plots...
[de daken bloosden onder de opkomende zon]
zat daar een grote vogel
machtig, donker-purper glansden
de veren op zijn borst
ik opende wijdarms het raam
ik riep hem niet
of toch
hij spreidde langzaam zijn vleugels
zo statig, behoedzaam schier
verlangen zwol in mij
hij naderde werd groter donkerder de lucht
werd zwart er was geen open blauw geen vluchtweg meer
angst sloot het raam
en alles
werd bloed
Categorie:Over dieren
|