TELEFONEREN of SMS? We zijn gewoon thuis en bij nacht en ontij bereikbaar op de traditionele nummers. of op skype als we online zijn. Vind ons op skype als 'mike.vanoystaeyen' of GSM Mike 0476456801 of GSM Ruth 0477999733
Onze trektocht door Australië, Nieuw Zeeland en ZO-Azië van 28 okt 2009 tot 4 april 2010
04-03-2010
4/03/2010 up to the top
Vandaag
bestijgen we opnieuw de trappen richting wandelpad naar het uitkijkpunt waar we
twee dagen geleden al eens aan begonnen waren. Nu kopen we voorafwel een geldig toegangsbewijs, dat vergemakkelijkt
de controle halverwege aanzienlijk. Tot onze verbazing is het veel meer dan enkel
een padje tot aan het uitkijkpunt. Het is een ware resort met een tuin die thematisch
is aangelegd. We doorkruisen de European, de Orchid, de Kids en andere gardens.
Heel indrukwekkend zijn de meeste planten niet maar wat wil je, het is hier
tenslotte ook einde winter en daarenboven einde van het droge seizoen. Dan staan
ze natuurlijk niet op hun mooist. De stukjes zonder planten worden dan weer
spectaculair Stone Forest of Cloud Yard benoemt. Het geheel is best wel
mooi en erg verzorgd aangelegd. Zij het ietwat vermoeiend daar het park zo goed
als vertikaal tegen de bergwand is opgetrokken. De uitzichten belonen dan weer
de extra inspanning. We zijn terug op de kamer voor het echt te warm wordt. We
moeten nog wat uitzoeken want de volgende dagen hebben we een druk programma gepland.
Als alles wil verlopen zoals wij het ingeschat hebben dan vertrekken we om 17h uit
Sapa naar het station, de nachttrein op naar Hanoi. Als we daar aankomen gaan
we onmiddellijk op uitstap met Ocean Tours naar Halong Bay, waarschijnlijk het
mooiste natuurwonder van Vietnam. Dan slapen we op een idylische strand van een
meestal onbewoond eiland (die nacht dus even niet). 6 Maart terug naar Hanoi waar
we dan weer de nachttrein op gaan richting Hué. Zo kunnen we ons verplaatsen
terwijl we slapen, dat is verweg de meest comfortabele manier van reizen en het
bespaart je een overnachting. We zijn dus eigenlijk aan onze terugweg naar het
Zuiden begonnen. Das nog niks te vroeg. Binnen exact 1 maand moeten we in
Bangkok staan om onze terugvlucht te nemen en we willen nog zooooveeel doen in
Vietnam, Cambodja en Thailand. Dat wordt puzzelen, kiezen en schrappen.
Mocht
er iemand speciale verzoekjes hebben die hij graag meegebracht ziet uit ZO Azië
laat dan op tijd iets weten, we plannen nog minstens één shopdag in alvorens we
naar huis terugkeren. Denk er alvast is over na. De volgende dagen zullen we
geen verbinding hebben en zijn we genoodzaakt de server van bloggen.be enkele
dagen rust te gunnen.
Fotos
: leuke villa, Vietnamese serre voor orchideeën, de tuin en enkele uitzichten
over Sapa en omgeving.
5/03/2010 Met Ocean Tours door Halong Bay naar het Ocean Beach Resort
Gisterenavond
werden we stipt om 17h voor ons hotel opgepikt door een minibusje dat ons tot
aan het station gaat brengen. Dat geeft ons voldoende tijd, het is maar een
uurtje rijden en onze trein vertrekt pas om 20h. Om 18h zijn we echter nog
steeds in Sapa want er moet nog langs andere hotels gereden worden en blijkbaar
is er voor die gasten een pickup uur afgesproken van 18h. Uiteindelijk geraken
we toch weg, hopelijk hebben we geen vertragingen onderweg. Dat blijkt mee te
vallen, iets over 19h zijn we in Lao Cai train station. Hier moeten we dan naar
goede gewoonte nog een reisbureau vinden dat onze treinvouchers kan wisselen
voor echte tickets. Ook dat vinden we vlot, alleen spreken de twee dames van
dienst geen letter Engels en lijken ze ook niet te begrijpen dat we
treintickets willen voor de voucher. Ik word wat ongeduldig en flapper al eens
met wat grotere gebarentaal om mijn bedoelingen duidelijk te maken. Dat noemen
ze hier chicken and duck, twee mensen die elkaar iets willen duidelijk maken
zonder dat ze een gemeenschappelijke taal hebben om op terug te vallen,
herinner ik me plots van onze gids tijdens de trekking. Na veel gekwaak van mij
en gekakel in de gsms door de dames verschijnt er een kwartiertje later de
winkelverantwoordelijk die wel lijkt te beseffen waar het net over gaat. Ze
overhandigt ons de twee tickets waarop gedrukt staat Price: 00000 Dong. Ik
herinner me de verhalen van Ierse toeristen die betalen voor luxeplaatsen en
uiteindelijk op houten bankjes eindigen. Dat boezemt niet echt vertrouwen in en
ik wens mijn betalingsbewijs bij te houden. Dat lukt na 5 minuutjes verder kwaken.
Goed, hiermee zullen we het moeten proberen. We trachten nog tickets te kopen
voor onze doorreis van Hanoi naar Hué voor overmorgenavond zodat we na de cruise
meteen verder kunnen maar dat lukt dan weer niet. Train = Full vertelt een
taalvaardige ticketverkoper ons. Dat zien we dan nog wel. De perron-, wagon- ,cabine-
en bednummers, alles lijkt te kloppen als we op de trein stappen. Oef. We delen
onze cabine met een ouder koppel uit Parijs dat roots heeft in Vietnam en op
familiebezoek is. Zo kunnen we ons Frans nog wat bijschaven. Zij delen hun fruit
en zoete aardappel, wij bieden onze chips aan. Om 21h gaat iedereen met de
kippen op stok.
Om
5h s morgens komen we aan in ons eindstation te Hanoi. Hier kunnen we nog wel
tickets kopen voor onze rit naar Hué morgenavond. Al loopt dat ook hier niet van
een leien dakje en moeten we ons tevreden stellen met een tragere trein met
meer basic comfort. Soit, geen keus, we kopen alvast de tickets voor deze ook
uitverkocht zijn. Het is nog te vroeg voor de toeristische ontbijtrestaurants maar
we kunnen al wel terecht in een lokaal straatpaviljoen waar de Pho (ofwel de traditionele
noodleontbijtsoep) wordt geserveerd. Verrukkelijk.
Ondertussen
is het 7h30 en gaan we naar het Ocean Tours hoofdkantoor waar we onze cruise boekten. Druppelsgewijs
vallen ook de andere deelnemers binnen en om iets over 8 kunnen we de bus op
van Hanoi naar Halong Bay. Dit is 170km verder en de trip gaat zon 4h duren.
Dat klopt ook. Het verkeer is mogelijk nog chaotischer dan in Hanoi,
spookrijden is blijkbaar perfect normaal. Gelukkig ligt de gemiddelde snelheid
nogal laag. Iets over de middag komen we op de pier van Halong Bay toe. Het is
er een drukte van jewelste. We wringen ons door de menigte en gaan aan boord
van onze Junk (= traditioneel schip). Het schip mag 48 mensen vervoeren, wij
zijn slechts met 11. Een zee van plaats, wat een comfort. Eens we uit de haven
zijn wordt de lunch geserveerd. In oplopende volgorde zijn dat scampis,
gevulde krabben, Nem, rijst, grilled fish, varkenslapjes, gestoomde groenten en
vis en ananas als dessert. Het eten is allemaal van uitstekende kwaliteit en we
eten ons een ongeluk. Mijn God, nu ga ik straks zeker zinken tijdens de kajak-break.
We
varen twee uur lang tussen de 1690 limestone pieken die uit het water reizen.
Magnifiek. Op één van de mooiste plekjes stoppen we om over te stappen op de kajaks,
van hieruit kunnen we door spelonken stukjes bereiken waar je anders niet kan
komen. De stilte overvalt ons. Op sommige momenten stoppen we allemaal met
peddelen en indien mogelijk ook met ademen om het nog stiller te maken. Je
hoort elke vogel krijsen en weergalmen op de rotswanden. In een land als
Vietnam staat de soundtrack nooit stil en als je dan hier komtdan is de ervaring eens zo groot. Na flink
een uurtje gaan we aan boord van een ander kleiner schip dat ons naar de resort
gaat brengen. Die ligt nog zon 1,5h varen verder aan het einde van de
limestoneformaties en in volle zee. De oceaan komt hier met zijn lange golven
binnengerold en de boot gaat danig tekeer. Sommigen hebben nu duidelijk een
probleem met de overvloedige lunch van daarnet.
Vlak
voor we aan de resort aankomen moeten we nogmaals van boot wisselen om de oever
te kunnen bereiken. Een hachelijke onderneming in deze branding. Groen maar
veilig geraakt iedereen op het vaste land.
De
resort zelf is zoals uit de boekskes, alles is sprookjesachtig uit bamboe opgetrokken
en bevindt zich pal op het stand, enkele meters van de branding. Laat de
vloedgolven hier maar even uitblijven. De welkomstcocktailgaat er maar stroef in bij diegenen wiens
maag nog niet op de oorsponkelijke plaats zit.Daarna checken we in onze bamboehut in. Die is eenvoudig maar schoon en toch
voorzien van alle comfort wat je je wensen kan. (220V, fan, badkamer, warm
water).
Na
de welkome douche is het tijd voor het diner op het strand. Seafood BBQ schaft
de pot. Het eten is wederom overvloedig en verrukkelijk. Al kunnen we niet echt
opmaken wat we net aan het eten zijn want de kaarsjes op de tafels zijn niet
opgewassen tegen de zeebries.
We
tetteren nog wat na met een Zweedse dokter uit Polen samen met zijn vrouw. Haar
stem lijk sprekend op die van Shelma Hayek. Spijtig dat het enkel de stem is
grapt hij terug.
Nog
een spelletje pool en dan naar de hut, morgen gaan we om 8h reeds verder.
Iedereen vindt het spijtig dat we niet wat langer kunnen genieten van deze
wonderbaarlijke oase.
Fotos:
haven van Halong City, eco-boot, op het dek van de Victory, lime stone
formaties in Halong Bay, avond in Ocean Beach Resort, de bamboehut,
landschapfotos
06/03/2010 Terug naar Hanoi en weer een nachttrein
We
moeten vroeg opstaan voor het ontbijt maar de zonsopgang boven de oceaan doet
ons dat al snel vergeten. Om 8u staat iedereen paraat om weer aan boord te
gaan, hoewel het enthousiasme bij de zieken van gisteren duidelijk getemperd
is.
Aangezien
het laag water is, kan de kleine boot ons niet komen oppikken op het strand en
sturen ze een bamboe vlot. Bij de eerste golf zien we het water volledig over
het vlot gaan, dat wordt plezant met de bagage, we zijn precies al blij dat we
onze grote rugzakken niet bijhebben. Het is een geknoei van jewelste en het
duurt een uur voor iedereen op de grote boot zit. Hoe dit allemaal mogelijk is,
daar kan onze Europese geest niet bij. Elke ochtend, elke keer bij laag water,
moeten ze toeristen naar de grote boot brengen, je zou toch denken dat daar
ondertussen al een praktisch systeem voor is uitgewerkt, maar nee hoor...
Het
eerste stuk op open zee is weer redelijk woest maar minder dan gisteren en de
schade blijft beperkt. Onderweg moeten we nogmaals van boot veranderen en dan
gaat het rechtstreeks naar Halong City. We hebben geluk met het weer (ook
gisteren al), het is helder en de vergezichten zijn onvergetelijk. Tegen de
middag zijn we in Halong en krijgen we nog een lunch in een plaatselijk
restaurant. Ook deze keer is het zeer overvloedig en lekker, we zijn verwend
geweest. Na de lunch gaan we de bus op en rijden we terug naar Hanoi. Het was
een geweldig geslaagde uitstap, heel relax en toch hebben we veel gezien. We
hebben het geteld en in totaal op 7 boten onze voeten gezet, sommigen echter
enkel als tussenstap om aan wal te geraken, maar het was een heel geklauter.
Ocean Tours is naar Vietnamese normen heel goed georganiseerd en professioneel,
een aanrader.
In
de late namiddag zijn we wederom in het centrum van Hanoi. We mogen onze grote
bagage nog even laten staan en eten snel een hap op het dakterras van een
restaurant midden in de stad, met een leuk uitzicht. Dan nemen we de taxi naar
het station en gaan we de trein op. De coupé ziet er redelijk uit, het
beddengoed is minder proper dan op de duurdere treinen maar t is niet dat we
keuze hebben. Tot 3 min voor vertrektijd zitten we alleen in onze coupé maar
dan vervalt onze illusie om alleen te kunnen reizen en komt er nog een koppel
Vietnamezen binnengestoven. De trein vertrekt stipt op tijd. Het schokkelt as
usual en we slapen met horten en stoten
Om 3u s nachts zijn we opnieuw klaarwakker, onze 2 Vietnamezen hebben hun
bestemming bereikt en moeten uitstappen. Reizen kan toch zoo vermoeiend zijn.
Fotos:
privé strand aan Beach Resort, zonsopgang vanop ons terras, vertrek met het
bamboevlot, fotos op de terugweg, Hoan Kiem-meer in Hanoi by night, Halong Bay
landschappen
Om
8u zitten we al volledig gepakt klaar in onze coupé maar dan blijkt dat de
trein nog lang niet op zijn bestemming is, we werden verkeerd geïnformeerd. Het
duurt nog tot 10.30u eer we er zijn. We installeren ons in een leuk hotel op
het 5e verdiep en duiken meteen onder de douche, zalig. Onze eerste
indruk van Hué is dat het overheersende straatgeluid ook hier getoeter is, zij
het in mindere mate omdat er 80% minder verkeer op de baan is. Morgen gaan we
hier de citadel bezoeken, vandaag brengen we alleen nog onze was naar beneden
of zo, t is efkes goed geweest. We zijn hier tenslotte met vakantie, nietwaar?
Het
vooraf plannen en aansluitend reizen van de vorige dagen is beter uitgedraaid
dan we hadden durven hopen dus proberen we in onze jeugdige overmoed iets
gelijkaardigs in elkaar te steken voor de komende dagen. De planning (wat een
lelijk woord) ziet er als volgt uit. Morgenmiddag pakken we de bus naar Hoi An.
Als het een beetje meezit zijn we daar voor 18h. Hoi An zou één van de best
bewaarde oude steden van Vietnam zijn en bovendien is het het culinaire centrum
van het land waar alle meesterchefs elkaar beconcureren. Dat belooft, mss dat
we daar nog eens op cursus gaan. Daar blijven we twee nachtjes en dan vliegen
we goedkoop via Jetstar naar Ho Chi Ming City (aka Saigon). Een snelle
overnachting daar, er zou ook geen jota te zien zijn in Saigon, om dan meteen
door te reizen via een fabelachtige bustrip naar Phnom Phen in Cambodja.
Yep,
al dat transport hebben we vanmorgen uitgezocht en geboekt. Nu maar weer hopen
dat het nergens serieus misloopt want dan kloppen de aansluitingen niet meer.
We zien wel, voor elke oplossing een probleem.
Na
alle administratieve rompslomp (weeral een scheldwoord) steken we de rivier
over naar het oude stadgedeelte, maar eerst lunch. Hoogverraad, we laten de
Vietnamese keuken even voor wat het is en stappen schaamteloos een KFC binnen.
De Kentucky Fried Chicken kan je zonder bezwaar de Mac Donalds van Australië
noemen, maar dan minder goed. Het is het hoofdingrediënt van elke gezonde
Aboriginal. Hier in Vietnam hebben ze een eigen variant, mijn chicken burger
had enkel vanboven een broodje, hap dat maar eens netjes naar binnen.
De
Citadel, koningsstad of voormalig keizerlijk verblijf, maakt Hué tot de
culturele hoofdstad van het land. We gaan door twee stadspoorten en steken twee
slotgrachten over alvorens we de ex-keizerlijke vertrekken kunnen betreden. De
laatste poort is langs weerszijden bewaakt door 9 heilige kanonnen. De 4 langs
de ene kant heten (I kid you not) zomer, herfst, lente en winter, de 5
resterende langs de andere kant zijn water, vuur, lucht, aarde en metaal !? benoemd
volgens de 5 elementen. Gezien de kannonen naar elkaar gericht zijn lijkt een
ongeluk zo gebeurd, één kleine miscalculatie van de elementen en de seizoenen
zijn eraan. Waarschijnlijk daardoor dat ze hier enkel van een dry en een wet
season spreken. Amai genoeg gezeverd, zodadelijk is jullie lunchpaze voorbij en
zijt ge weer niets wijzer geworden. Ik laat nu onze immer vrolijke gids Ruth
jullie even de culturele toppers toelichten van onze uitstap.
We
wandelen van de ene ruïne in de andere, er blijft nl niet veel over van het
oude keizerlijke paleis door de vele oorlogen die hier hebben plaatsgevonden.
Onze reisgids beschrijft alles echter met veel zwier, en met enige verbeelding
zie je de concubines nog wel ronddwalen in het Verboden Purperen Paleis. Het
restaureren van oude gebouwen gebeurt op een heel laag pitje, het huidige bewind
wordt liever niet herinnerd aan het pré-communistische erfgoed van Vietnam. Er
zijn wel plannen voor de toekomst om er meer werk van te maken, maar voorlopig
blijft het bij woorden. Er is 1 stuk van het grondgebied dat wel volledig
gerestaureerd is, en dat zijn de keizerlijke tennisvelden. Die liggen er
blinkend bij en misstaan eigenlijk een beetje in het geheel, hoewel ze
oorspronkelijk wel gebouwd zijn in het begin van de 20e eeuw. Al bij
al is het toch een indrukwekkend complex, het omvat een enorme oppervlakte en
hetgeen gerestaureerd is, is wel de moeite.
Fotos:
de Middagpoort (hoofdingang), bloemekes, kameleon?, Co Ha park, restant van de
Verboden Puperen Stad, verder restauratiewerk noodzakelijk, boom met vreemde
grote groene rond vruchten, oude poort met nieuwe brommer, 9 dynastieke urnen
uit 1835
Voor
het eerst sinds lang staan we op met zwaar bewolkte lucht, regen en stevige
windstoten. We waren al bijna vergeten dat zulk weer bestond. Geen probleem,
vandaag is toch een reisdag. Regen en wind wil blijkbaar ook zeggen dat de
technologie het laat afweten. Internet ligt er overal uit, het credit card
machine aan de receptie ook en ik moet 3 geldautomaten aflopen voor ik er 1 vind
die bij zulk noodweer nog operationeel is. Het straatbeeld ziet er ook anders
uit. Het aantal scooters is gehalveerd en hetgeen nog rondrijdt is een bonte
mengeling van alle mogelijke kleuren en motieven van regencapes, zo het model
dat wij indertijd een bash of een zeil noemden. Passagiers achterop de scooters
verdwijnen volledig onder het zeil en zien niets meer.
Voor
de rit naar Hoi An boekten we een slaapbus. Dit vnl omdat dat de enige bus was
die op een voor ons geschikt uur vertrok maar ook omdat we die nog niet op onze
transportpalmares hadden staan. Slapen is in principe niet nodig, er moet maar
120 km overbrugd worden en deze worden flitsend snel op 3,5u afgelegd. De bus
is van het grotere type. Er zijn in totaal 36 stoelen, er zit max 6 man achtereen,
in 3 rijen naast en 2 stoelen boven elkaar. Het idee is goed, iedereen krijgt
een stoel die volledig in de lengte plat ligt en je kan je rugleuning naar wens
rechter zetten. Het uiteindelijke resultaat is iets minder. De plaatsen zijn niet
gelijk en verschillen behoorlijk in de lengte.Een Vietnamese dame kan zonder
problemen languit in de zetel liggen met zowel van boven als vanonder nog een halve
meter over. Een standaard Rus zit met zijn knieën in zijn nek. Bij het verkopen
van de plaatsen wordt er duidelijk ook niet gekeken naar het formaat van de
klant. Uiteindelijk zit dus de helft héél comfortabel en de andere helft nog
minder comfortabel dan in een gewone reisbus. Wij behoren tot het laatste type.
We zitten op de bovenste stoelenrij en het lijkt alsof de bus bij elke bocht
gaat omkantelen. Er is geen plaats voor onze handbagage tenzij op onze schoot
en onze benen passen niet in de uitsparing onder onze voorbuur. Landschap zien we
ook niet want de ramen zijn nogal klein. Maar, niet getreurd, het regent toch
en het is maar voor een korte rit.Zo dat
hebben we dan ook weer meegemaakt.
Al
bij al geraken we nog in redelijke fysieke toestand in Hoi An. Zoals
afgesproken met het hotel wandelen we zelf tot aan hun deur, het is maar achter
de hoek. We doen lekker zot en dus
boekten we een 3* hotel, met zwembad. Met ontbijt inbegrepen kost ons dat 35$
voor een nacht, de afzetters. De kamer is heel netjes, de badkamer ook, we
hebben een balkon en het zwembad ziet er ook goed uit, al is het momenteel geen
weer om te zwemmen. Onder de 35° gaan we er niet in.
Tegen
dat we geïnstalleerd zijn valt de avond weeral, we gaan dineren in het
restaurant van een cooking school waar we morgen les willen gaan volgen. Ze
zullen ons oa leren hoe we figuren uit groenten snijden of uit onze vingers.
Fotos,
geen (het regent remember, en dat gaan we hier niet vereeuwigen)
Tijdens
ons ontbijt zien we ineens een koppel Duitsers zitten waar we tijdens onze trip
op Halong Bay veel mee gepraat hebben. Grappig om hen hier in hetzelfde hotel
terug te treffen. Spijtig genoeg checken ze vandaag uit, dus echt veel tijd kunnen
we niet samen spenderen. Zij reizen echter ook door naar Cambodja, dus wie
weet achteraf beseffen we dat we eigenlijk nog steeds niet weten hoe ze heten.
Typisch. (Frits en Frieda dopen we hen gemakshalve)
Ons
dagprogramma is enigszins gewijzigd. De kans op vingers afsnijden is nihil geworden
want de kookcursus was volgeboekt. We hadden via internet een aanvraag tot
inschrijving ingediend maar die hebben ze blijkbaar nooit ontvangen. Dat
gebeurt hier wel meer, zo kan je als je online een hotel boekt best tegelijkertijd
een rechtstreekse mail sturen met dezelfde request. Het online invulformulier staat
meestal gewoon chique te wezen op de site maar heeft vaak geen enkele
functionaliteit. De teleurstelling was eerst groot, maar naarmate onze maaltijd
in het bijhorende restaurant vorderde, vonden we het minder erg, haast een
geluk. t Eten was niet eens zo
bijzonder, k had zelfs gemakkelijk al wat verbeteringen kunnen bedenken Tja,
zo hebben we meer tijd om Hoi An ten
gronde te verkennen.
Hoi
An staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco en dat zie je eraan. De stad heeft
weinig te lijden gehad tijdens de oorlogen en veel oorspronkelijke oude gebouwen
staan hier effectief nog recht. Ook de straten zijn naar Vietnamese normen zeer
goed onderhouden en er wordt veel moeite gedaan om een gezellige sfeer te
creeëren. Alle straten zijn s avonds verlicht met lampions, de oude binnenstad
is grotendeels verkeersvrij. Het is een verademing na de drukke steden die we reeds
bezocht hebben. Een echte aanrader voor wie Vietnam wenst te bezoeken, hoewel we
ons meer in Mèze of Sète in Zuid-Frankrijk wanen dan in Vietnam. Dat heeft
waarschijnlijk ook te maken met het slechte weer waardoor de temperatuur hier ondertussen gezakt is tot die van een
draaglijke mediterane zomeravond.
We
volgen een wandelroute uit de reisgids en krijgen zo alle verschillende delen
van de stad te zien. Er zijn massas winkels met stoffen, overal kan je je maatpakken
laten aanmeten. Sommige winkels kunnen in 24u een pak op maat in elkaar steken,
maar volgens de reisgidsen moet je voor betere kwaliteit toch minstens 48u
rekenen, zodat je opnieuw kan gaan passen voor er aan de eigenlijke afwerking begonnen
wordt. Die tijd hebben we spijtig genoeg niet, de vervolgroute ligt al helemaal
vast. Wat moeten we bovendien met een maatpak, we hebben niet eens een job. Dat
neemt niet weg dat we ons toch laten verleiden tot het kopen van een aantal
petten en een zijden (hopen we, de truc met de aansteker zal voor thuis zijn)
lakenzak voor op 1 van onze volgende kampeertochten. Het is aangenaam slenteren
door de smalle straten en de oude huizen stralen een aparte sfeer uit. We
voelen ons hier heel hard op ons gemak, haast Europees.
Na
een paar uur rondlopen vinden we dat we dringend aan een massage toezijn. Ons hotel
raadt ons een salon in de straat aan, we kiezen voor de Aroma-massage van 70
minuten. Terwijl onze voeten mogen weken in een bad met allerlei kruiden ter
voorbereiding, krijgen we cynamonthee aangeboden. Laten we hopen dat die niet op basis van de
voorgaande voetbaden bereid is. Hij smaakt anders wel erg intens.
Nadien
worden we naar boven geleid waar we samen in een kamer aromatisch behandeld
worden. De Vietnamese massage is zachtaardiger dan de Thaïse, hoewel ze toch
nog hun plekken weten te kiezen. We worden beolied en aansluitend geduwd,
gekneed en getrokken alsof hun carrière op het spel staat. Soms is dat
zaaaalig, soms ietwat minder. Vlak voor het einde wordt er met beiden vuisten nog
even fors op onze schedel getrommeld. Verdwaasd duwen we onze gewrichten terug
naar hun oorsponkelijke positie en met elastieke benen staan we recht, even
focussen. t Is nu een zwak moment om de grote wisseltruk te onderscheppen. Nee
alles gebeurt oprecht, eerlijkheidshalve moet ik zelfs toegeven dat ze soms een
lagere koers berekenen dan mn Ipod aangeeft. Apple? Its a scam.
Nog
even wat blog typen, en daarna een hapje eten.
Smakelijk.
Fotos:
Hoi An by night, tijger en draak, Hoi An by day
Zelf geen kookcursus kunnen volgen maar in mijn zoektocht naar de ideale opleiding ben ik wel onderstaande site tegengekomen met enkele authentieke receptjes. Proberen maar ( link onder de foto's)
Hoi
An staat bekend als het culinair centrum van Vietnam. Eén van de trendsetters
is onmiskenbaar het Hoi An Han Sai-restaurant, beroemd om zijn gigantische seafood
platters. Van zon massage krijg je honger, in onze verbeelding worden de
seafoodplatters alsmaar groter maar uiteindelijk kiezen we toch voor de meer
bescheiden à la carte gerechten. Onze rekening klokt af op 1 miljoen dong,
equivalent van 49$. De helft ervan wordt gespendeerd aan de fles wijn. t Zal
wennen worden als we thuis terug uit eten gaan. We hebben lekker gegeten maar toch
worden de verwachtingen niet volledig ingelost. Hoi An als culinair centrum?
Wij hebben al beter gegeten in Vietnam
Vandaag
vliegen we naar Ho Chi Minh City, beter bekend als Saigon. Ons hotel regelt
transport naar de luchthaven van Danang, op een uurtje van Hoi An. Mike wil een
deal sluiten met de taxichauffeur dat hij 10$ extra krijgt als hij ons zonder te
toeteren naar de luchthaven rijdt. Per keer dat er getoeterd wordt, gaat er een
dollar af. Dat lijkt onze gigantisch entertainend, no way dat hij de eerste
bocht haalt zonder tweemaal te toeteren, de man is vast depri voor hij de wijk
uit is. We zijn benieuwd. Als de taxichauffeur tegen ons zegt Dana aipo plea?
(Danang Airport Please?) beseffen we dat we dit leuke spelletje nooit kan
lukken. We kunnen gemakkelijk de rest van de dag vruchteloos spenderen om hem
dit duidelijk te maken.
Danang
Airport heeft wat weg van de luchthaven van Deurne. Wij zijn er om 14.30u en
het eerstvolgende vliegtuig dat vertrekt is het onze, om 16.45u. Alles verloopt
redelijk stipt en als we op het vliegtuig stappen, merken we dat we aan de
nooduitgang zitten. Geweldig, extra beenruimte. Toch nog een randopmerking
hierover maken We hadden nl bij het boeken van onze tickets via internet
online stoelen gekozen. Die aan de nooduitgang waren tegen extra fee, al de
rest kon je vrij kiezen. Natuurlijk zitten we nog steeds in Vietnam en na de
incheck beseften we dat we gewoon random stoelen toegewezen hadden gekregen.
Wat dus uiteindelijk niet zo slecht bleek te zijn.Benieuwd wie op het vliegtuig meer betaald
had voor nooduitgangplaatsen.
De
vlucht verloopt rustig en een uurtje later staan we in Saigon. Daar probeert
een taxi ons een rit van 20$ aan te smeren naar het centrum, maar nee, wij
trappen er niet. We maken veel lawaai over het onaanvaardbare bedrag en
uiteindelijk komt een politie-agent zich ermee moeien en de valse taxi-chauffeur
krijgt een fikse berisping. De rit mag zon 8$ kosten moet je weten. We
wandelen s avonds nog even door de stad, al bij al valt het hier nog mee.
Hanoi is tot hiertoe echt wel het ergste wat we gezien (en vnl gehoord) hebben
qua verkeer. Hier is het ook extreem druk maar het verloopt iets stiller.
Morgenvroeg
gaan we de bus op naar Cambodja, morgenavond meer vanuit dit nieuwe land.
Sjokkel,
sjokkel een blogbericht van op de bus van Saigon naar Phom Phen. Benieuwd hoe
lang het gaat duren alvorens ik zelf zo mottig als een garnaal ben. Het heeft
wat weg van typen in een rollercoaster. Als je dan net als ik slechts 4 vingers
hebt die ooit het typediploma gehaald hebben dan wil dat voornamelijk zeggen
dat je elke aanslag goed moet inschattten en razendsnel moet reageren op het
moment dat het klaviert voorbij hobbelt.
Deze
ochtend waren we stipt om 9h vertrokken in centrum Saigon en tegen 11h waren we
aan de grensovergang met Cambodja. De documentenhandel neemt een uur in beslag
en dan zijn we Vietnam officieel uitgestempeld en Cambodja binnen.Voor we de
bus terug opkunnen wordt iedereen naar de healthcontrole omgeleid om zijn
temperatuur te laten meten. Ben ik blij dat de technologie hier ook al een
beetje ontwikkeld is en dat we niet zon kwikthermometer3 minuten op een betrouwbare plaats moeten
verstoppen. Nee, dat kan hier gewoon met een pistool dat op je gericht wordt.
Ook wel even schrikken op het moment dat de trekker overgehaald wordt. Het is een gewone reisbus ditmaal, afgewerkt
met de typische Aziatische gordijntjes en kant. Buiten twee flink uit de
kluiten gewassen Amerikanen zijn we de enige Westerlingen op de bus. Dat heeft
zo zn voor- en nadelen. Voordeel is dat er achteraan geen feestcomitee wordt
opgericht dat het ene dranklied na het andere inzet zonder de eigenlijke lyrics
te kennen. Nadeel is dat je de typische Aziatische gewoonten er moet bijnemen.
Je moet al heel menslievend aangelegd zijn om het harmonisch geheel vanalle vormen van gerochel ten volle te kunnen
waarderen. Bovendien hebben de meeste Aziaten een overgevoelige maag die niet
bestand is tegen busreizen met het gekende resultaat tot gevolg. Ik ga dat hier
niet in geuren en kleuren beschrijven gezien er vele zijn die de blog lezen
tijdens hun lunchbreak. Je kan je er vast wel iets bij voorstellen.
Volgens
Ruth is de rit slechts 210 km en gaan we daar 7h over doen. Dat geloof ik voor
geen meter.t Is vast veel verder. Eens
de grens over worden de landschappen weidser, en de snelweg-koeien talrijker.
Het enigste wat hier nog lijkt te toeteren is onze eigen Vietnamese bus. Zou
dat kunnen? Je kan dat van op een toeterende bus moeilijk correct inschatten
maar alles lijkt hier terug rustiger, minder druk en stiller. Dat zou een
verademing zijn.
Ha
er wordt gestopt, blijkbaar is een onderdeel van de trip een overtocht op de
Mekong met een Ferry. Hopelijk gaat dit beter dan onze vorige Mekong-encounter.
Zonder enige problemen geraken we aan de overkant en de rit wordt verdergezet.
Tegen
16u zijn we in Phnom Penh. De tuk-tuk chauffeurs hebben de 4 blanken al van ver
gespot en er staat een heel leger op ons te wachten, we horen ze tot in de bus
roepen om ons mee te nemen. Dat belooft. Mike is als eerste van de bus en wordt
volledig overrompeld. Zo snel als we kunnen lopen we door de menigte en negeren
elk aanbod. Na een paar afleidingsmanoeuvers (zie daar, een dood vogeltje) geven
ze het op en kunnen we rustig ons plan boven halen en uitzoeken waar we
eigenlijk moeten zijn. Een beetje verderop zien we ook de Amerikanen aan de
kant van de weg staan en opgelucht ademhalen.
We
vinden snel de straat van ons hotel en het valt mee, we zijn al aan huisnr 23
en we moeten aan nr 50 gaan. Als na 2 minuten ineens huisnummer 70 verschijnt
en nog een stuk verder huisnummer 35, beseffen we dat huisnummers elkaar hier
totaal niet opvolgen. We vermoeden dat de mensen gewoon willekeurig een nr
kiezen als ze een pand in gebruik nemen. Uiteindelijk geraken we toch op onze
bestemming, kloddernat van het zweet, het is hier zéér warm. De kamer is leuk
gedaan maar nogal primitief, geen bed maar eerder een matras op de grond, geen
warm water in de douche, geen ijskast dat had allemaal wel gemogen voor een
***- prijs. Er is wel een mooi aangelegd terras en het is er redelijk stil. We
zien morgen wel wat we doen.
Het
toeval wil dat we net op hetzelfde moment in Phnom Penh zijn als Rowdy en
Amber, de 2 Nederlanders die we in Thailand ontmoetten. Via mail hadden we
afgesproken om vandaag een gezamelijke uitstap te doen.
Om
8.30u wachten ze ons op aan ons hotel en gaan we naar het Tuol Sleng Museum, in
lugubere tijden bekend als S.21 (Security Prison 21). Deze school is tijdens
het korte bewind (75-79) van Pol Pot en de Rode Khmer omgebouwd tot
gevangenis, in de voormalige klaslokalen vonden de gruwelijkste
folterpraktijken plaats. PolPot wilde Cambodja hervormen tot een agrarische
staat door alle klassen te vernietigen uitgezonderd de boeren. Iedereen in
Cambodja die iets of wat tekenen van intelligentie of rijkdom vertoonde (ofwel
door zijn beroep, of erger, door bv een bril te dragen) werd gevangen gezet, waaronder
hier in Phnom Penh. Slechts enkele overleven dit. We nemen een gids die ons
meer uitleg geeft over wat we te zien krijgen, we kunnen jullie garanderen,
niet echt een vrolijk museum. Hier wordt niet gelachen, dat mag hier trouwens
ook niet.
Aansluitend
nemen we een tuk-tuk naar de Killing Fields. Hier werden de gevangenen
heengebracht en vermoord, het hele terrein ligt vol massagraven. We lopen
tussen en naast de massagraven. Op sommige plaatsen steken de botten en kledij
uit de grond, hier en daar zie je tanden liggen. De honden en kippen scharrelen
hier onwetend naar iets lekkers. Het beneemt je de adem. De Rode Khmer zou zon 1,7 miljoen mensen
vermoord hebben over een periode van 4 jaar, 1/5 vande totale bevolking. Dat zulke praktijken nog
zo recent plaatsvonden, en dat terwijl de internationale gemeenschap enkel aandacht
had voor de Vietnamoorlog. We zijn hier nog geen 200? km verwijderd van Saigon.
Het duurt tot 2009 voor een internationaal gerechtshof in voegen is om de
kopstukken te vervolgen. Pol Pot stierf in 1998 in duistere omstandigheden aan
een hartinfarct.
Kort
na de middag zijn we terug aan het hotel om de hitte van de dag te ontlopen.
Vanavond spreken we opnieuw af om samen in de stad te dineren.
Fotos:
er mag niet gelachen worden, in de klaslokalen werden cellen gemaakt,
prikkeldraad moest ervoor zorgen dat de gevangen niet naar beneden konden
springen, in 1 van de gangen met Rowdy en Amber, de schedels van de
slachtoffers liggen in de Pagoda, bewijzen van de gruweldaden, de Killing
Fields
meer weten over de Rode Khmer en Pol Pot?
Een goede introductie vind je op de onderstaande link naar Wikipedia.
In
de voormiddag wandelen we helemaal naar de andere kant van de stad om
bustickets te boeken naar Siem Reap. Op die manier zien we ineens iets van de
binnenstad van Phnom Penh. Het is bloedheet en het zweet gutst al gauw over
onze rug naar beneden. We hebben het geteld, we worden zon 76 keer
aangesproken door tuk-tuk chauffeurs om met hen mee te rijden. Ze begrijpen
hier echt niet dat je 100 m te voet zou gaan, laat staan een paar km. We zien
er de mop nog wel van in en proberen hen stuk voor stuk op een nieuwe ludieke
manier af te wimpelen. Nadat we de tickets gekocht hebben zijn we toe aan een
terrasje. Een paar glazen water en fruit shakes later zijn we terug wat op
temperatuur. Vanaf we zijn gaan zitten waren we al gespot door een tuk-tuk
chauffeur die ons per sé wil terugrijden. Mike is slim en geeft als bestemming
het Tuol Sleng-museum door, dat vlak aan ons hotel ligt. De man is onmiddellijk
akkoord met ons prijsvoorstel, hij ziet natuurlijk zijn business al groeien
want als toeristen naar het museum gaan, is de kans erg groot dat ze daarna
verder willen naar de meer afgelegen Killing Fields. En ja hoor, zo goed kennen
we ze al, na 5 min rijden komt de aap uit de mouw en vraagt hij of we eventueel
misschien door hem verder gebracht willen worden naar de fields, tegen een
goede prijs natuurlijk! Als we hem zeggen dat we niet verder gaan maar dat we
enkel naar ons hotel willen recht tegenover het museum draait hij zich om en zegt hij voor de rest
van de trip geen woord meer. t Zal hen
leren met al hun trukken!
We
zijn terug op onze kamer in de vroege namiddag en zijn toe aan siësta. We
dachten dat het warm was in Hanoi, maar dat is niks vergeleken met de
temperatuur hier. De luchtvervuiling is hier ook beduidend minder, wat wil
zeggen blauwere lucht maar ook veel fellere zon. Dat belooft voor Angkor Wat.
We
hebben terug afgesproken om te dineren met de Amber en Rowdy. Die zijn wel
grappig, ze zijn er als de dood voor dat we zouden schrijven over de gierige
gewoontes van onze Noorderburen. Bijgevolg slagen we er nooit in de volledige
helft van de rekening te mogen betalen. Morgen zetten we allemaal onze reis
voort en waarschijnlijk komen we hen dan niet meer tegen. Hoewel, t is niet de
eerste keer dat we dat neerschrijven...
Stillekesaan
beginnen we ook uit te kijken naar een goei hotel met zwembad en zee ergens op
een eiland ten zuiden van Bangkok, beetje vakantie zou wel deugd doen na al dat
reizen.
Dat
ligt 320km verder en ontvangt jaarlijks wel 2 miljoen bezoekers. Is Siem Reap
dan zon holiday resort? Nee niet echt, hoewel de toevloed van toeristen ervoor
zorgt dat er een paar heel gezellige autovrijstraten zijn, een aaneenschakeling
van uitnodigende terrasjes uitgerust met ontelbare fans die hun klanten
tevergeefs verkoeling trachten te brengen.
Maar
daarvoor komen al die toeristen niet, maar wel voor één van de zeven
wereldwonderen (afhankelijk van wiens lijst je net raadpleegt), de Angkor met
bijhorende 287 rondliggende tempels. Later daarover ongetwijfeld meer. Het zou bijna
heiligschennis zijn Cambodja te bezoeken en de Angkor links te laten liggen.
Naar
Siem Reap dus.
Al
bij het opstappen van de bus hebben we door dat we onze tickets dubbel zoveel
betaald hebben dan de lokale bevolking. Daar kan je dus blijkbaar niet rond,
tenzij je vooraf een expeditie onderneemt naar alle busoperators en vervolgens
een vergelijkende studie maakt. Datkost
je minstens een dag en 3 overchargede tuktuk-ritjes. Geen optie dus. Soit tis
gewoon zo en het vervoer blijft goedkoop naar Westers normen. De bus vertrekt
om 10h en gaat rond 16 op zijn bestemming zijn (merk op, de gemiddelde snelheid
stijgt van 30 km/u in Vietnam naar 50 in Cambodja). De busrit is weer een
belevenis. Deze National Highway is een geasfalteerde baan met bijna één
rijstrook in elke richting. Dat maakt dat alle voertuigen bijna kunnen kruisen.
Gemiddeld om de twee kilometer gaat de bus volledig in de remmen. Meestal is
het een koe die opschrikt en die met haar koeienverstand er niets beter op
vindt om, de verkeerde kant uit, voor de bus te springen. Ik vraag me af hoe
het verkeersbericht op de radio gaat Opgelet, er zijn 1700 loslopende koeien
gemeld om de snelweg tssn Phnom Penh en Siem Reap in alle richtingen ?
Onderweg stoppen we nog zon 20tal keer om wat lokale bevolking op te pikken
die er vaak twee dorpen verder weer afmoeten. Zo houdt de buschauffeur en de
steward er nog een handeltje op na. Eénmaal wordt er gestopt voor de lunch en
vlak daarna nog eens om een oudere dame de bus op te laten met een rieten mand
vol gebakken krekels en andere grotere insecten. Sommige kopen één portie dat
met een blik wordt afgemeten en in een zakje overgekieperd wordt.
Hett
lijkt onwaarschijnlijk maar we komen veilig en op tijd toe op onze bestemming.
Als we de busparking in Siem Reap oprijden worden vlak achter de bus de metalen
hekken gesloten en wordt de dringende menigte buiten gehouden. Oh my God, wat
is dat hier. Het is dus blijkbaar noodzakelijk om het gepeupel buiten te houden
want anders is het niet mogelijk de bus veilig te lossen. Over het ijzeren
hekken zien we een groot bord met mijn naam erop over en weer dwarrelen. Onze
pickup van het hotel. Ik probeer door de gaten van het hek de eignaar al te
signaleren dat ik de klant in kwestie ben. Geen idee of ik wel tegen de juiste
man bezig ben, ik denk het wel het bord dartelt toch al minder enthousiast nu.
Eens iedereen uit de bus is en de bagage verdeeld worden de hekken geopend. De
tuktuk-gekte kan beginnen, niet voor ons, onze besproken pickuptuktuk brengt
ons gratis en voorzichtig naar ons hotel. Het is hier zo warm dat de wind op de
tuktuk geen verkoeling meer brengt. t Is hier zo warm dat je telkens denkt Dit
is niet te harden ik ga uit de zon staan om daarna te beseffen dat je al in de
schaduw stond. De ontvangst in ons hotel is buitengewoon, een fris drankje en
een professionele uitleg over de stad en de Angkor. Toch niet meer voor
vandaag.De kamer is netjes en we nemen
snel een douche. Dan trekken we de gezellige straatjes in van Siem Reap, eten
een hapje en blijven plakken (neem dat maar letterlijk) op een terras met een
leuk uitzicht over de straatkeukens.
Fotos:
aperitief op een terrasje in Siem Reap, straatkeuken
Eindigen
in schoonheid, zo doen wij dat. Als (waarschijnlijk) laatste bezienswaardigheid
op deze grote reis gaan we een paar dagen rondlopen in Angkor Wat en aanpalende
tempels.
We
regelen via het hotel een betrouwbare tuk tuk en spreken af dat we ongeveer 3u
zullen rondlopen. Hij zal ons dan terug komen oppikken. De rit naar Angkor is
op zich al de moeite, na een paar minuten zijn we de stad uit en rijden we over
een rustige baan met langs beide kanten oerwoud. Er daalt onmiddellijk een hele
rust neer op de omgeving. We kopen een 3-dagentoegangspas zodat we op ons gemak
de tempels kunnen bezoeken. Het is gewoon te heet om een hele dag in volle zon
rond te lopen. Even poseren voor de foto en een paar minuten later krijgen we
onze gepersonaliseerde pas.
Tegen
onze verwachtingen in is het redelijk rustig aan Angkor Wat, er staat geen
massa reisbussen en qua toeristen valt het ook super mee. Wij waren al
voorbereid op Alhambra-toestanden.
We
wandelen over de steenoude brug Angkor Wat binnen. Wauw. Meer woorden hadden we
er de eerste 10 minuten niet voor. De gebouwen zijn immens groot en enorm goed
bewaard. De muurversieringen zijn nog grotendeels intact. Als je dan weet dat
Angkor Wat dateert van de 12e eeuw en het gebied zoveel te lijden
heeft gehad onder menselijk en natuurgeweld, impressionant. Je voelt je in een
ander tijdperk als je hier rondloopt. Een spion uit de toekomst. Over het
algemeen zijn we meestal niet zo enthousiast over oude gebouwen maar dit steekt
eruit. Mogelijk is dit het mooiste bouwwerk dat we ooit al gezien hebben. Het
Alhambra kan er eens ver achter komen oordelen we. En het is er zo vredig, je
hoort geen verkeer en buiten het gepraat van een paar andere toeristen hoor je
enkel duizenden krekels. Gedurende 2,5 uur wandelen we door deze oase van rust
en groen, tegen dan kunnen we onze kledij ongeveer uitwringen. Onze tuktuk
staat hondstrouw op ons te wachten en even daarna staan we af te koelen onder
de douche op onze kamer.
We
zijn blij met ons plan om elke dag een stuk te doen, zo geraak je niet te snel steenverzadigd
en blijft het nog menselijk bij deze temperaturen. Morgen gaan we wat vroeger
vertrekken en Angkor Tom bezichtigen, spreken we alvast af met de
tuktuk-chauffeur.
In
de namiddag gaan we oefenen voor een strandvakantie. We kunnen nl tegen halve
prijs in een naburig hotel van het zwembad gebruik maken, lijkt ons geweldig om
de namiddag verder door te brengen. Eerst zijn we een beetje teleurgesteld, het
zwembad stelt minder voor dan dat we gedroomd hadden en alle 7 ligbedden zijn bezet.
Maar na een uur gaan er een aantal mensen weg en kunnen we ons installeren in
de schaduw. Het water van het zwembad is zalig, het is buiten zo heet dat je,
zelfs als je enkel in de schaduw blijft, na een half uur al terug aan een duik
toebent. Dat doen we dan ook klokvast. We blijven daar lezen, dutten, puzzelen
tot 17u. Jep, dat gaat goed, we zijn klaar voor een paar dagen languit naast
een zwembad, zoveel is duidelijk.
Ons
hotel is echt geweldig. Toen we gisteren aankwamen stond er welkomstcocktail en
een ontvangstcomité van 4 man klaar, allemaal met hun eigen nut. s Avonds na
het diner lagende tv-programmatie voor
die avond uitgetypt op ons bed en, no joke, een bedtimestory. Toen we vanmiddag
van de tempel terugkwamen kregen we onmiddellijk in de lobby een glas fris
water aangeboden en diepgevroren handdoekjes om je gezicht mee te verfrissen.
En toen we van het zwembad terugkwamen stonden ze daar weer met hun water en
doekjes. De baas is persoonlijk komen vragen hoe onze dag was en wat onze
verder planning is. Ongelooflijk, een *****- service, en dat voor een gewoon
midrange bijna budgethotel.
Vandaag
naar Angkor Thom, dit is de grootste stad van het Angkor complex. Op zijn
hoogtepunt had Thom 1 milj inwoners. Tijdens dezelfde periode was London een
dorpje met 50.000 burgers.
Als
eerste bezoeken we de Bayon. Die bestond uit 54 gothische torens met telkens 4 gigantische
gezichten in gegraveerd, in de 4 windrichtingen. De gezichten zijn buitengewoon
goed bewaard en duidelijk te
onderscheiden. Met een mysterieuze glimlach zoals alleen de Mona Lisa dat kan
evenaren kijken ze versteend voor zich uit. Het is hier veel drukker dan
gisteren aan Angkor Wat zelf, we moeten vaak tussen de andere mensen
doorwringen.
Aansluitend
bezoeken we de resten van het koninklijk paleis en de koninklijke terrassen.
Deze terrassen zijn groter dan verwacht, heel de grondvesting staat er nog van
recht tot op 1,5 m hoogte met veel intacte bas-reliëfs. We proberen ons in te
beelden dat we deel uitmaken van het publiek dat op het terras naar parades van
olifanten en praalwagens staat te kijken. Moet een heel spektakel geweest zijn.
We
nemen onze tuktuk nog een stuk verder tot aan de Preah Khan, 1 van de grootste
bouwwerken in Angkor. Alleen al de oprijlaan doet ons weeral verstomd staan,
het is zon robuust bouwwerk. We lopen hier ook bijna alleen rond, dit ligt
duidelijk verder uit de toeristische scope. Na ook hier een uur door de ruïnes
gedwaald te hebben houden we het voor bekeken. Tijd voor een siësta en fotos
bekijken!
Fotos:
Angkor Thom gezichten, even bekomen met een cocosnoot, tuktuks wachten op hun
klanten in de schaduw, onderweg naar de Preah Khan, in de Preah Khan
18/03/2010 Tempeldag nr 3: Banteay Srei & Ta Phrom
Gisteren
was het St Patricks Day, en de beste plek om dan s avonds een pint te gaan
drinken is natuurlijk een Irish Pub. Lucky us, Siem Reap heeft een Molly
Malone, mensen dragen er groene kledingstukken, er worden klaverblaadjes
geschilderd én groene Cambodiaanse pinten geserveerd. Het café loopt danig vol
maar echte ambiance krijgen ze er niet in. Er staat een gezellig deuntje op
waarbij zelfs Jeff Buckley in een depressie zou sukkelen. Als ze uiteindelijk
komen aandraven met Heineken bij gebrek aan groene Tiger-pils houden we het
voor bekeken. We hebben tenslotte nog onze waardigheid. Ze zouden als voorbeeld
es de sfeer moeten komen opsnuiven in Antwerpen, een wereld van verschil.
Mr
John bewijst trouwer te zijn dan een labrador en staat ons vrolijk kwispelend
op te wachten bij zijn tuktuk. De rit zal een uur in beslag nemen, we gaan nl
het grote circuit op naar meer afgelegen Angkor-tempels. We genieten 100% van
de rit, die ons langs talrijke Cambodiaanse hutjes voert, slecht enkele zijn
van steen. Het voorbijschuivende landschap geeft ons een gedetailleerde indruk
van hoe het dagelijkse leven er hier aan toe gaat. Anders. Stress moet hier nog
uitgevonden worden.
Ons
eerste doel: Banteay Srei of de Vrouwencitadel. Gekend als minder toeristische
attractie maar als wij toekomen zijn er net een paar bussen Japanners of
Chinezen (wie zal het zeggen) gelost. Dat houdt vnl in dat je net als zij
meedogenloos voor de andere cameras moet gaan staan om een mooie foto te
maken. Het is weeral heel mooi, vooral de reliëfs zijn bijzonder gedetailleerd
en zo goed als onbeschadigd. Er zitten echte kunstwerken bij, hoe mooi moet dat
geweest zijn tijdens zijn gloriedagen.
Van
hieruit rijden we terug richting Ta Phrom, Mr John laat ons nog even uitstappen
aan de Pre Rup. Deze is minder impressionant in vergelijking met de voorgaanden,
de erosie heeft hier al danig huisgehouden.
De
Ta Phrom dus. Deze ruïne werd in een eerste fase aan zijn lot overgelaten. Dit
geeft een idee van de toestand waarin de Angkor-tempels ontdekt werden. Meteen
zie je ook de kracht waarmee de jungle zich door de eeuwen heen terug meester maakt
van de verlaten stad. De Ta Phrom is 1 groot filmdecor waarin Indiana Jones
zich beslist thuis zou voelen, eeuwenoude kapokbomen groeien op de gewelven en
hun wortels banen zich een weg tussen de oude stenen naar meer houvast. Ondertussen
zijn er ook hier restauratie-werken gestart, terecht. Volgens onze mening, de
mooiste en meest magische site van het Angkor-complex.
Hiermee
is onze 3-dagen-Angkor-pas volledig benut. Het was zeker 1 van de hoogtepunten
van onze reis, en dat terwijl we niet echt verslingerd aan oude stenen zijn.
Morgen
is onze laatste dag in Siem Reap, die zullen we besteden aan het uitzoeken van de
beste (=minst slechte) route naar ons Thaïs vakantie-oord Koh Chang. Het
belooft een hele uitdaging te worden als je de verslagen op internet erop na
leest. Maar dat lees je waarschijnlijk zelf wel uit eerste hand binnen enkele
dagen.
Fotos:
Banteay Srei (4 fotos), Pre Rup (2 fotos), Ta Prohm bandleden zijn allemaal
slachtoffers van landmijnen, bomen overwoekeren Ta Prohm, restauratiewerken
zijn ook hier aangevat, in de schaduw uiteraard
De
wereld is klein, zelfs hier in Azië. Terwijl we gisterenavond zaten te eten
wandelt ineens het Duitse koppel dat we leerden kennen in Halong Bay ons
restaurant in (remember Frits & Frieda?). Toevallig toch dat we ook hen
blijven tegenkomen. Deze keer zijn we slim en vragen hun naam, maakt het toch
iets persoonlijker als je een gesprek voert. We gaan samen nog iets drinken, t
was gezellig. Zij gingen vandaag nog tempels doen en vliegen dan terug naar
München. We wisselen mailadressen uit, weer een bestemming meer in Europa om naartoe te gaan.
Geen
tempels meer vandaag, we doen het rustig aan. We brengen een bezoek aan het
Angkor National Museum hier in Siem Reap. Ook hier geldt weer dezelfde regel,
Cambodianen betalen 3$ inkom, toeristen 12$. Het went dat westerlingen
systematisch overcharged worden, maar 4x zoveel vinden we er toch wat over. Vervolgens
moet ik mijn handtas en flesje water achterlaten aan de receptie. Niet echt een
warm onthaal, maar het feit dat dit ongeveer de enige airconditioned attractie
is doet ons toch blijven. Het museum is eigenlijk wel interessant en geeft een
goed beeld van de verschillende kunst- en religieuze stromingen die Cambodja
door de geschiedenis heen beïnvloed hebben. Er staan veel beelden en mooie
overblijfselen van gewelven van de Angkor tempels. Af en toe kan je even rusten
en een film bekijken over een specifieke periode. Naar Aziatische normen is dit
echt een heel interactief museum. Overal staat tekst en uitleg bij, en niet
alleen in het Cambodiaans. Je weet dus effectief waarnaar je aan het kijken
bent.
Via
de Royal Gardens wandelen we terug naar ons hotel, waar we naar goede gewoonte
verwelkomd worden met een glas water en ijsgekoelde verfrissende handdoekjes.
Een mens is zoiets rap gewoon.
Om
17u gaan we terug de straat op om bustickets te kopen naar Koh Chang (Zuid-Thailand).
Het belooft een hele trip te worden. Eerst 3u over een niet-geasfalteerde weg
tot aan de grens met Thailand, dan de grensformaliteiten doorworstelen (wordt
sterk afgeraden om dit in het weekend te doen, maar ja, het komt nu zo uit),
dan overstappen op een andere bus, want de bussen mogen de grens niet over,
naar het zuiden van Thailand en dan de ferry op naar Koh Chang. We zijn
benieuwd hoe dit allemaal gaat verlopen. Maar als alles goed gaat komt het
volgende bericht morgenavond van aan de kant van een zwembad op een tropisch
eiland. We vonden op internet een leuk hotel en hebben wij even geluk, er is
net een promotie lopende waardoor we zon 20/nacht minder betalen dan de oorspronkelijke
prijs. Benieuwd waar we terecht gaan komen? Hier alvast de website: www.norenresort.com. De
mooie zonsondergangen volgen ongetwijfeld nog.
We
zijn is benieuwd, de wildste verhalen doen de ronde over de scam-busverbindingen
tussen Cambodja en Thailand. We hebben ons zo goed mogelijk geïnformeerd en we
zijn op zoek gegaan naar de travelagent met de beste reputatie voor onze
tickets. Om 8h worden we voor ons hotel opgepicked, zoals afgesproken. Wat we
niet wisten is dat dit te voet gebeurt. Geen erg, we moeten maar een beetje
verder in de straat. Daar gaat de bus vertrekken. Om 8h15 wordt de bus geladen,
een oude rammelkar met 25 plaatsen. Als je het geluk hebt boven de wielkassen een
zitje te bemachtigen dan mag je je benen in een nieuwe joga-houding in je nek
wringen. Om 8h45zijn we nog steeds ter
plaatse, niemand weet wat er aan de hand is tot een Britse dame uitstapt en
informeert. Blijkbaar wachten we nog op twee extra personen. Er wordt
rondgebeld en rondgefietst. De twee personen dagen niet op. Das maar goed ook,
de bus zat al overvol. Tegen 9h enroute. Van in Siem Reap tot aan de grens zou
de weg onverhard zijn. Dit onder druk van de luchtvaartmaatschappijen die
daardoor meer passagiers naar de Angkor kunnen vliegen. We verwachten ons aan
wegen zoals we die enkel in Laos tegenkwamen, maar dat lijkt bijzonder goed mee
te vallen. De baan is ondertussen wel geasfalteerd en het traject schiet goed
op. Na slechts 1 verplichte stop in een twijfelachtig baancafé bereiken we nog
voor de middag de grens. Aan de grenscontrole geraken we vlot Cambodja uit en
dan worden we verplicht onze tickets af te geven aan onze steward. In ruil
daarvoor krijgen we een stukje tape met KC op geschreven om op onze Tshirt te kleven. Hierdoor zouden we
eens we de grenscontrole van Thailand gepasseerd zijn herkend worden door de
Thaise wederhelft van de organisatie. We willen onze tickets niet afgeven, dat
is trouwens het enige bewijs dat we betaald hebben voor een trip die ons tot op
Koh Chang voert. Er ontstaat een pittige discusie, als we ons ticket niet willen
afgeven kunnen we niet verder. Geen van de andere toeristen maakte daar een
probleem van maar dat overtuigt mij niet. Alle anderen moeten immers maar verder
naar Bangkok. Wij moeten verder naar ons eiland en ga maar eens uitleggen dat
de ferry overzet inbegrepen was als je daar staat zonder ticket en enkel een
stukje tape met KC op. Als dat zou lukken kan de ganse Sunshineband gratis
over. Soit, we kunnen tot een compromis komen en ik laat de tickets kopiëren.
Het stelt niet veel voor maar we kunnen op zijn minst met de kopieën verder.
Beter dan niks.
De
grenscontrole in Thailand gaat ook vlot, al zijn we stomverbaasd dat er 3 april
in onze reispas gestempeld wordt. God ja,
dat is onlangs veranderd, als je via een landroute Thailand binnenkomt mag je nu
nog maar 15 dagen blijven ipv 30. Das een beetje vervelend beseffen we. Onze
vlucht uit Bangkok vertrekt pas op 4april maar om 0h45 moeten we al in de lucht hangen dus is het gewoon
een kwestie van voor middernacht de controle te passeren besluiten we. Dat moet
lukken. Chance!
In
Thailand wordt de KC markering idd opgemerkt en via minibusjes worden we
vervoerd naar een nabijgelegen Tourist Travel Centre. Hier worden alle toekomende
reizigers opnieuw verzameld en per bestemming gehergroepeerd. Tegen 14h kunnen
we een minibusje in richting Koh Chang. Dat gaat redelijk comfortabel en
verbazend snel rijden we tot aan de haven. Nog voor 18h bereiken we de ferryterminal
en ook daar worden voor ons probleemloos tickets geregeld voor de volgende
overtocht. Om 19h komen we toe in Koh Chang zonder enig probleem. Ok misschien
moesten we dan toch niet zo wantrouwig zijn? Langs de andere kant kwam de
timing, het reisschema en de middelen
van transport helemaal niet overeen met wat ons verteld werd toen we de tickets
kochten. We zijn zelf via een andere haven en verschillende ferry overgezet.
Allemaal niet gezond voor de regelsmurf onder ons maar het past wel perfect in de
filosofie van ZO- Azië. Je komt er altijd wel, al is het nooit duidelijk
wanneer of hoe.
Op
Koh Chang sharen we busje tot aan onze resort. De verwelkoming door onze Zweed
is hartelijk. De kamers zijn buitengewoon netjes. Hier gaan we nog wel even
blijven vermoeden we.
We
eten nog een hapje in het 1 restaurant. De porties zijn te groot. Vroeg naar
bed. Het is een vermoeiende warme dag geweest.
De
komende dagen doen we . zo min mogelijk. Bloggewijs gaan we jullie langzaam
laten afkicken om de ontwenningsverschijnselen te beperken.
Gisteren
hebben we uitgebreid het zwembad van ons hotel getest. Vandaag was het strand
aan de beurt. Allebei zijn ze goed bevonden. Naar goede gewoonte is het hier
nog steeds erg warm, de zee is zelfs warmer dan het zwembad. Het heeft wat weg
van een te warm bad en verfrist niet echt. Maar het is op-en-top
vakantiegevoel. Morgen gaan we op snorkeltrip.
Dinsdag
was snorkeldag. Een taxi, dat is een laadbak met dak erboven, pikt ons op.
Onderweg stoppen we nog 2x om andere mensen in te laden tot het bakje echt
afgeladen vol zit. De weg is super steil en met de nodige dieselwolken slaagt
de chauffeur erin elke helling te bedwingen, hoewel dikwijls met moeite en in
eerste versnelling. Toch, zonder te moeten duwen bereiken we een half uur later
Bang Bao, vanwaar onze trip zal vertrekken.
Eens
op de boot valt het ons op dat 90% van de deelnemers Thaï zijn, blijkbaar is
voor hen de zomervakantie begonnen. De uitleg verloopt dan ook in het onberispelijk
Thais, af en toe denkt de gids ook aan ons en komt er een korte vertaling. Op
zich is dat niet echt een probleem, we hebben ondertussen al wel een goed idee
hoe je een snorkel moet hanteren.
Volgens
het programma gaan we aan 3 verschillende eilanden snorkelen. In praktijk
liggen de eilanden 200m uit elkaar en doen we eigenlijk telkens een rondje
binnen hetzelfde gebied. De hoeveelheid en variatie aan vis is intens, er wordt
kwistig met brood gestrooid omhen te
lokken. De temperatuur van het zeewater is ook heel aangenaam, het is leuk
ronddobberen terwijl de vissen ongeveer aan uw tenen komen knabbelen. Het
koraal is een prachtige locatie om te gaan snorkelen al kan je dit niet
vergelijk met het koraal dat we aan het Great Barrier Reef te zien kregen.
Daarvoor zijn er hier al teveel toeristen gepasseerd.
Het
feit om een hele dag tussen zon bende Thai te zitten maakt de uitstap nog
extra leuk. Zo viel het ons tijdens heel onze reis in Azië al op dat die mensen
altijd met eten bezig zijn. Nauwelijks te geloven als je dan ziet hoe mager ze
allemaal zijn. Bij de trip was lunch en een BBQ inbegrepen, en die waren
authentiek Thaïs. Neemt niet weg dat alle vrouwen zakken met eten bijhadden, om
11u begonnen ze allemaal hun eigen Green Papaya-salad te maken en mangos te
versnijden. Om 14u werden er noodle-soepjes bovengetoverd. Een ander feit is
dat de Thai niet in bloot bovenlijf in het water gaan, dat wisten we ook al. Maar
in praktijk draagt niemand een badpak of zwembroek. Ze gaan allemaal volledig
gekleed de zee in, met jeansbroek en al. Niet moeilijk dat ze allemaal een
zwemvest aandoen, echt comfortabel zwemmen kan nu éénmaal niet in jeans. We
verdenken ¾ er ook van dat ze eigenlijk niet kunnen zwemmen, ofwel leren ze
hier een eigen soort hondjesslag. Wij gaan ook met T-shirt het water in, maar
das eerder om ons te beschermen tegen de zon. Het is gewoon een geweldig
zicht, zon spartelende bende Aziaten in het water, we amuseren ons rot met hen
te observeren. Sommigen hebben ook een zwemvest voor hun hond bij, zo kan die
ook mee gaan snorkelen. Rare jongens, die Aziaten.
Tegen
dat we om 18u terug aan ons hotel worden afgezet zijn we danig moe, we kruipen
dan ook vroeg in ons bed.
We
zijn het niet meer gewend om te lang op een zelfde plaats te blijven dus vandaag
bestaat de actie uit het zoeken naar een hotel voor de laatste 5 dagen in Paradise.
Kwestie van wat afwisseling te hebben. De ZW-kant van het eiland hebben we
gisteren al wat doorkruist, dus gaan we naar het Noorden. Daar heb je White
Sand Beach, zowat het Blankenberge van Koh Chang. Het beste hotel zoeken kan je
niet via internet, dat hebben we al geleerd. Hooguit ontdek je de beste
websitebouwer of Photoshopper. Nee, we gaan zelf op resortexpeditie en nemen
een taxi tot aan de White Sand Beach. We lopen wat resorts in en uit, af en toe
worden we betrapt als niet-gast en wordt ons vriendelijk gevraagd of we een
kamer willen boeken of anders het hotel verlaten. De resorts zijn vaak te groot
naar onze smaak, sommige zitten goed vol en bieden bijgevolg weinig rust. Uiteindelijk
komen we terecht bij Ban Pu, een veel kleinere resort met houten bungalows
aangelegd in een prachtige tuin rondom een zwembad tot op het strand. Meer moet
dat niet zijn. Het hoofdgebouw heeft nog enkele luxekamers. Het is er super
stil. We mogen een kamer bekijken en als we zeggen dat we minstens 4 nachten
blijven, gaat er nog wat van de prijs af. We besluiten van hier te boeken. Als
test drinken we nog een milkshake en een verse fruitsap op hun terras, die
worden met zon zorg geserveerd dat je je al bijna schaamt om er 1 voor te
betalen. Voor zij die al nieuwsgierig zijn: http://www.banpuresort.com/main.html. Al moet ik je eerlijkheidshalve waarschuwen
dat de fotos op hun site erg bedrieglijk genomen zijn, het geheel is in het
echt veel mooier.
Dit
is het echte leven,een plekje in de
schaduw naast het zwembad. Geen animatie, geen krijsende kinderen maar pure
rust. Als we het tussen de massages door te warm krijgen plonsen we even in
zee. Als dat toch niet voldoende verkoeling brengt duiken we nog even in het
zwembad. Dineren doen we bij een helrode zonsondergang totdat de gigantische
vuurbal sissend in zee duikt. Eens de zon onder is begint het getsjirp van
duizenden krekels.
In
het holst van de nacht worden we gewekt door een tropische storm. Lang geleden
dat we nog zon natuurgeweld mochten aanschouwen. We zetten ons op het balkon als
het onweer in al zijn glorie losbarst en alle paadjes in kolkende rivieren
omtovert. Tsunami-gewijs kozen we voor een kamer op het eerste verdiep ipv een
bungalow, dat lijkt ons nog steeds een goede keuze. De kokosnoten worden flink
uit de palmen geschud. Wauw, wat een spektakel. De volgende ochtend regent het
nog steeds, s middag en s avonds ook. Niet gedacht dat het effectief een hele
dag zulk weer hier kon zijn. Hier zitten wenu in onze fabuleuze resort in de gietende regen. Dat maakt wel dat het
eindelijk aangenaam genoeg is van temperatuur om onze strandwandeling te maken,
we lopen dan maar in de regen de ganse White Beach af, veel volk komen we niet
tegen.
Fotos:
Zicht van uit onze kamer, zicht van op het balkon, zelfde zicht the day after