Op 28 januari 2002 sterft de Zweedse schrijfster van Pipi Langkous, Astrid Lindgren.
Populair en bekroond: Lindgren schreef meer dan honderd werken, behalve kinderboeken ook korte verhalen, toneelstukken, liedteksten en gedichten. Haar kinderboeken werden vertaald in tientallen talen, van het Azerbeidzjaans tot het Zulu. Er werden meer dan 130 miljoen exemplaren van verkocht en haar werken vormden de basis voor zo'n 40 films en televisieseries. Lindgren ontving tientallen prijzen, Zweedse en internationale, voor haar boeken. Een van de belangrijkste, in 1958, was de Hans Christian Andersen prijs voor kinderboekenschrijvers. Voor Pippi Langkous kreeg ze in 1973 de Lewis Carroll Shelf Award. De Unesco beloonde haar in 1993 met de International Book Award. Een jaar later kreeg ze de Alternatieve Nobelprijs voor haar engagement voor "gerechtigheid, geweldloosheid en begrip voor minderheden en haar liefde en zorg voor de natuur". De schrijfster werd ook onderscheiden met de Vredesprijs van de Duitse boekhandel.
Lindgren was immens populair in haar eigen land. Slechts weinig Zweden zullen zich niet haar bedaarde stemgeluid herinneren als zij voorlas uit haar eigen werk. Een pretpark dat in 1989 in haar geboorteplaats is opgericht en waarin allerlei taferelen uit haar boeken zijn nagebouwd, trekt jaarlijks 300.000 bezoekers.
Haar populairste figuur was Pippi Langkous met haar uitstaande vlechten en niet bij elkaar passende sokken. Toen het boek in 1945 uitkwam waren de kinderen meteen verkocht, maar veel ouders hadden moeite met de ongezeglijke Pippi, die alleen met een aap en een paard in Villa Kakelbont woont en met haar streken de burgerij te kakken zet.
|