"Will you still need me, will
you still feed me, When I'm sixty-four" zongen de Beatles in 1967.
Alsof 64 die speciale leeftijd zou zijn, waarop de aftakeling
toeslaat. Ze waren fout: de aftakeling begint bij 65! Dat heb ik vorig jaar
mogen ervaren, en ik word er nu nog elke dag aan herinnerd.
Daar waar ik tot vorig jaar nog met iedereen mee kon bij het stappen
of fietsen, en geen helling mij te steil was en geen afstand te lang, is dat
een jaar geleden plots veranderd.
De steile klim op het paadje naar de watertoren van Merelbeke? Vroeger
was dat voor mij geen enkel probleem; ik ben daar zelfs nog met de fiets naar
boven gereden. Maar nu strompel ik het pad op, en halfweg kom ik nog amper
vooruit. Als mijn conditie op die negatieve manier blijft evolueren, dan zal ik
binnenkort achteruit moeten stappen om aan de watertoren te geraken.
En fietsen naar de kerk van Munte, of van de Schelde omhoog langs de
Langeweide tot aan de Gaversesteenweg? Vroeger deed ik dat bijna spelenderwijs;
mijn stalen ros en ik, één gesmeerde machine. Maar nu raak ik amper nog
Munteberg op. En tegen dat ik boven kom, snak ik naar lucht als een verloren
vis op het droge.
En dat allemaal vanaf de dag dat ik 65 geworden ben!
Maar misschien was het wel niet de gevreesde mijlpaal van vijfenzestig
die mij de das heeft om gedaan? Misschien was het wel Corona? Want al bij al:
de symptomen waren overduidelijk.
Kortademigheid? Zoals ik daar boven bij de kerk van Munte piepend naar
adem stond te happen: Check!
Koorts? Het zweet droop langs mijn rug omlaag, en mijn gezicht zag
roder dan een tomaat: Check!
Als ik er achteraf op terug kijk: het moet Corona geweest zijn.
Misschien was ik wel "Patient Zero"?
Geen biologisch wapen uit China, geen besmette skiërs uit Tirol. Gewoon een domme
fietser in de Merelbeekse natuur!
De vraag is natuurlijk: "Waar en
hoe heb ik het virus opgedaan?"
Misschien werd het monster mee uitgestrooid door de mestkarren van de
boeren op de velden onderweg? Of zat het verstopt in de manen van de paarden
die een stukje met mij mee holden in Melle? Weinig waarschijnlijk.
Ik kan maar één logische verklaring bedenken: het moet de schuld
geweest zijn van de windmolens waar ik telkens, bij zowat elke fietstocht, een
kwartier verpozing heb gezocht.
Er is nog geen wetenschappelijke verklaring, maar ik ben er vrij zeker
van. En als ik het straks op Facebook zou zetten, dan zou het ook écht "de waarheid" worden. Want alles wat op
Facebook verschijnt of op Twitter te lezen valt, of op de app van een digitale
krant, is per definitie waar.
De windmolens, dus. Het SARS-CoV-2 virus gedijt vermoedelijk vooral in
luchtlagen tussen 100 en 200 meter hoogte. Normaal hebben wij daar geen last
van, en de virussen kunnen ook niet vanzelf afdalen tot op grondniveau. Maar
waar windmolens staan, scheppen hun wieken de virussen op uit die hogere
luchtlagen, en voeren ze mee tot op ongeveer onze hoogte. En het kwaad is
geschied.
Het is gewoon allemaal de schuld van de windmolens!
Pieter De Crem had groot gelijk toen hij ze onder geen enkel beding in
zijn gemeente wilde. Zou hij misschien voorkennis gehad hebben?
|