Ben je opgegroeid in een culturele omgeving? 'Ik ben geboren in 1953. De dorpscultuur in de jaren vijftig speelde zich vooral af in het verenigingsleven en in de cinema. Mijn vader was een allround-entertainer die in die periode de parochiezalen afdweilde met een bont spektakel bestaande uit levensliederen, muzikale clownerieën, een act met een sprekende pop en conferences. Alle instrumenten die hij daarvoor gebruikte, hadden wij bij ons thuis: piano, gitaar, klarinet, accordeon,banjo,
. Hij overleed echter toen ik 12 jaar was. Hij heeft ons gestaag groeiend muzikantenbestaan helaas niet meer mogen meemaken. Voordien hebben we met hem wel allerlei korte sketches ingestudeerd die we dan met succes- op allerlei familiefeestjes brachten.'
Heb je een culturele herinnering die je speciaal is bijgebleven? 'Ik herinner me vooral de poëzieavonden annex talentenjachten die georganiseerd werden door het plaatselijke Davidsfonds in het midden van de jaren zestig. Ook de optredens van de zingende Pater Mestdagh (ik vermoed rond 1961) en Miel Cools (in 1965) hebben een onuitwisbare indruk nagelaten. In 1970 barstte de muzikale bom voorgoed, toen ik in een korte periode zowel de films Woodstock en Alices Restaurant als het Skifflefestival in Hove en het megalomane Kazuno-festival (de voorloper van Nekka) in het Sportpaleis mocht meemaken, met live de halfgod Donovan!'
Als je je muzikale gave zou mogen ruilen met een ander artistiek talent, wat zou je dan verkiezen? 'Al van toen ik 12 was wou ik tekenaar worden. Dat is helaas niet gelukt. Daarom vertoef ik zeer graag in de nabijheid van goeie tekenaars. Sommigen van hen mag ik zelfs goede vrienden noemen en dat vervult me met grote trots.'
Welke kunstdiscipline kan jou het meest bekoren? Welke het minst? 'Ik ben een rusteloze zoeker naar muzikale ervaringen die ik nog niet ken, zowel live, op plaat of voor filmmuziek. Verder ben ik zeer geïnteresseerd in literatuur en grafische kunst. Ballet, dans, mode en vreemd genoeg ook beeldhouwwerken kunnen me het minst bekoren. Maar het meest stuitende vind ik het belang dat door de media aan die vermaledijde lifestyle wordt gehecht.'
Stel: je mag een avond lang gaan tafelen met drie kunstenaars naar keuze. Wie zijn dan de uitverkorenen? Welke vragen zou je hen willen stellen? 'Groucho Marx zou er zeker bij zijn, net als Tex Avery, de maker van de waanzinnigste tekenfilms aller tijde. En Spike Jones, die dan weer de meest kierewiete muziek heeft gemaakt. Ik zou mezelf zeer gedeisd houden, maar die drie figuren hun gang laten gaan. Vermoedelijk spetteren de spitse oneliners alle kanten uit, hier en daar getekend door Tex en met een soundtrack van Spike... Zelf zou ik daar niks aan toevoegen, maar wel alles registreren voor het nageslacht. De ultieme Humorcollectie!'
Welk cultureel-historisch moment had je live willen meemaken? 'De geboorte van de Bebop : Dizzy Gillespie en Charlie Parker die boven zichzelf uitstijgen in een nieuwe muziekstijl! En ten tweede: de opname van Like a Rolling Stone: Bob Dylan die een hele wereld vangt in zes minuten.'
Stel: in de hemel is ook cultuur, die je tot in de eeuwigheid mag bezichtigen/beluisteren. Wat wil je daar dan aantreffen? 'De Kapellekesbaan en de andere boeken van Louis Paul Boon, de dubbel-LP Blonde On Blonde van Bob Dylan, alle films van de Marx Brothers, en Django Reinhardt voor de swing. En Het Lam Gods van de gebroeders Van Eyck, al zijn we er zeker van dat dat daar al is!'
Welke Vlaamse kunstenaar verdient volgens jou een standbeeld en waarom? 'Wannes Van De Velde. Zanger, schrijver, musicus, componist, flamencogitarist, performer, tekenaar, verteller, denker, kortom : Homo Universalis!' (uit in Vlaanderen)
|