De Duiker kwam na een dag van omzwervingen om 18.15 uur aan op het Sint-Jansplein. Daar stond een massa toeschouwers hem al op te wachten. Die zagen hoe de 10 meter hoge reus ging zitten en hoe zijn assistenten in rode jas, de Lilliputters, hem zijn duikershelm hielpen afnemen. 

Even later verscheen ook de Kleine Reuzin op het Sint-Jansplein. De ontmoeting tussen de twee reuzen, dat was waar de duizenden verzamelde toeschouwers op wachtten. De Duiker en de Reuzin doolden twee dagen lang door de stad, op zoek naar elkaar. 

De reünie van de Duiker en de Kleine Reuzin, zijn zesjarige nichtje, was dan ook prachtig om te zien. De Reuzin vloog letterlijk haar oom in de armen en maakte daarna een vreugdedansje. Nadien was het tijd voor de reuzen om te gaan slapen. De Kleine Reuzin mocht bij de Duiker op de schoot, en op een muziekje van de grammofoonplaat sloten beide reuzen de ogen. (nieuwsblad)