Planten die aantrekkelijk zijn voor insecten als rupsen, kunnen beter niet naast eiken, wilgen of populieren staan.
De wespen die de plant beschermen tegen planteneters, worden namelijk afgestoten door de zweetgeur die die bomen afscheiden. Dat blijkt uit onderzoek van Duitse en Nederlandse wetenschappers. Volgens de onderzoekers overheerst de zweetlucht van de bomen het noodsignaal dat de aangevreten plant uitzendt. Zo'n noodsignaal heeft ook een bepaald luchtje, dat zogenoemde lijfwachtinsecten aantrekt.
Plantenzweet Plantenzweet ofwel isopreen is een gas, dat planten afscheiden als de temperatuur stijgt. Het is de meest voorkomende geurstof van planten in de atmosfeer. Lang niet alle planten stoten een zweetlucht uit. Maar bomen en planten die dat wel doen, zullen meer gaan zweten door klimaatverandering.
Experiment De entomologen (insectendeskundigen) brachten een gen dat de isopreenproductie van een populier regelt over op zandraket, een onkruid dat zelf geen isopreen maakt. Het bleek dat de plantenetende insecten geen last hadden van het plantenzweet. Evenmin haperde het geurende noodsignaal van de zandraket. Maar sluipwespen lieten het plantje links liggen.
Primeur De Duitse en Nederlandse wetenschappers zijn de eersten die een verband hebben gelegd tussen plantenzweet en het gedrag van insecten. Zij publiceren hun bevindingen deze week in de online-editie van Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS). (belga/sam)
|