De paardenbeet en dokter Pasteur: Naast onze camping was een boerderij met koeien en paarden. Leuk, voor stadsmensen zoals wij. Totdat je dochter blijkbaar iets te aanhankelijk was voor een van de paarden, want het beest had haar flink gebeten. Dus: op naar de dorpsdokter. En laat die nu Pasteur heten dat klonk vertrouwd.
Na een honden- of paarden-beet is het beter om even naar de dokter te gaan. Dan is het vaste ritueel: wond schoonmaken en ontsmetten, ver-bandje eromheen en de broek naar beneden voor een tetanusinjectie. In Europa is het gebruikelijk om met tussenpozen drie injecties toe te dienen; je bent dan voor een jaar of tien beschermd tegen de gevolgen van tetanus. Kinderen krijgen bij ons standaard zo'n prik toegediend, maar in ontwikkelingslanden sterven elk jaar zo'n half miljoen mensen aan tetanus. Die injectie is dus geen overbodige luxe.
Familie in de wachtkamer
In de wachtkamer bij dokter Pasteur hebben we even tijd om rond te kijken. Hij blijkt inderdaad familie van de grote Pasteur, zoals een bord aan de muur ons vertelt. We zijn in de buurt van zijn geboortestad Dale in het Noordoosten van Frankrijk, en de naam Pasteur komt hier veel voor. Veel mensen denken dat Louis Pasteur arts was, maar dat is niet zo. Onderzoeker is een beter woord, of anders bioloog of scheikundige.
Pasteur is bekend door de naar hem vernoemde pasteurisatie techniek, maar zijn grootste faam dankt hij aan zijn baanbrekende bacterie onderzoek. Zijn belangrijkste bijdrage aan de weten-schap is de ontdekking dat bacteriën niet door bedorven voedsel worden geproduceerd, maar er juist de veroorzaker van zijn.
Bekend is ook zijn vaccin tegen hondsdolheid, een infectieziekte die voorheen onherroepelijk de dood ten gevolge had. Na uitgebreid onderzoek op dieren kreeg hij op 8 juli 1885 twee jongens met hoge koorts te behandelen. Hoewel dus geen arts, nam hij het risico van een aantal injecties met zijn vaccin, wetende dat de jongens ten dode opgeschreven waren. En zie, ze genazen.
Aardig detail is dat één van die jongens later portier werd bij het Pasteur Instituut te Parijs, het onderzoekscentrum waar Louis Pasteur na zijn dood in 1895 werd begraven. Toen de Duitse bezetters in 1940 hem gelastten de tombe te openen pleegde hij zelfmoord - liever dan zijn redder van destijds te ontheiligen.
Broodje met melk Onze dokter Pasteur was wel degelijk arts, en de paardenbeet werd vakkundig behandeld. Ook de tetanus injectie was pijnloos. Met een keurig verbandje om de hand mocht mijn dochter even later bijkomen van de schrik aan een tafeltje op een terras. We aten een broodje; zij met melk, mijn vrouw met een glas wijn en ik met een biertje. Brood, melk, wijn en bier -vier producten waarbij gisting belangrijk is. En Pasteur ontdekte hoe gisting was te beïnvloeden.
Het glas melk van mijn dochter is het beste voorbeeld: gepasteuriseerd, ofwel kortstondig verhit tot boven de 70° C om bacteriën die het bederf van voedsel veroorzaken te elimineren zonder het product aan te tasten. Gisting is een natuurlijk proces van bacteriën - het is alleen de kunst om dat te beheersen. Het zet suiker om in alcohol en koolzuur.
De bakker gebruikt gist om het deeg te laten rijzen, en met verschillende soorten gist kan je vele broodsoorten maken. Gisting zorgt ook voor de alcohol in onze wijn en de koolzuurbubbeltjes in de Champagne.
Biertje? Maar vooral de bierliefhebbers zijn Pasteur veel dank verschuldigd. Gebeurde de gisting van bier eerst spontaan, sinds 1880 werd dat door de toepassing van speciaal gekweekte gistsoorten veel makkelijker. Dat betekende een constante kwaliteit, en dus constante smaak.
0 meneer Pasteur, wat was een geslaagde vakantie op een Frans terras toch zonder u geweest. Toch staat de belangrijkste uitvinding voor de bierdrinker niet op naam van Pasteur. Omdat bier alleen gist op een koele plaats kon het vroeger alleen in de winter worden gemaakt.
Maar dankzij de uitvinding van de koelkast (door Carl von Linde) kunnen we het gehele jaar bier brouwen. En heerlijk koel drinken.
Proost (Pieter)
|