Algemeen:
Gent is de hoofdstad van de provincie Oost-Vlaanderen. De stad ligt aan de samenvloeiing van de Schelde en de Leie, twee rivieren die in belangrijke mate hun stempel hebben gedrukt op de historische ontwikkeling van de stad. Het middeleeuwse centrum, dat zijn oorspronkelijke karakter goed heeft bewaard, is een belangrijke, toeristische troef. Ook de talrijke musea en het rijke cultuurleven trekken jaarlijks veel bezoekers. Gent is een druk winkelcentrum voor de omringende omgeving.
Op economisch vlak profileert de streek rond Gent zich als centrum van de azaleateelt. De Gentse haven heeft zich in de loop der eeuwen van de Graslei naar het noorden verplaatst en is door het kanaal Gent-Terneuzen verbonden met de Westerschelde.
Geschiedenis: De naam van de stad Gent zou afgeleid zijn van het Keltische woord 'ganda', wat samenvloeiing betekent. Gent ligt op een heuvelrug in het waterrijke gebied waar de Leie uitmondt in de Schelde.
het tierenteynhuisje (bekend om zijn mosterd) aan de groenmarkt | Enkele archeologische vondsten duiden op bewoning vóór de Romeinse tijd. In de vroege 7de eeuw (ca. 630) stichtte Amandus met enkele jaren verschil twee abdijen die een belangrijke rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van de stad: de Sint-Pietersabdij op de Blandijnberg en de Sint-Baafsabdij aan de monding van de Leie en de Schelde.
In het midden van de 9de eeuw werden beide abdijen door de noormannen verwoest en geplunderd. In de 10de eeuw werden ze heropgebouwd. Het historische centrum zou zich vanaf de 11de eeuw in recordtempo ontwikkelen in het gebied tussen de middeleeuwse haven (de Graslei), de Sint-Janskerk (nu Sint-Baafskathedraal) en het Gravensteen, de burcht die de Vlaamse graaf Filips van de Elzas in 1180 bouwde op de plaats van een vroegere versterking. Eind 12de eeuw kreeg Gent stadsrechten. Gent ontwikkelde zich tot het belangrijkste centrum voor de lakennijverheid op basis van Engelse wol en telde in de eerste helft van de 14de eeuw iets minder dan 60.000 inwoners. Lees meer op de site toerisme Gent.
|