Wie bijvoorbeeld knoflook, uien of kruiden heeft gegeten, alcohol heeft gedronken of heeft gerookt, kan een onaangename lucht uitademen. Die geur is van tijdelijke aard en kun je voorkómen of maskeren.
Oplossing: Om de onaangename lucht te voorkomen, zou je de producten niet moeten gebruiken. Om de nare geuren tijdelijk te maskeren kun je iets eten of drinken, bijvoorbeeld suikervrije kauwgom of je tanden poetsen met een verfrissende tandpasta.
Bacteriën achter op de tong: De bacteriën in de voedselresten op het achterste gedeelte van je tong produceren zwavel. Dat ruikt onaangenaam. Op ruwe tongen blijven makkelijker voedselresten achter dan op gladde tongen. Iemand met een ruwe tong heeft meer kans op tongbeslag en dus op halitose.
Oplossing: Reinig je tong met een tongreiniger. Schraap in maximaal vijf keer de bacteriën en het slijm van je tong af. Hoe verder je achter op je tong komt, hoe meer je kunt weghalen. Reinig je tong één keer per dag (het liefst 's ochtends). Heb je veel klachten? Dan is een intensievere verzorging nodig. Als extra maatregel moet je soms de bacteriën die je slechte adem veroorzaken, doden met gorgelmiddelen en/of een mondspray. Tongreinigers en sprays zijn zonder recept bij de apotheek verkrijgbaar. Overleg met je tandarts of mondhygiënist hoe vaak je de tongreiniger of de andere middelen kunt gebruiken.
|