Er zat geen strik of een blinkende verpakking rond. Toch gaven Dorine, Sophie en Christel het allermooiste geschenk mogelijk: een stuk van henzelf. En dat niet alleen. Dankzij de orgaandonatie kregen hun geliefden een nieuw leven.
Dorine gaf haar dochter Ellen een stuk van haar lever.
Dorine (47) is verpleegster en heeft naast Ellen nog een kind. Ellen (23) is studente en heeft een vriend.
Dorine: Ouders met een ziek kind hoor je vaak zeggen: 'Kon ik maar iets doen. Wel, ik kon iets doen en heb dat gedaan. Op haar veertiende bleek Ellen zwaar ziek. Haar lever brak zichzelf langzaam af. Met medicatie is dat proces vertraagd, maar op haar zeventiende had ze een nieuwe lever nodig.
Ellen: Mama en papa begonnen tegelijk aan de onderzoeken, om na te gaan of een van beiden een geschikte donor was. Mama bleek het meest geschikt. Omdat wij dezelfde bloedgroep hebben. Ik stond ondertussen ook op de wachtlijst voor een donorlever van een overledene. Het idee dat ik een stukje van mama zou krijgen, vond ik toch aantrekkelijker. Tachtig procent van haar lever zou worden weggenomen. Dat kan, omdat een lever uit zichzelf terug aangroeit. Een week na de operatie was hij al bijna zo groot als ervoor. Dorine: Als je het zo hoort vertellen, lijkt het alsof het een kleine ingreep is. Dat is het niet. De kans dat een levertransplantatie dodelijk afloopt, is 3 op 1000. Niet veel, maar ook niet weinig.
Ellen: Toen de chirurg ons vertelde dat er een kans was dat ik mama niet meer terug zou zien, moest ik toch wel even slikken. Dorine: Ik heb ook bij het risico stilgestaan. Even maar. Zonder snelle transplantatie had Ellen nogmaar vier maanden. Dat is een drama op zich. Zelf nóg dramatischer gaan doen, heeft geen zin. Als moeder -moet je er zijn voor je dochter en haar steunen, punt uit.
Ik heb het gevoel dat ik Ellen twee keer het leven heb geschonken: bij mijn bevalling en bij de transplantatie. Als je een kind op de wereld zet, doe je er daarna alles aan om dat in leven te houden. Waarschijnlijk had ik het de eerste keer niet goed genoeg gedaan (lacht).
Eigenlijk was ik blij dat ik op de operatietafel mocht liggen. Voor mijn man en mijn andere dochter was het nog veel zenuwslopender. Zij konden ons alle twee verliezen. Ik heb tegen mijn jongste dochter gezegd dat ze tijdens de operatie maar wat broeken moest gaan kopen met mijn man. Die had hij toch nodig (lacht) . Ellen: Mijn revalidatie duurde een jaar, bij mama vier maanden. Ons leven is ingrijpend veranderd. Mijn relatie met mama niet. Wij komen nog altijd prima overeen. Ik was een groter mama's kindje dan mijn zus. Echt puberen heb ik nooit gedaan. Daar was ik te ziek voor. Of ik meer op mama lijk nu? Mama is een fervente viseter, voor mijn operatie lustte ik dat niet. En nu eet ik niets liever. Wellicht omdat ik minder misselijk ben en meer kan genieten, maar het lijkt alsof ik iets van mama heb meegekregen. Al hoeft dat niet nog meer te worden.
Dorine: Ja, dat was haar grootste angst. Dat ze zoals haar moeder zou worden (lacht). (Nina)
Wordt vervolgd: Sophie schonk haar man Alain een nier.
|