doe niet flauw wanneer ik dood ben
vlijmscherp weggesneden van mijn lieve lijf
zoek een strand en bouw een mooie stapel sandelhout
draag mij naakt de haren warrig in de ochtendbries
leg mij neer. mijn hoofd nog even opgeheven
hoger dan mijn dunne schouders. vouw
mijn handen minzaam over wat mijn borsten waren
laat de dauw het holle bekken van mijn
hongerbuik beminnen. breng de vlam en laat mij gaan
zoals ik was van vuur en water gooi misschien
- wat lief van jou-
nog een bloem na voor de clownvis.
Categorie:SeiZoenen
|