Almost Happy
Reizen en schrijven door Europa
Inhoud blog
  • het boek, Home@europe
  • Het liedje is over, we zijn weer aan de slag
  • Ontmoeting met Margot en Rudy en dochtertje Elien, Belgen in Noorwegen
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Inhoud blog
  • het boek, Home@europe
  • Het liedje is over, we zijn weer aan de slag
  • Ontmoeting met Margot en Rudy en dochtertje Elien, Belgen in Noorwegen
  • Van Zweden naar Finland en door Noorwegen
    Archief per week
  • 09/11-15/11 2009
  • 29/09-05/10 2008
  • 04/08-10/08 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 16/06-22/06 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 26/05-01/06 2008
  • 28/04-04/05 2008
  • 07/04-13/04 2008
  • 31/03-06/04 2008
  • 10/03-16/03 2008
  • 03/03-09/03 2008
  • 18/02-24/02 2008
  • 11/02-17/02 2008
  • 04/02-10/02 2008
  • 21/01-27/01 2008
  • 14/01-20/01 2008
  • 07/01-13/01 2008
  • 31/12-06/01 2008
  • 24/12-30/12 2007
  • 17/12-23/12 2007
  • 10/12-16/12 2007
  • 03/12-09/12 2007
  • 12/11-18/11 2007
  • 05/11-11/11 2007
  • 29/10-04/11 2007
  • 22/10-28/10 2007
  • 08/10-14/10 2007
  • 23/07-29/07 2007
  • 26/09-02/10 2005
    02-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 juni, groeten uit SLovenija

    Bled 31 mei 2008

    Vanmiddag op stap voor een lange wandeling rond het meer. Dit is een plek om lief te hebben, een plek en een land om lief te hebben. Op het kasteel dat 100 meter hoog ligt op een berg die we bestijgen hebben we een prachtige view over het meer en zijn er ook getuigen van een huwelijksfeest dat in open lucht plaats vindt. Op de terugweg begint het plots te donderen en te bliksemen. Er vallen bakken water naar beneden. Een beetje onverwacht en helemaal niet gepland door het koppel dat vandaag hun ja-woord gaf in open lucht. We schuilen bij een kopje koffie in een barretje aan het meer en wachten tot het onweer overtrekt. De wasjes die nog buiten aan de draad hingen laten we maar hangen in de hoop dat ze morgen drogen in de zon, als die mag schijnen. We reekenen af aan de balie, zoals dat gebruikelijk is als je de camping verlaat en betalen 51,45 euro voor 3 nachten , omgerekend in de oude Sloveense munt lees ik op de Racun, de factuur: 12.329, 48 SIT. Sam heeft veel, heel veel tijd nodig om haar klaar te maken. Ze wil dan bij het opruimen ook persé alle kastjes reorganiseren en de vaat doen van de afgelopen dagen. Huishouden is niet haar ding,dat zegt ze ook wel. Uiteindelijk wordt het drie uur als ze gaat douchen terwijl ik de camper alvast naar buiten rijdt. Om 3 uur ten laatste moesten we de camping verlaten . De volgende bestemming is de luchthaven van Lesce, een klein sportvliegtuigveldje dat Sam gespot had waar je met een Cesna rond het Triglav gebergte kan vliegen.

    Op onze rit door het prachtige landschap, het lijkt wel Oostenrijk of Zwitserland met z’n lieflijke dorpjes en huisjes zien we op de akkers overal hekken-rekken in hout staan,. Waarvoor zouden die dienen ?, alvast niet om reclame boodschappen op te hangen. Blijkt, uit foto’s van de streek in de brochure, dat het droogrekken zijn om het gemaaide gras op te hangen. Van gras stro maken. Zo simpel en doeltreffend doen de boeren dat hier. We maken een stop aan een Gorje , De Vintgar in het Triglavki Narodki park , een kloof van 1600 meter doorheen het gebergte waar een wilde rivier hotsend en klotsend door stroomt.

    1 juni.

    We worden wakker om halfacht van een draaiende motor van een sportvliegtuigje op 10 meter afstand van onze camper. Jawel, we staan zowat naast de start en landingspiste van het vliegveldje van Lesce. Een vroeg wakkere piloot taxiet zijn vliegtuigje naar de startplaats en stijgt even later op. 2 Jongens trekken een ander vliegtuigje uit de hangaar en een vroege piloot - technicus staat al te sleutelen aan de motor van zijn kleine toestel. Blauw bakje op wieltjes naast hem met gerief en potjes olie . Klaar maken voor de vlucht. Een boot tuig je op , een vliegtuig maak je vliegens-klaar, niet vliegensvlug, want één keer boven in de lucht kan je natuurlijk niet even stoppen om wat olie bij te gieten mocht het lichtje beginnen branden!. De helikopter wordt ook aan een check onderworpen terwijl een kerel goed ingepakt wordt vastgemaakt aan de deur. Met een camera in de aanslag stijgt het gevaarte. Wat een heerlijke geluid. Papa houdt van helikopterfilms zei Marieke toen ze klein was tegen de juf die naar de hobby’s van de papa vroeg. Nog anderen trekken een zwever naar buiten. Parachutisten stappen in een rood vliegtuigje dat tegen de wind in opstijgt. Er is wat bedrijvigheid op Zondagochtend hier op het vliegveld. Het doet me denken aan het vliegveldje Sanicol, in Leopoldsburg, waar ik als puber met een vriend vliegtuigjes ging wassen op Zaterdag in de hoop dat Lucien Plees, de eigenaar, eens zou vragen: Wil je eens mee vliegen? Dat gebeurde na 20 wasbeurten uiteindelijk en zo maakte ik mijn eerste luchtdoop. Niet gewoon wat rondvliegen. Maar compleet met rol en looping. Dat was een fantastische ervaring op mijn 15de. . Vliegen is altijd opwinding.

    Hier zie je dat ook, er wordt naar elk vliegtuigje dat z’n motor aan zet en opstijgt gekeken.

    Om negen uur staan we aan het ticketkantoortje en boeken onze 1 uur durende vlucht over de Julian Alps. Dit wordt tot 4 uur vliegtuigjes kijken en dan vliegen we met een zucht tot boven in de lucht.

    We hebben ons niet verveeld op het vliegpleintje, verschillende modellen vliegtuigjes en zwevers stijgen op. Valschermspringers springen naar wellust. Ik voel me een beetje een kleine jongen als ik dichterbij de vliegtuigjes en de helikopters stap om ze te fotograferen. Het geluid van de draaiende wieken van de heli geeft een geweldig gevoel. Om 4 uur stappen we in, Sam met een bang hartje, maar dat hoort ook zo, en spanning alom als we stijgen. Sam zit vooraan en daar zie je quasi niets door dat zijn neus in de lucht hangt. Eenmaal 3000 meter hoog vliegen we door de Julian Alps rond ijsmeren, en scheerlings langs de twee hoogste besneeuwde toppen. Het is knap vliegen in de bergen en je voelt ook hier gezeten in zo’n vliegtuigje hoog in de lucht hoe klein mensen zijn vergeleken met de reuzen van bergen. Een laatste scheervlucht over het Blad meer. Wow dat is Schoon, en een veilige landing op de grasmat van het vliegveldje. Dat was zeker de moeite. We drinken een glaasje op het terras van de bar en genieten volop van het aparte sfeertje dat hier heerst. ‘s Avonds maak ik een babbeltje met de uitbater van deze mini camping en hoor de frustratie van de Slovenen over het feit dat ze samen met de Croaten en de Serviërs door de Oostenrijkers over één kam gescheerd worden als de Jougoslaven van weleer. Slovenië is nu sinds 1990 van een socialistisch land geëvolueerd naar een democratische republiek. “We zijn Slovenen en zijn daar fier op“ zegt ie met wijd open ogen.

     

     

     

     

     

     

     

    2 juni ****************************************************************************************


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    02-06-2008, 07:54 geschreven door marc vanautreve  
    30-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Slovenië, 30 mei

    Slovenië, 30 mei

    Lieve vrienden, De blog was tijdelijk uit gebruik melde de provider, ik weet ook niet wat er aan de hand was.Nu is ie weer OK. In tussentijd stuur ik wat fotootjes en ons verhaaltje. Als je een momentje vrij kan maken misschien plezierig om lezen en virtueel even bij ons te zijn in Slovenia, een prachtige land.

    Bassaldella,Italië, Dinsdag 27 mei

    Lekke band

    De landweg vanuit Venetië naar Udine is niet zo fraai. “Of je nu hier in het Noord Westen van Italië rijdt of ergens bij ons in de kempen, je merkt het verschil niet” zegt Sam. We nemen dan maar de autostrade richting Slovenija. In Bassaldella, de laatste stad voor de grens rijden we van de autostrade af om via een rode weg Slovenija binnen te rijden. Aan de lichten doet een man teken naar onze voorband, niets vermoedend kijk ik wat er aan de hand is en merk dat we een lekke band hebben. “O Jezus, de linkervoorband is helemaal plat.” We parkeren ons snel langs de kant en bellen Ruwelka, onze verzekeringsmaatschappij, op die ons het nummer geven van Winterthur. Een vriendelijke dame aan de telefoon stelt ons de nodige vragen die we beantwoorden. We staan op de Via Adriatica 77 in Bassaldella, Italië. De uiterst professionele vriendelijk en behulpzame dame zegt dat ze voor een oplossing zal zorgen. “Kan natuurlijk wel even duren” zegt ze, “We zijn in Italië hé“. Een uurtje later komt er een Europe Assistance depanagewagen aanrijden die ons helpt om het reserve wiel op te leggen. In minder dan een halfuur is de klus geklaard. We zijn opgetogen over de snelle service. Nog een halfuurtje later worden we gebeld door Europe Assistance, om te checken of alles naar wens verlopen is. Dit is service van het hoogste niveau. Als eigenaar van een Camper kan ik je Ruwelka die onderverzekerd is bij Winterthur zeer aanbevelen. Dit is op onze reis de tweede keer dat we beroep moesten doen op Ruwelka-Winterthur en in beider gevallen zijn we fantastisch geholpen. Dank je voor de excellente service. We rijden een eindje verder op zoek naar een pizzeria want Sam wil voor we Italië verlaten nog een pizza eten. Punt is dat je niet zomaar overal kan stoppen met ons vehikel en uit het verleden hebben we geleerd om de camper nooit alleen te laten staan dus zoeken we een restaurant met parking die we overigens snel vinden. We sluiten een deal, als naar gewoonte: We eten hier als we de nacht mogen doorbrengen op de afgesloten parking. “No problem sir“. En zeer vriendelijk ober stelt ons voor om hier een goede steak te eten en we zijn ook wederom blij verrast als we het aanbod vlees en vis in de verstoog zien liggen. Sam een filet pur, blue gegrild op echte houtskool met de warme Italiaanse groenten en ik neem de steak ruccola opgesmukt met Parmezaanse kaasschilfers. Een feestje wederom op onze laatste dag Italië.

    Woensdag 28 mei, I FEEL SLOVENIA

    We nemen een laatste cappuccino in het laatste dorpje van Italië; Pulfero, en rijden wat later door de onbemande grenspost Slovenië binnen en worden meteen overweldigd door het zeer bergachtig en groene landschap. Sam heeft gekozen om de Bergpas Vrsic, Bovec - Krajska Gora aan te doen en zo geschiedde. In Bovec informeren we ons over deze streek en worden warm onthaald en vriendelijk geïnformeerd door de man van de infodienst. We merken een verschil in aanpak van deze toeristische dienst in Slovenie en die van Italië. Is het de natuur van de Slovenen dat ze zo warm zijn of zijn de Italianen zo verwend door het toerisme dat ze bijna blaffen als je wat vraagt. Bovec is vooral een stadje dat leeft van Rafting-tochten op de wilde Soca rivier en bergsport in de Julian Alpen. In onze gids lezen we dat de plaatselijke munt hier Tollar noemt. We vinden een bancomat en deze geeft euro’s als we een bedrag moeten intikken en warempel, er komen ook 250 euro’s uit de automaat. We informeren ons en natuurlijk blijkt dat Slovenië ondertussen ook de Euro heeft ingevoerd. Onze gids is dan ook van 2005 en wat achterhaald op de veranderingen die plaats vinden in het verenigd Europa. We rijden een stuk langs die Emerald Soca rivier door de Socavallei naar het Oosten en zijn in onze nopjes. Onderweg houden we een stop op een idyllisch plekje aan het kristalheldere water helemaal in het ongerepte groen en Sam bereidt een salade. Ik ,met mijn springbenen, dat zegt Sam altijd, zit al in het water. Dit is een plek om lief te hebben. Hiervoor is een camper gebouwd zeggen we tegen elkaar, een woonwagen om door de bergen te cruisen, wat te eten onderweg en straks op een mooi plaatsje te gaan staan om de nacht erdoor te brengen. In Trenta begint de klim naar de Col en we stijgen tot 1620 meter in de zuidelijke luwte van de Julische Alpen ,hier rijden we in een rijkdom van flora en fauna, kijken als verwonderende kinderen naar de panorama’s waar we langs en doorheen cruisen, boven op de top van ligt er nog sneeuw. De drie-koppige Triglav, de hoogste berg van Slovenië overheerst het panorama. Hier zitten we niet zo ver van de grens met Oostenrijk. Onze motor moet behoorlijk werken en de luchtkoeling blaast stevig van het stijgen langs de haarspeldbochten en eens over de piek, houdt het blazen aan van het afremmen. In Kransska Gora zoeken we een plakje langs de rivier Sava Dolinka en na een aperitiefje bereiden we een spaghetti met inktvis en zitten bijna met de voetjes in het ijskoude groenblauwe water van de bergrivier te dineren. Wat een prachtige start in dit mooie land Slovenija en het is nog maar een begin.

    In de overigens prachtige brochure over deze streek die we kregen in Bovec staat uitnodigend geschreven

    “The Slovenia’s Julian Alps are for many the most attractive destination for time out in Central Europe.

    Between the Mountains and the emerald waters lies a land in witch everyone can find their favourite thing.”

    We beamen dit completely.

    Slovenië is een echt vakantieland. Klein, ik schat op de kaart iets kleiner dan België maar voor 54% bebost. Er wonen amper 1,9 miljoen mensen en er is daardoor meer dan 5 keer zoveel leefruimte in dit bebost en bergachtig land. Er zijn hier 26000 km rivieren en beken en 7500 Zoetwaterbronnen.

    28 mei, De ochtend is vol van verwachtingen. Ik lees en schrijf aan de rivier en waan me in een paradijsje. We wassen onszelf één met de natuur in de ijskoude rivier en even later ook de borden en het bestek. Het is alsof we hier in een prentbriefkaart staan. Voor we er erg in hebben is het intussen, na de huishoudelijke taken, al half twaalf geworden. “Wat gaat de tijd snel” zeg ik en Sam voegt daar aan toe, “Neen, hier leven we op een ander ritme.”

    We rijden verder tot in Bled, een dorpje dat prachtig aan het Bled meer ligt. De Camping, een ***** camping ligt helaas niet aan het water en per nacht betalen we 20 euro zonder elektriciteit. Niet vrij staan heeft zijn prijs natuurlijk. Wat een vreemde vaststelling. Toch besluiten we onze camper te parkeren omdat deze plek echt de moeite is om een lange fietstocht te maken en zo staan we veilig. In het midden van het meer is een eilandje met een kerk en wat bijgebouwtjes. Daar willen we morgen naar toe varen. We zijn plezierig verrast door de schoonheid van deze enige camping in de buurt. Hij noemt dan ook : Bled Camping. Weliswaar staan we niet alleen, zoals we vanochtend nog stonden op dat idyllische plekje aan de rivier, maar toch vinden we een rustig stukje groen aan het uiteinde en de rand van het woud. Ik hoor het gezoem van bijen in de bomen en we vinden hier absolute rust en stilte. Wat een plek. De douches zijn buitengewoon netjes en warm, en aan de balie liggen brochures met de meeste bezienswaardigheden en we lezen dat Slovenië met z’n vele rivieren en meren ook en vooral een vissersland is. Trotse vissers met hun prooi aan diverse rivieren staan afgebeeld in de prachtige brochure . Hier in de Bled Lake, Blejsko Jezero kan je karper bovenhalen van om en bij de 20 kg. Misschien dat we straks wel eens op zoek gaan naar een viswinkeltje. In Slovenië is het jaar 2008 het jaar van Primoz Trubar, de man die zijn volk leerde lezen. 500 Jaar geleden geboren in dit land en de schrijver van de eerste boeken in de taal van de burger. Hij stond erop dat de catechismus en het Abecedarium in de taal van het volk vertaald moest worden en aldus toegankelijk werd voor iedereen en niet alleen voor de elite en intellectuelen. Een memorabel en historische persoonlijkheid die het dus verdient om in de bloemen gezet te worden in 2008.

    Als we op weg zijn voor een avondwandeling rond het meer valt het ons op dat op deze camping niet hoofdzakelijk of uitsluitend Duitsers gekampeerd staan zoals we in Italië veel zagen. Finnen, Noren,uiteraard Nederlanders en ook wat Belgen en we zien ook een camper staan met landteken GBE, we maken kennis en ze blijken uit een van de kleine Jersey eilandjes van Engeland te komen. Er staat een omgebouwde landrover met tent op het dak en die behoort tot aan een Zuid Afrikaans koppel die een 6 maanden trip Engeland-Zuid Afrika maken. We kennis met een Nederland echtpaar die hier 3 maanden als gastheer en vouw ‘werken’ voor Rent-a-tent. Kant en klare tenten voor 6 personen, helemaal voorzien van keuken en slaapmatrassen, die je kan huren vanaf 3 dagen en het koppel fungeert als gastechtpaar om de vakantiegangers welkom te heten en wat uitleg te geven over het reilen en zeilen van de streek en de camping. Leuk idee, uit Nederland natuurlijk, om dat een paar maanden in het jaar te doen. Je vakantie is gratis , je reis wordt vergoed en je verdient er nog een snabbeltje mee. We maken een avondwandeling langs het meer en al snel zijn we 4 uur weg geweest. 1,5 Uur heen, een drankje op het terras van het casino en 1,5 uur terug. Rustig en tevree vallen we in slaap met de stilte om ons heen. Dit is een plek om lief te hebben.

    Vrijdag 30 mei,

    ‘ Dober dan Slovenija. Goedemorgen Slovenië ‘

    Ik wordt wakker gezongen door de vogels in het woud. Het zonnetje rijst op boven de toppen van de Karawanken .Het is 17 graden buiten als ik aan het tafeltje koffie drink en de gastronomische brochure “ Taste Slovenië “ doorblader. Een prachtig uitgegeven brochure over de traditionele gerechten van de verschillende streken van dit land. Gisteravond zijn we een kleinigheidje gaan eten aan de rand van het Bled meer. In het midden van het meer ligt een schilderachtig eilandje waarop een oude Pelgrimskerk staat. In het restaurantje aten we een vleesschoteltje met o.m. de ‘Carniolan worstjes‘, die zijn wereldberoemd staat in het boekje maar vooral, en daarom zoek ik het op , een typische traditioneel Sloveens dessert ‘ Prekmurje Gibanica‘. Een smakelijk gebakje gevuld met cottage sheese, walnoten, appels en rozijntjes, erg lekker. De Slovenen hebben het goed, jongeren keuvelen - in een taal waar wij niets van begrijpen - bij een glas bier op de terrasjes en veel mensen kuieren of joggen langs het meer. De bediening in restaurantjes of cafeetjes is excellent en de meeste obers spreken een aardig mondje Engels. Het is goed toeven hier, Slovenen slagen erin onze westerse werkethiek te combineren met de easy-going joie de vivre.

     


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (6 Stemmen)
    30-05-2008, 08:56 geschreven door marc vanautreve  
    28-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.28 april, weer even geleden

    Maandag 28 april,

    weer even geleden dat we nog eens verbinding hadden met het thuisfront.

    Hierbij ons verhaal vanuit Sicilië

    Taormina, Sicilië

    ( Tussen Messina en Catania ) 4 april,

    Schoon, adembenemende panorama’s, postkaarten waarin je staat en waarnaar je kijkt.

    Toeristisch uitgebaat, natuurlijk, met dure fancy winkels en exclusieve Italiaanse merken en

    soevernierwinkeltjes alom. Gevaarlijk voor Sam die graag koopt. We lopen er rond en

    verwalen in de pittoreske schoonheid van dit romantisch dorpje in de bergen.

    Om 3 uur zijn we bij de tandarts zoals afgesproken. Ik maak van de gelegenheid gebruik om

    de blog te uploaden in een of ander sterrenhotel dat ik gisteren spotte , na lang zoeken, want

    het is niet vanzelfsprekend hier in Italië.

    Ofcourse sir , we have Wifi ‘for our clients‘. Blijkt allemaal niet zo ‘ofcourse en for free’ te

    zijn ‘for the clients‘. Ik log in op TIN.IT en betaal met visa 3,95 euro per uur.

    Ik heb connectie en ben blij, na zolang niet online te zijn geweest, om ons verhaal aan te

    vullen op de blog en de mailtjes te lezen.

    Vooral die van Marieke, ze mist haar papa en kijkt uit om terug thuis te zijn.

    Hartverscheurend, mijn meiske aan de andere kant van de wereld. Sam is terug, met

    opgezwollen kaak, en heeft slecht nieuws. Het is erger dan dat de tandarts eergisteren op het

    eerste zicht gezien heeft. Ze moet nog 2 keer terug, as Woensdag en Donderdag. Dat betekent

    dat we hier wat langer moeten blijven. Nu, moeten is veel gezegd, het is hier mooi maar , je

    raadt het al , het is intussen weer beginnen onweren en bliksemen, dus regent het pijpenstelen.

    Wat moet, moet natuurlijk dus we blijven nog een weekje hier aan de beach van Naxos,

    gestationeerd met onze camper op de parkeerhaven met een fantastische view op de Etna en wat meevalt is dat we nu nog eens terug naar het romantische Taormina hoog op de heuvels kunnen. We nemen de bus en vertoeven vandaag in “An island in the sky “Een eiland in de hemel, omschreven in onze gids van Sicily.

    Taormina is een mooi stadje, het uitzicht over de baai van op het plein, 250 meter hoog, lijkt een postkaart, maar hier zitten wij een koffietje te drinken en het is echt. Ook de rekening, 10Euro 10 voor 2 cappuccino‘s! Voortreffelijke service, daar kunnen we niet over klagen, maar toeristen worden behoorlijk uitgebuit. Enfin, zeggen we tegen elkaar , laat de koffie daardoor niet slechter smaken, integendeel. We kuieren rond, genieten van de momenten dat de zon warm schijnt en het dorpje een zomerse aanblik geeft, kopen een ansichtkaartje van de Etna, toen ie uitbarstte in 2002, voor de familie en ik koop een cadeautje voor Jolien en Marieke. Zullen ze blij mee zijn. We laten ons verleiden om een klein typisch keramiekje te kopen als souvenir , een Minerva beeldje en Zeus in terracotta. Kan mooi zijn als we dat plakken op een kader met een foto van deze plek waar het goed toeven is en waar je voelt dat deze plek een verheven oord van beschaving is. Lang geleden maakte Sicilië deel uit van Griekenland, veel Griekse filosofen en twijfelaars zijn geboren en getogen Sicilianen. Dat is niet het eerste waar je aan denkt als je dit eiland komt bezoeken, het eerste waar velen aan denken, en dat heeft weinig met beschaving te maken, is Sicilië als bakermat van de Maffia en de Cosa nostra. ‘Onze Zaak‘ betekent dat laatste en dat is wat de maffia vindt over niet alleen haar praktijken maar ook over haar eigenste eiland. Echt hinder ondervindt je daar niet van, de maffia is ook vooral politiek en die is niet zo geïnteresseerd in het doen en laten van kleine toerist. We gaan s’ middags iets eten in één van de talloze restaurantjes hier waar ‘La Mama‘ ons vriendelijk begroet en uitnodigt. Sam stelt voor dat we 1 bord koud buffet nemen, allerlei gegrilde maar koud geserveerde groenten die er overheerlijk uitzien en 1 pizza Mama Rosa. Goed idee, we proeven en vinden het lekker en eigenlijk een ideale en ook economische formule. De pizza’s zijn hier toch vrij groot. Een lokaal wijntje erbij en we zijn weer zoet van de rest van de dag. Als we terug op de parkeerplaats komen zien we dat die aardig volgelopen is. Italianen vooral, voor een weekendje Sicilië denk ik. Altijd het zelfde ritueel met campers die op een parking rijden; vrouwtje stapt uit en loodst het mannetje in het vehikel, als ie achteruit rijdt, met het handje van ’kom maar en stop ’in het afgemeten plaatsje Eén voor een maken ze bij aankomst een fotootje van die prachtige nog actieve vulkaan, die er vandaag mooi wit besneeuwd bijligt, in rust, en we hopen dat dat blijft zolang we hier staan. Sam is moe van de uitstap en heeft nog behoorlijke pijn in haar kies, die stevig bewerkt werd door de tandarts. Platte rust met de gids van Sicilië, ik schrijf wat bij. Ik maak een broodje van pizzadeeg, dat is een vol broodje gemaakt van het typische deeg dat ze gebruiken om pizza mee te maken, met lekkere bergkaas klaar, maar Sam heeft geen honger. “Neen” zegt ze, ik eet teveel, thuis eet ik maar één keer per dag , ik word daar dik van! Ik laat me het broodje smaken en denk aan de ballans die een lijf in beweging nodig heeft.

     

     

     

    Zondag 6 april, 8 uur

    Ik word wakker met het instrumentaal liedje in mijn hoofd, of themanummer zoals je wil, van Nino Rota uit de soundtrack van The Godfather. Waarschijnlijk omdat er gisteren 2 muzikanten dat kenwijsje speelde op mandoline en gitaar in het zonnetje op de Piazza 9 Aprille, het grote plein midden op de Corso Umberto in Taormina. Zalig, om zo wakker te worden. Het muziekje neuriënd sta ik op en zet koffie om buiten op het terrasje echt wakker te worden. Ik moet plots denken aan de ochtenden die ik telkens ervaar als zeer onnatuurlijk en te druk als ik een driedaags seminar geef in een of ander hotel in een of andere stad in een of ander land. Dat is de wekker zetten om halzeven, snel een douche nemen, pakje aan en naar beneden stappen om met mijn gasten het ontbijt nemen. Meestal ben ik de eerste en kan dan nog wat met een koffietje in m’n eentje wakker worden. Als de deelnemers beneden komen is meestal iedereen al druk en een tikkie te enthousiast om de dag te beginnen, ik incluis. Ik moet me een beetje forceren om zo vroeg al vriendelijk en wakker te groeten. Hier van op mijn terrasje sla ik de gasten gade van de camping, die hier, zij het zonder pak en das aan, ook druk in de weer zijn om van alles te doen aan hun camper en overdreven elkaar op z’n Italiaans te begroeten. Veel te veel enthousiasme en drukte voor een Zondagochtend vind ik. Sam leest in bed in de gids van Sicilië en u kent het scenario ongetwijfeld van vorige ochtenden, ik schrijf in de living aan dit verhaal. In een zijnoot beantwoord ik een paar van de 50 vragen die ik me stel op mijn 50ste , die zijn nog niet voor publicatie vatbaar. Dat verhaal en aanvullingen op dit reisverhaal zijn voor het boekje dat ik wil uitgeven eens we terug in België zijn, na een jaar reizen en schrijven in Europa. Op de cover dit:

     

     

    Een verslag van 1 jaar reizen door Europa

    Home@Europe

    Het idee,

    de voorbereiding,

    50 jaar worden onderweg en 50 antwoorden op moeilijke vraagstukken over leven en welzijn,

    schrijven aan een filmscript “ Almost Happy ”

    en de reis met een camper van 1 jaar door Europa.

    2006-2007-2008

    Marc Van Autreve

    We doen het rustig vandaag op Zondag, een echte Zon dag want het is lekker warm. We koken wat en schrijven en lezen wat, doen de afwas van een paar dagen en ik loop een eindje weg van deze plaats om de Etna van wat dichterbij op plaat te zetten. Het lukt, ik begeef me in een stukje binnenland en raap wat lavastenen, goed als souvenir. De zwarte steen wordt ook gebruikt om allerhande beeldjes uit te houwen die aan de toeristen verkocht worden. Ik hou het liever bij het ruwe spul, recht uit de krater en onbewerkt. Als ik een mooi onbelemmerd zicht heb op de besneeuwde vulkaan, zet ik me even neer en wordt stil van zijn imposante uitstraling. Ik voel me klein bij zo’n mastodont steen, lava , ijs en sneeuw. Het is goed om je klein te voelen, je wordt daar meer dankbaar door, dankbaar om wie je bent,wat je doet en wat je allemaal zomaar krijgt aangeboden. Het is goed om daar bij stil te staan, thuis in de stad lopen we onszelf voorbij en vinden we dat we elke dag ons groter en sterke moeten voordoen dan we zijn. Think big, we are the best, Your dreams, mister customar, are my goals, Yes we can . Hier, aan de voet van deze berg ben je maar een druppel in het geheel. Het Siciliaans landschap, de wijdsheid, de Etna wakkert het beetje filosoof of dichter in ieder van ons aan om dit soort gedachten te gaan koesteren. In de late namiddag lopen we met ons beidjes langs de boulevard, net als tienduizend Italianen dat op Zondag doen. Bezoeken een museum met stenen allerhande, ondermeer de zwarte bommen, zoals ze dit noemen, die de Etna spuugt als ie over de schreef gaat. Ronde zwarte kogels van een halve meter doormeter die in de lucht gekatapulteerd worden en terecht komen op huizen en wegen. We drinken als afsluiter een Spumante op een terrasje bij ondergaande zon. Zo is het goed voor een Zondag.

    Het wordt een mooie dag, roep ik vanochtend, Maandag 7 april, van op het terrasje met rode tafel en stoel naar Sam die nog in bed lig. ‘Elke dag is een mooie dag’ antwoord ze. Dat is zo, alleen al als je het zegt wanneer de dag aanbreekt is hij voor de helft mooi. Een godgeschenk, de rest maak je er zelf van. Mijn buurman staat zich fluitend te douchen in zijn kleine badkamer in zijn camper en de klusjesman van deze camping loopt al met stoffer en blik rond om de restjes op te ruimen van de zoete inval van het weekend. Vaste rituelen. De Italianen, die hier voor het weekend waren, zijn inmiddels terug weg. De Etna ligt er, net als gisteren, rustig bij onder een strakke blauwe hemel. Dat is niet altijd zo, in 1917 spoot hij een 800 meter hoge lavafontein en verwoeste een stuk van Catania, in 1923 weer. Het duurde 18 maanden eer de lavastroom afgekoeld was. De laatste eruptie was in 2001 en de Etna rookt nog steeds en kan ook op elk moment in actie komen. Vandaag niet gis ik. We informeerden ons om de Etna te beklimmen, maar dat is geen doen op dit moment. Een dame was met de Etna-bus meegereden en die is op 2000 meter moeten draaien omwille van sneeuwstorm en een andere toerist was tot op 1500 meter geklommen maar heeft alleen mist , ijs en sneeuw gezien. Boven de grens van 2100 meter groeit er ook niets meer, enkel doornachtige struiken die kunnen wortelen tussen de vulkanische slakken en het puimsteen van de secundaire kraters. Het is te vroeg op het jaar, er ligt nog teveel sneeuw en het weer is daar boven op 3340 meter te onvoorspelbaar. Misschien later een keer, als de zomer helemaal in het land is?

    Dinsdag 8 april

    Voor dag en dauw staat Sam op, wasjes doen vandaag, had ze zichzelf beloofd. Om 9 uur heeft ze een afspraak bij de tandarts in Naxos, dus dan is goed om in de vroegte van de dag de dingen te doen die je wat afleiden. Nu heeft ze er veel tijd voor. Er raast en trein door het landschap, zijn zachte fluittoon wekt me. Dan sta ik ook maar op. Ik neem een bekertje koffie en zet me bij Sam aan het terrastafeltje. Het is een heerlijke mengelmoes van stille ochtendgeluiden. Vogeltjes gebekt met een spelend wijsje, gedempt gezoem van enkele auto’s in de verte, potten en pannen die afgewassen worden door Sam aan het wasbekje op het terras, de rivier die stroomt, een poes die miauwt om wat melk, een Piaggo autootje, een brommer op 3 wielen, volgeladen met dikke gele citroenen rijdt over het weggetje naast de rivier, een zuchtje wind, voetstappen van een vroege wandelaar op de kiezeltjes tussen en de slapende mensen in hun camper. Het licht is ook mooi vanochtend, een wat grote gele grijze wolk hangt boven ons, zou dat regen zijn? Of verdampte sneeuw van de Etna, die op het zuchtje wind afdrijft naar de zee en wat opgelicht wordt door de eerste zwakke stralen van de opkomende zon in het oosten? Zacht licht en zachte geluiden zetten deze dag in en ik zit er middenin wakker te worden. Het is nu exact een jaar geleden dat we onze eerste ervaring opdeden met onze Villa. Gekocht op 4 april in Liege, meteen met spullen ingeladen en de dag nadien vertrokken we voor een weekendje naar Normandië. Daar hadden we afgesproken met Kathleen en Fred, die al enkele jaren ervaring heben met een camper. ‘Kunnen we jullie wegwijs maken in deze fantastische manier van reizen‘, zei Fred. Je leert snel, hoe het met de gas en het water zit. De verwarming en de kleine douche, en het onderhoud van de kist. Ondertussen leven we meer dan 5 maanden in de camper en kennen elk hoekje, elk gevoelig schroefje,hoe je de tafel ombouwt tot extra bed, de beste manier om een douche te nemen in het kleine hokje, hoe je de potten en pannen in de laden steekt en de glazen inpakt zodat ze niet rammelen tijdens het rijden. Hoe je de autocaravan waterpas zet.

    Half negen, het is tijd om naar de pijnbank te gaan. Ik loop mee, dat is altijd prettiger dan alleen te stappen naar een dokter. Neem mijn camera mee voor een kiekje van de patiënt in de tandartsstoel in Sicilië. Als het echte werk begint zoek ik de uitgang van het kabinet, ik heb niet echt een toegevoegde waarde hier. Ik stap rustig naar de camper en open het word document script Almost Happy en maak correcties.

     

    Het duurt wel erg lang bedenk ik me als ik om 12 uur een aperitiefje neem . Het zal een zware ingreep zijn, en dat is ook geweest als Sam om één uur , een beetje bleek van de pijn, komt aangelopen. Ze ziet af, de verdoving is nu aan het uitwerken en dan komt de pijn. Een vissoepje eten is de beste optie want bijten op iets kan niet. Eerst iets drinken zegt ze en ik vul een glaasje Spumanté. In het babbeltje ter opwarming of ter kalmering voor de ingreep zei de dokter tegen Sam dat ie Belgen een aardig volk vond, well educated people. Zijn ouders hebben een B&B in Taormina, en ze ontmoeten graag Belgen als gast. Met de Italianen scheelt er veel in Italië, voegde hij eraan toe. Er is de chaos, het niet gestructureerd werken, het onsociale karakter van Italianen en de ongelijkheid in het land tussen arm en rijk, en natuurlijk de oneerlijkheid, zeg maar corruptie die hier welig tiert. Hij is duidelijk niet blij met zijn landgenoten en twijfelt of dat de verkiezingen van eind deze maand daar een verschil in zullen brengen. We lopen naar de boulevard en zetten ons in het eerste overdekt restaurantje op het strand neer met zicht op de grijze zee. Taormina ligt in een zweem van witte wolken op de helling en de kleur van de zee versmelt in de grijze kleur van de wolken die er boven hangen. Een vreemde dag. Een vissoepje en een pizza, porvavor, ondanks de pijn in de kies smaakt het het soepje wel. De vissoep zit vol diverse soorten verse vis en de pizza is een pizza pomodore, met eens uit de oven, beladen met schijfjes ham, Italiaanse kaas en ruccola salade. Na de lunch gaan we naar huis want wandelen zit er niet in. Sam wil wat rusten en dat doe ik samen met haar. Als je in het drukke leven zou staan zou je ook niet gaan werken met zo’n pijn zegt Sam, ik geef haar een Perdolan en ze valt in slaap. Als we wakker worden nog een Perdolannetje en een kopje Rosa di bosco, de vorige editie Belgische Rozenbottel is intussen op, dus het worden Italiaanse rozenbotteltjes van Pompadour. Sam valt terug in slaap.

    De lucht is even grijs als daarstraks, de zon kan er niet door en zelfs de enorme mastodont van een Etna ligt helemaal verborgen voor verwonderde blikken, in de mist, alsof hij er niet staat. Ik open mijn computer en schrijf wat verder aan de dialogen.

     

    Er komen 3 campers , als het ware in colonne, aangereden op de camping. Een Duitser en twee Nederlanders. De uitbater loodst hen, zwaar gesticulerend, hun parkeer plaatsje in . Het is me wat om deze zware vehikels geparkeerd te krijgen. Vooruit, een beetje schuin achteruit, weer vooruit, wielen recht ,SiSi, inrijden en ‘Basta’, roept hij. Dan is het keggen leggen, de grotere hebben dat automatisch als je de motor stil legt, de anderen moeten ze handmatig leggen en erop rijden om het vehikel mooi parallel te plaatsen met de grond zodat je water van de douche recht in het afloopje loopt.

    Dan stapt het mannetje uit, steekt de electriciteitskabel in de stekker en even later stappen mannetje en vrouwtje, arm in arm, rond de camping, in dit geval een parkeerplaats, om het plekkie voor één nacht of meerdere nachten te verkennen en de buren kort te groeten. Mannen gaan dan in hun eentje, als de vrouw eten maakt, op zoek naar de sanitaire voorzieningen op de camping. Waar lozen we onze kaka en het afvalwater straks en waar kunnen we drinkwater bijtanken? Grappig is het, als ik er zo naar zit te kijken hier van op het rode stoeltje op het terrasje naast onze Villa.

    Onze buurman zit naar de Duitse televisie te kijken, Duitsers kijken enkel naar , Die, oder Der Deutsche Rundfunk, iets anders verstaan ze niet, ik hoor het geblaf tot op ons terrasje en een Hollander komt aangelopen met een emmertje afvalwater dat ie dumpt in de loosput. Met een zwierige zwaai loopt hij terug met z’n emmertje naar z’n camper. Iets verder zit een koppel in hun woonwagen naar TV te kijken, stoeltjes naar binnen gedraaid en alle Tl-licht is aan, ongezelliger kan het niet. Een ander leven is het wel, hier homeless op de parking. Thuis zouden wij wellicht ook al voor de buis hangen. Bij gebrek aan buis in onze camper, lezen we veel en neem ik de tijd om gedachten op te schrijven. Zo is het goed, ik mis hem niet, de buis, af en toe een mooie film, dat wel, maar dat kan ook op DVD op de pc, dus het is best zo. Geen ellende van de wereld over me heen, geen oeverloze onzinnige reclame voor alles en nog wat, waar je niet om vraagt, enkel de stilte van de avond in het platte land van Sicilië, doorbroken door het getokkel van de toetsen op mijn klavier.

     

     

    Woensdag 9 april,

    Of ik een rozenbotteltje met honing wil zetten , vraagt Sam vanochtend om halfzeven. Ze heeft bijna niet geslapen van de pijn in haar kies. Het perdolannetje was uitgewerkt, ze staat verschillende keren op, neemt nog een medicijn maar kan de slaap niet vatten. Heb ik er ook nog een blaasontsteking bij, zegt ze kwaad op zichzelf. Moet ik naar de dokter of misschien dat de apotheker zo ook wel antibiotica geeft? Ze is er erg aan toe, ziet bleek , is moe en heeft pijn. Waarschijnlijk was ze al verzwakt van die stevige verkoudheid en het griepje van de voorbije week. Daar heeft de antibiotica breed spectrum uit onze reisapotheek wel geholpen. Het was mijn tandarts die me dat voorschreef toen ik net voor ons vertrek een check liet doen, altijd goed om hebben zei ze, slimme meid. Blaas ontsteking, hoe zeg je dat in het Italiaans? Sam leest als afleiding in het reisboek Sicilië en bereidt de week voor wanneer Eric en Tessa komen. Het worden onze gasten en we willen ze ook verwennen. Eén weekje blijven ze ,dus moeten we wat bezienswaardigheden in kaart brengen.

    We zijn weg uit Naxos en rijden via Catania en Siracusa naar Avola. Het lijkt of de Etna groter en groter wordt naarmate we Catania bereiken dat aan de voet ligt van deze prachtige berg. Hij ligt er helemaal alleen groot te wezen en is een constante bedreiging voor de kleine dorpjes die erom heen liggen. Aan de zuidelijke kant zien we opmerkelijk minder sneeuw liggen dan toen we in Taormina aan de noordelijke zijde zaten. We volgen de SS114, via nationale, de nationale weg die slingert tussen open groene vlaktes, zachte heuvels met olijf- en citroenboomgaarden en oude Siciliaanse dorpjes waar het leven zijn gewone gangetje gaat. Op 4 km van Avola heeft Sam één van de mooiste campings gespot van Sicilië, zo stond beschreven in de gids. Camping Sabbiadoro, C. Da Chiusa Di Carlo tel O931 822415.

    www.Campeggiosabbiadoro.com info@campeggiosabbiadoro.com

    We worden beloond, een plekje, zo’n 5 meter boven zee met schitterende view, in een prachtige tuin vol palmbomen, cactussen en agaven. Er staan nog veel andere mediterrane planten en bomen, maar ik ken de namen niet, allemaal mooi aangelegd en verzorgd. Het nadeel met dit soort mooie schone plekjes die wat afgelegen zijn en ver weg van de drukte, is natuurlijk dat er in de directe omgeving niets te vinden is, geen restaurantjes, geen winkel. Als we tevergeefs langs de gevaarlijke nationale weg terug lopen ontmoeten we een Brit die 4 km heeft gelopen om wat appelsienen en een brood. Hij blijkt onze buurman te zijn, die met een tentje en een fiets. Hij is onderweg naar Australië op de fiets. De stukje de wereld rond zegt ie. Vorig jaar Amerika gedaan en nu het Oosten. Als ik hem vraag wat het doel van zo’n fietstocht om de wereld is , waarom hij dat doet ? kijkt hij me verbaast aan. No goal , just biking. Hij zal zo’n 25000 km rijden en in Australië koopt hij met een vriend een auto. Fietsen is niet te doen daar, de steden liggen gemiddeld 500 km van elkaar verwijderd en ‘in beween there is only the dessert‘. Ambitieus plan. Ik maak een foto van hem en zijn goed uitgeruste fiets. Gewapend met een stok, om honden weg te slaan, zegt ie, je wordt elke dag wel aangevallen en verder een stiletto, een mes binnen handbereik? en peperspray, duidelijk niet voor honden, You need it. Het is vandaag een zwoele dag en ‘s avonds eten we buiten wat terwijl de zon zachtjes ondergaat. Als het donker wordt klap ik mijn pc open op het terrasje en kan ik lekker schrijven.

    ‘s Morgens, als ik naar gewoonte, met een bakje koffie buiten, een eerste luchtje schep, speur ik de horizon van de Golfo di Noto af op zoek naar dolfijnen en geniet ik van de heerlijke rust hier aan de baai. Die rust is er overvloedig , de dolfijnen laten zich niet zien. Ik loop op mijn blote voeten op het okerkleurige strand langs de branding, het is 11 april 8 uur ‘s morgens, de zee ruist en golven slaan zachtjes tegen de enkele rotsen die hier in het water liggen. Hoe zullen we terug kijken naar deze periode, eens we terug zijn van dit jaar vakantie, want vakantie hebben we hier op deze plek absoluut. Het is overmaats zorgeloos genieten, elke dag weer. Er zijn wel de kleine zorgjes, soms wat woorden als we het oneens zijn met elkaar, Sam die nog niet helemaal OK is en veel wil rusten, ik die kook maar niet graag bemoeienis heb als ik in de keuken sta. Ik ben vroeg wakker als Sam zich nog eens wil omdraaien . Ontbijten doen we met z’n twee niet echt, het is doorgaans pas middag als ik iets klaar maak. Sam heeft niet zo’n behoefte aan regelmaat als ik. De camper is vaak een zandbak door al het stof dat je mee binnen brengt enz., maar al bij al zijn het slechts kleine ergernisjes die de pret niet mogen drukken. Het is een geweldige kans die we krijgen om gewoon één jaar lang te zwerven en een stuk van Europa op deze manier te ontdekken. Tot vandaag zijn we 180 dagen onderweg, heb ik 180 A4 vellen ‘ Home at Europe’ bij elkaar geschreven en hebben we 11379 km gereden langs Europese kusten, Costa’s, Riviera’s en Golfo‘s.

    We lezen, schrijven en Sam surft vandaag op het net op zoek naar adresjes en plaatsjes die de moeite zijn om er naartoe te gaan, voor als Eric en Tessa komen en ook opzoek naar een villa met zwembad voor ons feestje met Patje, Ellen, Raf en Patrick.

    Ik waag me aan een zwemmetje in zee maar het is toch nog frisjes. Een paar daagjes zon extra, zoals vandaag, en dan zal het wel kunnen, denk ik.

     

    Van Avola via Noto, naar het uiterste zuidelijkste punt van Italië in Sicilië; Portopalo di Capo Passero - hier eindigt Europa en de rest van de wereld een beetje, zo lijkt het - naar Pozzalo waar we na lang zoeken de verlaten parking Camper Servicio oprijden- alleen open in augustus- en er de nacht doorbrengen. Het was me wel een ritje ‘Discovering South Sicily‘, wel mooi . Sam had de hele trip, op zoek naar mooie plekjes voorbereid, voor als onze gasten volgende week Zondag komen, maar bijna alle campings zijn nog dicht en verlaten. Tijdens de middag hebben we een stop ingelast in Marzameni, een schattig dorpje, echt schattig en desolaat. Enkel een paar restaurantjes aan het haventje en wat huisjes aan zee. In een restaurantje, met tafeltje op straat, midden op een straatje, mooi gedekt met keramiek borden van een plaatselijke kunstenaar en een ober die ons met veel plezier verteld dat zijn keuken alleen typisch Siciliaans eten bereidt. Niet zoals het hotel hier naast serveren; een ordinaire toeristen menu all inclusive. We laten ons verleiden en worden gecharmeerd door de kunstwerkjes van de chef. We eten een primo en secundi piatto ,maar slechts voor één persoon. We hebben ondertussen geleerd dat het ruimschoots voldoende is en zo kunnen we verschillende gerechten en smaken proeven. Primo: Linguini Pesto met pijnboompitjes,oil oliva en smakelijk versierd met zeste van limoen en een handmade verse Ravioli gevuld met mascarponé in een basilicumdressing. Secundi: Pêche grigliata, gegrilde vis. Een assortiment van Inktvis, gamba’s, langoustines en Tonijn. Daarbij een lokaal Siciliaanse vino blanco en een Italiaans koffietje, eentje van 3 centiliter als dessert. H e e r l i j k.

    Zondag 13 april, 14 graden. We ontwaken om halfzeven in dit kleine verwaarloosde paradijsje aan zee. Misschien omdat dit stukje land verwaarloosd is dat het op een paradijsje lijkt. Eucalyptus- en Mimosabomen in bloei, ongemaaid gras vol boterbloemen en achter het kleine muurtje van opeengestapelde stenen een groot verlaten strand en de verre zee. Dit is nochtans de officiële camperplaats van Portopalo. Enkel open in augustus, weten de 2 Sicilianen die hier met hun liefje de nacht doorbrengen ons te zeggen. We hebben de weg langs zee 3 keer op en af gereden omdat een plaatje ons verwees naar deze plek. Uiteindelijk vinden we de plaats waar één camper staat alleen het hek is dicht. Ik spring over het hek en loop naar de camper, met de bedoeling te vragen hoe we erin geraken. Er is beweging in de camper, dat zie ik aan het gordijntje dat dicht gaat als ik nader, maar er komt niemand buiten. Vreemd denk ik, in mijn beste Italiaans vraag ik om informatione prego maar tevergeefs. We rijden dan maar wat verder op zoek naar een ander plaatsje, wie weet wat of wie zit er in de woonwagen, als twee jongens, die van het stadje kwamen gewandeld met boodschappen in hun hand, me aanspreken. “U zoekt de camperplaats“? “Ja” zeg ik “hoe weet je dat“?. Blijkbaar hebben hun liefjes, die in de camper zaten en schrik gekregen hadden door mijn vragen, hen opgebeld.

    ‘ Er staat een vreemde man in een shortje voor de camper en hij brabbelt iets dat we niet verstaan, kom snel kom snel’. Ze loodsen ons door het hek van deze camperplaats die eigendom is van ‘una amigo‘. We maken kennis en laten die twee stoeien met hun lief in de hangmat voor hun camper. We wandelen langs dit mooie strand, zuidelijker in Italië kunnen we niet, tenzij naar het eiland Malta, dat hier op een uurtje varen vandaan ligt. Het is nog lekker warm vanavond. Ik raap een paar mooie schelpen op het strand voor mijn collectie en we gaan vroeg naar bed.

    We staan ook weer vroeg op want er is werk aan de winkel. Sam heeft een hele route uitgestippeld op zoek naar mooie locaties. En vandaag is onze geluksdag. We zwerven door Zuid Sicilië, een camper is daarvoor gemaakt en vinden prachtige plekjes. Een camping in Sampieri met slecht 2 bungalowtjes die op een plek staan waar je de hele dag en zo je wil ook de hele nacht kan wegdromen op het terras met een verre en brede sea-view. We boeken hier alvast 2 nachten. We verwalen in het landschap met duizenden serres die in dit deel, het warmste van het eiland , overal, tot op het strand staan, en ontdekken een Agri toerismo. Dat is een boerderij waar de groenteteler een paar bungalows heeft gezet tussen zijn serres, een camperplaats gemaakt heeft en die infrastructuur verhuurd. Even verder vinden we een camping aan zee met een erg commerciële dame die ons meteen een prijs berekent met korting voor 4 personen. Vandaag is het lekker warm, het zal zo’n 23 graden zijn en ik waag opnieuw een duik in de oceaan, halweg, elke dag een streepje verder. Hier zitten we tenslotte ter hoogte van Tunis, in Tunesië en Tetuan in Marokko. Het water warmt stilaan op.

    We zoeken ons een plekje op een kaap, Punto Bracetto en staan hier 180 graden omringt door de zee. Een prachtig plaatsje middenin de natuur, daar hou ik van. De krekels geven een gratis krekelconcert en de zon, die we eindelijk nog eens terug zien ondergaan in zee is schoon. Dat was even geleden, maar nu kan het weer, we zitten terug aan de zuidkant op de wereldbol. We kijken ernaar, zijn tevreden over deze mooie dag en vallen, met het ruisen van de zee, in een diepe slaap.

    Een vroeg vertrek voor een lange dag prospectie naar Campings. Cruisen door zuid Sicilië op zoektocht? Sam heeft het allemaal goed voorbereidt en de weg leid ons via Gela en Licata naar een mooi plekje in San Leone, iets voor de grotere stad Agrigento die we graag willen bezoeken met Eric en Tessa. We schuimen alle bestaande en open campings af naar de mooiste plekjes om straks te kunnen staan en te genieten van mooie vergezichten en ook plaats om idyllisch buiten te kunnen kokkerellen.

     

     

    San Leone, dinsdag 14 april naar binnenland Sicilië, Corleone.

    Als we ons voertuig stilzetten en uitstappen voor een bewonderende blik over het eindeloze panorama slaat de klokkentoren van de imposante kerk van Santiario Maria del Rosardio di Tagliavia 7 volle slagen en 2 lichtere, het is halfzeven. Uitgestrektheid, desolaat vergezicht, groene heuvels, een paar koeien met bel en slechts 10°C in dit wondermooi landschap. Ik loop de Souvenir Tabachini binnen, het enige wat hier in de verre omtrek aanwezig is, en warempel een oud mannetje begroet me. Ik vraag of we hier voor zijn winkel en het kerkje de nacht kunnen doorbrengen en dat is heel OK voor hem. Naast zijn espressomachine staan een paar Maria beelden te koop voor respectievelijk 10, 30 en 50 euro.

    Hij wijst me de Maria del Rosardio aan, ik ben beleefd en zeg iets van ‘Mooi is dat’ en bestel een koffietje. Waarschijnlijk ben ik de enige klant vandaag. Naast de kerk staat een gebouw in vervallen staat en dat blijkt tot 25 jaar geleden een klooster geweest te zijn. Wat een luxe was het om Pater te zijn en hier op deze plek, hoog te mogen wonen. Het bevalt ons hier om alle rust en schoonheid de nacht door te brengen. Als de zon achter de bergen verdwijnt en de maan zijn licht werpt op de imposante gevel van de kerk loop ik nog even het trapje op van de kerk en snuif de heerlijk frisse berglucht. De wind is gaan liggen en ik wordt weemoedig van de stilte en de betoverende schoonheid hier. Kristien Van den Bon, een vriendin van me, haar grootste wens is te kunnen wonen in een uitgestrekt landschap, op een berg, waar je ongeremd, 360 graden om je heen puur natuur ziet en de stilte kunt horen, Kristien dit is je plek, hier wil jij wonen. Als we terug zijn laat ik je de foto’s zien die natuurlijk slechts 10% weergeven van wat je hier om je heen ziet. Het is goed om hier, na onze zwerftocht langs de kust, in het pure binnenland van Sicilië te zijn. Een ontdekking, ook omdat in de Michelingids die we mee hebben over dit deel van het eiland niets staat geschreven, alsof het niet bestaat. We maken een stop in Realmonte, ontdekken een idyllisch stukje kust, witte kliffen , Scala dei Turchi, door de erosie van wind en het water in terrassen gevormd. Het zeewater is er smaragd groen en veranderd een paar honderd meter verder in mooi donkerblauw. De plastieken serres,- die wel zorgen voor 3 oogsten per jaar van tomaten, paprika’s, courgettes en aubergines, - van de kuststreek zijn nu verdwenen en we glijden door mandarijnen-, citroen- en olijf boomgaarden. We zoeken naar een Agritourismo, Sam had er ergens over gelezen en we rijden van de grote weg af ,een kilometer of 10, in het glooiende landschap en ontdekken een waar paradijsje. 6 Mooi opgesmukte appartementjes hoog gelegen op de top van een berg, midden een landgoed van 300 hectaren. Een weidse view over druivelaars op de heuvels en in de verte de blauwe oceaan. Dit is een plek om lief te hebben. Hij vraagt de prijs van een sterren hotelkamer, minimum 3 nachten te verblijven, dus niet voor passanten of het massatoerisme. Het moet uniek zijn om te verblijven. We nemen wat foto’s, kopen een flesje wijn van de wijngaard hier en rijden verder landinwaarts. Zeer bergachtig is het hier met af en toe een stille dorpje waar de tijd niet vooruit is gegaan en waar je op het middag uur , niemand op straat ziet. In Cantabelotta, een uniek dorp, 1000 meter hoger gelegen dan de zee, met een magnifiek uitzicht vragen we waar er een restaurantje is en de man onderbreekt zijn lunch om ons te begeleiden naar een huis dat eerder lijkt op een schuur. Eens de poort open ging belandden we in een prachtig sfeervol restaurant. *Ristorante MATES, museo della Antiche Tradizioni enogastronomische Siciliane. Een vriendelijke jonge man komt vragen wat we willen, we vragen de kaart maar die heeft hij niet. We eten wat hij ons voorstelt en hij voegt er aan toe dat alle gerechten Cocina typico zijn, plaatselijke keuken; dat is waar we voor kwamen. Sam is in haar nopjes, dit was een stukje van het reisplan voor vandaag, en alles dient zich mooi aan.

    Een groot bord antipasta om van te smullen, een pasta met sarines en een kruid dat het zeer apart en smaakvol maakt en dat bij navraag, alleen hier in de bergen groeit. We kunnen het niet thuis brengen. Zeer Lokaal en als secondi een stukje varkensvlees lekker gekruid en versierd met een worst op smaak gebracht met komijn, De papa, Felice Augello, komt ons groeten en schenkt een kopje koffie als afsluiter. We schudden de handen en Sam krijgt kussen. We zetten onze ontdekkingtocht verder naar Corleone. Wereld beroemde stad van Vito Corleone uit de film ‘The Godfather‘. Na 3 dorpen verder, zo’n 100 kilometer schatten we, belanden we in het dorpje met zijn schitterende naam. Het is niet meer dan een druk bergdorp, waar niets te merken is van de opnames die er werden gemaakt, het bruist er ‘very local‘, het is er lekker chaotisch en de smalle straatjes druk. Ik maak slechts een kort fotoshoot wandelingetje om de sfeer vast te leggen. We rijden uit het centrum van Corleone en komen terecht aan dit kerkje waar het goed is om de nacht door te brengen in volledige stilte.

     

     

    * Ristorante MATES, Museo della Antiche Tradizioni Enogastronomische Siciliane

    Vicolo Storto, 3 - 92010 Caltabellotta (Ag) 0925 952327 info@matesonline.it

    www.matesonline.it

     

    6 Volle slagen voor het uur en 1 lichte slag voor het kwartier. Het is kwart na zes als we uit uit onze slaap worden gewekt door de klokkentoren van Santiario Maria del Rosardio di Tagliavia. De nacht wordt dag in Corleone, een boer is al op stap met zijn z’n koeien langs de kerk naar de wei. Het is vroeg maar heerlijk wakker worden met het geluid van de bellen van de koeien, het gekir van de duiven in de klokkentoren en het getjilp van musjes en het kraaien van een haan. De zon komt op en verlicht het berglandschap in een zweem zoet geel licht. Sam is niet zo blij dat ik zo vroeg uit de veren ben maar ik wil het ochtendgloren hier in dit landschap niet missen. Dit glooiend landschap lijkt op de heuvels van Toscane, waar we toen maar snel doorgereden zijn omdat het regende. Sam leest en ik schrijf deze gedachten op en dan horen we plots het irritante gezoem van een grasmaaier. Ik ga een kijkje nemen en zie 2 mannen de grasboorden ,die hier op het plein waar we staan, waarschijnlijk al een jaar ongemoeid groeien ,maaien. In de verste verte is er geen levende ziel te bespeuren en nu hier op dit eigenste moment wordt de grootse stilte waar ik zonet nog zalig onwel van werd doorbroken door een lawaaimakende maaimachine. We geloven onze eigen ogen niet en onze oren. Waarom vandaag ? Sam leest alle details over de stad Palermo want daar gaan we heen.

    Dat was het plan, dat het ietwat anders verloopt heeft vooral te maken met het verschil tussen de uitgestrektheid en de weidsheid van dit panorama en het smalle hectische van Piana degli Albanese waar je je voertuig niet meer keren kan, en ook de verschrikkelijke weg naar Monreale, . We rijden het landschap door en voelen het aan alsof we in Toscane of binnenland Portugal, de Alpujarres of in Zwitserland zijn. Vrij hoge bergen, afgewisseld met groene heuvels en wijngaarden. Na elke bocht worden we beloond met weer een prachtig uitzicht. Af en toe een schuur of een huis en verder alleen maar uitgestrektheid. De 5 miljoen Sicilianen wonen bijna allemaal aan zee. Onderweg zien we een man, aan de zijkant staan met een emmer vers geplukte groene wilde asperges. We stoppen en kopen een busseltje. We rijden door naar Piana degli Albanese , dat is een Libanese enclave , er zijn er vijf op Sicilië, waar ze met z’n 6000 op elkaar wonen. In de 14e eeuw zijn Albanezen gevlucht van de Balkan na de Ottomaans Turk invasie naar hier. Dit stadje dat plots, alsof het uit het niets verschijnt ligt prachtig op een heuvelrug aan een groot meer. We hebben intussen de gewoonte aangenomen als we op trot zijn, dat betekent onderweg met enkel een stop voor overnachting, we een koffietje gaan drinken ,bij voorkeur op een terrasje waar alleen de locals koffie drinken. We rijden Piana degli Albanese binnen met de zelfzekerheid een koffiehuis te vinden waar we vandaag een ricotta cannoli willen bij eten. De beste cannoli van Sicilië vindt je in dit stadje lezen we. We rijden tot op het centrale plein, Piazza Vittorio Emanuele, van het oude gedeelte van de stad en jawel, er is lekkere koffie, vers bereide Cannoli en de zon schijnt weelderig op het plein. Als ik even kijk hoe we verder moeten rijden zie ik dat we op dit plein niet kunnen draaien, verder zijn alle straatjes zo smal dat we er amper doorkunnen. Zoals naar gewoonte parkeren Italianen zich ongegeneerd overal en altijd fout, ook in deze straten van Piana degli Albanese . Niet één maar zeker 10 wagens blokkeren de doorgang zodat we met ons vehikel niet weg kunnen. Het is anders als je met een klein Fiatje rijdt, dan baan je je overal een weg. Dus terug, zeker 300 meter achteruit in het straatje dat senso unico, éénrichting is. Sam coacht, houd de aanrijdende auto tegen en ik manoeuvreer me in achteruit uit deze hachelijke situatie. “Ze willen niet achteruit rijden, ze willen niet” er staan er 15 ” komt Sam me zeggen. Het is millimeterwerk om niet tegen de schots en schuin geparkeerde auto’s aan te rijden. We krijgen al snel hulp van voorbij lopende Italianen die ons zien sukkelen en die in het Italiaans hun landgenoten aanmanen om achteruit te rijden. Die hulp is zeer welkom, er zijn nu 2 coachen en de één zegt “ Veni, kom maar” de ander roept “stop“. De voorbijgangers die ons helpen hebben natuurlijk geen idee hoe lang ons vehikel is en als ie zegt , kom maar dan weet Sam en ik dat we er ook nog 2 fietsen achteraan hebben op staan en dat het niet zal lukken. Met verheven stem roep ik “NoNO, due metros per favore “. Uiteindelijk komt alles goed, we zijn gedraaid , het zweet staat op mijn handen en Sam blaast de spanning weg. Voorzichtig hier nog en voorzichtig daar. We zijn eruit, uit dit stadje, eindelijk, en volgen nu de weg voor bussen en vrachtwagens naar Palermo via Monreale. Een mooi stadje dat zo’n acht kilometer ten zuiden van Palermo ligt en waar we een stop willen houden. Dat lijkt simpel maar op bepaalde plaatsen staan pijlen en op de meeste staan er geen aanduidingen. Op een kruispunt roep ik naar een kleine Fiat, Monreale, de bestuurder doet teken ‘volg me maar‘. Een opluchting. Ook hier weer van hetzelfde , zo’n man die zijn hele leven in een Panda rijdt weet niet dat je met een vehikel van 7 meter aangevuld met 2 fietsen achteraan niet zo maar overal kan rijden. De wegen zijn hier verschrikkelijk slecht , putten en bulten en onze kar schommelt van links naar rechts. De Fiat stopt , de vriendelijke meneer stapt uit en doet een hele uitleg in het Italiaans, ik knik wat van Si, OK, rechtdoor, non capisco en dan Sinistra en dan a destra. Ik schud hem de hand en hij zegt dat ie een cadeautje voor me heeft. Hij klapt zijn koffer open en vult een plastieken zakje met appelsienen, eigen pluk!. Grazie Mille signore, arriverderci . We rijden verder en belanden automatisch op de betaalparking van Monreale,gelukkig. We willen dit stadje zeker niet IN rijden want dan zitten we gegarandeerd terug in de chaos en in hachelijke verkeersomstandigheden.

    Mooie kathedraal met een bijzondere Arabischbyzantijnse architectuur, rijkelijk versierd met marmer,schilderijen en met 6340 m2 befaamde mozaïeken uit de 12 en 13 eeuw. In de pittoreske steegjes zie je her en der kunstenaars die, volgens oude traditie en naar het voorbeeld van de mozaïeken in de kathedraal en de aanpalend Benedictijner abdij -in de 12e eeuw gesticht door Noormannen koning Willem II- gekleurde steentjes en gekleurd glas kappen en minutieus inleggen in kadertjes. In het centrum zie je dan ook het ene winkeltje na het andere met Mozaïek souvenirs. Het is artistiek mooi werk en even twijfelen we om ook zo’n handmade souvenir mee te nemen. Maar al snel hebben we genoeg van deze toeristische winkeltjes. We zeggen tegen elkaar dat we op onze reis, we zijn nu meer dan 6 maanden onderweg, in diverse steden en dorpjes al duizenden souvenirwinkeltjes hebben gezien en dat het zo wel goed is. We lopen langs de achterkant van de Monastero San Martino en belanden in een tropisch aangelegde tuin met geweldige bomen, waar we een prachtige view over Palermo hebben.

    In het Offici Informazioni Turistiche weet men ons te vertellen dat er in de verre omtrek van Palermo geen camping te bespeuren is. Ze verwijst ons naar een camping aan zee, die een uur rijden ligt ten oosten van de stad. Sam checkt op de kaart en vindt het een beter idee om langs de westkant van Palermo te overnachten. Dat spaart ons, als we terug naar Catania gaan om Eric en Tessa op te pikken, 2 uur rijden. Ze heeft gelijk. In de gids had ze gelezen van Cefanu, een klein vissersdorpje beroemd om zijn schitterende ligging en een van de mooiste badstadjes van Sicilië, en daar zitten we intussen op donderdag 17 april, 8 uur in de ochtend, bij 18,5 °C ,windstil naast de camper,voor het zwembad, dat pal aan zee ligt, wakker te worden. In de voormiddag rommelen we wat, wasje en plasje. Ons budget nakijken en wat eten. Het busseltje verse groene asperges komt goed van pas bij de pasta die ik bereidt met smeuïg gebakken Zalm en een vleugje room. We hebben besloten om toch nog niet naar ’ het hol van de leeuw of de stad van de Maffia; Palermo te gaan. Het is weer even geleden dat we nog eens wat rust inbouwden en bovendien, het is hier goed verblijven en schrijven. Als Patje en Ellen komen, begin mei, overwegen we om naar deze mooie camping terug te komen waar, er een riant zwembad is, en ze ook vakantiehuisjes verhuren. Schitterend gelegen onder palmbomen en met een mooi buitenterras met geïnstalleerde buiten keuken. Ideaal voor een weekje vakantie hier.

    Als we s’middags een lichte lunch klaarmaken aan het kleine tafeltje, op de lege plek naast onze camper, komt er een man met een plastiek zakje olijfolie en wijn verkopen. 8 Euro voor de olie en 4,5 voor 2 liter Rosé. We proeven hem, ik vind de Rosé niet zo bijzonder hoewel hij zelf tien keer zegt “Buono “over zijn eigen wijn. Rode of witte wijn heeft hij niet en als we een fles kopen, omdat ik graag zou verder eten, heeft hij ook geen wisselgeld. Sam zoekt met kleingeld gepaste munt en rond af naar beneden. Op dat zelfde ogenblik, ik zit nog altijd te eten, rijdt er een arrogante Fransman in achteruit de plek op waar wij zitten. Noodgedwongen verzet ik het tafeltje. Een beetje een man wijf in zo’n strakke calson en een grijze afgewassen T-shirt van Maubeuge , stapt uit en coacht haar man met z’n stok oude vergeelde Citroen camper de plek in. De geur van zware dieseldampen vermengen zich met de geur van de pasta. Als hij na lang en overdreven gas geven vooruit en weer achteruit zijn camper het plaatsje in manoeuvreert en eindelijk de motor afzet, stapt ie uit. Geen merci of Bonjour of wat dan ook. Dit worden onze vrienden niet. Later komen er nog van die oude Franse vergeelde vehikels de camping oprijden. “Nous sommes vingt-deux“, roept één van hen vanachter zijn stuur als hij ons tafeltje voorbij rijdt op zoek naar een parkeerplaats. Een colonne gepensioneerde Fransmannen op rondreis in Sicilië. ‘s Morgens wordt ik wakker van een Franse radio, als ik ga kijken maar het is geen radio. Het zijn het 3 mannen die tegen elkaar staan te praten; over wat weet ik niet, het is half acht en die lui staan luid te zeveren tegen elkaar . Het wordt een va et viens van Fransen in vaal verkleurde badjassen die naar de douche lopen. “Bonjour“, “Qui Qui Bonjour“,zeg ik terug. Ik hoef die uitgesproken wakkere Fransen niet zo aan mijn tafeltje, waar ik vanochtend een hele zak appelsienen aan het persen ben. “Bonjour , bien dormi“? vraagt er eentje. Ik wil er niet op antwoorden en groet kort terug, puur uit gemaakte beleefdheid. De 18de Bonjour die voorbij loopt voegt er aan toe dat ze vanmiddag vertrekken, met z’n allen. Ik knik en zeg dat dat pas een zeer goed idee is op vrijdag 18 april.

    Nog voor de meute Franse zwervers de camping afrijdt zijn wij al vertrokken. We willen vanavond in Acireale zijn, aan de oostkust van Sicilië. Dan hebben we zaterdag de tijd om inkopen te doen voor als onze gasten er zijn en is het niet zo ver rijden naar de luchthaven om ze op te pikken zondag om 9 uur in de ochtend. We cruisen door het binnenland en zijn prettig verbaasd over de schoonheid van de landschappen. De groene heuvels met diverse kleurrijke bloementapijten. De desolaatheid van het binnenland, af en toe staat er ergens ver weg een huis of een stal met een smal weggetje dat er naar toe lijdt. Schotland is beroemd om zijn mooie hills maar Sicilië, met z’n fertile Nissena countrysite, moet absoluut niet onderdoen. We rijden even om voor een korte stop in Caltanissetta, de hoofdstad van de provincie Nisena. Vroeger kwam 4/5 van de wereldproductie van Solfer van deze streek. Nu zijn de mijnen gesloten. We kunnen de auto parkeren naast de kathedraal Santa Maria la Nova en de San Sebastiano kerk. Snuiven de sfeer op en nemen wat foto’s van o.m. de beroemde Triton Fontein . Onderweg zie ik een groentestalletje vol geladen met artisjokken. De verleiding is groot om een bussel te kopen alleen in ons kookboek staat er geen bereiding . We rijden langs Enna, precies in het midden van het eiland gelegen en cruisen rond de Etna naar Catania. Sam is geevolueerd naar een perfekte reisleidster. Ze leest ‘s morgens in bed de gidsen en stippelt de weg uit die we gaan rijden. Ook heeft ze neus gekregen voor mooie plekjes om te overnachten. Het ligt haar wel. Als ik de instructies die ze geeft volg zeg ik een beetje plagend, leidsreister. We nemen al eens een kijkje in de luchthaven of we er sowieso met onze camper kunnen parkeren, en rijden na goedbevinding een 20 tal kilometers noordelijk naar de kust. Een smal weggetje vol haarspeldbochten leid ons naar de prachtigste camping die we tot nu vonden. Op zeg maar 30 meter boven de zee, is de camping gebouwd op terrassen. We parkeren en hebben een ongelooflijke view over de oceaan. We worden er allebei stil van . Zo mooi. Ik blijf er verwonderd en bewonderend naar kijken. Sam wandelt rond en ontdekt er een bungalowtje, heel privé gelegen, gebouwd op de rotsen met een grandioos panorama. Vanuit je bed is het alsof je in de zee ligt. Het is vrij as zondag en we boeken meteen. Daar willen we Eric en Tessa mee verrassen. De ligging is grandioos. Het terras een uitnodiging om er uren gewoon te zitten en weg te dromen. Wat een geweldige plek is dit. Eric stuurt een SMSje met de vraag of we een pomp hebben om de luchtmatras op te blazen? Ik antwoord en zeg dat het blazen zal worden en voeg eraan toe dat we voor de eerste nacht een geweldige verrassing hebben. Hij antwoord dat we hen zeer nieuwsgierig maken. Goed denk ik, dit word een feest. We worden nogmaals verrast als we op de camping een pizzeria zien die nog open is ook. We zitten als prinsen aan het raam met dezelfde fantastische kijk over de zee. Als we het restaurant verlaten is het donker. Ik neem nog een douche voor we de nacht ingaan en in elkaar gestrengeld vallen we allebei in slaap.

    Zaterdag 19 april,

    Ik hoor al vroeg de zee ruisen en de vogels fluiten en ben ongedurig. Het is 6 uur, de zon schemert zachtjes. Het is 14,5°C buiten en heerlijk om een kopje koffie te drinken op ons terras with a view. Dit is een plek om lief te hebben.

    Als Sam wat later naast me komt zitten op de terrasstoeltjes is ze al snel vertederd door de twee poesjes die hier al vroeg in de ochtend komen schooien. Ik ga ze wat paté geven zegt ze. Het zijn twee mormels en natuurlijk als je ze iets geeft blijven ze altijd in je buurt. Ze eten niet ze schrokken de paté op. Wat later komen de Nederlandse buren hun ontbijtje nemen op het grote terras naast het onze. “What a view hé” zegt het mannetje. Ik beaam het “ schitterend“. Nog wat later zetten er zich twee Fransen bij, “ Magnifieke “ ik beaam het “ Merveieuse“.

    Op Zondag 21 april zijn we al vroeg wakker. De wekker loopt af op 6 uur, om halfzeven staan we op en we nemen een klein ontbijt, drinken koffie en vertrekken naar de luchthaven. Het vliegtuig van Eric en Tessa landt precies op tijd en we verwelkomen ze met een glaasje Spumante in de Camper. Het is een blij weerzien. Jullie zien zo bruin zegt Tessa, we leven natuurlijk al een paar maanden buiten hoewel dat het echte bruin van Spanje er intussen al weer af is. We rijden, eerst de verkeerde kant op maar al snel zitten we in de juiste richting, de camping van Acerealis. We vertellen over de verrassing en die nemen ze nu met eigen ogen waar. Ze zijn prettig verrast over het vakantiehuisje met een fantastische view dat we gehuurd hebben voor de eerste nacht in Acereale. Het wordt aperitieven, aperitieven en aperitieven . We babbelen bij, over de politieke toestand in België, de mooiste plekken waar we al hebben vertoefd, de dood van Hugo Claus en het proces van de kindermoordenaar Fourniret, pasta, de TV programma’s, ADHD en vakantie kriebels. Ik maak een pene met zalm, zesde van citroen gekookt in melk, look en ui en een scheut wodka als afwerking. We lunchen op het terras van het huisje met een geweldige view en vervolgen met wijn, nog wijn en nog meer wijn.

    Als ik me vanochtend (22 april, halfzeven) aan het schrijven zet in de Botanische tuin van deze mooie camping in Avola, waar Eric en Tessa vannacht in een tentje slapen en ik overloop mijn notities dan zie ik veel geschreven staan over “ eten “ en “ drinken “. Dat doen we en graag en veel hier op vakantie. De temperatuur, het vakantie gevoel en de lokatie leent er zich toe. Bovendien is het prettig om met Eric samen te koken, een passie voor ons beiden. Als lezer is al dat eten en drinken niet zo bijzonder interessant natuurlijk daarom dat ik maar wat bladzijden verwijderd heb.

    Het werd gisteren een mooie tocht met de camper langs zee op naar dit mooie plekje in Avola met een gastronomische stop in Brucola. Het dorpje stilistisch gelegen aan een baai ligt niet eens op onze kaart. Verser dan vers kan je de wilde asperges niet kopen dan bij een stalletje langs de weg. Wij drapeerden er onze omelet mee en samen met een meesterlijke Rucola sla van Chef Eric was dit weer feest. Sam en ik zijn blij dat Eric en Tessa ten volle kunnen genieten van hun weekje vakantie hier met ons op het eiland. Elke minuut is het genieten en ze vinden de plannen die Sam voorstelt om het eiland te ontdekken helemaal OK.

    FYI

    “Pollo al curry , lime, di foglie di prezzemolo fresco”

    Curry van Kip met Limoen, gember ,uit, look, kippenbouillon, Yoghurt en afgewerkt met platte peterselie.

    Volgens plan rijden we naar het zuidelijkste punt van Sicilië en genieten van de schoonheid en desolaatheid van het dorpspleintje van Marzamen bij Portopalo. “Hier heb ik het gevoel alsof ik in de set van een filmdecor zit” zegt Eric. We rijden naar Pozzallo waar een huisje met terras en full seeview op hen wacht. Er staat een stevige bries vanuit zee hier. Eric en ik koken een Pasta Mediterano en we genieten met ons vieren van de ondergaande zon.

    Zaterdag 26 april.

    Na een uitstap naar Taormina, waar we getrakteerd werden op een heerlijke lunch, rijden we naar de airport van Catania en nemen helaas al afscheid van de vrienden.

    Een weekje is zo voorbij! Het was een heerlijke tijd met Eric en Tessa hier in Sicilië. De plezierige babbels, het fantastisch culinair genieten, het delen van het wel en wee met een camper. De laatste dag lang rijden op zoek naar ‘a nice place to stay‘. De verbazingwekkende tempels bezoeken in Agrigento en er stil van worden, de BBQ buiten in het Italiaans zonnetje. We missen ze nu al Eric en Tessa.

    Sam is emotioneel,als we hen uitgewuifde in Catina “Weer alleen, ik wil ook naar huis” zegt ze in een weenbui. Ik weet dat dat wel overgaat maar we zullen onze vrienden wel missen , dat staat vast. Met z’n tweetjes is anders, een stuk stiller dan met z’n vieren on the road. Het was fijn Eric en Tessa, we hebben twee keer zoveel genoten . Terwijl jullie naar huis vliegen zijn wij intussen al weer onderweg met onze sleurhut naar het noorden van dit eiland. We stoppen in Apira, iets voor Enna in het midden van het eiland, en parkeren ons vehikel voor de nacht op een camper plaats die 650 meter hoog ligt en een prachtige view geeft over de westelijke kant van de Etna en het gebergte van het binnenland. Zondag zijn we terecht gekomen in Rais Gebri aan de noordelijke kust van het eiland, en dat iets voorbij San Stefano di Camastra ligt, dat bekent staat voor zijn keramiek.

    De zee ligt er stil bij te liggen als ze met me wakker wordt van de eerste stralen zon vanochtend op maandag 28 april.

    Het is rustig hier en Sam en ik vatten onze ochtendrituelen weer aan zonder dat we er erg in hebben. Ik zet koffie, zij leest in bed en ik schrijf aan ons verhaal van Home at Europe.

    Ik blik terug op de fijne tijd die we samen hadden vorige week met Eric Junes en zijn echtgenote Tessa. Zij hadden de eerste prijs gewonnen op onze tombola in september vorig jaar en hebben deze verzilverd op Sicilië. Vandaag is het weer anders. Weer met ons tweetjes ‘on the move‘. Ik denk vaak en ook vanochtend aan de kennissen en vrienden ‘thuis‘. Aan mijn dochters, waarvan Marieke vanochtend veilig en wel zal landen op Zaventem vanuit Costa Rica, waar ze drie maanden vertoefde. Er liggen intussen 13350 km’s achter ons van de voorbije 195 dagen die we nu op reis zijn en we plannen, hier aan de noordkust, een weekje ‘stil staand ’ te blijven tot vrijdag als Patje en Ellen overvliegen. We hebben een fijne plek gereserveerd in Cefalu waar het goed toeven zal zijn.

    Vanuit Rais Gebri in Sicilië, groeten we iedereen die ons lief is en wensen jullie straks een heerlijk lang zonnig 1 mei weekend.

    Marc en Sam


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (3 Stemmen)
    28-04-2008, 17:11 geschreven door marc vanautreve  
    09-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Taormina, 9 april

    Taormina, Sicilië

    ( Tussen Messina en Catania ) 4 april,

    Schoon, adembenemende panorama’s, postkaarten waarin je staat en waarnaar je kijkt.

    Toeristisch uitgebaat, natuurlijk, met dure fancy winkels en exclusieve Italiaanse merken en

    soevernierwinkeltjes alom. Gevaarlijk voor Sam die graag koopt. We lopen er rond en

    verwalen in de pittoreske schoonheid van dit romantisch dorpje in de bergen.

    Om 3 uur zijn we bij de tandarts zoals afgesproken. Ik maak van de gelegenheid gebruik om

    de blog te uploaden in een of ander sterrenhotel dat ik gisteren spotte , na lang zoeken, want

    het is niet vanzelfsprekend hier in Italië.

    Ofcourse sir , we have Wifi ‘for our clients‘. Blijkt allemaal niet zo ‘ofcourse en for free’ te

    zijn ‘for the clients‘. Ik log in op TIN.IT en betaal met visa 3,95 euro per uur.

    Ik heb connectie en ben blij, na zolang niet online te zijn geweest, om ons verhaal aan te

    vullen op de blog en de mailtjes te lezen.

    Vooral die van Marieke, ze mist haar papa en kijkt uit om terug thuis te zijn.

    Hartverscheurend, mijn meiske aan de andere kant van de wereld. Sam is terug, met

    opgezwollen kaak, en heeft slecht nieuws. Het is erger dan dat de tandarts eergisteren op het

    eerste zicht gezien heeft. Ze moet nog 2 keer terug, as Woensdag en Donderdag. Dat betekent

    dat we hier wat langer moeten blijven. Nu, moeten is veel gezegd, het is hier mooi maar , je

    raadt het al , het is intussen weer beginnen onweren en bliksemen, dus regent het pijpenstelen.

    Wat moet, moet natuurlijk dus we blijven nog een weekje hier aan de beach van Naxos,

    gestationeerd met onze camper op de parkeerhaven met een fantastische view op de Etna en wat meevalt is dat we nu nog eens terug naar het romantische Taormina hoog op de heuvels kunnen. We nemen de bus en vertoeven vandaag in “An island in the sky “Een eiland in de hemel, omschreven in onze gids van Sicily.

    Taormina is een mooi stadje, het uitzicht over de baai van op het plein, 250 meter hoog, lijkt een postkaart, maar hier zitten wij een koffietje te drinken en het is echt. Ook de rekening, 10Euro 10 voor 2 cappuccino‘s! Voortreffelijke service, daar kunnen we niet over klagen, maar toeristen worden behoorlijk uitgebuit. Enfin, zeggen we tegen elkaar , laat de koffie daardoor niet slechter smaken, integendeel. We kuieren rond, genieten van de momenten dat de zon warm schijnt en het dorpje een zomerse aanblik geeft, kopen een ansichtkaartje van de Etna, toen ie uitbarstte in 2002, voor de familie en ik koop een cadeautje voor Jolien en Marieke. Zullen ze blij mee zijn. We laten ons verleiden om een klein typisch keramiekje te kopen als souvenir , een Minerva beeldje en Zeus in terracotta. Kan mooi zijn als we dat plakken op een kader met een foto van deze plek waar het goed toeven is en waar je voelt dat deze plek een verheven oord van beschaving is. Lang geleden maakte Sicilië deel uit van Griekenland, veel Griekse filosofen en twijfelaars zijn geboren en getogen Sicilianen. Dat is niet het eerste waar je aan denkt als je dit eiland komt bezoeken, het eerste waar velen aan denken, en dat heeft weinig met beschaving te maken, is Sicilië als bakermat van de Maffia en de Cosa nostra. ‘Onze Zaak‘ betekent dat laatste en dat is wat de maffia vindt over niet alleen haar praktijken maar ook over haar eigenste eiland. Echt hinder ondervindt je daar niet van, de maffia is ook vooral politiek en die is niet zo geïnteresseerd in het doen en laten van kleine toerist. We gaan s’ middags iets eten in één van de talloze restaurantjes hier waar ‘La Mama‘ ons vriendelijk begroet en uitnodigt. Sam stelt voor dat we 1 bord koud buffet nemen, allerlei gegrilde maar koud geserveerde groenten die er overheerlijk uitzien en 1 pizza Mama Rosa. Goed idee, we proeven en vinden het lekker en eigenlijk een ideale en ook economische formule. De pizza’s zijn hier toch vrij groot. Een lokaal wijntje erbij en we zijn weer zoet van de rest van de dag. Als we terug op de parkeerplaats komen zien we dat die aardig volgelopen is. Italianen vooral, voor een weekendje Sicilië denk ik. Altijd het zelfde ritueel met campers die op een parking rijden; vrouwtje stapt uit en loodst het mannetje in het vehikel, als ie achteruit rijdt, met het handje van ’kom maar en stop ’in het afgemeten plaatsje Eén voor een maken ze bij aankomst een fotootje van die prachtige nog actieve vulkaan, die er vandaag mooi wit besneeuwd bijligt, in rust, en we hopen dat dat blijft zolang we hier staan. Sam is moe van de uitstap en heeft nog behoorlijke pijn in haar kies, die stevig bewerkt werd door de tandarts. Platte rust met de gids van Sicilië, ik schrijf wat bij. Ik maak een broodje van pizzadeeg, dat is een vol broodje gemaakt van het typische deeg dat ze gebruiken om pizza mee te maken, met lekkere bergkaas klaar, maar Sam heeft geen honger. “Neen” zegt ze, ik eet teveel, thuis eet ik maar één keer per dag , ik word daar dik van! Ik laat me het broodje smaken en denk aan de ballans die een lijf in beweging nodig heeft.

     

     

     

    Zondag 6 april, 8 uur

    Ik word wakker met het instrumentaal liedje in mijn hoofd, of themanummer zoals je wil, van Nino Rota uit de soundtrack van The Godfather. Waarschijnlijk omdat er gisteren 2 muzikanten dat kenwijsje speelde op mandoline en gitaar in het zonnetje op de Piazza 9 Aprille, het grote plein midden op de Corso Umberto in Taormina. Zalig, om zo wakker te worden. Het muziekje neuriënd sta ik op en zet koffie om buiten op het terrasje echt wakker te worden. Ik moet plots denken aan de ochtenden die ik telkens ervaar als zeer onnatuurlijk en te druk als ik een driedaags seminar geef in een of ander hotel in een of andere stad in een of ander land. Dat is de wekker zetten om halzeven, snel een douche nemen, pakje aan en naar beneden stappen om met mijn gasten het ontbijt nemen. Meestal ben ik de eerste en kan dan nog wat met een koffietje in m’n eentje wakker worden. Als de deelnemers beneden komen is meestal iedereen al druk en een tikkie te enthousiast om de dag te beginnen, ik incluis. Ik moet me een beetje forceren om zo vroeg al vriendelijk en wakker te groeten. Hier van op mijn terrasje sla ik de gasten gade van de camping, die hier, zij het zonder pak en das aan, ook druk in de weer zijn om van alles te doen aan hun camper en overdreven elkaar op z’n Italiaans te begroeten. Veel te veel enthousiasme en drukte voor een Zondagochtend vind ik. Sam leest in bed in de gids van Sicilië en u kent het scenario ongetwijfeld van vorige ochtenden, ik schrijf in de living aan dit verhaal. In een zijnoot beantwoord ik een paar van de 50 vragen die ik me stel op mijn 50ste , die zijn nog niet voor publicatie vatbaar. Dat verhaal en aanvullingen op dit reisverhaal zijn voor het boekje dat ik wil uitgeven eens we terug in België zijn, na een jaar reizen en schrijven in Europa. Op de cover dit:

     

     

    Een verslag van 1 jaar reizen door Europa

    Home@Europe

    Het idee,

    de voorbereiding,

    50 jaar worden onderweg en 50 antwoorden op moeilijke vraagstukken over leven en welzijn,

    schrijven aan een filmscript “ Almost Happy ”

    en de reis met een camper van 1 jaar door Europa.

    2006-2007-2008

    Marc Van Autreve

    We doen het rustig vandaag op Zondag, een echte Zon dag want het is lekker warm. We koken wat en schrijven en lezen wat, doen de afwas van een paar dagen en ik loop een eindje weg van deze plaats om de Etna van wat dichterbij op plaat te zetten. Het lukt, ik begeef me in een stukje binnenland en raap wat lavastenen, goed als souvenir. De zwarte steen wordt ook gebruikt om allerhande beeldjes uit te houwen die aan de toeristen verkocht worden. Ik hou het liever bij het ruwe spul, recht uit de krater en onbewerkt. Als ik een mooi onbelemmerd zicht heb op de besneeuwde vulkaan, zet ik me even neer en wordt stil van zijn imposante uitstraling. Ik voel me klein bij zo’n mastodont steen, lava , ijs en sneeuw. Het is goed om je klein te voelen, je wordt daar meer dankbaar door, dankbaar om wie je bent,wat je doet en wat je allemaal zomaar krijgt aangeboden. Het is goed om daar bij stil te staan, thuis in de stad lopen we onszelf voorbij en vinden we dat we elke dag ons groter en sterke moeten voordoen dan we zijn. Think big, we are the best, Your dreams, mister customar, are my goals, Yes we can . Hier, aan de voet van deze berg ben je maar een druppel in het geheel. Het Siciliaans landschap, de wijdsheid, de Etna wakkert het beetje filosoof of dichter in ieder van ons aan om dit soort gedachten te gaan koesteren. In de late namiddag lopen we met ons beidjes langs de boulevard, net als tienduizend Italianen dat op Zondag doen. Bezoeken een museum met stenen allerhande, ondermeer de zwarte bommen, zoals ze dit noemen, die de Etna spuugt als ie over de schreef gaat. Ronde zwarte kogels van een halve meter doormeter die in de lucht gekatapulteerd worden en terecht komen op huizen en wegen. We drinken als afsluiter een Spumante op een terrasje bij ondergaande zon. Zo is het goed voor een Zondag.

    Het wordt een mooie dag, roep ik vanochtend, Maandag 7 april, van op het terrasje met rode tafel en stoel naar Sam die nog in bed lig. ‘Elke dag is een mooie dag’ antwoord ze. Dat is zo, alleen al als je het zegt wanneer de dag aanbreekt is hij voor de helft mooi. Een godgeschenk, de rest maak je er zelf van. Mijn buurman staat zich fluitend te douchen in zijn kleine badkamer in zijn camper en de klusjesman van deze camping loopt al met stoffer en blik rond om de restjes op te ruimen van de zoete inval van het weekend. Vaste rituelen. De Italianen, die hier voor het weekend waren, zijn inmiddels terug weg. De Etna ligt er, net als gisteren, rustig bij onder een strakke blauwe hemel. Dat is niet altijd zo, in 1917 spoot hij een 800 meter hoge lavafontein en verwoeste een stuk van Catania, in 1923 weer. Het duurde 18 maanden eer de lavastroom afgekoeld was. De laatste eruptie was in 2001 en de Etna rookt nog steeds en kan ook op elk moment in actie komen. Vandaag niet gis ik. We informeerden ons om de Etna te beklimmen, maar dat is geen doen op dit moment. Een dame was met de Etna-bus meegereden en die is op 2000 meter moeten draaien omwille van sneeuwstorm en een andere toerist was tot op 1500 meter geklommen maar heeft alleen mist , ijs en sneeuw gezien. Boven de grens van 2100 meter groeit er ook niets meer, enkel doornachtige struiken die kunnen wortelen tussen de vulkanische slakken en het puimsteen van de secundaire kraters. Het is te vroeg op het jaar, er ligt nog teveel sneeuw en het weer is daar boven op 3340 meter te onvoorspelbaar. Misschien later een keer, als de zomer helemaal in het land is?

    Dinsdag 8 april

    Voor dag en dauw staat Sam op, wasjes doen vandaag, had ze zichzelf beloofd. Om 9 uur heeft ze een afspraak bij de tandarts in Naxos, dus dan is goed om in de vroegte van de dag de dingen te doen die je wat afleiden. Nu heeft ze er veel tijd voor. Er raast en trein door het landschap, zijn zachte fluittoon wekt me. Dan sta ik ook maar op. Ik neem een bekertje koffie en zet me bij Sam aan het terrastafeltje. Het is een heerlijke mengelmoes van stille ochtendgeluiden. Vogeltjes gebekt met een spelend wijsje, gedempt gezoem van enkele auto’s in de verte, potten en pannen die afgewassen worden door Sam aan het wasbekje op het terras, de rivier die stroomt, een poes die miauwt om wat melk, een Piaggo autootje, een brommer op 3 wielen, volgeladen met dikke gele citroenen rijdt over het weggetje naast de rivier, een zuchtje wind, voetstappen van een vroege wandelaar op de kiezeltjes tussen en de slapende mensen in hun camper. Het licht is ook mooi vanochtend, een wat grote gele grijze wolk hangt boven ons, zou dat regen zijn? Of verdampte sneeuw van de Etna, die op het zuchtje wind afdrijft naar de zee en wat opgelicht wordt door de eerste zwakke stralen van de opkomende zon in het oosten? Zacht licht en zachte geluiden zetten deze dag in en ik zit er middenin wakker te worden. Het is nu exact een jaar geleden dat we onze eerste ervaring opdeden met onze Villa. Gekocht op 4 april in Liege, meteen met spullen ingeladen en de dag nadien vertrokken we voor een weekendje naar Normandië. Daar hadden we afgesproken met Kathleen en Fred, die al enkele jaren ervaring heben met een camper. ‘Kunnen we jullie wegwijs maken in deze fantastische manier van reizen‘, zei Fred. Je leert snel, hoe het met de gas en het water zit. De verwarming en de kleine douche, en het onderhoud van de kist. Ondertussen leven we meer dan 5 maanden in de camper en kennen elk hoekje, elk gevoelig schroefje,hoe je de tafel ombouwt tot extra bed, de beste manier om een douche te nemen in het kleine hokje, hoe je de potten en pannen in de laden steekt en de glazen inpakt zodat ze niet rammelen tijdens het rijden. Hoe je de autocaravan waterpas zet.

    Half negen, het is tijd om naar de pijnbank te gaan. Ik loop mee, dat is altijd prettiger dan alleen te stappen naar een dokter. Neem mijn camera mee voor een kiekje van de patiënt in de tandartsstoel in Sicilië. Als het echte werk begint zoek ik de uitgang van het kabinet, ik heb niet echt een toegevoegde waarde hier. Ik stap rustig naar de camper en open het word document script Almost Happy en maak correcties.

     

    Het duurt wel erg lang bedenk ik me als ik om 12 uur een aperitiefje neem . Het zal een zware ingreep zijn, en dat is ook geweest als Sam om één uur , een beetje bleek van de pijn, komt aangelopen. Ze ziet af, de verdoving is nu aan het uitwerken en dan komt de pijn. Een vissoepje eten is de beste optie want bijten op iets kan niet. Eerst iets drinken zegt ze en ik vul een glaasje Spumanté. In het babbeltje ter opwarming of ter kalmering voor de ingreep zei de dokter tegen Sam dat ie Belgen een aardig volk vond, well educated people. Zijn ouders hebben een B&B in Taormina, en ze ontmoeten graag Belgen als gast. Met de Italianen scheelt er veel in Italië, voegde hij eraan toe. Er is de chaos, het niet gestructureerd werken, het onsociale karakter van Italianen en de ongelijkheid in het land tussen arm en rijk, en natuurlijk de oneerlijkheid, zeg maar corruptie die hier welig tiert. Hij is duidelijk niet blij met zijn landgenoten en twijfelt of dat de verkiezingen van eind deze maand daar een verschil in zullen brengen. We lopen naar de boulevard en zetten ons in het eerste overdekt restaurantje op het strand neer met zicht op de grijze zee. Taormina ligt in een zweem van witte wolken op de helling en de kleur van de zee versmelt in de grijze kleur van de wolken die er boven hangen. Een vreemde dag. Een vissoepje en een pizza, porvavor, ondanks de pijn in de kies smaakt het het soepje wel. De vissoep zit vol diverse soorten verse vis en de pizza is een pizza pomodore, met eens uit de oven, beladen met schijfjes ham, Italiaanse kaas en ruccola salade. Na de lunch gaan we naar huis want wandelen zit er niet in. Sam wil wat rusten en dat doe ik samen met haar. Als je in het drukke leven zou staan zou je ook niet gaan werken met zo’n pijn zegt Sam, ik geef haar een Perdolan en ze valt in slaap. Als we wakker worden nog een Perdolannetje en een kopje Rosa di bosco, de vorige editie Belgische Rozenbottel is intussen op, dus het worden Italiaanse rozenbotteltjes van Pompadour. Sam valt terug in slaap.

    De lucht is even grijs als daarstraks, de zon kan er niet door en zelfs de enorme mastodont van een Etna ligt helemaal verborgen voor verwonderde blikken, in de mist, alsof hij er niet staat. Ik open mijn computer en schrijf wat verder aan de dialogen.

     

    Er komen 3 campers , als het ware in colonne, aangereden op de camping. Een Duitser en twee Nederlanders. De uitbater loodst hen, zwaar gesticulerend, hun parkeer plaatsje in . Het is me wat om deze zware vehikels geparkeerd te krijgen. Vooruit, een beetje schuin achteruit, weer vooruit, wielen recht ,SiSi, inrijden en ‘Basta’, roept hij. Dan is het keggen leggen, de grotere hebben dat automatisch als je de motor stil legt, de anderen moeten ze handmatig leggen en erop rijden om het vehikel mooi parallel te plaatsen met de grond zodat je water van de douche recht in het afloopje loopt.

    Dan stapt het mannetje uit, steekt de electriciteitskabel in de stekker en even later stappen mannetje en vrouwtje, arm in arm, rond de camping, in dit geval een parkeerplaats, om het plekkie voor één nacht of meerdere nachten te verkennen en de buren kort te groeten. Mannen gaan dan in hun eentje, als de vrouw eten maakt, op zoek naar de sanitaire voorzieningen op de camping. Waar lozen we onze kaka en het afvalwater straks en waar kunnen we drinkwater bijtanken? Grappig is het, als ik er zo naar zit te kijken hier van op het rode stoeltje op het terrasje naast onze Villa.

    Onze buurman zit naar de Duitse televisie te kijken, Duitsers kijken enkel naar , Die, oder Der Deutsche Rundfunk, iets anders verstaan ze niet, ik hoor het geblaf tot op ons terrasje en een Hollander komt aangelopen met een emmertje afvalwater dat ie dumpt in de loosput. Met een zwierige zwaai loopt hij terug met z’n emmertje naar z’n camper. Iets verder zit een koppel in hun woonwagen naar TV te kijken, stoeltjes naar binnen gedraaid en alle Tl-licht is aan, ongezelliger kan het niet. Een ander leven is het wel, hier homeless op de parking. Thuis zouden wij wellicht ook al voor de buis hangen. Bij gebrek aan buis in onze camper, lezen we veel en neem ik de tijd om gedachten op te schrijven. Zo is het goed, ik mis hem niet, de buis, af en toe een mooie film, dat wel, maar dat kan ook op DVD op de pc, dus het is best zo. Geen ellende van de wereld over me heen, geen oeverloze onzinnige reclame voor alles en nog wat, waar je niet om vraagt, enkel de stilte van de avond in het platte land van Sicilië, doorbroken door het getokkel van de toetsen op mijn klavier.

     

     

    Woensdag 9 april,

    Of ik een rozenbotteltje met honing wil zetten , vraagt Sam vanochtend om halfzeven. Ze heeft bijna niet geslapen van de pijn in haar kies. Het perdolannetje was uitgewerkt, ze staat verschillende keren op, neemt nog een medicijn maar kan de slaap niet vatten. Heb ik er ook nog een blaasontsteking bij, zegt ze kwaad op zichzelf. Moet ik naar de dokter of misschien dat de apotheker zo ook wel antibiotica geeft? Ze is er erg aan toe, ziet bleek , is moe en heeft pijn. Waarschijnlijk was ze al verzwakt van die stevige verkoudheid en het griepje van de voorbije week. Daar heeft de antibiotica breed spectrum uit onze reisapotheek wel geholpen. Het was mijn tandarts die me dat voorschreef toen ik net voor ons vertrek een check liet doen, altijd goed om hebben zei ze, slimme meid. Blaas ontsteking, hoe zeg je dat in het Italiaans? Sam leest als afleiding in het reisboek Sicilië en bereidt de week voor wanneer Eric en Tessa komen. Het worden onze gasten en we willen ze ook verwennen. Eén weekje blijven ze ,dus moeten we wat bezienswaardigheden in kaart brengen.

     

     


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    09-04-2008, 09:36 geschreven door marc vanautreve  
    04-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.greatings from Sicily,

    Groeten uit Sicilië,

    Het heeft even geduurd voor we weer online konden, maar nu, in Giardini Naxos, aan de voet van de Etna in Sicilië, is het eindelijk gelukt.

    Intussen heeft u ook onze Paasgroeten van op het Sint Pietersplein in Rome gemist.

    Het worden dus vijgen na Pasen.

    Het hele verhaal, van 11 maart, toen nog in Frankrijk, even later in Italië en vandaag in Sicilië vindt u op onze blog.

    www.bloggen.be/almosthappy.

    Veel leesplezier.

    Marc en Sam

     

     

    11 maart, Luc-en-Diois, op de grens van de Alpes-De-Haute-Provence en de Drôme,

    Het regent, en we vragen ons en beetje af wat we hier eigenlijk staan te doen. Buiten is het 6 graden en het klettert. Hoe we hier terecht komen en waarom, daar is natuurlijk een uitleg voor. Omdat we nog wat herstellingen dienden te laten doen aan ons vehikel zijn we Noordwaarts gereden naar de fabriek van Chausson, dat is het merk van onze camper. Een Duitser, ergens onderweg, die wat onbeschoft in ons deurgat kwam hangen omdat hij ook met hetzelfde merk, maar een ouder model camper, reed en die wilde weten of we blij waren met onze keuze , had ons verteld dat, als we iets moesten laten herstellen, we best naar de fabriek reden iets onder Lyon, omdat , volgens hem, de doorsnee dealer meestal geen stock heeft van onderdelen. We hebben zijn raad opgevolgd en zijn daardoor van Aigues-Mortes via Arles, Orange, Montélimar en Valence naar Tournon-sur-Rhone gereden. Het is een lang verhaal maar we zijn er uiteindelijk goed gediend geweest en onze garage poort is nu gemaakt, de douche herstelt- hoewel die door de verdeler in Liege helemaal niet goed geplaatst was en daardoor een scheur had gemaakt in de vloer en we dus bij terug keer een volledige nieuwe douche kunnen cleamen- het raam rond het bovenvenster, dat trilde, is terug geplakt, de greenbox is vervangen want het rubber er rond bleek niet goed te zitten waardoor hij bij het rijden verschoof, de tafel waarvan 2 klemmetjes afgebroken waren is nu herstelt en een plankje in de boekenkast in de slaapkamer, hangt ook weer terug vast. We hebben een hele dag mogen wachten op de herstelling maar de aanpak van de klantendienst was uitermate professioneel. Dank U Chausson. Tournon, waar de fabriek gelegen is, is een mooi stadje in de Ardeche, prachtig gelegen langs de Rhone. Vandaag ligt het een beetje troosteloos te wachten op de lente.

    Dus nu zijn we met een quasi helemaal gerenoveerde Camper op weg naar Grasse, een stopplaats die Sam graag wilde meenemen omwille van de stad die bekent staat als de Parfumstad van Frankrijk. Daarna zullen we richting Italië rijden en in San Remo, ma en pa Van Autreve tegenkomen die er op rondreis zijn . Daar kijk ik naar uit, om mijn ma en pa tegen te komen. Ik hoop tegen dan dat de zon weelderig schijnen zal want nu is het grijs en grauw, dat hebben we in België ook. Eergisteravond zijn we gestopt op een Relais des Routiers omdat ik te moe was om in het donker met aanhoudende regen verder te rijden. Daar stonden we met ons 3,5 tonnertje tussen de reuzen van de weg, Vrachtwagens met opleggers van 30 TON. Naar hun zeggen, in het restaurant des Routiers, waar we kennis maakte met ‘ Les Routiers, en het dag menu namen aan 12 euro, tout compris, konden we nergens veiliger slapen dan tussen hun vrachtwagens. De laatste gaan om 1 uur slapen en de eerste, dat zijn ‘die van het convoi exceptionel‘, zijn al om halvier aan het verterekken, dus er is altijd beweging. We zijn nu, na Valencia, waar we de inbraak hebben gehad, al een dag of 14 aan het dolen, zo voelen we het aan, en verlangen naar een zonnige plaats waar we weer, wat langer dan 1 nacht, op adem kunnen komen. Met een camper rond reizen is mooi als je maar buiten kan komen en buiten kan leven, maar dat hebben we sinds enge tijd niet meer kunnen doen. Sam wordt er lastig van en ik evenzeer. Niet goed voor de moraal. Ik die dacht, van de verhaaltjes, dat het ’in het Zuiden’ altijd mooi weer was, kom bedrogen uit. Guy, mijn collega die op de Canarische eilanden woont, mailde ons eerder al dat we de boot hadden moeten nemen in Cadiz en naar hen hadden moeten komen, altijd 25 graden en zon! Maar natuurlijk willen we iets meer dan alleen maar schoon weer. We zijn telkens in de wolken over hoe verscheiden dit land is en vaak idyllisch plaatsjes heeft waar het ons inziens goed is om leven. Ook hier in de bergen, de uitlopers van de Alpen, rijden we via de D111, dorpjes in en uit die zo mooi zijn gelegen en waar de tijd even is blijven stil staan. Charmant, idyllisch en schoon. Vanavond slapen we op een dorpspleintje, recht tegen over het gemeentehuis. De bar-restaurant-tabak, de enige hier in dit dorp, net voor de Col de Cabre, Luc-en-Diois, - je kan zo de Mont Ventoux zien liggen- sluit er om acht uur en het is er verder stil. Dat is mooi.

    Even ook vermelden dat we een beetje schrikken van de prijzen hier in Frankrijk. Gisteren betaalden we 8 euro voor een koffietje en een wit wijntje in een hotelletje waar we internet connectie hadden. De prijs van de diesel is opgelopen tot 1 euro 29. Volgens de radio een recordprijs, never seen before. We vrezen een beetje als we één keer terug in België zijn het daar van het zelfde pak een laken is. Het leven dat duur is. En wat in Italië straks, zullen we met ons budget toekomen? Volgens de Lonely Planet, Europe on a Shoestring moet je in Italië 60 a 100 Euro per dag rekenen per persoon? Eten, reizen, slapen en een gemiddeld museumbezoek en drankjes veronderstellen we. Als we dat vergelijken met Portugal: 25 a 30 Euro, Spanje en Frankrijk ;40 a 50 Euro en België 35 a 40 Euro dagbudget per persoon..

    In Zweden rekent de Lonely Planet 75 euro/D/P voor. Denemarken 50 Euro,Finland 35 a 50 en Noorwegen 40 Euro.

    We zitten dus in één van de duurste landen van Europa.

    Dat merkten we later als we in Italië zijn, we tanken daar Diesel aan 1 Euro 39! Een hap in het budget.

    Woensdag 12 maart, Le soliele brille en Antibes

    Hebben vandaag een hele dag gereden tot in Antibes,zo’n 300 km, van de ene col in de andere. Mooie panorama’s scheren aan ons voorbij, of andersom wij rijden van vergezichten , cols en bergflanken panorama’s in en weer uit. 9 Uur vertrokken en om 5 uur , nadat we in Grasse, het wereldcentrum van de parfum, geen camperplaats vonden zijn we doorgereden tot Cannes, dat veel te druk was en verder tot in Antibes. Allebei moe maar blij dat we terug aan zee waren met een azuurblauwe hemel . Vroeg naar bed morgen, even nog een zwemmetje in het zwembad van deze 4* camping en dan door naar Italië.

    13 maart, we ontbijten buiten en herleven. Dit is een plek om lief te hebben. Het leven is mooi als de zon schijnt. We trekken Oostwaarts richting Italië over Nice, waar we niet kunnen stoppen, via Monaco, waar we eveneens niet kunnen parkeren nog stoppen met ons vehikel. Later lezen we dat ze hier op nog geen 2km2 km met z’n 33000 op elkaar gehokt zitten. We rijden verder naar Monton , het laatste dorpje net voor Italië waar we eveneens niet welkom zijn met onze camper, zelfs om even te parkeren, er is overal een verbod en dus rijden we maar noodgedwongen over de grens. Aan de grenspost nemen een laatste stop aan een Bar-Tabac, de echte Franse om alsnog de enige echte Franse Ricard te degusteren voor we vaarwel zeggen aan Frankrijk en Italië binnen rijden. De zon schijnt overdadig als we camping Villagio del Fiori in San Remo binnen rijden. Op de eerste rij staan we hier,magnifieke seeview maar we schrikken als we de rekening gepresenteerd krijgen, 37 EURO per nacht ? Zoveel hebben we nog nooit betaald voor een plekje aan zee op een camping. En het is laagseizoen, in de zomer, die volgens de Italianen al aanbreekt op 20 maart, betaal je hier 58 euro per nacht!!. We schrikken ons een hoedje. Schandalig, ik zelf maak me de bedenking dat deze prijzen echt wel overdreven zijn. De Zwitsers die naast ons staan zeggen dat er hier in de buurt van San Remo in Liguria verder geen Campings zijn die nu al open zijn, dus we hebben niet veel keuze. We zouden mijn ouders hier verrassen in San Remo terwijl ze op vakantie zijn. De prijs van de diesel hier in Italië is inmiddels opgelopen tot 1 Euro 30/L , waar gaat dat naar toe? De laatste keer als we tankten, dat is nog helemaal niet lang geleden betaalden we 95 euro voor een bak diesel! Hoe zal het zijn als we één keer terug in België zijn? Het is een beetje beangstigend, de graanprijzen die gestegen zijn, dus de pasta zal hier ook wel duur zijn, de diesel, een plaatsje op een camping van 6 bij 4m, een uur internetverbinding , dat is 5 euro meneer! Zullen de lonen stijgen of worden we met z’n allen, de werkende klasse, armer? Als je niet langer bereid bent die dure prijzen te betalen, zit er dan niets anders op dan bvb zelf een zaak te beginnen, laten betalen ipv zelf te betalen? Er komen donkere wolken aandrijven en het wordt kil. Shit, we moeten naar binnen. We hadden beiden zo gehoopt op de lente en een plek waar we even konden uitblazen na al dat gerij van de laatste 2 weken. Sam gaat in bed, het is amper kwart na zeven , buiten is het al donker en kil. We hebben een dagbudget berekent en daar kunnen en mogen we niet boven komen, maar zoals Italië zich vandaag op de eerste dag aandient vrezen we dat dat niet verder haalbaar blijft. We zijn tenslotte een jaar op reis zonder inkomen! Elke Euro is gespaard en er komt quasi niets binnen de eerstkomende zeven maanden. Ik wil die negatieve gedachten verdrijven, Sam is ook een beetje aangeslagen, wat moeten we doen? Ik kijk uit over de azuurkust die er donker bijligt, een beetje opgelicht door de straatlantaarns van de baai en de halve maan. Zullen we een avondje DVD kijken en er ons verder niet te druk over maken en ons wijs maken dat we wel zien, dat we wel zien?

    s’ Morgens, 14 maart, worden we wakker van het geruis van de zee en een steeds blauwer wordende lucht. Het is 15,5 C° buiten en lekker om koffie te drinken op ons koninklijk terras aan zee. Er varen met regelmaat grote en heel grote jachten voorbij die aanzetten om in Monaco aan te meren. Sjiek volk denk ik.

    Sam studeert de geschiedenis en aardrijkskunde van Europa en dicteert enkele cijfers met betrekking tot onze reis. Zo weten we dat Frankrijk 555.000 km2 groot is en 60 miljoen inwoners heeft en dat de gemiddelde bevolkingsdichtheid ongeveer 100 inwoners per km2 is. Vandaar dat hier zoveel ruimte is en files, naast de steden, bijna niet bestaan. In België zitten we met 330 per km2 op elkaar en we zijn met ongeveer 11 miljoen Belgen op een lapje grond dat amper 30 .000 km2 klein is. Niet moeilijk dat je er permanent stilstaat op de wegen .

    We zijn in Frankrijk aangekomen op de eerste dag van onze reis op 15 oktober en we zijn in 8 dagen langs de kust gereden naar Noord Spanje.

    Spanje: Buenos Dias of Ola, zeggen ze, een verkorte versie van goedendag. In het Zuiden zeggen ze Astaluego, tot ziens en in het Noorden; Adios. Spanje is 500.000 km2 groot, 40 miljoen inwoners, 80 inwoners/km2 We hebben zijn 13 dagen in Noord Spanje verbleven. Van 23 oktober tot 4 november en in Portugal, aangekomen op 4 november en verbleven tot 9 december, 36 dagen. Obrigado zeggen de mannen en Obrigada,de vrouwen als ze je bedanken. Van Noord Portugal naar de Algarve gereden en in Andalucia, Zuid Spanje, aangekomen op 9 december en gebleven tot 5 maart. Dat zijn 12 weken lang. We hebben de werken van beroemde Spanjaarden zoals Salvator Dali, Miro, Picasso en Gaudi gezien en bewondert. Het land van Fado en de ontdekkingsreizigers zoals: Bartholomeu Diaz, die als eerste een zeeroute naar Azië vond en Vasco da Gama die deze route doortrok tot Indië. We hebben in dit grootste olijfolie producerende land ter wereld 88 dagen verbleven en telden miljoenen olijfbomen. Op 5 maart rijden we Frankrijk terug in en reizen tot 13 maart, 9 dagen, van de Camarque naar de Drôme, iets onder Lyon, over de Alpes des Hautes Provence en de Alpes Maritiem via Cannes en Monaco naar Italië.

    Monaco is slechts 1,81 km2 groot telt 33.000 inwoners dat zijn er 18232 per km2 en daardoor de hoogste bevolkingsdichtheid ter wereld. We zijn door Monaco gereden in 20 minuten en hebben er geen parkeerplaats gevonden. . Dat is nog niet echt de kleinste staat van Europa want dat is Vaticaanstad ( Stato della Citta del Vaticaans ) met slechts 890 inwoners de kleinste ter wereld.

    Italië rijden we binnen op 13 maart binnen langs de Via Aurelia , de kustweg aangelegd door de Romeinen in 241 voor Christus en die vroeger van Arles ( Frankrijk ) nu van Ventimiglia, het eerste dorpje in Italië tot in Rome loopt. Vandaar het gezegde ‘alle wegen leiden naar Rome’. Hier in Italië zullen we 31 dagen hebben om in Sicilië te belanden. In Sicilia, het eiland van Don Vito Corleoné, uit de Godfather en de rechter Giovanni Falcone van wie we weten dat hij in 1991 door de Cosa Nostra vermoord werd, verwelkomen we Eric en Tessa, de winnaars van onze tombola op onze afscheidsfuif. Italië voor de liefhebbers van facts and figures is 300.000 km2 groot en 1300 km lang. Het wordt goed doorrijden geloof ik. De Italianen leven met z’n 57 miljoen op deze grote laars en de gemiddelde bevolkingsdichtheid is ongeveer 200 inwoners per km2. Sam is terug van een broodje halen. Ze is 3 uur op pad geweest. Ik heb ondertussen 3 uur gelezen en geschreven aan mijn script. Het was zalig om even terug rustig alleen te zijn met alleen maar de zee als decor, een zonnetje en het boek. Sam maakt een spaghetti op basis van Tomaat, ui , look en Tonijn. Siciliaans naar ik smaak en we drinken er veel rode vino de la casa bij die we nog gekocht hadden in Frankrijk. We worden allebei lichtjes dronken. Om halfvijf kijken we naar het eerste deel van The Gotfather op DVD in bed. Buiten is het ondertussen toch donkerder en kouder geworden. Het is maar voorjaar aan La riviera Ligure, de westelijke côte Azur van Italië. Ik schrik om negen uur wakker. De computer is uitgevallen, de batterij is leeg en wij twee zijn in slaap gevallen. Buiten is het nu alsof het middernacht is. We hebben nieuwe buren en ik zie dat de vader en de moeder samen de fietsen op het fietsenrek terug zetten. Dochter lief is binnen al TV aan het kijken, moe van het fietsen naar het stadje en moe van veel te veel pizza en cola. Doet me denken aan toen, toen ik nog getrouwd was. Veel dingen doe je samen dan. Vandaag is dat anders, ik kook, zij wast af. Ik doe dingen aan de buitenkant van de camper, garage laden, greenbox ledigen, camper poetsen, rijden, zij de binnendienst, voornamelijk de afwas en af en toe poetsen. Anders dan vroeger toen mijn vrouw en ik onze kinderen groot brachten. Het is een mooi beeld van een gezinnetje, een mama en een papa en een dochter die ergens op vakantie aankomen, dochter wil meteen gaan fietsen, ontdekken, en dan het gezinnetje dat samen terug thuiskomt. Vader en moeder doen wat nodig is en dochter lief gaat naar bed. Dan zitten moeder en vader samen nog even buiten, samen een glaasje drinken en samen gaan slapen. Morgen een nieuwe dag vol avontuur samen , in dit geval met z’n drietjes. Sam slaapt verder, ik rook een sigaretje op ons terras en drink een borreltje Jack, als slaapmutsje voor ik definitief de nacht inga. Kraak de fles Jack Daniels van anderhalve liter, die ik kocht aan de grens met Italië, had ik nooit eerder gezien. Ben ontregelt, ik voel het, een beetje de kluts kwijt. Dag en nacht komen wat samen in hier in San Remo.

     

    15 maart, we zijn precies 5 maanden op vakantie.

    Straks gaan we samen wat eten met mijn ouders hier in San Remo. Ik ben blij dat ik ze kan zien maar ook blij dat ze samen nog op reis gaan. Vader is intussen 77, op 21 april wordt hij 78 en mijn moeder 73, flink van hen. Want reizen, ze zijn met de bus gekomen, is toch altijd een beetje vermoeiend. Ze doen het maar en ze doen het samen, dat is enig. We eten vanmiddag wat in de stad maar zijn totaal verkeerd bezig. We bestellen een stukje vis en een stukje vlees. Als de dienster onze schotel brengt , er ligt alleen een stukje vis en vlees op het bord, vraagt ze of we er pasta bij willen. Natuurlijk willen we dat. Die komt pas aanrukken natuurlijk als die 100 gram Escaloppe in witte wijnsaus en de portie gegrilde vis al verorbert zijn. Hier in Italië eet je eerst antipasto, diverse rauwe of in zuur ingelegde groenten en vleeswaren, daarna een primo die bestaat uit een pasta of rijstschotel met of zonder saus en dan de secondo plato, het vlees of de vis, eventueel aangevuld met een Contorno, groenten of salade. We wisten het wel maar waren het even vergeten omdat we zo’n honger hadden. Gelukkig dat ze brood serveren bij de secondo plato die wij eerst genomen hadden, 2 mandjes vol. De bus heeft wat vertraging sms’t mijn vader. We staan wat te schilderen op de busparking hier in San Remo net voor het majestueuze casino. Het is niet echt warm en de zon laat het vandaag afweten, maar na een halfuurtje komen ze aangereden. Het is een blij weerzien. Ma en pa zien er zeer goed uit en dat maakt me blij. We wisselen wat verhalen, stappen het oude centrum in, ontdekken de groene lanen, flaneren over de Corso Imperatrice onder de palmbomen die uit de Canarische eilanden ingevoerd werden en drinken een kopje koffie op een terrasje. De tijd gaat te snel voorbij, om halfzes moeten ze al terug aan de opstapplaats zijn om terug naar hun hotel te rijden. We hebben een heerlijke middag doorgebracht en nemen hartelijk afscheid. Het zal pas september zijn als we, bij leven en welzijn, elkaar terug zien in België. Lieve kussen ma en pa.

    Zondag, 16 maart, we pakken onze biezen hier op deze peperdure camping en rijden naar Genova. Het is een vermoeiende tocht via de ‘via Aurelia‘. Een kleine smalle lange straat die door dorpen en steden slingert, naar boven in de bergjes en dan weer langs de kust van Ventimiglia tot in Rome. ‘s Middags verlekkeren we ons op ‘ Een pizza’, even twijfelden we nog of we hier in Genua niet de Pasta Pesto zouden proeven. Die groene saus op basis van basilicum, pijnboompitten, knoflook, schapenkaas en olijfolie, die komt nl. van hier, maar Sam droomt al van in Spanje van P i z z a, dus dat besluit stond al vast. In de bergen met een prachtig ver zeezicht parkeren we ons op de camping Genova Est midden in het groen van Bogliasco want morgen willen we doorrijden naar Portofino. Ik betreur het een beetje dat we quasi genoodzaakt worden om op campings de nacht door te brengen. Italië heeft ook niet de reputatie om een veilig land te zijn. Sam heeft nog behoorlijk schrik. We betalen hier 20 euro om op een weitje te staan. Veel is er niet aan , het is veilig of we hebben het gevoel hier veilig te staan voor inbrekers en ander crapuul die onze verdere reis behoorlijk zouden verknoeien. Op de kilometerstand lees ik dat we nu 9293 km hebben gereden sinds we op 15 oktober vertrokken.

    Rapallo,

    We zijn genoodzaakt om in dit dorp, aan de ingang van de péage!, op een camping ons vehikel te plaatsen omdat we met onze camper Portofino niet in kunnen. Breedte Max 2m30, ik zet me aan de kant voor het bord en meet 2m50. Bovendien informeren we ons en blijkt dat in dit idyllisch stadje geen camping. Dus terug langs de smalle steegjes , opletten voor de honderden Vespas die voor na en langs onze camper rijden. Zonder blozen zegt de dame aan de receptie van de camping, 23 Euro 50 per nacht. Daarvoor hebben we een stukje grint, internet staat aangegeven als beschikbaar maar die werkt nog niet, het zwembad is afgedekt en de toiletten zijn van die franse bakelieten bakken in de grond in een ruimte waar je je kont niet kunt keren en als je doorspoelt is je broek nat. 23,5 Euro alsjeblief. Italië is duur. De diesel die we takten op 28 februari betaalden we 1,106 per liter, hier en nu tanken we voor eenzelfde hoeveelheid 1,379. In Porto betaalden we 1 euro voor een Port, in Valentia betaalden we 1,5 euro voor een drankje en hier 4,5, dat is 3 maal de prijs. We overschrijden schromelijk ons dagbudget. We hebben het gevoel dat je hier in Noord Italië permanent in de zak wordt gezet. Als we ‘s morgens een douche willen nemen blijkt dat je een beurten kaartje nodig hebt. Er is niemand op het receptie te zien, dus geen douche vanochtend.

    Dinsdag 18 maart, Portofino.

    We voelen ons nu echte toeristen, zeker als we de boot van Rapallo naar Portofino namen en opgescheept zaten met een bus vol gepensioneerde Oostenrijkers die onder begeleiding van hun grijze gids elk een kaartje kregen en bij aankomst in een troepje stonden te luisteren naar wat de gids allemaal te vertellen had over de Ligurische kust en de idyllische haventjes hier. Het is mooi, de kleuren van de huizen de beschilderingen op de gevels en de pittoreske haventjes en pleintjes. We kijken vandaag wel uit dat we geen 5 euro voor een glaasje wijn op een terrasje betalen. Natuurlijk hangen de prijzen van de consummatie nergens op, je moet de kaart vragen om te weten hoeveel ze je gaan afzetten. Het valt mee. De kust is hier prachtig, als je in de buurt bent moet je hier absoluut tijd nemen om je een te voelen met de schoonheid. Als je hier op de hellingen woont met het prachtige panorama ben je een beetje gelukkiger dan elders ter wereld.

    De Italianen zijn wel erg druk, staan overal fout geparkeerd in de smalle straatjes, rijden onrustig en de in de stadjes is er veel lawaai van auto’s en duizenden Vespas. Als voetganger moet je eisend met je hand in de lucht over het zebrapad lopen anders rijden ze je gewoon omver. Misschien voelen we het zo aan omdat we van een wijds Spanje komen en dat de gemiddelde Spanjaard of Portugees toch wat rustiger van aard is. “Pronto“, hoor je overal, de mobiele telefoon loopt overal met Italianen rond. Italianen praten veel en met veel woorden, we denken dat ze hier supergoedkoop kunnen bellen want iedereen belt altijd en overal. We halen onze propere was terug op in de wasserij die we vanochtend hier na toe sleurden. ‘Hier lopen de Accountmanager en de Consultant te zeulen met twee Marokkanenzakken, een beetje als zigeuners door het centrum van Rapallo’ zeggen we tegen elkaar.

    Als we terug aankomen op de camping heeft de buurman onze elektriciteitskabel uitgetrokken. Ik klop aan en die boer zegt dat het zijn kabel is. Ik maak van mijn neus en we worden behandeld als onmensen. Hoe kunnen wij nu weten dat de verlengkabel die van de elektriciteitsmast vertrekt, niet de kabel is van de camping! Als we hier aankwamen was er niemand om ons te vertellen hoe het werkt. We vragen een kaart om te douchen en blijkbaar kost een douche van 4 minuten, hij valt automatisch uit, 60 cent, ook de elektriciteit is 2euro per dag extra. Ik discussieer met de dame over de Non-service en dat ik de douche niet betaal. Eerst zegt men ons , All in, maar we krijgen geen douchekaart en elektriciteit is ook niet inbegrepen. It is written here, zegt ze op een onvriendelijke toon terwijl ze me niet aankijkt. We zijn beiden boos en vooral ontzet door de manier waarop men hier gasten behandeld. We maken reclame voor de mooie plaatsen op onze reis maar deze camping Miraflores, via Savanga, 10 in Rapallo (GE) wil ik absoluut afraden. Je wordt er bedonderd.

    Woensdag 19 maart.

    We zetten onze tocht verder naar het Zuiden, op weg naar Sicilië, maar met regelmatige stops op mooie plekjes.

    We rijden door de Carrara streek, bekend van zijn Marmergroeven, naar Viareggio, dat badstadje stelt niet zo veel voor, hoewel in de gids 3 sterretjes, zien we eerder een druk lelijk doodgewoon Italiaans stadje met smalle straatjes. De campings gelegen in het groen, wat verder op, zijn dicht. De scheven toren van Pisa rijden we rechts voorbij, snel een fotootje, misschien morgen een stop. We willen overnachten op een rustig plekje en vinden een service-point* aan zee in Marina di Pisa. Een verlaten en vergeten, niet echt toeristisch dorpje aan zee maar de desolaatheid heeft wel iets. Er is 1 hotelletje en we vragen ons af wie er hier nu komt logeren. Kunnen we natuurlijk net zo goed onszelf afvragen wat wij hier komen doen? We eten een olijfbroodje met lekkere Italiaanse ham als onze buurman zijn groepje** opzet. Een vreselijk geluid doorboort de stilte van Marina di Pisa. ‘Dégoutant’ zegt Sam, onze Camper isoleert niets. Wij zouden zo’n goedkoop onding niet echt willen, het stinkt en je maakt je buren er niet gelukkig mee. Als we even onze reis tot nog toe in Italië evalueren hebben we nog niet echt dat Italië-gevoel. De ‘Bonjorno en Ciao bella’ van vrolijke mooie vrijgevochten jongemannen met wit glimmende tanden, Armani brilletjes en dito pakken, de vriendelijkheid en de gastvrijheid van de ‘ La Mama’s’ moeten we nog tegenkomen. Misschien morgen.

    * service point is een plaats waar je als camper parkeren kan mits betaling (soms gratis) en gebruik kan maken van watertoevoer en een loosput om je afvalwater container te ledigen.

    **groepje : dat is generator op benzine die je batterij oplaadt.

    Donderdag 20 maart, 1 dag voor de lente aanbreekt en waarschijnlijk zitten ze in België koffie te drinken op zonnige terrasjes. Hier, in Marina di Pisa, is het vanochtend 5°C buiten, er waait een koude wind om de oren en vannacht regende het. Ik probeerde mezelf terug in slaap te wiegen met het liedje ,‘zachtjes tikt de regen op het zolderraam, het ritme van de eenzaamheid’ van Rob De Nijs, maar ik werd telkens opgeschrikt door windstoten die in het beschermhoes van de fietsen blies, ‘en maar gieten buiten.‘ Wat doen we? We liepen in een T-shirtje een maand geleden in Cordoba bij 28 graden, dat was februari! Doorrijden naar het Zuiden, is het daar warmer? Of toch Lucca, Firence, Sienna en Rome bezoeken, of houden we dat voor een andere keer? We hadden het zo graag wat warmer gehad. De idee van een dagje of twee aan zee lekker buiten wat koken en te genieten van het landschap. Ik moet ook nodig wat opruimwerk aan de garage verrichten maar als de wind zo waait is dat niet ideaal. Ook een stad bezoeken bij donker grijs weer is lang niet zo fijn als dat de zon de stad kleurt.

    Sam loopt naar een hotelletje, hier niet zo ver vandaan, om de meteo te checken op het internet. Ik neem een douche en zie in de spiegel dat ik vrij zware wallen onder de ogen heb. Hoe kan dat nu , op vakantie zijn en er zo gehavend uitzien? Het bruin van de Spaanse zon is helemaal verbleekt. We zijn allebei moe van de slapeloze nacht, hebben kou en zijn teleurgesteld. Het weer mag natuurlijk geen spelbreker zijn, maar toch, als je met een camper weg bent is het ‘buiten kunnen leven’ vooral plezierig, binnen zit je maar wat te lezen of te schrijven , te eten of te slapen, veel bewegingsruimte heb je niet.

    Marieke heeft een paar keer gebeld via skype gisteren zie ik op mijn telefoon. Jammer dat ik hem niet bij had als we een korte wandeling maakte. Zal de gsm dan toch maar, tegen mijn zin in, meenemen als we op pad zijn. ‘Ja’, op vakantie heb ik zoiets van ‘er kan niets dringend zijn’ dus ik wil niet de slaaf zijn van een toestelletje dat belt als je er niet om gevraagd heb. Nu , als Marieke belt, wil ik natuurlijk wel bereikbaar zijn. Ze is haar laatste dagen stage aan het doen in Costa Rica en wil natuurlijk eens even geen Spaans spreken en met haar vader het wel en wee delen. Het is intussen half twaalf en Sam is nog steeds niet terug. Wat doet ze zolang hier in dit quasi lege dorp? Internet neemt natuurlijk wat tijd in beslag maar ik denk dat ze het ook heel traag doet. En natuurlijk, ik ken haar, zit ze ergens in een barretje een koffietje te drinken. Doet ze graag, barretjes bezoeken, koffie bestellen en om zich heen kijken. Als ze terug is vertelt ze de laatste nieuwtjes van De Morgen Online.

    Hugo Claus is gisteren overleden. We zijn allebei fan van Claus, een beetje triest. Live go’s on natuurlijk en we plannen onze verdere tocht. Morgen Lucca, en als we geen camping vinden of een veilig plaatsje om de nacht door te brengen rijden we verder naar Firenze, Florence voor de Nederlanders. We rijden een paar kilometers en vinden een perfecte parkeerplaats, speciaal aangelegd voor Campers, plaats voor 24 uur. Net genoeg voor ons. Alleen het is een halve graad buiten, lente! Als we even in het mooie stadje zijn begint het te regenen. Lucca , ik ken het van een prachtige warme zomer een paar jaar geleden en was in de wolken. Nu ligt het er op de eerste lentedag maar triest bij. We lopen wat rond, eten iets in een gezellig restaurantje, dat we aanbevolen kregen door Trotter, een goed reisboek, en voelen ons, door het warme onthaal en de gezellige sfeer, al een beetje in Toscane, Italia, maar verder moeten we gaan schuilen voor de regen. Om 5 uur zijn we terug, nat als verzopen hondjes, in de camper en zijn een beetje triest. Sam leest al over het Zonnige Sicilië in bed, ‘Toscane het hoeft niet meer voor mij’ zegt ze. Ik lees wat en overweeg The Gothfather deel 2 te zien die begint in een zonovergoten zinderend landschap in Sicilië. Naast ons staat een camper met een ouderpaar, 2 kinderen en de grootouders. We prijzen ons gelukkig dat wij maar met z’n tweetjes in de camper opgesloten zitten. Dit is geen weer, dit is niet leuk. Morgen gaan we naar het zuiden.

     

    Zaterdag 22 maart.

    We vertrekken vroeg in de ochtend, 9 uur zijn we aan het bollen. We nemen de snelweg naar Firenze, dat we niet gaan bezoeken aangezien het erg slecht weer is en onze focus ligt op Rome, daar willen op paaszondag zijn en de Paus horen en zien zeggen op het Sint Pietersplein, Bidank voor die bloemèn. We weten het wel dat waren de legendarische Vlaamse woorden van de vorige Poolse paus. Paus Ratsinger zal het wel iets Vlaamser met Duitse tongval kunnen. Voorbij Firenze slaan we af , San Polo in Chianti. We cruisen als het ware door het heuvelachtige Toscane in de Chianti vallei. Mooi, als ware het waarschijnlijk zoveel mooier geweest als de zon zou schijnen, het is 7 graden buiten en te koud om enkele dorpjes te bezoeken. Het wordt even uitstappen , wat fotootjes nemen en weer terug binnen. We zetten ons op een mooie helling en lunchen binnen maar met schoon zicht. Natuurlijk willen we ook niet te veel tijd verliezen want we willen naar Rome. Dus even later zijn we weer aan het rijden. We nemen de autostrade in Sienna en rijden tot half acht als we Rome naderen. Een grote stad met een lange GRA, Grande Racordo Annularé, een grote périphérique er rond. We vragen de weg naar een parking voor Campers, die stond vermeld in de campergids, en worden wandelen gestuurd voor een kleine 30 km verder. Hier staan we nu , met zo’n duizend campers denken we, opeengestapeld. Het is naast een parkeerplaats ook een bergingsplaats voor campers en boten van de stedelingen van Rome. Het lijkt een vreemd dorp vol chaos. Niets romance, niets vriendelijkheid, niets mooi en vooral drassig. Dit is grof geld verdienen; 18 euro voor een parkeerplaats van 24 uur. We zijn al anders en beter tegen gekomen op onze reis. Waar zijn we beland en wat komen ze hier met z’n allen doen? Maar we staan, we zijn moe en met de trein morgen zijn we op een halfuurtje in the Capital of Italy; ROMA.

    s’ Morgens is er al een lekkere drukte tussen de honderden camperwagens die met ons mooi in , nu mooi!, in een rijtje staan. We zien veel mensen , gezinnetjes met kinderen, uit de woonwagens naar buiten komen. We zijn hier allemaal voor hetzelfde vermoed ik. Op paaszondag naar het Sint Pietersplein. Waarschijnlijk is het, zoals bij de Moslims en Mekka voor de christenen een must om eens in je leven in Rome geweest te zijn als de paus zijn zegen geeft aan de wereld.

    “Urbi et Orbi“, we waren erbij, in de kletsende regen. Maar het gaf wel een fijn gevoel om met honderdduizenden , Benidictus XVI zijn paasmis bij te wonen. Het werd wel iets te hevig, we waren doornat van de regenbuien en de onweders die uitgerekend nu , over het Sint Pietersplein in Rome, waar we met honderdduizenden toeristen stonden, losbarsten. Het gaf me een slecht gevoel, zoiets van misschien is God wel boos op ons, om wat we met de wereld doen en vooral elkaar aandoen. De vredigheid op dit plein en de goedaardigheid die deze paus toch uitstraalt lieten dat beeld varen. We zijn gevlucht, tijdens de mis en dus iets voor 12 uur wanneer hij zijn zegen geeft; “Voor de stad en de wereld“, naar een restaurantje even voorbij het Vaticaan. Zoals we vermoedden werden we zoals alle toeristen behandeld als geld beugels die leeg moesten worden gemaakt. We voelden ook aan de trieste blikken van de mensen in dit restaurant dat er iets niet OK was. We zaten wel droog en warmer dan buiten waar het stortregende en waaide, en dat was nodig, als 2 natte konijnen, met een geel plastieken jasje over zich maar nat van onder tot boven. Schoenen die zeiknat zijn waarin je voeten die ook nat zijn schuiven. Straks zij we alle twee ziek. De service in deze toko was archie slecht. Het begon al met de introductie; ‘Do you want cola , aqua or white or red wine’ for drink. Ik zeg Red wine en als de juffrouw met een fles aankomt lopen vraag ik of dat dat de huiswijn is die op de kaart staat. ‘No, but these is very good’ zegt ze met een fles rood in haar handen van 22 euro. Ik zeg neen en wijs de huiswijn aan, dat beviel haar natuurlijk niet. Sam bestelt Penne en ik Canneloni en het voer werd lauw geserveerd, we sturen de arrogante opdienster terug naar de keuken, ze komt met een blik van ‘wie denkt u wel dat u bent’ terug met het bord pasta dat opgewarmd werd in de microgolf. We eten en rekenen af maar betalen de service, 4Euro 50, op het bonnetje niet. Die hebben we niet gekregen zeg ik , naar het voorbeeld van enkele Vlaamse laatstejaars studentes die hun grieven ook kenbaar maakten als ze afrekenden, zij het op een licht arrogante manier. Ik herkende Marieke in de juffrouwen die zich niet lieten bedotten door dit soort afzetterij. We verdwalen nog wat in de stad met z’n harmonieuze en ongedwongen mengeling van bouwstijlen uit het verleden. Overblijfselen uit de oudheid, de middeleeuwse gebouwen , renaissancepaleizen en barrok kerken, maar hebben het koud en zijn doornat. We hebben onze sokken al uitgetrokken maar we moeten terug willen we morgen niet ziek zijn. Lekker thuis komen zeggen we tegen elkaar. De Parkingplaats heeft iets marginaals, zo met z’n allen op elkaar, maar de mensen zijn het niet. Iedereen hangt zijn natte was buiten en ook weer binnen want het begint, ….alweer te onweren. Hagelballen storten neer op onze camper en ik kan je vertellen dat dat een hels lawaai maakt. We zitten droog en warm, goed zo. Het weer voelt aan als een beperking en daar houden we natuurlijk niet van. Je kan wel zeggen , we gaan ervoor en laten ons niet leiden door een buitje, maar als je voeten als zompen in je schoenen voelen en je tot op het bot nat en klammig bent, is dat niet aangenaam. Op de TV in de metro horen we dat de regen uitzonderlijk is voor de tijd van het jaar in Roma, maar daar hebben we natuurlijk niet veel aan. Morgen …….. dat zullen we morgen vroeg beslissen, of terug naar Roma voor een uitgebreidere citytrip of verder naar “Het Zuiden” waar hopelijk de zon met ons is?

     

    Rome, Maandag 24 maart

    “Het beste moet nog komen“, daar sussen we ons mee want ook vanochtend regent het en het is koud. We verlaten Rome met z’n 2,5 miljoen inwoners, nemen afscheid van Piazza di San Pietro in Vaticaanstad, die de kleinste soevereine staat ter wereld is en die sinds 1929 door Mussolini aan de Paus werd geschonken. We wuiven nog eens naar de Zwitserse wachten die even bewegingsloos en statisch als gisteren de wacht houden voor de toegang tot het koninkrijk van Benedictus XVI en zijn kardinalen. We zien een laatste glimp van de obelisk die nog door de Romeinse Emperor Caligula van Heliopolis, in het oude Egypte, naar het Sint Pietersplein gezeuld werd en die nu statig in het midden van dit prachtige 17e eeuws plein staat, een pontificaal plein ontworpen door Benini.

     

     

     

     

     

    “ Weet je nog wel die avond in de regen, het was pas kwart over zeven“…… en we zaten zo gezellig in de Camper op de parking bij de Carabinieri van een god vergeten verzopen dorpje ergens rond Rome.” Ja, dat was niet onze eerste keuze, maar de aanhoudende regen, het donkerder worden en daardoor heel gevaarlijk rijden op de smalle weg langs de zee, leidde ons tot deze plek. Buiten 5°c, dit is niet normaal, het is een hondenweer. We besluiten om hier, onder de veilige vleugels van een politiekantoor, de nacht door te brengen. We zijn vanmiddag vertrokken , langs de zeelijn, naar het zuiden maar we schoten niet goed op. We stoppen om 2 uur langs de weg, omdat we honger hebben, bij een restaurantje dat een paasmenu aanbiedt. Dat is wat veel voor ons als lunch, als we straks nog moeten verder rijden, zeggen we, en de commerciële dienster met zakelijk instinkt biedt ons hetzelfde menu aan voor 1 persoon “en je eet er met 2 van“, zegt ze. We gaan in op haar goede voorstel en het bevalt ons. We zijn niet echt onderste boven van dit paasmenu, waarvoor je toch 40 euro neertelt per persoon, wijn niet inbegrepen en geen dessert, maar bedenken ons dat we natuurlijk als 2 verwende gastronomen hier in een klein dorpje aan zee zitten. Op een rijtje, wat serveren ze op Paasmaandag , wat kregen we en hoe zouden we het zelf verfijnder maken?

     

    Pasqua 2008

    Venere in Bikini

    Plateu di Venere, Misto di Antipasta della Casa:

    Een mooi koud schoteltje inktvis pulpa, versierd met kleine tomaatjes, worteltjes, snippers sla en olijven in olijfolie, schijfje gegrilde aubergine.

    Wij zouden de worteltjes vers raspen en de gegrilde aubergine warm serveren.

    Gnocchetty alla Venere con Vongole Veraci, gamberoni e Pachino

    Gnochi met 1 stukje vis, appelblokje, roze garnaal, pancheta ham en walnootjes

    Een goede combinatie maar beter met Oostendse grijze garnalen, meer okkernoot of beter nog enkele pijnboompitjes. Warme appelschijfjes ipv blokjes

    Cannelloni Fantasia di Mare con Ragu di pesce

    Vers gemaakte ravioli gevuld met vispastij, in olijfolie en Vongolé.( mosseltjes)

    Fritto Ghiotto

    Verdurine, Paranza, almaar, Gamberetti

    Gefrituurde calamar, gamba en een visje

    In België zouden we geen vis frituren, hier houden ze ervan blijkbaar

    Gamberoni Arrosto

    Insalat Mista & Patatine

    Een wit visje ( 50 gram) in eigen vocht en olijfolie gestoofd in papillot, aluminiumfolie , met schijfje aardappel, citroen en zongedroogde tomaatjes, groene gekookte spinazie en gele en rode opgelegde paprika.

    Dat was het lekkerste.

    50 Gram vis was wat weinig, een groene asperge erbij voor presentatie en smaak zou beter zijn.

    In België zouden we op z’n minst een kopje koffie voor die prijs inbegrepen serveren en een suggestie doen voor de wijn en voor een lekker dessert.

    Menu 40 Euro, bevande escluse

    Huiswijn 6 euro voor een ½ liter

    Aqua con gaz 2 euro

    Op zich was dit paasmenu niet slecht, het serveren kon eleganter, we hebben mes en vork moeten houden voor alle gangen en voor die prijs had het fijner gemogen. We klagen niet, laat ons wel wezen, maar besluiten samen dat ‘ De Italiaanse keuken’ toch ook niet overal en altijd “Je van Het is” hier althans, in een visrestaurantje in een dorpje aan zee op zo’n 50 km voorbij Rome.

    Voldaan rijden we verder richting Napoli.

    Marina Aequa, Seiano di Sorrento

    Woensdag 26 maart, kwart over zeven.

    Ik word wakker door de stevige draai die Sam in bed neemt. Daar kan je in een camper niets aan doen. Je maakt elkaar wakker, omdat het bed niet prinselijk groot is, en als er eentje naar het toilet moet is het over elkaar heen kruipen. Ik lig wakker om kwart over zes en formuleer zonder dat ik het wil zinnen in mijn hoofd om de tocht van Rome naar Napoli te beschrijven. Ik kan het niet stoppen, die veelheid aan zinnen en gedachten die me overmeesteren. Soms ben ik boos op mezelf omdat ik eigenlijk nog wat wil slapen, zeker na de laatste dagen met verstoorde nachtrust. Toch sta ik maar op, trek mijn truitje aan en mijn koksbroek. Die geruite koksbroek kochten we in Valentia in een boetiekje voor professionele keukenkleding, Sam een schort en ik een koksvest en broek, beiden met een bijpassende muts. Die broek is op reis mijn ochtend broek. Lekker los om je heen en makkelijk aan en uit. Het is geen zicht voor de eventuele omstaanders, als ik even naar buiten loop voor een sigaretje, maar op dit uur van de dag is er niet zoveel vol. Sinds gisteren is het sigaretje een Fortuna geworden ( 3,5 Euro), omdat mijn laatste Camels uit Spanje, aan 2,5 Euro, op zijn. De camping waarop we staan is een appelsienenboomgaard, opzich mooi en goed gelegen, ver weg van het gevaarlijke Napoli. In elke gids staat geschreven dat je in hier deze stad absoluut moet opletten voor inbraak en diefstal. Hier kunnen we met de trein naar de ongelooflijk grote en ook oude stad Napoli. En het gevoel dat wat je achterlaat, onze camper, met alle wel en wee dat we mee hebben, veilig staat is veel waard. Het regent zachtjes maar ik denk dat het beter weer gaat worden. Mag ook wel, na zeg maar een maand dat we op de dool zijn en konstant moeten schuilen voor de regen en de koude. Vandaag wat bijkomen, opruim, een uitstapje naar Sorrento op de heuvels hierboven en morgen , als het OK is, naar de oude authentieke inmens grote havenstad Napoli.

    Hier op deze Camping geraken was niet zo simpel. We zijn een lange weg gereden tot het eerste stadje Pozzuol, net voor Naploli. Wegen met gaten, regen, veel verkeer en smalle straten. We stopten in het centrum dat gevaarlijk aanvoelde, allerlei vreemd volk dat ergens op een hoek staat te staan of te hangen en naar ons keken als waren wij een prooi. Ik parkeer me, blijf in de auto zitten, we willen de camper hier vooral geen moment alleen laten, en Sam gaat op zoek naar het toerische informatiekantoor. Zoals eerder bleek, zie je dan wel een peiltje staan maar je kan er niet geraken met je camper als je dat kantoortje al zou vinden.. Enfin , om een lang verhaal kort te maken na een halfuur heeft ze het kantoor gevonden maar het blijkt om 4 uur al dicht te zijn. Hier blijven is geen optie , in de verschillende gidsen die we hebben is geen sprake van een camping. Voorbij de stad wel , maar het wordt donker, en dan is het moeilijk om een plek te vinden die en slecht aangeduid is en doorgaans verscholen ligt, zoals de meeste campings rond een stad. Ik ben snipverkouden, nog van onze Paasmis op het Sint Pietersplein in de regen, en het is lastig rijden met het niezen, hoesten en proesten. We nemen dan toch maar de ringweg rond Napoli ,zoeken in de wir war van wegen de autostrada E3 en rijden een dik halfuur, de weg scherp in het oog houdend en alle naamplaatjes observerend naar de afslag Castellammare di Stabia richting Sorrento. 3 Tunnels verder en een brug over en dan scherp naar rechts beneden en zo belanden we in Marina Aequa en vinden de Camping Villaggio Turistico Azurro. Omschreven in de gids als niet ver van zee, toch een driehonderd meter naar beneden lopen bemerken we, en ideaal om ontdekkingstochten te doen in deze provincie Campania. Als het goed is willen we Pompeï, de Vezuvius en Napels aandoen. Voor een boottocht naar het eiland Capri, wat hier niet zo ver vandaan ligt, zijn we te vroeg . De veerboten beginnen pas te varen in April zegt de dame van een barretje hier, het enige. We doen een kleine wandeling in het donker naar het dorpje Marina Aequa dat beneden aan zee ingesloten tussen rotsen en kliffen. Het is klein, lieflijk en absoluut verlaten. Het regent weer. In de camper drinken we een borrel om op adem te komen en om de kaap van 10.000 km die we vandaag overschreden te vieren. Sam gaat vroeg naar bed, ze voelt zich wat koortsig, heb haar waarschijnlijk besmet. Ik had me voorgenomen om deel 2 van the Gothfather uit te kijken. Een beetje het Siciliaans landschap ontdekken en Corleone zien, een dorpje dat midden op het eiland ligt, waar een stuk van de Paramount picture van Francis Ford Coppola gedraaid werd.

    S’Morgens, regent het en het blijft regenen voor de rest van de dag. Sam is ziek, wil in bed blijven. Ik zet een rozebotteltje met honing voor haar en herhaal dat een paar keer. Ik schrijf wat en stoof een kippenfiletje in een salsa sausje met rijst. Sam blijft bij Rozebottel en slapen. Ze heeft koorts. Niets beter dan in bed blijven en rusten. Ik maak een wandelingetje naar beneden het dorpje maar daar is niets in beweging. Naar boven, dat is snel een halfuurtje stappen naar een klein dorpje waar omzeggens ook niets open is. Het ligt er verlaten bij. Ik stap het 5 sterren hotel, het enige hier, op de top van de heuvel gelegen, binnen en vraag of ik iets kan drinken in de bar, ik ben intussen doornat, maar de bar is ‘unfortunately not ready, only the terras‘, en dat ligt er in de regen nat en triestig bij. Wel een mooie view ……. als het mooi weer zou zijn. Maar dat is het niet, het blijft regenen. Het www.GrandHotelAngiolieri.it heeft een prachtige view, de grijze lucht versmelt er in de grijze zee en van op het terras zie ik onze camper in de groene appelsienenboomgaard. Sam is intussen een ietsepietsie beter maar wil nog in bed blijven. Wat triestig hier, wat doen we hier, waar moeten we naartoe? We lezen, schrijven, slapen, en babbelen wat over de tijd van voor we elkaar kenden, drinken rode wijn en roze bottel thee om het een beetje te vergeten. Ik ga om halfzeven op zoek naar een pizzeria beneden in het haventje, maar daar blijkt het seizoen pas te beginnen vanaf 1 april. Alles is dicht. Het restaurant van een verwaarloosd hotelletje is open maar het ziet er zo’n ongezellige boel uit, met z’n azuurblauwe lamellen voor de ramen met uitzicht op een donkere trieste zee, en bovendien als ik vraag of ze pizza serveren zegt hij ongeneerd, we are an restaurant sire. Ik bedank hem en we maken wat overschotjes warm in de camper zodat Sam toch wat op krachten komt. Jolientje belt op. Ze is volop in de weer met haar eindwerk. Ze klinkt vrolijk, hoewel ze nu al een paar weken goed door aan het werken is. Ze geniet er wel van. Straks op 17 juni moet ze haar werk presenteren aan de jury. Of ik wil duimen ? Natuurlijk, lieve schat, zal ik duimen, ik noteer het meteen in mijn gsm. Ze heeft ook goed nieuws gekregen vanochtend, zegt ze, van de school in Maastricht. Daar wil ze in de hoge school voor kunsten, decorbouw gaan volgen. Zal ik het wel kunnen vraagt ze? Ze mag haar toelatingsproef doen op 28 mei en ze is wat zenuwachtig. Ik vertel haar dat ze niet mag twijfelen aan zichzelf, ze heeft talent, is gedreven en decor en kleding ontwerpen en allerlei creatiefs is haar niet vreemd. Ze voelt zich al wat meer zeker nu, zegt ze me. Ik wil nog van alles vragen maar mijn gsm valt uit, mijn belkrediet is op. Dat gaat snel in het buitenland. We zullen onze conversatie verder zetten via mail. Ik vind het wel wat lastig nu, dat ik niet thuis ben. Er moeten, eens dat ze daar in Maastricht mag beginnen ,wat dingen geregeld worden, zoals een laptop kopen met tekenprogramma‘s en een kot zoeken, dat deed ik ook samen met Marieke toen zij in Antwerpen naar Herman Teirlinck ging. We zien wel, misschien kan ik van op afstand wel wat regelen voor haar. Kleine meid wordt groot. Jolien is intussen 19 jaar , ik zie haar soms nog als het kleine appelsientje, als papa natuurlijk, maar ze kan best haar mannetje staan in deze grote wereld.

    Donderdag 27 maart

    s’Ochtends ploffen er enkele appelsienen van de bomen in de boomgaard op de grond, niet van rijpheid vermoed ik maar van rottigheid. Vogels fluiten maar ik bemerk weinig vreugde in hun zang. Het regent weeral en nog altijd. Sam voelt zich nog helemaal niet lekker. ‘Deze ziekte duurt drie dagen denk ik’ zegt ze. Ik zet rozebotteltee met honing en aan dit tempo zullen we snel door de voorraad bottel zitten. We bespreken de verschillende opties: blijven en wachten tot het ophoud met regenen? Napoli bezoeken? met dit weer en in de toestand waarin zij zich bevind is geen optie. We hebben dat natte avontuur gehad in Rome, of doorrijden tot een plek waar het warmer is en de zo schijnt? We nemen de kaart en kijken hoever, welke weg we willen nemen en besluiten om door te rijden. Ik loop nog even naar beneden voor een pakje Fortuna of Italiaanse MS Bonde, halweg begint het te stortregenen, ik ben in een mum doornat. Wat een kloteweer. Ik heb Marieke aan de telefoon die haar laatste dag stage doet in Costa Rica, van haar hoor ik dat er een halve meter sneeuw gevallen is met pasen in Belgie. Grappig dat ik dat nieuws van ‘thuis’ hoor via de andere kant van de wereld in Costa Rica. Als ik haar vertel van de plannen van Jolien is ze blij om dat te horen en zegt ze meteen , da ga ik mee met mijn zus naar Nederland. We babbelen nog wat bij en zijn elke keer blij om elkaar te horen.

    We vertrekken, niet in één teug richting Reggio De Calabria, waar we de boot zullen nemen naar Sicilië, maar een stukje schoonheid van de Golf van Napoli meenemen en via Positano, langs de golf di Solerno naar Salerno rijden om daar de autostrade naar het Zuiden op te rijden. Onze eerste 30 kilometers zijn schoon om rijden, we zien via deze bergweg langs de kust prachtige vergezichten over schitterende baaien. Wat schoner weer zou meegenomen zijn maar goed, we rijden. Als we Positano naderen staat er een agent die ons rechtsomkeer aanbeveeld, of beter, ons terug stuurt van waar we komen. Er blijkt wat te doen te zijn en bussen ,vrachtwagens en campers kunnen niet door. Dat is jammer omdat dat betekent dat we inderdaad de hele kustweg terug moeten, 30 kilometer, omdat er eenvoudig weg geen andere weg is langs deze berg. Positano zien we even van in de verte en bij die indruk van witte kubusvormige huisjes in Moorse stijl van dit kleine vissersdorp, en de groene tuinen die terrasvormig naar de zee afdalen, moeten we het doen. Dit dorpje is het enige dorpje ter wereld dat gebouwd is langs vertikale as, een beetje Paul Klee stijl. Vroeger was Positano zeer geliefd bij kunstenaars en intellectuelen. Picasso, Cocteau evenals Steinbeck en de liefhebbers van het ‘ dolce vita’ ontmoette elkaar in de buca di Bacco hier in Positano.

    Dus wij terug, het wordt, eens we op de autostrade zijn, een lange weg door bergmassieven met besneeuwde toppen in het Parc Nationale del Pollino en landschappen vol olijf- en fruitbomen in verse groene tinten. Sam wil Pizza eten en we zien een bordje met reclame voor een pizzeria. We slaan af en ik denk dat we z’n 300 meter stijgen langs een klein en nat weggetje. Jezus, voor een pizza. Terug of verder? We rijden door want we hebben honger. We hebben nog nergens ter wereld zo gezocht naar een pizzeria als in het land waar ze die hebben uitgevonden. Het wordt een helse tocht en wat blijkt, de toko is gesloten. Dan maar een broodje ham en kaas en weer verder. Sam legt zich wat in bed, het gaat haar niet zo goed af, een snotneus, gewrichtenpijn en mottig. Zo‘n ziekte duurt natuurlijk drie dagen, dat had ze aangekondigd. Het blijft regen, alsof die ons achtervolgt. In het smalste stuk van Italië gaan we in Sibari van de autostrade af en rijden naar de andere kant van Italië, Golfo di Corigliano. Daar is, volgens onze gids, de mooiste camping van Zuid Italië gelegen met … een heel jaar door een aangenaam klimaat. De camping is effectief zeer mooi gelegen aan de Golf met prachtige dennenbomen die zorgen voor schaduw in de zomer, de prijs is 11 euro, all in, wat goedkoop is voor een 4**** camping maar we staan nog niet echt stil en ….het begint te regenen. Het is gelukkig maar een buitje. We horen alras als het echt donker en stil wordt weer het zacht ruisen van de zee op de achtergrond.

    We maken ons de bedenking dat prijzen soms zomaar prijzen zijn die gevraagd en gegeven worden. Vraag en aanbod natuurlijk. In Rome betaalden we 18 Euro voor een plekje op een echte afschuwelijke parking, geen faciliteiten, groffe behandeling, geen comfort, niets en hier, mooi aangelegd, warme douches, wasplaats met strijkijzer, zicht op zee, groen en een zwembad, elektriciteit en water aan de camper , 11 Euro all inclusive. Het is maar, waar je als zakenman een plek hebt, waar mensen moeten komen omwille van geen andere keuze die maakt dat je als uitbater kan vragen wat je wil aan die “stomme toeristen” en ze ook zo behandeld. Niet netjes en erg arrogant.

    Enfin, we zijn blij met deze prettige verrassing hier in Corigliano Calabro* , misschien nog wat zon hier en het kan al niet meer stuk, dat je depri wordt van het regenweer, dat is iets voor België, toch niet in Zuid Italië! .Onze gasten Eric en Tessa komen pas 2de helft april aan in Cartania, dus we hebben nog wat tijd.

     

    * Camping Il Salice

    C/da Ricota grande

    I-87060 Corigliano Calabro (CS)

    Tel 0039 0983851 169

    Mocht je ooit zover willen rijden en/of als je even wil kennis maken vindt je informatie op

    www.salicevacanze.it

    Het lijkt wel of we echte campingliefhebbers geworden zijn. Dat is natuurlijk niet zo want nu, nu er niet te veel volk is, kan het nog, maar ik maak me sterk, als hier in de zomer ze met z’n 500 vakantiegangershuisjes en tentjes op elkaar gepakt staan, Duitsers en Nederlanders inbegrepen, dat het echt niet zo’n leuke boel is. Wij voelen ons veiliger hier dan zeg maar ergens op straat en dat maakt dat we hier staan. De mensen met paasvakantie hier maken er het beste van. Weliswaar dik aangeleed en met goede stapschoenen wandelen ze langs het strand door het zand. Er staat een stevige bries maar het zonnetje komt af en toe door de wolken. ‘Geen gezeur’ zegt de opa tegen de kinderen, we gaan wandelen, we zijn hier niet om binnen te zitten. We staan mooi met ons vehikel geparkeerd, zicht op het zeetje, een vrij grote baai en langs een jonge mimosaboom die een poging doet om te bloeien. Sam is nog steeds niet aan de betere hand. Ze zeurt wat als een klein meisje, waarschijnlijk de koorts. Ik doe mijn best om lief te zijn maar ik heb het wel wat moeilijk met dat aanhoudend gezeur. Ik kook, doe de afwas, ga winkelen en op alles is er wel iets aan te merken. Hèhè. Onze buurman, een Duitser, zegt me dat er een winkeltje iets verder op is. Ik loop er naartoe en dat iets verder blijkt toch al snel 3 km te zijn. Een grootwarenhuis in de middle of nowhere met alles wat een mens nodig heeft . Ik koop wat spullen om iets te koken, een apotheker is er helaas niet. In de verste verte niet,dat is jammer want Sam kan wel iets anders dan Dafalgan gebruiken. Als ik buiten kom, regent het pijpenstelen. Ik wacht even en besluit toch maar om verder te gaan, Sam zal wel een beetje ongerust zijn, ik ken haar. Ik steek, op weg naar de camping, mijn duim omhoog en een Italiaan stopt. Uit medelijden vermoed ik en hij zet me af aan de ingang. Het is me toch een beetje een vreemde plaats hier, ik babbel wat met de duitser maar die zegt dat het hier al 14 dagen slecht weer is. Er lopen wat wilde, verlaten honden rond hier, die aan elke camper staan te bedelen voor eten. Lieve honden wel, niets agressiefs, ze dollen wat met elkaar na de lunch die ze vinden. Eentje heeft onze voorkeur, ik benoem hem Pukkie en kam zijn haren wat hij plezierig lijkt te vinden. Even blijft ie nog en als zijn eten op is, is hij weer weg. Het blijven zwerfhonden natuurlijk, wel met een smoeltje dat je niet zomaar koud laat. Waarschijnlijk verlaten en op zoek naar een nieuw baasje dat voor hem wil zorgen. Het is het een kwakkelweer, dan schijnt de zon plots en dan weer regen. De wind is een konstante waardoor Sam niet echt buiten kan lopen, wind doet niet zo goed als je sinussen vol zitten en je aanhoudend moet niezen. We blijven maar wat staan , dat is het beste voor haar. Kan ze rusten. We eten de gegrilde gamba’s maar die zouden beter smaken als we ze buiten konden grillen. Het is niet zo, helaas. Ik voel me een beetje zoals die zwerfhonden die lopen ook maar wat rond in de hoop iets beter tegen te komen, net als wij. Sam gaat terug naar bed en ik, ja… ik doe maar wat, bekijk de foto‘s nog eens van toen we 28 graden hadden in Cordoba en schrijf wat verder aan het 50 vragen interview voor het boek “ Almost Happy, 1 jaar op reis door Europa.

    Zondag 30 maart

    Dichter bij zee kan je niet staan, op zoek naar een plek zijn we gisteravond hier tussen de Capo Coloma en de Capo Rizzuto beland in Isola di Capo Rizzuto, aan de zool van Italië, na een ritje van 350 km. Aanvankelijk hebben we 2 campings gezocht, hier aan de Golf di Squillace, onder Crotone, die in ons boek stonden vermeld, maar die verlaten en leeg waren, de laatste half afgebroken en iets te eng voor Sam om de nacht er door te brengen. We zijn iets gaan eten in een restaurant dat ‘Aperto’ was , dat is niet evident, pizza-restaurants zat , overal, maar de meeste zijn gesloten. In ristorante ‘ De zeven torens ‘ helaas geen pizza, de oven was nog niet warm, maar we werden er zo vroeg als enige klant en als koningen behandeld. Om 8 uur, stappen we, voldaan van de pasta Vongolé, Sam met een stukje vis en ik met escaloppe in witte wijn en citroen, dat alles vergezeld van een liter rode wijn van deze streek Calibrië, op, en gaan naar onze camper die op de grote parking staat en vallen we beiden ter plaatse in slaap. ‘s Morgens om halfzeven zijn we ook weer wakker. Een prachtige view over de zee van deze kaap en een weelderige zon. We rijden toch maar terug naar de verlaten camping omdat het daar zo enig was, rust, uitgestrekte view en stilte, en worden om zeven uur, net als we ons parkeren begroet door een aardige man in een kleine Fiat panda. Hij blijkt de eigenaar te zijn en hij vind het best als we hier blijven. De camping is alleen tijdens de maanden julie en augustus open zegt ie, maar geen probleem als jullie blijven. Dichter bij de zee kunnen we niet staan. Als op een eiland, niets, niemand alleen de zee, de krekels, de zon en wij midden in de natuur. s’ Middags komt er wel een auto aangereden, een papa en zoon die komen vissen, even later komen er nog wat wandelaars aanzetten. We zitten en genieten. Ik maak een lekkere pasta saus met de kleine overheerlijke zoete tomaatjes die we onderweg kochten van een vriendelijk dametje die haar schattig Piaggio autootje ( een ape 50 pianale e furore ) volgestouwd had met fruit en groenten van eigen tuin. Het wordt een pommodore pur sang sausje. We nemen onze tijd om in alle vrede en vreugde buiten te tafelen. s’ Avonds nemen we nog een borreltje onder een zee van sterren. Hier is het pikkedonker en ik zie duizenden sterren. Veel meer dan thuis, komt door dat we op een kaap zitten, geen lichtvervuiling en je kan hier de zee rondom het schiereiland bewonderen.

    Omdat we vroeg gaan slapen, zowat als de kippen als het donker wordt, zijn we ook vroeg wakker. Rond vijf uur draai ik al rond in het bed en kwart voor zeven loop ik een eindje langs de branding. Ongelooflijk mooi en rustig, ik hou ervan hier, in alle stilte en rust, wat met mezelf te lopen. Het is 31 maart en ik zie aan het klokje van mijn pc dat het zomertijd is geworden. Het is nu kwart over acht, dus al bij al niet zo vroeg. Sam staat ook op want we vandaag moeten we naar de tandarts. Er is gisteren een vulling losgekomen van een hoektand. Vervelend is het wel, maar beter meteen laten herstellen. In Crotone, dat is het dichtbijgelegen stadje met iets of wat betekenis, zal wel een tandarts een praktijk hebben hopen we. Natacha, een collega van Sam is intussen op de hoogte gebracht van welke ingreep er dient te worden gedaan aan Sam haar hoektand. Als die man ons niet begrijpt trekt hij de tand misschien en dat wil Sam niet. Natacha spreekt vloeiend Italiaans, dat is altijd handig om iets uit te leggen in de taal van de tandarts. Als het nodig is bellen we haar en verteld zij vanuit Belgie aan de telefoon wat Sam het liefst heeft dat hier gebeurt in Zuid Italie met haar gebroken tand.

    Crotone city is niet lief voor campers, of anders, de Zuid Italianen hier parkeren hun auto’s overal en zeer slecht en vaak dubbel, driedubbel, vooral fout, waar ze ook maar kunnen. De politie heeft ons goed geholpen om toch een uitweg te vinden uit de straat waar 6 auto’s de weg blokkeerden. Dan maar een parking zoeken en Sam alleen op stap naar een apotheker en de tandarts. Ik hou de wacht. Er zijn natuurlijker prettigere dingen dan op een parking ons vehikel bewaken tegen diefstal of inbraak. We kunnen het gewoon niet meer anders, elke stad is een gevarenzone. Ik observeer de Italianen die hier hun auto parkeren en voorbijwandelen. Een grote zware SL 500 sport zet zich naast onze Chausson en de chauffeur klapt het portier dicht en drukt met zijn vinger op het slot. Geen sleutel meer, enkel een vingerafdruk sluit en opent zijn auto. Goed gevonden van Mercedes. De tandarts heeft enkel zitting op vrijdag in dit stadje dus rijden we door. We volgen de weg langs de Golfo di Squillace en genieten van de soberheid en op sommige plekken de desolaatheid van dit op Toscane lijkend landschap maar dan aan zee. Ook in Schotland zag ik eerder dit rustig golvend groene landschap omringt door de oceaan. We zoeken, nog altijd, een pizzeria en ook deze keer hebben we geen geluk. Ristorante signore, pizza enkel na 8 uur s’avonds. Dan maar het dagmenu die ons tegenviel. Vreemd zeggen we tegen elkaar , de Italiaanse keuken is naast de pasta, in vele vormen, niet zo spectaculair. We betalen wel gemiddeld 35 a 45 Euro voor een primo en secondo piatta en een fles wijn, dus goedkoop is het niet echt maar we hebben het gevoel niet echt voor dat geld waarde te krijgen. We zijn natuurlijk in België verwend, we kunnen alle ingrediënten kopen, we kunnen het allemaal zelf maken en eten overal in elk restaurant goed tot uitstekend. We besluiten van enkele dagen niet uit te gaan eten en met het geld dat we dan uitsparen eens een betere toko te zoeken. We stoppen in Isca Marina, iets voorbij Soverato en zullen hier, aan zee, letterlijk op het strand de nacht doorbrengen. Hier zie je de zon s’ morgens opkomen maar ze niet in zee ondergaan, dat is de andere kant van het land. Hier op het smalste deel van de wreef van de bot van Italië zeg maar, zijn we amper 30 km verwijderd van de westelijke ka

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-04-2008, 17:03 geschreven door marc vanautreve  
    11-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Laatste dagen in Spanje en op weg naar Italië via Frankrijk

     

    Figueres, 5 maart. We lopen voor dat we vertrekken nog even naar het stadje. Figueres is niet zo groot, een 30000 tal inwoners, een mooie Rambla, een kleinere versie van de Ramblas in Barcelonië, designwinkeltjes in de voetgangersstraten en natuurlijk de commercie rond het museum. We hadden graag een poster met de prachtige kop van Dali op gekocht , Sam wil nieuwe make up kopen aangezien die allemaal verdwenen was bij de inbraak en ik liep gisteren een exclusieve lederwaren versus design-kofferwinkel binnen met ontwerpen van Dali en was betoverd door een mooi valiesje in leer dat ik zag staan. Exclusief ontwerp van Salvador, wel sjiek natuurlijk. Ik meet of mijn pc erin kan en jawel, ik ben verkocht. We lunchen een laatste keer in Spanje, menu del Dia, en zijn aangenaam verrast door het aanbod. Sam eet Mejilones, mosseltjes als voorgerecht , Zarzuela, ik kies voor de Melon con Chamon, meloen met ham, en de Carne a la plancha, gegrild vlees op lei gebakken. We zijn in Catalunia en kiezen als toetje de crème Catalan. Nog een koffietje en we vertrekken om halvier naar Frankrijk. Intussen hebben we nu sinds ons vertrek vanuit Antwerpen tot hier 7915km gereden. Toen we op 23 oktober 2007 Spanje binnen kwamen in Donastia San Sebastian in het noorden hadden we slechts 1800 km gereden. Inclusief Portugal langs de kust en de tour van Spanje langs haar platjas hebben we in totaal 6115 km gereden .

    Als we de Pyreneeën over zijn belanden we in het plaatsje Argelès sur-Mer. Sam informeert bij de Infodienst, dat is stilaan een gewoonte geworden, en men stelt ons een uitstekende plaats voor om te overnachten. We parkeren ons in de Camping Municipal, alleen voor Campers, en genieten , weliswaar binnen in onze Villa , van een woeste Méditerranée. Het waait nog altijd stevig, in Spanje benoemden ze deze wind; De Trans Montana en hij staat vandaag heel sterk zei men. Vroeg naar bed want ik heb quasi geen oog gedicht vannacht, de pannen vlogen van het dak en zo’n camper vliegt een beetje mee.

     

    6 maart het zal half vijf geweest zijn als ik weer lag rond te woelen in bed, vervelend voor Sam, ik weet het. Ben er zelf ook niet gelukkig om. Mijn lijf en leden zijn moe maar ik wordt wakker. Van de wind die nog steeds, weliswaar iets kalmer dan gisteren, raast over de bomen waaronder we staan. Het kopkussen dat te klein is, we hebben enkel een nieuw donsdeken gekocht maar de kussens waren ook verdwenen en we hebben nog geen nieuwe gekocht. Geluiden die me doen opschrikken? Als ik de camper hoor kraken associeer ik dat met het geluid van een schroevendraaier die in het slot van de deur aan het draaien is,of het makkelijk te open badkamer venstertje dat opnieuw geforceerd wordt, inbrekers ! Het mag geen fobie worden natuurlijk want dan doe ik geen oog meer dicht. Ik sta na 1 uur ronddraaien op , zet koffie en klap mijn laptop open. Buiten komt de zon op rond 7 uur maar het is koud, 3,5°C en door de snedige wind voelt het nog kouder aan. Overwinteren in Zuid frankrijk , een idyllisch idee, maar hier is het toch te koud. Zuid Spanje, waar we vandaan komen ligt al snel 850 km lager en dat maakt toch een verschil natuurlijk.

    Sam wordt wakker en vraagt aandacht. Ik zit te schrijven met het oortje van mijn cassetterecorder in - ik luister naar zaken, dialogen en ideeën die ik ingesproken heb om te verwerken in het script - en ze stelt me voordurend vragen waarop ze zelf het antwoord kent. Ik neem een pauze, zet koffie special voor haar, want gewone koffie lust ze niet en we plannen het vervolg van de reis.

    Sam citeert Leonardo da Vinci uit haar gids over Italië, “ Hier moet je gelukkiger en vrolijker ter wereld komen dan elders. Ik geloof dat mensen die geboren worden waar goede wijn is, heel veel geluk hebben…” Als Inleiding over de Chianti streek die ligt tussen de Toscaanse steden Firence en Sienna. Ik ben het daar helemaal mee eens voegt ze er aan te. Laten we maar zo snel als mogelijk naar Italië reizen. We moeten trouwens in Sicilië zijn voor midden April, moeten ?, want dan hebben we afgesproken met Eric Junes en zijn vrouw Tessa, die de eerste prijs van onze tombola - 1 week gratis vakantie met ons - gewonnen hebben op ons afscheidsfeestje vorig jaar op 8 september. Bovendien zullen we daar een week later ook een party hebben met enkele dierbaren die ik voor mijn 50ste verjaardag uitgenodigd heb. Aanvankelijk lag Sicilië niet op onze reisroute maar omdat Sam nog ik er al eens geweest zijn, maar er wel over gelezen hebben, en mede door Ed en Nelly die ons lovend spraken over dat eiland, hebben we geopteerd om Sicilië mee op te nemen in ons Europa avontuur. Dat betekent dat we nu 5 volle weken hebben om heel Italië door te reizen; Dat lijkt lang maar als we enkele steden zoals Rome , Firence, Sienna en Lucca willen zien en ook willen genieten van de Toscaanse panorama’s, en de provincie Umbria willen door reizen, is 5 weken niet overdreven. Dus Sam springt op uit bed en loopt naar de Boulanger van Argelès sur-Mer om er de enige echte lekkere Franse croissants et une baguette te kopen. Die hebben we gemist sinds we op 23 oktober, dat is 19 weken geleden, de grens met Spanje overstaken.

     

     

     

     

    Maandag zijn we exact 21 weken en 147 dagen onderweg.

    Het wordt rijden vandaag; Perpignan, Narbonne, Béziers en Capestan waar ik tijdens het rijden mijn zus Bie opbel om te vragen of we langs mogen komen. Nu dat was een grapje want Bie , die wel 5 jaar gewoond heeft aan de Canal du Midi in deze buurt, is intussen terug in België. Onderweg, op de middag, stoppen we voor een restaurantje waar veel vrachtwagens staan. Dat is altijd een goed teken. En we worden niet teleurgesteld. Menu du jour voor 12 Euro: een lekkere hors d’euvre van het buffet, vervolgens kiezen we alle twee een Steak Tartaar die en lekker koud en vers en geserveerd word zoals het hoort. We zijn in Frankrijk en daar kennen ze dat natuurlijk. We nemen zoals iedereen hier een flesje rode van de wijnkelder Pitou die recht tegen over het restaurant ligt. Wat staat er uitnodigend op een bord te wachten om bereidt te worden: 300 gram puur rundvlees, met een eidooier erop, verschillende potjes met; kappertjes, ui snippers, lookpuree, augurkjes zeer klein gesneden, worcestersaus en Tabasco en peper van de molen, daarbij een bak frietjes met mayonaise. We besluiten deze Bourgondische eetpartij met een stukje Brie en Rockfort kaas en een lekkere Chocolat Mousse met café crème. Voldaan en een beetje overdreven zwaar geladen vervolgen we onze tocht naar Montpellier. We stoppen in Pézenas , net voor Montpellier, omdat we een Fiat garage zien waar we olie kunnen laten verversen. We zitten bijna aan 15000 km in totaal op onze teller en moeten zonodig olie verversen. Dat is een makkie, geregeld in een halfuurtje voor 138 Euro, maar de garagehouder maakt er ons op attent dat er bepaalde onderdelen in ons vehikel nog niet vernieuwd zijn. Blijkbaar is dit type auto’s, even geleden, in alle landen terug naar de garage geroepen voor herstelling van een aantal onderdelen die een mankementje vanuit de fabriek vertoonden. Of wij dat wisten? Hij wil het graag, onder garantie, herstellen, alleen moet hij wat stukken bestellen en kan het pas morgen gerepareerd worden. Wat moet moet natuurlijk dus we maken een afspraak en zoeken ons een plaats waar we kunnen overnachten in de buurt. Natuurlijk is de camping die aangeduid stond gesloten, maar de man die er recht tegenover woont zegt dat we gerust voor zijn huis mogen staan. De wind waait nog altijd maar we staan safe en ik kan de slaap deze keer wel vatten. ’s Morgens voelt Sam zich niet zo lekker. Waarschijnlijk de Tartaar die op haar maag ligt, zegt ze . Blijven liggen is de beste remedie.

    Ik loop wat rond in dit kleine gehucht van Pézenas en bemerk hoe charmant dit dorpje is. Frankrijk heeft dat toch meer dan Spanje, bedenk ik me, die kleine gehuchtjes waar de tijd bleef stil staan en die bovendien schoon authentiek gebleven zijn. Het is een al rust hier. Eigenlijk ideaal voor vakantie met een Camper. In grote steden moet je wegblijven.

    Wat verder op zie ik een plaatje staan ‘Les Amandiers‘, ik loop ernaar toe en zie dat hier enkele huizen staan die deel uitmaken van een rusthuis. Toch geweldig als je hier na een leven lang werken kan en mag komen rusten in de volle natuur , de stilte en de schoonheid van het land dat omringt is met druivelaars. Ik zie een man en een vrouw in een perceeltje op een bank in de wijngaard zitten en vraag of ik een foto mag maken. ‘Nous sommes un couple‘ zegt de man en ik zeg dat ze een schoon koppel zijn. Als het zonnetje wat meer uitgesproken zou schijnen zo dit een schilderij van Monet kunnen zijn. Sam probeert al liggend, van de pijn in haar darmen af te geraken, maar het wil niet zo goed lukken. Best is dat we maar wat stilstaan tot het beter is. Ik neem een douche en schrijf maar wat. We hebben pas een afspraak om 2 uur bij de Fiat garage, dus verder niets om handen.

    Patje en Ellen bevestigen per sms dat ze er zullen zijn in Sicilië en ook Mimi komt. Dat is goed nieuws. Patrick kijkt nog uit of het te combineren valt met de communie van zijn zoontje maar dat zal wel in orde komen. Van een aantal mensen die we hebben uitgenodigd kregen we nog geen bevestiging. Anderen hebben het “Druk Druk Druk” in België en wellicht is het dat ook op kantoor, het werk of met de klanten. Als je en jaar ‘weg’ bent ontgaat die drukte, en soms ook die heisa, je een beetje. Het valt ons wel op dat als we bepaalde vrienden bellen ze het allemaal ontzettend en onbeheersbaar druk hebben. Het kan prettig zijn, zo in de weer zijn, soms, maar in de ondertoon van de stem hoor ik wel’s dat ze het helemaal niet zo druk zouden willen hebben. Je loopt jezelf voorbij. Hoe ben ikzelf, soms positief geladen door de spanning en het overvolle agenda, maar vaak ook een gevoel van ‘ Moet het dan zo nodig ?’Of moet het dan omdat we dan niet moeten stilstaan bij de grote en echte levensvragen om als mens completer te zijn? Of hebben we vandaag in het professionele leven geen keuzes meer ? Is het door de zucht en drang van bedrijven naar winst en nog meer winst maken dat de medewerker opgefokt wordt. Alsmaar meer moet doen in minder tijd en als het kan ook nog met loonmatiging, en als ie dat ritme niet volgen kan of niet meer wil dat ie dan maar weg moet gaan? Natuurlijk is dat alsmaar druk druk bezig zijn ook een stuk teveel bezig zijn met jezelf. Sam en ik filosoferen er wel eens over op lange avonden hier. Voorbij lopen aan je omgeving en alleen maar doen me de gedachte: What’s in for me. Of moeten we met z’n allen onze prioriteiten in dit leven eens gaan bepalen en handelen naar die keuzes. Vaak denk ik ook wel, en ik kijk in de eerste plaats naar mezelf, moeten we onszelf niet beter en consequenter organiseren. Wat meer de tijd managen in plaats dat de tijd ons managet, zodat we niet aan onszelf en hen die ons dierbaar zijn voorbij lopen? Ik heb natuurlijk makkelijk praten hier, terwijl ik geparkeerd sta ergens midden in een wijngaard in de Languedoc. Ik weet het wel, het enige dat vandaag moet is om 2 uur bij de garage zijn en verder, gewoon verder rijden naar mooie plaatsen in Europa. Ik heb, net voor we vertrokken eens één dag vastgelegd op mij cassette recordertje dat ik mijn wagen heb liggen. Ik heb het zonet beluisterd. Het begon om 7 uur, ik was al aan het bellen vanuit de auto om het adres te kennen waar ik mijn eerste afspraak had. Dat adres had ik normaliter in E-link, een informatica programma van het werk, kunnen lezen maar aangezien dat via internet loopt en ik de dag voordien ook geen verbinding had kon ik het niet lezen. Mijn assistente geeft het adres en ik rijdt van de ene file in de andere. Het begon in Leuven, het vervolgde voor de ring rond Brussel, de derde kondigde zich aan in Anderlecht en de vierde op het industrieterrein. De afspraak was om 9 uur aan de andere kant van Brussel en het zag er naar uit dat ik het niet haalde. Ik blijf zoeken op het industrie terrein en zie wel een bordje met de naam van het bedrijf maar verder lege hallen. Ik bel Lorraine op en die wist me te vertellen dat ze verhuisd waren. Ik noteer het nieuwe adres al rijdend op een papiertje en vraag haar om de dame te bellen dat ik later zal zijn. Om halftien rijdt ik helemaal opgewonden het andere industriedomein binnen en krijg telefoon van de dame met wie ik de afspraak had met de vraag om de afspraak te verzetten naar de dag erna om 9 uur. Ik was boos erg boos. Ik reed terug naar kantoor en heb er 2 uur over gedaan om in Zaventem te geraken. De afspraak die ik daar had bleek geannuleerd? De consultant met wie ik een afspraak had bleek in de file te staan in Antwerpen en was terug gekeerd! Dat was één halve dag! De andere helft bespaar ik u want het was één en al doffe ellende. Zo zijn gelukkig niet al mijn werkdagen maar de stress, vooral van de files, het op en neer getelefoneer, zonder meetbaar resultaat en natuurlijk de druk van bovenaf om meer te doen in minder tijd, met meer profit en met minder mensen daar wordt je toch niet gelukkig van?

    Als we zitten te wachten in de garage voor de herstelling van de motor, bel ik Raf op. Raf is een goede vriend die tot nog toe nog niet gereageerd had op mijn uitnodiging voor Sicilië. Ik was een beetje ongerust. Wat kan er allemaal gebeuren natuurlijk als je een tijdje weg bent en dus bel ik hem zelf op. ‘Neen, neen, alles was nu al een beetje beter’ zegt hij. Ik kom van diep,zonder dat ik er me van bewust was ben ik verzeild in een depressie. En met een depressie voel je narigheid in je denken en ook in je lijf en leden. Ik ben herstellende nu, maar het heeft lang geduurd. Beter is op je 50ste een sabatical te nemen dan maar door te razen zoals ik dat gedaan heb. Het stemt me gerust, de idee van de sabatical maar vooral dat hij nu aan de betere hand is. Wat gek dat ik vanochtend nog dacht aan de stress die menigeen overvalt en hoe je daar best mee om kunt gaan en dat uitgerekend een uurtje later ik dit nieuws hoor van een vriend.

    De herstelling aan onze camper duurde uiteindelijk veel langer dan dat we dachten en vooral verwachtte. Een namiddagje vakantie in een FIAT garage?

    Uiteindelijk alles geregeld en we rijden richting zee want Sam voelt zich nog altijd ellendig en rijden doet daar geen goed aan natuurlijk. In Agde , het dichtstbijzijnde strand, blijken alle Campings open te gaan vanaf 15 maart. Iets te vroeg dus en verder lijkt het hier doods. Wachten op de zon en de toeristen. We rijden door naar Sète en worden door de info dienst geloodst naar een parkeerplaats aan de haven. Er staan een 20 tal campers. Ik vraag me af wat die hier allemaal komen doen. Het is hier op 7 maart nog vrij koud en winderig. Er loopt ook wat vies en marginaal volk rond maar ik vertel er maar niets over aan Sam die al in bed ligt uit te zieken. De radio staat zachtjes op MFM late evening music avec Fabrice Cabrel en ik noteer wat gedachten.

    Ik beveilig straks alle deuren grondig, het raampje waarlangs ingebroken werd heb ik met een stukje elektriciteitskabel vergrendeld en ik stel me gerust met de gedachte dat, als je ergens niet in je uppie alleen staat, maar samen in een rijtje naast elkaar zoals hier, de bedreiging en de kwetsbaarheid al een stuk minder is.

     

     

    Smoking a Camel with a Canal view
    La Camarque au fil de l‘Histoire.

    9 maart

    We verlaten Séte, met zijn grote haven en zijn oesterparken en komen na een paar kilometers rijden langs de Canal Du Midi in prachtige dorpjes als Carnon, waar de roze Flamenco’s in de plassen staan, La grande Motte en Aigues-Mortes, Als camper worden we bijna uitgenodigd om hier te blijven. Pijltjes wijzen ons aan waar we met 3,5 ton niet doormogen en waar we wel mogen staan. Het is een service point, zoals ze deze parkings voor Campers noemen in Frankrijk. Voor 6 euro mag je 24 uur staan en water is inbegrepen. Het is zo mooi, dit plekje aan de haven, net aan de vestingwal ( 1634 meter lang ) die dit historisch dorp helemaal omringt, dat we besluiten hier een dagje en een nachtje te blijven.‘De stad aan de dode wateren’ is een historische parel. In 1248, liet paus Innocent IV zijn vorsten hier inschepen voor zijn 7e kruistocht om Jeruzalem te heroveren. Gezellige straatjes en restaurantjes, mooie winkeltjes,galerijen met werk van jonge kunstenaars en een stadje dat geschiedenis uitademt. Marie Durant bv, de protestantse voorvechtster heeft van 1730 tot 1768 hier in één van de torens op de hoeken van de vierkante wal, 38 jaar gevangen gezeten. De oudste zoutmijnen van het Middellandse zeegebied , Les Salins du Midi, strekken zich hier uit over 10.800 ha Parc Naturel Regional De Camarque, een woest grondgebied, in het hartje van wilde en beschermde natuur waar zeewater circuleert en zich langzaam uitkristalliseert in zoutpannen. Fleur de Sel ontstaat , een paar korreltjes op een gegrilde steak, mm lekker, dat hebben ze hier ontdekt.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (7 Stemmen)
    11-03-2008, 11:25 geschreven door marc vanautreve  
    05-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.°°°°°°°°°°°°° 5 maart 2008 Hello again, news from Santa Susanna and Figueres°°°°°°°°°°°°°°°°

    °°°°°°°°°°°°° 5 maart 2008 Hello again, news from Santa Susanna and Figueres°°°°°°°°°°°°°°°°

     

     

    Donderdag 22 februari

    Vanmiddag lopen we weer met een zak van 15 kg, ditmaal gekleurde was, naar het wassalon. Men kent ons daar al. We zijn onderweg voor onze laatste dag in Cordoba. We willen absoluut De Torre De La Calahorra zien, dat aan de overzijde van de brug Puente Romano ligt en die je leidt naar de Moskee -vermeld in de gidsen als het levende museum van Cordoba. Ik toon mijn perskaart en we mogen gratis binnen, dat lukt niet altijd hoor! Het is een mooi museum maar we hadden een iets moderne aanpak verwacht. We zijn verwend natuurlijk met de musea die we intussen al gezien hebben. Torre De La Calahora situeert het leven in Al-Andalus, met maquettes,schilderijen die wel zo opgehangen zijn en belicht alsof je erin kunt stappen en je krijgt een headset mee die automatisch switcht als je in een andere kamer komt. Het thema van deze tentoonstelling is vooral het samenleven van Moslims, Christenen en Joden in Cordoba en wat ik leer is dat in de Koran staat dat de Islam alle profeten als boodschappers van één en dezelfde God erkent. Het is een ontmoeting tussen het Christelijke Westen en het Islamitische Oosten in een tijd waarin de twee grote religies elkaar vonden in eenzelfde liefde voor de wetenschap, wijsheid en het geloof. De Koran van toen is nog altijd dezelfde als de Koran die de Moslims vandaag lezen en belijden , maar de interpretatie van sommigen is vandaag wel anders.

    We eten vandaag in een Chinees buffetrestaurant voor 6,5 euro! We geloven onze ogen niet als we zien wat je voor deze kleine prijs allemaal mag verorberen en vooral hoe divers en lekker het is. Dit is weer feest. Voor dit geld kunnen we zelf niet voor koken. We laten ons lekker gaan en hoewel ik weet dat ik overdrijf, eet ik als toetje 2 ijscremes voor hetzelfde geld. Sam past, want ze wil wat diëten. We slenteren door de stad en zijn getuige van de aankomst van de “Vuelta de Andalucia, de tour van Andalucia. Een circus in de stad zoals we dat kennen van de Tour de France. Sam leidt ons met de kaart in de hand naar plaatsjes in een oud kwartier van de stad waar we nog niet geweest zijn en zo we komen terecht in het enige 5***** sterren Hotel van de stad, Hospes Palacio Del Bailio. Een pareltje van rust, schoonheid en sobere Andalousische pracht dat gebouwd werd tussen de 16 en 18 eeuw en opgenomen is in the Monument category als Cultural Heritage Building. Daar gaat Sam naar de Los Aseos, het toilet en we nemen we een kijkje in de prachtige interieurs. In de brochure lezen we deze omschrijving van dit hotel:

    “Hospes combines all the ingrediënts and services needed to create a private space-time in witch you can impose your preferences, rhythms and desires, transforming your stay into a vital experience. Hier kom je niet voor een nachtje bed & breakfast en weer verder.

    We beëindigen deze dag moe en tevreden op een prachtig plein Plaza de Corredera. Jazeker we kunnen Cordoba aanbevelen als city trip. We zijn hier nu 6 dagen verbleven en hebben enorm genoten van de magische sfeer van Cordoba. De stad waar het verleden na vibreert en die in de 11e eeuw de grootste en meest culturele stad van Europa was. Een stad waar filosofen, kunstenaars en wetenschappers geboren werden. Een stad die een geheim bergt en bezocht moet worden zonder timetables en zonder haast. Als je met je Camper voorbij komt overnacht je ideaal hier op de Camping “El Brillante“, Avda. Del Brillante 50 - 14012 CORDOBA, Telefonos 957 28 21 65 De prijs is wel 23,50 euro per nacht - we betaalden gemiddeld 15 Euro op de Spaanse Campings - maar alles is inbegrepen en de douches zijn perfect. Het adres van het buffetrestaurant willen we zeker delen voor als je in de buurt zou zijn. Cocina International Buffet Center, Paseo de la Victoria, 19 - 14004 , het ligt eigenlijk aan de kleine ring ten Zuid westen van het centrum van CORDOBA. Het ***** hotel Hospes Palacio Del Bailio kan je op de website bekijken en boeken hospes.palaciodelbailio@hospes.es.

    Als ik dit noteer vallen er weer druppels op het dak van onze camper. Een buitje. Mooi om deze warme dag, met een temperatuur vandaag van 27 graden, vanavond met het deurtje van de camper open, af te sluiten.

    We verlaten Cordoba, eerst wat inkopen doen in de carrefour en onze gekleurde was ophalen.

    We laten ons verleiden aan het buffetrestaurant ( dat van gisteren aan 6,5 euro ) alvorens terug zuid oostelijke richting te rijden. Miljoenen olijfbomen glijden aan ons voorbij als we deze prachtige weg richting Almeria volgen. Het is uiteindelijk verder rijden dan we dachten en pas om halfelf komen we aan. We zijn moe van het rijden en zoeken ons een plaatsje dat geschikt lijkt om te overnachten. Dat plaatsje aan zee hadden we gevonden maar we deden geen oog toe. Er rijden hier meer auto’s op en af tussen middernacht en vier uu dan bij ons op de ring van Brussel denk ik. We draaien rond , slapen weer even in en worden weer wakker van het verkeer. Wrong place. Ik dacht nog even om de motor te starten en verder te rijden maar, waar moet je naartoe midden in de nacht? Al heel vroeg op, wij zijn beiden lastig omdat we eigenlijk geen oog hebben toegedaan, en vertrekken. We belanden 80 km verder in Vera. In onze gids zou hier een hele mooi gelegen natuurcamping zijn maar als we eraan komen blijkt die omringt door bouwkranen. . Heel Spanje is zowat een bouwwerf hadden we al eerder gehoord en de mensen klagen over de te hoge prijzen en niemand die dat wil betalen. Voor dit soort plaatsjes passen we en bovendien is de zon weg en waait het hard. Door toeval en eigenlijk ook omdat Ko en Rietje, onze buren van twee weken geleden op de camping in Castell de Ferro, ons over een mooie plekje hadden gesproken dat net achter de toren beschut tegen de wind en op 3 meter van de branding lag in een rustig dorpje met haventje, belanden we in Villaricos. We eten wat en willen een tukje doen omdat we beiden moe zijn van de afgelopen slapeloze nacht. We dommelen wat in en we worden na een halfuutje opgeschrikt door een claxonnerende Hymmer die voorbij rijdt op het smalle zandweggetje. Door het raampje zie ik dat het een Belg is en wat blijkt: het zijn Ko en Rietje. Wat een toeval zeggen wij tegen elkaar. We lopen hen tegemoet en omhelzen elkaar. Als naar oude gewoonte klappen we de stoeltjes open en drinken een glaasje witte wijn samen . Wat zij hebben gedaan en wij hebben beleefd in die 14 dagen die nu achter ons liggen, sinds we elkaar de eerste keer ontmoette in Castell de Ferro, dat soort verhalen wordt uitgebreid verteld. Een blij weerzien. We stappen samen het dorpje in, drinken wat en Ko gidst ons rond, want zij kennen dit idyllische plaatsje hier van vroegere keren. We spreken af om morgen te aperitieven op het pleintje als we het marktje bezocht hebben dat hier plaats vind.

    We koken kip met verse groentjes in de wok en kruipen vandaag eens vroeg in bed.

    ‘s Morgens maak ik een grote wandeling langs het strand, het is niet koud maar het regent zachtjes. Hier in deze kleine baai is de natuur nog gebleven zoals ie altijd was omdat door een toeval men een Romeinse archeologische site heeft gevonden en het gigantische bouwproject dat men plande niet mocht doorgaan. Gelukkig. Er staan wat verder op nog 3 campers geparkeerd. Hier kom je voor de rust, het ruisen van de zee en het mooie panorama.

    24 /02/2008

    Vandaag regent het weliswaar zachtjes maar het is wel een kleine modderpoel voor de ingang van onze camper. We ontbijten en lopen naar het marktje, met regenjasje aan en hoed op, in dit mooie, vandaag weliswaar een beetje troosteloos dorp. Er staan niet zoveel kraampjes omwille van de regen. Doen inkopen en drinken een kopje koffie met Ko en Rietje in een strandbarretje waar de gasverwarming aanstaat. In de namiddag houden we onszelf wat bezig met een spelletje poker in hun camper, gezellig en vooral droog binnen. Een mens moet wat met zo’n weer. Het klaart wel wat op maar het is lang niet het weertje waarvoor we naar zee afzakten vanuit Cordoba. Ons accu blijkt bijna plat wat betekent dat ik niet kan schrijven op de pc want dat neemt veel energie weg. Geen probleem zegt Ko, ik zet het groepje even aan. Onze accu laadt op. We vragen en krijgen van the Master hemzelf uitleg over wat het beste is om je van energie te voorzien “in case off“ . Een zonnepaneel extra bijplaatsen of een groepje kopen. Blijkt met dit donker weer dat de batterijen net maar amper 1 ampère opladen, met een extra zonnepaneel ben je dus niet zoveel, een extra generator, daar kan je altijd wat mee. Voorkeur is een Honda omwille van de stille motor, een 1000 of 2000 watt. Dat zal een investering worden van al snel 1200 euro, maar als het moet moet het natuurlijk. Als het morgen niet beter wordt vatten we onze tocht aan naar het Noorden. Met zo’n regenweer kunnen we evengoed verder rijden .Om in april in Sicilië te zijn hebben we nog wat kilometers voor de boeg en we willen zeker een stuk van Slovenië, Kroatië en Bosnië Herzegovina zien voor de oversteek naar Italië.

    Ja, we zijn ondanks de leuke ochtend en middag een beetje teleurgesteld over het weer hier, we hadden anders verwacht en dat is natuurlijk fout. Als je verwachtingen niet ingevuld worden dan kan je chagrijnig worden. We kennen de lange gezichten van in België omdat we ons gemoed afstemmen op het weer. Daartegenover staat natuurlijk als je niks verwacht dan is alles een “onverwachte” verrassing. We kennen dat wel.

    We staan maar wat en we willen meer.

    De zon schijnt vandaag ‘s morgens toch al een beetje flauwtjes. Het wordt een opruimdagje en omdat Sam niet een hele dag wil afwassen nemen we ‘s middags de lunch buitenhuis, op een terrasje, het kan net. We rommelen wat in de namiddag. Ik zoek wat mooie parelmoeren schelpjes en ronde stenen op het strand. Ongelooflijk wat moois aan kleur, vormen en materialen je kan vinden op zeg maar één vierkante meter strand. Je kan niet alles meenemen en dus selecteer ik grondig. Met de gevonden specimens wil ik een soort kader maken, souvenirs van Schone Stranden in Europa. Onze buren Rietje en Ko nodigen ons uit voor een glaasje en we worden verrast met Unox Rookworst. Een Nederlandse delicatesse, te vergelijken met de in Nederland wereldberoemde HEMA worst , maar die blijft geen 3 maanden vers in zijn aluminium verpakking, weten ze ons te vertellen. We kijken naar het journaal van half vier op TVE en zien dat het hier in het Zuiden het beste is wat je kan krijgen in Spanje. We maken kennis met ‘ Gestampt muisjes’ van DE RUYTER en fijngemalen kaas in een prachtig doosje: Zwitserse kaas van GESKA GLARUS. Dat doosje bestond al toen Rietje een klein meisje was verteld ze ons. Origineel en mooi doosje. Uit Friesland proeven we mierzoete Appel-kaneel stroop. Nederland en België, we zijn buren maar er zijn toch merkwaardige verschillen in het aanbod van producten en natuurlijk ook het verschil van eetgewoonten. We houden onze algemene vergadering en besluiten morgenvroeg op te krassen. Up to the North of Spain. Stopje in “Valenci-a, alle mensen zonder centen zitten in de Cine-ma“, en dan toch maar door naar Catalunia waar we het Museum van Salvator Dali niet willen missen. Als ik het hier zo even opschrijf lijkt het een makkie om effe te rijden. Van hier tot daar in Figères zal al wel snel 800 km rijden zijn, dus we zijn nog even onderweg. Maar dat is goed , ik wil weer reizen en ontdekken. We zijn nu lang genoeg in Zuid Spanje gebleven , het is tijd om weer te gaan trekken. “Home at Europe” is inderdaad meer dan Spanje alleen.

    Onze route voor de komende dagen print Ko netjes uit vanaf zijn Routeplanner. Het is een geweldig aardige man. Villaricos-Aguilas-Lorca-Tatana over Murcia en Alicanté naar Valencia.

    Na een 50tal km rijden nemen we onze lunch. We klappen onze stoeltjes uit en zitten op een bijzonder mooi strandje dat ook een camperplaats blijkt te zijn. Midden in de natuur aan zee , Playa La Higuerica. Het staat niet in de officiële kampeerplaatsgids dus bij deze een aanvulling. We laten Benidorm, uiteraard, rechts van ons liggen net als de stadjes in de Costa Blanca zoals Calpé met z’n hoogbouw en laten ons leiden door een brochure van de toeristische dienst die we mee hadden over een dorpje Javea Xabia. Een prachtige baai die omsloten word door De Sant Antonio Kaap, die de zee trotseert met 160 meter hoge klippen en de berg De Montgo. Hier geen hoogbouw aan de kustlijn maar diversiteit van kapen en baaien. Een stadje met een natuurlijke omgeving dat bijzonder is door zijn verscheidenheid aan vormen waarin het je telkens de vlakke of strak omlijnde kusten van de zee anders en nieuw laat ervaren. Hier slapen we vannacht. Om de haverklap krijgen we een vlaag licht over onze camper, dat komt van de vuurtoren op de San Antonio kaap en die blijkbaar tot 42 mijl in de zee te zien is. In het baai waarlangs we staan ontdek ik een aantal putten uitgehouwen in de rotsachtige grond en verbonden door kleine kanaaltjes met de zee. Dat blijken koninginnebaden te zijn. “Banys de la Reina “ in de volksmond. In de 12e gebruikt voor het pekelen van vis. Als je een verrekijker zou hebben zou je vanhieruit het eiland Ibiza kunnen zien liggen. Geplaagd door het dilemma, doorrijden noordwaarts, waar het kouder is, of hier nog wat blijven waar de zon vanochtend al weer weelderig schijnt over zee, bespreken we onze route verder. Natuurlijk zo blijven we in Spanje en laten we de rest van Europa voor ons liggen. Met de wetenschap dat we in April in Sicilië willen zijn en ook niet door Italië willen razen verrekken we maar richting Valencia.

    Hier zoeken we een plaatsje en we hebben geluk, langs de paseo, waar er beweging is door de wandelaars en de joggers en licht op de boulevard staan we tussen 2 appartementblokken rustig met zicht op zee.

    De volgende ochtend sluiten we onze camper zoals naar gewoonte goed af. Alle raampjes dicht,gordijntjes toe, handrem op, stuurvergrendeling aan met aan de bestuurderszetel een extra lint dat vastzit aan het stuur, zodat er niemand met een schroevendraaier het slot zou kunnen forceren en binnen geraken en de veiligheidsloten die we extra lieten plaatsen op alle deuren actief.

    Je kan niet voorbij Valencia rijden zonder tenminste de stad bezocht te hebben. Van hieruit wordt 1 op 3 appelsienen, die wij in de wereld eten, verscheept. Het is de derde grootse stad van Spanje en gekend om zijn Spaanse authenticiteit. We zijn blij verrast door de schoonheid van deze stad, zijn architectuur, zijn romantische huizen en straten. Sam stippelt een wandelroute uit langs de mooiste gebouwen en zo lopen we langs de groene ring die Valencia binnenstad omringt met prachtige tuinen en parken en ontdekken de Palau de les Arts, Reine Sofia, de Opera van Valencia. We overwegen om overmorgen naar ‘Orlando’ van Georg Friedrich Handel‘, de laatste voorstelling in februari van deze opera, te gaan zien in het fantastische futuristische gebouw. We dwarrelen langs de staten en belanden in de Mercado Central, een grote mooie hal geïnspireerd door de bouwstijl van Gaudi, vol winkeltjes met een enorm aanbod verse groenten, vis, worsten, kruiden, aarden potjes en veel paellapannen in alle maten. Als je in deze stad woont ben je bevoorrecht zegt Sam. Elke ochtend kan je hier verse groenten kopen in de voormiddag en dwalen langs de prachtige gebouwen en op een halfuurtje bus ben je aan zee. Geweldig toch. We sluiten de dag af met ‘ Paella’ die hier is uitgevonden.

     

     

     

     

    29 /02/2008

    We zijn allebei zeer pistoff. Sam heeft zich wat in bed gelegd vanmiddag en ik heb zonet het nodige gedaan om het aangifte document INBRAAK IN CAMPER, opgemaakt door de politie van Valencia doorgefaxt te krijgen naar de verzekeringsmakelaar in België.

    We zijn na een quasi slapeloze nacht op de boulevard en een helse voormiddag - van rondtoeren en zoeken naar de policia local en dan weer naar de policia National van Valencia, het op en neer getelefoneer naar de dienst van de politie die zich bezighoud met inbraak in auto’s van toeristen, in een andere taal dan het Spaans, weer terug naar het politiekantoor gestapt voor het aangiftedocument te laten valideren, - weg van Valencia gereden richting Barcelona. We hebben de afgelopen nacht mogen doorbrengen op de parking van de politie, die veilig was volgens de vriendelijke politiedame, omdat ze er regelmatig patrouilleerden. Onderweg hebben we iets gegeten en de eerste afslag genomen naar een camping in een vergeten stuk Spanje. Om te bekomen van de schok, de emotie, het verdriet ook en vooral het besef van de kwetsbaarheid in een Camper. Het stuk strand waaraan deze camping gelegen is stelt niets voor. Als ik dit schrijf is het enige wat ik hoor het geblaas van een Zweed op een klarinet. In het naar hier komen ben ik 2 keer bestolen zegt hij, in Frankrijk en in Spanje. Als ik er aan toevoeg dat het hier wel veilig is zegt ie, jooa..

    Ik neem een slokje wijn en schrijf straks verder. Ik ben moe, teleurgesteld ontgoocheld en beroofd. Het ergste is nog het gevoel dat we en beroofd zijn van spullen en beroofd van onze vrijheid om te gaan en te staan waar we willen, zonder dat er een of andere klootzak de camper openbreekt en leeg haalt. Ik leg me even neer om weer wat bij te komen.

    Als ik ontwaak na een uurtje loop ik naar het strand. De lucht heeft dezelfde kleur als het water van de zee, ik zie een bootje dat als het ware zweeft in de verte , een gek zicht.

    Neen , vandaag wil ik nog niet schrijven over het slechte gevoel dat we hebben na de inbraak van gisteren in Valencia. Ik wil het “weg hebben” maar jammer genoeg blijft het onbehaaglijke gevoel hangen bij ons twee.

    What happens?

    De Lokale politie van Valencia belt op Sam haar mobiel, toen we Paella aan het eten waren in Vallencia, dat ze haar rode handtas hebben gevonden. Sam antwoord dat dat niet kan. Toch wel zegt de dame, uw telefoonnummer stond in een boekje genoteerd dat in de tas zat. Ze kijkt om zich heen en plots realiseert ze zich dat het de rode tas moet zijn die in de camper ligt. Als dat zo zou zijn dan betekent dat er iemand ingebroken heeft. Sam wordt heel opgewonden en begint te wenen, tal van scenario’s spelen zich af in ons hoofd. We vragen aan die dame dat ze onmiddellijk en patrouille wagen willen sturen naar de plaats waar de camper staat want als de deur opengebroken is kan gelijk wie er zo in en meenemen wat ze kunnen gebruiken. Misschien staat de camper er wel helemaal niet meer! We stoppen met eten , rekenen af en nemen een taxi richting de Paseo. De taxichauffeur is bekommert om ons en rijdt zo snel hij kan. ‘Waarom heb je de camper daar gezet ?’ vraagt ie. Het is de buurt van de GITANOS, the gipsy’s. We vrezen het ergste. Als we op de plek aankomen staat onze camper er gelukkig nog. Alle deuren met veiligheidslot zijn onaangeroerd.We kijken nog eens rond en zien dat ze het raampje van de badkamer opengebroken hebben, enkel een schroevendraaier achter het raampje steken en stevig trekken volstond om de slotjes te breken en binnen te zijn. Ongelooflijk hoe makkelijk. Dus alle veiligheidsloten die we extra hebben laten plaatsen maken niet zo veel uit. De raampjes kun je niet beveiligen! Binnen ligt de Camper helemaal overhoop, alle kastjes staan open. Wat is er allemaal verdwenen?

    De laptop van Sam in de pas gekochte computerrugzak van Samsonite waarin al haar bankpapieren zaten, het verwarmingsstelletje op elektriciteit dat we onderweg kochten, ons donsdeken en de kussens! Mijn God wie breekt er in en loopt over straat met een donsdeken van 2 bij 2 meter, lakens en kussens. Ook het Canon fototoestel dat Sam pas gekocht had in Portugal is mee, en haar make up is verdwenen . Er zijn ook kledingstukken meegenomen en de pen die ze gekregen heeft van haar collega‘s.

    We zijn allebei van de kaart. Sam weent , de hoeveelste keer is dat nu dat ik bestolen word, vraagt ze terecht . Door een toeval zit mijn laptop nog netjes in het kastje, het enige kastje dat ze niet hebben opengemaakt en mijn fototoestel had ik mee naar de stad. We zetten alles op een rijtje en bedenken veiligheidmaatregelen omdat deze inbraak een signaal is.

    After all, sussen we ons, het kon nog erger natuurlijk. Stel je voor dat echt alles wordt meegenomen of dat inbrekers vertrekken met de Camper…?

     

    Maandag, 3 maart, halfacht.

    De ochtend is het mooiste moment om je gedachten te laten dwarrelen en ze op te schrijven.

    Het moment dat de maan zijn zilveren gloed nog op de zwarte zee werpt en even later zijn gloed verflauwt omdat het einde van de wereld wordt opgelicht door de zon. Het einde of het begin van de globe. We weten dat onze aarde rond is dus, er is geen begin en geen einde, we draaien maar wat in het rond. De zee is nu mooi verlicht, een gele gloed verlicht de camper en de eerste meeuwen zweven al over het water en duiken naar vis. Het is alsof ik de enige ben die zo vroeg uit de veren is. Hier op de camping staan een vijftig tal campers geparkeerd op het strand, allemaal netjes met uitzicht op zee. Het is een mooi en tegelijkertijd lelijk zicht. We vragen ons af hoe dat in de zomer moet zijn. 300 stuks naast elkaar? Deze Camping, Bon Repos, is een aanrader als je naar of door de Costa Del Maresme rijdt met je camper. Het dorpje Santa Susanna achter de camping stelt niets voor. Een Nepdorp, appartementen, beton, brede lanen met palmen en zoals we in heel Spanje mochten ervaren overal bouwkranen die nog eens zoveel nieuwe woonblokken bijzetten. Helemaal niet charmant. Heel Spanje is een bouwwerf, ik zei het eerder al dat het voor ze niet uitmaakt of die ook allemaal nog eens verkocht of verhuurd geraken . Op dit moment, met steun van Europa, zorgt dat voor werkgelegenheid en straks kan elke Spanjaard een 2e verblijf aan zee hebben omdat de toeristen niet zullen blijven komen en de waanzinnig dure prijzen die men vraagt niet blijven betalen. We komen hier, voor de rust en het prachtige panorama van de zee, in elk geval terug bij van de schok die we gekregen hebben toen ze in onze camper inbraken.

    Die rust die we hier vandaag vinden, vonden we niet in de nacht van 1 op 2 maart onderweg op de te kleine volgestouwde camping La Masia in L’Hospitalet de L’Infant waar we met onze camper noodgedwongen schuurden tegen de bomen omdat de eigenlijke rijweg opgebroken lag. Van de lange rit naar Santa Suzanna hebben we wel genoten toen we op de brede lanen van Barcelona reden en de cd van Freddy Mercuri op hadden staan. Barcelona loeide door de luidsprekers. We glunderden allebei en hadden even terug het gevoel op vakantie te zijn.

    Een paar nachtjes blijven we hier zodat we ons kunnen herorganiseren zodat een potentiële volgende inbreker niets van waarde kan mee meepakken, en rijden dan door naar Figères, de laatste bestemming in Spanje.

     

    Santa Suzanna, 3 en 4 maart 2008.

     

    Het is vandaag bewolkt hier aan zee , toch lekker om buiten zitten en wat te rommelen in onze papieren. We zijn nu 4 en een halve maand onderweg en het wordt tijd om eens wat op te ruimen. De garage herorganiseren en de souvenirs te stokkeren. We doen het rustig aan.

    Is het dat er nu oog voor heb, door de gebeurtenissen in Valencia, dat ik potentiële inbrekers zie. Er komt een man met een GSM aan het oor voorbij wandelen, in mijn spiegel zie ik hem voor en achter de Camper van onze buur lopen,De was hangt buiten en de stoeltjes staan opgeplooid voor zijn vehikel. Blijkbaar is er niemand thuis. De man van Marokkaanse afkomst lijkt mij kijkt voordurend om zich heen. Ik stap uit en dan gaat hij weer wat verder. Even later loopt hij weer op en neer rond de camper. Ik ga terug naar binnen maar in mijn spiegels kan ik hem gadeslaan. Hij komt terug en ik zie dat hij probeert de deur open te doen van de Camper en nog steeds telefonerend gaat ie wat passen opzij. Ik loop naar buiten en mijn buurman die blijkbaar in zijn Camper zat doet de deur open. De inbreker stapt iets sneller weg tussen de caravans die in de bosjes staan. Ik vraag aan de Duitser of dat hij aan de deur geweest was. Jaja zei hij , iemand klopte aan. Verdomme, wat ellendig. We moeten als vroeger op onze hoede zijn. Zelfs op een camping!

    Sam neemt een douche, ik zet de tafel en de stoelen binnen. De greenbox is ook mijn taak en water bijvullen. Om 11 uur vertrekken we vanuit Santa Suzanna richting Figueres , het is 4 maart 11uur, en onze kilometerstand is 14420.

     

    Figueres

    Museum Theatro Salvador Dali. Een openbaring is dit museum, het meest bezochte in Spanje overigens en echt een aanrader. Ik bezocht het eerder al , dat is nu 20 jaar geleden denk ik, en sta nog altijd verbaasd over de veelzijdigheid van deze kunstenaar die nu intussen 19 jaar overleden is. Ik weet het goed want op 1 maart 1989 is Jolien geboren en Salvador gestorven. De koning is dood leve de koning! Heel het museum is een ontdekking. Geen saaie zalen met rechthoekige muren maar een levendig schouwspel van zijn diverse periodes en stijlen en zijn artistieke veelzijdigheid gedurende zijn aristocratisch, mondain, tikkie verkeerd en surrealistisch leven. Een groot kunstenaar die groot leefde, en op zijn 15e levensjaar zijn eerste tentoonstelling hield precies in dit gebouw. Het was toen het theater van de stad . Op het einde van Spaanse burgeroorlog werd het vernietigd en het was the Master hemzelf die toen aankondigde: “Waar, Waar anders dan in mijn eigen stad moet het meest extravagante en de meest solide voorbeelden komen van mijn kunst ?Hij mocht het van de stad inrichten naar eigen wens. De shops in straatjes in de buurt van het legendarische museum verdienen vandaag nog altijd grof geld aan snuisterijen en kopieën van zijn werken in posterformaat en de namaak juwelen die hij destijds ontwierp. Figueres zou Figueres niet zijn zonder Het Dali Theater Museum. We besluiten onze middag met Tapa’s en doen een stevige wandeling naar de camper die we op een camping hebben gezet.

    Vanochtend 5 maart, waaien de pannen van het dak. Onze Villa beweegt heen en weer. De zon schijnt maar op de thermometer lees ik 4°C. Koud.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (3 Stemmen)
    05-03-2008, 11:51 geschreven door marc vanautreve  
    20-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cordoba, als je in de buurt bent, een must to see

    ***************************************************************************

    Vandaag, 19 februari, hebben we ons voorgenomen om in de voormiddag de Camper eens grondig aan te pakken. Hij is intussen erg vuil geworden langs de buitenkant en er hangt een zoutlaagje over de carrosserie en de fietsen achteraan van de voorbije stormachtige dagen toen we nog aan zee waren. Sam neemt de binnendienst waar, ik kruip op het dak om de koepels een Spic and Span beurt te geven. In de late namiddag zijn we weer op pad in Cordoba, Deze stad is erkent als werelderfgoed door de UNESCO, de stad die was en steeds een voorbeeld is van tolerantie en samenhorigheid tussen volkeren en culturele uitwisseling en zich daarom kandidaat stelt om in 2016 Culturele hoofdstad van Europa te worden.

    CORDOBA 2016 Ciudad Europea de la Cultura.

    We nemen een stuk van de namiddag en vooral de valavond met zijn mooi verlichte pleinen en paleizen mee. Vanavond gaan we voor de Cuisine Traditionnelle de Cordoba. In de Taverna Salinas ( C/Tundidores, 3 Junto a Esparteria in de city of Cordoba, een etablissement dat opgericht is in 1879 ) serveren ze de authentieke keuken van de Cordobesen. De vriendelijke ober stelt ons een kennismakingsmenu voor en serveert 4 bordjes voor ons twee.

    1. Salmorejo au Gaut, een soort koud soepje op basis van gemixte rijpe tomaten, olijfolie en mie de pain, Een eitje gesneden eroverheen met wat snippers bergham, wat zout en azijn.

    2.Gefrituurde kabeljouw kroketjes en gefrituurde aubergine schijfjes.

    3.Oranges Hachees au Morve et a l’huile.

    Ik neem dit recept over uit een prachtig boekje, in het Frans vertaald, over dit restaurant en de gerechten die ze hier serveren, dat de maître d’hotel ons geeft nadat ik hem vraag wat we allemaal precies aan het eten zijn.

    Het tweede gerecht is een combinatie van appelsien puur gesneden in blokjes met daaroverheen ontzoute vis, Moreu, en ui gesneden in reepjes, uiteraard overgoten met olijfolie. Wij zijn van deze combinatie zuur, zout en zoet niet zo opgetogen. Vervolgens wordt ons een vierde bord voorgeschoteld.

    4.Flamenquin au Jambon de Montagne, een soort curryworst met bergham erin , omringt met chapelure en gefrituurd op een schotel frietjes en afgewerkt met snippers salade.

    We zijn blij kennis te maken met deze keuken, eten deze zware schotel en bedenken ons dat het eigenlijk ook maar een soort boerenkost is wat de Cordobanen eten. Wij zijn natuurlijk verwend met onze verfijnde keuken in België. Wat ons opvalt is dat er maar heel weinig is overgebleven van de Noord Afrikaanse keuken. Te weten dat de Moslims of de Moren uit de Magreblanden hier toch een 1000 jaar geleefd en overheerst hebben.

    We betalen de rekening 25 euro, dat viel mee, een lekkere huiswijn van hier in de streek in begrepen en nemen afscheid van Cordoba By night.

    Il pleut a Cordoba

    ‘s Morgens worden we wakker van de hevige regen op het dak. . Dat is nu wel even geleden dat we nattigheid hadden. De camping is op sommige plaatsen een rivier geworden en ik ontmoet een Aziaat die hier gisteren met zijn tentje stond en vanochtend met zijn hele handel, hijzelf inclusief, staat te drogen in het gebouwtje van de douches. Het is dan wel 12 graden vanochtend, niet koud, maar tegen dit soort regenbuien kan je niet op.

    In de camper hebben we gelukkig ruimte en zitten we vooral droog. Op deze camping staan 17 campers geparkeerd waaronder ééntje “Globetrotter 4X4” , een soort omgebouwde woestijnvrachtwagen. Prachtig , alleen begrijp ik niet waarom die dan hier op een camping staat. Met zo’n vehikel kan je makkelijk ‘overal’ staan, vooral in de ongerepte natuur, op stranden en moeilijk te bereiken plaatsjes waar verder niemand kan komen. Eén van de zwakke punten bij een normale camper, zoals wij er ééntje hebben, is dat je steeds op een verharde weg moet blijven om niet het risico te lopen dat je ergens vastraakt. Wat zal deze dag ons brengen? Als we een douche hebben genomen is de hemel nog altijd grauw, we koken thuis en zien wel verder. *1

    Geïnspireerd door de tapa’s en de kleine hapjes die je hier overal kan eten tover ik

    Kip in gember en look salsa

    Hoe ga je te werk?

    Marineer de kipfilet in blokjes gesneden in gember en chili, bak ze aan. Wat uitsnippers meebakken en een blokje kippenbouillon erbij. Op smaak brengen met gemberpasta en lookpulpa. Afwerken met zwarte peper en verse citroen in stukjes gesneden, dat samen met rijst voor mij en pasta voor Sam. Heerlijk. Serveer hierbij Viña Albali Reserva 2001, dat is een Valdepeñas Donominacion de origine, en het is feest. *2

    De Aquardente is op, dat is een heerlijke Spaanse Eau de vie en Sam wil Glassex, versta me niet verkeerd, dat is een glanspoetsmiddel voor ramen van de camper.

    We stappen naar de Carrefour, die hier op 10 minuutjes wandelen ligt en worden aldaar weer verbaasd over het bangelijke aanbod producten dat te koop ligt. De Carrefours, we tellen 66 kassa’s! hier zijn gelegen in een centro commercial en omringt door boetieks en winkels als Yves Rocher, Zara, een droogkuis enzomeer. We kopen er wat we nodig hebben, Sam net iets meer, en checken of de was, die we intussen opgespaard hebben, hier kan gedaan worden. Het kan en dus zeulen we morgen voor we terug naar het centrum van Cordoba gaan, met 15 kg linnen naar hier. Sam ziet een winkeltje CORONEL TAPIOCCA ,een soort Travel & Adventure shop, dat we ook zagen in Santiago De Compostella, met een zeer mooie collectie sport kleding . Nu dat het solden is, Rebajas die loopt van 7 januari tot 7 maart! is dit een uitgelezen moment om eens te zien of er nog spullen passen. Ik koop een mooie camper-sport-broek aan 25 euro en die is een maatje kleiner dan ik gewoon was. Het buikje is intussen verdwenen! Als we terug komen zien we dat een familie met 3 kinderen zich installeert naast ons. We bedenken dat het wel erg knap is om met 3 bengels, 2,5 en 7 jaar op reis te gaan met een camper. Zo ontwikkel je de reismicrobe maar als ouders is dat niet van de poes. Kleine kinderen hebben altijd honger,zijn nooit moe als het bedtijd is en klaarwakker en meestal vervelend als ze moeten gaan slapen. Chapeau. Als het donker wordt zie ik door het raampje van onze buren de kinderen en de mama aan tafel zitten wachten terwijl de papa kookt. Ik zie steak in de pan verdwijnen met het air van een chef kok en ruik look,ui en gebakken aardappeltjes. Zoals het hoort wordt het koken vergezeld door het proeven van een flesje Spaanse rode wijn. Het is overal wat van hetzelfde op vakantie. Ik voel me een voyeur zoals ik ze hier zit te observeren en begeef me maar naar binnen.

    Ik bel Jolientje op, die het nu erg druk heeft omdat ze aan haar eindwerk bezig is. Als ze vraagt waar we ons nu bevinden en ik uitleg dat we nog altijd in Andalucia zitten zegt ze. “Dat is geen Europa reis hé papa!” Ze heeft een beetje gelijk, we verblijven hier nu dik 2 maanden, we hebben weliswaar nog lang niet alles gezien, maar we willen vooral de wintermaanden in het warmere Zuiden doorbrengen alvorens we Noordwaarts gaan om via binnen land Spanje, Frankrijk en Italië naar Sicilië te rijden. Dat is het plan voor zover. Eén keer dat de lente zich echt heeft ingezet zullen we door Oost- en Centraal Europa gaan rijden en de landen, die voor ons beiden nieuw en dus wat vreemd zijn ontdekken. We realiseren ons nu ook al wel dat Scandinavië, waar we naar toe willen misschien voor een andere keer zal zijn. Het zijn zulke grote landen en een jaar is ook niet de eeuwigheid. We zien wel zeggen we tegen elkaar, “we zien wel“.

    Vandaag bezoeken we de Kathedraal - Moskee van Cordoba, een groot moment, een must als je hier Cordoba bent. Een levende getuige van de geschiedenis. De Mezquita is 24000 m2 groot en is als het ware een oase van stenen pilaren. De ritmische herhaling van kolommen en bogen herinnert de gelovigen eraan dat op welke plek ook iemand bidt dit het centrum van de moskee is en het centrum van de wereld. In haar boodschap van steen onthult deze moskee de spirituele boodschap van een beschaving. Het is stil en koud binnen maar prachtig om door en onder de 900 pilaren te lopen die als een sluier van de regenboog de eeuwigheid ontsluit.

    Tijdens het hoogtepunt van de uitbreiding van de Islam in het Westen, in 965, vergroot de Kalief Al Hakam II de moskee en blijft trouw aan de bouwstijl van 2 eeuwen geleden. Met de hoefijzerbogen die bovenop de grotere bogen geplaatst worden zoals een palmboom tussen andere palmbomen, of zoals ik begrijp van de Engelse gids die ik volg, zoals de mens die zich uitstrekt om God te aanroepen. Het is de eeuwige beweging van de arabesken van de bogen, de marmeren snoeren van de etherische pilaren die de zwaarte kracht met voeten lijken te treden. We komen in de Patio de los Naranjos, de aangrenzende appelsienentuin, een beetje bij van de schoonheid die we mochten ervoeren in het Mezquita en wandelen door de Puerta del Perdon, de poort van vergiffenis, verder de stad in. De rest van de getuigenissen van het Kalifaat van Cordoba zijn helaas verdwenen. Waar in die glorieuze tijd ontelbare kunstateliers waren, die gedurende drie eeuwen de grootste waren van het Westen, de scholen, de bibliotheken met meer dan 400.000 boekdelen- de meest omvangrijke van de Xde eeuw- de honderden moskeeën en paleizen waarvan alleen nog de ruïnes van Mesina Al Zahra overblijven, en de universiteit waar de Europese wetenschappen en cultuur voor de eerste keer opgebloeide, zijn nu de shops voor de toeristen neer geplant. Toeristen die hier in bussen afgezet en belaagd worden met nep ceramica en een plaasteren kopie van de zuilen in het Mezquita. Het zij zo natuurlijk. We hebben een mooie culturele dag achter de rug en gaan moe, van het slenteren, maar blij en opgetogen terug naar ons huis op wielen.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    20-02-2008, 22:53 geschreven door marc vanautreve  
    18-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Torremolinos - Ardales - Garganta del Choro- Montilla op weg naar Cordoba.

     

    Torremolinos - Ardales - Garganta del Choro- Montilla op weg naar Cordoba.

    Het was na een lange ochtend schrijven op 14 februari dat ik, gepakt met de computer en gezakt met mijn camera, mijn lange wandeltocht ( 6km) aanvatte onderweg naar Sam die nu een dag en een nachtje met haar mama heeft doorgebracht in een hotel dat precies aan de andere kant van Torromlinos lag dan waar wij onze Villa geparkeerd hadden.

    Misschien dat het vorige verhaaltje op de blog wat lang uitviel, die ochtend was ik al vroeg beginnen schrijven, de letters rolden zomaar uit mijn pen, het enige wat ik moest doen was ze noteren.

    Het werd een mooie middag en een blij weerzien van De mama die haar dochter na 4 maanden terug zag, 2 blije gezichten dat las ik zo. Met de mama was alles opperbest net zoals dat met ons het geval was. Dat deed haar plezier, ze genoot om ons samen, nog even blij als bij het vertrek, te zien. Er zijn koppels die samen op reis vertrekken maar elkaar dan echt beter leren kenen en vroeger terug komen dan gepland was. We drinken een kopje koffie , bekijken enkele geselecteerde foto’s op het pc-scherm- geselecteerd omdat we moeilijk de nu al bijna zo’n duizend foto’s die ik gemaakt heb kunnen zien- en wandelen in het flauwe zonnetje over de dijk. ‘Vandaag trakteer ik ‘ zegt haar mama en we zitten even later in een behoorlijke gereputeerde zaak paella te eten met Cava. Een feest. Rachel verteld honderduit over haar vriendinnen die allemaal nauwgezet de blog lezen en haar geregeld komen vertellen over het wel en wee van die twee op reis. Hierbij doe ik de groeten aan de dames: José, Kitty, Leni en Tilly en breng ik mijn dank over voor de complimenten over het schrijverstalent die ik mocht ontvangen. ‘We keep on going‘.

    15 februari, middag. We worden uitgewuifd door al onze campervrienden! en wij wensen hun veel zon en vreugde in Torremolinos ! Wij zijn intussen alweer onderweg naar Cordoba. Het wordt een mooie rit via Ardales rijden we de bergen in en worden stil van de grote meren, Embales, die er schoon bijliggen omringt door de bergen. We blijven stijgen en belanden in Garganta del Chorro waar we het bruggetje van de koning met eigen ogen aanschouwen, Camanito del Rey aangelegd voor koning Alfonso XIII in 1901 en dat een grote kloof tussen 2 bergen verbind op 100 meter hoogte. Hier zijn we weer echt in de bergen. Heerlijk, een paradijs voor klimmers, wandelaars de liefhebbers van Tapa’s van konijn die hier in het kleine mooie en mooi gelegen hotelletje geserveerd worden. We genieten van het andere sfeertje dat je aantreft in the Mountains. We rijden op een prachtige weg met veel haarspeldbochten en kijken verwonderend naar de mooie panorama’s met duizenden olijfboomgaarden. We belanden via de Valle De Abdalajis , een weer anders ogende vallei met schitterende wijngaarden die er nu het winter is rustig en gesnoeid bijliggen en met het hooggebergte als decor op de achtergrond-het lijkt een postkaart-, komen we aan in Montilla. Grappig is als we een flesje wijn, dat we eerder kochten aan zee, openen, het precies deze wijn blijkt te zijn die uit dit dorpje komt. Montilla is het centrum van deze wijnregio. We klinken en genieten van een lekkere salade in onze Camper.

    Een beetje een onrustige nacht hier op het plein, veel auto’s die komen aangereden. Het verbaasd ons elke keer dat op gelijk welk klein plein waar ook in de wereld , waar geen doorgaand verkeer is, er toch altijd zoveel auto’s moeten komen aanrijden of vertrekken.

    Ik probeer even in een telefooncel te bellen naar Marieke in Costa Rica, maar krijg geen gehoor. Ja, ik bel naar het nummer in het huis waar ze verblijft, zoals ze me gevraagd had, omdat haar belkrediet van haar gsm op is. Morgen nog eens proberen. Best natuurlijk rond een uur of 2 hier , dan is het daar 8 uur in de morgen en is ze nog niet weg naar haar werk. ‘t Is te zeggen, haar stageplaats in een centrum voor kinderen die daar opgevangen worden. Marieke is er 3 maanden een soort persattaché en ze zal artikels schrijven voor de media ginder. Todo en Español.

    We rijden ’s middags door en vinden vrij makkelijk de Camping in Cordoba. Een mooi aangelegde groene verblijfplaats met veel ruimte en op een halfuurtje stappen van het oude centrum van Cordoba. Het is 22°C, wat een verschil met gisteren aan zee! We overwegen om ons te laten verleiden op de verschillende advertenties die aan de restaurants uithangen voor een Valentine menu vanavond, maar besluiten dat niet te doen. We koken al vaak zelf zo lekker, we gaan al meer dan gemiddeld thuis uit-eten dus eigenlijk is het elke dag valentijn. Ook hier in Cordoba is deze dag vooral een extra zet om de omzet te verhogen van de middenstander op zeg maar een gewone Zaterdag. We koken een heerlijke spaghetti met spekjes, bospaddestoelen, pepertjes, zachte rode paprika, olijfolie, ui en look en eten lekker op ons privé terrasje in het avondzonnetje.

    Sam is wat moe vanavond van het stappen en ook wel van Tante Roza die op bezoek is. Mijn zussen destijds, toen ik de enige jongen in het gezelschap was, bedachten die naam als ze hun maandelijkse regels hadden. Regels of maandstonden was zo’n raar woord vonden ze vandaar Tante Rosa. Vanavond neem ik de eerste draft van de boekversie ‘ Almost happy ‘ door. Ik ben eraan begonnen om dat het lezen van een script niet zo makkelijk is. Er staat bij elke sequentie geschreven of dat het Interior of exterior wordt opgenomen, de plaats van opname ook de verwijzing naar dag of nacht of middag. Elke dialoog gaat vooraf aan wie met wie praat en de taal is niet echt een leestaal maar gesproken woord. Ook is het vervelend om lezen , als je nog nooit eerder een filmscript onder de loupe hebt genomen, omdat je een script in beelden schrijft. Film is beeld. Dus als ik the story bij wijze van test -of het verhaal aanslaat- wil laten lezen aan vrienden zal het makkelijker voor hen zijn omdat ze niet afgeleid worden door camerahoeken, back- en stockshots en technische informatie die voor het opmaken van het filmdraaiboek en het finaal draaien van de film noodzakelijk zijn.

    Hier moet ik als schrijver dan ook weer een andere pet opzetten want leestaal is weer anders dan beeldtaal. Ik zal er even mee bezig zijn, maar het kan nu natuurlijk. Ik heb een zee van tijd en ik had het me ook voorgenomen om dit project zo goed mogelijk af te ronden dit jaar.

    Als we één keer terug zijn zal het me vooral aan tijd maar ook aan de zin ontbreken om je neer te zetten en verder te doen. In het dagelijkse leven ben je genoodzaakt met allerhande andere dingen bezig te zijn.

    Zondagochtend,17 februari.

    Het is half acht en nu 10 graden buiten, kil maar best OK voor een uitstap in Cordoba.

    Ik betrap mezelf erop dat ik vaak de temperatuur noteer. Gek dat je daar zo mee bezig bent. Het is natuurlijk wel zo dat je vaker dan anders buiten komt en ook buiten leeft. In de camper hebben we ruimte genoeg om met ons twee zeg maar te slapen, te koken, te douchen en wat te eten aan tafel, maar het blijft toch vrij krap om er lange tijd binnen te zitten. Bovendien zijn we hier natuurlijk ook niet om binnen te zitten.

    We trekken op stap naar de stad.

    We verdwalen in de betoverende kleine steegjes in de buurt van het Alcazar, het vroegere paleis van de Califa. We worden vervoerd door de details op de gevels, de muren en de groteske Moorse poorten en deuren van de huizen. Codoba staat bekent als de stad van de drie culturen; Arabisch, Joods en Christenen die er allemaal samen woonden tijdens de Middeleeuwen. We kuieren door de Patio de los Naranjos, een appelsienen boomgaard waar het mooi en rustig vertoeven is. Morgen zullen we De Mezquita Aljama bezoeken. De moskee die een parel van de Arabische architectuur is. Voor dat de Arabische koning Abd al-Rahman in 751 n.C. kwam was dit de Christelijke ‘Basilica de San Vincente’ die verbouwd werd tot Moskee. In deze buurt vinden we mooie design spullen in enkele winkeltjes naast de veel te vele kleine toeristenshops met allemaal dezelfde T-shirts waarop de typische “lime stone gewelven “ uit de Mezquita getekend zijn en die in alle maten en varianten aangeboden wordt. Het is een mooie stad, de oudste stad van Spanje die prachtig gelegen is aan de Guadalquivir rivier. Doorheen de eeuwen hebben verschillende volkeren van verschillende religies en culturen samengeleefd en deze stad zijn rijkdom en traditie nagelaten. Het was de hoofdstad van het Romeinse koninkrijk. De Arabieren, de moslims of de moren kwamen in 715 van Noord Afrika en bezetten Zuid Spanje; Al-Andalus noemden ze het veroverd gebied. Dat is later Andalucia geworden. In de 8e eeuw was er een Arabische koning die Al-Andalus omdoopte tot een Onafhankelijk Emiraat en hij noemde zichzelf Califa, een Arabisch woord dat staat voor “Prince of the believers “. De nieuw opgetrokken stad aan de rand van de oude staat vol gebouwd met moderne buildings waar je de nieuwe trendy resto’s en loungebars vindt. Grote lanen waar het heerlijk wandelen is.

     

     

     

    Maandagochtend 18 februari, Halvijf

    Ik kan de slaap niet meer opnieuw aanvatten. Duizenden dingen uit het verleden, indrukken van de stad gisteren, herinneringen aan vroeger in de lagere klassen in broederschool schieten wirelwarrellend door mijn hoofd. Stukken van een gesprek met mijn zus als ze ‘s nachts thuis kwam van een avondje uit en ik spaghetti voor haar maakte. Ik zit in mijn gedachten dan weer plots beneden in de eetkamer bij mijn mama als 8 jarige als zij aan het strijken is. Ik ruik de damp van de stoom die het strijkijzer blaast op de lakens. Ik lig rond te woelen en maak daardoor Sam wakker. Lig toch eens stil zegt ze. Ik wil dat wel maar ik ben klaar wakker in mijn hoofd. Hoe zou mijn vader zich gevoeld hebben toen hij 50 werd en wat dreef me om op mijn 35 een bvba op te richten, hoe jong en onervaren was ik toen? Dan sukkel ik terug in slaap en draait Sam zich tegen me aan. Ik ben weer wakker. Hoe zou het met Marieke zijn in Costa Rica? Waarom kan ik ze toch maar niet bereiken daar, ik zou zo graag haar verhaal horen.? Wat gaat Jolien doen straks als ze haar humaniora af heeft? Het huis in de bankstraat, wat ga ik er mee doen? Ik teken in mijn gedachten een heel schema voor de bouw van een terras aan de slaapkamer en de installatie van een nieuwe keuken. Ik draai me om en lig te staren naar het verluchtingsgat in het plafond. Het lijkt wel een spot. Dan sta ik plots op de set van de film, geef aanwijzingen aan de acteurs maar ze begrijpen niet wat ik bedoel. Ik sta maar op. Dit is geen doen. Ik maak dat meisje naast me elke keer wakker met dat gedraai in bed van me. Ik vind het zelf ook verschrikkelijk want ik ben moe, we hebben gisteren een hele dag geslenterd in Cordoba, mijn benen zijn moe maar mijn geest is wakker. Ik zet koffie en ga naar buiten. Een paar vogels zijn met me vroeg opgestaan. Het zijn maar enkele vogels die fluiten in de donkerte van de nacht. Het is een relatief zacht. Hier zit ik dan op een stoeltje voor de camper zeg maar midden in de nacht te koekeloeren. Ik loop langs de geparkeerde campers, met allemaal slapende mensen erin, door het donker naar het toiletgebouwtje. Best akelig. Het is muisstil, ik hoor alleen een douche die lekt. Ik rook een sigaretje onder de grote plataan die nog groter en reusachtiger lijkt dan overdag en open het script. Wat doet een mens al ‘s ochtends om vijf na vijf in een camper gestationeerd in Cordoba? Allard, mijn collega, zal al wel aan het rijden zijn in zijn auto van Hasselt naar Brussel om de files voor te zijn en Christian is ook al onderweg van Charleroi naar ergens waar hij veel te vroeg zal aankomen? Ik ben een beetje bij hen op deze maandagochtend.

    Ondertussen 5 pagina’s verder en 3 uur later. Het is acht uur en ik zie nog geen levende ziel op deze camping. Heb me dat al vaker afgevraagd. Zijn Camperaars echt zo’ lang slapers of blijven die ’s morgens allemaal uigebeid binnen ontbijten. Het zal wel het eerste zijn vermoed ik, dus toch langslapers. Ik loop eens rond hier op de camping en ontdek er de swimmingpool die er dezer dagen verlaten en een beetje triestig bij ligt.

    Ik probeer of we hier verbinding hebben met het net en warempel, het lukt. Dan maar even de mails lezen en wat onze blog aanvullen.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    18-02-2008, 10:16 geschreven door marc vanautreve  
    14-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Valentijn in Torremolinos

    Castell de Ferro, 8 februari,

    We schieten goed op met onze buren, Riet en Ko. Een aardig stel. Als we na het joggen een kopje koffie drinken op een terrasje op het dorpsplein komen ze aangewandeld en zetten zich bij aan ons tafeltje. Ko is een man met vele verhalen en al snel keuvelen we de rest van de ochtend vol. Wij gaan een kipje kopen zegt Riet en als jullie zin hebben. Wij brengen sla en wijn mee zegt Sam en zo eten, drinken, babbelen en genieten we de rest van de namiddag aan tafel in de tuin. Of we Paul Potts kennen? Een gat in onze cultuur. Een jonge man die een soort songfestival voor beginners in de UK gewonnen heeft. We nemen de cd mee in de camper en zijn verheugd en verrast dat we Paul Potts, met een stem als Pavarotti, kunnen beluisteren. Tot tranens toe, schoon, zo schoon , zeker als ie het Caruso zingt met symfonisch orkest. Het mooiste liedje aller tijden.

    Zondag 10 februari

    De zonsopgang om kwart over acht sla ik niet over. Het is een fantastisch schouwspel. Een al een beetje opgelichte aarde wacht tot zich aan de einder fel geel licht verspreidt. Het is een kwestie van seconden als ze dan plots door de verre wolkjes heen doorbreekt en haar gloed verspreid over de bergen en even later als ze opklimt de zee in een prachtig licht zet. Wij kennen dat niet bij ons, de zon die opkomt uit de zee. Ik weet het wel , de zon komt niet op , ze doet niets, ze blijft hangen waar ze hangt, het is de aarde die haar horizon laat zakken en die zichzelf van de nacht in de dag draait. Elk etmaal weer, een wondermooie start van elke dag.

    De dagen gaan hier snel, je staat wat later op,omdat het buiten nog donker en frisjes is. Ik zet koffie, Sam leest haar 50 Spaanse woorden, ik loop even naar zee om dat dagelijks wonder te zien, schrijf mijn verhaaltje voor de blog op pc. De ene dag gaan we samen lopen de andere Sam alleen en ik lees, schrijf wat of vul de watertank aan. Naar het marktje op het strand groentjes kopen en vis bij Pescaderia Mari Carmen, een aperitiefje op het plein. Vandaag kochten we 2 kg aardbeien uit Huelva voor slechts 3 euro. Meestal komen Riet en Ko ons vergezellen. Het is dan 2 uur als we aan het grillen slaan. Soms eten we samen met hen, vandaag onder ons tweetjes. Er komt een fruitboer aangereden en we kopen 3 kg mandarijntjes, vers van de boom geplukt, zegt de appelsienman, voor 2 euro.

    In de late namiddag doen we soms een tukje of we lezen wat en voor je het weet is het avond en zoals gisteren vragen onze buren of we zin hebben in een borreltje. Als Rietje ziet dat we wat te snel de glazen vullen en ook ledigen stelt ze voor om een klein hapje te maken en dat slaat niemand af. Voor we er erg in hadden was het middernacht. De dagen gaan hier veel te snel.

    De vogeltjes kwetteren in de bomen, we horen de golven slaan op het strand, de rode peperboom wrijft zijn zachte takken tegen onze camper en ik begin de dag met een strofe uit een liedje “liefje mijn liefje wat wil je nog meer.”

    Hier op deze camping gebeurt niet veel, de tijd staat er stil. Gisteren was er wat beweging, een familie Spanjaarden was hier voor het weekend. Grote tafel in de tuin met pan paella, rode wijn en peuters die rond kropen en lopen. Kinderen zijn hier heilig, zoveel aandacht en koestering dat ze krijgen van de ouders , tantes en nichten. Het was een mooi authentiek beeld, een beetje zoals vroeger bij ons als de familie op zondag samen komt bij de mama en de papa.

    Eergisteren maakte de waterpomp plots vreemde geluiden. Omdat ik dacht dat de watertank bijna leeg was en omdat we niet echt waterpas stonden, reden we hem op de keggen. Ko loopt voorbij en kijkt op. Ik vertel hem van de waterpomp en dat er wellicht een luchtbel in de tank zit omdat de pomp een raar geluid maakt. ‘Dat kan niet’ zegt ie, er zit waarschijnlijk vuil in de filter. ‘O, ja ’antwoord ik en even later staat de kranenspecialist met zijn instrumenten werkkoffer bij ons. We demonteren de aansluitingen, het is te zeggen; Ko demonteert en wij staan er wat bij te kijken en al snel toont hij ons het filtertje dat vol zit met troep. ‘Heb weer wat geleerd vandaag’ zeg ik. ‘Ach, je leert zo’n camper kennen van het moment dat er wat mis gaat’ antwoord hij ‘en er gaat altijd wat mis als je een jaar rondzwerft.’ Goed dat we een handige buurman hebben. Rita brengt ons een kommetje vers gemaakte soep en een stoofpotje met verse Rozemarijn die ze hier in de tuin plukt. . Een lieve dame. We boffen wel met zo’n aardige mensen. Dat is de tweede keer dat we ergens lukraak belanden, dat er wat aan de hand is met de camper en dat we kunnen rekenen op de handigheid van de toevallige buren. We nodigen hen uit morgen voor steak a la plancha. ‘Met plezier’ zeggen ze allebei, ‘Wij brengen een flesje wijn mee‘. Weer feest in de tuin.

    We bereiden een heel diner voor en kunnen dat zalig buiten doen. De rest van de dag eten we en genieten. We slaan de kaart van Spanje open om aan te duiden waar het mooi staan is met de Camper. Ko en Riet kennen deze provincie op hun duimpje. Ze komen er al jaren dus die know how is weer meegenomen voor het vervolg van onze ontdekkingsreis door Andalucia.

    Aanbevelingen zijn: Camping BENI CASEM, Bonterapark, mooiste camping van Spanje; boven Valencia.

    Het dorpje Fungerola net voor Torremolinos, waar een treintje rijdt van dat dorp naar naar Torromolinos. Ko geeft me een DVD met alle Campings van Europa. ’ Mag je hebben’zegt ie. Ik twijfel , ’ga je die zelf niet gebruiken ?’ vraag ik. ‘Ik opteer voor de boekversie’ antwoord hij, ‘veel makkelijker in de auto dan al dat digitale‘. Dat is natuurlijk wel zo maar ik ben er wel blij mee. Zo hebben we ook adressen voor als we door Oost Europa rijden.

    Als ik vanochtend mijn eerste koffie drink op het strand en me mee laat voeren door de golven van de zee heb ik de neiging om niet na te willen denken over het wel en wee van het dagelijkse leven thuis. Heb zoiets van “ dat kom ik wel weer tegen in september”. Ik wil me nu laten leiden door de krachten van de natuur, de stilte, de eenvoud en de schoonheid om me heen. Dat mag, daarom zijn we ook een jaar vertrokken. Toch onderwerp ik mezelf aan een 50 vragen interview. 50 Levensvragen aan deze man die nu 50 is geworden. Op de eerste 25 vragen die ik nu bij elkaar geschreven heb is het wel terug gaan naar het verleden en geloof me, je komt jezelf tegen. Er is met 50 jaar leven een verleden, dat wat voorbij is, dat wat je geleerd hebt en de herinneringen, zeer mooie, mooie en minder fraaie maar ik wil niet blijven stil staan. Ik ben nooit een man van het verleden geweest, dus denken en dromen over wat nog gaat komen en vooral wat je dan anders wil gaan doen, anders aanpakken en hoe anders reageren op stimuli waar ik me elke dag spontaan weer aan bloot stel. De vragen en de antwoorden noteer ik maar ik houd ze bij voor als ik het boekje “Home at Europe” uitgeef, één keer dat we terug zijn. Twee filosofisch vraagjes -waarvan de eerste zeker de moeite is om aan jezelf te stellen in een bui van weemoed of ultieme opwinding- gooi ik op de blog:

    Is zelfbedrog een noodzaak om te overleven?

    En deze wat meer persoonlijk gericht. Schrijft een scenario schrijver een script over dingen die hij begrijpt of niet begrijpt, uitlatingen, bedenkingen en dialogen die in het gesproken woord op het scherm meer gevat zullen zijn als het geschreven woord. En waarom schrijft hij of zij over het onbereikbare, ongrijpbare waar hij machteloos naar kijkt of tegenover staat of nadenkt zoals de dood, de maan, de regen en natuurlijk de liefde -dat onbeschrijfbare proces in je hart- en over gebeurtenissen die een diep spoor in zijn leven hebben na gelaten.

    Er ligt een grote vis op het strand, Ko denkt een zwaardvis en Pepe, zeg maar de opzichter van deze camping, denkt dat het een klein dolfijntje is dat waarschijnlijk tegen de schroef van een tanker is aangebotst en zo een slag gekregen heeft die ie niet overleefde. De zee zuivert zichzelf van het vuil dat mensen erin gooien en van dode vissen. Er ligt veel troep aan de branding. De zee is woelig vandaag en er zetten wolken aan. Tijd om onze biezen te pakken. Eerst wat opruimen en poetsen want met die gastronomische etentjes maak je wat rommel in huis natuurlijk. Sam doet de binnendienst , ik de buiten. Dat houdt ondermeer in; het buiten keuken stel en de BBQ. Als ik sta te schuren aan de gril komt Rietje langsgelopen. ‘Altijd maar werken hé’ zeg ik tegen haar waarop ze glimlachend antwoord ‘Er zijn apostelen en martelaren‘. Ze stapt verder naar haar zetel in het zonnetje terwijl ik verder schuur.

    We zullen straks zo’n 140 km rijden richting Torromolinos waar de mama van Sam een weekje vakantie heeft in een hotelletje. Sam zal blij zijn haar mama even te zien. Ze hebben afgesproken om een dagje samen met z’n twee door te brengen. Ik zal haar oppikken de dag erna en dan lunchen we samen en nadien reizen we richting Cordoba, ooit de hoofdstad van het legendarische Al-Andalus, het machtig Islamitisch rijk waar zoveel Moslims met heimwee aan terug denken. Die mooie stad, die duizend jaar geleden, toen de rest van het Middeleeuws Europa nog lag te dommelen onder een deken van onwetendheid en barbarij, het centrum was van geleerdheid en beschaving, hadden we overgeslagen op onze tocht naar de zee maar we vinden dat we er zeker eens naartoe moeten. Ik verheug me om tussen de achthonderd Moorse zuilen in het Mezquita van Cordoba te verdwalen.

    Ko en Rietje nodigen ons uit voor Frietjes, olifantjes en salade, “ Dan moeten jullie niet meer afwassen voor het vertrek.” Ze zijn lief. De olifantjes, een Spaans kip met kaas kroketje, smaakt lekker. We wisselen gerechten uit en ik maak kennis met “Bietje van Rietje”, een oer Holland gerecht.

    Gekookte Rode biet zacht stoven in boter.

    Geraspte appel erbij en fijn gesneden uitje. Beetje zout, suiker en azijn erbij.

    Doe er vervolgens gebakken magere speklapjes bij die ingesmeerd zij met kruidnagel en mosterd en dit geheel serveren met Piccalilly ( de zoetzure versie van onze Belgische Pickles).

    Het is, naar onze Belgische normen, niet echt gastronomisch maar Spinazie met stoemp en worst is dat ook niet en smaakt verrukkelijk.

    We proberen het zeker uit.

    Ze wuiven ons uit en om half drie rijden we langs de prachtige kust-berg-weg naar Torrmolinos.

    Het is er anders, drukker, veel volk, verkeer, lawaai en buildings. Het is alsof we ‘ van den buiten’ de stad in rijden en na even zoeken naar de Camping zijn we Torro al beu. De Camping hier staat bijna vol: Zweden, Denen, Engelsen en Fransen uitgepakt voor 3 maanden overwinteren dat kan je zo zien aan de aangebouwde voortenten, tafels en stoelen.

    Het is een opeenstapeling van Campers en caravans en we vragen ons af of deze mensen echt kiezen om op deze lelijke Camping te komen staan? Of ze misschien niet beter weten? We sussen onszelf met het idee dat het goed is dat ze hier in Camping Torromolinos met z’n alen op elkaar gestapeld staan dan blijft de rest van ‘ het mooie Spanje’ wat ongerepter. Wat een verschil met de kleine vriendelijke charmante groene camping van Castell de Ferro aan zee waar er maar drie bewoonde campers stonden en plaats zat was om buiten onder de bomen te zitten. Hier heb je naast je Camper net 1,5 meter ruimte op een betonnen vloertje om je tafeltje en je stoelen te zetten en het uitzicht is ongelooflijk …. lelijk. Ik overwoog om er een foto van te maken maar ik bespaar u dit en ook ons. We blijven hier gelukkig niet lang. Sam eet vanochtend, naar gewoonte, 2 stukken fruit en we vertrekken aangekleed op z’n winters naar de taxi stop plaats. Er hangen dikke grijze wolken waar de zon niet door kan en het is koud. Ik herken een Belgisch hemelgewelf en het is hier waar we stappen alsof we langs de ring van Antwerpen lopen. Torremolinos, één keer maar! Ko zei smalend met zijn ogen een beetje dicht geknepen over Castell de Ferro, ‘het is hier een paradijsje‘. Dat is ook zo. Dat dorpje lag tussen 2 bergketens in, verscholen voor de wind en de zon scheen er warempel daar waar de rest van Spanje bewolkt bleef dezer dagen. Ik blijf alleen achter en ik weet eigenlijk nog niet goed wat doen. Verlaat ik me op de boulevard van Torro, midden in de jungle van Deutche Heisse Steingrill restaurants waar men naast Duits ook Engels en Frans spreekt, de Belgische Steak en Friet eethuizen met opschrift ‘ Hier spreekt men Nederlands” en de menu’s toeristico met 300 Paella variëteiten of blijf ik lekker binnen schrijven? Als ik de teksten van onderweg straks in boekvorm wil uitgeven heb ik nog veel correctie- en aanvulwerk. Het is bewolkt en het waait hard, de camper beweegt af en toe mee met de wind. Ik blijf vanochtend en elk geval thuis en lekker binnen. Het kleine elektrische hete lucht blazertje aan en koffie.

    Het is nu elf uur en ik overwoog om een douche te gaan nemen. Maar in het badhuis was zo’n helse drukte. Zeker 10 oude mannen in gebloemde short, op plastieken sleffertjes en een vieze te grote T-shirt aan stonden zich te scheren en tanden te poetsen. Ik heb rechtsomkeer gemaakt want die drukte en gezelligheid hoef ik niet.

    Ik schrijf in alle stilte en eenzaamheid verder. De ramen van de camper zij half geblindeerd en ik heb helemaal het gevoel niet in het Zuiden van Spanje te vertoeven maar thuis, op een regenachtige donkere winterdag aan mijn schrijftafel. Tot nu toe heb ik een bladzijde of 150 bij elkaar geschreven, A4 formaat, met naar ik meen, verhelderende, soms filosofische en mooie story’s over onze avonturen op reis. We zijn nu 120 dagen onderweg. Af en toe staan er wat praktische dingen over plaatsen in Europa, maar het wordt geen vakantieboek met schema’s,landkaarten en wegbeschrijvingen. Het gaat over wat we beleven, aanvoelen, bedenken, zien en waar we blij verrast om kunnen zijn. Dat wil ik graag delen en met enkele knappe foto‘s erbij die we konden maken kan dat boeiend zijn voor de lezer die straks in de winter van 2008-2009 Home@Europe wil kopen en thuis in de sofa bij de open haard wil lezen.

    Ik loop even naar buiten, de benen strekken en er spreekt me een man aan. ‘Vous êtes de Belgique‘? Ik antwoord: ‘Qui, mais de la coté Flamende‘. ‘Ah hie sprekt Vlamsche alors, ’k en dacht da hie van de Walen wart en Frans sprekte oemdat ge ne sticker op joenen camper hebt van Liege. Ik leg hem uit dat we de camper inderdaad in Luik kochten. We maken kennis, Hij verteld dat gestopt is met werken op zijn 50ste , garagist in Nieuwpoort , en hij komt hier nu al 4 jaar elke winter voor 2 maanden. ‘’t Es hier goe hé ?’ Ik vertel hem over de rust en de stilte van Castello de Ferro en hij beaamt het . ‘Jok aan dienen kante est wreed rustig maar der es niks te zien hé’. Ik neem afscheid onder het mom dat de patatjes aan het koken zijn.

    Patrick Borgions belt op. ‘Ik kom nu van Genève en rijdt Lyon binnen voor een afspraak en dan moet ik nog naar Grenoble, lang in de auto en ik dacht , ik bel de Marc eens op.’

    Patrick is een goede vriend die in de Stansmachine wereld zit. Moet regelmatig voor zijn eigen bedrijf reizen en is dus vaak onderweg. Het gaat hem goed, de business draait en verder druk druk druk. Daar hebben we hier niet zo’n last van ,zeg ik, maar we kennen het wel. Als het goed en druk draait kan dat ook een feest zijn natuurlijk. ‘Hier in Frankrijk schijnt de zon overdadig, trouwens ik België ook‘, vult hij aan. ‘Gisteren nog op een terrasje buiten gegeten.’ Ik vertel hem van de donkere wolken hier en hij smaalt een beetje. We keuvelen nog wat over zijn website en een knap software programma dat hij heeft laten ontwikkelen. Ik mag er niet veel over vertellen hier op de blog want het is Brand New en Top Secret, hij wil dat commercialiseren. Hij verteld over de onderhandelingen die hij met een provider wil voeren en we groeten elkaar ‘ Tot in Sicilië!’ Hij vliegt over voor een weekje vakantie bij ons begin mei.

    Het is nu ver half drie en ik krijg honger. Wat koken?, dat kan natuurlijk, maar voor 1 persoon? Gek, Sam is nog maar een halve dag weg en ik mis haar al. Na drie intensieve maanden samen wonen op een paar vierkante meter is alleen zijn even wel weer even wennen. Koken voor 2 is zoveel veel prettiger. Ik zou zo’n reis voor een jaar door Europa trouwens nooit alleen ondernemen, we komen ze wel eens tegen die “einzelgangers, helemaal alleen op reis“. Niks voor mij, in mijn eentje zou ik er niets van bakken. Ik zou vereenzamen denk ik, me niet wassen en mijn bed niet uitkomen en dat alleen-gevoel ook nog koesteren maar wel vergaan denk ik. Ik loop naar het Camping restaurantje en vraag wat de Menu del dia is. Ik begrijp de ober zijn Spaans niet zo goed maar ik wil geen pulpa, dat is een soort mik mak van inktvis, dat had ik verstaan. ‘Doe maar wat ‘zeg ik en hij brengt een heerlijke sla, spiesje varkensvlees dat lekker gekruid is met frietjes, ik neem een glaasje viño Tinto erbij en sluit af met een koffie . Voor 7 euro, dat is nog eens het Spanje waar ik van hou. Het restaurantje zat goed vol en tegen mijn verwachting in bijna allemaal Spanjaarden. Ik denk werkvolk van de camping dat hier kabaalmakend samen luncht en tegelijkertijd naar de TV kijkt die hier centraal in de wat donkere eetzaal hoog ophangt en te luid staat. Typisch Spaans, ik kijk mee en zie op het middag nieuws dat men zich hier wat zorgen maakt om de woelige zee die tegen de dijken aanbonkt. Een wat verdrietige eigenaar van een restaurantje op het strand in Michas getuigd hoe hij zijn terras aan scherven zag vliegen met de wind en de woeste zee die er op in beukte. Ik eet zoals het een single past, met één oog naar de TV en het andere afwisselend in mijn bord en in de krant. Ik spreek niemand aan en ik wordt ook niet aangesproken. Ik laat me opnemen in de sfeer en verorber in mijn eentje mijn maaltijd. Ik geniet ervan. Kim Novak verjaart vandaag 13 februari 2008 lees ik in de krant, ze wordt 75 jaar. Er zijn waarschijnlijk maar weinig mensen die haar nog kennen. Ik vond ze in haar jongere jaren, toen ik een uit zijn krachten gegroeide puber met pukkels was, een beeld van een vrouw op het witte doek. God, wat gaat de tijd snel. Zij is 75 geworden en ik 50. De weersvoorspellingen zijn ook niet geweldig voor de komende dagen hier in Andalucia . In het Noorden en in het binnenland hebben we zonnetjes op de weerkaart , hier in Zuid Spanje, wolken en wind. Ik schrijf vanmiddag voor mijn film script een erotische scène à la Brusselmans over Catherine en Anton die een spannende namiddag beleven in een Spaanse afgelegen wijngaard. In een film moet wat seks zitten wil ie het grote publiek aan spreken. De scène is niet voor publicatie op de blog. Het wordt een aanvulling voor het boek en natuurlijk te zien in de film.

    Stef belt op en vraagt me hoe het met me gaat. Zijzelf wordt nog volledig opgeslorpt door de verkoop van de gebouwen van haar zaak. Geen makkie , het is moeilijk maar als dit opgelost is zegt ze zal er zich wel een ander probleem aandienen. Zo blijven we bezig. Ik wens haar veel succes en geef ze 3 dikke zoenen.

    Toch maar een stevige wandeling maken vanmiddag op de Paseo Maritimo van Torre. Goed ingeduffeld want er staat me een bries te waaien! Het is alles van dat, wat ik vermoedde. Hoopjes oude van dagen die met skivesten en dikke sjaals aan kuieren op de mooie artificieel aangelegde dijk met ingevoerde palmbomen uit Tunesië. Je hebt de Chinezen van 6 euro voor een drie gangen menu, dessert inbegrepen en de Irisch pubs en Typical Englisch restaurants met aanbiedingen van de dag. Enkele winkeltjes met zomerkleding voor een winterprijsje en als ik een kleine souvenir winkel binnenstap, omdat ik zie dat ze er de Spaanse Aquardente in de rekken hebben staan en vraag wat die hier kost zegt de jonge dame, ‘22 euro, Yes I know it is too expensive, you can buy for 15 Euro in the carrefour‘. Het wordt een fikse wandeling tegen de wind in. Ik ben blij als ik terug thuis ben en voor mezelf een broodje Chorizo maak en verder kan werken aan mijn script. Morgen als ik de dijk van een kilometer of 5 naar het andere eind van Torre wandel, waar Sam haar mama logeert in een hotelletje, zeker mijn fototoestel meenemen om de lelijkheid van de buildings hier vast te leggen. Dit is een plek in Spanje waar je niet moet zijn. Geef mij maar de amandelbomen in de Alpujarra of een lieflijk dorpje aan zee met zijn marktje op het strand waar de tijd even stil bleef stil staan. De Chinees van 4,75 en the Complete English breakfast heb je er niet maar wel een schotel vers gevangen vis bij Maria en eerlijke lekkere tapa’s bij het aperitiefje.

    Als ik buiten een sigaretje ga roken komt er uit de FENDT camper,die naast ons geparkeerd staat op nummer 31, een blonde, vermoedelijk Deense dame, in peignoir met daaronder een strakke zwarte spannende broek, buiten met een kom vol afwas. Ze begroet me en vraagt of ik het naar mijn zin heb. Ik zeg ‘TAK‘, dank je, het enige woord Deens dat ik ken en doof mijn sigaret. Niet dat ik me beter voel dan anderen maar ik heb geen zin om hier een praatje te staan maken in de gure wind met de overwinteraars van deze Camping. Ik ga binnen en verdwijn voor de rest van de wereld. Ik heb een job te doen dus laat mij maar, laat mij maar, ik heb nog zoveel te doen.

    Ik schrijf en blijf tot een uur of elf en ga naar bed. Lig wat rond te draaien en ben verwonderd over de inpakt die het schrijven heeft op een mens. Ik blijf denken en zinnen fraseren, ook nu dat ik het licht heb uitgedaan. Sta ik terug op of onthoud ik het voor morgen? Ik neem een stukje papier en schrijf wat kernzinnen op.

    ’s Morgens om half zes zet ik koffie en begin de aantekeningen te verwerken in mijn script. Ik omschrijf de eerste scène van de film leesbaar in boekvorm zodat ik dat stukje op de blog kan zetten.

    Nu dat ik alleen ben maak ik toch niemand wakker met het licht aan en het getik op mijn pc .

    De wind is gaan liggen voel ik en de temperatuur buiten is 12,5 °C. Dat is zacht voor de tijd van het jaar bedenk ik me. O ja, ik zit nog altijd in Torromolinos.

     

     

     

    Een kort voorproefje, nu het vandaag Valentijn is, voor de lezers van de blog. Een fragment dat de begin scène illustreert van

    ALMOST HAPPY, de film.

     

     

     

     

     

    Catherine zit te dromen in zetel 12 van de boeiing 747 die vanuit New York over Engeland naar Parijs vliegt. In haar gedachten ziet ze zichzelf met Vincent en Rosanne, haar zoontje en dochter , langs de branding van de zee lopen en plezier maken. Al snel duikt ook het beeld van Guido, haar man, op met wie ze weer ruzie maakt. Ze draait zich weg van het raampje om die gedachten te verdringen.

    “Het landen is het mooiste, niet? “

    zegt haar buurman, medepassagier. Een wat corpulente zakenman man met een te grote bril op. Catherine kijkt hem glimlachend aan. “Ik vind het opstijgen het spannendste, weg vliegen, alles achterlaten en het gevoel hebben te zweven. Heel hoog..en ver weg.”

    “Neen, landen is voor mij, terug thuis komen, er zijn bij wie ik me goed voel, mijn vrouw en de kinderen.

    “Thuis komen“? vraagt Catherine met vragende ogen

    De man knikt van ja.

    Zij kijkt hem ongelovig aan

    “Ben jij getrouwd“? vraagt de man. Catherine antwoord flauwtjes: “Soms“. De man kijkt haar verbaasd aan. “Zal ik je een lift geven als we geland zijn ?”

    Catherine antwoord zelfzeker,terwijl ze haar gordel losmaakt en haar koffer uit het bagagerek neemt,

    “Ik ga nog niet naar huis, ik neem eerst vakantie“.

    Hij kijkt haar, nog in zijn zetel zittend aan, en ziet dat ze een kleine diamanten piercing heeft in haar navelbuik.

    “ Ga je met de kinderen op vakantie? ” vraagt hij

    Catherine antwoord verontwaardigd en direct

    “Neen, Neen, zonder.”

    “Dan ben je een geëmancipeerde vrouw?”

    Met dezelfde verontwaardigde blik zegt ze “Sjah..…”

     

    Anton slaat het portier van zijn vliegtuigje, een Cessna, dat op de tarmak geparkeerd staat, open en kijkt of hij haar al ziet uitstappen uit de boeiing die intussen geland is. Zij komt huppelend de trap af met 2 koffers in haar hand. Een brede glimlach verschijnt op haar gelaat als ze Anton ziet staan. Ze zet een koffer neer en wuift opgetogen naar hem. Anton wuift enthousiast terug, stapt in de cockpit en start zijn motor alvast.

    Catherine stapt met een brede smile naar zijn vliegtuigje toe.

    Anton, blij als een kleine jongen, omhelst haar als ze aangelopen komt.

    “Hé lieveling, mijn allerliefste schat, ik heb je gemist.” Catherine kijkt hem blij aan.

    Mijn schatje, zegt ze, en ze zoenen elkaar op de mond. “Het is alweer veel te lang geleden” zegt Anton. “ Ik heb je zolang moeten missen.” “Zullen we ?” vraagt hij. Catherine antwoord uitbundig “Yes”. Ze doet teken met haar vinger naar haar mobiele telefoon. “Eerst even bellen naar de kinderen.”

    Zij loopt een paar meter weg van de Cessna en tikt het thuis nummer in op haar GSM terwijl Anton haar spullen in de cockpit zet.

    Ze wendt zich af van het geluid van de draaiende motor en steekt een vinger in haar oor. De telefoon gaat over in Antwerpen.

    “Vandesande” klinkt het aan de andere kant.

    “Hallo Guido“, wachtend op een antwoord dat niet komt

    “Zijn de kinderen thuis?” Guido roept aan de trap de kinderen die boven aan het spelen zijn. “Vincent, Rosanne,’t is mama.”

    Vincent en Rosanne hollen van de trap roepend “Mama, mama.” Guido vraagt aan haar voor hij de telefoon aan de kinderen geeft: “Alles OK?” Catherine antwoord “Jaja, alles OK en thuis ook?” “Ja,ook wel“, gevolgd door een stilte. “Is het druk daar?” vraagt hij.

    Catherine antwoord opgetogen “dat valt wel mee, Ik heb mijn promotie gekregen.”

    “Dat is goed van je” antwoord Guido met een neutrale stem. “Ik geef je de kinderen“, terwijl die aan de zijde van Guido staan te wachten en tegen elkaar zeggen: Ik eerst hé, neen ik eerst. “Zeg hoe laat kom je thuis?” “3 Daagjes nog“ antwoord ze aan Guido. “Ja, dat heb je gezegd maar hoe laat landt je?” Catherine draait zich om en kijkt naar Anton met een blik van ‘dat weet ik niet’.

    “Zal ik je komen afhalen op de luchthaven?” vraagt Guido. Catherine antwoord een beetje onzeker

    “Neen, Neen.... ik neem wel een taxi.”

     

     

    Wordt natuurlijk vervolgd.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (2 Stemmen)
    14-02-2008, 16:58 geschreven door marc vanautreve  
    07-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7 februari, feest

    “”””””””””””””””””””””””””””””””””””” Hallo Again “”””””””””””””””””””””””””””””””””””

    Zondag 27 januari

    Alpujarras

    Ook vanochtend worden we wakker in de volstrekte stilte van de bergen.

    Als ik buiten zit op het witte muurtje dat de Amandelboom plantage omringt en koffie drink onder de bloesems met hun zoete vanille geur en de iets scherpere geur van de Tym verspreid door de struiken erlangs, bewonder ik het schouwspel van de zon die over de kam van de bergen komt piepen en zo de witte huisjes in de vallei geel kleurt. Het zoemen van de bijen,het gefluit van een soort musje dat drinkt van de bloemetjes en het stromen van het bergriviertje is het enige wat ik hier buiten hoor. Plots wordt de stilte doorbroken door iemand die zingend aangewandeld komt. Ik herken de Spaanse versie van “Begin The Begin” van Cole Porter. Het is dezelfde oude man met wandelstok die gisterenochtend ook kwam aanwandelen. Ik zing het deuntje mee en hij lacht zijn enige voortand bloot. In een vorig leven was ik zanger en heb her en der, zelfs in Granada opgetreden zegt hij. Omdat mijn Spaans niet zo uitgebreid is en zijn Engels onbestaand zijn we snel uitverteld en moet ik afhaken met “no couperend“. Al neuriënd stapt ie verder en begroet uitgebreid een mevrouwtje in zwarte outfit dat mijn richting opwandelt. Een paar zwaar uitgedoste kerels met helm, knielappen, zware boots en felgekleurde pakken komt iets later voorbij stappen. Ik spreek ze aan en het blijken Mountainbikes te zijn. . Vandaag doen we de ….., een of andere berg. En de fietsen vraag ik? Die huren we in Fondales.

    Wij houden het bij stappen in de bergen en onze bergtocht gisteren was adembenemend. We hebben een prachtig GR pad gevolgd dat leidde naar Ferreirola, en vandaar, er is geen openbare verharde weg meer in de vallei, naar het laatste dorp Bousquitar. Een ongelooflijk authentiek dorpje waar je geen toeristen meer tegenkomt. Over dit dorp doet de legende de ronde dat tijdens de hevige en bloedige veldslag tussen de christenen en de moslims het bloed van de slachtoffers zich niet vermengd zou hebben maar verschillende richtingen zijn opgestroomd. Dat van de moslims vloeide de vallei in en het bloed van de christenen stroomde de heuvel op! We drinken op het verlaten dorpspleintje een glaasje wijn en worden getrakteerd op heerlijke Tapa’s. Terug naar Meccina, waar onze Camper staat via Fondales wat het laatste dorp is beneden in zuidelijke richting van de vallei. Heerlijk.

    We kunnen deze streek; La Alpujarras in de Siërra Nevada, zeker aanbevelen aan liefhebbers van trekken door de bergen met zijn prachtige de natuur en de lieflijke witte dorpjes die je tegenkomt. En het verschil met de bergen in Zwitserland is dat je in januari lekker in het zonnetje wandelt. We schatten zo’n 18 graden. We komen een paar lokale bergwandelaars tegen en begroeten en worden begroet met “Ola“, de korte versie van Buenas Dias.

    In het hotelletje van Meccina, aan de ingang van het dorp kunnen we draadloos op het net. We zijn verrast door een aantal mailtjes van vrienden die we mogen lezen met complimenten over de foto’s en lof over het verhaal van onze reis op de blog. Even verbonden met thuis, dat doet goed. Vanmiddag eten we , naar goede gewoonte ‘s zondags, uit huis . Het hotel heeft een heel charmant restaurant. Een voorafje, Looksoep La Alpujarra en ik een uisoepje dat lekker geserveerd werd met een toastjes kaas, zoals het hoort. Sam kiest voor een stukje vis en ik had zin in een spiesje gebraden vlees. Het wordt een brochette varkensvlees afgewisseld met bergworst en daarbij gekookte patatjes en een slaatje van courgette, gele,groene en rode paprika. Zeer klassiek en lekker. Na de lunch zijn we allebei een beetje tipsy van het zware eten en vooral van de Monti Vides, Vino de la terra Contraviesa Alpujarra. Het is vandaag iets te koud buiten, 13°C, om in onze amandelboomgaard te gaan zitten en dus nemen we een pousse cafeetje en doen een tukje. Op de bergflank rechts van ons heeft de herder met wel een kudde van 200 schapen zich op een groen tapijtje gras onder de amandelbomen neergezet. De schapen grazen rustig en hij doet ook een tukje.

    Wat een leven !

    Als ik wakker wordt ben ik verdwaasd. Is het dag, ochtend of nacht? Ben helemaal weg van de wereld. Sam gaat op het internet in het hotelletje, “ik heb toch niets anders te doen” zegt ze. Ik heb sinds gisteren even genoeg van het online zijn en mijn verhaaltje staat al op de blog dus ik schrijf wat over onze dromen en onze plannen. De kudde schapen verplaatst zich intussen, in een snel tempo zie je de schapen en de geiten over het land en de rotsen springen. De herdershonden houden ze bij elkaar. Een enig zicht. De herder fluit en de schapen volgen mooi in een wir war de leider. Ik zet een kopje koffie en bemerk dat de melk op is. Koffie zonder melk, niet lekker . Dat geeft dan meteen de richting voor morgen aan. Vertrekken uit de bergen, langs de winkel rijden om melk, wat eten en terug richting zee, de mediterano, waar het toch wat warmer is dan hier in de bergen.

    29 januari. 8 uur ochtend

    We zijn weer getuige mogen zijn van een schone zonsopgang in de bergen. Een rode gloed nog verborgen achter de toppen en dan plots de verlichting van het bergland. Mist die optrekt hangt in het dal. Vogels fluiten blij voor deze nieuwe dag en wij met hen.

    Hier in Yegen, even voorbij het hoogst bewoonde dorp van Spanje, Treveles op 1480 meter zijn we toch maar blijven staan gisteravond. We worden aangetrokken door het weergaloos uitzicht hier op de Alpujarra. De rust die het landschap uitstraalt en natuurlijk de schoonheid van de witte dorpjes, de bloesems van de amandelbomen, de uitgestrektheid. In onze gids stond dat je bij het verlaten van Yegen aan de rechterkant zich een charmant restaurantje, El Rincon de Yegen, bevond. Op het menu ondermeer patrijs met linzen. Dat mochten we niet overslaan. We reserveren om 4 uur een tafeltje voor 2. Als we vragen tegen wanneer we mogen komen zegt de eigenaar, u zegt het maar. We opteren voor 8 uur. We stappen het dorpje in en genieten van de schoonheid van het dorpsplein, de huisjes tegen elkaar gebouwd en de klassieke smalle steile straatjes. Wat ons ook opvalt is dat elk dorpje wel een minigidsje heeft uitgebracht, mooi in kleur gedrukt en gesponsord door de Junta de Andalucia en de Europese gemeenschap. Er is geld voor dit soort brochures net als voor de plaatjes die je in elk dorp treft met uitleg over de streek en de wandelpaden. Op het dorpsplein is een Fotomuseum, dat staat vermeld in de gids, en dat museum willen we graag zien. Als we vragen waar het museum zich bevind zegt een vrouw dat het een deur verder is maar meestal gesloten. Ze roept een man die aan een dak staat te timmeren en die komt met de sleutel en opent een kamertje voor ons in wat bleek het gemeentehuis te zijn. Een kamertje 4 bij 4 meter met aan de muur allemaal foto’s van het dorp en zijn bewoners van vroeger. Wij kijken en bewonderen de ingelijste zwart-wit foto’s. Hij wijst er een paar aan met de mededeling dat die mensen allemaal al gestorven zijn. Met enige fierheid wijst hij op een recentere kleurenfoto zichzelf aan. Hij geniet duidelijk van onze belangstelling voor de geschiedenis van Yegen. Als ie de deur weer afsluit kruipt hij terug op zijn ladder en werkt verder aan het dak. De zon verdwijnt langzaam achter de bergen en we krijgen het koud. Om halfzeven lopen we het restaurantje binnen en vragen we of al mogen komen. We bestellen en warmen ons op voor de haard die lekker brandt. We blijken de enige gasten te zijn.

    De Patrijs met linzen smaakt. Sam eet een stukje kabeljauw maar we zijn ontgoocheld over de hoeveelheid die geserveerd wordt. Voor de prijs van 14,60 Euro zie ik 2 patrijsvleugeltjes op het bord liggen met een lepeltje fijn gesneden ajuin, paprika en linzen gemarineerd in een dressing van olijfolie en azijn. Sam haar visje ( 12,5 Euro) zwemt in een tomatensausje, maar het lijkt of ie er in verdrinkt. Geen aardappeltje erbij of wat rijst. We hebben allebei nog honger en bestellen een pannenkoekje met vijgen. Dat is wel lekker en een goed idee om het zelf eens te maken. Pannenkoekje bakken, streepjes verse vijg erin en een warm sausje van vijgenstroop eroverheen. Alles samen met 2 glaasjes wijn,wat brood en de BTW zijn we 48 euro armer. Spanje is niet goedkoop. We bespreken met elkaar dat we vanaf nu wat vaker zelf moeten koken, willen we ons dagbudget respecteren. Het kan niet elke dag zondag zijn. Bovendien kunnen we er zelf ook best wat van bakken. We zijn als Belgen ook een rijkere tafel gewoon, meer fantasietjes en grotere porties, verwend zeg maar. Eens het warmer wordt kunnen we natuurlijk kokkerellen op onze buiten keuken en dat is best plezierig.

    Als we afrekenen komen er 2 Britten binnen in het restaurant die hier een paar daagjes verblijven om te wandelen in de bergen. Even heen en weer van het natte,donkere, trieste Liverpool naar het zonnige Andalucia om wat komen te komen stappen in de bergen. Goed idee. We blijven ook gebeten door de schoonheid van de bergen en het Parque Nacional y Parque Natural de Sierra Nevada en besluiten vandaag de amandelroute en een stukje de sneeuw- en wijnroute te volgen, die loopt tot 2000 meter hoog, voor dat we afzakken terug naar zee.

     

    Guadix, dinsdagavond als de klokken van de toren 9 uur slaan op het kerkplein.

     

    Hier staan we vredig, rustig ,veilig en dus goed zeggen we tegen elkaar . Toen we vanmiddag op 2000 meter hoogte genietend van de geweldige berg panorama’s , de wijngaarden en de alomtegenwoordige amandelbomen in bloei, een afslag mistte zijn we zonder het te beseffen de Sierra Nevada overgestoken en beland aan de Noord zijde van de bergen in het stadje Guadix. We wisten van de grotwoningen die hier sinds eeuwen bewoond zijn in het Troglodyte kwartier en die wilden we dan toch even bezoeken. Heel merkwaardig zijn de meer dan 2000 grotwoningen die aangebouwd zijn aan en verblijven hebben in de grotten. Grappig hoe de typische schouwen uit de bergwanden steken. Temperatuur winter en zomer in deze huisjes is constant 18°C . Het is een dorp op zich, met een kerkje op een pleintje in het midden waar we nu geparkeerd staan. Het is er wel een beetje onverzorgd, er ligt nogal veel vuil in de straatjes, de waterbronnetjes zijn afgesloten, sommige huizen lijken wel een bouwwerf en er loopt nog al wat marginaal volk rond, maar wel een heel bijzondere aanblik.

    Reizen met een camper, je plant ‘s ochtends iets en voor je het weet verdwaal je ergens anders en sta je onder de kerktoren van een dorp waar je aanvankelijk niet van plan was naar toe te gaan. Omdat Guadix, als stadje, wel wat te bieden heeft zullen we er morgen eens doorwandelen en dan pas onze reis richting Spaanse mediterrané opnieuw aanvatten. Misschien dat we dan op deze terugweg toch even stoppen bij het Castillo de Lacalahorra , een merkwaardig kasteel met cilinderachtige torens dat net boven het stadje ligt en het helemaal domineert. Rodrigo de Mendoza, zoon van Cardinaal Mendoza heeft het kasteel laten bouwen in 1509 voor zijn bruid, door Italiaanse architecten die een gigantische trap in Carrera marmer ontwierpen. Ons even laten verdwalen in de 16 eeuw.

    We worden wakker op het kerkplein van het gebulder van een vrachtwagen die cement komt storten voor de aanbouw van een nieuw huisje en even later scheurt een streertcleaner met veel lawaai langs onze camper. Als alles opgeveegd is keert de rust terug. We zetten koffie en worden plezierig verrast door en aantal kinderen die nieuwsgierig naar onze villa staan te kijken. Het schooltje, dat ook hier op het plein ligt, begint om 9 uur en de kinderen , in dit schooltje in totaal met 44, wachten kabaalmakend buiten voor de deur. Ik maak wat foto’s en als ik de beelden die i maakte van hen op mijn digitale camera laat zien zijn ze verwonderd over hoe dat kan. Ik kan in mijn beste Spaans niet meer antwoorden dan ‘ Magic’ De digitale camera heeft zijn intrede in Guadix nog niet gemaakt. Niets is er mooier dan wakker te worden en omringt te zijn door vrolijk lachende en verwonderde kinderen.

    Terwijl Sam de huishoudelijke taken voor zich neemt, dat doet ze en grondig en zeer langzaam, loop ik nog eens door het grottendorp . Het is duidelijk dat de bewoners hier niet uit rijkdom of welvaart zijn komen wonen. Waarschijnlijk hebben ze de grot van vader op zoon geërfd en zijn hier blijven hangen omdat het eenvoudig wonen is en goedkoop. De muren zijn er al, het zijn uiteindelijk de rotsen zelf, en de binnenafwerking hangt af van het budget dat je wil en kan besteden. De grond is hier van een soort sterke leem, vandaar dat het mogelijk is er grote gaten in te maken en uiteindelijk een aantal kamers uit te houwen.

    Ik loop en her en der in de rotswoningen binnen waar ze met verbouwingswerken bezig zijn en sta een beetje versteld. Sommige zijn klein, stoffig, rudimentair en lelijk anderen zijn kleine paradijsjes, Afgewerkt met tegeltjes , douche en een mooie keuken. Blijkt dat een of ander immobiliën kantoor een aantal verloederde woningen heeft opgekocht, ze renoveert en voor veel geld verkoopt aan Britten die het wel aardig vinden om er ook eentje te hebben. Een investering wellicht. We vermoeden dat over een jaar of 20 hier geen enkele local meer woont maar dat het een exclusieve ressort wordt waar je een pasje nodig hebt om erin te geraken.

    Zo gaat dat, overal ter wereld.

    Sam is nog steeds aan het afwassen en ik zit op een muurtje in het zonnetje op het plein. Onze buurman, vannacht heeft een andere Camper zich hier ook geparkeerd, zit op zijn Spaanse gitaar te tokkelen in zijn sleurhut. Het heeft iets vredigs, zachte gitaarmuziek ’s morgens op een plein.

    We zijn plezierig verrast als we het cuevas museum (grotwoning) op het dorpsplein van deze site bezoeken en door een erg gastvrije jonge dame,die ons breeduit in goed Engels verteld over het ontstaan en de geschiedenis van de Cuevas. Het verhaal van de Moslims die gevlucht zijn voor de Christenen tijdens de Reconquista, geleid door de meedogenloze grootinquisiteur Tomas de Torquemada, en hier rond het jaar 1500 hun huizen uitgroeven in de bergen. Sommige zijn vandaag erg modern verbouwd nadat ze verkocht werden, een trend vandaag, nadat ze 20 a 30 jaar verlaten waren door de kinderen die er genoeg van hadden in grotten te leven. Vandaag kan je er al een kopen voor 50000 euro en verbouwen naar eigen wens. Nog altijd goedkoper dan de Haciënda’s en huizen in de stad zegt ze. De vriendelijke historica geeft ons verscheidene mappen met routes die we kunnen volgen rond Guadix. The Valle del Rio Alhama Route, Rio Fardes Sierra De Barra, de Montes Route en de Marquesado route. Heel de streek rond Guadix is omringt door wat ze hier noemen de Badlands. Een leemachtige rotsformatie waarin je makkelijk kan hakken. De leem wordt als hij verdroogt waterondoorlatend, impermeabel, zodat je makkelijk in deze grotruimtes kunt leven. Via de schoorsteen, één raam en de deur is de ventilatie perfect en blijft het in de zomer en de winter 18 a 20 graden binnen ,dus verwarming in de winter is overbodig en het blijft lekker koel in de zomer als het hier 35 a 40 graden kan worden. Hier aan deze kant wonen er zo’n 3000 mensen in the Cavehouses. We staan versteld van haar verhaal en gaan met mappen beladen de stad in. In de stad zelf worden we verrast door een tentoonstelling in de kathedraal over de Spaanse geschiedenis en een digitale monumenten parade over Andalucia. De prachtige gebouwen en de pleinen waar het goed toeven is vandaag trekken onze aandacht en we voelen dat we echt op vakantie zijn in een stukje binnenland Spanje zoals we er alleen maar van gedroomd hadden. De temperatuur waarin we dit alles mogen genieten is uitzonderlijk hoog vertellen ze ons. 2 Jaar geleden was het -15 graden in januari en lag er nog sneeuw. Vandaag is het precies lente. De Spanjaarden begrijpen het zelf niet . Wijzelf ervoeren de ochtend als in de winter,1 a 3 graden buiten en deze middag als volle zomer. Als we een tapa en een drankje nemen op een prachtige plein genieten we van een heerlijke warme stralende zon op ons gelaat en leggen de dikke trui naast ons. Hier mogen we nog niet vertrekken. Het is te mooi en te echt om al weg te gaan. We slapen terug onder de kerktoren en zijn benieuwd naar morgen als we de Los Baños, in Graena gaan bezoeken. Dat schijnt een Spa oord te zijn met warm bronwater. Maar helaas is het gesloten van oktober tot maart.

     

    Onbeschrijflijk mooi, het klinkt onwaarachtig maar hoe kan ik de pracht van dit stuk bergland beschrijven als je er niet bij bent. Zelfs de foto’s die ik maak van deze mooi glooiende wijngaard geeft niet weer hoe wij het panorama in 360 graden waarnemen . De laatste dagen hebben we intens genoten van het ene avontuur naar het andere. Van Guadix, wat in het dal van de noordzijde van de Sierra Nevada ligt, rijden we terug naar boven en over de smalle bergpas. Het is telkens op de millimeter rijden als er een tegenligger ons tegemoet komt gereden. Spannend en gevaarlijk , dit is eigenlijk een 1 baan rijvak. Ja, ik heb een beetje schrik omdat hier geen vangrails zijn en als we iets te ver van het weg afrijden kunnen we kantelen, dat zou fataal zijn.

    We komen terug langs de sneeuw en besluiten om , op deze zuidhelling onze Sneeuw en wijngaard route te vervolgen. In het eerste dorpje vinden we niet direct een mooie staanplaats en Sam stelt voor om een Bodega te bezoeken . We slaan af en rijden ongeveer 1 km het landgoed op. Een mercedes verspert de weg. In ons beste Spaans vragen we of de Bodega open is en de man, die de eigenaar is van dit landgoed en de Bodega, rijdt ons voor.

    We proeven verschillende wijnen, allen zonde etiket, krijgen er Olijven en Jamon bij geserveerd en we kopen een fles of 6. De wijn is er donker rood, Sangré de Torro , vult Antonio , de wijnboer, aan. We vragen of we hier de nacht mogen doorbrengen en dat is geen enkel probleem. We zetten ons met zicht op de vallei wat goed is als morgenvroeg de zon over de kam komt dan warmt zij de camper al vroeg op.

    Ik maak een vuurtje van stukken snoeihout en gekapte olijfboomstammen dat hier ligt en het is een prachtige avond. De aardappeltjes die we in de gloeiende kolen hadden gelegd bleken verbrand. Te warm. We proeven de Sangré de Torro bij de steak die we vanochtend hadden gekocht en het smaakt ons ongelooflijk. Bij het vuur verbranden onze schoenen bijna en we hebben we het erg warm aan de voorkant en het lijkt of onze rug bevriest. Dat heb je bij een kampvuurtje natuurlijk. Buiten temperatuur vanavond slecht 4 graden maar een prachtige sterrenhemel. Hier is geen lichtvervuiling enkel puur natuur met een prachtige hemel. Met Orion boven ons gaan we lekker slapen.

    ‘s Morgens is het ongelooflijk stil hier op deze wijngaard .

    Het enige wat ik hoor is een stromend bergriviertje en iemand die aan het slaan is op het gebladerte van de olijfbomen. Waarachtig de 2 werkmannen zijn olijven aan het slaan, plukken. Helemaal zoals het hoort . Een net gespannen rond de boom op de grond, één man zit in de boom te slaan op de takken en de ander onderaan zodat de olijven op het net vallen. Dat is makkelijker om de olijven te verzamelen. Een prachtig schouwspel, de zwarte olijvenpluk bij een opkomend zonnetje. Ik loop er naar toe, begroet de mannen en neem wat foto’s. Eentje vraagt me wat ik hier doe en of ik niet moet werken en of er ook een douche is in de camper. Voor hen waarschijnlijk niet te begrijpen dat die 2 zonderlingen zomaar hier staan en niets te doen hebben. We zijn dan ook elke dag in onze nopjes om van het ene in het andere onverwachte avontuur te duiken.

    Om 9 uur bel ik Marieke op die in Zaventem op de luchthaven staat te wachten voor haar vlucht naar Costa Rica. Die grote meid van me gaat er haar stage doen en zal er 3 maanden verblijven. Ze is opgelucht als ik haar bel en ook vertel dat ik haar erg ga missen. Met Marieke had ik de afgelopen maanden regelmatig telefonisch kontact en ze is een beetje mijn verbinding met thuis. De lieve meid gepakt en gezakt met 16,5 kg op haar rug naar de brousse van Costa Rica. Ik ben erg benieuwd hoe het haar zal gaan. Zo’n reis is natuurlijker nog spannender dan in Europa wat rondrijden. Ik wou dat ik mee kon. De zon staat nu helemaal boven het dal en het is een prachtig zicht. De wijngaardstokken in de okerbruine aarde, de groene olijfbomen en hoger op de besneeuwde toppen van de Sierra. Hoe uniek dat wij hier zomaar kunnen staan.

    In de namiddag doet Sam huishoudelijk werk dat 4 dagen op zich heeft laten wachten wegens vertrek en doe ik me tegoed aan een scheerbeurt in openlucht. Sam noemt me soms “una Bastardio” met mijn nu al langere stekelige haren en een baard van 2 weken. Lekker. We maken een wandelingetje van de Bodega naar het dorp Laujar de Andarax, wat de Capital blijkt te zijn van de Alpujarra, maar er is niet zoveel bijzonders te zien, een slapend dorp zoals we er al vaker tegen kwamen. 2 Uur heen en 1,5 terug stappen voor een broodje.

    Vanochtend verlaten we Laujar de Andarax, groeten Antonio Martin, de eigenaar van de Bodega Condado de Ojancos en vertrekken richting zee. Antonio een vriendelijke man maar we constateerden ook hier weer dat het met de 20 Spaanse woorden die we spreken moeilijk is een conversatie te houden. Het blijft bij, een mooie camper, een jaar op reis, lekkere wijn en een mooi zonnetje en heel rustig hier. Si si, zegt ie dan, begint vervolgens iets te vertellen en we begrijpen er maar een paar woorden van. We hebben wel begrepen dat z’n wijngaard zo’n 50 hectaren groot is en dat hij ongeveer 100.000 flessen wijn produceert per jaar.

    Naar zee, dat was het plan ook al vorige week, misschien lukt het misschien niet. We zien wel wat de dag brengt. We rijden in elk geval door een schoon stuk bergweg richting Mediterano.

     

    Is het puur geluk, toeval of hebben we door de camperervaring een neus ontwikkeld om mooie plekjes te vinden? We belanden in Playa de Balmera en hebben op een parking een stukje zee privé. We hebben sinds lang weer onze zonsondergang. Streetlife is ons eigen want vanavond verwarmen we overschotjes spaghetti en pizza in de oven en dineren op het muurtje van de dijk met een glas heerlijke Alpujarra Tinto. Zouden onze vrienden of anderen dat ook zo doen als wij ? vraagt Sam. Ik beantwoord haar vraag met de bedenking dat iemand die zijn neus ophaalt voor een picknick aan het strand best niet met een camper op reis gaat. Het is een uitnodiging om buiten te leven en als je op een verlaten stukje strand je hartje niet kan uitleven waar anders dan wel? Het is 19 graden hier aan het strand en in de Camper 29, ik neem een douche en het voelt zomers aan.

    Marieke sms’t dat ze zeer goed is aangekomen en dat het huisje op het strand van Costa Rica haar en Feliz, haar reisgenote, zeer bevalt. We zijn gelukkig schrijft ze en ik kan het geloven. Voel hier in Playa de Balmera haar vreugde en deel het graag . Bovendien ben ik nu ook gerust dat ze veilig en wel aangekomen is. .

    Zondag 3 februari

    A Room with a see view.

    Als de ochtendzon zacht het zand en de zee oplicht zie ik vaders met zonen het bootje klaar maken en het ruime sop in varen. Een mooi zicht. Het is Zondag en dan gaan vaders en zonen hier vissen. We worden rustig wakker. Wanneer hebben we algemene vergadering , vraagt Sam! Onze dagplanning benoemen we voor de grap onze algemene directievergadering. Ik zeg iets in de trant van , geen vergadering voor mij om half negen ‘s morgens, eerst koffie. Ik hou niet van vergaderingen zo vroeg op de ochtend en voor we het weten duiken allerlei herinneringen op van het dagdagelijkse leven in België. Daar is het wel zo, meeting hier, training daar en klantenbezoek elders vroeg op de dag, maar dat is ons al een tijdje vreemd en het mag nog even blijven duren.

    We lunchen zoals het Spanjaarden beliefd op Zondagmiddag. Sam gaat eerst joggen, ik reserveer een tafeltje om half twee in een blijkbaar door de Spanjaarden geliefd restaurantje, iets wat lijkt op tres Hermano’s in Salobreña. We eten verse vis al la plancha en genieten van de Spaanse familie atmosfeer. ‘s Namiddags studeert Sam Spaans en ik loop wat verder weg over het strand richting Oost. Er is niet zo veel te zien, links van de weg een hele hoop serres waar ze paprika’s verbouwen en rechts van de weg zand en zee. Zoals het vroeger, voor de toeristen kwamen, waarschijnlijk altijd was aan de kust. De inwoners hier, vermoedelijk allemaal groente boeren. Tenminste zij die met dikke Mercedissen, BMW’s , trendy uitgedost met D&G zonnebrillen en NIKE basketbalsloefjes aan, hier aan het restaurant komen paraderen en er uitgebreid eten. De werkmannen, nog altijd de armere Spanjaard, eet ergens anders. De dijk lijkt ons nog recent aangelegd, alles OK daarmee maar de huizen zien er minder gesubsidieerd uit. Het gaat de Spanjaarden of de Spaanse middenstand goed bedenken we ons. Spanje is het economisch best groeiende land in de wereld sinds een paar jaar en je merkt dat ook wel. Zoiets als bij ons in de golden sixties, die onze ouders gekend hebben. Goedkoop uit eten gaan is iets van vroeger want we zijn weer voor een weliswaar lekkere maar gewone eenvoudige lunch, één hoofdschoteltje en een flesje witte wijn en een koffie 48 euro armer. We merken ook dat, net zoals bij ons, er minder wijn wordt gedronken op restaurant. Voor een simpel wijntje betalen we 12 a 15 euro hier. Dat zelfde flesje of dezelfde kwaliteit koop je in de winkel voor 2 a 3 euro! De Spanjaarden drinken bier hier.

    Een windje zet op en het wordt te fris om buiten te blijven. We installeren onze PC en willen naar een aflevering Kinderen van De Wind kijken maar al ras geeft onze batterijmeter aan dat we op rood zitten. Toch een punt ter verbetering aan deze Camper. We staan hier amper 2 dagen , het zonnepaneel laadt op , dat zien we aan het groene lichtje dat brandt maar als je de pc wil opladen verbruikt hij of te veel of de batterij is te licht geladen zodat het lampje op rood springt. We weten als je dan verder blijft verbruiken zelfs de pomp voor water niet meer werkt. Een tip voor toekomstige Camperman. Laat 2 zonnepanelen installeren die je ook kan kantelen zodat ze loodrecht in de zon staan. Vooral in de winter met een laagstaande zon, heb je niet voldoende energie voor normaal gebruik als je vrij staat. En vrij staan is natuurlijk het summum voor de echte Camperman. Achter ons parkeert er een klein Duits Pössl campertje met 2 oudere mensen in . Een meneer met nogal uitgesproken Duits gehalte begroet me overtuigend met “Guten tag“, ik zeg iets van “Ola” en “hallo” terug en hij loopt door. We moeten elkaar niet zo bedenk ik me en ik kan me er wel in vinden. Vanavond dus geen PC en geen TV, ik zit een beetje verveeld, kan niet schrijven op de laptop, niet eens gezellig naar een dvd kijken, een boek heb ik al gelezen vanmiddag en ik ben helemaal nog niet zo moe om naar bed te gaan. Het is bovendien koud en winderig buiten dus wat moet ik dan? Het wel en wee van vakantie (in een camper) aan zee!

    Het waait zo hard dat je het water van de golven en het zand ziet stuiven over land. Er kleeft zelfs vanochtend een laagje stofzand en zout op de camper. Blijven staan of gaan? We verlaten Balerma. Op onze km teller staan nu 12493 km. We zijn vertrokken bij 6600 km die we gereden hadden voor ons grote vertrek. We hebben dus nu dat we goed 3 maanden aan het rijden zijn 5893 km gebold over de Europese wegen langs de kust van Frankrijk, over Noord Spanje naar Portugal en Zuid Spanje in. We vertrekken naar een , in de map althans, iets mooier dorp dan waar we nu staan; Castel dell Ferro en zijn weer blij verrast als we een groene camping oprijden die aan de voorkant toegang geeft tot de Passeo Maritimo.

    Hier , doordat het dorpje wat ingesloten ligt in de bergen, is het iets warmer en zijn we beter beschut tegen de wind. Een wandelingetje leidt ons naar een restaurantje waar je een menu kan smaken voor 8 euro. We laten ons verleiden en zitten de rest van de zonnige middag op het terras. Als we vanochtend 5 februari wakker worden is het alsof we in een jungle ontwaken. Overwelmt door vogelgeluiden is het weer eens anders wakker worden dan pal aan zee zoals gisteren of in de bergen zoals daarvoor. We hebben stroom, ons tafeltje staat onder de bomen dus straks wat verder schrijven aan het script. Dat is intussen weer geleden van in Solobreña. Ik loop even naar de Passeo, waar de zon al stevig staat te schijnen en een aantal kinderen met boekentasje komt aangestapt en in een gebouw binnen gaan dat waarachtig een schooltje blijkt te zijn. Klasjes met uitzicht op zee! toch fantastisch. Onze camping ligt tussen Villa Afrika, een mooi oud Afrikaans ogende bruine villa en een schooltje. Wat een plek.

    Onze buurman en zijn vrouw, die hier met een 6 ton zware camper staan, drinken koffie aan het tafeltje en vertellen ons dat ze al 35 jaar met een camper op vakantie gaan . Vroeger met de kinderen in de vakantiemaanden maar sinds kort zijn we altijd op reis. Van mijn 52e , lacht ie me toe. Ik heb de zaak verkocht en we zijn vertrokken, 6 maanden per jaar met de camper en in de zomer zijn we weg met de boot. Je moet niet wachten tot je 65 bent want dan begint er van alles mis te gaan. We beamen het dat je niet moet wachten.

    6 februari

    Het is elke morgen een mirakel als de zon zomaar opkomt en dit stukje wereld waar wij leven oplicht. Ik kijk ernaar en wordt stil en diep gelukkig van.

    Ik weet het wel, beste lezer, dat je er niet zoveel boodschap aan hebt als je er niet zelf bijstaat. Het enige wat ik wil zeggen,aangeven en delen wil is dat we dat allemaal niet zomaar als vanzelfsprekend aan ons voorbij mogen laten gaan. Hier en nu hebben Sam en ik ruim de tijd om het in ons op te nemen. Als je gedreven door deadlines en gedreven door het overleven ‘s morgens vroeg al in de weer, de eerste 2 files op de weg al hebt moeten trotseren en misschien in duffe vergaderzalen met neon licht al de cijfers van de zaak hebt zitten evalueren dan sta je er niet bij stil dat zich elke morgen een wonder voordoet en dat wij als een stipje in dat geheel opgelicht worden, verlicht worden. Als je er niet naar kijkt en het voor de normaalste banale zaak neemt heeft die verlichting geen effect natuurlijk. Ik geef het graag mee en ik neem het ook mee, dat beeld van een grote gele opkomende zon boven de zee. Ik neem het in me op voor als de donkere dagen zich aanmelden, dagen zonder licht en alleen maar rotsooi, ellende en verdriet. Verlichting komt van binnen als je het toelaat.

    Vanmiddag hebben we Rita en Jacobus, alias Jack Zweedijk, de sympathieke Nederlanders, die al jaren in België wonen en deze week onze buren zijn, uitgenodigd voor Langoustines en Salmonetta a la plancha. Ko maakte een heerlijke salade erbij en Sam lekkere toastjes met Cava. Een feest, zo beaamden wij dat met ons vieren hier in de tuin van de camping. Rita zet tegen valavond koffie en wij worden uitgenodigd in hun camper dat een waar salon is. Natuurlijk is een 6 tonner met alles erop en eraan niet te vergelijken met onze Chausson. Zo’n villa waar wij koffie mochten drinken heb je dan ook maar vanaf 150000 Euro. Ietsie pietsy boven ons budget. We kijken naar het TV 1 nieuws van zeven uur op BZN via satelliet en zijn zijn blij om et nieuwe decor van de nieuwsstudio te zien en teleurgesteld over wat het journaal vandaag te bieden heeft. Kleine fait divers en komkommernieuws. Ik mis de TV niet, dat staat vast. Sam zou zo’n flatscreen wel willen in de camper, voor de donkere avonden, maar uiteindelijk is het toch niet je dat en blijven we zonder TV rondreizen in Europa. Het zal natuurlijk twee keer zo leuk zijn om uitgebreid alle programma’s en de films terug te kunnen zien één keer we terug in België zijn.

    Het is een rustige zachte avond als we terug naar huis wandelen,dat zijn slechts en paar stappen, we praten nog wat na en gaan tevreden naar bed.

     

    7 februari 2008, Castel dell Ferro in Andalucia

    50 jaar geleden werd deze jongen geboren in Lommel, uit zijn moeder Marguerite gekropen en een fiere vader, Roger Van Autreve stond er naast. Een dag waarop het kleine zusje Bie op het geboortekaartje melding maakte van het feit dat ze een broertje had gekregen. Vandaag is dat 50 jaren geleden. Zoals iedereen dat ondervind gaat alles veel te snel en sta je versteld dat je al….50 bent. Voor een kind van 18 moet dat verschrikkelijk oud en versleten zijn. Gelukkig voelt het zo niet aan.

    Krijg ‘s morgens een smsje van Fabienne met de melding dat je niet elke dag een halve eeuw oud wordt! Lieve wensen van Marieke uit Costa Rica en van Allard, mijn beste collega. Sam stuurt me 50 dikke zoenen. Jolien sms’t gelukkige verjaardag met de nieuwe voordeur, de 4 wordt 5 en ze voegt er aan toe dat ‘t leven begint op 50. Schatten van me. Natuurlijk zijn mijn mama en papa deze heuglijke dag niet vergeten evenals zus Bie, altijd van de partij. Dank je allemaal. Pati, een goede vriendin van Sam belt op en ik ben blij verrast met de lieve attentie .Ze hebben het ontzettend druk met hun nieuwe huis maar laat deze dag toch niet voorbij gaan. Dikke kussen terug Pati.

    Wat is de dagplanning voor vandaag ? vraagt Sam.

    Ik hoef niet lang na te denken. Laten we wat verse vis kopen in het dorpje, zoals gisteren en grillen op onze BBQ. Dat was gisteren een feest dus waarom vandaag iets anders. We hebben een mooie tuin, het zonnetje schijnt en het is zalig hier om buiten te koken.

    Het echte feest komt later in Sicilië. Nu ik ben niet zo’n feestvarken hoor. Vind het zalig om met mijn geliefde en een paar vrienden wat te keuvelen en een mooie tijd samen door te brengen. Echt feesten als de beesten gaat een beetje aan me voorbij. Elke dag dat ik leef, blij mag zijn om het moois dat me omringt en het in me op kan en mag nemen, is feest voor me. Ik ben een zondagskind, dus elke dag een beetje feest.

     

     

     

     

     


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (4 Stemmen)
    07-02-2008, 18:12 geschreven door marc vanautreve  
    26-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Groeten uit La Alpujarra, een betoverend Andalucia in de bergen

    °°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°° Daaag Salobreña ,…2O januari 2007 °°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°°

     

     

    Een drukke ochtend; Sam doet de laatste wasjes en plasjes, pakt de spullen uit de kasten en steekt ze in zakjes en ik zeul met zakken van het appartement naar de Camper om daar de kastjes weer te vullen met spullen.

    Tegen 2 uur leveren we een net appartementje af en zijn we opnieuw onderweg.

    We hadden gereserveerd , als laatste maaltijd, in dit charmante Spaans dorpje, bij ons favoriete restaurant ‘ Tres Hermanos “. Een drukte van jewelste. Op deze schitterende ZON dag is er een tot nog toe ongeziene drukte. Het gereserveerde tafeltje bleek alweer ingenomen te zijn. Even wachten, “druk druk druk” zegt de patron. Er vertrekt een koppeltje van een tafeltje op het strand dat wij kunnen inpikken. Het worden tapa’s met rosato, pescado a la plancha voor Sam en escudo traditional, in olijf olie gefrituurd, voor mij met een fles wit. Een feest , tot 5 uur eten en genieten we van de gezellige Spaanse drukte en het weelderig zonnetje op het strand. Vandaag zal het wel 26 graden zijn i het zonetje. We rijden tot het volgend dorp, Montril playa. Daar hadden we op onze fietstocht vorige week een parkeerplaats gezien pal aan zee. Zo kunnen we morgen, na het ontbijt rechtstreek de bergen in trekken. Zonder dat we het weten staan we naast de Casa Fabiola geparkeerd. Ik wist het zelf niet maar een camper Belgen die hier naast ons stonden vertelde het met enige fierheid. Een aardig optrekje omringt door palmbomen en een muurtje. Een beetje Laken aan de Costa. Hier komt onze koninklijke familie op vakantie, en wij zijn er vandaag ook. Sam gaat vandaag vroeg naar bed, ze is moe en ik kan het geloven. Ze heeft alles op alles gegeven om op tijd klaar te zijn en het was gelukt ook. Ik drink nog een pousse cafeetje, upload de foto’s van de Flamenco dansavond waar we gisteren genoten hebben. Bij toeval ontdekte Sam dat de plaatselijke Flamenco school van Salobreña haar jaarlijks optreden deed in de grote zaal van het gemeentehuis. De zaal zat afgeladen vol met familie en vrienden, wij daartussen. Het was de moeite om erbij te zijn. Van klein naar groot deden de dames hun kunstjes. Schattig natuurlijk waren de kleinsten , prachtig danswerk van de grootste en ook de moeders deden hun pasjes op de Flamenco muziek.

    We zullen Salobreña missen, dat weet ik zeker.

    Ik loop nog even naar de zee, dat is een meter of tien lopen van de camper en geniet van de zee die vanavond opgelicht wordt door een mooie volle ronde maan en de stilte van het hinterland, de Sierra Nevada.

    Zo is het goed . We gaan slapen.

    ‘s Morgens loop ik, gebeten door mijn nieuwsgierigheid, eens rond de case Fabiloa die intussen van naam veranderd is in Casa Astrida en warempel als ik op wat stenen over de omheining gluur zie ik de Koninklijke villa en een stambeeld van wijlen Koning Boudewijn aan de ingang. Een voetbalveld dat aangelegd werd voor de prinsjes en een tennisveld voor zijne majesteit en zijn gemalin . Er is een toegang tot het strand maar het is niet meer dan een betonnen muur met een ijzeren poort met een camera. Ik vertel het aan Sam als ik terug kom en die merkt terecht op dat je geen privacy hebt als je zicht op zee op wil. Je moet keuzes maken ook de royal family.

    Er is wat beweging op het domein maar het blijken maar wat tuinmannen te zijn. De koninklijke familie houdt zich dezer dagen bezig in homeland met de regeringsformatie neem ik aan. Wij blijven een dagje langer dan voorzien en vertrekken dinsdag op bergtocht.

    Als we ‘s ochtends aanzetten om te vertrekken komt er een dame uit Oostmalle, die we gisteren met haar man ontmoette op deze plek, ons tegemoet. Ik doe het raampje open en zeg haar vaarwel. Ik kom jullie uitwuiven zegt ze. Wat lief van die mevrouw zeggen we tegen elkaar en wuiven terug.

     

    Pampaneira, Alpujarra

    23 januari, half negen .

    Een kille heerlijke ochtend in de bergen van la Alpujarra.

    We worden wakker gebeld door een collega van Sam uit België. Eerder deze week al kreeg Sam om half twaalf ‘s nachts telefoon die telkens net niet werd opgenomen omwille van diepe slaap. Vanochtend , heeft de beller meer geluk. Terwijl ze lekker aan het keuvelen zijn over de recente ontwikkelingen binnen het bedrijf waar Sam werkt , noteer ik onze avonturen .

    Na driekwart dag gisteren rijden , door deze weliswaar prachtige streek, en zoeken naar een GPL station op de ringweg van Granada, belandden we eindelijk op de bestemming die we gepland hadden. Ja, GPL zoeken en vinden heeft ons al handenvol tijd en geld gekost , de gas voor de tank kost bijna niets , de enkele stations die hier in Spanje LPG, hier GPL genaamd, leveren zijn haast niet te vinden.

    Enfin, het hele verhaal van de zoektocht is niet bijster interessant. Nadat we een volle bombero GPL voor 8,5 euro rijker waren vatte we onze tocht aan. Spanje is een groot land met veel ruimte. Als we het vergelijken met België is Spanje 17 keer groter en telt slechts 40 miljoen inwoners, ( slecht 4 maal zoveel inwoners als bij ons. ). Files in dit land, de steden niet meegerekend, zijn een uitzondering. We cruisen naar en door de bergen van de Siërra Nevada. Het is spannend rijden en ook wel vermoeiend met de vele haarspeldbochten. Maar we worden na elke bocht telkens verrast door de prachtige views. De Amandelbomen staan in bloem, bloesems in januari, onvoorstelbaar. Via Lanjaron, bekent om zijn natuurlijk bronwater, naar het eerste dopje waar we nu geparkeerd staan. Een klein onooglijk wit dopje tegen de heuvels aangedrukt in de bergengte van Poqueira. Huizen als luciferdoosjes op elkaar gestapeld, kleine straatjes, steegjes en terrassen erdoor , alleen toegankelijk voor de wandelaar want een auto kan hier onmogelijk door en wat grappig is, midden de met keien betegelde straatjes stroomt de waterafvoer. Het is een charmant dorpje met een kerk, een plein en een authentieke wasplaats die dateert uit de tijd dat de Moren nog gezamenlijk , centraal in het dorp op de wasplaats, hun wasje deden. . De zon komt op en streepje voor streepje worden de bergkammen opgelicht.

    Ik ben graag in de bergen. Rust, schoonheid en de grootsheid van de bergreuzen waar ik me graag klein voel. De mensen zijn er korter van stof , zoals ik in Zwitserland heb mogen ervaren. Bergmensen hebben niet zo veel te vertellen, want er gebeurt ook niet zoveel, maar ze weten alles van de natuur, de flora en fauna, en hier natuurlijk van het zouten ( saladero) van de Jamon Traditional , de hammen die hier in de kille en zuivere Alpujarra berglucht hangen te drogen (sacadero).

    Mijn maag ligt een beetje overhoop, ik denk dat het komt door die vieze hamburger die we gisteren , met de stress bij het zoeken naar een GPL-station, in allerijl hebben verorberd. Dikke bult eigen schuld, wie eet er nu hier in Spanje Mc Donalds ? De buikkrampen kunnen onmogelijk zijn van de Tapa’s die je hier bij elke consumatie gratis krijgt en ook niet van het bergkonijntje , gegrild in de oven, dat we gisteren gegeten hebben in een klein restaurantje hier. Verser en meer puur kan je het nergens eten. Het is een wild geschoten of gevangen konijn, Conejo, dat gegrild werd in de houtvuuroven door Antonia Alonso Pérez de eigenaar van Restaurant Meson Rural. Het zat er ‘s avonds eivol met Locals, en dat is altijd een goed teken natuurlijk.

    Na een heerlijke rustige nacht trekken we vanochtend de bergschoenen aan voor een tocht naar 2 hoger gelegen bergdorpjes, Bubion 1296 meter en Capileira 1420 meter. We zijn vandaag niet verder geraakt dan Bubion waar we op het dorpspleintje, - dat omringt is door de kubusvormige, tegen elkaar aan gebouwde huizen - die bouwstijl lijkt sterk op de Marokkaanse huizen in het Atlasgebergte, met hun platte grijze daken - , een terrasje zagen met 2 tafeltjes. Het enige cafeetje in dit charmant dorpje waar we een koppel Nederlanders ontmoette die al 16 jaar met de Camper reizen. Een toffe babbel over het wel en wee van op reis met een camper. We worden weer wat slimmer door hun verhalen en drinken een roseetje in het zonnetje. Even later krassen we op want het is nog een uurtje stappen naar beneden en tegen dat we terug in Panpaneira zijn zal de zon al achter de bergen verdwenen zijn. In het enige slagerijtje in dit witte dorp kopen we wat kippenfilets en prepareren we vanavond Chicken-Chili op een bedje Basmati rijst. Een heerlijk dineetje na onze plezierige bergwandeling. s’ Avonds maken we kennis met 2 Britten die reizen met een mini campertje en hier op de parking ook de nacht willen doorbrengen. Het is eigen aan reizigers die ergens aankomen en soortgenoten ! zien staan om even te informeren of het goed is om te hier overnachten. Ik beaam de rust die je hier vindt en dat je er niet weg gejaagd wordt door de police local. Iets wat we overigens nog nergens hebben meegemaakt. We horen wel eens van die verhalen van andere campers dat je her en der niet mag staan of je wordt “weg gejaagd“. Vaak overdreven denk ik tenzij je natuurlijk op een marktplaats gaat staan of net voor een gemeentehuis. Hier is het goed toeven en we blijven nog een dagje of 2.

    Rond middernacht word Sam opgeschrikt door geratel aan de fietsen die achteraan op het fietsenrek staan. Ik schrik wakker en warempel een of andere dief is onze fietsen aan het stelen. Ik klap de deur open en roep een kreet luid over het plein, een kleine dikkerd gaat lopen. ‘s Morgens zien we dat ie geprobeerd heeft een zadel mee te jatten. Zo rustig is dit plein dan ook weer niet. Vandaag gaan we voor het echte bergwerk, We zullen Capileira op 1420 meter halen. Het is prachtig hier in de bergen wandelen. De stilte wordt alleen doorbroken door het geluid van koeienbellen in de verte en de kerkjes die hier om het halfuur hun klok 2 keer laten luiden. Op onze terug weg loopt er een mooie hond onze richting mee. Hij is duidelijk verdwaalt want hij kijkt zeer zenuwachtig bij elke bocht of ie een herkenningspunt heeft. Ik benoem hem Juan Carlos de Eerste en hij blijft aan onze zij lopen. We maken ons al wijs dat ie echt verdwaalt is en bij ons zal willen blijven. Een keer dat we op het marktpleintje aankomen loopt ie weg met een andere witte hond. Ik ben een beetje teleurgesteld. We zouden het wel fijn gevonden hebben om ervoor te kunnen zorgen. Nu ja , zijn baasje zou dat natuurlijk niet gevonden hebben. Als we ’s morgens koffie drinken zien we 50 meter naar beneden 2 honden in een hok bij een huis zitten en blaffen. Het is dat witte hondje en Juan die me waarschijnlijk herkent. Hij is aangekomen denken we en hoewel weer terug achter een gesloten hek, hij is thuis en zo is het goed.

     

    Mecina-Fondales en Ferreirola, midden in de Alpujarras. 25 januari, 103 dagen onderweg

    Als ik eerder sprak over Pampaneira, Capileira en Bubion in de Alpujarra, van kleine bergdorpjes, was dat een beetje overdreven. Hoewel schattige dorpjes, er was nog altijd wat beweging en een vleugje toeristisch gehalte door de paar restaurantjes en winkeltjes met spullen. Hier in dit dorpje Mecina-Fondales, in de vallei van de Rio Trevéles, is het echt puur. Er is niets, geen winkel, geen bakker. Slechts één hotel, dat overigens een schitterend restaurant heeft en super propere wc’s, een hotel niet voor de modale toerist. Hier komen alleen de echte bergliefhebbers om van de stilte te genieten. Er is verder slechts 1 bodega maar die is gesloten in de winter. We genieten van de unieke stilte, kijken uit over amandel boomplantages en de mooie flanken van de bergen die afsteken tegen het zonlicht en worden gecharmeerd door een voorbij trekkende herder met wel 100 schapen. Het is hier frisser hoewel helemaal zuidelijk gericht maar fantastisch om te staan met de camper. We eten vanavond Wienerworst met Sjoekroet en genieten van de eenvoud en de rust. In een dorpje verder, Ferreirola ontmoeten we een Deense dame, Inge Norgaard die er al 20 jaar met haar Italiaanse echtgenoot Giuseppe Heiss een klein pensionnetje, Siërra y Mar, uitbaat en zijn jaloers op deze mini onderneming in dit grootse wondermooie landschap. We berekenen de omzet die ze kan halen aan 56 euro per nacht, met 5 kamers en laat ons zeggen 100 dagen per jaar volgeboekt en besluiten dat je daar wel mee moet kunnen overleven. Als je zeg maar je appartement duur kunt verhuren in België. Of het iets voor ons zou zijn? Absoluut ja tegen het onbezorgde rustig kabbelende leven hier , een kleine neen omdat het hier misschien iets te rustig is en je misschien snel zou vervallen in een leegte. Hier is niets alleen de natuur, de stilte en de schoonheid van de bergen en jezelf die je vaak tegenkomt. Vanavond nemen we nog een douche, hoewel de badkamer maar klein is lukt dat nu al aardig.- met 10 a 15 liter water kan je een volledige douche nemen- drinken een Soberano, Brandy de Jerez en gaan we slapen. Hier zullen we genieten en zolang de gas onze keukenpitten laat branden en de zonnecellen onze batterij oplaad kunnen we blijven . Sam studeren en ik wat schrijven.

    Zaterdagochtend,

    Een eindeloze stilte hier in de bergen wordt verbroken door de kerklokken die 8 keer slaan. Een oudere man met een wandelstok en 2 plastieken zakken komt zingend voorbij onze camper. In zijn liedje hoor ik het woord España , wie zingt over zijn land is een gelukkig man. De zon verlicht al het dorpje Pitres dat boven ons ligt. Buiten is het 3,5°C, binnen 6 graden. Ik kleed me snel aan, zet de verwarming aan en koffie. Tussen 8 uur en nu, de klokken hebben 9 maal geluid , is er niets of niemand voorbij gekomen. Er heerst een absolute stilte. Dit is lang geleden dat we zo konden wakker worden.

    Vandaag trekken we op bergtocht.

     

     

     

     


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    26-01-2008, 18:01 geschreven door marc vanautreve  
    18-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tot in Almeria ergens over een weekje,

    Salobreña

    Vrijdag 18 januari 2008

    Zit vanochtend zonder inspiratie.

    Anton, het 2e hoofdpersonage in mijn script “ Almost Happy “ naast Catherine die de hoofdrol speelt, is behoorlijk aan het zaniken tegen een vriend. Zelf had ik dat niet zo gezien toen ik deze passage schreef maar nu, dat ik lijn per lijn de vraag stel:

    Brengt dat iets bij aan het verhaal?

    Leidt dat naar een andere gebeurtenis?

    Doet dat er hoe dan ook iets toe om dat beeld, die zin, die woorden aan de lezer , straks de kijker, te vertellen en te tonen.

    Anton zegt wel op een moment dat zelfmedelijden niet scoort bij de kijker, hij is regisseur bij TV, maar is volop aan het zeuren over de stukgelopen relatie die ie had met Catherine.

    Zoiets is natuurlijk meestal erg voor de gedupeerde maar of iemand anders daarvan wakker ligt of zelfs nog maar interesse heeft in “that kind of stories” van hoe goed het allemaal was en hoe erg het nu is zonder haar, Betwijfel ik.

    Dus moet ik die 3 minuten dialoog met Pieter zijn vriend schrappen. Eén gouden regel in het schrijven van een script is me bijgebleven uit de lessen van Ivo Michiels destijds in het RITCS: Zeg niet wat je wil zeggen, toon het met beelden in de film.

    Ik ga wat stappen op het strand, Sam is gaan joggen, ze houdt het goed vol. Ik raap wat platte stenen op die aangespoeld zijn toen gisteren de golven op het strand in beukten. Ik vind een halve bromfiets, kinderknuffel, zeesterren en lege verroeste blikken tonijn maar die laat ik liggen.

    Het is een mooi als de zon vanochtend de Siërra Nevada zijn besneeuwde toppen in het licht zet. De zee is rustig aan het kabbelen. Hier buiten is het warmer dan binnen op het appartement voel ik aan.

    Daar zal Zondag verandering in komen, dan zitten we weer voor een lange tijd in onze camper. Ook goed dat we weer “on the move” zijn. Daar hebben we ook voor gekozen. Zaterdag pikken we ‘s avonds nog even een Flamenco-dans avond mee uitgevoerd door Las Escuela de Baile Flamenco de Salobreña.

    Het volgende traject loopt de eerstkomende weken over de Alpujarras. Dat is een streek in Andalucia die in het midden van de 19e eeuw ontdekt werd door schrijvers en kustenaars die op zoek waren naar de romantische ongereptheid van Zuid Europa. Prachtige natuur beschrijft de gids, enige stadsgezichten met unieke architectuur, de witte dorpen van de Moriscos, dat zijn moslims die na de Reconquista in Spanje bleven. Zij bouwden dorpen in de stijl van de Berbercultuur. Resten van de laatste enclave van de Moren voor die definitief naar Noord Afrika verstoten werden in de 16e eeuw.

    Sommige dorpjes zien er uit als in Marokko.

    Op de kaart tekenen we onze route uit: We beginnen in Lanjaron het toegangsdorpje naar de bergketen. Een 6 tal dorpjes willen we zien en daar kan ik pas over schrijven als we er zijn en het delen als we terug online kunnen ergens vermoedelijk in Almeria. In Puerto de la Ragua rijden we even door de woestijn van Tabernas, dat is de meest Noordelijk gelegen woestijn op de wereld lezen we en dan zullen we de provinciegrens van Granada oversteken naar Almeria.

    Het wordt tof, wij verheugen er ons al op.

    Beste vrienden en blogbezoekers,

    Tot in Almeria ergens.

    Lieve groeten van Sam en Marc.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    18-01-2008, 17:43 geschreven door marc vanautreve  
    16-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.***** 16 januari, back again

    *********************** 16 januari 2008 Back again ************************

    ************ Still on hollidays in Salobreña, Andalucia *****************

     

     

    11 januari, 6u30 ochtend.

    Gisteravond spaghetti gemaakt met een doosje Spaanse, erg vettige, spekjes erin en ze bekomen me niet. Ik zit midden in de nacht in het kleinste kamertje van het appartement te koekeloeren. Nu ik toch wakker ben blijf ik het maar en klap mijn pc open. Sam komt langs en zegt “zo vroeg!” Ik fluister dat ze maar terug in bed moet gaan want het is donker, en frisjes en veel te vroeg. Ik overloop de stukken die ik bij schreef gisteren in het script en ben niet tevreden. In dergelijk geval maak je de keuze, herwerken met wat er staat of de hele sequentie deleten en van O af aan beginnen. Ik schrap en zie 5 pagina’s, dat zijn 5 minuten film, wit worden.

    Toen ik de laatste keer online kon in de bibliotheek van Salobreña kreeg ik, toen ik op google mijn emailadres inbox opende meteen een mail van Marieke. Ben je online papa? En even later zaten dochter en papa gelijktijdig met elkaar te shatten. Nu shatten doe je altijd wel gelijktijdig denk ik als niet kenner. Het was een fijn moment. Net of je echt met elkaar aan het praten bent. Nu Marieke is daar veel sneller in dan ik,dat heeft natuurlijk met de gewoonte te maken om met dit medium te communiceren. Toen we aan het shatten waren had ze nog wat schrik voor het examen Spaans, intussen heb ik via sms vernomen dat het schitterend is gegaan. Slimme meid.

    Grappig was een reactie op de blog van iemand die ik totaal niet ken. Een Duits meisje die schrijft dat ze het geweldig vindt om te lezen hoe het ons gaat en vooral omdat we in Salobreña zitten. Zij komt er al 12 jaar en zit nu in Antwerpen al te dromen van de maand juli wanneer ze hier terug op vakantie kan komen. Ze geeft ons wat tips over de omstreken van dit dorpje die de moeite zijn om te bezoeken en haar favoriete eethuis La Bodega. Dat hebben we intussen gesmaakt en lekker bevonden. Ik lees ook wel haar teleurstelling over het feit dat sinds een paar jaar de Duitsers dit nog wat authentiek Spaans vakantiedorpje hebben ontdekt in de zomer. Het stikt er dan van schrijft ze. Ik kan dat zeer goed begrijpen. Het is geen volk als een ander, ze laten zich waarschijnlijk zonder dat ze er zelf weet van hebben verschrikkelijk gelden. De taal, het volume als ze samen in groepjes aan het zuipen zijn en het respectloos domineren van stranden en ligzetels rond de zwembaden. We hebben het allemaal al wel eens meegemaakt op vakantie dat je ‘s morgens een zeteltje aan het zwembad van je hotel zoekt om te gaan zitten en dat bijna alle zetels al bedekt zijn me een handdoek. Duitsers geven ermee aan dat er iemand zit: Gereserviert, Das ist meine plekke, maar er zit niemand , alleen handdoeken.

    In de winter valt dit reuze mee, af en toe kom je een camper met Duitse nummerplaat tegen, meestal oudere mensen maar die rijden voorbij. Ze zoeken elkaar op en daar waar zij zijn zijn wij niet. Wel Britten en een enkele Nederlander zie je hier in Salobreña, die zijn galanter en rustiger mogen wij ervaren.

     

    Elke ochtend een andere sunrise, zonsopgang, en ook weer elke avond een andere sunset, ondergang. Ik blijf maar fotograferen zegt Sam. Ze zijn wel de moeite, zeker wanneer er wat formaties wolken hangen. Ik kijk er graag naar. Nu ja over wolken gesproken. Er hingen er gisteren iets te veel, de zon kon er nauwelijks doorheen breken en de wind kwam uit het zuiden, recht ons appartement in. Altijd een slecht teken herinner ik me want dat betekent regen hier in Andalucia en als het even niet mee zit storm.

    De zee was woest, hoge golven, schoon om zien en goed ingeduffeld te gaan stappen langs de branding. Tot er onverwacht, maar wel voorzien, een golf over je schoenen schuimt en dan snel weer naar binnen.

    Vanochtend hangen die wolken helemaal achteraan de zee, ze raken de kust van Afrika denk ik, en hier boven mooi blauw. Een gele gloed verlicht de muren van het balkon, daar is ze terug bedenk ik me, het leven is mooi…. als de zon schijnt.

     

     

    Zondagochtend,

    Gisteren heeft Sam gekookt, fier zegt ze “dat is de eerste keer sinds we weg zijn“, ik beaam dat en feliciteer haar met de “ Bavette de langoustines “ een lekkere pasta geserveerd met een gegrild broodje basilicum . Zo hoop ik dat haar kookfurie niet te snel uitdooft. De deal die we maakten, hij of zij die kookt wast niet af, leid me naar de keuken om de troep op te ruimen en in het sop te steken.

    Sam is al vroeg uit de veren, met een sprong veerde ze uit bed “ ik ga lopen “ zei ze, niet bedoelend ik loop weg! Maar ik ga joggen. Ik lig nog wat wakker te worden in bed. Het is tenslotte zondag en heb gisteren veel geschreven en nog laat naar TV gekeken. Ik zei het eerder al , de goede programma’s en de films starten hier op TVE laat op de avond en worden bovendien om de 15 minuten onderbroken door 15 minuten reclame. Zeer vervelend, een film van 90 minuten duurt dus 3 uur, het was iets voor 2 als ik ging slapen.

    Sam loopt sneller en sneller de boulevard op en af, nog voor ik het in de gaten had was ze terug. Een kopje koffie en een fotoshoot van de schrijver aan de tafel in de living met de handen in het haar, want het lukt vanochtend niet zo goed. Heb nogal wat bijgeschreven de afgelopen dagen en geschrapt in het script en zie het bos niet meer ….of de zon niet meer door de wolken. De tafel staat nog vol attributen van gisteravond, Jack Daniel’s and Lucky Strike. Bij ons vind je die good old fashion non-filters niet meer. Het heeft iets nostalgisch als ik er hier eentje opsteek bij het staren door de raam naar die eindeloze grote zee. Als ik zinnen in dialogen met elkaar verbind en moet schrappen omdat ze te lang worden. Iets van vroeger, zo bezig zijn met woorden en een sigaretje opsteken tussendoor. Vroeger stond er op het kleine pakje sigaretten nog niet, geadverteerd door Las Autoridades Sanitarias, “Fumar puede matar“, dat roken dodelijk is. Je was nog een man als je rookte, toen ik 17 werd, en een seut als je niet meedeed met je vrienden die allemaal helden wilden zijn. Gek hoe snel dat illusiebeeld van de Strong lonesome Marlborro cowboy of Steve McQueen, met een Camel of een Lucky Strike-it’s toasted in de hand veranderd in het gevoel dat je een paria bent vandaag als je een sigaretje opsteekt. Hier in Spanje heb ik er geen last van, er wordt stevig gerookt en in de restaurants staan overal nog asbakken op tafel.

    Vroeger….

    “ het is zover “, toen alles beter was ?!

    Ik tikte eerder, abusievelijk: “het is zever“, de e ipv de o.

    In februari word deze kerel 50 jaar.

    Is daar iets aan te doen ? Uiteraard niet, het komt op je af die leeftijd en iedereen die 50 wordt voelt dat niet, nog niet.

    Toen ik bij de instanties in België mijn documenten voor de loopbaanonderbreking ging ophalen en mijn geboortejaar invulde zei die dame aan het loket. U wordt 50 in 2008, wil u dan 80% of halftime gaan werken? Ik keek haar verbaasd aan? Wat bedoeld u vroeg ik. U mag met die leeftijd zonder veel loonverlies minder werken! Het sprak me niet echt aan , toen ik daar stond, maar ik ben deze geboden optie door de overheid niet vergeten.

    Hier en nu wil ik over die 50 nog niet verder over nadenken. Ergens in April, dan zitten we in Sicilië, daar is het dan pril zomer en daar nodig ik een paar goede vrienden uit om samen mijn 50ste te vieren bij een lekkere BBQ op het strand en samen wat vakantie te hebben.

    Vooralsnog zijn we 1 jaar permanent op vakantie en stress is ons de afgelopen 3 maanden niet overvallen.

    Ik denk er wel eens aan

    - de targets,de EBIT, Stay up right, profit and growth, de telefoon, de klanten, de files en de chaos soms van alles moet sneller, beter, efficiënter en goedkoper, en …. de winst hoger

    -bij zonsondergangen vooral.

    Van mijn collega’s kreeg ik een mooi afscheidskaartje.

    Een gekleurde sunset met de tekst:

    “Als jullie daar zitten te genieten denk dan eens aan ons.”

    Bij deze mijn dank collega’s

    en jazeker, ik ben jullie niet vergeten hoor!

    Zondagmiddag, 13 januari

    We hebben gereserveerd voor de lunch bij Los tres Hermanos.

    Vorige week zondag waren we zo verrast en blij met en met de service en het lekkere eten in dit restaurantje op het strand. Ons tafeltje was intussen ingenomen. De patron herkende ons en zei een beetje verontschuldigend, Si 2 horas, het is kwart over twee! en maakte prompt een tafeltje vrij voor ons. Het was weer smullen en genieten van de Spaanse ambiance op zondagmiddag en de lekkere vis die in grote hoeveelheden geserveerd wordt. Alle Spanjaarden hier nemen ruim de tijd om ‘s zondags met de familia, een traditie, samen te lunchen. Het restaurant zit proppe vol.

    De koffie krijgen we van het huis en 3 uur later lopen we voldaan en tevree terug langs de boulevard naar ons appartement.

    Het waait stevig. Deze namiddag kijken we gezellig TV en drinken een lekkere pousse café thuis.

    Een heerlijke Zondag.

     

     

    15 januari

    Mijn mama verjaart vandaag. Ze is blij als ik ze opbel en het doet me ook plezier een opgetogen mama aan de telefoon te horen.

    Dat wordt vanmiddag koffie en gebak met de vriendinnen in Leopoldsburg. In mijn gedachten ben ik er even bij en geef ons Ma dikke zoenen.

    De aalscholvers vliegen vanochtend, zoals ze dat elke morgen doen, net voor de zon haar licht op de zee werpt , in formatie van het oosten naar het westen. Van waar ze komen en naar welk plekje ze vliegen is ons onbekend. Een mooi beeld hoe zij samen op één lijn net boven de horizon ergens naar toe vliegen. ‘s Avonds hetzelfde in omgekeerde richting, samen uit en als het bijna donker wordt,samen thuis.

    Zo hoort dat in families.

    De 2 weken en half dat we hier in het zuiden zijn hebben we zowat alle varianten “weer” gehad. Van zeer warm, lekker in het zonnetje genieten bij 25 graden in de zon tot storm en wind met hoge golven, tot een dag zware regen en zeer bewolkt. Meestal is het niet echt koud. Op TV volgen we de temperaturen die variëren van 15 tot 18°C en ‘s nachts nooit onder de 10°C. Er is wel wat aan de hand de laatste 2 a 3 jaar horen we her en der zeggen. De Franse toeristen waar we kennis mee maakten, die hier al jaren komen zeggen het, alsook de patron van Los Tres Hermanos verteld ons dat dit wisselvallig en ‘ koud weer!’ hier vroeger niet bestond aan de Mediterano. Altijd zacht en een graad of 20 in januari. Iedereen liep in T-shirt. Is normal ! The Global warming? Vraag ik hem. Ik weet het niet zegt ie maar de toeristen gaan de laatste jaren vroeger weg en komen later in het jaar, als het warmer wordt pas terug. Slecht voor de commerce.

    Vandaag STORM op zee. Het strand wordt overspoelt door het witte schuim van de grote golven die zich zeker met een meter of 2 hoogte op het zand werpen. Dikke wolken drijven versneld over en soms kan de zon door de vlagen heen het schouwspel even op lichten. Aalscholvers scheren als acrobaten langs en net over de hoge golven. In de verte zie ik een vissersboot worstelen met de wilde deining van het water. Het gele bootje zwalpt op en neer. Het is lekker wandelen in de wind nu op de Paseo Maritimo - de dijk langs de zee van Salobriña - want het is helemaal niet koud. De enkele wandelaars die ik tegenkom kijken met me verrast naar dit witte schuimkoppen watergeweld. Op TV Malaga waarschuwen ze de kijkers voor de sterke wind. Afgelopen dagen zijn er al 3 vissers vermist en waarschijnlijk gegrepen door de golven. Ze hebben hier in het dorp het water ook afgesloten denk ik want onze kraan geeft geen lek. Het is wachten tot na de storm voor een badje.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    16-01-2008, 12:29 geschreven door marc vanautreve  
    10-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10 januari 2007 , groeten uit Salobeña,

     

     

    Zondag 6 januari, 2008

     

    Sinterklaas komt niet van Spanje. Dat staat vast, want hier kennen ze hem helemaal niet. De kinderen zetten wel hun schoentje bij de haard maar niet voor Sinterklaas. Hier in Spanje zijn het de drie koningen, Melchior, Gaspar en Baltazar die de schoentjes komen vullen met speelgoed en lekkers in de nacht van 5 naar 6 januari. Er is ook, meer dan bij een link met Kerstmis, anders dan onze Sinterklaas die al eind oktober in de etalages komt aandwarrelen en die niets met het Kertsverhaal te maken heeft. Hier zie je in de kerstweken meer “Belems” dan kerstbomen. Kinderen staan in rijen te dringen om naar het miniatuur tafereel van de drie koningen te gaan kijken. De Belem , zeg maar de tocht van de drie koningen naar de kribbe van de stal omringt door honderden schapen, herders en engelen. Vroeger hadden wij thuis ook zo’n stal met ezel en os en een schaapje dat weet ik nog, met 3 pootjes. Ik had dat arme schaap toen ik nog klein was te veel geknuffelt en hem in mijn omarming eens laten vallen.

    Vanochtend zullen duizenden kinderen hier blij zijn met zoet en lekkers.

    De zon komt inmiddels op en we voelen het aan als een feest. 6 januari en een mooie strakke blauwe hemel. Wat we observeerden hier van op ons terras is dat al vrij vroeg auto’s op de boulevard komen aangereden, zich parkeren en in de auto blijven zitten. Of mannetjes op de fiets en wandelaars die zich dan zetten op het muurtje dat de scheiding is tussen het zand en de dijk , met hun rug naar de zee! We begrijpen het niet. Wij willen net naar de zee kijken en genieten van het zonnetje. Neen, zij keren er zich van weg en hun blik is dan gericht op de appartementen langs de dijk?

    Gisteren heeft Sam de dag ingezet met joggen, we liepen eerst wat voorzichtig maar al snel in gelijke tred langs de boulevard. We trakteerden onszelf op desayuno, een Spaans ontbijt en dat is niet meer dan Toast met olijfolie en jam en café con lechen bij de enige pasteleria die open was en waar bijzonder veel Spanjaarden hetzelfde deden. Krantje erbij en lekker genieten van de Zaterdagochtend. In de namiddag zijn we met de fiets naar Montril gereden. Het dorpje waar onze koninklijke Familie een vakantie huis heeft en waar koning Boudewijn een aantal jaren geleden is overleden. We hebben de CASA Fabiola nog niet gevonden,is voor later, wel genoten van een prachtige stukje natuur tussen Solabreña en Montril in. Palmboom kwekerijen, appelsienboomgaarden en landerijen waar het zalig tussen fietsen is. De rust, de witte reigers die opvliegen als we langs een paar waterpartijen verscholen door het suikerriet fietsten en een adembenemend zicht op de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada links en de mediteraneo rechts van ons. Een echt vakantiegevoel.

    Vanochtend kan Sam de sportieve uitdaging niet laten. Mijn doel is, zegt ze, op het einde van onze vakantie hier de dijk heen en terug te lopen zonder stoppen . Dat is 4 km in totaal. Ik duim, moet kunnen.

    Als ze terug komt van het lopen is Sam opgetogen, gaat elke keer beter en beter. Ik schenk een Moscatel in op ons terras een beetje een zoete aperitiefje, voor de lunch die we straks in een restaurantje nemen, op een terrasje op het strand !

     

    Restaurante Los Tres Hermanos.

    Lekker, lekker verse vis. Antonio, begroet ons , geeft de kaart in het Engels en bevestigd onze keuze met Muy Bien, de vino Blanco de la Casa van 5,75 Euro raadt hij af. We volgen zijn advies en nemen een duurdere. Tapa’s; een borje Iberische ham, de befaamde Jambon de Jabugo en Langoustines, verschijnen op tafel en nog voor die op zijn zet de patron een overvol bord sla erbij. Een overdaad aan vis volgt en we genieten van de lekkere verse en goed bereide lunch en het Spaanse zondagssfeertje van de locals die hier met hun familie samen gezellig zitten te eten. Als de waard ons voorstelt om Rabo de toro, ( stierentaart ) of de zelfgemaakte desserts te serveren, bedanken we. We zitten eivol. We wandelen voldaan en tevreden terug naar het uiteinde van de boulevard waar ons appartement ligt en luieren op ons terras in het zonnetje bij 20 graden. Dit is het weertje waarom we hier in het zuiden zijn gebleven. Er kuieren veel mensen op en af de boulevard. Kuieren zoals Toon Hermans dat ooit zo mooi beschreef in een liedje. Duidelijk weekend voor iedereen en een mooie ZONdag.

    Maandag 7 januari.

    Duidelijk dat, en het weekend en de korte wintervakantie ook voor de Spanjaarden voorbij zijn. De rust is nu vanochtend helemaal terug gekeerd. . Geen drukte op de dijk voor ons terras, geen vroege vogels, geen Ford Fiestas meer. Als we gaan joggen komen we 1 jogger tegen, 2 vissers, een bejaard koppel, een paar Campers, als steeds op zoek naar een plaatsje. Antonio,de Chef van het restaurant Tres Hermans ( de drie broers) zet de lege bakken bier buiten en begroet ons vriendelijk. Aardige man. Sam gaat een koffietje drinken en een krantje kopen, goed voor mijn Spaans, zegt ze. Ik loop terug naar mijn schrijftafel. Ik heb de microbe nu goed vast en probeer zoveel mogelijk te schrijven als ik alleen ben. Het plezierige aan een appartementje is dat je ook vrij kunt rondlopen,van de Living het terras op en naar de gang voorbij de slaapkamers en weer terug ijsberend naar het terras. Iets wat ik zeer vaak doe en ook nodig heb als ik naar zinnen zoek of nieuwe wendingen bedenk of gevoelens die ik in de dialogen van de personages wil steken. In een Camper lukt dat niet z aardig. Het idee was ook om in ons reisverslag een weergave te geven van de vooruitgang in het script maar dat lijkt me, nu ik aan het schrappen ben, sekwenties toevoeg en shots erbij verzin, niet zo evident om te volgen als lezer.

    In het boek dat ik in 2009 wil uitgeven,” Home@europe, Almost Happy “ zal ik dat wel doen. Dus je mag meer verwachten dan alleen de notities die ik opteken in deze blog.

    De zee ligt er rustig bij vanmiddag.

    Als Sam terug is van het sporten eten wat zelfgemaakte Tapa’s op het terras. Toast met Zalm en rode ui, toastje basilicum pasta, een schijfje Mozarella, olijfolie erover en zwarte peper. Lekker met een glaasje Spaanse rode wijn. Na een uurtje zonnen heb ik even genoeg van het liggen baden en trek op stap naar het authentieke dorpje Salobriña op de heuvels. Kleine witte huisjes, op elkaar gebouwd, schattig. Hier wonen gewoon mensen met permanent zicht op zee, geen toeristen echte locals. Bezoek het Arabisch ford op de heuvel en verdwaal in de panorama’s met veel zee en de Sierra Nevada. In het plaatselijk museum hangt een foto van 1968, van de buildings die nu langs de boulevard staan was er niets, zelfs geen boulevard. Een brede strook landbouwgebied tussen de Sierra en de zee. Als ik op de terug naar ons appartement via de boulevard wandel zie ik een gezellige drukte, net als in het weekend. De Spanjaarden zijn niet terug aan het werk , de vakantie loopt gewoon door.

    ‘s Avonds kijken we naar het 9 uur journaal op TVE 1, de nationale zender, en de wereld zoals ie is komt op ons af. Staking van de vuilophalers in de metro van Madrid, 99 verkeersdoden sinds 1 januari, Mist op de Canarische eilanden waardoor vliegtuigen niet kunnen opstijgen, Juan Carlos, de koning van Spanje is 70 geworden net als Jane Fonda, die aankondigt dat ze nog wel eens in een Erotische film wil spelen. De eerste verkiezingrondes in de US die begonnen zijn. Hilary Clinton die straalt op het sprekersgestoelte en Amerika beloofd dat er een einde komt aan de oorlog in Irak, Zarcosy gaat trouwen in februari. Een beeld van overvolle winkels met kopende mensen in Valencia nu de Rebajas, de solden begonnen zijn. Amy, een 15 jarig Spaans meisje is nu 10 dagen vermist in Mijas, 15 km van hier. De Guardia Civil zoekt spoorloos verder maar tot nu toe zonder succes. Het is de 3e verdwijning sinds we hier TV kijken. In Iran sneeuwt het, in Equador barst een vulkaan uit en moeten 300 gezinnen evacueren voor de stromende lava. Tussendoor is er een reclamespot voor een model van Ford die je al voor 20.000 euro kan komen afhalen, een koopje.

    In Holland wordt een man met mesteken op straat afgemaakt terwijl omstaanders het slachtoffer tevergeefs proberen te bevrijden. Die gek blijft steken. Ik zet de TV af , heb er nu al genoeg van.

     

     

    Om de vaste gewoonten hier op ons appartementje van elke ochtend; ik sta op, zet koffie, Sam begint te lezen in bed en ik zet het verwarming elementje op en begin te schrijven, te doorbreken staat Sam als eerste op vandaag, zet koffie, doet de afwas en ik lig nog wat wakker te worden. Een mens went snel aan een ritme. Gisteren naar de laatavond film op TVE Bananas van Woody Allen, helemaal in het Spaans gekeken. Films of de wat betere programma’s beginnen hier pas te spelen om 11 uur. Voor die tijd zijn er naast het nieuws de human intrest programma’s met veel leed en verdriet en de alomtegenwoordige domme spelletjes.

    Het is sterk bewolkt vanochtend, niet koud, ik denk een graad of 13 maar de zon is er vandaag niet bij. Vandaag wat opruim- en poets-aktiviteiten. Sam steekt de was in de machine en ik maak de sanitaire tank ( the green box) van de camper leeg en ontsmet. Dat was nodig. Op het programma staat nog de Camper herorganiseren, nu dat we de ruimte hebben en de tijd!. De garage eens leeg maken en het opgehoopte zand en stof verwijderen en met een natje de binnenkant aan pakken en misschien een uitstapje en onderweg nog eens op het net proberen verbinding te maken met thuis en de vrienden die ons volgen op de blog en ons af en toe een reaktie sturen . Als je weg bent voor een jaar, weg van ‘thuis’ ben je natuurlijk nog meer benieuwd hoe het met onze naasten en vrienden gaat? Waar ze mee bezig zijn, zeker nu de feestdrukte voorbij is. Voornemens die je hard gaat maken, wendingen, voorzien of onvoorzien of gewoon even bij-bab-be-len. Zoals we reeds eerder schreven , het doet ons altijd plezier om wat te horen van‘thuis’.

    Sam heeft een nieuw emailadres samvanrompaey@gmail.com en mijn adres is ongewijzigd, marc.vanautreve@gmail.com. Tot spoedig. Ben je niet in onze maillijst, we sturen regelmatig wat foto’s op, laat het ons weten. Het is een kleine moeite.

     

     

     


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    10-01-2008, 17:39 geschreven door marc vanautreve  
    04-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Feliz 2008, Andalucia

    ***************************************************************************

    Onze Beste Wensen Voor een Stralend, Liefdevol, Gezond en Gelukkig Nieuw Jaar.

    Feliz 2008

    Sam en Marc,

    2 januari 2008, Salobreña,Andalucia

    www.bloggen.be/almosthappy

     

     

    Een korte Flash back

    ************** De zon schijnt op de besneeuwde toppen van de Siërra Nevada ********

    26 december 2007

    We vieren met ons vieren en met veel Tapa’s Kerst in Nerja.

    Terwijl ik in de namiddag de keuken onderste boven zet , gaan de meisjes het dorpje in om de laatste geschenkjes te kopen. Sevilla bood niet alles wat er te koop is! Marieke en Jolien vertellen als ze terug kwamen dat ze gezonnebaad hebben op de rots bij het strand. Ze glunderen. Ze versieren met zelfgemaakte spulletjes de Living. Op het raam worden met kerst-namaak-sneeuw, sterren, Feliz Navidad en elanden gespoten. Gezellig zegt Marieke. Of we al niet als tussendoortje met één pakje beginnen wordt door Marieke weggeblazen. “ Neen Jolien straks, we beginnen om 6 uur “. Het regent cadeautjes en ik zie blije gezichten. Wat een vrolijkheid.

    We eten, lachen, doen kwisjes, openen geschenkjes, er wordt ook even gedanst voor de fun. We zijn liefdevol vredig “thuis” in Nerja. Ik ben echt blij dat mijn meisjes erbij zijn, hier vandaag met Kerstavond in Andalucia. Mooi is dat.

    We spreken af om morgen om halfnegen klaar te staan om naar Pradollano op 2100 meter in de Sierra Nevada te rijden.

    Halfnegen, zodat we zeker om negen kunnen vertrekken. Om kwart na negen rijden we naar het skigebied. Via Granada waar de bergpas GR-420, wat de hoogste bergweg van Europa heet te zijn, begint rijden we de sneeuw in . We hebben geluk want de zon schijnt overdadig. Skigerief heb je er al voor 85 euro en voor de 4 liftpasjes voor een halve dag ben ik 150 Euro lichter. Als ik de huur van de auto voor 1 dag met benzine en ons après ski drankje om 5 uur op het terras in de ondergaande zon er bijreken ben ik 330 Euro armer. Jolien glijdt wat onzeker met haar snowboard naar beneden en Marieke, met toch wat hoogtevrees, wat trager, maar we redden het. Sam en ik nemen de rode piste op 3398 meter hoogte . Op zonnige dagen zoals vandaag kan je de Afrikaanse kust zien en de stranden van de Costa Tropical die hier in vogelvlucht slechts 30 km vandaan ligt. Toch besluiten we de 2de keer maar halverwege af te slaan naar de groene piste waar de meisjes skiën. Kwestie van ze niet alleen te laten. You never know.

    Eind goed al goed. Het was een fantastische dag met veel chance, want de zon scheen een hele namiddag. Met een kleurtje op de wangen zitten we gelukzalig in de auto op terug weg naar ons huisje aan zee. Ik kondig tijdens het rijden aan dat we het bij deze ene dag skiën houden en terugkomen op het idee om 2 dagen te gaan, gezien de hoge kost . Vooral Jolien die er zo naar uitkeek en haar snorbaard outfit speciaal mee gebracht had in haar rugzak begreep dat zeer goed. Na een tochtje van toch 2 uur door de bergen komen we eindelijk terug thuis en eten de spaghetti die ik gisteren al voorbereide. Het smaakt want we waren en moe en hadden een reuzen honger. Nog wat nakaarten, de foto’s uploaden op pc en naar bed.

    We slapen als roosjes.

    Vanochtend regent het, ik loop op weg naar de bakker door de staatjes van Nerja en zie vele mensen hetzelfde doen onder een plu of zoals ik in regenjas. Koud is het niet maar wel nat. Vind het jammer omdat de meisjes gisteren nog spraken over het laatste dagje kunnen we in het zonnetje nog wat bruinen op het strand. Dat zal er niet inzitten. Het regent de hele dag.

    Ze opteren voor de Bagel en Salad bar op de promenade met free internet en nog wat fotootjes nemen voor het thuisfront. Ik blijf vandaag lekker binnen. Ik lees in “ De Weg naar Mekka” het boek van Jan Leyers dat ik kreeg als kerstcadeautje van Marieke. Met het T-shirtje aan dat ik van Jolien kreeg en een borreltje erbij in de mooie glaasjes uit Sevilla van hun beidjes. Zet Herman Van Veen en het Rosenberg trio op en af en toe wissel ik van lectuur met Geert Mak zijn lijvig boek “In Europa, reizen door de twintigste eeuw”, een cadeau van Sam en Humo’s kerstnummer dat de meisjes voor me meebrachten. Sam neemt een warm bad en vertrekt ook. Heb vandaag echt zin om thuis te blijven. Ik wordt omringt door spulletjes van de kinderen, de I-pod, de planning van onze week vakantie opgetekend door Jolien en een tekening van haar die we naast de kerstboom ophingen. Het boek Un Burka por Amor, La emotiva historia de una espanola atrapada en Afganistán en een schattig rood met witte bollen Flamenco-schoentje bij de Kerstboom van Marieke, Ik realiseer me dat we vanaf vrijdag terug met ons tweetjes “alone on the road” zullen zijn en dat thuisgevoel weer voor een lange tijd anders aanvoelt. Daarom dat ik vandaag thuis wil blijven, ik ben toch wel een beetje een huismus. Ik lees, schrijf en geniet van de stilte om me heen. Als ik een sigaretje ga roken op het terras zie ik telkens een ander panorama, van een streepje zon, volle zon op zee tot bewolkt en regen tot even een regenboog boven de appartementsgebouwen , dan weer vol open en weer donker bewolkt met regen. Het is een kwakkelweertje op 26 december, 2e kerstdag. Vanavond eten we, voor Marieke en Jolien morgen terug naar België vliegen, de laatste keer samen in een gezellig Mexicaans Restaurantje.

     

    Vrijdag 28 december,

    Ik mis de meisjes, gisteren zijn we samen om half negen s’ morgens vetrokken, met de bus naar Malaga Airport. Het afscheid was er eentje met traantjes, de week was veel te snel voorbij. We houden er een zalige herinnering aan over met ’ mijn zingende meisjes in Sevilla, het beklimmen van de heuvels van Granada op zoek naar het Alhambra, de regen op een troosteloze dag aan zee, Kerstavond bij onze plastic kerstboom met ballen en blauwe lichtjes en natuurlijke de prachtige Sierra Nevada met fantastische sneeuw en een staalblauwe zonovergoten hemel op de skipistes. Het is alweer herinnering, we missen ze al, het leven in huis met de vrolijke meiden. Ineens wordt het stil en beseffen we dat het weer anders zal zijn. Met ons tweetjes verder alleen in de camper.

    Nu rijden we , na het eindeloos zakken zeulen van het appartement terug naar de Camper, richting Almeria. We rijden van de Costa del Sol de Costa Tropical in omwille van het goede weer en vooral de zachte temperatuur ‘s nachts. Het heeft geen zin al naar Midden Spanje te rijden, daar is het te koud.

    We belanden na een 40 tal kilometer in een badplaatsje met nog enig Spaans gehalte, Playa de Salobreña. Hier is het minder druk , authentieker en vooral het is een badplaats voor de Spanjaarden. Hier hoor je nog wat Spaans spreken op de boulevard. Geen borden met foto’s van voer als Paella 12€50 en Hollandse patat voor slecht 5€25, die je kan eten in de restaurants waar je in het Duits of het Nederlands of Engels aangesproken wordt. Wat een verschil met Nerja. We nemen de Ford Fiestas en de uitgebouwde Seats met spoilers erbij die met een veel lawaai en showgehalte op de Paseo Maritimo indruk proberen te maken op de Señorita’s die er niet zijn, evenals de opgefokte brommertjes waar tieners zonder helm hard mee optrekken zodat je ze zeker gezien hebt. Op deze plek waar we geparkeerd staan aan het einde van de Paseo, waar je niet verder kan rijden horen we zeer regelmatig auto’s aan komen scheuren alsof ze de trein nog moeten halen om even snel met gierende banden terug te draaien. Jong grut, wat komen ze hier doen vragen we ons af.

    We genieten van de flauwe warmte van de middagzon en al snel wordt het toch frisser. Het is eind december , ook in Zuid Europa. We fietsen door het dorpje omdat het te fris is om te lezen op het strand. Ergens tussen de hoge rietsuiker planten en op een vrij modderig stukje grond zien we een tiental campers staan, hoofdzakelijk Duitsers en Fransen. Om hier bijeen getroept te staan lijkt ons maar niks. Ze kunnen niet eens de zee zien, dan staan wij stukken beter, pal aan de boulevard met een fantastische view over de Mediterano. Ons oog valt, als we terug aan onze Camper komen, op een appartementje met een bordje Alkila, Te Huur. We bellen het nummer en maken een afspraak voor morgen Zondag één uur. Misschien een goed idee om de koudste maand van de winter te overwinteren in een huisje met zicht op zee zodat we in de late namiddag en ‘s avonds als het te fris wordt niet op 2 bij 3meter ruimte moeten zitten met de blazer op maximum. Ook oudejaar vieren hier eigenlijk letterlijk op straat is niet zo’n romantisch idee.

    Sam leest en is helemaal in de ban van de Vlaamse vrouwenbladen die door Marieke werden meegebracht. Ik kijk vanavond , met de oordopjes in naar Munich van Steven Spielberg, een kerstcadeautje van mijn liefje.

    Zondag 30 december

    1 Uur werd 2 uur , daar hadden de eigenaars van het appartement voor gebeld en we zien rond half drie 2 mensen op het balkon van het appartement verschijnen. Een korte rondgang , er zijn hier vier slaapkamers , en een lamentabele badkamer, waarbij Sam al meteen te kennen liet verstaan dat het wel een beetje vuil is. Ik vraag haar of er een alternatief is? Of we nemen het of we moeten opnieuw gaan zoeken in een ander stadje want hier in dit dorpje zijn er geen appartementen meer vrij zo vlak voor de feesten. De prijs, 60 euro per dag zegt de dame, ik vertel haar dat we in Nerja eentje gehuurd hadden voor 100 per week! Ja maar dit is Nerja niet antwoord ze en bovendien er zijn vier kamers antwoord de dame in het Spaans. Wat is je prijs voor 3 weken vraag ik, 60 per dag zegt ze. Ik neem mijn biljetten van 50 euro en tel ze , 500 willen we geven voor 3 weken zeg ik, zij kijkt en zegt dat dat nog geen 40 per dag is. Ik leg de biljetten van 50 één voor één traag op tafel en de echtgenoot, die mijn gebaar onbewust gadeslaat discussieert met zijn vrouw, in het Spaans. Wij zwijgen allebei, de kracht van de stilte, en zij geeft toe. Er wordt nog wat getwist of we dan zelf de lakens meebrengen waarbij Sam zegt, No Problem. De sleutels worden overhandigd en ik denk “Done, we have it“. Als we later weer met zakjes zeulen is Sam wel ontgoocheld, een vuil madam is het. Sam wil voor we erin trekken nog eens met de borstel erdoor gaan. We leven hier wel 3 weken zegt ze, ik ben er vies van. Ik laat haar, meisjes zijn daarin veel preciezer dan jongens. Ik zeul verder met zakjes van de camper naar het appartement 1 hoog en even later drinken we wat lekkers bij een ondergaande zon van op het terras dat een vergezicht heeft waar je onwel van wordt . Eén zee, van links naar rechts met rechts heuvels met witte huisjes die wat in de mist liggen. Een formatie Aalscholvers vliegt in rechte lijn mooi en met gelijke tred naar het oosten , net boven de horizon, een enig zicht. Al snel wordt het wat frisjes op het terras en zitten we gezellig binnen aan tafel. Dit worden onze overwinterweken in het zuidelijkste en warmste gedeelte van Europa. Na veel opfris en kuiswerk in het appartement, wat vooral de verdienste is van Sam zitten we “ thuis “ voor TV. TVE 1 is een wat amateuristische zender. We hebben en groot beeld, dat wel, maar de beelden, bijna allemaal España Directo, zijn zonder vormgeving bij elkaar gehaspeld. Van een massage voor de voeten met citroen, zeer slecht in beeld gebracht, tot beelden over hoe je het makkelijkst Moscatel druiven van een druivelaar plukt met een soort frietzakje en onderbroeken die “in” zijn anno 2007 en 2008. Ouderwets beeldvulsel voor de feestdagen. Ik neem een bad en constateer dat na zeg maar 15 liter, het water koud wordt. Net als in Nerja beseffen we dat de boilers hier in het zuiden van een zeer klein formaat zijn. In de zomer heb je natuurlijk niet veel warm water nodig. Een snel bad wordt het. We realiseren ons welke luxe we hebben thuis, in België, waar het warme water blijft lopen . En tevens zij we ons bewust van het feit dat we misschien wel niet zo’n echte campermensen zijn zoals sommige die we tegenkwamen en die overwinteren in het zuiden op een leefruimte van 2 bij 3. We hebben gekozen voor een warm nest een “thuisje” met ruimte om deze koudste maand te overbruggen.

    31 december, halfvijf in de ochtend

    Er flitsen honderden beelden door mijn hoofd die me wat soelaas zouden kunnen brengen in de uitbouw van het script. Ik draai rond in bed, het is nog vroeg en donker maar ik ben klaarwakker en sta op. Stilletjes want Sam slaapt nog. Nu en hier kan ik zonder veel lawaai te maken uit bed stappen en me begeven naar de living. In een camper kan dat niet zonder de ander wakker te maken.

    Ik neem mijn script en begin te lezen , te schrappen en bij te schrijven. Het wordt stilaan licht en na 3 uur worstelen met dialogen, beelden en een extra plot die ik ter plaatse verzin komt er ook klaarheid in het verhaal. Ik drink koffie, ijsbeer wat in de ruime living en schrijf. Als ik op het terras een sigaretje rook en de enige visser observeer die hier al vroeg bij zijn hengel staat te kijken naar de verte, bedenk ik me dat ik het niet maken na 2 maanden op reis, nog geen fatsoenlijke letter geschreven te hebben. Aan inspiratie ontbreekt het me niet, het is gewoon gaan zitten, schrijven en schrappen. Schrijven tot het er staat, zoals wijlen Jos Brink me ooit vertelde. J’écrit donc je suis.

    Als een vroeg ochtendzonnetje boven de zee komt aanzetten zie ik de eerste wandelaars op de dijk kuieren en genieten van een rustig kabbelende zee en de frisse ochtendlucht. Er komt stilaan leven in Salobreña. Sam is ondertussen ook wakker geworden en neemt een bad, ik loop om broodjes voor het laatste ontbijt in 2007.

     

     

    Eindejaar

    Silvestershow op TV “La Fiesta contua“, met David De Maria, Raya Real , Caldos Canderon, en nog een aantal Spaanse local heroes die net als onze plaatselijke VIPS zich gedragen als wereldsterren en liedjes zingen voor een publiek dat wel beter verwacht maar zich tevreden moet stellen met wat zich op deze avond aan amusement aandient. Het is overal op deze wereld, voor zover wij die gezien hebben, in het geciviliseerde deel, wat van hetzelfde op TV. De Shows, de Soaps, de Formats van programma‘s met publiek en zonder, de opgenomen en gemonteerde kwisjes, het rad van fortuin en de realityshows .De alomtegenwoordige vervelende reclame voor, na en tussen de flauwe programma’s.

    We kijken ernaar omdat we geëntertaind willen worden. Op oudejaar verwacht je wat spetterends. Wij met z‘n tweetjes vullen alle avonden in de camper met lezen, koken , en wat vertellen tegen elkaar. Nu dat we op een appartementje met TV zitten willen we “spectacle” op de buis. Maar dat valt tegen. We vallen er van in slaap en rond 11 uur gaan we naar bed. Morgen zien we wel de Traditiones de año neuvedo’s , de hoogtepunten op TV van het feestgedruis in Madrid, Hong kong, en Nueva York. De lichtgeklede feestgangers op de Ipanema beach met Tropisch vuurwerk in Brazilië, de met wodka klinkende Rode neuzen met hoedjes op in Moskou en een iet wat soberder klinken op 2008 in Brusellas.

    Als we op nieuwjaarsdag om 8 uur wakker worden horen we buiten veel lawaai . Al snel wordt het ons duidelijk dat er hier wat verder op een discotheek is waar een menigte jong volk huppelend buitenkomt en in de blitse auto’s weg scheurt. Later lezen we op een affiche dat de discotheek op eindejaar uitzonderlijk vanaf 1 uur ‘s nachts open ging. Blijkbaar is het de traditie in Spanje dat de jeugd thuis met de familie nieuwjaar viert en na de toast om twaalfuur kunnen beschikken.

    Na de uitbundige feestpret om middernacht met veel vuurwerk, muziek, drinkende en dansende menigten en ministers die met champagne klinken op het nieuwe jaar wordt al snel de pret gedrukt in het TV-journaal met de aankondiging van de prijsverhoging van grondstoffen in Spanje met ingang van 1 januari, vandaag dus. Gas + 4,7%, Butano gasflessen + 5,2%, elektriciteit + 3,3%, Telefonica +2% , Trein +4% . Ook roken is nu officieel verboden in restaurants in Frankrijk vanaf vandaag. Het feest mag niet blijven duren.

    Welkom in het verenigd Europa.

    Woensdag 2 januari 2008

    Op de boulevard is de rust terug gekeerd. De wandelaars van gisteren, de ochtelijke fuifbeesten en de lawaaimakende uitgebouwde Johny en Marina Seat’s en opgeblonken oranje Ford Fiestas met 3000 Watt luidsprekers erin die om de haverklap de boulevard op en af reden zijn nu terug op weg naar het werk of liggen hun Fiesta roes uit te slapen. Een enkele visser staat vanochtend te hengelen aan de branding en verder is er de stilte met enkel het geruis van de zee en de wind die vandaag wat feller blaast . Het is betrokken, de zon is er wel maar achter de wolken. Een Belgische beeld dat nog vrij goed in het geheugen zit.

    Het zal wel overwaaien. Vandaag schrijven we. We zijn blij dat we royaal binnen zitten en “achter glas” naar de zee kunnen kijken. Als we nu, toch in het zuidelijkste deel van Europa ,waar het wel erg frisjes is, in de camper zaten hadden we het absoluut niet zo comfortabel. Ik schreef het eerder al in een camper leven is vooral “buiten” kunnen zijn , anders is het krap “op elkaar” wonen. Nu het zo koud is zouden we naast een stevige wandeling niet veel meer buiten kunnen doen en dus binnen “moeten” zitten. Je staat tenslotte met je vehikel op straat of op een camping.

    Wat een verschil zeggen we tegen elkaar, een dag met zon, zo heerlijk en aangenaam en vandaag bewolkt , grijs en koud. Op TV zien we een nieuws-verslaggever vanonder een paraplu zeuren over het regenweer en de onverwachte koude dagen in Sevilla. Gek dat mensen, wij inbegrepen, het zo vaak hebben over ‘ het weer ‘ en er zich ook afhankelijk van maken. Achter ons appartement zien we de toppen van de Sierra Nevada witter worden.

    Naarmate de dag vordert begint het ook hier fel te regenen en zet er een stevige wind op. De straat waar we onze camper geparkeerd hebben staat blank. Met regelmaat zien we verschillende Campers op de boulevard rijden, ze parkeren even met zicht op zee en de bewoners zitten wat droevig te staren naar de grijze lucht . Even later vertrekken ze. Waarheen? Nog zuidelijker kan niet, tenzij je de overzet in Algeciras naar Marokko neemt en een goed stuk over het Atlasgebergte, waar het vriest, naar het Zuiden rijdt.

    Vluchten kan niet meer.

    Waar moeten we dan naar toe ?

    Winter in Andalucia, … brrr…

    De komende weken zullen er ons niet zoveel nieuwe avonturen overkomen, onze camper staat geparkeerd en wij blijven lekker binnen “ thuis”. Sam neemt zich voor vanaf 1 januari elke dag te gaan joggen, en deze ochtend staat ze uitgerust als een marathonloopster klaar voor vertrek. Na 5 minuutjes komt ze terug binnen , “ het regent “ zegt ze, morgen een 2e poging.

    In de namiddag zitten we lekker binnen terwijl het buiten stormt. Sam neemt haar cursus Spaans en studeert afgewisselt met wat Spaanse TV kijken. Ik schrijf verder aan mijn script

    ‘ Almost Happy ‘

    Tot over een paar weken.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-01-2008, 18:01 geschreven door marc vanautreve  
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Feliz 2008, Andalucia

    ***************************************************************************

    Onze Beste Wensen Voor een Stralend, Liefdevol, Gezond en Gelukkig Nieuw Jaar.

    Feliz 2008

    Sam en Marc,

    2 januari 2008, Salobreña,Andalucia

    www.bloggen.be/almosthappy

     

     

    Een korte Flash back

    ************** De zon schijnt op de besneeuwde toppen van de Siërra Nevada ********

    26 december 2007

    We vieren met ons vieren en met veel Tapa’s Kerst in Nerja.

    Terwijl ik in de namiddag de keuken onderste boven zet , gaan de meisjes het dorpje in om de laatste geschenkjes te kopen. Sevilla bood niet alles wat er te koop is! Marieke en Jolien vertellen als ze terug kwamen dat ze gezonnebaad hebben op de rots bij het strand. Ze glunderen. Ze versieren met zelfgemaakte spulletjes de Living. Op het raam worden met kerst-namaak-sneeuw, sterren, Feliz Navidad en elanden gespoten. Gezellig zegt Marieke. Of we al niet als tussendoortje met één pakje beginnen wordt door Marieke weggeblazen. “ Neen Jolien straks, we beginnen om 6 uur “. Het regent cadeautjes en ik zie blije gezichten. Wat een vrolijkheid.

    We eten, lachen, doen kwisjes, openen geschenkjes, er wordt ook even gedanst voor de fun. We zijn liefdevol vredig “thuis” in Nerja. Ik ben echt blij dat mijn meisjes erbij zijn, hier vandaag met Kerstavond in Andalucia. Mooi is dat.

    We spreken af om morgen om halfnegen klaar te staan om naar Pradollano op 2100 meter in de Sierra Nevada te rijden.

    Halfnegen, zodat we zeker om negen kunnen vertrekken. Om kwart na negen rijden we naar het skigebied. Via Granada waar de bergpas GR-420, wat de hoogste bergweg van Europa heet te zijn, begint rijden we de sneeuw in . We hebben geluk want de zon schijnt overdadig. Skigerief heb je er al voor 85 euro en voor de 4 liftpasjes voor een halve dag ben ik 150 Euro lichter. Als ik de huur van de auto voor 1 dag met benzine en ons après ski drankje om 5 uur op het terras in de ondergaande zon er bijreken ben ik 330 Euro armer. Jolien glijdt wat onzeker met haar snowboard naar beneden en Marieke, met toch wat hoogtevrees, wat trager, maar we redden het. Sam en ik nemen de rode piste op 3398 meter hoogte . Op zonnige dagen zoals vandaag kan je de Afrikaanse kust zien en de stranden van de Costa Tropical die hier in vogelvlucht slechts 30 km vandaan ligt. Toch besluiten we de 2de keer maar halverwege af te slaan naar de groene piste waar de meisjes skiën. Kwestie van ze niet alleen te laten. You never know.

    Eind goed al goed. Het was een fantastische dag met veel chance, want de zon scheen een hele namiddag. Met een kleurtje op de wangen zitten we gelukzalig in de auto op terug weg naar ons huisje aan zee. Ik kondig tijdens het rijden aan dat we het bij deze ene dag skiën houden en terugkomen op het idee om 2 dagen te gaan, gezien de hoge kost . Vooral Jolien die er zo naar uitkeek en haar snorbaard outfit speciaal mee gebracht had in haar rugzak begreep dat zeer goed. Na een tochtje van toch 2 uur door de bergen komen we eindelijk terug thuis en eten de spaghetti die ik gisteren al voorbereide. Het smaakt want we waren en moe en hadden een reuzen honger. Nog wat nakaarten, de foto’s uploaden op pc en naar bed.

    We slapen als roosjes.

    Vanochtend regent het, ik loop op weg naar de bakker door de staatjes van Nerja en zie vele mensen hetzelfde doen onder een plu of zoals ik in regenjas. Koud is het niet maar wel nat. Vind het jammer omdat de meisjes gisteren nog spraken over het laatste dagje kunnen we in het zonnetje nog wat bruinen op het strand. Dat zal er niet inzitten. Het regent de hele dag.

    Ze opteren voor de Bagel en Salad bar op de promenade met free internet en nog wat fotootjes nemen voor het thuisfront. Ik blijf vandaag lekker binnen. Ik lees in “ De Weg naar Mekka” het boek van Jan Leyers dat ik kreeg als kerstcadeautje van Marieke. Met het T-shirtje aan dat ik van Jolien kreeg en een borreltje erbij in de mooie glaasjes uit Sevilla van hun beidjes. Zet Herman Van Veen en het Rosenberg trio op en af en toe wissel ik van lectuur met Geert Mak zijn lijvig boek “In Europa, reizen door de twintigste eeuw”, een cadeau van Sam en Humo’s kerstnummer dat de meisjes voor me meebrachten. Sam neemt een warm bad en vertrekt ook. Heb vandaag echt zin om thuis te blijven. Ik wordt omringt door spulletjes van de kinderen, de I-pod, de planning van onze week vakantie opgetekend door Jolien en een tekening van haar die we naast de kerstboom ophingen. Het boek Un Burka por Amor, La emotiva historia de una espanola atrapada en Afganistán en een schattig rood met witte bollen Flamenco-schoentje bij de Kerstboom van Marieke, Ik realiseer me dat we vanaf vrijdag terug met ons tweetjes “alone on the road” zullen zijn en dat thuisgevoel weer voor een lange tijd anders aanvoelt. Daarom dat ik vandaag thuis wil blijven, ik ben toch wel een beetje een huismus. Ik lees, schrijf en geniet van de stilte om me heen. Als ik een sigaretje ga roken op het terras zie ik telkens een ander panorama, van een streepje zon, volle zon op zee tot bewolkt en regen tot even een regenboog boven de appartementsgebouwen , dan weer vol open en weer donker bewolkt met regen. Het is een kwakkelweertje op 26 december, 2e kerstdag. Vanavond eten we, voor Marieke en Jolien morgen terug naar België vliegen, de laatste keer samen in een gezellig Mexicaans Restaurantje.

     

    Vrijdag 28 december,

    Ik mis de meisjes, gisteren zijn we samen om half negen s’ morgens vetrokken, met de bus naar Malaga Airport. Het afscheid was er eentje met traantjes, de week was veel te snel voorbij. We houden er een zalige herinnering aan over met ’ mijn zingende meisjes in Sevilla, het beklimmen van de heuvels van Granada op zoek naar het Alhambra, de regen op een troosteloze dag aan zee, Kerstavond bij onze plastic kerstboom met ballen en blauwe lichtjes en natuurlijke de prachtige Sierra Nevada met fantastische sneeuw en een staalblauwe zonovergoten hemel op de skipistes. Het is alweer herinnering, we missen ze al, het leven in huis met de vrolijke meiden. Ineens wordt het stil en beseffen we dat het weer anders zal zijn. Met ons tweetjes verder alleen in de camper.

    Nu rijden we , na het eindeloos zakken zeulen van het appartement terug naar de Camper, richting Almeria. We rijden van de Costa del Sol de Costa Tropical in omwille van het goede weer en vooral de zachte temperatuur ‘s nachts. Het heeft geen zin al naar Midden Spanje te rijden, daar is het te koud.

    We belanden na een 40 tal kilometer in een badplaatsje met nog enig Spaans gehalte, Playa de Salobreña. Hier is het minder druk , authentieker en vooral het is een badplaats voor de Spanjaarden. Hier hoor je nog wat Spaans spreken op de boulevard. Geen borden met foto’s van voer als Paella 12€50 en Hollandse patat voor slecht 5€25, die je kan eten in de restaurants waar je in het Duits of het Nederlands of Engels aangesproken wordt. Wat een verschil met Nerja. We nemen de Ford Fiestas en de uitgebouwde Seats met spoilers erbij die met een veel lawaai en showgehalte op de Paseo Maritimo indruk proberen te maken op de Señorita’s die er niet zijn, evenals de opgefokte brommertjes waar tieners zonder helm hard mee optrekken zodat je ze zeker gezien hebt. Op deze plek waar we geparkeerd staan aan het einde van de Paseo, waar je niet verder kan rijden horen we zeer regelmatig auto’s aan komen scheuren alsof ze de trein nog moeten halen om even snel met gierende banden terug te draaien. Jong grut, wat komen ze hier doen vragen we ons af.

    We genieten van de flauwe warmte van de middagzon en al snel wordt het toch frisser. Het is eind december , ook in Zuid Europa. We fietsen door het dorpje omdat het te fris is om te lezen op het strand. Ergens tussen de hoge rietsuiker planten en op een vrij modderig stukje grond zien we een tiental campers staan, hoofdzakelijk Duitsers en Fransen. Om hier bijeen getroept te staan lijkt ons maar niks. Ze kunnen niet eens de zee zien, dan staan wij stukken beter, pal aan de boulevard met een fantastische view over de Mediterano. Ons oog valt, als we terug aan onze Camper komen, op een appartementje met een bordje Alkila, Te Huur. We bellen het nummer en maken een afspraak voor morgen Zondag één uur. Misschien een goed idee om de koudste maand van de winter te overwinteren in een huisje met zicht op zee zodat we in de late namiddag en ‘s avonds als het te fris wordt niet op 2 bij 3meter ruimte moeten zitten met de blazer op maximum. Ook oudejaar vieren hier eigenlijk letterlijk op straat is niet zo’n romantisch idee.

    Sam leest en is helemaal in de ban van de Vlaamse vrouwenbladen die door Marieke werden meegebracht. Ik kijk vanavond , met de oordopjes in naar Munich van Steven Spielberg, een kerstcadeautje van mijn liefje.

    Zondag 30 december

    1 Uur werd 2 uur , daar hadden de eigenaars van het appartement voor gebeld en we zien rond half drie 2 mensen op het balkon van het appartement verschijnen. Een korte rondgang , er zijn hier vier slaapkamers , en een lamentabele badkamer, waarbij Sam al meteen te kennen liet verstaan dat het wel een beetje vuil is. Ik vraag haar of er een alternatief is? Of we nemen het of we moeten opnieuw gaan zoeken in een ander stadje want hier in dit dorpje zijn er geen appartementen meer vrij zo vlak voor de feesten. De prijs, 60 euro per dag zegt de dame, ik vertel haar dat we in Nerja eentje gehuurd hadden voor 100 per week! Ja maar dit is Nerja niet antwoord ze en bovendien er zijn vier kamers antwoord de dame in het Spaans. Wat is je prijs voor 3 weken vraag ik, 60 per dag zegt ze. Ik neem mijn biljetten van 50 euro en tel ze , 500 willen we geven voor 3 weken zeg ik, zij kijkt en zegt dat dat nog geen 40 per dag is. Ik leg de biljetten van 50 één voor één traag op tafel en de echtgenoot, die mijn gebaar onbewust gadeslaat discussieert met zijn vrouw, in het Spaans. Wij zwijgen allebei, de kracht van de stilte, en zij geeft toe. Er wordt nog wat getwist of we dan zelf de lakens meebrengen waarbij Sam zegt, No Problem. De sleutels worden overhandigd en ik denk “Done, we have it“. Als we later weer met zakjes zeulen is Sam wel ontgoocheld, een vuil madam is het. Sam wil voor we erin trekken nog eens met de borstel erdoor gaan. We leven hier wel 3 weken zegt ze, ik ben er vies van. Ik laat haar, meisjes zijn daarin veel preciezer dan jongens. Ik zeul verder met zakjes van de camper naar het appartement 1 hoog en even later drinken we wat lekkers bij een ondergaande zon van op het terras dat een vergezicht heeft waar je onwel van wordt . Eén zee, van links naar rechts met rechts heuvels met witte huisjes die wat in de mist liggen. Een formatie Aalscholvers vliegt in rechte lijn mooi en met gelijke tred naar het oosten , net boven de horizon, een enig zicht. Al snel wordt het wat frisjes op het terras en zitten we gezellig binnen aan tafel. Dit worden onze overwinterweken in het zuidelijkste en warmste gedeelte van Europa. Na veel opfris en kuiswerk in het appartement, wat vooral de verdienste is van Sam zitten we “ thuis “ voor TV. TVE 1 is een wat amateuristische zender. We hebben en groot beeld, dat wel, maar de beelden, bijna allemaal España Directo, zijn zonder vormgeving bij elkaar gehaspeld. Van een massage voor de voeten met citroen, zeer slecht in beeld gebracht, tot beelden over hoe je het makkelijkst Moscatel druiven van een druivelaar plukt met een soort frietzakje en onderbroeken die “in” zijn anno 2007 en 2008. Ouderwets beeldvulsel voor de feestdagen. Ik neem een bad en constateer dat na zeg maar 15 liter, het water koud wordt. Net als in Nerja beseffen we dat de boilers hier in het zuiden van een zeer klein formaat zijn. In de zomer heb je natuurlijk niet veel warm water nodig. Een snel bad wordt het. We realiseren ons welke luxe we hebben thuis, in België, waar het warme water blijft lopen . En tevens zij we ons bewust van het feit dat we misschien wel niet zo’n echte campermensen zijn zoals sommige die we tegenkwamen en die overwinteren in het zuiden op een leefruimte van 2 bij 3. We hebben gekozen voor een warm nest een “thuisje” met ruimte om deze koudste maand te overbruggen.

    31 december, halfvijf in de ochtend

    Er flitsen honderden beelden door mijn hoofd die me wat soelaas zouden kunnen brengen in de uitbouw van het script. Ik draai rond in bed, het is nog vroeg en donker maar ik ben klaarwakker en sta op. Stilletjes want Sam slaapt nog. Nu en hier kan ik zonder veel lawaai te maken uit bed stappen en me begeven naar de living. In een camper kan dat niet zonder de ander wakker te maken.

    Ik neem mijn script en begin te lezen , te schrappen en bij te schrijven. Het wordt stilaan licht en na 3 uur worstelen met dialogen, beelden en een extra plot die ik ter plaatse verzin komt er ook klaarheid in het verhaal. Ik drink koffie, ijsbeer wat in de ruime living en schrijf. Als ik op het terras een sigaretje rook en de enige visser observeer die hier al vroeg bij zijn hengel staat te kijken naar de verte, bedenk ik me dat ik het niet maken na 2 maanden op reis, nog geen fatsoenlijke letter geschreven te hebben. Aan inspiratie ontbreekt het me niet, het is gewoon gaan zitten, schrijven en schrappen. Schrijven tot het er staat, zoals wijlen Jos Brink me ooit vertelde. J’écrit donc je suis.

    Als een vroeg ochtendzonnetje boven de zee komt aanzetten zie ik de eerste wandelaars op de dijk kuieren en genieten van een rustig kabbelende zee en de frisse ochtendlucht. Er komt stilaan leven in Salobreña. Sam is ondertussen ook wakker geworden en neemt een bad, ik loop om broodjes voor het laatste ontbijt in 2007.

     

     

    Eindejaar

    Silvestershow op TV “La Fiesta contua“, met David De Maria, Raya Real , Caldos Canderon, en nog een aantal Spaanse local heroes die net als onze plaatselijke VIPS zich gedragen als wereldsterren en liedjes zingen voor een publiek dat wel beter verwacht maar zich tevreden moet stellen met wat zich op deze avond aan amusement aandient. Het is overal op deze wereld, voor zover wij die gezien hebben, in het geciviliseerde deel, wat van hetzelfde op TV. De Shows, de Soaps, de Formats van programma‘s met publiek en zonder, de opgenomen en gemonteerde kwisjes, het rad van fortuin en de realityshows .De alomtegenwoordige vervelende reclame voor, na en tussen de flauwe programma’s.

    We kijken ernaar omdat we geëntertaind willen worden. Op oudejaar verwacht je wat spetterends. Wij met z‘n tweetjes vullen alle avonden in de camper met lezen, koken , en wat vertellen tegen elkaar. Nu dat we op een appartementje met TV zitten willen we “spectacle” op de buis. Maar dat valt tegen. We vallen er van in slaap en rond 11 uur gaan we naar bed. Morgen zien we wel de Traditiones de año neuvedo’s , de hoogtepunten op TV van het feestgedruis in Madrid, Hong kong, en Nueva York. De lichtgeklede feestgangers op de Ipanema beach met Tropisch vuurwerk in Brazilië, de met wodka klinkende Rode neuzen met hoedjes op in Moskou en een iet wat soberder klinken op 2008 in Brusellas.

    Als we op nieuwjaarsdag om 8 uur wakker worden horen we buiten veel lawaai . Al snel wordt het ons duidelijk dat er hier wat verder op een discotheek is waar een menigte jong volk huppelend buitenkomt en in de blitse auto’s weg scheurt. Later lezen we op een affiche dat de discotheek op eindejaar uitzonderlijk vanaf 1 uur ‘s nachts open ging. Blijkbaar is het de traditie in Spanje dat de jeugd thuis met de familie nieuwjaar viert en na de toast om twaalfuur kunnen beschikken.

    Na de uitbundige feestpret om middernacht met veel vuurwerk, muziek, drinkende en dansende menigten en ministers die met champagne klinken op het nieuwe jaar wordt al snel de pret gedrukt in het TV-journaal met de aankondiging van de prijsverhoging van grondstoffen in Spanje met ingang van 1 januari, vandaag dus. Gas + 4,7%, Butano gasflessen + 5,2%, elektriciteit + 3,3%, Telefonica +2% , Trein +4% . Ook roken is nu officieel verboden in restaurants in Frankrijk vanaf vandaag. Het feest mag niet blijven duren.

    Welkom in het verenigd Europa.

    Woensdag 2 januari 2008

    Op de boulevard is de rust terug gekeerd. De wandelaars van gisteren, de ochtelijke fuifbeesten en de lawaaimakende uitgebouwde Johny en Marina Seat’s en opgeblonken oranje Ford Fiestas met 3000 Watt luidsprekers erin die om de haverklap de boulevard op en af reden zijn nu terug op weg naar het werk of liggen hun Fiesta roes uit te slapen. Een enkele visser staat vanochtend te hengelen aan de branding en verder is er de stilte met enkel het geruis van de zee en de wind die vandaag wat feller blaast . Het is betrokken, de zon is er wel maar achter de wolken. Een Belgische beeld dat nog vrij goed in het geheugen zit.

    Het zal wel overwaaien. Vandaag schrijven we. We zijn blij dat we royaal binnen zitten en “achter glas” naar de zee kunnen kijken. Als we nu, toch in het zuidelijkste deel van Europa ,waar het wel erg frisjes is, in de camper zaten hadden we het absoluut niet zo comfortabel. Ik schreef het eerder al in een camper leven is vooral “buiten” kunnen zijn , anders is het krap “op elkaar” wonen. Nu het zo koud is zouden we naast een stevige wandeling niet veel meer buiten kunnen doen en dus binnen “moeten” zitten. Je staat tenslotte met je vehikel op straat of op een camping.

    Wat een verschil zeggen we tegen elkaar, een dag met zon, zo heerlijk en aangenaam en vandaag bewolkt , grijs en koud. Op TV zien we een nieuws-verslaggever vanonder een paraplu zeuren over het regenweer en de onverwachte koude dagen in Sevilla. Gek dat mensen, wij inbegrepen, het zo vaak hebben over ‘ het weer ‘ en er zich ook afhankelijk van maken. Achter ons appartement zien we de toppen van de Sierra Nevada witter worden.

    Naarmate de dag vordert begint het ook hier fel te regenen en zet er een stevige wind op. De straat waar we onze camper geparkeerd hebben staat blank. Met regelmaat zien we verschillende Campers op de boulevard rijden, ze parkeren even met zicht op zee en de bewoners zitten wat droevig te staren naar de grijze lucht . Even later vertrekken ze. Waarheen? Nog zuidelijker kan niet, tenzij je de overzet in Algeciras naar Marokko neemt en een goed stuk over het Atlasgebergte, waar het vriest, naar het Zuiden rijdt.

    Vluchten kan niet meer.

    Waar moeten we dan naar toe ?

    Winter in Andalucia, … brrr…

    De komende weken zullen er ons niet zoveel nieuwe avonturen overkomen, onze camper staat geparkeerd en wij blijven lekker binnen “ thuis”. Sam neemt zich voor vanaf 1 januari elke dag te gaan joggen, en deze ochtend staat ze uitgerust als een marathonloopster klaar voor vertrek. Na 5 minuutjes komt ze terug binnen , “ het regent “ zegt ze, morgen een 2e poging.

    In de namiddag zitten we lekker binnen terwijl het buiten stormt. Sam neemt haar cursus Spaans en studeert afgewisselt met wat Spaanse TV kijken. Ik schrijf verder aan mijn script

    ‘ Almost Happy ‘

    Tot over een paar weken.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    04-01-2008, 18:01 geschreven door marc vanautreve  
    24-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Feliz Navidad 2007 up to 2008

    ********************************Zaterdag 22 december*******************

    Het regent, ik vraag me af of dit de normaalste zaak van de wereld is voor deze periode of dat we gewoon even geen geluk hebben. Heel Spanje zit onder een dikke wolkenlaag. Het is winter en de Malagesen zijn blij dat er wat regen valt. In de zomer wordt het hier 40 graden en is het kurkdroog. Die bezorgdheid naar zon hield ons bezig als we gisteren de meisjes aan het vliegveld gingen ophalen. Please God , let de sun shine. Na 1,5 uur wachten verschijnen eindelijk die 2 mooie blonde meiden gepakt en gezakt, met winterkleren maar ook met topjes en skikleding en 20 kg tijdschriften en Nederlandstalige boeken voor Sam , door de uitgang. We omhelzen elkaar en ik ben echt blij dat ik ze zie. Vrolijk als altijd huppelt Marieke door de luchthaven, blij dat het 16 graden is. Komende van -5 en sneeuwvlokjes in België is dat een plezierige gewaarwording. Als we in ons appartementje komen zijn ze blij met de kerstboom en de gezellige sfeer. Moe, dat zijn ze en Marieke voegt daar aan toe dat het zeer waarschijnlijk ook de zeelucht is die hen pakt. We verkennen Nerja en eten Pizza op een terrasje met zicht op ….. de zee. ‘s Avonds maken we een planning op waarin en skiën,Sevilla,en Granada zeker moeten kunnen. Vrijdagochtend loop ik alvast in jogging om broodjes, we eten spek met eieren en vertrekken om 10 uur, voor een tochtje van 2 uur door de bergen naar Granada. Een afwisseling van slenteren langs Schone gebouwen en winkelen, voor beiden wat, vult onze dag. Het Alhambra, zien we vanuit de hoogte liggen als we al 300 meter door de kleine steegjes van de Gipsywijk zijn gelopen en we vinden het ook zo mooi. Om dat grote museum, het meest bezochte ter wereld schijnt volgens onze gids, echt gezien te hebben heb je een hele dag nodig en Jolien wil ook zeker nog wat shoppen. Zij neemt de leiding en het viertal zit van een culturele uitstap in de winkelstraten van Granada met de Benettons, Sprinfields, Lowdowns en VVH warehouses, sweaters te passen. De meiden vinden het ook wel leuk dat sam mee opgaat in het passen en aantrekken en ook weer uitrekken van diverse kleren in de pashokjes. Vader staat bij gevolg buiten aan de deur van de magazijnen te wachten. Dit soort winkels is niet zo besteed aan me. Ik kijk in de etalages en schrik van de prijzen. Ik kocht een paar loopschoenen voor 15 euro en was blij als een kleine jongen met de aankoop, hier in de merk-surfer-winkels betaal je 65 euro voor een gewoon geel bloesje. Grote meiden vinden dat een koopje. Ik die dacht dat Spanje goedkoper was. In deze winkelstraten met lichtjes in de bomen, duizenden kopende mensen en Feliz Navidad muziekjes is het niet anders dan in zeg maar gelijk welke grote stad in de wereld. Granada is mooi maar ik had er meer grandeur verwacht in plaats van winkelketens. s’ Morgens als de meisjes in pyjama in de zetel thé drinken, die Marieke gisteren kocht aan een thee-kruiden stalletje met wel 300 varianten is het thema van gesprek, reinigende zeep, ontschminking, fond de teint ,dagcrèmes, en Marie Jo BH‘s in de solden. De Meisjes.

    Ze hebben goed geslapen, kan niet anders natuurlijk , gisteren na ons dineetje in Granada hebben we de bergtocht van 2 uur terug naar huis, in het donker ,met veel haarspeldbochten overleefd en iedereen was moe. Inclusief de chauffeur. Thuis babbelen Marieke en papa nog wat na, in een sfeertje vader-dochter, zoals we dat kennen van thuis in Leuven. Heerlijk om in Andalusië even thuis te zijn met de oudste en jongste dochter.

    Zondag 23 december

    De dagen zijn langer ook al zijn het de kortste dagen van het jaar. In een Camper zit je,eens het donker wordt op een paar vierkante meter een beetje krap nog wat met z’n twee te lezen of een dvd-tje te kijken. Nu dat de meisjes er zijn en we de luxe hebben van een appartement genieten we van lekker lange avonden waarin ze zingen, muziek beluisteren, plannen maken, grappen en grollen. Jolien en Marieke zijn ook blij dat ze hier samen zijn. Voor we het weten is het 1 uur in de nacht en moet ik ze aansporen om toch maar naar bed te gaan omdat we de volgende dag een uitstap willen doen.

    Vanochtend voelt het aan of de lente in het land is. Het is zalig zacht en de wind is gaan liggen. We bellen de information touristica op van de Sierra Nevada en die zeggen ons in een beetje moeilijk verstaanbaar Spaans dat de pistes er niet echt helder bijliggen, mistig, wat betekent dat we best niet gaan skiën vandaag. Het wordt een daguitstap naar Sevilla.

     

     

    Marieke, Jolien,

    Sam Van Rompaey en Marc Van Autreve

    wensen jullie vanuit Nerja, Andalusië

    een zeer Vrolijke, Zalige, Liefde- en Vredevolle

    (en witte) Kerst 2007.

    “ Feliz Navidad “

    en tot binnenkort


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    24-12-2007, 13:28 geschreven door marc vanautreve  
    18-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen."Nerja" ons appartementje aan zee

    **********NERJA, internetcafeetje op de boulevard, 18december 2007 ****************

     

     

    Is er nog nieuws onder de zon na Sevilla?

    Conil de la Frontera , Cadiz, Espania (2)

    Lagostinas ,elk 8 stuks voor amper 2euro 30, Manchego kaas en Jamon Iberico, heel fijn gesneden met pan ( brood) en elk een glaasje Cava . Heerlijk om te brunchen vanmiddag buiten op ons provisoir terrasje voor de camper met een weids zicht op de oceaan en 22 graden op de thermometer. We zetten wat koffie en als pousse café een vleugje Aguardente Bagaceira, een restje uit Portugal. Tijd voor een dutje. Waar hebben we dat aan verdiend? Ik weet het wel , als je dit in België leest op 12 december ben je een beetje jaloers. Ik zou het ook zijn. We willen onze vreugde delen en we beseffen wel dat het je niet zomaar overvalt. Het is een keuze die we maakten en we hebben er nog geen moment spijt van gehad.

    Donderdag 13 december 2007

    “ Zalig, zalig “ zeggen we vaak tegen elkaar als we helemaal uitgerekt liggen te zonnen op onze ligstoelen. Het is gewoon heerlijk hier te mogen genieten van een warme zon op ons lijf. Het is half december , in de zon gissen we is het 28 graden. We lezen wat , nemen een douche in het keurige en nette sanitair, eten wat eten en schrijven wat, dat is zowat waar we deze zalige tijd mee verdoen. Het zwembad is te koud, het water van de Atlantische kust is warmer. De mooie plas ligt er verlaten bij. Jammer wel. Over het sanitair kan ik vertellen dat de douches, een zestal, in halve circels staan opgesteld, allemaal bekleed met kleine blauwe mozaïek. Keurig en mooi. Geen deuren aan de douches en ook niet dat belachelijke mannen en vrouwen tekentje. Hier kan je overal douchen , waar en wanneer je wil. Alle overwinteraars hier, voornamelijk Duitsers en Nederlanders doen wat huishouden ‘s morgens, fietsen naar de winkel en tegen half twaalf zijn ze terug want dan staat ze daar; Hare majesteit de Zon, je uitnodigend te verleiden om er in te gaan liggen baden, zonnebaden, tot een uur of vier. Dan gaat de zon weer naar beneden. Een windje, de Lévante, zet op, dat is een windje dat uit het oosten komt en dat betekent geen regen. Als ie uit het zuiden komt heb je nattigheid zegt de uitbater die op zijn fiets alles komt checken. De Ponienté is de ergste , die westenwind komt van de zee en dat is koud. Een wandelingetje doen of een klein fietstochtje? We wandelen op de toppen van de ruwe roestkleurige kliffen die hier de scheiding land en zee uitmaken. Ongerepte natuur. Mooi en beangstigend, want als je hier in het pikke donker wandelt zie je niets. Er is geen spatje licht. Van in Zee op het strand klim je een weggetje omhoog op de rotsen, en dan heb je een tweehonderd meter diep boompjes en struiken, een roestkleurig weggetje dat naar de camping leidt voorbij enkele mooie witte villas achter muren en poorten en na de camping een groot bos vol parasoldennen. Puur en midden in de natuur, wat een gelukzaligheid.

    Vanavond filmavond in de Camper, ik kijk naar Zelig, in zwart wit ,van Woody Allen.

    Vrijdagochtend, 14 december, er kondigt zich een mooie dag aan.

    We staan vandaag wat vroeger op voor een lekker lange fietstocht. Naar het dorpje, zo’n 3 km verder gelegen, tegen de Levanté in, die wel krachtig staat vandaag. We eten een paar Tapaatjes op een terrasje en doen onze inkopen en fietsen dan met de wind in de rug terug langs de zee. Een ongelooflijke machtige plas water die daar ligt. Die uitgestrektheid , die grootsheid geeft me op het fietsje altijd een gevoel klein te zijn. Ik geniet ervan want in de kantoren van Brussel wordt je verwacht altijd groot te zijn en dat zijn we niet. In de namiddag hebben we connectie en we kunnen skypen, telefoneren via het internet. Patje is online en Sam belt hem op. Ze is verrukt over de makkelijkheid waarmee skypen kan. Altijd plezierig om met wat Vlaamse vrienden te kunnen babbelen, we zijn nu op de kop 2 maanden van huis van huis weg. Nog negen maanden vakantie ! Wat een verrukkelijk idee. “Zaterdag saunadag” wordt aangekondigd, wij mee natuurlijk. Aan dat zwembadje is een hele infrastructuur die, een weliswaar kleine maar mooie en knap gemaakte nieuwe sauna, whirlpool en stoombad herbergt. We nemen na de sauna toch een snelle duik in het water van het zwembad dat naar aanvoelen 15 graden is . Koud maar zalig als je lichaam opgewarmd is. Nog wat zonnen, wat lekkers koken, lezen , een streepje Michael Boublé op de pc en naar bed.

    Morgen rijden we richting Malaga.

     

    Een prachtige weg door de bergen langs de kust van Andalucia die we volgen. Via El Estrecho de Gibraltar cruisen we als het ware van de Atlantische kust in de Mediterraneo. In Tariffa zijn we verrukt als we plots Marokko zien verschijnen aan de overkant van het water . Het is van hieruit slechts 35 minuten varen naar Tanger, lezen we op de reclame panelen. Marokko zo dicht bij en we gaan er niet naar toe. Even betreuren we het. Vrienden hebben het ons afgeraden om met de camper naar Marokko te reizen wegens te gevaarlijk voor inbraak en afpersing. Er staat een stevige bries en die zal er hier altijd wel waaien want het aantal windmolens dat in een wir war op de flanken van de bergen staat is niet te tellen. We maken een stop en genieten van de prachtige onweersluchten boven de zee. Als snel wordt het donker en op sommige momenten is het alsof we op de autosnelweg de zee inrijden rijden. We zoeken ons een plaatje in Estepona iets voor Marbella, aan de haven waar we een Thai uitproberen, met muzak op de achtergrond , Kwanta la mera en Strangers in the night zoals in alle Thaise- en Chinese restaurants ter wereld. Duidelijk dat hier de Costas beginnen en het dus echt toeristisch wordt.

    Het regent fel. Als de wind van het Zuiden komt regent het en wordt het koud, herinner ik me van de man van de camping. Hij weet het want hij woont hier al enige tijd. Het is natuurlijk ook winter hier. Pas in januari begint de lente stilletjes aan . We halen voor de eerste keer de paraplus boven en dikke trui. Ook als we ’s morgens verder trekken giet het. We kiezen NERJA, omwille van aangeschreven in de gids van Andalusia als “De parel van de Costa del Sol.” Op redelijke afstand van Granada en de Sierra Nevada voor het skiën en slechts 50 km voorbij Malaga waar de meiden donderdag landen. We zoeken en vinden uiteraard ,it is low season, een mooi 2 slaapkamer appartementje met zicht op zee,. Las Fuentes de Nerja. De prijzen schommelen hier enorm van 70 tot 140 tot 10 euro per dag. We kiezen iets ertussen en voelen ons een beetje vreemd na 2 maanden leven in een camper nu vrij bewegen in een appartement. Zo groot met bad, Tv en Microwave ! Het witte stadje Nerja is mooi, er is zeker meer beweging dan dat we de laatste maand in de natuur hebben meegemaakt en ook hier zijn er meer pizza tenten dan in Leuven of Antwerpen tezamen en meer Britten dan in de Costa del Ostendas. Het wordt een klassieke en dus heel andere vakantie dan dat we de afgelopen 2 maanden ervoeren. Het zij zo, het is een prachtige bestemming voor de kids en wij hebben meteen een ander soort ‘ traditioneel ‘ vakantiegevoel. 10 Dagen Costa met Kerstdiner en met mijn meisjes.

    En ik die dacht dat ik er vanaf was voor een jaar, dat sleuren met zakken!

    We laden de halve Camper uit om kleren, eten,bestek en zo meer naar het appartement te sleuren. Dat is gelegen in een soort galerie complex, met veel gangen waar een wind waait, in de zomer zeer zeker lekker afkoelend , nu een hel. Straks ben ik terug verkouden. Je kan hier ook niet parkeren, dus alles in zakken laden en sleuren van de parking naar het appartement.

    Het is koud vannacht in bed en Sam ligt te woelen, ik bevries zegt ze. We doen beiden bijna geen oog toe. Zetten het elektrische verwarming kacheltje aan maar dat duurt natuurlijk een eeuwigheid voor de ruimte hier opgewarmd is. Wat een verschil met eergisteren toe we op de Camping nog in ons blootje lagen te bruinen in het zonnetje. Op de TV zien we dat die zware bewolking over heel Spanje hangt, in Catalunia vallen de eerste sneeuwvlokken en het vriest op sommige plaatsen in Baskenland tot - 5 . Zelf op de Islas Baleares sneeuwt het. Global warming ? ‘s Morgens halen we het donsdeken uit de Camper want zo is het geen doen. Aangevuld met nog eens 5 zakken kleren , jassen en droge voeding . De zon komt er wel door rond 9 uur, zwaluwen vliegen op en neer en een leeuwerik zit vrolijk te fluiten. Een pril lentegevoel geeft het . Frisjes maar verlicht door de zon. Aan de overkant waar de terrassen van de appartementen ‘s morgens in de zon liggen -wij zullen ze deze namiddag hebben- zie ik al vroege zonnebaders, Zweden naar ik kan horen. Wat gek toch dat mensen zo’n zonaanbidders zijn. Gek en natuurlijk zeer begrijpelijk, de Zweden zitten 6 maanden per jaar in het donker en wijzelf reizen naar het Zuiden om de winter te ontvluchten. Wat me opvalt is dat als je al zo’n lange tijd met een camper rond reist en je dan plots terug in een appartementje zit, je niet meteen de behoefte voelt om te gaan stappen. Het is heerlijk hier op het terrasje wat te zitten schrijven. We willen beiden niet echt de stad in of weg. Het gevoel denk ik van een stukje thuis in een huis te zijn ! Met een camper ben je altijd op reis ,onderweg, nu kunnen we even knus thuis blijven. Sam ontsteekt geurkaarsjes en laadt de kasten vol met spulletjes om het “ gezellig” te maken.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    18-12-2007, 16:43 geschreven door marc vanautreve  
    12-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.woensdag 12 december, Conil de la Frontera. mochten we je niet meer bereiken voor Kerts alvast onze warme Kerstwensen en tot zeer spoedig voor onze Niewjaarswensen

    ****************************************************************** 12 december 2007 **********************************************

    Quinta dos Carriços, Salema, Vrijdag 7 december 2007

    “Cici n’est pas un conté”

    Zoals de 18e eeuwse Franse filosoof Denis Diderot een van zijn verhalen titelde lang voordat de belezen Waalse surrealist René Margrit een pijp schilderde met daarbij de negatie “ ceci n’est pas une pipe”.

    Het uitzicht is hier prachtig, boven op een berg, 400 meter hoog staan- ik voel me net een ruimtevaarder- met in de verte tussen de bergflanken een spiegelgladde Atlantische oceaan. Groene heuvels, cipressen die oprijlanen van mooi ogende witte Quinta’s begeleiden, kantwerk van de olijfbomenkruinen in tegenlicht op de glooiingen van de heuvels . We bevinden ons tussen hemel en aarde hier in dit Nationaal park van 25 hectaren groot dat omgetoverd is ,met veel respect voor zijn natuur, in een camping op de heuvels van de westelijk Algarve, even voorbij Praia Da Luz. (Dit plaatsje was even in het nieuws gekomen een paar maanden geleden door de dubieuze verdwijning van peuter Maddy van Britse ouders.). Een paar kilometer verder ben je op het uiterste puntje van Europa..

    Door de omvang van deze camping en de weelderige boom en struik inplanting staan de enkele campers hier verscholen voor elkaar opgenomen in de natuur. Iedereen heeft zijn eigen plaatsje en staat , vrij van inkijk, zoals dat heet. De stilte, het panorama, het groen, tot volledige rust kan je hier komen. . Hier zie je ook niet van die afgedankte caravans met door de zon en de ouderdom vervaalde zeilen erom heen zoals we eerder zagen op tweederangs campings. Het publiek, echte natuur liefhebbers me dunkt , is anders dan we tot nog toe tegenkwamen. Zij zoeken de stilte, de rust en het prachtige vergezicht op. Hier vind je jezelf terug zoals je was als kind, onbezonnen en vrij. Die beperking om zich een houding aan te meten, noem het volwassen zijn , het doen alsof tegenover de buitenwereld is hier ver weg. Mannen gemaakt om in beweging te zijn kunnen hier vrij en vrolijk in volle ontdekkingsglorie gaan onderzoeken wat er achter die heuvelbobbel verscholen ligt. Het waait er wel hard. Vanmiddag even de stoelen open gezet en wat genoten van het zonnetje maar al snel stond er een stevige bries te blazen. “ Je hebt de mooiste plaats van de camping met het mooiste vergezicht uitgekozen ” zei de eigenaar die kwam checken of we het naar onze zin hadden. “ Ook wel de plek, hier op het hoogste punt, die het meeste wind vangt” voegt ie eraantoe. We laten meneer de wind om onze oren waaien. Om 6 uur pikdonker en een hemel zo zwart dat je er even bang van wordt. Bij gebrek aan mondain aanbod, aan schouwburgen met parterre en brasseriën waar obers in lange zwarte schorten en een wit servet over de arm plateaus ronddragen gaan deze bewoners van het nationaal park vroeg slapen. Ik luister nog even naar de krekels en tel een miljoen sterren aan het firmament. Binnen zet ik aflevering 6 van “Kinderen van De wind” op . Als ik een sigaretje ga roken rond 11 uur voel ik me weer die astronaut. Hier op de top van de berg zijn de sterren van daarstraks verdwenen en is de lucht bijzonder vreemd gekleurd. Daar waar de zon om 6 uur onderging is het nu donker geworden, alsof een schilder de rechtse kant van de aarde overschilderde met een dikke donkere inktblauwe laag olieverf en daar waar de zon morgen boven de zee hoort op te komen is er licht aan de einder, vreemd . De wind is gaan liggen, de nacht is bijzonder stil en rustig. Het enige wat ik hoor is het gedempt geblaf van een paar honden in de verte, net alsof ik in een luchtballon drijf boven de aarde. Zo is het goed, nu ga ik naar bed.

    ‘s Morgens zien we vanuit ons bed de zon opkomen boven de zee.

    Toen we deze camper kochten was dat één van de vereisten , een venster aan het voeteinde van het bed om traag wakker te worden bij zonsopgang. Die investering is vanochtend al terug verdiend. Het is 13 graden buiten, frisjes, maar in het zonlicht al aangenaam om hare majesteit op je vel te voelen tintelen. We zitten omflankt door jeneverbessenstruiken op het okerkleurige zandpad recht in de zon, zicht op oneindig en zijn nu al behoorlijk stil en rustig.

    We worden licht dronken van het één worden met dit unieke mooie landschap. Alsof we in een ansichtkaart zitten zegt Sam, helemaal vrij en omarmt door schoonheid, dat ervaar je niet elke dag. De stilte wordt gebroken door het gerij van enkele jeeps op de zandweg aan de andere kant van de vallei. Even later horen we wat knallen van een geweer. Het zijn maar jagers zegt ik, ’s zondags gaan de mannen in de bergen jagen. Een 10 tal minuten galmen geweerschoten door de vallei. De konijnen hebben ze door die jagers en zijn vermoedelijk gevlucht naar de andere kant. De jeeps rijden terug weg en het wordt weer misstil. Alleen een windje blaast door de parasoldennen. We beseffen dat het geluk dat ons hier treft ons zomaar overkomt en nemen het in ons op. Tegen zonsondergang hoor en zie ik zwaluwen sierlijk rond vliegen. Hier zitten ze dus als ze in de herfst het kouder wordend België verlaten. Eén zwaluw betekent nog geen zomer, zeggen ze, ik zie er een tiental maar alras wordt het frisser op ons grote terras, de zon verdwijnt en een windje zet op. Dus geen zomer ook niet als ze met z’n tienen zijn. Het is 8 december, ook winter in de Algarve.

     

     

     

     

     

    Onze eerste stop, terug in Spanje, na 5 weken zwerven in Portugal ,

    Sevilla, maandag 10 December

    Wakker worden op de camping in Sevilla is net even iets anders dan dat we gisteren in het Nationale park, verwend met zijn rust en uitgestrektheid de stilte in ons op konden nemen. Het is alsof we naast een autostrade staan. Om 6 uur schrikken we wakker van ambulances of politiesirenes aangevuld met aankomende verkeer. De pendelaars naar de stad. Later bleek ook dat we op 100 meter van een autostrade, of een soort ringweg van Sevilla staan. Gisteravond hebben we wel 2 uur zitten zoeken naar deze vrij internationale Camping die zo blijkt op een ½ uurtje bus van de stad ligt. Geen aanduiding , geen pijltjes onderweg. We hebben alleen een adres vanuit een gids. *Camping Villsom, Ctra, N.IV 558,8 ,daar moeten we het mee doen. Met een GPS wel makkelijker te vinden vermoed ik en daar gaat deze camping ook vanuit. Sam vraagt, ik denk wel dat we een tiental keer gestopt zijn, aan locals, tankstations, taxichauffeurs en tenslotte bij het politiekantoor, waar in godsnaam die camping ligt. We rijden Sevilla weer uit, hebben een eerste glimp gezien van deze stad en het beviel ons wel. Het is pikdonker als we uiteindelijk aan komen en ons zomaar ergens parkeren op een vrije plaats . We zijn moe, hebben vandaag ook 350 km gereden, willen iets eten en naar bed. Ja, we hebben Portugal verlaten omdat we natuurlijk op tijd willen zijn in Malaga,Spanje, als de meisjes landen volgende week. Jolien wil gaan Skiën , Marieke wil in een stad zijn omdat ze ook wat wil studeren in de Bib voor het aankomende examen van januari. En ze willen naar ik vermoed ook wat zuiderse zon meenemen. Dus moeten we ergens wat vinden, en niet ver van een stad en niet te ver van de bergen . We hebben ook gekozen om een appartementje of een bungalow te huren, want met z’n vieren in deze villa, met slechts 140 liter water, is wat krap. Het water van onze camper gaat ook beginnen leeglopen bij een temperatuur lager dan 4 graden. We kunnen een wagentje huren en zo Andalucia met zijn prachtige steden als Granada , Jaen en Cordoba ontdekken en natuurlijk de skipistes in de Siërra Nevada opzoeken. Als ik buiten kom zie ik dat dit best een mooi aangelegde camping is. Enkele appelsienen liggen rond de camper, waarschijnlijk afgerukt gisteravond bij het parkeren. Verder zie ik Palmbomen en Cactussen staan.

    Op de kilometer teller van onze Chausson zie ik dat we de kaap van 5000 km net overschreden hebben. We zijn aardig onderweg.

    Home at Europe in 2007 en wat zal 2008 brengen?.

    *Camping Villsom, Ctra, N.IV 558,8 , als je ernaartoe wil als je Sevilla wil bezoeken bel vooraf even.

    Tel. 954 720828

    Sevilla is een erg mooie stad met zijn grote paleizen, z’n pleinen en boulevards , z’n palmbomen die de stad een mediterraan tintje geven. Een 5 sterren gigantisch groot en zeer schoon hotel in het midden van de stad met de grandeur van zeer vroeger en zeer sjiek. We nemen de vrijheid er even binnen te lopen en nemen niet in overweging om hier eindejaar te komen vieren. Het Sylvestermenu kost 320 euro, overnachting niet inbegrepen. De paviljoenen neergezet voor de wereldtentoonstelling van 1929 een samenwerking tussen Iberia en Zuid Amerika hebben karakter en een tintje Zuid Amerikaanse en Arabische stijl. We nemen een kijkje in de Arena waar de stierengevechten van april tot september plaatsvinden. Verbazen ons over het feit dat per match, ik noem het zo maar, er 6 stieren voor de bijl gaan, in 20 minuten moet de toros, getreiterd,afgemat en gedood zijn. Eerst komt de matador de stier wat plagen met een roos doek , vervolgens komen er 2 ruiters te paard wat speren in zijn nek steken en dan komt de Matador , die voor het spektakel moet zorgen en met zijn rode doek afwerkt, dat betekent met een zwaard de stier die dan al door het bloedverlies half suf is maar meestal woedend ,doden. De beste Matador raapt 250.000 Euro op per spektakel en als de jury zijn prestatie goed bevind krijgt hij één oor, 2 oren en in het beste geval ook de staart mee van het gedode dier als trofee. In april elke dag vertoning , de andere maanden enkel op zondag. Kostprijs voor een moeilijk te verkrijgen ticket gaat van 20 euro , als je pal in de zon wil zitten tot 120 euro voor de beste plaatsen in de schaduw. Met gemengde gevoelens kijken we ernaar en worden we rondgeleid door een gids naar de stallen, en het fotoarchief van de beroemdste Matadores van Sevilla. In deze arena zijn nog maar 3 doden gevallen, zegt ze en dit in de 125 jaar dat de Arena bestaat. We laten ons leiden door de stroming van de Rio Guadalquivir en drinken in het zonnetje, het is 22 graden , een sherry aan de oever. The autentic “ Flamenco “ performed by the best artist, the most complete show of Spanish Dance in El Patio Sevillano, that breathes the pure atmosphere of Seville, , die al sinds 1952 loopt laten we toch maar aan ons voorbijgaan. We hebben sterk de indruk dat dit wat kunstmatig toeristen entertainment is voor bussen Japanners en Amerikanen die Sevilla op donderdag bezoeken en Vrijdag naar Parijs vliegen. Het aperitief, de flamencovoorstelling, diner en dessert moet in een uur en half geklaard zijn want er zijn 2 voorstellingen per avond zegt de dame die de tickets op straat verkoop.

     

     

     

     

     

    Dinsdag 11 december , Conil de la Frontera

     

    Voor we naar Malaga afreizen, de meisjes landen daar volgende week donderdag, willen we terug “even weg” van de stad, en dus weg van Sevilla.

    Terug de wilde natuur in. Even voorbij Cadiz weten we een mooie camping te vinden,via de gids die we mee hebben, puur en wild gelegen aan de oceaan. Even weg van de drukte, het lawaai en de vele mensen in de stad, we kennen dat. Terug naar de puurheid , de desolaatheid , vergezichten en de stilte.

    De weg N.IV van Sevilla naar de provincie Cadiz is prachtig. We glijden als het ware door een groots panorama. Kilometerslange olijfboomplantages, zandvlaktes, zoutmijnen, grote plassen waar Flamenco’s zomaar staan te staan op 1 poot, zich niet laten storen door het verkeer op deze ene weg die de 2 Zuidelijke provincies van Spanje met elkaar verbind.

    We vinden wat we zochten en worden vriendelijk ontvangen door de eigenaar in goed Engels met Spaanse accent en Spaanse woorden. Zoeken ons een plaatsje waar de zon weelderig schijnt en waar we ook s’ morgens zon zullen hebben. Niets zo opwekkend als ontwaken met zonlicht in de slaapkamer. “De Spanjaarden willen una parcela met schaduw, de Nederlanders una met zon “ zegt ie. Mooi, is het hier wel hoewel we ons realiseren dat de parcela op de Quinta dos Carriços in Salema waar we eerder stonden, een uniek gehalte schoonheid, weidsheid en panorama had. Maar hier is goed toeven voor een paar dagen. Zwembadje erbij met in het weekend sauna en bubbelbad. Wie weet blijven we wat langer. We bereiden een pasta chorizo en vinden het goed , hoewel de langoustines van gisteravond , de we kochten in de Carrefour ,op onze terug weg van Seville naar de camping, niet te overtreffen waren. Wat een hoeveelheid vis en allerlei voer ze daar in de carrefour te koop aanbieden! ,nooit gezien in België. Ik schat de vistandje op 10 meter lang en 50 kassa’s aan de uigang. Ik loop van op de camping een eindje verder naar de zee toe , waar je een privé strandje hebt . Het is wel erg rotsachtig en dus klauteren om op het strand te geraken. Na een forse afdaling uiteindelijk op het strand. Hier is niemand, zalig is dat .

    Hier gaat Sam wat Spaans kunnen studeren en ik schrijven aan mijn script , in alle rust en stilte, in alle vrijheid en blijheid , ongeremd.

     

     

     

    ************************** 12 december 2007 ********************************


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    12-12-2007, 16:00 geschreven door marc vanautreve  
    Archief per week
  • 09/11-15/11 2009
  • 29/09-05/10 2008
  • 04/08-10/08 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 16/06-22/06 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 26/05-01/06 2008
  • 28/04-04/05 2008
  • 07/04-13/04 2008
  • 31/03-06/04 2008
  • 10/03-16/03 2008
  • 03/03-09/03 2008
  • 18/02-24/02 2008
  • 11/02-17/02 2008
  • 04/02-10/02 2008
  • 21/01-27/01 2008
  • 14/01-20/01 2008
  • 07/01-13/01 2008
  • 31/12-06/01 2008
  • 24/12-30/12 2007
  • 17/12-23/12 2007
  • 10/12-16/12 2007
  • 03/12-09/12 2007
  • 12/11-18/11 2007
  • 05/11-11/11 2007
  • 29/10-04/11 2007
  • 22/10-28/10 2007
  • 08/10-14/10 2007
  • 23/07-29/07 2007
  • 26/09-02/10 2005
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !
    Archief per week
  • 09/11-15/11 2009
  • 29/09-05/10 2008
  • 04/08-10/08 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 16/06-22/06 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 26/05-01/06 2008
  • 28/04-04/05 2008
  • 07/04-13/04 2008
  • 31/03-06/04 2008
  • 10/03-16/03 2008
  • 03/03-09/03 2008
  • 18/02-24/02 2008
  • 11/02-17/02 2008
  • 04/02-10/02 2008
  • 21/01-27/01 2008
  • 14/01-20/01 2008
  • 07/01-13/01 2008
  • 31/12-06/01 2008
  • 24/12-30/12 2007
  • 17/12-23/12 2007
  • 10/12-16/12 2007
  • 03/12-09/12 2007
  • 12/11-18/11 2007
  • 05/11-11/11 2007
  • 29/10-04/11 2007
  • 22/10-28/10 2007
  • 08/10-14/10 2007
  • 23/07-29/07 2007
  • 26/09-02/10 2005

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs