Mensen vallen sneller in slaap en hebben een betere nachtrust wanneer ze lichtjes heen en weer schommelen, beweren wetenschappers.
Voor het onderzoek deden 12 mannen die zichzelf beschreven als 'goede slapers' twee dutjes van 45 minuten in een donkere, stille kamer. Eerst maakten ze een schommelende beweging in een hangmat, bij de volgende bleef deze stil hangen. Ondertussen hielden de vorsers hun hersenactiviteit in de gaten.
Baby's Alle vrijwilligers vielen sneller in slaap wanneer ze heen en weer werden bewogen. Ook deed dit de duur van de droomloze fase, ook N2 genaamd, toenemen, dit is de periode die snel voorkomt na het indommelen. Het stimuleerde ook de hersenactiviteit genaamd 'slaap spindels'. Dit is een teken dat je in een diepere slaap terechtkomt, het zorgt er ook voor dat het brein nieuwe herinneringen van de dag verwerkt. De resultaten kunnen verklaren waarom ouders instinctief hun baby's in slaap wiegen en waarom we zo makkelijk in slaap vallen in een schommelstoel.
De verschillende fasen De onderzoekers plannen nu meer onderzoek naar de invloed van schommelende bewegingen op langere perioden van slaap en bij de behandeling van slaapstoornissen als slapeloosheid. 's Nachts doorlopen mensen vier verschillende slaapfasen. De eerste, N1, is de overgang tussen wakker zijn en slapen, die duurt gemiddeld vijf tot tien minuten. Dan volgt N2, wat tot een halve nacht kan duren. Dan daalt de temperatuur van het lichaam voor N3, een diepe slaap van ongeveer 30 minuten duurt. Het brein beweegt verschillende keren tussen de tweede en de derde fase voor het begint aan de REM, de rapid eye movement. Dit start ongeveer 90 minuten nadat je in slaap viel, dit is de fase waarin je droomt. (ep)
|