Na een daguitstap naar Kusadasi, sta ik even stil bij het verleden van deze regio. Zon 2700 jaar geleden was de provincie Izmir (en een stukje van de provincie Aydin) de bakermat van de Ionische beschaving.
De Ionische nederzettingen zijn ontstaan door inwijking, voor het merendeel Grieken, op vlucht voor de invallen van de Doriërs (3200 jaar geleden).Stilaan groeiden die nederzettingen uit tot steden (12 in totaal) die zich aaneensloten in de Ionische Statenbond. Door hun ligging waren het belangrijke handelscentra, die snel macht verworven in de toenmalige wereld. Het bekendste centrum was Milete, dat zon 90 kolonies telde.
Het kan vandaag misschien raar klinken, maar de oorsprong van het Westerse denken is afkomstig van de wetenschappers en filosofen die Milete voortbracht. De Griekse natuurfilosofen Anaximander, Anaximines en natuurlijk Thales hebben hier hun leven doorgebracht. Ook de duistere filosoof Heraclitos, van wie de bekende zin pantha rei (alles is voortdurend in beweging) afkomstig is, werd hier geboren. Hij was een dialecticus avant la lettre.
De natuurfilosofen trachten de wereld te verklaren vanuit de natuurelementen (water, vuur, lucht en aarde) en zijn als dusdanig in hun wereldbeschouwing materialisten (in tegenstelling tot de latere meer bekende Griekse filosofen zoals Socrates, Plato en Aristoteles).
De Ionische statenbond zal gedurende400 jaar een bloeiperiode kennen en wordt daarna door de Perzen onder de voet gelopen. De steden zullen zich herstellen, maar nooit meer hun vroegere macht evenaren en later, door de verzanding, hun handelsrol verliezen en verlaten worden. Later zal Efeze de meest belangrijke stad van de regio worden.
In de toeristische reisgidsen kan je voldoende info vinden over deze regio en vanuit de hotels in Cesme, Kusadasi en Didim worden regelmatig uitstappen georganiseerd naar bv. Efese, Priëne en Milete. Maar eigenlijk is de streek heel makkelijk bereikbaar en zelf heb ik vroeger de streek verkend vanuit Selçuk.
Selçuk is een klein provinciestadje, op loopafstand van de site van Efese. Je vindt er makkelijk een klein en proper pension of hotelletje voor geen geld. Het stadje zelf is zeker de moeite waard omdat het een aantal belangrijke bezienswaardigheden heeft. Eerst en vooral natuurlijk Efeze en het museum dat je moet gezien hebben. Daarnaast is er de Sint-Johannes basiliek, gebouwd op het grondplan van een kruis en gewijd aan de apostel Johannes, die hier met Maria naar toe zou zijn gekomen.
Daarnaast is er de citadel (niet toegankelijk) en de resten van de Artemistempel. In feite is er niet veel meer overgebleven van deze tempel, eigenlijk staat er zelfs maar één zuil meer overeind en de kans is groot dat je er in het voorjaar een ooievaar ziet die er zijn nest op heeft gemaakt. Maar ooit was het één van de zeven wereldwonderen met een oppervlakte van meer dan vijfduizend vierkante meter en meer dan honderd marmeren zuilen.
De Artemistempel verwijst naar de godin Artemis, die in Anatolië de erfgename wordt van de moedergodin Kybele. De eerste tempel die er werd opgericht was dan ook gewijd aan deze moedergodin. De Kybelecultus zal overgaan in de verering van Artemis en deel uitmaken van het volksgeloof. Maar de tempel wordt verwoest en heropgebouwd, mooier en groter dan voorheen.
Zoals altijd zijn er gekken in de geschiedenis, zo stak ene Herostratus (eigenlijk zou ik zijn naam niet mogen vermelden) de tempel in brand om aldus naam te maken in de geschiedenis. Maar de Efezers bouwden de tempel terug op, nog groter en mooier dan voorheen. Alexander de Grote wou het project financieren, maar de Efezers wezen dit af, door te stellen dat het niet paste dat de ene god (verwijzend naar Alexander) een tempel voor een andere god (verwijzend naar Artemis) zou bouwen. Vanaf dan staat de tempel bekend als een der zeven wereldwonderen. Tenslotte zullen de Goten (in de derde eeuw) de tempel volledig verwoesten en het marmer zal (later) overgebracht worden naar Istanbul (in de Aga Sofia).
De Artemisverering zal nog heel lang blijven voortbestaan. Dat moest ook Paulus ondervinden, die hier probeerde het jonge christendom uit te dragen. Efeze was een tolerante wereldstad met verschillende religies en zon 250000 inwoners. Maar toen Paulus een aanval lanceerde op de verkoop van de Artemisbeeldjes, was het hek van de dam en moest hij de stad ontvluchten, terwijl de bewoners scandeerden groot is de Artemis van Efeze.
Zelfs tijdens het concilie van Efese (het derde concilie in het jaar 431) waar een breuk ontstond met de Nestorianen, zou men (zo stellen althans bepaalde bronnen) onder druk van de bevolking van Efeze Maria (die dan weer de erfgename wordt van Artemis) als moeder van god (en niet alleen van menselijke Jezus zoals Nestorius voorstond) erkennen.
En dan zijn er toch nog altijd mensen of politieke partijen die beweren dat Turkije geen binding heeft met Europa!!!
Vanuit Selçuk kan je makkelijk met de dolmus naar Sirince en ook de sites van Priëne en Milete zijn (via Söke) bereikbaar. Wie er echt de tijd voor wil nemen, kan makkelijk overnachten in Priëne, er is een goedkoop pension en het eten (forel) is zeker niet te versmaden. Ook in Didim kan je makkelijk een goedkoop hotel of pension vinden.
Ik baseerde me vroeger op volgende reisgidsen: de rough guide, de trotter en lonely planet. Op één of twee weken kan je zo makkelijk de Ionische beschavingen verkennen op eigen ritme en wil je een duik in de zee nemen, ook daarvoor is kans genoeg.
Tenslotte nog dit. Het beste seizoen om te gaan is de maand mei, dan ben je bijna zeker van goed weer, zonder de hitte van de zomer te hebben en alles staat in bloei.
De onderstaande foto's zijn geplukt van het net en geven een beeld hoe Milete en de Artemistempel eruitzagen.
De voorbije dagen zijn we een beetje afgeweken van ons programma waardoor we enkel naar Kusadasi zijn gereden om Oliviers moeder te bezoeken. De afstand is zon 175 km en daar deden we zon twee uurtjes over, goed doorgereden dus.
Vera logeert in een van de vele all-in hotels (Ephesia) en betaalt voor drie weken, inclusief de vlucht, 600 . In feite is dit geen geld en het hotel zit dan ook vol met Belgen. Het weer is hier een stuk kouder en we besluiten naar Sirince te rijden, een (vroeger Grieks) bergdorpje dat we van vroeger kennen.
Als we toekomen regent het pijpenstelen en we moeten een kwartier wachten voor de bui is opgehouden. Sirince is een voorbeeld van de veranderingen in Turkije. Jaren geleden was het er rustig en kwamen er relatief weinig toeristen, maar vandaag is het één grote markt geworden. Overal staan kraampjes en er zijn tientallen wijnhuizen waar je de lokaal gemaakte fruitwijnen kan proeven. Op dat vlak zal men dus wel de Griekse tradities hebben overgenomen.
Het voordeel van het toerisme is dat vele huizen zijn opgeknapt en naar buiten uit lijkt het een echt Grieks dorpje. Het interieur is echter Turks.
We eten gözleme in één van de vele restaurantjes en gaan dan het gerestaureerde kerkje bezoeken. Voor de kerk is een wensput. Je gooit er een geldstuk in en als het in een koker verdwijnt mag je een wens doen. Ooit kwam ik hier met Sevim, we gooiden elk een geldstuk en het verdween onmiddellijk in de koker. Nu raakt echter geen enkele munt in de koker. Maar de kurussen zijn dan ook heel klein en wegen weinig misschien ligt het daaraan.
In een gerestaureerd huis drinken we Turkse koffie. Het huis is vol met antieke meubelen (ja Dirk, je zou hier je gading vinden) en overal zijn blaadjes van rozen rondgestrooid. Het uitzicht is prachtig. Overal mooi gerestaureerde huizen geplakt op een bergflank.
Aan één van de vele kraampjes kopen we confituur, gemaakt van granaatappelen. Tijdens het wandelen denk ik terug aan Sirince vroeger. Ik heb hier ooit eens een week gelogeerd, betaalde toen zon 5 euro voor een kleine propere kamer in een pensionnetje in een zijstraatje. Er kwamen toen ook toeristen, maar veel minder en eigenlijk bleef er zelden iemand overnachten. Iedere dag ging ik naar dezelfde lokanta, waar ik las en schreef. En op een avond, ik wou terugkeren naar mijn pension, waren ze rechtover de lokanta wijn aan het inladen. De baas vroeg mij of ik zijn wijn niet wou proeven. Nou ja, wat doe je dan? Hij beweerde de beste wijn van het dorp te hebben en stond erop dat ik naar binnen kwam. Het was intussen redelijk fris geworden (was nog het voorjaar en in de bergen koelt het flink af) en binnen brandde een open haard. De helper van de baas kreeg opdracht mij zijn wijnen te laten proeven terwijl de baas zelf naar Antalya vertrok. Ik heb veel wijnen geproefd, niet in de kleine glaasjes die men nu gebruikt, maar nog in gewone wijnglazen. Na een tijdje moet de combinatie van de open haard en de wijn me toch teveel zijn geworden, want ik ben er in slaap gevallen en pas om vier uur s morgens werd ik wakker. Geen enkel probleem? Helaas, voor mij was het wel een probleem, ik vond namelijk de weg naar mijn pensionnetje niet terug (de straatjes lijken erg op elkaar) en ben toen maar teruggekeerd naar de wijnwinkel (die ik wonder boven wonder wel nog kon terugvinden). Ook dat was geen probleem en kon rustig tot de morgen voor de open haard blijven slapen.
Turkije is voor mij (hoe raar het ook klinkt) een land van het heden en een land van herinneringen. Veel dingen heb ik zien veranderen en om eerlijk te zijn, niet altijd ten goede. Het massatoerisme laat een stuk van de eigenheid verloren gaan. Dat is spijtig, maar niet te vermijden. De toeristische sector is immers een bron van inkomsten voor Turkije en men doet er alles aan om buitenlandse toeristen aan te trekken. Het proces dat zich vroeger in Spanje en Portugal heeft afgespeeld, herhaalt zich nu hier, maar in een versneld tempo. En voor de macht van het grote geld moet alles wijken.
We keren terug om Vera bij haar hotel af te zetten, nog een koffietje en dan de terugreis. Vera heeft duidelijk genoten van deze dag. Het is iets anders dan een all-in hotel en Sirince blijft de moeite waard. Op de terugweg zie ik nog verlaten baaien liggen en ik vraag me af, hoelang zal het nog duren voor ook deze plaatsen worden ingenomen door het grote toerisme?
De duisternis valt in als we op de bekende kustweg naar Mordogan zitten. De weg is hier een stuk slechter en we zien een gekantelde auto liggen. Het verkeer is hier een stuk gevaarlijker, zeker in het donker. In het dorp gaan we Odemis köfte eten, met thee en ayran. Het kost ons 6,5 YTL maar de uitbater zegt dat 5 genoeg is. Dat willen we natuurlijk niet maar het zegt iets over de mentaliteit die heer heerst. Ja, we hebben echt een klein paradijs gevonden.
Jullie lezen regelmatig mijn weblog en zenden me dikwijls e-mails waarvoor dank. Maar ik stel mezelf vragen over mijn weblog. Zou graag hebben dat jullie de artikels beoordelen (gebeurt bijna nooit) en, indien jullie vragen hebben, stel die dan ook via de weblog, is interessant voor iedereen. Alle opmerkingen, ook inzake opmaak en inhoud zijn welkom.
Sinds eergisteren heb ik vliegende tandpijn. Gelukkig enkel als ik eet of drink. En net zoals in België heb ik niet direct zin om naar de tandarts te stappen. Er is wel een tandarts in Mordogan, maar ja, als ik dan toch moet gaan, ga ik liever in Izmir. Misschien zoek ik wel weer een excuus om toch niet te moeten gaan !!!
Deze morgen was het marktdag. We zouden samen gaan met Sevims ouders (die nu logeren in hun illegaal gebouwd huisje zon 10 km van ons), maar als we toekomen op de halk pazari (volksmarkt) zie ik nergens hun auto staan. Als alle inkopen gedaan zijn, zie ik Sevims vader. Haar moeder, die slecht te been is, zit voor een marktwinkeltje dat zorgt voor thee en gözleme (een soort pannenkoek).
Een oudere man die haar vader kent, komt erbij staan. Hij nodigt ons uit om bij hem thee te komen drinken. Het gesprek (dat ik stilletjesaan beter kan volgen) blijft duren en ik ben beladen als een klein ezeltje. Ik ga dus al onze inkopen in de auto leggen en kom dan terug, waar het gesprek nog steeds aan de gang is. Iedereen nodigt iedereen uit. Dat is zon beetje het motto. Gastvrijheid is in Turkije heilig en daar kan je niet omheen.
Sevims vader heeft een lijstje gemaakt. Wij gaan de inkopen doen. Om een idee te geven van de prijzen. We kopen een halve kilo verse yoghurt, een halve kilo olijven, een halve kilo tulum kaas, een halve kilo ricotta, een halve kilo pikante pepers, twee kilo tomaten, een kilo appels, een kilo peren, een kilo verse komkommers en een halve kilo bonen. Samen is dat zon 17 euro. Dan mag je niet vergeten dat de kazen nog het duurste zijn. Verse groenten zijn hier werkelijk spotgoedkoop.
Daarna gaan we naar Mortan, een grootwarenhuis, waarvan de baas een Nederlander is. De Mortan heeft een service, dat wil zeggen, als je er inkopen wil gaan doen dan kan je gewoon bellen en dan komen ze je ophalen met de auto en na je inkopen word je met de wagen teruggebracht.
In de namiddag rijden we samen naar het huisje van Sevims ouders. Haar vader, die voorop rijdt, is dit keer een trage chauffeur (doet het waarschijnlijk voor mij). Plots stopt hij langs de bochtige weg met smalle rijstroken. Het uitzicht is hier prachtig en diep beneden tussen de rotsen is een klein huisje. Daar kan je wilde vis kopen. Zowel Sevim als haar vader fluiten op hun vingers, maar er is niemand. Dus geen vis vandaag, de visser zal uit vissen zijn.
Iets verderop wordt weer gestopt, nu langs de overkant van de baan. Daar is immers een bron, en de lege waterflessen worden gevuld met water uit de bergen.
Daarna rijden we naar Kaynarpinar om thee te gaan drinken. Sevims vader wil dat ik film met zijn nieuwe camera die hij in België heeft gekocht. Ik doe mijn best tot ik bemerk dat er geen cassette in zit. Maar gelukkig heb ikzelf mijn camera bij zodat ik dit kleine dorpje met vissershaven kan filmen.
Op het terras van het café staan moerbeibomen. Sommige moerbezen zijn al rijp. Weerom een vriend komt erbij zitten. Weer is het uitnodigen om eens op bezoek te komen. Thee en koekjes. Voor ons een paar vissers die in het jachthaventje bezig zijn om hun netten in orde te brengen.
Dan rijden we naar Sevims ouders huisje. Juist voor de inrit zijn gemeentepersoneelsleden bezig asfalt aan te brengen. Sevims vader stopt en wij parkeren iets verder langs de weg. Hij gaat praten met de toezichter en die belooft om de toegangsweg een stuk te asfalteren. Ja, hier is nog geen deontologische code. En de werkers zullen in het zwart wat bijkrijgen. Onze politici zouden hier moord en brand over schreeuwen. Want vandaag worden werkers van de overheid toch goed betaald? Dus, geen gefoefel meer!!!
Ik denk terug aan mijn beginjaren op het stadhuis. In 1976 verdiende ik netto zon 425 , ik was toen 21. Mijn huishuur bedroeg (voor een werkmanshuisje) 50 . Een pintje kostte 25 cent, een pakje sigaretten 40 cent. Weet je, ik kwam, met de beginwedde van opsteller, ruim rond.
Vandaag verdient een administratief medewerker die begint nauwelijks 1200 netto. Een werkmanshuisje huur je niet onder de 400 . Een pintje kost 1,5 en sigaretten 5,30. Ik zwijg dan nog over de andere prijzen.
Dan denk ik arm Vlaanderen!!!
Het huisje van Sevims ouders is een éénkamerhuisje maar het heeft iets. Het uitzicht is prachtig. In de verte de zee en Eski Foça (het oude Foça), daarvoor de druivenstruiken en fruitbomen en niet te vergeten de olijfbomen die dit jaar massas olijven zullen geven.
Ik heb beloofd de olijven te plukken. Vanaf dit jaar is het verboden om met een stok de olijven uit de bomen te slaan, het moet nu gebeuren met een machine, omdat anders de opbrengst verkleint. Hoe dat werkt, dat zullen we wel zien, want het is pas in het najaar dat de olijven geplukt worden.
We drinken zoete Turkse koffie en er is een fel windje. Ik draag enkel een korte broek en een t-shirt zonder mouwen. Sevims ouders kunnen niet begrijpen dat dit weekend in België de mensen massaal naar de kust kwamen en gingen zwemmen. Het water moet toch veel te koud zijn geweest. Hier warmt het water op en vanaf augustus kan je zeggen dat het zelfs warm is om in de zee te zwemmen. Maar ik heb nog niemand zien zwemmen hier. Voor de Turken is dit nog veel te koud.
Ik geniet van het uitzicht. De cypressen, de zee, de tuin. Hier zou ik uren kunnen zitten en wegdromen.
In de late namiddag rijden we naar Kösedere, een deelgemeente van Mordogan. De weg, die klimt, ligt tussen de olijfbomen en overal langs de weg vind je thijm. De lucht is zuiver, geen industrie of vervuiling. Langs de weg, een olijfoliefabriekje. Verder enkel natuur. Tot we toekomen in Kösedere.
Voor het dorpshuis zitten enkele oudere mensen. Allemaal mannen. Maar onmiddellijk krijgen we gezelschap. De uitbater van een volkscafé in Mordogan herkent ons. Hij is op zoek naar zijn broer die in Nederland woont. We beloven hem te helpen. We drinken (natuurlijk) thee. Het dorpsplein van Kösedere ligt aan de moskee en ook hier is de bevolking meestal oud. De jongeren zijn weggetrokken. Sevim moet een afspraak maken voor haar vader met de tractorman, maar die is er nog niet. Iedereen komt langs. Mensen die je van haar of pluimen kent geven je een hand. Hos geldeniz, welkom. Dit is het Turkije waar ik zo van hou, de vriendelijkheid en de gastvrijheid. Mensen komen bijzitten, gaan weer weg.
Na onze thee brengt de baas nog eens ada cay (een kruidenthee, zeer goed tegen verkoudheden). Dan komt de tractorman toe. Afspraken worden gemaakt.
Uiteindelijk gaan we afrekenen. We hebben 5 thees op onze rekening. De baas wil niet meer dan één miljoen(oude turkse lira), dat is een halve euro.
De smalle straatjes, huizen opgetrokken uit natuursteen, ezeltjes, vrouwen met de hoofddoek. Iedereen is vriendelijk. Niet bang wanneer ik aan het filmen ben, integendeel. In de verte zie je Eglenhoca (een andere deelgemeente van Mordogan) en de zee.
Nog een paar fotos en dan terug naar huis. We rijden over Eglenhoca waar ze nog zelf wijn maken. Bewoners die buiten zitten roepen hos geldeniz. De weg leidt nu naar beneden. Ook hier weer de olijfbomen en de druiven.
Thuis maak ik op eigen wijze mijn spaghetti. Dat doe ik één keer per week. En deze avond drinken we wijn. Majestik, een wijntje van de Egeïsche regio. Smaakt een beetje naar beaujolais, maar heeft niet de rijpheid ervan. Een dieprode kleur, maar weinig aroma die snel vervliegt. Sevim vindt het heerlijk. En romantisch. We zitten buiten tot de duisternis valt en het blijft, voor de eerste keer, echt heel zacht.
Morgen vertrekken we, op zoek naar tickets voor België. Het zal pas maandag zijn voor wij terugkeren naar Mordogan.