet worden als ik morgen
een mondmasker draag in het station of op de trein. Maar hoe zit het dan met
het fameuze "boerka-verbod"? Hoe zal
onze justitie nu nog dat "boerka-verbod"
kunnen handhaven? Hoe zal men uitgelegd krijgen dat ik wél mag rondlopen met
een mondmasker dat mijn gezicht grotendeels bedekt, maar dat een moslimmeisje
met een nikab niet op straat mag
rondlopen? (Ter info: "Een nikab is een sluier die het gezicht
bedekt en de ogen vrij laat.")
Let wel: ik ben vóór een boerka-verbod. In mijn visie is het dragen
van een boerka of nikab een achterhaald concept uit de jaren 600, toen de
mannen blijkbaar seksueel onhoudbaar opgewonden werden door een "naakt" vrouwengezicht en dus tegen zó
veel verleiding moesten beschermd worden. Het is, in mijn opinie, een antiek
concept dat vrouwen verplicht zich te verbergen achter sluiers, en hen de
mogelijkheid ontneemt om sociaal te kunnen interageren met andere mensen. Het
is een kenmerk van het soort extremistisch en fanatiek islamisme dat zich maar
al te vlug vertaalt in geweld en geldingsdrang. Het is een uiting van de
onderdrukking van de vrouw, analoog aan het verbod voor vrouwen om zich alléén
op straat te wagen of om deel te nemen aan een gesprek "onder mannen".
Hoe dan ook, het verbod is er. Maar er is maar één gehaaide advocaat
nodig om het hele idee omwille van die mondmaskers volledig onderuit te halen.
Zouden ze daar bij de Nationale Veiligheidsraad al bij stilgestaan hebben?
Is er iemand die de "dagelijkse
cijfers" omtrent de Covid-19 besmetting niet op de voet volgt? Het scorebord
stond gisteren (27 april) op bijna 3 miljoen besmettingen en iets meer dan 207.000
dodelijke slachtoffers, wereldwijd. Als je weet dat een "normale" griepepidemie jaarlijks om en bij 250.000 sterfgevallen
veroorzaakt, dan valt nu al te voorspellen dat het SARS-CoV-2 virus het in de
cijfers zal winnen van het influenza-virus. Of zoals veel mensen het bij
herhaling formuleerden: "Dit is niet
zomaar een griepje."
Maar verklaart en rechtvaardigt dat de immense aandacht voor het virus
en voor de ziekte? De media-aandacht en politieke aandacht zijn ongezien en
buitensporig. In die mate zelfs dat er totaal geen plaats of ruimte of tijd is
voor andere dingen, andere problemen, andere ziektes. Terwijl er heus wel
andere problemen zijn op deze wereld die onze aandacht verdienen en nodig
hebben, en waar de media (en wij zelf) ook wel eens zouden mogen bij stil
staan. Een mens zou zich op den duur gaan afvragen of al die aandacht voor
Covid-19 misschien niet het ideale excuus zou zijn om al de rest te kunnen en mogen
vergeten of negeren?
Zoals die andere ziekte, bij voorbeeld, die al tientallen jaren
woekert en in sommige landen echte slachtingen aanricht, en die we maar niet
onder controle krijgen. Ook al kennen we de boosdoener en de remedie perfect.
Maar de wil ontbreekt, of de slagkracht, om er effectief werk van te maken om
de ziekte uit te roeien. En er spelen veel te veel verborgen agenda's om de middelen
op een gepaste en efficiënte manier in te zetten.
En dan heb ik het over Tuberculose.
Hoewel TBC een bacteriële
infectie is, en Covid-19 een virale infectie, zijn er toch enkele markante
gelijkenissen: de beide ziektes zijn erg besmettelijk, in de beide gevallen
gebeurt de besmetting vooral door partikels die een besmet persoon uitademt of -hoest, en in de beide gevallen zijn het vooral de longen die aangetast worden.
Maar er zijn ook enkele, even markante, verschillen.
Het eerste grote verschil is dat er voor TBC wél een geneesmiddel
bestaat, en dat de ziekte perfect kan behandeld worden. Méér zelfs: we hebben,
medisch gezien, de mogelijkheid om de ziekte bijna volledig uit te
roeien. De ziekteverwekker is al gekend van in 1882 en sinds de late jaren
vijftig van de vorige eeuw bestaan er antibiotica waarmee alle patiënten in
principe volledig kunnen genezen. Al duiken de laatste jaren ook TBC-bacillen
op die resistent blijken te zijn tegen de meest-gebruikte antibiotica. (Maar
over het gevaar van resistente bacteriën heb ik het al eens gehad in een eerder
stukje.)
In West-Europa is de ziekte trouwens zo goed als verdwenen, behalve
bij die groepen die overal en altijd uit de boot vallen.
Wie oud genoeg is, herinnert zich misschien nog de jaarlijkse horror
van de "krasjes" in de arm: de verplichte TBC-test, die in de jaren zestig van
de vorige eeuw nog gangbaar was omdat Tuberculose een veel voorkomende ziekte
was. Maar die test is al lang afgeschaft wegens overbodig. In België bij
voorbeeld waren er in 2018 maar 981 nieuwe gevallen meer, op een heel jaar
tijd. Dat is nauwelijks méér dan er dagelijks geregistreerd worden voor
Covid-19.
En toch lukt dat maar niet op wereldschaal.
Laat ons misschien ook eens naar het scorebord van Tuberculose kijken:
in 2015 waren naar schatting wereldwijd 10,4 miljoen mensen ziek door een
TBC-besmetting, en het dodental werd geschat op 1,8 miljoen. Daarmee staat Tuberculose
in de Top-10 van de oorzaken van sterfgevallen wereldwijd, en is het de meest
dodelijke infectieziekte ter wereld.
Waarom blijven ondanks alles toch zó veel mensen aan de ziekte
sterven? En waarom halen die cijfers zo goed als nooit de media?
Het antwoord is verbijsterend simpel: omdat TBC een ziekte van "de derde wereld" is. En dus interesseert
het ons maar matig.
De overgrote meerderheid van de zieken en slachtoffers zijn te vinden
in "ontwikkelingslanden", waar de
gezondheidszorg onbestaande is of volledig verwoest werd. De ergst getroffen
landen zijn landen van Zuidelijk Afrika, en India, Pakistan en Bangladesh in Azië,
en ook Indonesië.
En dát is het tweede verschil met Covid-19: er wordt met geen woord
over gerept in onze media.
Of hoe zelfs besmettelijke ziektes gediscrimineerd
worden als ze ons niet persoonlijk raken. Bij 200.000 corona-doden is de wereld
compleet stilgevallen, maar 1,8 miljoen TBC-doden veroorzaken zelfs geen rimpeltje
in onze beschaving.
Vorige vrijdag was er dus die langverwachte communicatie van de
Nationale Veiligheidsraad. En wat ik al gevreesd had, is uitgekomen. Het is
verkeerd uitgedraaid omdat ze het basisprincipe vergeten waren: die universele
wereldtaal waar ik nog zó op aangedrongen had.
Maar misschien hadden ze vóór de persconferentie gewoon niet voldoende
tijd gehad voor een spoedcursus West-Vlaams? (Want, ik geef het toe, een
gemakkelijke taal is het niet. Zelfs om een simpel "Ja" te leren vervoegen, is al veel oefening nodig.)
Wat is de overwegende conclusie nu, achteraf?
"Beschamend", "onprofessioneel", "een ramp!"
Maar dan heb ik het niet over de persconferentie van de Veiligheidsraad
of over de kwaliteit van de PowerPointpresentatie. Ik heb het over de kritieken
in de media en de commentaren van de (zogenaamde) communicatie-experten. Ik
durf er veel om te verwedden dat het gaat om communicatiespecialisten die
jammer genoeg geen graantje hebben mogen mee pikken bij deze show, en die maar
al te graag ook een mooie cent hadden verdiend aan dit communicatie-feest. En
nationale naambekendheid hadden willen verwerven. Maar ja, er konden er maar
een paar uitverkoren zijn, en de rest stikt van de nijd en jalousie. En
verlaagt zich dan maar tot schampere commentaren en irrelevante kritiek.
En de media, die pikken die kritieken natuurlijk gretig op: ze moeten
immers hun journaal gevuld krijgen, en de homepage op hun websites, en de
voorpagina's.
Zielig, eigenlijk, want uiteindelijk draait het allemaal toch om de
inhoud. Of niet?
Dat de presentatie met een krakkemikkige PowerPoint-show gebeurd is,
en dat de slides niet altijd synchroon liepen met wat gezegd werd, en dat de
verschillende fases als "1a" en "1b" en "1c" voorgesteld werden in
plaats van gewoon als "1, 2, 3",
en dat Sophie Wilmès niet spontaan of "empathisch"
klonk als ze in haar beste Nederlands haar verhaal probeerde te doen; en dat de
persconferentie te laat gegeven werd en dat ze te lang duurde. "So what?"
Waar het om gaat, is wát er gezegd werd. En dat lijken die communicatie-experten
even vergeten te zijn. Want voor die mannen (en vrouwen) draait het uiteraard
niet om de inhoud van de communicatie, het draait om hén: zij willen in het
brandpunt van de belangstelling staan. En als ze uit de boot gevallen zijn voor
de show zelf, dan grijpen ze nu elke andere gelegenheid aan om zich te
profileren. En de media (naïef of medeplichtig, daar spreek ik me niet over uit),
die doen er enthousiast aan mee.
En ja, het was té technisch en té gedetailleerd. Maar de vorige keer
was het dan weer niet gedetailleerd en duidelijk genoeg. En zo vinden ze altijd
wel een reden om kritiek te geven.
Wie trouwens zou gedacht hebben dat al die journalisten daar uit
journalistiek plichtsbewustzijn tot tien uur 's avonds braaf hebben zitten wachten
op een saaie uiteenzetting van méér dan een uur, omdat ze hun publiek correct
willen informeren, die is ontzettend naïef. Want ze wisten van te voren al wat
er zou komen, door de gelekte documenten; en hoe dan ook kregen ze achteraf een
kopie van het rapport toegespeeld waar het allemaal stond opgelijst. Nee, de
enige motivatie voor die journalisten om daar te zitten, was om zo veel
mogelijk puntjes van kritiek te kunnen noteren. Want kritiek op de politici,
dat scoort altijd.
Maar het moet gezegd: er was ook kritiek op de inhoud.
Voorspelbare en te verwachten kritiek van diegenen die voor zichzelf
méér hadden verwacht en verhoopt. Voorspelbare en te verwachten kritiek van
diegenen voor wie het allemaal een beetje te snel en te veel wordt. Voorspelbare
en te verwachten kritiek van diegenen voor wie het allemaal veel te traag gaat.
Dat soort kritiek is normaal, en te begrijpen. Soms toch. Dat een
bloemenwinkel pas ná Moederdag kan openen, is inderdaad bijzonder pijnlijk, des
te meer omdat de tuincentra wél al open zijn. En dat de markten nog niet
opnieuw open mogen, is een dikke streep door de rekening van de marktkramers.
Enzovoort. Maar de pil is voor iedereen even zuur om te slikken. Als de
bloemenwinkels hun zin zouden krijgen, dan komen de kleerwinkels klagen, en
terecht. Er is nu eenmaal geen mirakel-oplossing die iedereen gelukkig zou
maken. Tenzij we morgen met een flinke scheut bleekmiddel het virus in ons land
compleet kunnen uitroeien.
Kortom: de kritiek op de uiteenzetting was even voorspelbaar als
onnozel en nutteloos.
Maar alle kritiek had wél kunnen vermeden worden als ze mijn voorstel
voor het gebruik van de universele taal hadden gevolgd. Laat dat een les zijn
voor de volgende communicatie-sessie!
En misschien kan Sophie er de volgende keer ook een klein grapje
tussen smokkelen, zoals die wijze leider aan de andere kant van de oceaan
gedaan heeft. Als er dan kritiek komt, kan ze de media altijd nog verwijten dat
ze "dom" zijn.
Iedereen weet dat ik een grote fan ben van onze nieuwe BV's. Maar af
en toe komen ze toch iets verkondigen waarbij ik de wenkbrauwen ga fronsen.
Recente wetenschappelijke inzichten omtrent het virus zouden
aangetoond hebben dat de drager ervan vooral heel erg besmettelijk is in de
eerste dagen nadat de symptomen werden vastgesteld, en eigenlijk zelfs al vóór
er symptomen optreden. En dus, zijn de heren op het nieuws komen verkondigen,
moet je jezelf al in "zelf-isolatie"
plaatsen van zodra je symptomen opmerkt, en is het onverantwoord om dan nog je
huis te verlaten. Professor Van Ranst vond het zelfs ronduit "schandalig" dat mensen die zich ziek
voelen, nog buiten durven komen!
Okee.
Als de heren professoren dat zeggen.
Maar als ik al besmettelijk ben nog vóór ik symptomen vertoon, hoe
moet ik dat dan weten? Misschien ben ik wel een wandelende virus-bom zonder dat
ik er zelf iets van merk. Hoe zit dat dan? Gaan we dan misschien toch maar voor
alle zekerheid gewoon allemaal preventief in quarantaine? Wordt dat het nieuwe normaal? Elk apart in een
kamer, met de deur goed dicht, en dan misschien in het gezin elk om beurt naar
het toilet (en daarna elke keer alles goed ontsmetten) en elk om beurt naar de
keuken om iets te eten te halen of te maken? Kunnen we dan niemand meer
vertrouwen vanaf nu? Is dat de toekomst die ons wacht: dat iedereen, ook in ons
gezin, een potentiële vijand is?
En hoe zit dat met die eerste symptomen? In dit pollenseizoen loop ik
de hele tijd te niezen, en heb ik last van een droge hoest door ambetante
prikkelingen in de keel. Volgens de instructies van Professor Van Gucht zou ik
dus binnen moeten blijven, in zelf-isolatie: "Van zodra je begint te hoesten of niezen, moet je jezelf isoleren."
Als ik het advies van de professor had opgevolgd, dan zat ik nu al meer dan
twee maanden in corona-isolatie. En ik ben nog altijd even "ziek" als twee maanden geleden. Hoe zit
dat dan? Hoe maak je als gewone mens het onderscheid tussen een "corona-hoest" en een "allergie-hoest"? Ik kan dat niet, en dus
blijf ik wél buiten komen. Met het risico dat een bezorgde burger, gealarmeerd
door onze BV's, met mij op straat in de clinch gaat als ik een niesbui krijg,
en er de politie bij haalt om mij een corona-boete aan te smeren.
Ik heb een beetje het gevoel dat men, wellicht met de beste
bedoelingen, de paniek opnieuw wat wil aanzwengelen. Vermoedelijk als tegenzet
tegen de "corona-moeheid" die maakt
dat de mensen de neiging hebben om het allemaal niet meer zo nauw te nemen met
de richtlijnen. Een nieuwe injectie van paniek zou dan goed uitkomen om de dreigende
laksheid in ons doen en laten weer ongedaan te maken.
En dus komen er nieuwe boodschappen. Over hoe besmettelijk het virus
wel is vanaf de eerste dag, nog vóór je het zelf beseft. Over de lage
immuniteitsgraad in ons land: slecht 4% van de bevolking heeft al immuniteit
opgebouwd! (Maar wat hadden ze dan gedacht? Als iedereen in zijn kot blijft,
dan wordt bijna niemand ziek en dus zal bijna niemand antilichamen aangekweekt
hebben.) Dat het virus nog héél lang in ons land en in de wereld zal blijven,
en dat dus de strenge maatregelen nodig blijven (want we hebben geen immuniteit
opgebouwd). Dat er in oktober een nieuwe golf op ons af komt, en dat we daar
totaal niet tegen gewapend zijn.
En dan geeft de professor ook nog de alarmerende boodschap mee dat de "oversterfte" door dit virus "veel groter is dan de oversterfte bij een
seizoensgriep of een hittegolf". (Ik zie het verband niet goed tussen een
hittegolf en een virale besmetting, maar goed.)
Ja, uiteraard is dat zo: volgens de cijfers die we in België
rapporteren. De hele wereld kijkt in stomme verbazing naar de Belgische
sterftecijfers, de hoogste van de hele wereld. Per inwoner zelfs vier keer
hoger dan in de zwaar getroffen USA. Dat komt omdat bij ons de "vermoedelijke" gevallen mee geteld
worden: elk overlijden in een woonzorgcentrum waar Covid-19 gesignaleerd werd,
wordt meegeteld als "corona-dode". Dat
betekent dat bij ons het sterftecijfer door Corona misschien wel met de helft overschat
wordt.
Maar het helpt wél om de bevolking alert te houden. En vermoedelijk is
dát precies de bedoeling.
Vermits dit virus hier, volgens onze BV's, is "om te blijven", wordt dát vermoedelijk het beeld van ons leven in
de toekomst: afzondering, isolatie, afstand, vereenzaming.
En als we buiten komen en elkaar toch eens mogen ontmoeten, dan moeten
we de helft van ons gezicht afdekken met een masker. (Wat trouwens, strikt
genomen, strafbaar is sinds 2011.)
We zullen dan ook nauwgezet al onze contacten moeten "rapporteren".
Ik wil niet mee heulen met de algemene paniekzaaierij, zoals
bijvoorbeeld dat (niet geverifieerd) bericht op alle media dat Corona zou kunnen
overgaan op je huisdier. Door dit soort fake-berichten
zijn we ondertussen allemaal ook bang geworden voor de nabijheid van een kat of
een hond, en zijn er al suggesties dat ook onze huisdieren "in hun kot" moeten blijven.
Ik zou het wél willen hebben over een gevaar dat op de loer ligt, en
dat op termijn misschien véél ernstiger en méér levensbedreigend is dan het
SARS-CoV-2 virus: bacteriën die resistent zijn tegen alle antibiotica.
Er zijn nu al een aantal bacteriën die resistent zijn tegen veel
soorten antibiotica; ik denk aan de gevreesde ziekenhuisbacterie. Die resistentie kost onnodig veel mensenlevens,
omdat de gekende en geteste antibiotica, door overmatig gebruik, niet meer
werken. Er wordt daarom hard gewerkt aan de ontwikkeling van "aminoglycoside" antibiotica; het zijn
die antibiotica die nu ingezet worden tegen "multiresistente" bacteriën. Heel recent is een totaal nieuw aminoglycoside
antibioticum ontwikkeld, "Plamomycine",
in de hoop de meest resistente bacteriën te kunnen vernietigen. Aminoglycosiden hebben als bijzondere
eigenschap dat zij de celwand van een bacterie kunnen doorboren en de
eiwitsynthese van de bacterie verstoren zodat die afsterft; bovendien is hun
werkzaamheid niet beperkt tot de groeifase van een bacterie.
Maar onlangs is een gen ontdekt
dat bacteriën resistent kan maken tegen alle soorten antibiotica. Het gen zou ook
de werking van die "aminoglycoside" antibiotica
kunnen tegengaan.
Terloops: in tegenstelling tot een virus, is een bacterie wel degelijk
een (ééncellig) levend organisme; een virus is niets méér dan een stukje DNA
omgeven door een eiwitmantel. Strikt genomen is een virus dus géén "levend" wezen. Een virus kan zich alléén
vermeerderen door de cellen van een gastheer over te nemen.
Het pas ontdekte gen, dat op geen enkel gekend gen lijkt, is
vooralsnog vrij zeldzaam in de natuur. Het wordt vooral gevonden in vervuild
water, in India. Als je bedenkt hoe in Azië, vooral dan in India, een echte
volkscultuur gegroeid is om allemaal samen ritueel te gaan baden in de Ganges,
zowat de vuilste rivier ter wereld, dan spreken we over een potentiële epidemie,
op gigantische schaal, van bacteriële infecties die niet behandeld kunnen
worden.
Als dat gen zich verder gaat verspreiden en zich aan verschillende bacteriën
zal hechten, dan is het einde wel helemaal zoek. Want dan zullen alle bacteriële ziektes die we nu met
onze antibiotica onder de knie konden krijgen, weer vrij spel krijgen.
Wat vooral zorgwekkend is, is dat het gen zich bij voorkeur lijkt te
hechten aan Salmonella, één van de
meest agressieve bacteriën die er zijn, en aan Pseudomonas, een bacterie die ziekenhuis-longinfecties veroorzaakt.
In deze Corona-tijden, met de vele longpatiënten, is dát toch wel een bijzonder
zorgwekkende evolutie.
Het nieuwe gen is ondertussen trouwens al gelokaliseerd in
ziekteverwekkers die onderzocht werden in de Verenigde Staten, in China en in
Italië. Wellicht niet toevallig landen die ook erg zwaar door Corona getroffen
zijn?
De ontdekking van dit gen
doet bij de wetenschappers de vrees rijzen dat er vermoedelijk nu al bacteriën
bestaan die een gen meedragen waardoor ze resistent zullen zijn tegen elke vorm van nieuwe antibiotica.
Het SARS-CoV-2 virus zal binnen enkele weken wellicht voor een jaar uit
ons leven en uit de media verdwijnen, en eer het weer actief wordt zullen we
vermoedelijk/hopelijk al een vaccin ontwikkeld hebben dat ons beschermt. Maar
bacteriën waartegen geen enkel antibioticum nog zal helpen; zoiets kan ons hele
gezondheidssysteem totaal onderuit halen. En dan zal Corona echt wel de minste
van onze zorgen zijn.
Als er iets is wat echt bijzonder belangrijk is in crisistijden, dan
is het zeker een goede communicatie.
Dat is onlangs nog pijnlijk gebleken bij de communicatieflater rond de
toegang tot de woonzorgcentra: "Vanaf nu
mag het weer, zei de federale regering. "Nee, het mag natuurlijk nog niet", zei de Vlaamse regering. "Wij weten nergens van", zei de sector
zelf.
En later nog een keer bij de "duidelijke"
communicatie rond de doe-het-zelf-zaken die in de ene provincie open mochten en
in een andere dan weer niet. Zoals onze onovertroffen Minister van Binnenlandse
Zaken het formuleerde: "De regels zijn
volkomen duidelijk. Er is géén onduidelijkheid! Er is duidelijkheid voor wie de
duidelijkheid wil accepteren."
Een verfwinkel die ook ladders verkoopt om het plafond te kunnen
verven, die mag open; een verfwinkel die alléén maar verf en borstels verkoopt,
die blijft dicht. Dat is toch duidelijk? Is dat nu zo moeilijk?
Eén van de basisregels voor een goede communicatie, is dat we allemaal
dezelfde taal spreken: een universele taal, een wereldtaal.
En ik heb het gevoel dat deze corona-crisis ons daarbij helpt. Dat
deze moeilijke tijden de mensen ertoe aan zet om zich in te spannen om allemaal
dezelfde taal, die wereldtaal, te
spreken. Het is in elk geval zo dat ik bij mijn wandelingen door het mooie
Merelbeke in het weekend meer en meer fietsers ontmoet die ik onder elkaar
West-Vlaams hoor spreken. Geen onverstaanbaar Merelbeeks, geen Gents dialect
dat niemand kan begrijpen. Maar wél West-Vlaams. Vermits het dikwijls gaat om
oudere dames, vermoed ik dat die niet vanuit het verre Westen naar Merelbeke
zijn komen fietsen. Het moeten dus "locals"
zijn. Plaatselijke bewoners, die begrepen hebben dat we enkel uit deze crisis
zullen raken als we allemaal dezelfde taal spreken. En welke taal heeft nu
eenmaal de grootste verspreiding, het meest universele karakter? Juist: het
West-Vlaams.
Zo is er in Frankrijk een dorpje dat "Taloire" heet. En een ander dorpje heet, minder onschuldig, "Quissac". Je kan in Frankrijk ook auto's
huren bij de firma "Min gat". In
Italië kan je snacks krijgen als je vraagt naar "E da bere". In Turkije zijn ze ook al voor een deel overgeschakeld:
daar kan je bij de fijne vleeswaren kiezen voor "şarküteri". In Zweden hebben ze de brandblusapparaten al aangepast,
en daar komt nu "skum" uit. En je kan
er gaan eten in een "restaurang". In
Noorwegen kan je voor je schoenen terecht in de "skomakeri". Er is daar ook een dorp dat "Skibotn" heet. Voor de liefhebbers van ijs, kan je in de
Scandinavische wereld ook in het West-Vlaams terecht: "Iskrem". In Finland hebben ze dan weer lekkere "Suklamousse", en in Duitsland heerlijke "rosinenstuten". En in Griekenland
weten ze al dat "carroten" goed zijn
voor wie veel in de zon wil zitten. In Mallorca hebben ze zowaar een
kledingwinkel voor "Zwinz". Zelfs aan
de overkant van de oceaan kennen ze hun West-Vlaams. Als je bijvoorbeeld in New
York wil gaan shoppen, kan je altijd, zoals Will Tura, langs gaan bij "Mo vint".
Kortom: waar je ook komt in de wereld, er is één taal die overal
opduikt en die overal begrepen wordt.
Het valt trouwens op hoeveel West-Vlaamse woorden ook al in het Engels
overgenomen zijn, al is de link met de moedertaal ondertussen verloren gegaan: "tit", "noise", "hunter", "boy", "dust", om er maar enkele te noemen.
Ik begrijp dat het West-Vlaams nu nog niet zo evident is voor iedere
wereldburger, maar je kan het op een fijne manier aanleren door het
Corona-liedje waarvoor ik eerder al via Facebook reclame heb gemaakt:
Er zijn héél veel zieken, dezer dagen. De cijfers worden elke dag
zorgvuldig bijgehouden en in allerlei alarmerende grafieken gepresenteerd. Voor
de hoogbegaafden onder ons zelfs op een "logaritmische
schaal": heel indrukwekkend, maar het zegt mij eerlijk gezegd niet veel.
Dat gaat dan over de fysiek zieke mensen, slachtoffers van Corona.
Over de vele andere zieken, voor wie de behandeling op pauze gezet
werd wegens de lockdown en paniek, en voor wie dit uitstel misschien wel fataal
zal blijken, worden geen cijfers gepubliceerd. Die tellen niet mee. En binnen
enkele jaren zullen dat gewoon statistieken zijn, neem ik aan.
Over diegenen die, al dan niet door Corona, ziek zijn in hun hoofd,
wordt nog minder gesproken. Het gaat dan over mensen die psychische problemen
hebben of hadden, en die nu onder de corona-stress en -paniek compleet tilt
slaan.
Zo hebben een stel gasten met een ontzettend zieke geest zich in het
vredige Oudenburg onlangs al enkele nachten bezig gehouden met het besmeuren
van het huis en de auto's van Rode Kruis vrijwilligers, met menselijke
uitwerpselen; kaka, dus. Uitgerekend
die mensen die we zouden moeten aanmoedigen en steunen en dankbaar zijn, worden
gepest met vieze vuiligheid.
En in de Zwalmstreek blijken er zieke geesten rond te lopen die
gebruikte pampers in de Zwalm dumpen.
Degoutant, wansmakelijk, ziek!
Maar het kan nog erger!
En dan heb ik het over dolgedraaide types in de stijl van Donald Trump
of Jair Bolsonaro, die het bestaan om als president de protesten te steunen tegen de voorzorgsmaatregelen om de
verspreiding van Covid-19 in hun eigen land onder controle te krijgen.
Als ik die zin herlees, dan vrees ik dat ze onbegrijpelijk zal
overkomen; wartaal, nonsens. Een beetje als een gedicht van Paul Van Ostaijen, in
de stijl van: "Zwarte sluiers bliksemen
stenen uit donkerte."
Daarom probeer ik eens opnieuw.
In de Verenigde Staten van Amerika loopt het aantal besmettingen en
ook het aantal doden schrikbarend hoog op. Daarom zijn er ook daar, net als bij
ons, maatregelen opgelegd met betrekking tot "social distancing" en "Stay
in your kot!" Allemaal in de hoop dat het min of meer onder controle zou blijven,
want de medische voorzieningen bleken al gauw ontoereikend, en de toestand werd
in sommige plaatsen (zoals New York) ronduit dramatisch. En dus gingen sommige
van die Verenigde Staten (waar de situatie het meest alarmerend was) in een
soort "lockdown". Weliswaar van het "permissieve" soort, want een Amerikaan
zijn vrijheid afnemen is bijna zo erg als hem zijn wapen afnemen.
Jammer genoeg zijn de gouverneurs van een aantal van die staten lid
van de verkeerde partij: Democraten,
dus. En jammer genoeg zijn een aantal van die gouverneurs van het verkeerde
geslacht: vrouwen, dus. En jammer
genoeg hebben sommige van die gouverneurs het aangedurfd om kritiek te uiten op
het beleid (of non-beleid) van de
President. Resultaat van dit alles: Donald J. Trump steunt via allerlei
stompzinnige tweets de agressieve en gewapende protestbewegingen van zijn
aanhangers in die Staten. Dat ze daarbij het samenscholingsverbod met de voeten
treden en massaal dicht bij elkaar samen troepen, dat is geen probleem, vindt
de heer Trump. Hij noemt hen "verantwoordelijke
mensen" en voorvechters in de strijd voor vrijheid en tegen de inperking
van het "Tweede Amendement". (Wat dat
met de richtlijnen tegen samenscholingen te maken heeft, is mij een raadsel.
Maar in het zieke hoofd van Donald heeft alles met het Tweede Amendement te
maken.)
En zo komt het dat de President van de Verenigde Staten de mensen
steunt (en zelfs opjut) die menen te moeten protesteren tegen hun regering. Tegen gezaghebbers
in het land dat hij zélf verondersteld wordt te leiden, dus.
Die van Brazilië, die is helemaal aangetast door de corona-gekte: die
gaat zelfs zélf mee betogen tegen de opgelegde "lockdown" maatregelen in zijn eigen land. Maar ja, wat kan je
anders verwachten van een man die beweert dat de milieubewegingen de
Amazone-wouden in brand gestoken hebben. (Deze Corona-crisis is trouwens
bijzonder nefast voor het Amazone-woud: net als bij ons is er maar één ding
meer dat telt of dat in de media komt. En dus kunnen goudzoekers en
grootgrondbezitters ongestoord hun gang gaan om het Amazone-woud verder af te
branden.)
Maar het zou misschien té gemakkelijk zijn om de
schuld te leggen bij de corona-hysterie. Vermoedelijk gaat het om types die al
héél lang héél ziek zijn in hun hoofd: de anonieme kleine idioten, en de grote
idioten die zó erg van zichzelf vervuld zijn dat ze zich dat soort ziek gedrag
denken te mogen permitteren.
Slecht nieuws voor de "échte man":
recent wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat mensen met een hoge
activiteit van "androgenen"
kwetsbaarder zijn voor het SARS-CoV-2 virus, en dus méér kans lopen op ernstige
ziekteverschijnselen en overlijden. De infectie veroorzaakt door SARS-CoV-2
lijkt te worden geholpen door de androgenen
in ons lichaam. Androgenen, waarvan testosteron het gekendst is, zijn de geslachtshormonen
die ondermeer verantwoordelijk zijn voor de baardgroei bij mannen.
Met andere woorden: mannen met een volle en uitbundige baardgroei zijn
diegenen die het meeste kans lopen van alle mensen, om door het virus ernstig
ziek te worden. ("Jan, Piet, Joris en
Korneel", dus. Of "ZZ Top", dat
kan ook.) Vrouwen maken véél minder androgeen aan, en dat verklaart waarom de
ziekte overwegend mannen zwaar treft: van de overleden patiënten jonger dan 75
jaar, zijn er ongeveer 32% vrouwen en 68% mannen. Het zou ook verklaren waarom
kinderen, op enkele zeldzame uitzonderingen na, zo goed als géén
ziektesymptomen vertonen: kinderen maken tot de leeftijd van 10 jaar nauwelijks
androgenen aan.
Voor de mannelijke mannen is
dat slecht nieuws, maar voor de strijd tegen Corona kan dit misschien goed
nieuws zijn. Het zou namelijk kunnen impliceren dat sommige anti-androgenen (zoals die nu al
toegepast worden in een hormoontherapie tegen prostaatkanker) kunnen helpen in
de strijd tegen Covid-19.
De strijd tegen het virus wordt overigens over de hele wereld in
honderden laboratoria intensief gevoerd.
Zo is er een ander onderzoek waaruit zou blijken dat het geneesmiddel Ivermectine, dat nu gebruikt wordt tegen
infecties door parasieten, zoals de bekende lintworm,
in laboratoriumomstandigheden de virus-populatie volledig kan vernietigen in
minder dan 48 uur. Al is het nu nog wachten op reële testen op levende
personen. Maar als het waar is, dan zijn de mensen die in behandeling zijn voor
een (lint)worminfectie helemaal safe. Als dat geen vertroostende gedachte is!
Een geneesmiddel dat ook veelbelovend lijkt, is Remdesivir, een antiviraal middel dat ontwikkeld werd in de strijd
tegen onder andere Ebola. Uit laboratorium-studies is gebleken dat het ook
effectief zou zijn als virus-remmer bij corona-virussen, zoals het SARS- en
MERS-virus. Vermits ook SARS-CoV-2 een corona-virus is, zijn de vooruitzichten
positief, en overweegt men om het effectief al in te zetten in een "compassionate use" programma: dat is een
programma waarbij nog-niet-goedgekeurde medicijnen op beperkte schaal toch al
toegediend worden aan patiënten voor wie er anders geen hoop meer is. Maar
vooraleer het middel op grote schaal zal kunnen ingezet worden, zullen ook hiervoor
nog heel veel klinische testen moeten uitgevoerd worden om zekerheid te hebben
over de werking en over mogelijke neveneffecten.
Er worden ook testen uitgevoerd met het "BCG"-vaccin, een vaccin dat erg effectief gebleken is in de strijd
tegen tuberculose. Het vaccin heeft als voornaamste eigenschap dat het ons
afweersysteem een boost geeft, en zou
dus vooral nuttig kunnen zijn bij oudere mensen met een verzwakte immuniteit.
Een andere piste die heel veel aandacht krijgt, steunt dan weer op het
besef dat het ons eigen afweersysteem is dat die verwoesting in de longen
aanricht. Er bestaan al geneesmiddelen die ingezet worden bij ziekten die door
ons eigen immuunsysteem veroorzaakt worden, zoals Taaislijmziekte of Jicht.
Dat zou een hele nieuwe behandelingsmethode voor Covid-19 kunnen mogelijk
maken. Zeker voor die mensen die ernstige longletsels dreigen op te lopen.
In Basel, Zwitserland is alvast gestart met een "compassionate use" programma waarbij het geneesmiddel Ruconest toegediend werd aan patiënten
met zeer ver gevorderde longschade, die op geen enkel ander middel reageerden. Ruconest is een ontstekingsremmer,
bedoeld voor patiënten die (door een erfelijke afwijking) het "C1-erastaseremmer"-eiwit niet zélf
aanmaken en daardoor een overactief afweersysteem hebben. De vijf patiënten aan
wie het als ultiem redmiddel werden toegediend, zijn trouwens alle vijf genezen.
Er wordt inderdaad in de wereld van de medische wetenschap keihard
gewerkt. Niet alléén aan een vaccin dat ons immuun zou moeten maken voor het
kwaadaardige virus, maar ook aan medicatie die ons kan genezen als het virus
ons toch te pakken zou hebben. Maar de wetenschappers blijven voorzichtig, en
er zal nog ontzettend veel "in vivo"
moeten getest worden. Het zal dus wel nog even duren eer een bruikbaar medicijn
écht op grote schaal kan ingezet worden.
Er is maar één iemand op deze planeet die denkt dat we morgen al een
geneesmiddel kunnen inzetten. Donald J. Trump wil onmiddellijk starten met "hydroxychloroquine", een anti-malaria medicijn,
zonder verdere testen af te wachten. "Baat
het niet, het schaadt ook niet" denkt Donald. Ook al zijn de eventuele
bijwerkingen niet min: mogelijke hartproblemen, leveraandoeningen, doofheid.
Of het middel ook schade veroorzaakt aan onze hersenen, is nog niet
duidelijk. Maar dat Donald vermoedelijk zelf wél hersenschade heeft opgelopen,
lijkt erg waarschijnlijk.
Als er iets gebeurt wat we niet goed begrijpen, of
als ons iets ter ore komt dat ons onbekend is, dan wordt ons hart en onze geest
onmiddellijk overrompeld door angstgevoelens en een lichte vorm van paniek. En
dan zoeken we wanhopig naar een logische verklaring. Want als we het kunnen
verklaren, als we het kunnen begrijpen, als we een logica kunnen ontdekken, dan
voelen we ons gerustgesteld en verdwijnt de paniek. Weliswaar om in veel gevallen
plaats te maken voor boosheid of ergernis tegenover diegene die als de oorzaak
of bron van onze angsten ontmaskerd werd.
Sluwe en louche individuen of organisaties kennen dit
fenomeen maar al te goed, en profiteren er gretig van om ons met allerlei complottheorieën
te overspoelen die een zogezegde "logische
verklaring" aanbieden.
Deze Corona-tijden, met een algemeen klimaat van
angst en onzekerheid en paniek (deskundig aangewakkerd door de media) zijn voor
de onruststokers, die complotten de wereld in sturen met de bedoeling chaos en
verwarring te creëren, gouden tijden.
En de complotten groeien als paddenstoelen uit de
grond.
Over het ontstaan van het SARS-CoV-2 virus: dat het
door de verfoeide Chinezen gefabriceerd werd, bedoeld als een biologisch wapen.
Over het bewust achterhouden van informatie over de
verspreiding van het virus, zowel (eerst) in China als (later) in Amerika, met
als bedoeling iets waar ik het raden naar heb.
Over het verband tussen dit virus en de ontwikkeling
van de 5G-technologie: het virus zou verspreid geweest zijn om de gevaarlijke
effecten van 5G te maskeren, of iets van die strekking.
5G en het nieuwe virus: een ideale cocktail voor
complotten, want de beide zijn onbekend en dus iets om bang voor te zijn. En
als er geen verband kan gelegd worden tussen het uitbreken van de
Covid-epidemie en de 5G-ontwikkeling, dan blijft nog altijd de theorie dat 5G
sowieso gevaarlijk is, vanwege de "straling".
Want "5G", dat is iets wat we niet
kennen, en dus boezemt het angst in. Vooral omdat het woord "straling" gebruikt wordt, en dan denken
we meteen aan nucleaire straling; ook
al iets wat we niet goed begrijpen, en dus meteen willen afwijzen.
Om dat maar meteen te ontkrachten: de "straling" van 5G is niet gevaarlijker
dan de elektromagnetische golven die zorgen voor wat onze radio en teevee
uitzenden. 5G-golven zijn precies hetzelfde als 4G- of 3G-golven, die ervoor
zorgen dat we kunnen bellen en sms-en met onze gsm en smartphones. Het "verschil" is dat 5G-golven "gerichter" zijn: ze zijn meer
geconcentreerd tussen de zender en de ontvanger, zodat er minder willekeurige
omgevings-straling is. Ze hebben ook een hogere frequentie, en daardoor een
kortere golflengte; de impact daarvan is dat er meer masten nodig zijn, maar
verder maakt dat niets uit. Trouwens, door die hogere frequentie is 5G zelfs
minder "schadelijk" dan 4G, want die
hoogfrequente straling kan niet eens door de menselijke huid dringen.
Overigens, de "straling"
die we van onze smartphone krijgen als we aan het bellen zijn, ligt tot wel
1000 keer hoger dan de straling in de
buurt van een zendmast.
Maar tóch blijven allerlei organisaties, meestal van
anarchistische strekking, de complottheorieën rond 5G de wereld in sturen via
de sociale media, en worden die theorieën massaal opgepikt. Want: "Je weet maar nooit, hee. Misschien is het
tóch waar?"
Het grappige is dat die organisaties zonder dit soort "straling" (meestal nog altijd 4G)
hun boodschappen nooit de wereld hadden kunnen rond sturen. Ze gebruiken dus precies
dátgene waar ze voor "waarschuwen" om
hun "waarschuwing" te verspreiden.
Hoe cynisch kan je zijn?
Minder grappig is dat ze hierbij ook oproepen tot
geweld en vandalisme, en zelf ook het geweld niet schuwen. Zendmasten worden in
brand gestoken en de apparatuur wordt vernietigd. Los van het feit dat geweld
en vandalisme nooit goed te praten
zijn, is er de pijnlijke vaststelling dat ze op die manier ook noodzakelijke en
levensreddende communicatiekanalen vernietigen: als er in de buurt van zo'n
afgebrande zendmast een ongeluk zou gebeuren, dan kunnen de hulpdiensten niet
eens gebeld worden.
Of hoe fanatisme ook in dit geval levens kan kosten!
De uitbundige zonneschijn van deze uitzonderlijk vroege lente heeft
ook de Buxusrups vroegtijdig uit de
winterslaap gehaald: de eerste rupsen zijn al gesignaleerd op de tere buxusplantjes,
en ze lijken zich niets van een samenscholingsverbod aan te trekken.
Het zal dus kwestie zijn van ze heel vlug en ongenadig te lijf te
gaan.
De niet-zo-groene jongens (of meisjes) zullen vermoedelijk al de
gifspuit bovenhalen, en hopen dat ze nog een voorraadje hebben van vorig jaar,
want de tuincentra zijn nog gesloten, of toch zo goed als. Wie geen gif in huis
heeft, zal lijdzaam moeten toezien hoe de rupsen zijn of haar mooie haag kapot
vreten terwijl hij/zij geduldig zijn/haar beurt staat af te wachten in de
eindeloze rij wachtenden voor het tuincentrum.
De groene jongens zullen wellicht argumenteren dat al dat gif totaal
niet nodig is, en zelfs bijzonder nefast voor bijvoorbeeld de mezen die wel een
rups lusten op tijd en stond, en dan het risico lopen een gifbom binnen te
spelen.
Voor die groene jongens moet de noeste tuinder maar de handen uit de
mouwen steken en de verderfelijke rupsen één voor één van de tere blaadjes weg
plukken. (Wat moet je dan eigenlijk aanvangen met die bijeen gespaarde rupsen?
Als groene jongen mag je die niet vernietigen, toch? Moet je die dan vrij laten
in de wijde natuur?)
De allergroenste (of meest luie) jongens zullen zeggen: "Gewoon laten begaan. De buxushaag herstelt
zichzelf wel."
Ze hebben geen ongelijk. De buxushaag is namelijk sterker en
veerkrachtiger dan we denken. En ook al staat ze er na een passage van de
rupsen kaal en verpieterd bij, ze zal in de meeste gevallen het volgende jaar
gewoon opnieuw opschieten en groene blaadjes krijgen.
Bovendien doet de Buxusrups
eigenlijk zichzelf de das om. Het beest is immers zó vraatzuchtig dat het
werkelijk alles kaal vreet in de wijde omgeving. Na de doortocht van een
kolonie rupsen blijft er niets meer over behalve droge takken. En dan ontpoppen
de rupsen zich tot mooie vlinders: de Buxusmot,
die dol is op de geur van Aloë Vera. Die mag heel eventjes rondfladderen, maar
heeft als enige bestaansreden te paren om een volgende generatie rupsen te
produceren. Helaas voor die volgende generatie heeft de vorige al alles kaal
gevreten, en dus zullen de meesten omkomen van de honger. Er blijven er daarom
niet veel over om de familienaam verder te zetten, en de buxushaag heeft nieuwe
ademruimte om weer aan te sterken. Althans tot een volgende generatie komt, die
weer kan gaan kweken als de konijnen en weer massa's rupsen zal voortbrengen.
En de cyclus kan herbeginnen.
Waarom vertel ik dit verhaal nu?
Voor een deel omdat het mooie herinneringen oproept aan een heerlijke
zomervakantie in de Aude. Lang geleden, in de tijd toen we nog op zomervakantie
mochten gaan. (Weet u nog?)
Maar vooral omdat het een stichtend verhaal is: wij, mensen, zij niet
zó verschillend van de Buxusrups. Ook wij plunderen onze eigen voedsel- en
andere bronnen in sneltempo leeg, tot de volgende generatie opeens niet genoeg
meer zal hebben om iedereen de kans te geven te overleven. Alléén de sterksten
(lees: de rijksten) zullen het halen, en voor hen zal er dan méér dan genoeg
zijn. Voor een tijdje toch: tot de heb- en vraatzucht weer groter zal worden
dan wat de Aarde kan leveren.
En ook wel omwille van de parellel met het Corona-virus.
Ook de Buxusmot komt immers
uit China, zoals ik in een vroeger stukje al eens vermeld heb. En wie weet: misschien
is ze daar wel speciaal gekweekt om onze Westerse tuinen te komen vernietigen?
Misschien is het wel een kunstmatig
insect, een biologisch wapen? In elk geval hebben de Chinezen ons hier nooit
voor gewaarschuwd, en dat is onvergeeflijk! (Waar blijft de onderzoekscommissie
om dat uit te pluizen?)
En net als het SARS-CoV-2 virus is ook de Buxusmot hier voor altijd: wat we ook verzinnen, we raken ze nooit
meer helemaal kwijt. We zullen er moeten leren mee leven.
"Will you still need me, will
you still feed me, When I'm sixty-four" zongen de Beatles in 1967.
Alsof 64 die speciale leeftijd zou zijn, waarop de aftakeling
toeslaat. Ze waren fout: de aftakeling begint bij 65! Dat heb ik vorig jaar
mogen ervaren, en ik word er nu nog elke dag aan herinnerd.
Daar waar ik tot vorig jaar nog met iedereen mee kon bij het stappen
of fietsen, en geen helling mij te steil was en geen afstand te lang, is dat
een jaar geleden plots veranderd.
De steile klim op het paadje naar de watertoren van Merelbeke? Vroeger
was dat voor mij geen enkel probleem; ik ben daar zelfs nog met de fiets naar
boven gereden. Maar nu strompel ik het pad op, en halfweg kom ik nog amper
vooruit. Als mijn conditie op die negatieve manier blijft evolueren, dan zal ik
binnenkort achteruit moeten stappen om aan de watertoren te geraken.
En fietsen naar de kerk van Munte, of van de Schelde omhoog langs de
Langeweide tot aan de Gaversesteenweg? Vroeger deed ik dat bijna spelenderwijs;
mijn stalen ros en ik, één gesmeerde machine. Maar nu raak ik amper nog
Munteberg op. En tegen dat ik boven kom, snak ik naar lucht als een verloren
vis op het droge.
En dat allemaal vanaf de dag dat ik 65 geworden ben!
Maar misschien was het wel niet de gevreesde mijlpaal van vijfenzestig
die mij de das heeft om gedaan? Misschien was het wel Corona? Want al bij al:
de symptomen waren overduidelijk.
Kortademigheid? Zoals ik daar boven bij de kerk van Munte piepend naar
adem stond te happen: Check!
Koorts? Het zweet droop langs mijn rug omlaag, en mijn gezicht zag
roder dan een tomaat: Check!
Als ik er achteraf op terug kijk: het moet Corona geweest zijn.
Misschien was ik wel "Patient Zero"?
Geen biologisch wapen uit China, geen besmette skiërs uit Tirol. Gewoon een domme
fietser in de Merelbeekse natuur!
De vraag is natuurlijk: "Waar en
hoe heb ik het virus opgedaan?"
Misschien werd het monster mee uitgestrooid door de mestkarren van de
boeren op de velden onderweg? Of zat het verstopt in de manen van de paarden
die een stukje met mij mee holden in Melle? Weinig waarschijnlijk.
Ik kan maar één logische verklaring bedenken: het moet de schuld
geweest zijn van de windmolens waar ik telkens, bij zowat elke fietstocht, een
kwartier verpozing heb gezocht.
Er is nog geen wetenschappelijke verklaring, maar ik ben er vrij zeker
van. En als ik het straks op Facebook zou zetten, dan zou het ook écht "de waarheid" worden. Want alles wat op
Facebook verschijnt of op Twitter te lezen valt, of op de app van een digitale
krant, is per definitie waar.
De windmolens, dus. Het SARS-CoV-2 virus gedijt vermoedelijk vooral in
luchtlagen tussen 100 en 200 meter hoogte. Normaal hebben wij daar geen last
van, en de virussen kunnen ook niet vanzelf afdalen tot op grondniveau. Maar
waar windmolens staan, scheppen hun wieken de virussen op uit die hogere
luchtlagen, en voeren ze mee tot op ongeveer onze hoogte. En het kwaad is
geschied.
Het is gewoon allemaal de schuld van de windmolens!
Pieter De Crem had groot gelijk toen hij ze onder geen enkel beding in
zijn gemeente wilde. Zou hij misschien voorkennis gehad hebben?
Als de interesse voor de Corona-berichtgeving wat zal beginnen afnemen
wegens "altijd meer van hetzelfde", is
er een nieuwe ramp op handen waarover ze met sensationele berichten nog eens paniek
kunnen creëren. Een ramp trouwens die bovendien ook nog eens véél fotogenieker
is dan Corona: een brand die maar niet onder controle te krijgen is, en die ons
allemaal bedreigt.
Het brandt namelijk in het noorden van Oekraïne, in de streek van
Tsjernobyl. Je weet wel: waar die verwoeste kerncentrale staat te verkommeren.
De reactor zelf, zo goed mogelijk ingekapseld, is ook nu nog een kruitvat van
radioactieve deeltjes die straling afgeven, levensbedreigend voor alles en
iedereen die in de buurt durft te komen. Maar zowat het hele gebied, in een
ruime omgeving, is nog altijd zwaar radioactief vervuild.
Niet zo ver van de restanten van de nucleaire centrale staat een bos
waarbinnen de vegetatie, de bomen en struiken, helemaal rood geworden zijn,
omdat alles door straling aangetast is: we spreken, bijna letterlijk, over "radioactieve bomen". En laat nu net dat
bos in brand staan! Wat dus betekent dat er een radioactieve rookwolk aan het
opstijgen is, die zowat overal naartoe kan drijven. Als we pech hebben, dan
krijgen we die binnen afzienbare tijd ook over ons heen. Zoals toen, in 1986.
En het kan nóg erger worden, want het vuur blijft verder uitbreiden:
ondertussen staat al ongeveer 46.000 hectare bos in brand. Er is immers niemand
om de vuurhaard te blussen. Ik zou me in elk geval niet bij de vrijwillige
brandweer aanmelden om in een radioactief bos te gaan blussen. Dit is toch nét
iets anders dan een bosbrand in Australië. De brand rukt verder op, en komt
vervaarlijk dicht bij het nucleair complex zelf. Als je bedenkt wat daar nog
aan radioactief materiaal opgeslagen ligt, dan heb je een idee van de mogelijke
omvang van de catastrofe.
(Maar misschien is dit al bij al wel een meevaller? Het zou kunnen dat
het SARS-CoV-2 virus niet bestand is tegen radioactieve straling. Dan zijn we
daar in elk geval al gauw van af.)
Net zoals bij de meeste bosbranden, overal ter wereld, zijn ook deze
aangestoken; opzettelijk. Iemand moet dus op het idee gekomen zijn om een
brandje te stichten in de uitgestrekte bossen van Oekraïne. Ik wil geen beschuldigende
vinger uitsteken, maar ik meen me te herinneren dat de soldaten van Poetin
eerder al lelijk huis gehouden hebben in het balsturige Oekraïne. Ik mag hopen
dat de brandstichters in dit geval niet opzettelijk de bedoeling hadden om een
mogelijks nieuwe radioactieve ramp te veroorzaken, en dat ze gewoon te stom
geweest zijn om erbij stil te staan wat door die brand allemaal de lucht
ingeblazen wordt.
Op dit moment (16 april) hebben de media nog nauwelijks aandacht voor
wat misschien zal uitgroeien tot een wereldwijde catastrofe. Net zo min
trouwens als voor andere belangrijke problemen in de wereld, want Corona
overheerst de nieuwsberichten nog altijd op een nooit eerder geziene schaal.
Maar binnen een week of zo gaan ze toch op zoek moeten gaan naar ander
nieuws, om kijkers en lezers en luisteraars te blijven lokken. En wat kan er
dan beter zijn dan een foto van een gigantische bosbrand in een artikel met als
titel "Radioactieve wolk op weg naar
Europa!"
Om het allemaal ook eens positief te bekijken: wat we aan deze
corona-periode zeker zullen over houden, is een stel nieuwe BV's. "Bekende Virologen", zoals Professor Marc
Van Ranst, Professor Erika Vlieghe, Professor Steven Van Gucht, die ons elke
dag doorheen de crisis begeleiden met hun wijsheden.
En ook een paar nieuwe stuntel-ministers, zoals Wouter Beke of
Philippe De Backer. Maar goed, de omstandigheden waarin ze moesten werken waren
nu ook niet bepaald optimaal. En het valt al helemaal niet mee als het hele
land je op de vingers zit te kijken en elk moment gereed zit met kritiek: over
ontbrekende test-kits voor de verzorgingstehuizen, of foutieve handleidingen
voor het gebruik ervan, of mondmaskers die waarschijnlijk bij Wish besteld
waren en eerder bedoeld leken voor kinderen die doktertje wilden spelen.
Ik vermoed dat Crisiscommunicatie
een verplicht leervak is in de opleiding tot viroloog, want de rustige
onverstoorbaarheid van die mensen is admirabel.
Ik heb veel lof en bewondering voor Steven Van Gucht. Omdat hij
plichtsbewust elke morgen om 11 uur uit zijn kot komt om een meute hongerige
journalisten te woord te staan, die wanhopig zitten te hengelen naar een sappig
detail of een pittige uitspraak. Want zeg nu zelf: ze hebben wel elke dag een
krant te vullen! Ze kunnen toch moeilijk iedere keer opnieuw hetzelfde
schrijven, hee? En hun hoofdredacteur zou allerminst content zijn met een
voorpagina waar alleen maar staat: "Weer
300 doden in de voorbije 24 uur!"
Maar ik ben vooral fan van Professor Van Gucht omwille van de manier
waarop hij elke dag zijn boodschap brengt, door niets uit zijn evenwicht te
brengen. Misschien komt dat omdat hij diergeneeskundige is van opleiding, en
ook rustig moet blijven als een gekwetste kat haar nagels in zijn arm klauwt?
(Uit mijn academisch verleden heb ik sowieso een sterke sympathie voor
diergeneeskundigen overgehouden.)
Zijn boodschap is altijd in de eerste plaats bijzonder somber en
triest: "Er zijn gisteren opnieuw 303
nieuwe doden gemeld. En dat aantal zal in de komende dagen nog stijgen!" (Op
maandag 13 april.)
De ondertoon van zijn boodschap is ook altijd even duidelijk: "Mensen, dit is ernstig!"
Maar zie, hij slaagt er toch in om tegelijk een lichtpuntje mee te
geven: "Het aantal overlijdens in de
ziekenhuizen stijgt niet meer." Want de toename van het sterftecijfer is
grotendeels aan slachtoffers in de woonzorgcentra te wijten. En daar moeten we
blijkbaar moed uit putten: het zijn vooral de oudjes die het loodje leggen.
Een tip misschien voor Professor Van Gucht: hij zou er ook dagelijks
het aantal vrije kamers in de woonzorgcentra bij kunnen vermelden. Want waar er
tot voor kort ellenlange wachtlijsten bestonden om in een woonzorgcentrum
opgenomen te raken, en je met een beetje geluk ergens op plaats 35 stond aan te
schuiven, zullen er vermoedelijk binnenkort kamers op overschot zijn.
(Dit gezegd zijnde: hoe zou het eigenlijk in de gevangenissen zijn?
Ook daar hebben ze al sinds mensenheugenis last van een onhoudbare
overbevolking. Misschien kan corona ook daar zorgen voor wat meer ruimte? Heeft
iemand eigenlijk een idee van de besmettingsgraad of sterftecijfers in de
gevangenissen? Of raakt het virus niet binnen in onze supergoed-beveiligde penitentiaire
centra?)
Na die sombere boodschap brengt de professor steevast ook altijd goed
nieuws om ons te helpen de moed erin te houden. Over het aantal nieuwe
ziekenhuisopnames: "Het aantal
ziekenhuisopnames, wat de meest betrouwbare indicatie geeft, vertoont een dalende
trend."
Nu ja, misschien niet echt "dalend",
maar de curve begint in elk geval af te vlakken.
Nu ja, er is wel nog een stijging, maar die verloopt in ieder geval
niet meer zo steil: de toename daalt.
(Ik herinner me nog de tijd van de immense werkloosheidscijfers in
België. Ook toen waren er wanhopige pogingen om de stijging van de werkloosheid
positief voor te stellen: "De stijging is
aan het dalen.")
Maar de professor houdt ons toch altijd alert en op de hoede, ondanks
dat goeie nieuws: "De cijfers zijn
bemoedigend, maar we zijn er nog niet. We gaan dit nog lang moeten volhouden!"
Want de bezettingsgraad van de ziekenhuizen is nog altijd "bijzonder hoog", en de druk op de
afdelingen Intensieve Zorgen blijft "bijzonder
zwaar".
En de gevolgen van de onverantwoorde houding van veel mensen tijdens
de voorbije paasdagen zullen "binnen 10
tot 14 dagen te merken zijn in de cijfers".
Crisiscommunicatie: zalven en slaan tegelijk. Het is een ware kunst.
En onze nieuwe BV's zijn echte kunstenaars.
Ik ben geen grote fan van de "Blijf
in uw Kot" richtlijn. Het maakt dat we ons allemaal nóg meer op onszelf en in
onze eigen kleine kring terugplooien. Het maakt dat onze samenleving nog verder
versnippert in kleine cocoontjes waarbinnen we alléén met onszelf bezig zijn.
Het cement van onze samenleving dreigt te verbrokkelen, en als dit allemaal
afgelopen zal zijn, zullen we vermoedelijk nog altijd wat "afstandelijk" tegenover de anderen blijven. En dan is er ook nog de
verschrikkelijke eenzaamheid van zij die alléén wonen: de ouderen, maar ook
jongere singles of alleenstaanden; wekenlang helemaal alléén in een kamertje of
in een appartementje. Voor velen zal dit nooit meer goed komen, vrees ik.
Maar de maatregelen zijn wat ze zijn, en ze zijn er ondermeer gekomen
omdat té veel mensen blijkbaar niet uit zichzelf het gezond verstand hebben om
te doen wat nodig en vanzelfsprekend is bij een besmettelijk virus. Als
iedereen spontaan wat discipline aan de dag zou leggen, dan was dit allemaal niet
nodig geweest. Helaas lopen er op deze planeet nog altijd ontzettend veel
idioten rond die menen dat zij van niemand lessen te leren hebben, en die
alléén met zichzelf begaan zijn.
Hoe dan ook: de maatregelen zijn er, en dus hebben we ons eraan te
houden. Met onze goesting, of met tegenzin.
Toegegeven: de richtlijnen zijn niet altijd even duidelijk of
rechtlijnig, en niet altijd even consistent. (Je mag wél naar een natuurgebied
rijden als je een kindje hebt van minder dan zes jaar. Maar wie een kindje van
zeven jaar heeft, die mag niet met de auto naar het bos?) En af en toe loopt er
iemand tegen de lamp omdat hij/zij de maatregel verkeerd heeft begrepen. Of
omdat de politie de instructies verkeerd heeft geïnterpreteerd.
Dat zijn "onschuldige slachtoffers".
Maar er zijn er ook die doelbewust en opzettelijk de regels overtreden. En die
moeten hard aangepakt worden.
Helaas beginnen de politiek-correcte groen-linkse denkers dan
onmiddellijk weer luidop te roepen.
En dan hebben ze het over een "politiestaat"
of over een "Naziregime", en ze
denken dat ze zich alles mogen permitteren omdat ze intellectuelen zijn.
Of dan hebben ze het over "buitensporig
politiegeweld".
Ik heb ooit, in een ver verleden, nog enige sympathie gehad voor
Pascal Smet, heden ten dage Staatssecretaris voor Van-alles-en-nog-wat in de
Brusselse Gewestregering. Maar de man is meer en meer uitgegroeid tot het
prototype van een linkse populist die ondermeer vindt dat de politie per
definitie fout is en de opposanten van de politie per definitie gelijk hebben.
Zijn reactie op de rellen in Anderlecht van het voorbije weekend was
ronduit schokkend: het was de schuld van de politie die te hard en "op de verkeerde manier" was opgetreden
tegen die arme jongeren-met-een-migrantenachtergrond.
(Voor wie het verhaal niet gevolgd heeft: De politie had de avond
ervoor een jongere achtervolgd die, tegen de corona-richtlijnen in, met een
vriend aan het rondstruinen was op een scooter, en die gevlucht was toen de
politie hem tot staan wou brengen om hem te beboeten. In zijn stommiteit was de
jongen daarna tegen een politiecombi aan geknald, en hij had het niet
overleefd. En daarop waren de Anderlechtse hangjongeren, uiteraard na een
oproep via Facebook, massaal op straat gekomen om "vreedzaam" te protesteren. God mag weten waartegen er moest
geprotesteerd worden, maar goed.)
De waarheid is dat het om een stel rebellerende kerels ging met een
onvoorstelbaar ego en een buitensporig machogedrag, die denken dat ze zich
alles kunnen permitteren omwille van hun migranten-afkomst. Want wie er een
opmerking over durft te maken, is een "racist".
Dat ze niet alléén het samenscholingsverbod aan hun laars gelapt hebben, maar
bovendien ook nog een spoor van vernieling hebben achtergelaten (en een
politiewapen hebben gestolen), toont maar al te goed dat dit niet een reactie
was op de strenge corona-maatregelen, maar vooral een zoveelste uiting van
afkeer tegen, en minachting voor, de maatschappij waarvan ze dan weer zelf wél
respect en steun verwachten.
En de groen-linkse politici willen dat allemaal met de mantel der
liefde bedekken. Want het zijn tenslotte wél potentiële stemmen bij de volgende
verkiezingen, hee.
Ik heb vorige zaterdag opnieuw een lange wandeling gemaakt: ongeveer
10.000 stappen.
Ik moet eerlijk bekennen: ik doe dat niet omdat het zo gezond zou
zijn, of om wat calorieën kwijt te raken of overtollig buikvet, of voor mijn
conditie. Ik doe het vooral omdat ik, zoals iedereen, een grote behoefte heb
aan een opsteker af en toe: een complimentje, een bloemeke, een pluimpje. En
mijn stappenteller is daar een kei in: ook de voorbije zaterdag was die weer
ontzettend lief voor mij. "Je doorzetting
is bewonderenswaardig!" liet hij me weten. Ik fleurde direct op, en kon
daarna de hele wereld aan. Mijn smartphone en ik: dikke vrienden, en we hoeven
niet eens afstand te houden.
Wat mij opnieuw opviel, was de stilte onderweg. Of liever: het
ontbreken van menselijk lawaai. Want
echt stil was het niet: de vogels floten en tsjilpten en kweelden dat het een
lieve lust was. Vooral in het Gentbos was het een ware kakafonie van
vogelgeluiden.
Mijn kennis van de
vogeldialecten is nogal beperkt, en ze ratelden allemaal door elkaar, maar hier
en daar kon ik toch een stukje van de gesprekken opvangen en volgen.
Het viel mij op dat veel van de
gesprekken behoorlijk "speels" van aard
waren, om niet te zeggen zelfs nogal "sensueel"
of "ondeugend". Ik vraag me af of er bij de
vogels ook zoiets als een "#MeToo"-beweging
zou bestaan? Het leek erop dat er nogal wat afspraakjes voor een
one-night-stand gemaakt werden. Ik hoorde zelfs een vogel zingen: "All I wanna do is make love to you." Zou het de
warme lentezon geweest zijn waardoor ook bij de vogels de "huidhonger" opgewekt werd? Of was het gewoon de
roep van de kalender: we waren al midden april, en in mei moeten er eitjes
gelegd worden, toch?
Maar er waren ook meer bezadigde
gesprekken te horen. Misschien van vogels die al wat op leeftijd waren? Die
hadden het vooral over de stilte en de rust in het bos en overal langs de
wegen, nu de mensen allemaal in hun kot bleven. Op vroegere zonnige dagen werd
de rust van de vogels altijd verstoord door kwetterende mensen en kakelende
kinderen, en konden de vogels zelf zich nauwelijks voor elkaar verstaanbaar
maken. Het was al tientallen jaren geleden dat ze nog eens rustig een namiddag
hadden kunnen samen zitten voor een babbelke. Eén van de vogels merkte ook met
een blijde tierelier de afwezigheid van de katten op: anders moesten ze altijd
op hun hoede blijven voor die rondsluipende roofdieren, maar nu was er geen kat
te zien op straat. Want die moeten nu ook in hun kot blijven.
Bij sommige vogels was er toch
enig leedvermaak te horen. En de bedenking: "Zie nu
waar ze staan, de mensen, met al hun verstand en hun betweterigheid en hun
trots en hun verhevenheid. Zij moeten in hun kot blijven, terwijl wij vrolijk
en vrij kunnen fladderen en vliegen, en kunnen gaan en staan waar we willen.
Hopelijk brengt dit alles de mens wat nederigheid bij!"
Ik moet toegeven dat ik me een
beetje beschaamd voelde toen ik dat hoorde, want ze hebben gelijk.
Wij, mensen, beschouwen onszelf als het toppunt; het summum van alle
levende wezens. Maar als puntje bij paaltje komt, zijn we toch maar een heel
fragiele en kwetsbare soort.
We zijn trouwens ook de enige diersoort die het met een verbijsterende
volharding vertikt om met onze eigen soortgenoten rekening te houden.
Het is een boodschap die ik al jaren probeer te verkondigen: als je je
naasten lief wil hebben, begin dan met van jezelf te houden. De beste manier om
waarachtig gelukkig te zijn, is: jezelf graag zien.
In vroeger tijden, toen ik nog op de lagere school zat, en de
rooms-katholieke kerk nog iets te betekenen had in onze westerse wereld, werd
er vanuit de christelijke opvoeding vooral gehamerd op altruïstische
naastenliefde. De boodschap was dat je enkel écht gelukkig kon worden door
jezelf weg te cijferen en op te offeren voor het geluk van de ander. Zoals
Christus ons op een extreme manier had voor gedaan. Wij werden als kind met die
boodschap doordrongen, en ik heb héél lang geloofd dat dit een correcte boodschap
was, en een na te streven leefwijze.
Maar ik was fout, dus. En de "Broeders Van Dale" waren fout. Je kan
niet gelukkig zijn als je jezelf helemaal wegcijfert, en je kan géén liefde aan
anderen geven als je niet ook héél erg van jezelf houdt. En dan gaat het niet
over egoïsme waarbij je over lijken zou gaan om je zin te krijgen en materiële
rijkdom te verwerven. Het gaat niet over een "eigen ik eerst" mentaliteit waarbij je ten koste van anderen vooral
voor jezelf opkomt. Het gaat over zorgen voor jezelf, voor je geestelijke en
lichamelijke gezondheid. Het gaat over het aanvaarden van jezelf mét je
gebreken en tekorten. Het gaat over het fier zijn op, en erkennen van, je eigen
verdiensten en talenten. Het gaat over aandacht voor je eigen noden en behoeften.
Het gaat over "een beetje lief zijn voor
jezelf". Of zoals Phil Bosmans het indertijd zo mooi verkondigde: "Verbeter de wereld; begin met jezelf."
En zie: daar zijn de wetenschappers, die mij gelijk geven.
Uitgebreide studies hebben bijvoorbeeld aangetoond dat "mild" zijn voor jezelf, een heel goeie
remedie is om depressies te voorkomen. Je fouten en gebreken accepteren en niet
zo streng over jezelf oordelen. Iedereen maakt fouten, iedereen heeft zwakke
puntjes. So what? Waarom zou je jezelf
daarop afrekenen? Waarom zou je jezelf nog dieper in de put duwen door te
piekeren over wat je beter had of zou kunnen doen? Heb een beetje "compassie" met jezelf; dat kan alleen
maar helpen om ook meer "compassie"
te hebben met een ander die het moeilijk heeft.
Is je zelfvertrouwen maar "zozo",
leer mild en lief zijn voor jezelf, en minder streng. De wereld rondom is al
veeleisend genoeg; waarom zou je nog een extra last op je schouders laden door
ook voor jezelf zo veeleisend te zijn?
En geef jezelf af en toe een complimentje. Je ziet een ander glunderen
bij een complimentje, en je voelt jezelf inwendig stralen als je een
complimentje krijgt. Waarom zou je dan jezelf niet af en toe een (gemeend!)
complimentje mogen geven? Je zelfbeeld zal er positiever bij worden en je
zelfvertrouwen zal een boost krijgen.
"Mild" zijn voor jezelf
wordt soms als zwakheid aanzien: zelfmedelijden, zelfbeklag. Daar gaat het dus
niet over. Het gaat over vriendelijk zijn voor jezelf op een aanmoedigende
manier. Zoals je ook een ander zou aanmoedigen die het moeilijk heeft om
zijn/haar doelstellingen te realiseren. Ook als die ander af en toe faalt, en
niet direct geraakt waar hij/zij wil komen, zal je hem of haar blijven
aanmoedigen en een vriendelijk schouderklopje geven. Omdat je wéét dat het
helpt. Doe dat dus ook voor jezelf: wees vriendelijk en verdraagzaam voor
jezelf. Dat zal je motiveren om te blijven proberen om beter te doen of om je
doelen te bereiken.
Dat is zéker waar als je een moeilijke periode doormaakt: bij een
groot verlies, of als je ernstig ziek bent. Of als iemand van je geliefden moet
lijden en je kan er niets aan verhelpen. Ook dan is het beter om vriendelijk en
lief te zijn voor jezelf. Beter dan te lopen piekeren en jezelf misschien
verwijten te maken of schuldgevoelens aan te praten.
Kortom: "Verbeter de wereld;
begin met jezelf." Het klopt helemaal.
Wees lief en vriendelijk en mild en toegeeflijk voor jezelf, en je zal
er gelukkiger en zelfzekerder bij worden. En je zal vanzelf ook voor de anderen
méér dat zonnetje kunnen worden dat
warmte en licht en geluk verspreidt.
Als er iets is wat we nu allemaal méér dan ooit nodig hebben, dan zijn
het wel zonnetjes om de
Corona-duisternis te verdrijven.
Wil je graag weten hoe veel (of weinig?) je van jezelf houdt, dan kan
je de test doen op:
Ik ben niet het type dat met een pedant vermanend vingertje zal
gloriën: "I told you so!", maar ik
heb af en toe wel het gevoel een soort Nostradamus te zijn. Het is al enkele
keren gebeurd dat ik in mijn blog een stukje had neergeschreven dat achteraf
griezelig voorspellend bleek te zijn.
Zo heb ik enige tijd geleden bij dat spektakel-bericht over een "besmette" kat de bedenking
neergeschreven dat dit, opnieuw, nóg meer paniek zou veroorzaken, omdat daar nu
ook de angst voor onze huisdieren zou bij komen. En zie, wat blijkt? Eind
vorige week was er al deze boodschap: "Mensen
die een kat hebben en denken dat ze corona hebben, moeten hun huisdier binnen
houden." Ook onze luie huiskat moet in lockdown, want je weet toch maar
nooit, hee?
En zo had ik eerder al gewaarschuwd voor het feit dat door de paniek
ook mensen die dringend medische hulp nodig hebben, zich niet meer naar de
dokter of de spoed zouden durven wagen. En dat we daardoor afstevenden op een
zware menselijke tol van niet-corona slachtoffers, "collateral damage" zeg maar. En zie (geheel toevallig): kort daarna
kwamen op het Journaal huis- en spoedartsen waarschuwen voor de mogelijk
catastrofale gevolgen omdat de mensen wegblijven van de spoed.
Ik heb ook voorspeld dat we vele zelfdodingen riskeren van mensen,
kleine zelfstandigen vooral, bij wie het water tot vér boven de lippen stijgt
in deze corona-tijden, en die helemaal géén uitweg meer zullen zien omdat ze
alles kwijt zijn. We zijn nog niet zo ver, maar ook in de media komen stilaan meer
en meer waarschuwingen en klachten van zelfstandigen die hun hele oogst of
stock dreigen te verliezen. Ik hoop dat het nooit zó ver komt als ik nu vrees.
(Maar als het gebeurt, zullen die dan meegenomen worden in de dagelijkse
corona-cijfers?)
Wil ik nu beweren dat dit de schuld is van al die corona-maatregelen,
en dat die helemaal niet nodig zijn/waren? Wil ik misschien oproepen tot het
consumeren van 4 glazen wodka per dag en een dagelijks sauna-bezoek? Nee,
helemaal niet. Van bij het begin heb ik gepleit voor de nodige discipline:
afstand houden, een onberispelijke handhygiëne; zorgen dat je de kansen om een
ander te besmetten of door een ander besmet te raken, zo klein mogelijk houdt.
Maatregelen zoals die bij elke
besmettelijke virale infectieziekte nodig, en eigenlijk vanzelfsprekend zouden
moeten zijn.
Maar wat ik wél durf te beweren, is dat de media verantwoordelijk zijn
voor een paniekgolf zoals we die nooit eerder gekend hebben, en voor een angst-
en onzekerheidsgevoel waardoor niemand zich nog echt "goed" voelt, ook niet wie helemaal gezond is. En dat de media dus schuld
hebben aan die paniek die vele "nevenslachtoffers"
zal maken.
De media hebben ons van bij het prille begin overspoeld met een
tsunami aan onheilsberichten, bij voorkeur met een grote spektakelwaarde of met
een sensationele klank. Totaal buiten proportie, maar alles moest uit de kast
gehaald worden om de concurrentie te overtreffen.
(De houding van de media bij de hamsterwoede was overigens ontzettend
grappig, zij het onbedoeld. Met grote stelligheid beklemtoonde het nieuwsanker
dat hamsteren totaal onnodig was. En daarna verschenen onrustwekkende beelden
van lege winkelrekken. Pure slapstick!)
Wie mij niet wil geloven, moet maar eens naar de homepagina van VRTNWS
surfen. (Of liever: blijf er van weg, want het is nefast voor je mentaal en
psychisch welzijn.)
Dit loopt echt de spuigaten uit, het is niet meer normaal, en ook niet
meer verantwoord.
Neem nu de homepagina van 10
april. Hoe was die opgebouwd? (En nee, ik verzin dit niet.)
"Breaking news - Opnieuw 325
overlijdens". Met een bloedrood kader, kwestie van de juiste sfeer op te
roepen.
En daarnaast een reeks kleinere topics: "Verschrikkelijk als we mensen hadden kunnen redden", "Corona door de
ogen van 5 bewoners van zorgcentra", "Vier weken quarantaine", "Vlaams
begrotingstekort door corona-crisis", "New York begraaft onbekende coronadoden
in een massagraf".
Het gaat verder onder dat hoofdartikel: "Dossier Vragen over Corona. Ontdek meer." (Voor wie er niet genoeg
kan van krijgen?)
En dan weer een reeks headlines: "Check"
(over het fake-news rond Corona), "Voelt u de coronacrisis ook in uw portemonnee?", "Mogen we barbecueën?", "Hooikoorts of Covid-19?", "Waarom wordt de ene zieker dan de andere?", "Vragen
en antwoorden over corona", "Marc Van Ranst: we mogen de maatregelen nog niet
loslaten", "Opstekers in Corona-tijden", "Concertorganisatoren in een open
brief", "Alle cijfers en grafieken over het coronavirus", "Directeur centrum
voor mensen met een verstandelijke beperking", "Pasen vieren in coronatijden".
En als u dacht dat we het daarmee wel ongeveer zouden gehad hebben?
"Blijf op de hoogte van alle
ontwikkelingen - Schrijf in op onze nieuwsbrief" (Zodat je zeker niets zou
moeten missen, hee.)
En dan komt het "Dossier
Coronavirus. Ontdek meer." (Nóg meer?)
Maar we gaan vrolijk verder: "Professor
infectieziekten", "Coronadrama", "Corona door de ogen van een verpleegkundige", "Economisch hulpplan van 540 miljard", "Eerste besmetting in Jemen", "360
afgelaste voorstellingen", "Ondanks Corona toch feest in zorgcentrum", "Nog
altijd Belgen gestrand in buitenland".
En dan volgt het regio-nieuws, uit alle Vlaamse provincies. Allemaal berichten over Corona.
Wie na dit alles nog geen depressie heeft, die kan de wereld aan.
De hoofdredacteur van de VRTNWS-site zal heel zeker argumenteren dat
de mensen nu eenmaal veel nood hebben aan informatie, omdat ze zich angstig en
onzeker voelen. Maar die sfeer van angst en onzekerheid is precies door de
media gecreëerd!
Terloops: wie in mijn overzicht van die bewuste homepagina ander dan
corona-nieuws gemist heeft, die heeft goed opgelet. En misschien is dát nog wel het meest wraakroepende: het totaal negeren van wat er verder
in deze wereld gaande is. Want de oorlogen en slachtingen en rampen zijn heus
niet in pauze gegaan tot de corona-hype voorbij is.
De kinderen waren al een tijdje
wakker, en konden niet wachten tot ook papa en mama zin hadden om op te staan:
ze wilden de paaseitjes gaan zoeken die de Paasklokken gebracht hadden en die,
zoals elk jaar, in of rond het huis verstopt zouden liggen.
Ze slopen stil naar beneden, om
de papa en mama niet wakker te maken, en begonnen te zoeken. Eerst in de
woonkamer, waar de eieren meestal te vinden waren.
Oei, geen eieren te zien! Ze zouden
deze keer heel zeker extra goed verstopt zijn, bedachten ze. Want het vorig
jaar hadden de kinderen alle eieren in een wip gevonden, en zo was er ook geen
fun aan. Misschien waren het dit jaar wel vooral kleine eitjes? Of gewoon
eieren zonder glanzende en kleurrijke verpakking? Die zijn vlug over het hoofd
gezien, hee.
Maar in de hele woonkamer was er
geen chocolade ei te vinden. En ook niet in de keuken of in de salon.
Zouden ze dan misschien allemaal
buiten verstopt geweest zijn, in de tuin? Dat maakte het wel extra spannend,
natuurlijk, want ze konden dan overal liggen: tussen de bloemen, onder de
bladeren, achter een stam. Het was koud en kil, buiten, en de kinderen huiverden
toch even bij het idee naar buiten te moeten. Maar het was voor de goede zaak!
Toen de papa en mama beneden kwamen,
waren de kinderen nog altijd in de tuin aan het zoeken: in hun pyjama, op blote
voeten, met een dunne regenjas om de schouders. De mama riep de kinderen
onmiddellijk naar binnen, en vroeg hun wat ze in godsnaam aan het doen waren?
Bij de uitleg van de kindjes liepen de ouders een beetje bleek aan: dit klopte
niet! De Paasklokken zouden de eieren nooit buiten in de tuin gelegd hebben bij
dit koude ochtendlijke voorjaarsweer; de eieren moesten binnen liggen, dat kon
niet anders. En ze begonnen ijverig mee te zoeken. Maar helaas: geen enkel paasei
te vinden.
In het Vaticaan zat de Paus al
van 's morgens vroeg aan zijn bureau om de verdeling van de Paaseieren te
coördineren. Een gigantische operatie, want er waren duizenden Paasklokken uit
Rome vertrokken om eieren rond te delen. En het was de taak van de Paus om
ervoor te zorgen dat dit allemaal vlekkeloos en soepel zou verlopen. Voor de
Paus was Pasen veruit de belangrijkste dag van het hele jaar, en de organisatie
van die massale uittocht van Paasklokken wou hij aan niemand anders overlaten.
Het was rond zeven uur in de
ochtend als hij op zijn iPad de eerste berichtjes zag binnenkomen van
ongelukkige Paasklokken. Blijkbaar waren ze door de politie tegengehouden omdat
ze een "niet essentiële verplaatsing" maakten. En na een boete van 250 euro waren
ze aangemaand om terug te keren van waar ze gekomen waren.
Het duurde niet lang eer de
berichtjes massaal begonnen binnen te stromen, op zijn iPad en op zijn iPhone. Zowat
alle Paasklokken, overal ter wereld, waren op de politie gebotst en waren
wanhopig en ontsteld, want ze konden hun lading Paaseieren niet afleveren bij
de kinderen die er met een bonzend hartje op zaten te wachten.
Toen de Paus kort daarna ook
berichtjes begon te ontvangen van boze en verontruste ouders, besloot hij om
kordaat te reageren. Hij schreef een kort document op zijn MacBook met de
vermelding dat de drager van het document aan het werk was en dat de verplaatsing
gebeurde in dienstverband voor hun werkgever, en hij zette er de pauselijke
zegel op. Daarop stuurde hij naar alle Paasklokken een whatsappje met het
document in bijlage, zodat ze het konden tonen aan de overijverige politieagenten.
Deze Pasen in Corona-tijden
hebben veel kinderen tot tegen de middag op hun Paaseieren moeten wachten, maar
hun geduld is ruimschoots beloond geweest.
Alsof Pasen zich door Corona klein
zou laten krijgen!
Pasen is bij uitstek hét feest van de hoop dat alles weer goed komt.
Die hoop laten wij ons nooit ontnemen.
Herinnert u zich nog de alarmkreet van die Gentse longarts, enkele
weken geleden, met de bijhorende horror-foto van verwoeste longen door het
Corona-virus? Dat was het begin van de paniekgolf in ons land: de hamsterwoede,
de angst die als een verstikkend deken over ons neerdaalde.
"Dit heb ik nog nooit eerder
gezien. Dit is echt niet zomaar een griepje!" waarschuwde de dokter. (Alsof
een influenza-epidemie die jaarlijks 250.000 dodelijke slachtoffers eist, "zomaar een griepje" zou zijn.)
Ondertussen zijn de artsen er achter gekomen dat die immense schade in
de longen niet door het virus wordt veroorzaakt,
zoals die dokter overhaast geconcludeerd had. Maar wél door ons eigen
afweersysteem dat bij sommige mensen compleet op hol slaat, en alles en nog wat
gaat vernietigen; nog lang nadat het virus al verdwenen is. Het zou best wel eens
kunnen dat ons afweersysteem zó heftig reageert op dit virus, omdat het om een
nieuw virus gaat: angst voor het onbekende.
"Angst voor het onbekende"
is héél dikwijls een slechte motivatie om iets te doen (of niet te doen); voor
ons als mens, en vermoedelijk ook voor ons afweersysteem.
Een vreemd iets, dat afweersysteem van ons. En blijkbaar bij de
moderne mens véél gevoeliger én agressiever dan vroeger het geval was. De
moderne (Westerse?) mens is zó hypersensitief en zó intolerant geworden
(letterlijk en figuurlijk) dat ons afweersysteem bij het minste in overdrive
schiet. Ons fysiek afweersysteem én ons mentaal of psychisch afweersysteem.
Het is trouwens ook dat (fysiek) afweersysteem dat aan de basis ligt
van de pandemie aan allergieën bij de moderne mens. We zijn allergisch aan
stuifmeel en graspollen, of aan de huismijt. We zijn allergisch aan lactose of
aan gluten, of aan bepaalde fruitsoorten of noten. En we zijn allergisch aan
waspoeder of zeep, of aan ons huisdier. Zowat een kwart van de bevolking in de
Westerse landen heeft last van één of andere vorm van allergie; het is de
snelst groeiende chronische ziekte in de wereld.
Een allergie is uiteindelijk ook niets anders dan een overdreven
reactie van ons afweersysteem op een "prikkel"
die we als "ongewenst" ervaren. Zelfs
bij een al bij al onschuldige prikkel zoals de nabijheid van een kat, kan ons
afweersysteem compleet tilt slaan en de meest drastische "maatregelen" proberen te nemen om de prikkel, die we als "vijandig" detecteren, te overwinnen of
te verdrijven. In sommige gevallen kan die reactie zelfs leiden tot de dood,
bijvoorbeeld als gevolg van een "anafylactische
shock". Dood door ons eigen afweersysteem, omdat het in paniek alle gevoel
voor redelijkheid en evenredigheid kwijt geraakt is. Net zoals bij sommige Covid-19
patiënten.
Of moet ik eerder zeggen dat wij, de moderne mensen, alle gevoel voor
redelijkheid en evenredigheid kwijt zijn geraakt?
Want eigenlijk is dat ook precies zo met ons "mentaal" of "psychisch"
afweersysteem. Zodra we iets in onze nabijheid voelen of merken dat ons "vreemd" of "ongewoon" voor komt, slaat ons brein alarm en raakt ons
afweersysteem in paniek. Iemand met een andere kleur, of die een andere taal
spreekt, of die anders gekleed is of een ander hoofddeksel draagt; iemand die
te luid spreekt of roept of lacht; kinderen die te veel lawaai maken bij het
spelen of huilen; de hond van de buren die té veel blaft of de haan die té
vroeg kraait; het ge-bimbam van de kerkklokken. We zijn allemaal hypersensitief
geworden, en pikken nu al die signalen bewust op terwijl we dat vroeger als "achtergrondruis" konden negeren. Ons
brein registreert die signalen als ongewenst,
en ons afweersysteem reageert furieus op het alarm: we willen vluchten, of
liever nog, de bron van het "gevaar"
verwijderen of uitschakelen. En we worden onverdraagzaam en afwijzend.
Het is erg gesteld met ons: we kunnen niets meer verdragen, we kunnen
nergens meer tegen, en we gaan onmiddellijk frontaal in de aanval tegen wie of
wat we als een aanvaller beschouwen. En we doen dat altijd met de volle inzet
van ons hele afweersysteem, ook en zelfs als het niet (meer) nodig is. Dat we
onszelf daarbij misschien méér kwaad doen dan de "agressor" ooit zou gekund hebben, daar staan we jammer genoeg niet
meer bij stil.
Misschien kunnen de experten na afloop van de Corona-hysterie een meer
beheerste afweging maken van wat gebeurd is, en misschien kunnen we eruit leren
dat ons afweersysteem soms lijkt op een écht pistool in de handen van een kind:
een gevaarlijk wapen. Voor onszelf, en voor anderen.
Op de site van VRTNWS is er een verdienstelijke rubriek die ons
waarschuwt voor het vele "fake news"
op de sociale media: complete nonsens of gevaarlijke complottheorieën. Een
nuttige tip om "fake news" te
herkennen, is het ontbreken van een verifieerbare bronvermelding, zo geeft de
redacteur nog mee.
Het moet nu wel lukken dat er op diezelfde VRTNWS-site melding wordt
gemaakt van "uitgelekte memo's"
waarin de Amerikaanse regering al in januari zou gewaarschuwd geweest zijn voor
een nakend slagveld onder de Amerikaanse bevolking door dat nieuwe virus.
Vermits het gaat om een "gelekt document",
is er uiteraard geen bronvermelding. "Fake
news", dus? En een perfecte aanzet voor een nieuwe complottheorie.
Opgestart door de VRT nota bene, een regulier en "betrouwbaar" medium. Voor zover er nog één medium zou zijn dat betrouwbaar is, dezer dagen?
Je kan het de VRT, en bij uitbreiding alle media (visueel of
geschreven of digitaal), natuurlijk niet kwalijk nemen. Ze moeten toch iets
doen om de aandacht te blijven trekken, niet? Want het grote probleem met
volwassen mensen is dat onze "aandachtsspanne"
bijzonder kort is: hoe spectaculair of sensationeel een bericht ook moge zijn,
na één of hoogstens twee weken verslapt onze interesse. En dat is natuurlijk
catastrofaal voor de media: minder lezers of minder "clicks" of minder kijkers betekent automatisch minder
reclame-inkomsten. En daar is het tenslotte toch allemaal om te doen, niet?
Dus moeten de media iets verzinnen om die verstrooide lezers en
kijkers toch bij de les te houden. En dat kan door een nieuw spectaculair
bericht op tijd en stond. Let wel: de inhoud mag zo goed als leeg zijn, als de
titel maar sensationeel genoeg klinkt (zoals: "3 miljoen mondmaskers blijken ongeschikt"), dan trekt dat weer even
de aandacht. En de oplage schiet de hoogte in.
Wat ook altijd goed is om kijkers en lezers te lokken, zijn cijfers en
statistieken. Zie maar naar de verkiezingsshows, om de zoveel jaar. De
gesprekken en interviews boeien ons niet, maar de cijferkes des te meer. En dat
weten de programmamakers ook maar al te goed; halverwege het Journaal zijn ze
daar al met "breaking news": de
eerste verkiezingsresultaten. "We hebben
de eerste resultaten al binnen uit de stad Brakel. (Ik verzin maar wat.) Met 1% van de stemmen geteld komen we tot
een eerste prognose: Vlaams Belang zou de grootste partij van Vlaanderen worden."
Dat is natuurlijk totaal irrelevant nieuws, want het betekent absoluut nog niets,
maar het zijn cijfers waar de mensen dol op zijn, en het schudt de kijker
wakker.
Vandaar ook de dagelijkse "corona-cijfers":
de mensen zijn verzot op cijfers en statistieken, en dus worden ze daar om de
oren mee geslagen. Ik moet eerlijk bekennen: ik kijk er ook naar. Klokslag om
11u15: de dagelijkse update.
En wat waren de cijfers, gisteren, op 9 april? "283 nieuwe doden, totale dodentol in België gestegen tot 2523."
Maar blijkbaar was dat goed en bemoedigend
nieuws, en zijn we goed bezig.
Is dat zo? Zijn we écht goed bezig? Het is wél zo dat België één van
de eerste landen was om de "blijf in uw
kot"-regel op te leggen en ons het begrip "social distancing" aan te leren; dat is waar. En we zijn ook
absoluut het enige land ter wereld met een échte "Corona-regering"! Dat zal dan wel, zeker, dat we goed bezig zijn?
Maar ik heb toch een probleem met die cijfers. Afgezien van het feit
dat ze volgens mij ongeloofwaardig lijken en totaal onbetrouwbaar zijn.
In België zouden er, op 9 april, al iets méér dan 2500 corona-doden geweest
zijn, op 11 miljoen inwoners. Dat betekent dat 1 op 4000 Belgen al aan Corona
bezweken is. Wereldwijd waren er, volgens diezelfde cijfers, ongeveer 88.000
doden te betreuren (waarvan dus bijna 3% in een mini-landje als het onze); dat
komt neer op 1 dodelijk slachtoffer per 125.000 mensen. Ben ik de enige die dat
buitenproportioneel vind? België, het land met zowat de beste gezondheidszorg
ter wereld, scoort 30 keer slechter dan het wereldgemiddelde. Dat geldt
trouwens niet alléén voor Corona, maar bijvoorbeeld ook voor Influenza: 1 op
4000 Belgen sterft jaarlijks aan Influenza, terwijl dat wereldwijd "maar" 1 op 40.000 is, en dát ondanks
intensieve inentingscampagnes in ons land.
Ik heb me er het hoofd over gebroken hoe dat te verklaren valt. Hoe
kan dit? Wat loopt er scheef in ons land? Terwijl we nochtans "heel goed bezig zijn"?
En ik heb het ontdekt: ik kijk verkeerdelijk naar het aantal doden per inwoner, maar ik zou eigenlijk
moeten kijken naar het aantal doden per
bevoegde minister (van gezondheid of welzijn of iets in die sector). En dan
scoren we bijzonder goed, want wij hebben zes
ministers terwijl andere landen er maar ééntje hebben. We zaten dus op 9 april
nog maar aan iets meer dan 400 Corona-doden per
gezondheidsminister. Er zijn weinig landen die beter doen dan dat!
Ja hoor, de cijfers zijn erg bemoedigend. We zijn duidelijk héél goed bezig.