Een kind in een kinderstoeltje op het bagagerek van een fiets loopt bij een zijdelingse crashtest aan 25 km/u meer risico op verwondingen dan een kind in een aanhangwagentje dat achter aan de fiets wordt bevestigd. Dat blijkt uit crashtests die mobiliteitsorganisatie Touring uitvoerde in samenwerking met de Duitse zusterorganisatie ADAC.
Directe contact Dit komt door het directe contact van het kind met het aanrijdende voertuig en door het feit dat het kindje van hoger op de grond valt, waardoor er bijkomende valblessures optreden. Maar ook door de vallende fiets kan het kind verwondingen oplopen en het kan daarna nog overreden worden. In het aanhangwagentje kan het kind verwondingen oplopen door de structuren en de beperkte hoofdruimte van het wagentje zelf, stelt Touring vandaag in een persbericht.
Veiligheid systemen Met de zomermaanden in zicht, onderzocht Touring op welke manier kinderen het best met de fiets vervoerd worden en welke systemen het veiligst zijn. In de test werden twee methoden opgenomen: het kinderaanhangwagentje dat achteraan de fiets wordt bevestigd en het kinderstoeltje dat op het bagagerek wordt aangebracht.
Beide systemen hebben zowel voor- als nadelen, besluit Touring. De keuze hangt onder meer af van een aantal andere factoren zoals bijvoorbeeld de bergruimte thuis of in de wagen. Bij algemene manoeuvres, zoals het nemen van scherpe bochten, behaalt het kinderzitje het beste resultaat. Ook bij het nemen of afdalen van hellingen is het kinderstoeltje veel voordeliger.
Remtesten Bij remtesten (aan 10, 15 en 20 km/u) heeft het aanhangwagentje een veel langere remafstand nodig dan de fiets met kinderzitje. Het aanhangwagentje heeft soms de neiging om scheef te slaan wat uiteraard riskant is, stipt Touring aan.
Het onderzoek van de veiligheidsgordels toonde geen grote verschillen of gebreken aan. In een aanhangwagentje is het kind beter beschermd tegen wind en insecten, maar de kinderen worden wel meer blootgesteld aan uitlaatgassen en de regen dringt ook in het wagentje door. belga/ka
|