Uit alle windstreken kwamen de media afgezakt naar de boorden van de surfzee in Torquay om Philippe Gilbert te aanhoren. Een gesprek met de Belgische generaal die klaar is voor de 'Groote Oorlog'. In het zadel is hij een uitermate attractieve en explosieve coureur, maar in de spreekstoel blijft hij afgemeten in zijn antwoorden. Hij is geen spraakwaterval à la Tom Boonen.

Het WK bij de beloften werd de kroniek van de aangekondigde massaspurt. Zag je de koers?

'Neen, ik keek niet. Een WK bij de beloften is anders. Ze haalden een gemiddelde van 40 km per uur. Het zal bij ons iets sneller gaan.'

Wat deed je dan wel?

's Morgens verkenden we het gedeelte van Melbourne naar Geelong. Het was best interessant. De eerste 85 km kunnen een valkuil zijn. Er is nagedacht over een plan B. Val ik, of rijd ik lek, dan hoeven Björn Leukemans en Greg Van Avermaet niet te wachten. We moeten iemand voorin hebben.'

De hele wereld duidt je als dé topfavoriet aan. Zoals Cancellara in Mendrisio. Hoe ga je daarmee om?

'Dat is normaal. Ik won twee ritten in de Vuelta. Ik was ook bijna een week leider. Iedereen wil me opzadelen met druk. Zo zit het spel nu eenmaal in elkaar. Dat maakt geen verschil uit zodra je zondag onderweg bent.'

'Ik ben niet de enige renner in conditie. Ik ben een van de tien namen. Oscar Freire wordt de kwaadste tegenstander. Hij is niet enkel dé specialist bij uitstek, hij was de hele zomer bezig met Geelong. Daaronder zet ik Thor Hushovd. Een intelligente coureur die na een lange en harde koers ook nog snel is. Hij heeft wel geen sterke ploeg.'

'Andere namen zijn Pozzato, Kolobnev, ja, zelfs Sagan. Australië is sterk met Goss, Davis, Evans en thuisrenner Simon Gerrans. Cancellara viseert de dubbel, je geeft hem dus best geen twintig meter.'

Is het geen risico om met Oscar Freire naar de Mooraboolstreet te trekken?

'Komt het tot een sprint, dan is dat maximaal met 25 man. Ik heb de luxe dat ik kan aanvallen, of wachten. Na zo'n zware koers zijn er niet veel coureurs die me op zo'n aankomst bergop kunnen verslaan. Ik heb geen schrik van de spurt. Om wereldkampioen te worden moet je durven te pokeren.'

Voel je de spanning stijgen? Word je daar niet bang van?

'Neen. Ik kan enkel maar mijn stinkende best doen. Is dat voldoende om koersen te winnen? Goed zo. Is dat niet zo, dan neem ik dat erbij. Ik weet dat ik er alles voor gedaan heb. Ik voel me heel ontspannen, maar tegelijk ook een beetje druk. Ik heb ontzettend veel goesting. Ik heb een sterk team. De sfeer zit heel goed. Al blijft het allerbelangrijkste dat ik zelf goede benen heb.'

Bomans zet Aerts, Hoste, Willems en De Weert rondom jou. Heb je zoveel mensen nodig die over je waken?

'Verloopt alles perfect, dan kan je zonder ploegmaten een hele dag rondrijden en nog winnen ook. Als de benen het niet doen, mag je de sterkste ploeg hebben. Je kunt wel een heel team moeten opsouperen om een scheve situatie recht te zetten. Zoals Tom Boonen in Madrid 2005. Maar het kan zijn dat Thor Hushovd met zijn twee ploegmaten wereldkampioen wordt.'

Vind je het eerlijk dat Hushovd en Cavendish amper twee ploegmaten hebben, terwijl jij er acht mag in lijn brengen?

'De selectie gebeurde volgens de landenklassementen. Dat zijn de reglementen. Misschien hebben we op een dag hetzelfde probleem. Regels moet je aanvaarden. Waarom mag je bij ons maar 120 km per uur op de autostrade in plaats van 150 km? Omdat het de wet is.'

Je zweert altijd bij de Vuelta als voorbereiding. Waarom?

'Ik doe Spanje liever dan de Belgische eendagswedstrijden. Het is bij ons meestal minder weer, dan moet ik op en af naar Monaco. In eigen land heb ik ook altijd de druk van de journalisten. Dat is in Spanje minder. Ik won twee etappes, maar kreeg geen telefoon van de Waalse media. Het is minder belangrijk dan in Vlaanderen. Ze praten er wel over, maar ze laten me met rust. Ze contacteren dan Dirk De Wolf. In de Vuelta is alles is voor je geregeld. Je bent voortdurend met je vak bezig. Koersen, massage, eten en slapen.'

Je lijkt een lekker ouderwetse coureur. Vind je de prijs niet hoog? In Monaco wacht al meer dan een maand je zwangere vrouw?

'Dit is mijn job. Je moet ook niet overdrijven. Uiteindelijk ben ik heel het seizoen maar twee maanden van huis, of een zesde van het jaar. Veel is dat toch niet. Er zijn andere beroepen waarbij je meer weg moet.'

Je pakte nog nooit de driekleur of een WK-medaille, maar toch heeft iedereen het over jou. Verrast je dit niet?

'Het is een logische evolutie. Sinds Mendrisio 2009 won ik de Ronde van Lombardije, de Amstel Gold Race en pakte veel ereplaatsen. De voorbije acht jaar deed ik veel métier op. Het kwam bij mij allemaal heel geleidelijk. In 2007 in Stuttgart droeg ik voor de eerste keer het gewicht van de Belgische ploeg. Daar voelde ik dat ik op een dag van meer mocht dromen.'

'En ik sta niet voor de allerlaatste kans uit mijn carrière. Kopenhagen volgend jaar en zeker Valkenburg 2012. Dat motiveert me alleen maar. Ik wil één keer in mijn leven wereldkampioen zijn. Dat is mijn kinderdroom. Waar ik die trui pak, is bijkomstig.'

'Sinds ik als kind in 1993 Lance Armstrong in Oslo wereldkampioen zag worden, ben ik weg van de regenboogtrui. Het is het mooiste pak dat een renner zich kan indenken. Lukt het, dan wordt dit ongetwijfeld de allermooiste dag uit mijn wielercarrière.' (nieuwsblad Hugo Coorevits)