Philippe Gilbert over WK: 'Een medaille zou al magnifiek zijn'
Een kwarteeuw geleden is het dat Wallonië met Claude Criquielion in Montjuich nog eens WK-goud pakte. 'Ooit wil ik wereldkampioen worden', zegt Philippe Gilbert. 'Met mijn profiel is dit het allerhoogste. Al zou een medaille hier ook al magnifiek zijn.'
Daar waar Italia geruisloos overgaat in de bergen van Ticino moet het gebeuren voor Philippe Gilbert. Van op het terras van het Colorado hotel in Lugano heeft de Ardense Monegask uitzicht op Paradiso, een plaatsje aan het feeërieke Lago di Lugano. Pakt hij zondag goud op de Via Campagna Adorna, dan is Mendrisio echter voor eeuwig het paradijs van deze Ardense jager.
Eigenlijk ben je al voor de tweede keer in drie jaar tijd de kopman. Twee jaar geleden werd je achtste in Stuttgart.
'Het was niet meteen een topresultaat, maar die dag toonde ik dat ik het kon als ik er moest staan. Ik ben al jaren gek van de regenboogstrijd. In 1993 zag ik live de beelden van het WK in Oslo, waar Lance Armstrong won.
Sindsdien droom ik van zo'n trui. Ik monsterde onlangs nog Alessandro Ballan in de Vuelta. Die vijf horizontale strepen op dat hagelwitte shirt beroeren iedereen. Zelfs Spanjaarden die niets van wielrennen kennen, staan langer stil bij zo'n trui. Ballan is opnieuw niet kansloos en kan de eenheid rond Cunego breken. Ik zou het graag zien gebeuren.'
Franco Ballerini, de Italiaanse succescoach is onder de indruk van wat je in de Vuelta deed.
'Dat streelt mijn ijdelheid. Ze praten over mij. Dat geeft je erkenning, maar geen extra stress. Ik had een droomvoorbereiding in de Vuelta. De laatste vijf dagen zat ik al bij Mendrisio en probeerde ik in de eerste plaats niet ziek te worden en een val te vermijden. Ik reed er wel lek, maar troostte me met de gedachte dat het beter daar gebeurde dan hier.'
Het kopmanschap geeft wel extra druk?
'Vind je? Ik heb daar nooit last van. Het is uiteindelijk maar sport. Er schuilen weinig belangrijke zaken achter. Als je een fout maakt, dan gaat er niemand dood. Ik zal tevreden zijn indien ik foutloos rijd. Zo'n omloop liegt niet. Blijkt dat er drie wegrijden op de laatste helling en ik kan ze niet volgen, dan moet ik me bij de feiten neerleggen. Dit is beestig lastig. Op een schaal van tien geef ik Mendrisio acht of negen.'
In vergelijking met de Spanjaarden en de Italianen wegen we veel lichter.
'Toch voor zo'n parcours. Ik zag de beelden van vorig jaar. Marzio Bruseghin nam drie keer de helling voor zijn rekening, tien minuten aan een stuk door. Tosatto deed het in Varese twee keer. Bruseghin is amper nummer drie van de squadra. Ik zag ook dat Cunego vorig jaar al op tachtig kilometer zijn neus een eerste keer aan het venster stak. Hadden we zondag een Cunego bij, dan zouden we het ook zo doen. Spanje heeft met Valverde, Sanchez en Rodriguez ook drie speerpunten, al kende Alejandro niet bepaald de goede voorbereiding. Maar ik houd ook rekening met Edvald Boasson Hagen, of Fabian Cancellara. De Noor is een fenomeen en de manier waarop de Zwitser tijdritgoud pakte, was terriblement. De vraag is of hij recupereerde van de inspanningen, zowel fysiek als mentaal, want dat vreet toch aan jou. Hij heeft er alle belang bij dat het WK-begin rustig is. Ik beschouw ook de Australische thuisrijder Cadel Evans bij de favorieten, alleen is hij niet zo snel als Cunego en Valverde. Ik weet niet of hij zondag mijn ploegmaat zal zijn. Ik houd ook rekening met jongens als Fédrigo en Chavanel die ertussen kunnen glijden.'
'Mijn opdracht is heel simpel: ik probeer met minimale inspanningen aan de laatste twintig kilometer te beginnen. Dit WK wordt een fysieke slag, veel eerder dan een tactische koers.'
Lissabon was zogezegd ook loodzwaar, maar Freire won in de spurt.
'Ik geloof niet dat het een spurt met twintig wordt. Het zal zijn zoals vorig jaar. Ineens begin je aan de laatste twee ronden, je kijkt achterom en ziet dat je slechts nog met een vijftigtal renners bent.'
Wat vermag Tom Boonen dan op dit parcours?
'Ik vind zijn aanwezigheid meegenomen. Tom heeft ontzettend veel ervaring. Hij is nooit in paniek en weet hoe we als ploeg moeten reageren in een bepaalde situatie. Hij heeft een goede visie, zelfs al stelt hij halfweg vast dat hij niet honderd procent is bijvoorbeeld. Hij kan ook veel werk opknappen voor mij. Een beetje zoals ik de debatten opende in zijn WK van Madrid 2005.'
Kan je leven met de andere namen in de Belgische ploeg?
'Ik had misschien Johan Vansummeren meegenomen. Hij trok speciaal nog op hoogtestage naar Sankt Moritz. Ik denk dat hij in de Amstel Gold Race bewees hoe hard hij op een geaccidenteerd parcours kan gaan. Ik ben ook geen renner die veel helpers in de buurt moet hebben. Ik vraag Francis De Greef voor het begin en Maxime Monfort voor het laatste derde van de wedstrijd. Mendrisio is nu niet meteen mijn droomparcours, maar er komen er wel nog aan. Zoals Melbourne 2010 bijvoorbeeld en Valkenburg 2012. ' (nieuwsblad Hugo Coorevits in Mendrisio)
|