De hop blijft ons boeien en wanneer Johan op een ochtend een prachtexemplaar bij het huis ziet zitten, aarzelt hij geen moment. Hop links, hop rechts. Het lijkt een vrolijk dansje, maar het is eerder een kunstje om de hop op de digitale plaat vast te leggen.
Ondertussen verdwijnt de hop een beetje uit het luchtruim, nog zelden zien we hun fladderende vlucht dezer dagen. De vrouwtjes leggen eieren en broeden, de mannetjes wachten geduldig tot ze hun kroost kunnen voederen. Dan vliegen ze weer als onhandige kippen, hun kuif in de nek, de wit-zwarte vleugels als herkenningsteken, eerder laag, door de lucht. Volgende doel: een hop met opstaande kuif te fotograferen! Zolang we kunnen blijven dromen, is alles oké, toch?

|