Hoe ziet de Vlaamse ploeg eruit? Onderhandelende partijen CD&V, SP.A en N-VA schuiven hun favorieten naar voren.
Er circuleren al een handvol namen voor de ministersposten in de Vlaamse regering.
Op de partijhoofdkwartieren wordt met de hand op het hart gezworen dat het in de eerste plaats over inhoud gaat en iedereen met zijn of haar gedachten bij het uitwerken van een sterk regeerakkoord zit. Maar het kransje ministerabelen zit natuurlijk ook - sommigen zeggen zelfs vooral - met hun gedachten bij een eventuele ministerportefeuille.
De precieze verdeling van de ministersposten ligt nog niet vast. Maar normaal gezien kan CD&V rekenen op vier portefeuilles en het voorzitterschap van het Vlaams Parlement. SP.A en N-VA zouden elk drie ministers krijgen.
Kris Peeters (1) is zeker van een verlengd verblijf als minister-president op het Martelarenplein. Limburgs CD&V-lijsttrekker en gewezen voorzitter Jo Vandeurzen (9) is ook zeker van zijn plaats in de regering, net als uittredend minister Hilde Crevits (7).
Wie de vierde Vlaamse CD&V-minister wordt, is minder duidelijk. De naam van Joke Schauvliege circuleert al langer. In haar voordeel pleit dat Oost-Vlaanderen best een nieuwe sterkhouder kan gebruiken. Als de christendemocraten de nieuwe voorzitter van het Vlaams Parlement mogen leveren, staat Eric Van Rompuy (8) met stip genoteerd. Het zou een mooie fin de carrière zijn voor de broer van de federale premier. Zeker omdat hij in 2004 door de komst van Peeters naast een ministerportefeuille greep.
Bij SP.A komt Frank Vandenbroucke (15) ongetwijfeld terug als viceminister-president. Hij vormde de voorbije jaren een tandem met Peeters en wordt algemeen geapprecieerd als vakminister. Naast hem komt meer dan waarschijnlijk Freya Van den Bossche (12). De Gentse heeft een pak ervaring als federaal minister en vicepremier. Van den Bossche zou azen op de portefeuille van cultuur. Dat was in de vorige legislatuur de bevoegdheid van partijgenoot Bert Anciaux.
Over de derde SP.A-portefeuille bestaat minder duidelijkheid. Limburger Peter Vanvelthoven (11) maakt een grote kans. Al duiken ook de namen op van Kathleen Van Brempt (14) en John Crombez als mogelijke outsiders. Van Brempt trok echter naar de kiezer met een Europees verhaal. Crombez wordt een mooie toekomst voorspeld, maar de plaatsen lijken iets te duur voor een nieuwkomer.
N-VA-voorzitter Bart De Wever blijft normaal gezien voorzitter. Dan ligt Geert Bourgeois (2) voor de hand als viceminister-president. Hij zetelde al 4,5 jaar in de vorige Vlaamse regering en is daarmee de enige met bestuurservaring. Over de twee andere plaatsen bestaat minder duidelijkheid. Jan Peumans (4) heeft een mooi palmares als fractieleider en zit in de onderhandelingsdelegatie. Andere kanshebbers zijn Kris Van Dijck (5) en Mark Demesmaeker (3). Wordt er voor een vrouw gekozen, dan komt Helga Stevens (6) in beeld. Zij zou de eerste dove minister kunnen worden.
In al deze scenario's is nog geen rekening gehouden met de verplichting dat minstens een minister in de Vlaamse regering uit Brussel moet komen. De kans dat de N-VA die levert, is onbestaande. Bij de SP.A hebben ze Pascal Smet (13) in huis. De talentrijke Brusselaar is beschikbaar aangezien zijn partij niet betrokken is bij de regeringsonderhandelingen in de hoofdstad. CD&V zou dan weer Steven Vanackere (10) kunnen terughalen naar Vlaanderen. Al lijkt de kans groter dat Vanackere bij een eventueel vertrek uit de federale regering naar de Brusselse ploeg trekt.
(Steven Samijn het Nbl)
|