Zo hou je de warmteregeling optimaal. Het brein achter een zuinige verwarmingsinstallatie is een goed regelsysteem. Dat zorgt ervoor dat er steeds voldoende, maar geen overtollige warmte wordt geproduceerd.
Kamerthermostaat: Een 'gewone' kamerthermostaat staat in verbinding met de ketel en reageert wanneer het binnen te warm of te koud is. Bij een te lage temperatuur laat hij de ketel opstarten, bij een te hoge temperatuur legt hij de ketel stil. We spreken dan van een aan/uit-regeling. Meestal is de kamerthermostaat gekoppeld aan een klok, waardoor je de mogelijkheid hebt om bijvoorbeeld overdag en 's nachts een andere temperatuur in te stellen.
Een modulerende kamerthermostaat is een stuk efficiënter. Hij stuurt de ketel rechtstreeks en regelt de temperatuur van het ketelwater. Optioneel kun je hem uitrusten met een buitenvoeler, zodat je een weersafhankelijke regeling krijgt: bij koud weer doet hij de watertemperatuur stijgen om zo de gewenste kamertemperatuur te bereiken, bij zacht weer is een lagere watertemperatuur voldoende. Een modulerende thermostaat kan enkel werken in combinatie met een bijbehorende modulerende ketel, zoals de hoogrendementsketel of de condensatieketel. Die combinatie zorgt ervoor dat de ketel zo zuinig m werkt. Staat de temperatuur bijvoorbeeld ingeste 200( en duikt ze onder die grens, dan zorgt de moduler de thermostaat ervoor dat de gewenste temperatuur bereikt op een zo laag mogelijk vermogen van de ketel. Thermostaatkranen:
 | Thermostaatkranen regelen de temperatuur per vertrek. Ze zijn uitgerust met een warmtegevoelige sensor in de kraan van de radiator. Die vergelijkt voortdurend de luchttemperatuur met de ingestelde temperatuur.
Zijn deze temperaturen niet gelijk, dan laat de kraan meer of minder warm water in de radiator stromen. Op die manier wordt automatisch geprofiteerd van gratis energietoevoer zoals bijvoorbeeld warmte van de zon of andere energiebronnen.
Aardgasverwarming is veelzijdig.
Hieronder kan je nog eens de tips doorlopen.
|