Een halve eeuw nadat Amerikaanse tests met atoombommen het atol Bikini verwoestte, lijken de koralen rond het atol zich stilaan terug te bloeien. Wetenschappers reageren verrast.
"Ik wist niet goed wat ik moest verwachten", zegt Zoe Richards van het Australisch Koraal Onderzoekscentrum van James Cook University. Zij voerde met een aantal wetenschappers onlangs een onderzoek rond het atol. "Ik dacht aan een onderwater maanlandschap of iets dergelijks, maar was aangenaam verrast. Het koraalrif heeft er zich opnieuw genesteld." Volgens de wetenschappers zorgen zaden van een nabij gelegen atol voor de bloei van het koraalrif op Bikini.
Toch is niet alles rozegeur en maneschijn. Van de oorspronkelijke soorten koraal zijn er 42 sinds de atoomtesten verdwenen. En ook al is er nog weinig radioactiviteit rond het atol, toch is de bodem er nog stevig verontreinigd. Kokosnoten bijvoorbeeld zijn er nog altijd vergiftigd. De oorspronkelijke bewoners, die voor de testen naar Kili Island werden geëvacueerd en nog steeds compensatiegeld van de Amerikaanse overheid krijgen, zullen in de nabije toekomst dus nog niet meteen terug kunnen verhuizen.
De waterstofbom die er in 1954 tot ontploffing werd gebracht, was met 15 megaton het meest krachtige nucleaire wapen op dat moment, 1.000 keer krachtiger dan de atoombom die Hiroshima verwoestte tijdens WO II. De explosie vernietigde alles op de drie eilanden van het atol, warmde het water op tot 30.000 graden en liet een krater van 2 kilometer breed en 73 meter diep achter. (hlnsydney/sps)
|