De hospitalisatieverzekering wordt beter voor de consument Recht & Geld De hospitalisatieverzekering betaalt de kosten terug (ziekenhuisverblijf, zware ziekte) die niet gedekt worden door de ziekteverzekering. De zogenaamde Wet Verwilghen van juli 2007 verbeterde de voorwaarden voor de verzekerde, maar moest zelf enkele aanpassingen ondergaan.
Bruuske premieverhogingen, opzeggingen bij het verlaten van de werkgever, discussies over bestaande ziektes,... De hospitalisatieverzekering kwam de voorbije jaren zo vaak negatief in het nieuws dat de wetgever besloot in te grijpen. Nu lijken de problemen grotendeels van de baan.
Het wettelijke kader De zogenaamde Wet Verwilghen van 20 juli 2007 (gepubliceerd in het Staatsblad van 10 augustus 2007) introduceerde een paar positieve nieuwigheden voor de verzekerden: de hospitalisatieverzekering kon sindsdien levenslang duren, een indexmechanisme moest bruuske prijsverhogingen voorkomen en wie met pensioen ging, uit de echt scheidde of van werk veranderde, kreeg de kans om de verzekering via de werkgever, individueel verder te zetten.
Hoe goed de genoemde wet ook was bedoeld, op enkele punten bleef ze onduidelijk en ook het indexmechanisme kwam nooit van de grond. Daarom werd net voor de zomer van dit jaar de Wet Verwilghen bijgestuurd. De wetswijziging van 17 juni 2009 (Staatsblad van 8 juli 2009) verduidelijkt dat de bepalingen van toepassing zijn op alle hospitalisatieverzekeringen, bestaande én nieuwe. In de eerste versie van de wet bestond hierover betwisting tussen de verzekeraars en de consumentenvereniging Test-Aankoop.
Wat betreft de specifieke index - die was bedoeld om de premie jaarlijks en zonder schokken te laten evolueren in functie van de kosten voor medische verzorging - heeft de wetgever nu de FOD Economie aangeduid om hem op poten te zetten. Op dit ogenblik is hij nog niet klaar. Verwacht wordt dat dit nog enkele maanden kan duren. En zolang de index er niet is, zijn verhogingen bij verzekeraars die het financieel moeilijk hebben, niet uitgesloten. Momenteel kunnen we als consumenten, dus alleen maar hopen dat we geen vervelend Bericht van aanpassing van uw premie uit de brievenbus moeten vissen.
Levenslang verzekerd Wél van toepassing, is de bepaling van de nieuwe wet die stelt dat de verzekeraar de polis niet meer mag opzeggen (behalve wanneer u de premie niet betaalt of wanneer u fraude pleegt, uiteraard). Vroeger werden verzekerden al eens opgezegd omdat ze ziek werden. Dat behoort nu tot het verleden. De verzekeringnemer kan de polis wel jaarlijks opzeggen (u moet uw verzekeraar dan 3 maand op voorhand verwittigen).
De verzekeraars moesten dit levenslangprincipe gerealiseerd hebben voor 1 juli 2009. Wie een verzekering geniet via zijn werkgever en binnenkort stopt met werken of verandert van werk, kan de verzekering op eigen naam verderzetten zonder een vragenlijst in te vullen of een nieuw medisch onderzoek te moeten ondergaan. Er is geen wachttermijn en er kunnen geen nieuwe uitsluitingen op medisch vlak worden opgenomen.
De medische index In de toekomst moet de (te creëren) medische index vermijden dat plotse en omvangrijke premieverhogingen worden toegepast. In afwachting wordt de bestaande index van de consumptieprijzen gehanteerd. Die nieuwe medische index zal gebaseerd worden op objectieve parameters (zoals de gemiddelde ligdagprijs of de erelonen van de dokters) en op het medische consumptiegedrag (de evolutie van de werkelijke medische uitgaven). De FOD Economie moet de volgende weken of maanden deze index op punt stellen. Wanneer een verzekeraar, ondanks de index, toch het evenwicht zou verliezen tussen inkomsten en uitgaven, zal de CBFA (Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen) hem verplichten zijn tarieven aan te passen. (plusmagazine)
|