Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
de gevangenis waar Jezus verbleef
Jezus wordt in de gevangenis geworpen
Mijn gevangen genomen Jezus, ik ben ontwaakt en ik vind U
niet. Mijn hart klopt fel; het zijn hartslagen uit liefde. Vertel me, waar bent U? Mijn Engel, breng mij naar het
huis van Kajafas. Maar ik ga rond en zoek overal, maar ik vind U niet. Mijn
Liefste, haast U, beweeg met uw handen de kettingen waarmee U mijn hart aan het
Uwe verbindt, en laat me tot U komen. Dat ik kan vluchten en mij in uw armen
werpen. En U, Jezus, mijn liefste, gewond door mijn stem, U wil mijn gezelschap hebben,
laat me naar U toe komen. Ik zie dat zij U in de gevangenis hebben geworpen.
Mijn hart juicht van vreugde omdat ik U heb gevonden, maar ik voel dat mijn
hart gewond is van verdriet door het zien in welke staat ze U hebben
overgelaten.
Ik zie U met uw handen achter U gebonden aan een zuil, en
met uw voeten gebonden. Ik zie dat uw allerheiligste Gezicht gekneusd en gezwollen is. Het bloedt door de vreselijke klappen
die U hebt gekregen. Uw heldere ogen zijn donker; uw pupillen zijn moe en
verdrietig door de wake; uw haar is in de war; uw Heiligste Persoon is helemaal
in elkaar geslagen, en U kunt u zelfs niet behelpen en reinigen, omdat U vast gebonden
bent.
En ik, O mijn Jezus, snikkend en mij vastklampend aan uw
voeten, zeg: Ach, hoezeer bent u verzwakt, O Jezus!
En Jezus kijkt naar mij en antwoordt: Kom, o mijn kind, en
wees aandachtig voor alles wat je Mij ziet doen, om het samen met Mij te doen,
opdat Ik mijn Leven in jou kan voortzetten.
Tot mijn verbazing zie ik nu dat, in plaats van U bezig te houden
met uw pijn, U met een onbeschrijflijke liefde, nadenkt over het verheerlijken
van de Vader, om Hem te compenseren voor alles wat we Hem verschuldigd zijn; en
U roept alle zielen rond U, om al hun kwaad op U te nemen en ze alle goeds te
geven. En sinds de dag aanbreekt, hoor ik uw liefste stem zeggen: Heilige
Vader, Ik dank U voor alles wat Ik heb geleden en voor alles wat er voor Mij
over is om te lijden. En net zoals deze dageraad de dag oproept en de dag de
zon doet opkomen, zo kan de dageraad der genade in alle harten opkomen; en als
het daglicht opkomt, mag Ik, Goddelijke Zon, in alle harten rijzen en heersen
over alles. Zie je deze zielen, O Vader? Ik wil U antwoorden namens hen allen,
namen hun gedachten, woorden, werken en stappen ten koste van bloed en dood.
Mijn Jezus, grenzeloze
Liefde, ik verenig mij met U, en ook ik dank U voor alles wat U mij hebt laten
lijden, en voor alles wat er voor mij over is om te lijden. En ik bid
U om de dageraad van Genade te laten opkomen in alle harten, zodat U,
Goddelijke Zon, opnieuw in alle harten mag rijzen en over hen heersen.
Maar ik zie ook, mijn lieve Jezus, dat U eerherstel biedt
voor de allereerste gedachten, genegenheden en woorden van allen, die bij het
opgaan van de dag niet aan U worden aangeboden om U te eren; end at U de
gedachten, de genegenheden en woorden van de schepselen tot U roept als om ze
in bewaring te nemen, om voor hen eerherstel te bieden en de Vader de eer te
geven die ze Hem verschuldigd zijn.
Mijn Jezus, Goddelijke Jezus, sinds we een uur vrij hebben
in deze gevangenis en we alleen zijn, wil ik niet alleen doen wat U doet, maar
wil ik U schoonmaken, uw haar herschikken en mijzelf volledig in U verenigen. Dus
trek ik naar uw allerheiligste hoofd, en in het herschikken van uw haar, wil ik
eerherstel bieden voor de geest van zovele mensen, hun uitzinnigheid en hun
wereldlijkheid. Ze hebben niet één gedachte over voor U. Ik smelt me samen met
uw geest, ik wil al de gedachten van de schepselen samenvoegen in U en ze
versmelten met uw gedachten, om een voldoende eerherstel te vinden voor alle
kwade gedachten, en voor zoveel verstikkende inspiraties en verlichting. Ik zou
alle gedachten willen verenigen met de Uwe, om U een waar eerherstel aan te
bieden en volmaakte glorie.
Mijn verdrukte Jezus, ik kus uw ogen, die droevig zijn en
vol tranen. Als uw handen vastgebonden zijn aan de zuil, kunt U ze niet drogen,
noch het spuug verwijderen waarmee ze U hebben besmeurd. En omdat de positie
waarin ze U vastgebonden hebben ondragelijk is, kunt U uw vermoeide ogen niet
sluiten om te rusten. Mijn liefste, hoe graag zou ik U mijn armen als bed
aanbieden, om U rust te geven. Ik wil uw ogen drogen, om U vergiffenis te
vragen, en eerherstel aan te bieden voor alle keren dat wij als schepselen niet
het doel hadden om U tevreden te stellen, en naar U te kijken om te zien wat U
van ons wilde, wat we moesten doen, en waar U wilde dat we gingen. Ik wil mijn
ogen versmelten met de Uwe, en ook deze van al de schepselen, om met uw eigen
ogen eerherstel te kunnen bieden voor al het kwaad dat we met onze ogen hebben
gedaan.
Mijn medelevende Jezus, ik kus uw heiligste oren, die
vermoeid zijn van de beledigingen die U de hele nacht hebt gehoord en nog veel
meer van de echo van alle beledigingen van de schepselen die weerklinken in uw
gehoor. Ik vraag U om vergeving, en ik bied eerherstel voor alle keren dat U
ons hebt geroepen en we doof waren voor uw oproep, of we deden alsof we U niet
hoorden. En U, mijn vermoeide Goedheid hebt uw oproepen herhaald, maar
tevergeefs! Ik wil mijn gehoor met het Uwe versmelten, en met dat van alle
schepselen, om een voortdurend en volledig eerherstel te doen.
Verliefd op U, Jezus, aanbid en kus ik uw Allerheiligste
Gezicht, dat helemaal gekneusd is door de klappen. Ik vraag U om vergeving en
ik bied eerherstel voor al de keren dat U ons opgeroepen hebt om eerherstel te
bieden, en wij, ons verenigd hebben met uw vijanden, U klappen gegeven hebben en
bespuwd hebben. Mijn Jezus, ik wil mijn gezicht met het Uwe versmelten, om uw
natuurlijke schoonheid te herstellen en U volledig eerherstel te bieden voor
alle misprijzen die uw aanbiddelijke Majesteit werd gegeven.
Mijn verbitterde Goedheid, ik kus uw zoetste mond, gekwetst
door slagen en uitgedroogd door liefde. Ik wil mijn tong versmelten met de Uwe,
en ook de tongen van alle schepselen, om met uw eigen tong eerherstel te bieden
voor alle zonden en kwade toespraken. En ik wil, mijn dorstlijdende Jezus, alle
stemmen verenigen met de Uwe, zodat wanneer we op het punt staan om U te
beledigen, terwijl uw stem te horen is in die van alle schepselen, de stemmen
van zonde kan versmoren en hen in stemmen van lof en liefde kan veranderen.
Geketende Jezus, ik kus uw nek, dat door zware kettingen en
met touwen is beladen, die vanop uw borst naar de achterkant van uw schouders
en door uw armen, U stevig aan de zuil binden. Uw handen zijn reeds gezwollen
en donker geworden door de strakheid van de knopen en er komt bloed uit van
verschillende kanten. O alstublieft, sta mij toe om U, mijn gebonden Jezus,
vrij te laten; en als U graag gebonden wilt zijn, sta me toe U te binden met zoete
ketenen van liefde, die in plaats van U te laten lijden U verzachten. En terwijl
ik U vrijlaat, wil ik mij met uw nek, uw borst, uw schouders, met uw handen,
met uw voeten versmelten om samen met U eerherstel te bieden voor alle
gehechtheden en daarom aan allen de ketenen van uw liefde te geven. Ik wil U
eerherstel bieden voor alle koelheid, en zo in de borst van alle schepselen uw
vuur aansteken, als ik zie dat U zoveel vuur hebt dat U het niet kunt bevatten;
en om eerherstel met U te bieden voor alle ongeoorloofde geneugten en voor de
liefde van troost, om iedereen de geest van opoffering en liefde voor het
lijden te geven.
En ik wil mezelf met uw handen versmelten om eerherstel te
bieden voor alle slechte werken, voor het goede dat slecht gelopen is en met de
beste bedoelingen werd gedaan, en geef aan allen de geur van uw werken. Ik wil
mij versmelten met uw voeten, om al de stappen van de schepselen te blokkeren
en eerherstel te bieden voor hen. Geef
uw stappen aan allen om hen in heiligheid te laten lopen.
Uiteindelijk, mijn zoet
Leven, terwijl ik mij met uw Hart versmelt, sta me toe om alle genegenheden,
hartslagen en verlangens in te sluiten, om samen met U eerherstel ervoor te
geven en aan iedereen uw genegenheden, hartslagen en verlangens te geven, zodat
niemand U ooit meer beledigd.
Maar ik hoor het geluid van een krakende sleutel in het
slot: uw vijanden komen nu om U uit de gevangenis te halen. En ik beef, Jezus; ik voel mijn Bloed verkoelen. U zal
opnieuw overgelaten worden in de handen van uw vijanden. Wat zal er met U
gebeuren? Ik lijk ook het gekraak van de sleutels van de tabernakels
te horen. Hoeveel ontheiligende handen komen ze openen, en doen U neerdalen in
heiligschennende harten? In hoeveel onwaardige handen wordt U gedwongen om U te
presenteren! Jezus, mijn gevangene, ik wil in al uw gevangenissen van liefde
zijn, om toeschouwer te zijn wanneer uw bedienaren U vrijlaten, en U gezelschap
bieden en eerherstel bieden voor de beledigingen en overtredingen die U kunt
ontvangen.
Ik zie dat uw vijanden nabij zijn, terwijl U de rijzende
zon begroet tijdens uw laatste uren. Terwijl ze U losmaken, omdat ze zien dat U
majestatisch bent en dat U hen zo liefdevol aankijkt, zijn ze vol razernij en
krijgt u klappen op Uw gezicht die zo gewelddadig zijn dat uw gezicht rood
wordt van uw kostbare Bloed.
Jezus, mijn Liefste, voor het verlaten van de gevangenis,
vraag ik U in mijn verdriet om mij te zegenen, om de kracht te ontvangen om U
te volgen op de rest van uw Lijdensweg.
Overweging
In de gevangenis, wordt u
vastgebonden aan een zuil en bent u onbeweeglijk. U bent besmeurt met
speeksel en modder. Jezus zoekt om
zielen die Hem gezelschap houden. En wij zijn we gelukkig om alleen te zijn
met Jezus, of kijken we naar gezelschap van schepselen? Is Jezus alleen onze enige
adem en onze enige hartslag?
Om ons te laten worden zoals Hij, bindt de liefdevolle
Jezus onze zielen met geestelijke dorheid, met onderdrukking, met lijden em met
elke andere vorm van versterving. Zijn we blij om gebonden te worden door Jezus
in die gevangenis waarin Zijn liefde ons plaatst dat betekent duisternis,
onderdrukkingen en dergelijke?
Jezus zit in de gevangenis. Voelen we de vastberadenheid en
directe voornemen om ons op te sluiten in Jezus omwille van onze liefde voor
Hem? De getroffen Jezus verlangde naar onze ziel om ongebonden en in de
pijnlijke positie vastgehouden te worden waarin Hij zich bevond. Verlangen we naar
Jezus alleen die komt om ons gezelschap te houden, om ons te bevrijden van de
ketenen van elke hartstocht en ons bindt met sterkeren ketenen van Zijn Hart? Plaatsen
we onze pijn rond de lijdende Jezus om Hem van spuug en modder te ontdoen dat
zondaars Hem zenden? Jezus
bidt in de gevangenis. Is ons gebed voortdurend bij Jezus?
Mij geketende Jezus, U hebt uzelf tot een gevangene van liefde voor mij
gemaakt, en ik bid U om mijn geest, mijn tong, mijn hart en mijzelf in U op te
sluiten, zodat ik geen vrijheid heb, en U absolute heerschappij over mij hebt.
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U
uit. Amen.
Ik ben tegen abortus. Het werd door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen genderideologie. Het wordt door mijn strot
geduwd.
Ik ben tegen de euro. Het werd door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen Europa. Het werd door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen de oorlogszuchtige politiek van Europa. Het wordt door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen de dure maatregelen tegen de CO2-uitstoot, wat een hoax is. Het
werd door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen het stemmen op voortdurend dezelfde figuren
die alleen van job verwisselen in ons Belgisch bestuur en maar poen scheppen.
Het werd door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen de open deuren voor massale immigratie (mensen
moeten in hun land geholpen worden). Het wordt door mijn strot geduwd.
Ik ben tegen de oecumenische politiek van paus Franciscus
om de katholieke kerk af te breken. Het wordt door mijn strot geduwd.
De lijst wordt alleen maar langer
Je moet enkel en alleen belastingen betalen en zwijgen.
Wat moet ik nu nog verwachten? Dat ze mijn favoriete kerk en mijn favoriet frietkraam afpakken en misschien zelfs meer.
Bid NU
voor de vlugge komst van Gods Koninkrijk op aarde!!!
Geloofsbelijdenis van Athanasius : over de Drie-eenheid
De Geloofsbelijdenis van Athanasius is wellicht in de
tweede helft van de vijfde eeuw ontstaan in Spanje of Zuid-Frankrijk.
Tekst van deze belijdenis
1 Al wie gered wil worden, moet voor alles het algemeen geloof vasthouden;
2 als iemand dit niet volledig en ongeschonden bewaart, zal hij ongetwijfeld
voor eeuwig verloren gaan.
3 Het algemeen geloof nu is dit, dat wij de ene God in de Drieheid en de
Drieheid in de Eenheid vereren,
4 zonder de Personen te vermengen of het wezen te delen.
5 Want de Persoon van de Vader en die van de Zoon en die van de Heilige Geest
zijn van elkaar onderscheiden,
6 maar de Vader en de Zoon en de Heilige Geest hebben één goddelijkheid,
gelijke heerlijkheid, dezelfde eeuwige majesteit.
7 Zoals de Vader is, zo is de Zoon, zo is ook de Heilige Geest.
8 Ongeschapen is de Vader, ongeschapen de Zoon, ongeschapen de Heilige
Geest;
9 onmetelijk is de Vader, onmetelijk de Zoon, onmetelijk de Heilige
Geest;
10 eeuwig is de Vader, eeuwig de Zoon, eeuwig de Heilige Geest.
11 En toch zijn Zij niet drie eeuwigen, maar één eeuwige;
12 zoals Zij niet drie ongeschapenen of drie onmetelijken zijn, maar één
ongeschapene en één onmetelijke.
13 Evenzo is de Vader almachtig, de Zoon almachtig, de Heilige Geest
almachtig;
14 en toch zijn Zij niet drie almachtigen, maar één almachtige.
15 Zo is de Vader God, de Zoon God, de Heilige Geest God;
16 en toch zijn Zij niet drie Goden, maar één God.
17 Zo is de Vader Heer, de Zoon Heer, de Heilige Geest Heer;
18 en toch zijn Zij niet drie Heren, maar één Heer.
19 Want zoals de christelijke waarheid ons noodzaakt elke Persoon afzonderlijk
als God en als Heer te belijden, zo belet het algemeen geloof ons van drie
Goden of Heren te spreken.
20 De Vader is door niemand gemaakt of geschapen of voortgebracht.
21 De Zoon is door de Vader alleen, niet gemaakt of geschapen, maar
voortgebracht.
22 De Heilige Geest is door de Vader en de Zoon niet gemaakt of geschapen of
voortgebracht, maar Hij gaat van hen uit.
23 Eén Vader dus, niet drie Vaders; één Zoon, niet drie Zonen; één Heilige
Geest, niet drie Heilige Geesten.
24 En in deze Drie-eenheid is geen sprake van eerder of later, noch van meer of
minder, maar alle drie Personen zijn aan elkaar gelijk in eeuwigheid en in
hoedanigheid.
25 Daarom moet, zoals reeds gezegd werd, in alle opzichten zowel de Eenheid in
de Drieheid als de Drieheid in de Eenheid vereerd worden.
26 Wie dus gered wil worden, moet wat betreft de Drie-eenheid deze overtuiging
hebben.
27 Maar het is voor zijn eeuwige redding noodzakelijk dat hij ook de
vleeswording van onze Heer Jezus Christus oprecht gelooft.
28 Het ware geloof is nu, dat wij geloven en belijden, dat onze Heer Jezus
Christus, Gods Zoon, God en mens is.
29 God is Hij uit het wezen van de Vader, voortgebracht vóór de tijden, en mens
is Hij uit het wezen van zijn moeder, geboren in de tijd;
30 volkomen God en volkomen mens, met een menselijke ziel en een menselijk
lichaam;
31 gelijk aan de Vader naar zijn goddelijke natuur, minder dan de Vader naar
zijn menselijke natuur.
32 En hoewel Hij God en mens is, is Hij toch niet twee, maar één
Christus.
33 Eén is Hij, echter niet doordat zijn goddelijke natuur in de menselijke
veranderde, maar doordat Hij als God de menselijke natuur aannam.
34 Eén is Hij, volstrekt niet door vermenging van naturen, maar door eenheid
van Persoon.
35 Want zoals ziel en lichaam één mens zijn, zo zijn God en mens één Christus.
36 Hij heeft geleden voor onze redding, is neergedaald in de hel en op de derde
dag opgestaan uit de doden.
37 Hij is opgevaren naar de hemel en zit aan de rechterhand van God, de
almachtige Vader; vandaar zal Hij komen om te oordelen de levenden en de
doden.
38 Bij zijn komst zullen alle mensen opstaan met hun lichaam en zij zullen
rekenschap afleggen van hun daden.
39 En zij die het goede gedaan hebben, zullen het eeuwige leven ingaan, maar
zij die het kwade gedaan hebben, het eeuwige vuur.
40 Dit is het algemeen geloof. Wie dit niet oprecht en standvastig gelooft, zal
niet gered kunnen worden.
Gratis groene scapulieren te verkrijgen door
het apostolaat van het groene scapulier :
GA NAAR DE SITE :
www.greenscapular.org/Contact.html
U krijgt een gratis GEZEGENDE GROENE
SCAPULIEREN KIT! 1 per gezin en per jaar
Wat moet u doen : dit scherm invullen
Invullen van voornaam-naam, adres, stad, postnummer, land, email, parochie
Vergeet niet op submit te drukken!
Dan krijgt u binnen 2-3 weken de
brief met de groene scapulieren : degene die erbij geleverd worden zijn
gezegend en KLAAR VOOR ONMIDDELLIJK GEBRUIK.
Degene die je zelf kunt maken met
groen vilt en de prentjes die je op de voor en achterkant van het vilt kunt
kleven zijn natuurlijk nog niet gezegend.
De voornaamste punten en gebeden van de bijgevoegde
Amerikaanse brochure zijn hier vertaald:
Groene scapulier : Wat
kun je ermee doen?
Om er zeker van te zijn dat je
niet naar de Hel of jaren in het Vagevuur zult belanden bidden we dat je deze sacramentaliën
op een effectieve manier zult gebruiken.
1. Bid het Eeuwig
toewijdingsgebed. Je moet dit gebed een keer in je leven bidden, maar je kunt
dit ook jaarlijks doen op de dag van je Heilige Toewijdingsdatum die je in de
brochure kunt schrijven.
2. Schrijf je naam op een
gezegende Groene Scapulier om onze Heer Jezus te tonen dat je elke mogelijke
genade wil ontvangen die Hij je wilt geven. Dit omvat Zijn heilige gaven van de
Heilige Geest. Wanneer je je naam of andere namen op een Groen Scapulier
schrijft ben je toegewijd aan het Onbevlekte Hart van Maria. De H. Maagd Maria
plaatst haar mantel van liefde over jou en begint jou en anderen te leiden naar
Jezus, je te beschermen en te leiden tot je geroepen wordt naar huis in de
hemel.
3. Schrijf al de namen van je
familieleden op deze gezegende Groene Scapulieren zoals je echtgeno(o)t(e),
kinderen, ouders, grootouders. We schrijven deze op van de levenden, niet
degenen die al overleden zijn. Schrijf de namen neer op een gezegende Groene
Scapulier voor elkeen die je weet die genezing of bekering nodig heeft zoals
jullie vijanden, zakenpartners, collega's, regeringsleiders... Ook je priester,
pastor, en iedereen waaraan je denkt. Je kunt 100 namen op een Groene Scapulier
schrijven. Jezus en Moeder Maria weten aan wie je denkt. (hang er een lijstje
aan)
4. Offer al je Heilige Communies,
Missen, Rozenkransen, Kroontjes van de Goddelijke Barmhartigheid en alle andere
goede werken van de dag op aan alle apostelen van het Groene Scapulier
rond te wereld, vooral degenen in het Vagevuur.
5. Bid het gebed: Onbevlekt Hart
van Maria, bid voor ons nu en in het uur van onze dood. Amen.
6. BESCHERM JULLIE HUIS OF WERKPLAATS.
Plaats vier van de 14 gezegende gezegende Groene Scapulieren in de vier hoeken
van jullie huis of werkplaats. Dit zal je huis bevrijden van demonische geesten
en heilige genade brengen op je huis. (verwijzing naar het toewijdingsgebed
voor je huis van 30 mei 2006 van Jezus)
7. Bid het Kroontje van de H.
Vincent de Paul als een Noveen en vier de feestdag van de H. Vincent de Paul op
27 september ieder jaar. Dit is onze heilige dag van lofprijzing en dankzegging
aan Jezus om onze geliefden uit het Vagevuur te halen en naar de Hemel te
brengen!
Gebeden
1. Eeuwig toewijdingsgebed
O Allerbarmhartigste Vader, vandaag smeek ik U om mijn
oprechte akte van liefde te aanvaarden in het toewijden van mijn hele leven aan
Uw Zoon's Allerheiligste Hart. Ik doe dit niet alleen, mijn lieve Vader, maar
door het Onbevlekte Hart van Maria, Koningin van het Groene Scapulier. Met haar
doorboorde hart door de zeven smarten, van het begin van Uw Zoon's leven tot zijn
verschrikkelijke dood, weent ze dagelijks voor degenen die ervoor kiezen Uw
Goddelijke Zoon, Jezus niet lief te hebben.
Zelfs vandaag met zovele zielen die kiezen om hun
eeuwigheid in de hel door te brengen, verlangt ze naar onze bemiddeling om
anderen te brengen tot het kennen en liefhebben van onze God: de Vader, de Zoon
en de Heilige Geest. We vragen dan, Almachtige Vader dat U ons toelaat al deze
zielen in de handen van de H. Moeder Maria te plaatsen, degenen die in ons
leven kwamen op een of andere manier. We wensen vandaag onze familieleden,
vrienden, ja zelfs onze vijanden toe te wijden aan het Heilig Hart van Jezus.
We weten dat U, onze Goddelijke Majesteit niets zal weigeren aan Uw Zoon en dat
Uw geliefde Zoon Zijn Moeder niets zal weigeren wanneer het komt op het Redden
van Zielen.
Ik doe deze Akte van Eeuwige Toewijding maar een keer, mijn
Barmhartige Vader, en ik smeek U om de verdiensten van de Groene Scapulier toe
te passen op degenen die hun naam geplaatst is op een Groene Scapulier. We bieden
deze zielen Uw Zoon's veelgeliefde Lichaam en Bloed aan in de H. Eucharistie,
samen met de Rozenkransen, gebeden, vreugden, offers en lijden van elke dag,
verleden en heden tot het einde van ons leven.
We weten met groot vertrouwen dat de Koningin van het
Groene Scapulier niet zal rusten tot ze de gave van vasthoudendheid veilig
stelt voor al de levende zielen die gekleed zijn in haar Groene Scapulier. Ze
zal haar Goddelijke Zoon niet alleen vragen voor de geestelijke bekering tot U,
Eeuwige Vader, maar ook de fysieke genezing van degenen wiens missie op deze
aarde uw Zoon's gave van fysieke genezing vereist.
Allerheiligste Heer, Almachtige Vader, als het uw
Goddelijke Wil is sta me toe Uw Zoon en Zijn Moeder dagelijks te dienen in deze
strijd tegen de duivelse vijand. Dan kunnen we tezamen in Vereniging van Uw
Zoon's Goddelijke Barmhartigheid de heerschappij van het Onbevlekte Hart teweeg
brengen door de hele wereld op Haar Groene Scapulier te zetten. Dagelijks
bidden we : Onbevlekt Hart van Maria, Bid voor ons nu en in het Uur van onze
dood. Amen.
Onze Vader, Wees gegroet, Glorie zij voor onze Heilige
Vader, Paus Benedictus XVI's intenties
2. Hoe je huis te beschermen - 30 mei
2006
Jezus vraagt vier gezegende Groene Scapulieren in de vier
hoeken van je huis of werkomgeving te plaatsen en het volgende gebed te bidden
als je ze plaatst. Je moet dus het gebed vier keer bidden voor de vier hoeken.
Als je huis meerdere verdiepen telt plaats dan de scapulieren op de hoogste
verdieping in de slaapkamers eerst.
Hemelse Vader, door de dood en verrijzenis van Uw Heilige
Zoon, Jezus van Nazareth, vragen we dat U Uw Heilige Moeder samen met de
Bewaarengelen zend op mijn huis (werkplaats) om mijn familie (vrienden,
collega's) tegen de plannen van satan en zijn agenten te beschermen zodat dit
gebouw voor altijd toegewijd is aan de Heilige en Onbevlekte Harten van deze
dag af. Alsjeblieft Heer, bescherm allen die op deze plaatsen komen en maak
degenen die er leven heilig. In Uw heilige barmhartigheid, Vader. Amen.
3. Gebed van overgave aan Jezus
Vandaag geef ik mijn hele wezen over aan U, mijn geliefde
Redder. Ik geef U mijn leven, mijn familie, mijn wil, mijn bezittingen en
eigendom. Ik geef U mijn handelingen, mijn werk, mijn inspiraties die van de H.
Geest komen, en mijn menselijke wil om te doen wat U beveelt. Ik ben Uw dienaar
en U bent mijn God. Neem mij Heer en leid me naar het eeuwig leven met U, Uw
Moeder, de Engelen en Heiligen in dienstbaarheid aan de Allerheiligste
Drie-eenheid; nu en altijd. Amen.
4.
Gebed om te bidden voor ouders die hun baby hebben geaborteerd
O Hemelse Vader, door de dood en verrijzenis van Uw Zoon,
Jezus van Nazareth, smeek ik U om genade voor een moeder en vader, die bewust
of onbewust de zwaarste zonde van alle hebben gepleegd: het vermoorden van hun
ongeboren kind.
Ik smeek U, Barmhartige Vader, om medelijden te hebben voor
hen en Uw rechtvaardige toorn af te keren van hun verdiende straf. Ontvang mijn
gebeden van verdriet en liefde en pas ze toe op hun zielen gedurende hun leven
op aarde en leid hen samen om berouw te hebben over hun daad.
Ik bid dit kleine gebed in de hoop dat Uw genade op hen
wordt gestort, om hun ogen en hart te openen opdat ze beseffen dat ze de ware
natuur van ons menselijk bestaan hebben overtreden en beledigd. En de ware
natuur van ons menselijk bestaan bestaat in het kennen, liefhebben en dienen
van U, Vader, Jezus, Uw Zoon en de H. Geest.
Ik vraag onze Hemelse Moeder om de bekering van deze ouders
tot stand te brengen door haar Onbevlekt Hart, dat altijd zielen naar haar
Zoon, Jezus Christus, de Redder en Verlosser van zielen, brengt. En ik zegen U,
Vader voor de genade in mijn leven, dat ik niet geaborteerd werd, zodat ik U vandaag
kan prijzen voor Uw barmhartigheid en Uw voortdurende liefde voor mij. Ik houd
van U, Vader, ik prijs U altijd, Vader, tot ik bij U mag wonen, bij Uw Zoon, Uw
Geest in de hemel met de Engelen en heiligen. Amen.
5.
Rozenkrans of kroontje van H. Vincent de Paul
Kruisje :Mijn
Heer en mijn God, het is mij leed dat ik tegen uw opperste majesteit misdaan
heb. Ik verfoei al mijn zonden, niet alleen omdat ik uw straffen heb verdiend,
maar vooral omdat ze U mishagen, die oneindig volmaakt en alle liefde waardig
zijt. Ik maak het vast voornemen, mijn leven te beteren en de gelegenheden tot
zonde te vluchten. In dit berouw wil ik leven en sterven.
1e kraal :
Onze Vader
2e kraal :
Wees gegroet
3e kraal :
Glorie zij de Vader
Tientje :
1 Hulp
voor de armen : Lieve H. Vincent, door u werden zoveel levens
gered van hongersnood en wanhoop door de liefde die u betoonde. Door uw hulp,
opende u uw deuren om iedereen te eten te geven die op straat leefden en die
geen geld hadden om voedsel te kopen voor hun gezin. Alstublieft H. Vincent,
leer me de ware betekenis van naastenliefde door Jezus in de armen te dienen,
zoals u deed.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
2
Verlichting voor de zieken en zwakkeren : Lieve H. Vincent,
wanneer de vraag om te zorgen voor de zieken zo groot werd en hulp nodig was,
hielp u de Dochters van Naastenliefde oprichten. Door hun inspanningen, zorgden
ze voor de noodlijdenden in de ziekenhuizen en op de straat, verpleegden ze de
gewonde soldaten en de bejaarden. Alstublieft H. Vincent, inspireer mijn hart
om de zieken, gewonden en bejaarden te bezoeken in ziekenhuizen en rusthuizen
in mijn woonplaats.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
3
Troost voor de bedroefden : Lieve H. Vincent, wanneer u gewond was,
gevangen genomen door de Turkse rovers en huurlingen en als slaaf verkocht werd
in Afrika, bekeerde u met uw onwankelbaar geloof en gebeden velen terug tot hun
Katholiek geloof. Na de levensomstandigheden van de gevangenen te hebben
gezien, waste u hen en verpleegde u hun wonden. Uw medelijden bracht grote
bekeringen voort. Alstublieft H. Vincent, inspireer mijn hart om degenen die in
de gevangenis zitten te bezoeken, zodat ik een instrument ben van bekering,
vrede en liefde zoals u.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
4
Bescherming van degenen die in de steek worden gelaten : Lieve
H. Vincent, wanneer u in de straten van Parijs liep was u getuige van een
bedelaar die een pasgeborene toetakelde om medelijden op te wekken zodat de
voorbijgangers aalmoezen gaven. Onmiddellijk haalde u de baby weg en legde u
een nieuwe eed af aan de Heer dat u al de mishandelde kinderen en degenen die
op straat leefden zou helpen. Alstublieft H. Vincent, leid mij om alle kinderen
te helpen en te beschermen, ook de mishandelde kinderen en degenen die op
straat leven zodat ook zij zich veilig kunnen voelen tegen het kwaad in onze
maatschappij en zij de liefde ontvangen die ze zo nodig hebben.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
5
Vrijgevigheid van de rijken : Lieve H. Vincent, door uw
gebeden en leiding vormden de rijke vrouwen in uw gemeenschap de Dames van
Naastenliefde. Ze creëerden hoop voor allen die in nood waren. Door hun
vrijgevigheid en inspanningen werden nieuwe ziekenhuizen, gevangenissen,
weeshuizen en scholen gebouwd die nieuwe hoop gaven in zoveel levens.
Alstublieft H. Vincent, leer me de betekenis van ware naastenliefde door mij te
inspireren om vrijgevig te zijn aan organisaties die degenen helpen in grotere
nood.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
6
Bekering van zondaars : Lieve H. Vincent, u hebt nooit geaarzeld
om uren door te brengen in de Biechtstoel en door uw deugdzame voorbeeld en
lijden, werden honderden zielen teruggeleid naar hun Katholiek geloof. Nadat u
eens de biecht had gehoord van een man die twijfelde aan het geloof, vroeg u
Jezus om u toe te staan deze kwellingen van twijfel te doorstaan in plaats van
die man. Alstublieft H. Vincent, wees mijn voorspreker namens mij tot Jezus om
mij te bevrijden van zondige bekoringen en de noodzakelijke genade te
verkrijgen om altijd een heilige en oprechte biecht af te leggen.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
7
IJver voor priesters : Lieve H. Vincent, u stond toe een nieuwe
congregatie te vormen van priesters toen u dit gevraagd werd en zo wijdden zij
hun leven toe aan de prediking van het evangelie in de dorpen en steden van
Frankrijk. Ze gaven onderwijs in de catechismus en verloochenden alle
eerbetuigingen en wereldlijke ambities. Alstublieft H. Vincent, plaats dezelfde
vurige ijver in het hart van alle priesters, en bewaak hen altijd voor de
verleidingen van deze wereld en bid dat ze altijd toegewijd blijven aan hun
Sacramentele geloften.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
8
Vrede voor de Kerk : Lieve H. Vincent, wanneer de ketterij van het
Jansenisme begon gevaarlijke leerstellingen in het land te verspreiden, streed
u ijverig en heldhaftig tegen deze ketters die de kerk wilden vernietigen.
Alstublieft H. Vincent, help me de valse leerstellingen tegenwoordig te onderscheiden
die worden verspreid tegen de Heilige Kerk, en zorg dat ik altijd wat heilig is
omarm en moedig het kwade verwerp.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
9
Prediking in alle landen : Lieve H. Vincent, u zond uw meest
geliefde priesters en zusters naar vreemde landen om het goede nieuws dat Jezus
Christus de Heer is, te verspreiden. Vele van deze priesters werden martelaar
terwijl ze de hongerigen, armen en de ongeschoolden onderwezen. Alstublieft H.
Vincent, leid me om alle missionarissen te steunen, zowel degenen die in het
buitenland verblijven als degenen die in eigen land blijven, terwijl ze
educatie en gezondheidsdiensten aanbieden aan degenen die het meest in nood
zijn en in elke land.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
10 Redding
voor allen : Lieve H. Vincent, nadat u de biecht van een
stervende man had gehoord, ontdekte u de vele doodzonden die hij had verborgen,
de Heilige Eucharistie dat hij onwaardig had ontvangen en heiligschennis had
gepleegd voor vele jaren. Door uw goedheid en vriendelijkheid hielp u hem een
deugdzame Biecht af te leggen. Hij ontving zijn Laatste Sacrament en stief in
staat van genade. Heilige Vincent, alstublieft zorg ervoor dat ik altijd een
eerherstellende biecht afleg met een oprecht berouw en de nodige genaden
verkrijg om mijn eeuwige redding te verzekeren.
Allerheiligste Hart van Jezus door de voorspraak van de H.
Vincent de Paul; heb medelijden met ons, ons land en de hele wereld. Amen.
Laat ons bidden: O
glorierijke H. Vincent, hemelse patroon van alle liefdadigheidsorganisaties en
vader van allen die in miserie en ellende verkeren. Terwijl u op aarde was hebt
u nooit iemand die naar u kwam afgewezen. O kijk naar welk kwaad we onderdrukt
worden en kom ons te hulp! Verkrijg van de Heer: de hulp voor de armen,
verlichting voor de zieken en zwakkeren, troost voor de treurenden,
bescherming van degenen die in de steek worden gelaten, een geest van
vrijgevigheid voor de rijken, de genade van bekering voor zondaars, ijver voor
priesters, vrede voor de Kerk, vrede in alle laten, en redding van allen. Laat
alle mensen de effecten van uw barmhartige voorspraak zien, zodat we geholpen
door u in de zorgen en ellende van dit leven, we verenigd mogen zijn met u in
het komende leven, waar er geen verdriet, zorgen of dood meer zijn, maar
vreugde en eeuwigdurend geluk. Amen.
Een aflaat van 300 dagen, een volle aflaat ééns per maand, met
de gewone voorwaarden, voor het dagelijks bidden van dit gebed. (S. C. Ind., 23
juni 1885; S. P. Ap., 20 mei 1933).
Noveen
:
Als u dit gebed ter ere van de H. Vincent de Paul doet, en dit 9 dagen
achtereenvolgens bidt kunt u een volle aflaat verdienen met de gewone
voorwaarden (Biecht, Communie en het bidden van een Onze Vader, Wees gegroet,
Glorie zij de Vader voor de intenties van de Paus) op het einde van het gebed.
(Pius IX, audiëntie 3 jan 1849; S. C. van bisschoppen en religieuzen 28 jan
1850; S. C. Ind. 2 nov 1876; S. P. Ap. 15 okt 1936).
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
Jezus wordt aan de genade van de soldaten
overgeleverd
Jezus, mijn allerzoetste Leven, terwijl ik sliep en mij
vastklampte aan uw Hart, voelde ik dikwijls de prikken van de doornen die Uw
Heiligste Hart prikten. Ik wilde samen met U wakker worden, zodat U tenminste
iemand had die al uw pijn bemerkte en medelijden voelde met U. Ik klamp me meer
aan uw Hart vast en voel uw prikken levendiger, zodat ik wakker word. Maar wat
zie ik? Wat hoor ik? Ik zou U in mijn hart willen verbergen om mij bloot te
stellen in uw plaats, en zelf de pijn te ontvangen die zo hevig is, en de ongelooflijke
beledigingen en vernederingen te ondergaan. Maar enkel uw liefde kan zovele
mishandelingen verdragen. Mijn meest geduldige Jezus, wat kon je verwachten van
mensen die zo onmenselijk zijn?
Ik zie nu dat ze U voor de gek houden. Ze bedekken uw
Gezicht met spuug; het licht van uw mooie ogen is bedekt met spuug; en U die
rivieren van tranen giet voor onze redding, duw het spuug weg uit uw ogen, en
uw vijanden, met een hart die het licht van uw ogen niet kunnen zien, bedek ze
opnieuw met spuug. Anderen worden stoutmoediger in het kwaad, en openen uw
allerzoetste mond en vullen het met walgelijk speeksel, tot het punt dat ze
zelf misselijkheid voelen. En aangezien een deel van dat spuug wegvloeit, wordt
een gedeelte van de majesteit van uw Gezicht en uw bovenmenselijke zoetheid
geopenbaard. Ze huiveren en schamen zich. Om meer vrijheid te hebben,
blinddoeken ze U met een vuile vod, om zich ongeremd op uw aanbiddelijke
Persoon te storten. En zo sloegen ze U zonder medelijden; ze sleepten U verder,
vertrapten U onder hun voeten. Ze bleven U op het Gezicht slaan en boven op uw
hoofd. Ze krabben U, trekken aan uw haar en duwen U van hier naar daar.
Jezus, mijn Lieveling, mijn hart kan het niet verdragen om
U temidden van zoveel pijn te zien. U wil dat ik alles waarneem, maar ik wil
liever mijn ogen bedekken om geen zon pijnlijke scènes te zien, die het hart
in elke borstkas verscheuren. Maar mijn liefde voor U dwingt mij te kijken naar
wat met U gebeurt.
Ik zie dat U geen zucht slaakt, dat U geen woord zegt om U
te verdedigen; dat U in de handen van de soldaten bent als een vod, en zij
kunnen met U doen wat ze willen. En als ik zie dat ze over U springen, vrees ik
dat U onder hun voeten zult sterven.
Mijn Goedheid en mijn Alles, de smart die ik voel voor uw
pijn is zo groot, dat ik zou willen schreeuwen zo luid ik kan om daar in de
Hemel gehoord te worden. Ik zou de Vader, de H. Geest en al de Engelen willen
roepen; en hier op aarde de lieve Mama eerst roepen, en al de zielen die U
liefhebben van de ene kant naar de andere, zodat we een cirkel rond U vormen en
we deze onbeschaamde soldaten kunnen tegenhouden om bij U te komen om U te
beledigen en nog meer te pijnigen. Samen met U bieden we eerherstel voor alle
zonden die s nachts gebeuren, vooral degenen die s nachts gepleegd worden
door sektariërs over uw Sacramentele Persoon, en voor alle beledigingen en
overtredingen van zielen die niet trouw blijven in de nacht van beproeving.
Maar ik zie, mijn beledigde Goedheid, dat de soldaten,
vermoeid zijn en dronken. Ze zouden willen rusten, en mijn arme hart,
onderdrukt en verscheurd door zoveel pijn, wil niet alleen blijven bij U. Het
voelt de behoefte aan ander gezelschap. O alstublieft, mijn lieve Mama, wees
mijn onafscheidelijk gezelschap; laat ons Jezus samen omhelzen om Hem te
troosten! O Jezus, samen met Mama, kus ik U en zegen ik U; en samen met Haar,
zal ik de liefdeslaap hebben op uw aanbiddelijk Hart.
Overweging
In dit uur bevindt Jezus zich temidden van de soldaten met
onverstoorbaarheid en ijzeren standvastigheid. God zoals Hij is, lijdt alle
straffen die de soldaten Hem aandoen en Hij kijkt naar hen met zoveel liefde
dat Hij hen schijnt uit te nodigen om Hem meer pijn te doen lijden. En wij
zijn wij constant gedurende herhaaldelijk
lijden, of klagen we, worden geϊrriteerd
en verliezen we ons geduld en kalmte; die kalmte van hart die nodig is om Jezus
een gelukkige verblijfplaats in ons te laten vinden?
Vastberadenheid is de deugd die
ons laat weten of God echt in ons regeert. Als de onze de ware deugd is, zullen
we vastberaden zijn in beproeving, met een vastberadenheid die niet onstabiel
is, maar altijd gelijk is. Hoe meer we vastberaden worden in het goede, het
lijden, het werken, hoe meer we het veld rondom ons vergroten, waarin Jezus
Zijn genaden zal uitbreiden. Als we onstabiel zijn, zal ons veld klein zijn en
zal Jezus weinig of geen ruimte hebben. Maar als we vastberaden zijn en
onwankelbaar, zal Jezus een zeer uitgestrekt veld vinden. Hij zal Zijn steun in ons
vinden en de plaats om Zijn genaden uit te breiden.
Als we willen dat onze geliefde Jezus in ons rust, laten we
Hem dan omringen met Zijn eigen vastberadenheid, waarmee Hij handelde voor de
redding van onze zielen. Als Hij beschut is zal Hij in ons hart een zoete rust
vinden. Jezus keek met liefde naar degenen die Hem mishandelden. Kijken we met
dezelfde liefde naar degenen die ons beledigen? Is de liefde die we aan hen
tonen zo groot dat ze als een stem voor hun hart is zo krachtig dat ze tot
Jezus worden bekeerd?
Mijn Jezus, grenzeloze liefde,
geef me deze liefde en laat elke pijn van mij zielen naar U roepen.
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U
uit. Amen.
O Jezus! Zachtmoedig en nederig van Hart, hoor mij.
Van het verlangen om geacht te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van het verlangen om geliefd te zijn, bevrijd mij, Jezus.
Van het verlangen om opgehemeld te worden, bevrijd mij,
Jezus.
Van het verlangen om geëerd te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van het verlangen om geprezen te worden, bevrijd mij,
Jezus.
Van het verlangen om door anderen verkozen te worden,
bevrijd mij, Jezus.
Van het verlangen om door anderen om raad te worden
gevraagd, bevrijd mij, Jezus.
Van het verlangen om door anderen aanbevolen te worden,
bevrijd mij, Jezus.
Van de angst om vernederd te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van de angst om veracht te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van de angst om berispt te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van de angst om belasterd te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van de angst om vergeten te worden, bevrijd mij, Jezus.
Van de angst om belachelijk te worden gemaakt, bevrijd mij,
Jezus.
Van de angst om onrecht te worden aangedaan, bevrijd mij,
Jezus.
Van de angst om verdacht te worden, bevrijd mij, Jezus.
Dat de anderen meer geliefd mogen worden dan ik, Jezus,
verleen me de genade om het te verlangen.
Dat anderen meer mogen geacht worden dan ik, Jezus, verleen
me de genade om het zo te willen.
Dat, in de mening van de wereld, anderen mogen toenemen en
ik afnemen, Jezus, verleen me de genade om het zo te willen.
Dat anderen mogen gekozen worden en ik opzij gezet worden,
Jezus, verleen me de genade om het zo te willen.
Dat anderen mogen geprezen worden en ik niet opgemerkt,
Jezus, verleen me de genade om het zo te
willen.
Dat anderen mogen de voorkeur genieten in alles in plaats
van mij, Jezus, verleen me de genade om het zo te willen.
Dat anderen heiliger mogen worden dan ik, op voorwaarde dat
ik heilig moge worden zoals ik het zou moeten zijn, Jezus, verleen me de genade
om het zo te willen. Amen.
(Kardinaal Rafael Merry del Val (1865-1930), Secretaris
van Staat voor H. Paus Pius X)
Er
moet veel eerherstel gebracht worden aan het zeer gewonde Hart van de Drie-ene
God
Nehemia 9:1-2 Op de vierentwintigste dag van
dezelfde maand kwamen de Israëlieten opnieuw bijeen, ditmaal om in zak en as te
vasten. Zij verbraken alle banden met de vreemdelingen, traden voor Jahwe
en beleden hun zonden en de misdaden van hun voorvaderen.
“Mijn geliefde, er moet veel
eerherstel gebracht worden aan het zeer gewonde Hart van de Drie-ene God. Ik
roep iedereen op die luistert om de vlag van boete op te nemen, om verzoening
te bieden voor de grote en vele zonden van dit tijdperk- en van alle
tijdperken. De gave van leven in de Goddelijke Wil maakt het mogelijk om
ongehoorde genaden voor dit doel te bekomen. De Engelen staan verbaasd en de
Gloriana (Engelen en heiligen die in perfecte vereniging zijn met de H.
Drie-eenheid, de perfecte vereniging van de Hemel) zingt voortdurend erover.
Laat de gewone verschijning ervan niet toe dat je het minacht. Bid in de
Goddelijke Wil en je zult niets bijzonder ervaren, maar Ik zeg je, de Hemel en
de Hel worden geschud en de demonen beven. Wees niet ontmoedigd. Bid
meer. Leer meer. Wees aandachtig, en leef elk moment in
de Goddelijke Wil om eerherstel aan te bieden. Je zult de komst van mijn
glorierijk Koninkrijk verhaasten. Waarom wachten? Er is niets dat
belangrijker is. Bid!”
O mijn genadevolle Heer, vergeef mijn verstrooiing! In de
Goddelijke Wil, door de Liefdesvlam, in de naam van iedereen van Adam tot de
laatste mens, herdoe ik al mijn verstrooiingen om er elk moment een levendig
moment van te maken, de vreugden, het verdriet, de pijn, gedachten, woorden en
daden worden daden die gedaan worden in de goddelijke Wil voor het eerherstel
aan de Heilige Drie-eenheid en voor het versnellen van de komst van het Koninkrijk
van de Goddelijke Wil. Vader, Zoon en H. Geest, H. Drie-eenheid van Liefde,
moge uw Koninkrijk komen, en Uw wil geschieden op aarde zoals in de Hemel. Kom vlug! Amen.
GEBED VOOR EERHERSTEL AAN MARIA
Lieve Moeder Maria,
Toen God Uw ziel geboren liet worden, was dit slechts om de Verlossing van de
mensheid voor te bereiden. U hebt dan ook geen ogenblik voor Uzelf geleefd.
Onze benevelde ogen hebben Uw grootheid echter nooit herkend, en sedert het
zwaard van onze zelfzucht Uw ziel doorboorde, hebt U Tranen zonder einde over
onze wereld gestort. Doch zelfs huilen hebt U nooit ter wille van Uzelf gedaan,
maar voor ons Heil.
Met Uw Tranen wast U onze ziel, en behoedt U haar voor de totale ondergang.
Uw mond gaf God de toestemming, het zaad van onze Verlossing in U te zaaien.
Als enig antwoord kwam hierop uit onze mond het verscheurend
oordeel 'kruisig Hem!' Het heeft U niet belet, dank zij de woorden uit Uw
mond Gods welwillendheid voor ons te winnen.
Uw Hart heeft nooit een ogenblik voor Uzelf geklopt. Het is slechts vervuld
geweest van een grenzeloze Liefde voor God, én voor de mensen, die Uw Hart met
doornen blijven kronen. Naarmate wij U meer pijn deden, ging U ons nog méér
liefhebben, bedelend om een beetje Liefde uit onze besmeurde harten, niet voor
Uzelf, doch om het aan God te geven, opdat Hij ons mooier zou zien dan wij
werkelijk zijn.
Uw Aanwezigheid trekt de Heilige Geest aan, die ons hart opent voor de Vlam van
Liefde uit Uw Onbevlekt Hart. Zo laat U ons hart ontbranden in het heilig Vuur
dat ons laat proeven van de Hemelse Gelukzaligheid die U zo voor ons verlangt.
Uw handen hebben van ons mensen nooit iets ontvangen, tenzij het mishandeld en
vermoord Lichaam van Uw Goddelijk Kind. Niettemin blijven deze Handen
Goddelijke Genaden over ons uitstorten, en reiken zij ons dagelijks in de
Eucharistie het Geschenk van Uw Zoon aan.
Uw voeten hebben Uw allerheiligste lichaam over wegen geleid die waren bezaaid
met de doornen van onze zonden en het puin van onze onwilligheid om Gods Wet te
volgen. Niettemin hebt U toegestemd, ons met Uw voeten te verlossen van het
serpent dat door onze eigenwaan zo sterk is geworden en Uw Smarten nog
dagelijks vergroot.
Lieve Moeder Maria, de mensen hebben U miskend, veracht, versmaad en gepijnigd.
Onze ondankbaarheid heeft U zwaar onrecht aangedaan. Daarom smeek ik U in naam
van de hele mensheid in verleden, heden en toekomst om vergiffenis.
Wil tot goedmaking het nederig geschenk aanvaarden van alles wat ik heb:
mijzelf.
Ik geef mij aan U in de totaliteit van mijn wezen, zonder de minste voorwaarde
te stellen, en voor eeuwig. Omdat ik U innig liefheb, en omdat het mij een eer
is, door U te worden gebruikt zoals het U behaagt.
Ik doe geheel afstand van mijn eigen wezen, en geef U mijzelf tot eerherstel
voor de heiligschennissen tegen U begaan.
Mogen mijn tranen parels te Uwer ere zijn, en mogen zij de uitingen zijn van
zoet lijden dat U helpt, onze wereld te verlossen.
Moge mijn mond U eren door U te prijzen, Uw weldaden te bezingen en de waarheid
over U te verkondigen.
Moge mijn van Liefde brandend hart Uw onderkomen zijn, een warm oord van troost
in Uw heilige Smarten.
Wil mijn handen in de Uwe nemen ter bezegeling van de verzoening, en laat mij
Uw voeten kussen in nederige dankbaarheid, en tot uitdrukking van de passende
eerbied die U zo zelden hebt gekregen.
GEBED VOOR EERHERSTEL AAN JEZUS
Mijn lieve Jezus, mensgeworden Liefde,
Al te lang zijn mijn zonden als zout in Uw Wonden geweest.
Vandaag kijk ik U aan door de ogen van Maria, Uw en mijn Moeder, en kom ik met
mijn door Haar gezegende Tranen het leed genezen dat ik U heb aangedaan.
Lieve Jezus, ik zie U in de Hof van Gethsemane, diep bedroefd omdat mijn ziel,
zo zeer door U bemind, zich niet wil laten verlossen. Lieve Jezus, waar zijn Uw
vrienden van weleer? Waar ben ik?
Lieve Jezus, ik zie U verraden worden door mijn ziel, die geen avond kan zeggen
dat zij de voorbije dag vrij van zonde is geweest.
Lieve Jezus, ik zie U gevangen genomen worden door mijn ziel, doordat zij U
niet toelaat, vrij in haar te werken, en zij U vastketent door te kiezen voor
het kwaad.
Lieve Jezus, ik zie U drie maal verloochend worden door mijn ziel, want toen
mijn levenspad zwaar werd, kende ik U niet meer.
Lieve Jezus, ik zie U veroordeeld worden door mijn ziel die de haar door U
getoonde Weg der Wijsheid te moeilijk vindt.
Lieve Jezus, ik zie U aan de geselkolom, verscheurd onder de zweepslagen van
mijn zonden, want waarom zou ik lijden wanneer de Eeuwige Liefde dat zonder
morren voor mij doet?
Lieve Jezus, ik zie U met doornen gekroond, boetend voor mijn ziel die zichzelf
koning waant, verstikt in zelfzucht. De warme Mantel van Maria is vervangen
door de kille mantel van de spot.
Lieve Jezus, ik zie U beladen met Uw Kruis, zuchtend onder de last van mijn
zonden. Wat mijn ziel door de jaren heen niet heeft gevoeld, is voor mijn God
zo zwaar dat Hij er tot drie maal toe onder bezwijkt. Uw Bloed tekent de weg
naar mijn Verlossing. Ik zie mijn zo vereerde Moeder Maria op U toesnellen en
laat Haar Tranen mijn hart breken.
Ja, Moeder, ik zal het kruis van mijn zonden helpen dragen.
Ja, Moeder, ik zal het Gelaat van de Eeuwige Liefde schoonwissen, opdat ik moge
zien hoe een zuivere ziel er behoort uit te zien.
Ja, Moeder, ik zal met de vrouwen langs de weg mijn zonden bewenen.
Lieve Jezus, ik zie U van Uw kleren beroofd worden, doordat mijn zondige ziel U
door haar onverschilligheid Uw waardigheid ontneemt.
Ja, Moeder, ik zal mijn Goddelijke Broer in de mantel van mijn Liefde hullen.
Lieve Jezus, ik zie U aan het Kruis. Mijn ziel is getuige van de ultieme
geschenken van Uw Eeuwige Liefde: De Vader zal mijn onwetendheid vergeven;
vanaf heden ligt het Paradijs voor mij open; U hebt mij alles gegeven, zelfs Uw
Moeder.
Hoe onterecht voel ik mij verlaten terwijl U en Zij mij het meest nabij zijn.
Maar ik verlaat U niet meer. Samen met Moeder Maria blijf ik onder Uw Kruis
staan. Mijn rouwmoedig hart wordt de beker die Uw Bloed opvangt om het te
bewaren voor de eeuwigheid.
U hebt dorst naar mijn ziel, ik beveel ze U aan door Maria's Handen. Mijn
Liefde tot U zal echter nooit volbracht zijn.
Klein
kindje dat je bent, je had iemand nodig die je gemakkelijk kon bereiken
Lucas 1:46-49 En Maria sprak: 'Mijn hart prijst
hoog de Heer, van vreugde juicht mijn geest om God mijn redder: daar
Hij welwillend neerzag op de kleinheid zijner dienstmaagd. En zie, van heden af
prijst elk geslacht mij zalig omdat aan mij zijn wonderwerken deed Die machtig
is, en heilig is zijn Naam.
O mijn Jezus, waarom is mijn hart gevuld met zoveel liefde
wanneer ik contempleer over uw Allerheiligste Moeder, en wanneer ik contempleer
over U voel ik afstand alsof U niet bereikt kan worden door een zondaar zoals
ik?
“Mijn kind, ik heb je mijn
Moeder gegeven om die reden. Klein kindje dat je bent, je had iemand nodig die
je gemakkelijk kon bereiken, iemand die onmiddellijk en rechtstreeks contact
had met Mij en zou kunnen dienen als een ladder. Toch is ze meer dan een
ladder, ze is een lift, een raket, een vallende ster dat je liefde recht naar
mijn Hart voert. Het stopt daar nog niet, want ze ledigt zichzelf volledig om
perfect gevuld te worden door Mij. Zij is je toegang tot Mij. Je zekerste, snelste
punt van toegang tot mijn Hart. Ik kan haar niets weigeren. Geef haar al de liefde die je hebt en zie het
vrucht dragen. Van mijn kant geeft het Mij onuitsprekelijke vreugde wanneer je
dit doet.”
O Mama, Koningin van de Goddelijke Wil, vergroot mijn
liefde voor U! Vermeerder het in Uw Liefdevlam. Ik bied U mijn armoedige liefde
aan, herdaan in de Goddelijke Wil, namens iedereen van Adam tot de laatste
mens. Verzamel deze kleine bloemen en gebruik ze om onuitsprekelijke vreugde
aan Jezus te geven. O Mama, ik hou van
U!
Stel
het Goddelijk Plan niet in vraag, maar verheug je erin…
Romeinen 9:22-23 En als God nu, om zijn toorn
te tonen en zijn macht te doen kennen, de voorwerpen van die toorn, gereed voor
de ondergang, met grote lankmoedigheid heeft verdragen, juist met de
bedoeling de rijkdom van zijn heerlijkheid te openbaren voor hen die het
voorwerp zijn van zijn erbarming, die Hij tot heerlijkheid heeft bestemd?
“Geliefde, wanhoop niet, maar
vertrouw op mijn barmhartigheid. Stel het Goddelijk Plan niet in vraag, maar
verheug je erin. Steun erop, wanneer alles verloren lijkt. Zorg ervoor dat je
niet onbewust vecht voor de verkeerde kant. Wees daarom nederig, vertrouwend,
berouwvol, gewillig, gelaten, en vreugdevol. Als je mijn glorie zou kunnen zien
– zelfs maar voor het kleinste moment – zou je angst onmiddellijk verdwijnen en
nooit meer terugkomen. Vertrouw op Mij. Ik ben altijd bij je, tot het eind van de tijdperken.”
O mijn Jezus, liefde, liefde, glorie en liefde! Help me om
U meer lief te hebben, om U onvoorwaardelijk te vertrouwen, om mij te verheugen
in het mysterieuze Goddelijke Plan dat oneindig glorierijker is dan ik mij kan
inbeelden. Jezus, ik vertrouw op U
– red de zielen! Maranatha! Moge Uw Koninkrijk komen en vlug! Amen.
Deze droom is van 2
april 2007 en herinnerde ik mij vandaag en ik denk dat het goed in deze
boodschap van hoop en vertrouwen in Gods plan past:
Ik keek naar een huis. Het was
een groot huis, maar de eigenaar leefde maar in 1 kamer. De meubelen waren zeer
armzalig. Ik ging de kamer uit waar hij leefde en werd het hele huis getoond
door een muis. Er waren twee katten die rondliepen, een witte en een grijze. Op
een bepaald moment kwam 1 van de katten naar de muis en krabde op zijn rug,
maar het was bijna tegen zijn zin. Er was genoeg ruimte in het huis voor vele
mensen, maar er was niemand om erin te wonen. Het leek alsof men wachtte. Ik
vroeg de Heer wat deze droom betekende en dit is wat in mij opkwam. Het huis is
Gods huis, de Kerk. Er is ruimte voor vele mensen maar er is maar 1 ruimte bezet.
De meubelen waren armzalig omdat de mensen enkel aan God geven wat ze over
hebben, bijna zoals de rest van een garage-verkoop: dingen die niemand wil
kopen. Over de muis, voelde ik dat de Heer me zegt dat het huis behoort aan de
nederigen die zullen gediend worden door hun vijanden, vertegenwoordigd door de
katten. Er was een gevoel van verwachting – dat het huis op een dag zou vol
zitten.
Neem
bevelen aan van jullie Generaal, onze Moeder, en aarzel niet in je besluit…
Jesaja 14:1 Maar over Jakob zal Jahwe zich
ontfermen, het volk van Israël blijft zijn uitverkorene. Hij brengt hen weer
naar hun eigen grond, vreemdelingen voegen zich bij hen en sluiten zich bij het
huis van Jakob aan.
“Mijn geliefde, vrees de dagen
van smart en ellende niet. Een kosmische strijd is onderweg. De machten van de duisternis bulderen en razen. Weet
en geloof, mijn kinderen, dat de overwinning aan Mij behoort en aan mijn kleine
groep strijders. Blijf standvastig in mijn Wil. Neem
bevelen aan van jullie Generaal, onze Moeder, en aarzel niet in je besluit. De overwinning is nabij! Geloof,
hoop, bid, en wees in vrede. Shalom.”
O mijn Heer, ik bid voor de komst van het Koninkrijk van de
Goddelijke Wil en de Triomf van het Onbevlekt Hart. Mama, geef me alstublieft
uw bevelen en maak van mij een gewillige soldaat van Christus. Moge al de
zielen verenigd zijn onder de smetteloze vlag van Jezus. Onze Lieve Vrouw van Guadalupe, bid voor ons! Amen.
Verjaardag…
Lieve vrienden en medereizigers op weg naar het Hemelse
Thuisland,
Filipp 1:2 Genade voor u en vrede vanwege God
onze Vader en de Heer Jezus Christus!
Het is nu 20 jaar geleden deze Advent dat ik voor het eerst
de Heer hoorde spreken in mijn Hart. Het was in de zomer van 1997 – het jaar
dat de H. Paus Johannes Paulus II had toegewijd aan de Tweede Persoon van de
Drie-eenheid, OLHeer Jezus Christus- dat ik bad om een diepere relatie met
Jezus. Gedurende die Advent besliste ik om tijd alleen door te brengen met
Jezus in het Tabernakel. Van de eerste ontmoeting in die Advent, verleende Onze
Heer me de genade door Zijn liefde in mijn hart te storten en tot mij Zijn
woorden van liefde, bemoediging en verbetering te spreken. De ervaringen uit de
eerste periode waren overweldigend. Ik had vele bevestigingen van mijn missie
in die eerste dagen. Met de tijd verdwenen de ‘voelbare’ gevoelens en nu ervaar
ik deze gave door geloof en niet op zicht, om zo te zeggen.
Ik kijk terug over deze 20 jaar van genade met ellendige
nederigheid als ik zie wat Onze Barmhartige Heer heeft verwezenlijkt door deze
onwaardige zondaar. Zoals de H. Paulus kan ik enkel bogen op mijn zwakheid-als
ik niet zoveel te leren had, zou ik niet zoveel te delen hebben! Als ik niet
zoveel fouten en zonden had begaan zou ik deze collectie van liefdevolle
verbeteringen hebben die mij en mijn lezers hebben geleid en ons op het juiste
pad hebben teruggezet. God is
zo goed! Zoals ik dikwijls te horen krijg, Hij schrijft recht op kromme lijnen.
Ik wil dus mijn dankbaarheid aan God uitdrukken in de
Goddelijke Wil, door de Liefdesvlam, voor alles wat Hij voor mij gedaan heeft
en voor al degenen die Hij heeft geholpen door deze kleine missie. Met de mooie
woorden van de H. Paulus aan de Filippenzen bid ik voor mijn medereizigers:
Filipp
1:3-6 Ik dank God
telkens als ik u gedenk, 4altijd, bij al mijn gebeden voor u allen. 5En
ik verricht mijn gebed met blijdschap, omdat gij van de eerste dag tot nu toe
uw deel hebt bijgedragen tot de prediking van het evangelie. 6Ik ben er
zeker van dat Hij die het goede werk in u begonnen is het zal voltooien tegen
de dag van Christus Jezus.
Moge Zijn heilige Wil
aanbeden worden in ons hart en beleefd in ons leven. Moge Zijn Koninkrijk komen
en vlug! Amen.
Nederigheid
is het tegengif tegen de ziektes van de wereld…
Lieve vrienden, dit zijn de dagen om wijs als slangen en
onschuldig als duiven te zijn zoals Onze Heer vertelde aan Zijn discipelen in
Matt 10:16, toen Hij hen zond als schapen temidden van wolven. Ik heb hier een
blog opnieuw gepost over nederigheid als tegengif voor onze tijd, evenals twee
andere van mijn voorgaande boodschappen. Vandaag, feestdag van de Onbevlekte
Ontvangenis, hebben we een perfect model van nederigheid, een verbazingwekkend
voorbeeld van wat kan bereikt worden wanneer iemand volledig in de Goddelijke
Wil is en erdoor geleid wordt, en volledig leeg is van zichzelf. Laat ons leren
van Maria en van deze andere boodschappen over nederigheid en wat God van ons
vraagt in deze verraderlijke tijd. Moge onze Moeder ons allen in haar zorg
opnemen als we met gezegende hoop wachten op de Triomf van haar Onbevlekt Hart
en de komst van het Koninkrijk van de Goddelijke Wil.
2 Petrus 2:1 Toch zijn er onder het volk ook
valse profeten geweest. En zo zullen er onder u valse leraars komen, die
heimelijk verderfelijke ketterijen invoeren. Zij zullen zich niet ontzien tot hun eigen schielijke
ondergang de Heerser te verloochenen die hen heeft vrijgekocht.
“Mijn geliefd kind, dit zijn de dagen om alles te testen. Laat jullie niet bedriegen, maar neem elke gedachte
in Christus gevangen. Houd jullie zuiver en nederig. Haal nut uit de
sacramenten. Lees de H. Schrift en de levens
van de heiligen. Lees heilige boeken in plaats van je ziel bloot te stellen aan
bedrog. Dit zijn dagen waar je moet uitkijken en opletten, mijn kinderen. Breng
jullie tijd wijs door in heilig streven. Geef de duivel geen kans om je te
bewerken. Werk aan je eigen redding door gebed, vasten en ware bekering van het
hart. Als er enige hoogmoed in je is, ruk het uit met de wortel.
Verontwaardiging, woede, eigendunk zijn allen manifestaties van hoogmoed. Laat
de heiligen jullie leiden op het pad van nederigheid- vooral onze zuivere en
nederige Moeder. Vraag haar en ze zal jullie leiden. Kinderen, Ik geef jullie
mijn vrede. Ruil ze niet voor valse vrede. Rust in mij. Ik ben dicht bij
jullie.”
Jezus, we vertrouwen op U en rusten in Uw barmhartig Hart. Allerzuiverste
Moeder, bewaar ons van het bedrog van de boze en laat ons niet in zonde vallen.
Dank U Jezus voor uw genadevolle zorg voor de arme zielen. We houden van U! Amen.
Joh 15: 20-21 Herinnert u wat Ik gezegd heb:
een dienaar staat niet boven zijn heer. Als ze Mij vervolgd hebben, zullen ze
ook u vervolgen. Als ze mijn woord onderhouden hebben, zullen ze ook het uwe
onderhouden. Maar dit alles zullen zij u vanwege mijn Naam aandoen, want Hem
die Mij gezonden heeft, kennen zij niet.
“Geliefd kind, luister goed naar
Mij. Al deze dingen zullen ook gebeuren met jou, want er zijn er velen op deze
aarde die noch Mij noch Mijn Vader erkennen. Deze zullen je vervolgers zijn en
mijn kind, sommigen ervan zijn jullie broeders en zusters in de kerk. Wees niet
in paniek wanneer deze dingen gebeuren, maar bid altijd voor het licht van
Christus om de harten en geesten te verlichten van degenen die je vervolgen
omwille van mijn Naam. Wees altijd bereid om te vergeven, want de vijand van je
ziel, de ware vijand, zou willen je hart vullen met eigendunk en
verontwaardiging. Kijk naar het kruis in deze tijden, mijn kind, en herhaal
mijn woorden met jouw wil, en jouw hart: ‘Vader, vergeef hen, want ze weten
niet wat ze doen.’ Dan zal de Hemelse Vader je gebed verhoren en zal veel goedheid en
genade gewonnen worden voor de zondaars.”
Vader, Zoon en H. Geest, ik heb elke genade nodig die
jullie mij geven om hetgeen komt te weerstaan en verdragen. Ik vertrouw op
jullie eeuwige aanwezigheid, jullie eeuwige liefde en goedheid, en jullie
oneindige macht. Vader, Zoon en H. Geest,
ik vertrouw op U! Amen.
Jesaja 37:30-32 En voor u, Hizkia, zal dit het
teken zijn: dit jaar moet gij nog van de naoogst eten, het volgend jaar van wat
vanzelf is opgekomen; het derde jaar kunt gij zaaien en oogsten, wijngaarden
planten en daar de vruchten van genieten. Wat er gespaard blijft van het
huis van Juda, die rest zal weer wortel schieten naar beneden en vruchten
dragen naar boven. Want uit Jeruzalem komt een rest, van de berg Sion komt
wat gespaard blijft: de ijverzuchtige liefde van Jahwe der legerscharen zal dit
bewerken.
“Kinderen, opnieuw en opnieuw
heb Ik jullie gezegd, niet bang te zijn! Geef jullie over aan Mij.
Leef in mijn Wil. Wees volgzaam,
nederig, klein. Filter jullie gedachten door de zeef van nederigheid. Gebruik
de fijnste zeef om de kleinste onzuiverheid van hoogmoed uit te filteren.
Hoogmoed is wat je moet vrezen. Laat nederigheid je veiligheid zijn. Vraag onze
Moeder om je de manieren van nederigheid te leren. Geen schepsel was nooit zo
perfect nederig, perfect menselijk zoals zij was. Zelfs nu houdt ze niets voor
haarzelf, maar alles wat tot haar komt gaat er terug uit. De gebeden van de gelovigen die versiert ze
met haar verdiensten en biedt ze aan aan haar Zoon. De genaden die op haar
gestrooid worden door de H. Drie-eenheid verandert ze in stromen op allen die
ze ontvangen met een oprecht hart. Let erop mijn kinderen- nederigheid is het
antigif voor de ziekten van de wereld. Overweeg dit, mijn
kinderen. Het is nog nooit zo dringend nodig geweest.”
Hemelse Vader, nederigheid is
een moeilijke discipline en we vechten ertegen. Daarom verleen ons elke genade
die we nodig hebben om te groeien in nederigheid door de onbeperkte genaden die
van onze Moeder komen. Moeder Maria, leer ons! Koningin van Nederigheid, leid
ons! Amen.
verdedig ons met uw
hemelse legermacht.
aan u vertrouwen wij ons toe,
bescherm ons en neem ons
mee naar het Hoogste Goed.
H. Michael, onze hemelse bewaker,
kom ons te hulp en
vertroost ons,
o bewaker van degenen die geloof hebben,
vervul ons met de liefde
van de Vader,
de vrede van de Zoon,
de genade van de Heilige
Geest. Amen.
18 februari 2013 aan Mario te Brindisi
Volgens de wens van mijn zoete Madonna vereer ik de H.
Aartsengel Michael en aanroep hem. Aan hem vertrouw ik mijn missie toe, opdat
hij door zijn engelenmacht verschillende valstrikken vernietigt. Ik heb gezien
hoe ik effectief mijn toevlucht kan nemen tot de meest krachtige aartsengel van
het Koninkrijk der Hemelen. Elke keer dat de duivel probeerde me aan te vallen
was het voldoende om de H. Michael te aanroepen in geloof en onmiddellijk heeft
hij de duivel afgewend. Terwijl ik mij tot hem met vertrouwen wend en hoop dat
hij bemiddelt bij de Allerhoogste, zie ik een ovaal licht verschijnen waar deze
jonge zeer krachtige krijger te voorschijn komt. Hij zegt:
De Eeuwige heeft mij
gezonden om je te beschermen, je heilige missie en geheel het werk van de
Onbevlekte. Vertrouw altijd en alleen op God, win geen advies in van mensen, ga
geen gesprekken aan met mensen die het Evangelie niet aanvaarden. Luister naar
mij. Ik vraag je door de Drie-ene Wil, om ervoor te zorgen dat er een vurige
devotie tot mij, de gezant van de Eeuwige en alle engelenkoren en aartsengelen,
opgewekt wordt. Mijn bescherming zal eeuwig zijn voor alle mensen die zullen
luisteren naar mijn boodschappen van liefde als gezant van de Eeuwige, van alle
engelen en verenigd met de aartsengelen van de Hemel. Mijn bescherming zal
eeuwigdurend zijn voor allen die zullen luisteren naar mijn boodschappen van
liefde.
De Goddelijke
Drie-eenheid heeft de engelen geschapen om de schepping, naties, steden,
families, de Heilige Kerk en elke persoon te beschermen. De taak van de engelen
is om de zielen te beschermen en hen te leiden naar de heiligheid. Spreek over het fundamenteel belang van de devotie tot
mij en de engelenkoren, want in tijden van duisternis zal ik samen met de
engelen al degenen beschermen die er hebben om gebeden. Deze devotie moet
dagelijks samen met de devotie van de heilige Rozenkrans zijn. Onze hulp blijft
ondoeltreffend als we niet met vertrouwen aanroepen worden. Wij, engelen en
aartsengelen zijn zuivere geesten, heilig en schenken veel genade. In elk huis moet er een beeltenis van
mij aanwezig zijn gezegend door een priester."
- zalig zij die voor Vrede werken; zij zullen
gedijen in Mijn Vrede en altijd en eeuwig Mijn Licht uitstralen;
- zalig zij die medelijden hebben; zij zullen
Barmhartigheid ondervinden op de Dag van het Oordeel;
- zalig de edelmoedige zielen die Mijn Kelk
delen; zij zullen erfgenamen van Mijn Verlossing genoemd worden;
- zalig zij die met Mij huwen; dezelfde vreugde
die Ik als Bruidegom voel zullen zij voelen op de dag waarop zij Mij van
aangezicht tot aangezicht ontmoeten;
- zalig jij die geen andere getuigenis hebt
aanvaard dan de Ene en enige Waarheid die Ik, Ikzelf aan je gegeven heb; Ik zeg
je: kom! kom in Mijn Koninkrijk en deel met Mij alles wat Ik heb;
- zalig zij die zich niet onderscheiden onder
Mijn Heilige Naam, maar hun eenheid tonen door hun nederigheid en liefde; zij
zullen Zuilen en Fundament van Gods Heiligdom genoemd worden;
- zalig jullie die niet zien en toch
geloven; verheug je over de Genade die jullie ontvangen hebben van Mijn Vader
en bid voor degenen die deze Genade nog niet ontvangen hebben;
- zalig jullie die aanvaarden te worden
gegeseld, vernederd en met Mij aan het Kruis te worden genageld, en die de
merktekenen van Mijn Lichaam op jullie lichaam dragen; jullie woning in de
Hemel zal worden geopend om jullie te ontvangen en jullie loon zal groot zijn;
- zalig zij die Mijn Naam Heilig houden; als
zij roepen en vragen in Mijn Naam zal Ik luisteren;
- zalig de kleinen die Mij prijzen en
aanbidden; in hen zal Ik grote dingen doen;
- zalig de getrouwen die Mijn Geboden
onderhouden en in de Schriften geen streepje veranderen van wat er geschreven
staat; want hun behoort het Koninkrijk van de Hemel;
- zalig jullie, Mijn lammeren die als wild
worden opgejaagd, vanwege Mij, door vraatzuchtige wolven; omdat Ik jullie maal
zij aan zij met jullie gedeeld heb, Ik zeg jullie, dat al jullie lijden niet
tevergeefs is; de Vader ziet dit alles en houdt rekening met ieders daden; het
zal Sodom en Gomorra niet zo hard vergaan als het hen zal vergaan omdat ze Mijn
Heilige Geest vervolgd hebben; blijf dus waakzaam, want niemand kent de Dag
noch het Uur van Mijn komst; jullie Koning zal spoedig komen; Degene waarop
jullie zo lang hebben gewacht zal spoedig over jullie komen; moed dus,
beminden; inderdaad, de rook van de duivel is Mijn Heiligdom binnengedrongen,
maar welke rook blijft eeuwig? Ik zal, met de Adem van Mijn Heilige Geest, deze
rook verspreiden en wegblazen en geen autoriteit noch enige macht van beneden
zal in staat zijn tussenbeide te komen; Ik kom om Vuur op aarde te brengen en
natie na natie te zuiveren; wees gezegend.
Boodschap
van de Maagd van de Verzoening op vrijdag 5 januari 2018 aan Mario d’Ignazio in
de Gezegende Tuin van de wijk Santa Teresa, Brindisi
De
Madonna is in ons midden neergedaald. Zij was helemaal gekleed in stralend,
schitterend wit. Na het kruisteken te hebben gemaakt, heeft Zij gezegd:
"Geloofd zij Jezus Christus.
Lieve kinderen, Ik verzoek jullie dringend te bidden voor
de ongelovigen, voor degenen die niet openstaan voor de Geest Gods die altijd
werkt.
Ik ben vooral bedroefd over degenen die niet in Jezus, de
Verlosser, geloven en leven zonder gebed en zonder liefde voor het goddelijke
leven.
Ik nodig jullie uit om in Mijn Jezus te geloven en in
jullie harten naar Hem te luisteren want Hij leeft in jullie.
De angst komt niet van God, wees daarom moedig in de strijd
tegen Satan en zijn opstandige engelen.
De hel is wijd geopend en demonen zijn op de aarde om Mijn
ware kinderen te vervolgen."
De
Hemelse Moeder heeft iedereen gezegend met het kruisteken, Zij maakte een
buiging en verdween in Haar paradijselijk licht.
Mario na de verschijning: de Heilige Moeder daalt neer in dit kleine
gebedscenakel om over God te spreken, om ons de komst van het Glorieuze
Koninkrijk van Jezus Christus te verkondigen, om onze harten te vullen met Zijn
vrede, met Zijn barmhartigheid.
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
Kajafas' huis
Kajafas
was getrouwd met een dochter van Annas die eerder hogepriester was geweest
(en tot aan zijn dood nog als zodanig werd aangesproken). Ook vijf van zijn
zwagers hebben dit ambt bekleed. Zowel het Nieuwe Testament als Flavius Josephus suggereren
dat Annas' invloed op Kajafas bijzonder groot was.
Kajafas
onderhield nauwe banden met het Romeinse bestuur, vooral met Pontius
Pilatus, die van 26 tot 36 procurator over Judea was.
Vermoedelijk is het hieraan te danken dat Kajafas niet minder dan achttien jaar
het ambt van hogepriester bezat, voor deze periode een uitzonderlijk lange
tijd. De keerzijde was echter dat toen Pilatus wegens zijn gewelddadige
optreden tegen de Samaritanen in ongenade viel, ook Kajafas' lot was bezegeld:
de Syrische gouverneur Lucius Vitellius onthief hem uit zijn
ambt in hetzelfde jaar dat Pilatus naar Rome werd teruggeroepen.
Kajafas
is vooral bekend geworden omdat hij als hogepriester het Sanhedrin voorzat
tijdens de berechting van Jezus.
Volgens
de Evangeliën werd Jezus rond het jaar 30 in een showproces
veroordeeld. Het Sanhedrin had geen bevoegdheid tot het uitspreken van doodstraffen,
behalve voor tempelschennis, daarom wordt de executie aan de Romeinen
uitbesteed. Sommige leden van het Sanhedrin sympathiseerden echter met Jezus,
namelijk Jozef van Arimathea en Nicodemus.
Kajafas
Jezus wordt voor de hogepriester Kajafas
gebracht
Mijn gemartelde en verlaten Goedheid, terwijl mijn zwakke
natuur slaapt in uw verdrietige Hart, wordt mijn slaap dikwijls onderbroken
door de pijnen van liefde en smart van uw goddelijk Hart. Tussen wake en slaap
hoor ik de slagen die ze u geven, daarom word ik wakker en zeg ik: Mijn arme
Jezus, verlaten door iedereen! Er is
niemand die uw rol opneemt. Maar vanuit uw hart bied ik U mijn leven
aan als ondersteuning, terwijl ze U neerslaan. En ik val weer in slaap; maar
een andere steek van liefde van uw goddelijk Hart maakt mij wakker, en ik ben
verdoofd door de beledigingen die ze U naar uw hoofd slingeren, door het
fluisteren, door het schreeuwen en het geloop van mensen.
Mijn Lieveling, hoe komt het dat ze allemaal tegen U zijn? Wat
hebt U gedaan dat ze U willen verscheuren zoals vele hondsdolle wolven? Ik voel
mijn bloed bevriezen bij het horen van de voorbereidingen van uw vijanden, en
ik beef van angst, denkend aan wat ik moet doen om U te verdedigen.
Maar mijn verdrukte Jezus, die mij in Zijn Hart houdt,
knijpt me steviger vast en zegt tegen mij: Mijn kind, Ik heb niets verkeerds
gedaan, en Ik heb alles gedaan: ik heb de misdaad van liefde begaan, die alle
offers bevat, en die een liefde is van onmetelijke kost. We staan nog steeds
aan het begin; blijf in mijn Hart, observeer alles, heb Mij lief, wees stil en
leer. Laat je ijskoude bloed in mijn aderen stromen om mijn Bloed te verfrissen
dat helemaal in vlammen is. Laat je
rillingen vloeien in mijn ledematen, zodat je vereenzelvigt met Mij, gesterkt
en verwarmd wordt om een deel van mijn pijnen te voelen, en je ook kracht kunt
verkrijgen door Mij zoveel te zien lijden. Dat zal de mooiste verdediging zijn
die je voor Mij kunt doen. Wees Mij trouw en wees aandachtig.
Mijn Zoete Liefde, het rumoer van uw vijanden is zo intens
en zo groot dat ik niet langer kan slapen. Het geduw wordt gewelddadiger. Ik
hoor het lawaai van de kettingen waarmee ze U hebben vastgemaakt, en zo strak
dat het bloed uit uw polsen sijpelt, waar de straten mee bevloeit worden.
Bedenk dat mijn bloed in het Uwe stroomt, en terwijl U het vergiet, kust en
aanbid mijn bloed het uwe en bied het eerherstel. Moge uw Bloed licht zijn voor
allen die U s nachts beledigen en een magneet zijn die alle harten aantrekt
naar U, mijn Liefde en mijn Alles.
Terwijl ze U wegslepen, lijkt de lucht te worden verdoofd
door geschreeuw en gefluit. En U
wordt vóór Kajafas gebracht. U bent vol zachtmoedigheid, nederig; uw
zoetheid en geduld is van die aard dat ze zelfs uw vijanden terroriseren; en
Kajafas, zou U vol woede willen verslinden. Ach, hoe goed kunnen Onschuld en zonde worden
onderscheiden!
Mijn Liefde, U bent vóór Kajafas als de meest schuldige, en
op het punt veroordeeld te worden. Kajafas vraagt de getuigen wat uw misdaden
zijn. Ach, hij had beter gevraagd wat uw liefde is! En sommigen beschuldigen U
van het ene, sommigen van het andere, spreken onzin en spreken zich tegen. Als
ze U beschuldigen, trekken de soldaten die bij U staan aan uw haar en delen
vreselijke klappen uit op uw Allerheiligste Gezicht, die door de hele zaal
weerklinken. Ze slaan U terwijl U
blijft zwijgen en lijden. En als U naar hen kijkt, dealt het licht
van uw ogen in hun harten, en niet in staat het te verdragen, gaan ze weg van
U. Maar anderen nemen hun plaats in, om van U een grotere slachting te maken.
Maar temidden van vele beschuldigingen en vergrijpen, zie
ik U in uw oren spitsen. Uw Hart klopt hevig en staat op het punt te barsten
van de pijn. Vertel me, mijn getroffen Goedheid, wat is er? Ik zie dat uw
liefde zo groot is dat U angstig wacht op wat uw vijanden met U zullen doen, en
U offert het op voor onze redding. In totale kalmte, biedt uw Hart eerherstel
voor laster, haat, valse getuigenissen en voor het kwaad dat gepleegd wordt aan
onschuldigen met voorbedachte rade; en U biedt eerherstel voor degenen die U
beledigen op aansporing van de leiders, en voor de misdaden van de
geestelijken. En terwijl ik verenigd ben met U, uw eerherstel volgend, voel ik
een verandering in U een nieuwe smart, dat ik nog nooit eerder gevoeld heb. Vertel me, vertel me, wat is er? Deel alles met mij, O
Jezus.
Kind, wil je het weten? Ik hoor de stem van Petrus die
zegt dat hij Mij niet kent. Toen zwoer hij, en dan nogmaals, pleegde hij
meineed en vloekte hij dat hij Mij niet kende. O Petrus, wat! Je kent Mij niet? Weet je niet
meer met hoeveel gaven Ik je heb gevuld? Ach, als anderen Mij laten sterven
door pijn, laat jij Mij sterven van verdriet! Ach, wat was het verkeerd om Mij
op een afstand te volgen, en je bloot te stellen aan de gelegenheden!
Petrus
Mijn verloochende Goedheid, hoe vlug kunnen de misdaden van
uw dierbaren worden herkend! O Jezus, ik wil mijn hartslag laten stromen in de
Uwe om de schokkende spasmen die U treffen, te kalmeren. En mijn hartslag in de
Uwe zweert trouw en liefde aan U, en herhaalt en zweert duizenden en duizenden
keren dat ik U ken.
Maar uw liefde is nog niet gekalmeerd, en U probeert naar
Petrus te kijken. Op uw liefdevolle blikken, vol tranen omwille van zijn
ontkenning, is Petrus ontroerd. Hij huilt en vertrekt. Nadat je hem in
veiligheid hebt gebracht, kalmeer je en op deze manier biedt U eerherstel voor
de Pausen en de leiders van de Kerk, vooral voor degenen die zich blootstellen
aan gevaarlijke gelegenheden.
Ondertussen blijven uw vijanden U beschuldigen. Kajafas ziet dat U niet antwoordt op hun
beschuldigingen, en zegt: Ik smeek U, vertel mij, omwille van de levende God,
zeg me bent U werkelijk de ware Zoon van God?
En U, mijn Lieveling, hebt het woord van waarheid altijd op
uw lippen, zegt met een heldere en zachte stem, met opperste Majesteit, zodat
allen getroffen worden en de demonen zich in de afgrond storten, antwoordt: U
zegt het. Ja, Ik ben de ware Zoon
van God, en op een dag zal Ik neerdalen op de wolken van de Hemel om alle
naties te oordelen.
Op uw scheppende
woorden blijven allen stil ze huiveren en voelen zich bang. Maar
Kajafas, die na enkele ogenblikken van angst zich herpakt, zegt vol woede, meer
nog dan een woest dier: Waarom hebben we nog meer getuigen nodig? Hij heeft
reeds een grote godslastering uitgesproken! Waar wachten we nog meer op om Hem
te veroordelen? Hij is al schuldig
aan de dood!
En om zijn woorden kracht bij te zetten, scheurt hij zijn
kleren met zoveel woede dat allen, als één persoon zich op U gooien, mijn
Goedheid. Sommigen slaan U op het hoofd, sommigen trekken aan uw haar, sommigen
spuwen op uw Gezicht, sommigen vertrappen U. Ze geven U zoveel martelingen en
ze zijn zo hevig dat de aarde beeft en de Hemelen worden geschud.
Jezus, mijn Leven en mijn Liefde, terwijl ze U martelen,
wordt mijn arme hart verscheurd door de pijn. O alstublieft, sta met toe uw
smartelijke Hart te verlaten en al deze overtredingen in uw plaats onder ogen
te zien. Ach, als het mogelijk was, zou ik U willen wegrukken uit de handen van
uw vijanden. Maar U wilt het niet, omdat de redding van allen het vereist, en
ik ben gedwongen mij erbij neer te leggen. Maar Mijn zoete Liefde, laat me je
opfrissen, je haar mooi leggen, het spuug verwijderen, uw bloed drogen en mij
in je Hart sluiten, als ik zie dat Kajafas moe is, zich wil terugtrekken en U
overleveren in de handen van de soldaten.
Het Sanhedrin
Daarom zegen ik U; en U, zegen mij en geef me de kus van uw
liefde. En ik sluit mij op in de oven van uw goddelijk Hart om te slapen. Ik
plaats mijn mond op uw Hart, zodat ik U tijdens het ademen kan kussen. Uit de
verschillen van uw hartslagen, meer of min, kan ik voelen of U lijdt of rust. Daarom
maak ik vleugels van mijn armen om U beschut te houden. Ik omhels U en klamp me
stevig vast aan uw Hart. Zo val
ik in slaap.
Overweging Jezus
wordt vóór Kajafas gebracht en wordt ten onrechte beschuldigd en onderworpen
aan wrede martelingen. Hij wordt ondervraagd en zegt altijd de waarheid.
En wij wanneer de Heer
toestaat dat we gelasterd en ten onrechte beschuldigd worden, kijken we dan
enkel naar God, die onze onschuld kent; of vragen we liever respect en eer van
de schepselen? Komt de waarheid altijd op onze lippen? Zijn we wars van elke
truc en leugen? Verdragen we geduldig spotternijen en verwarringen die
schepselen ons geven? Zijn we klaar om ons leven te geven voor hun redding?
O mijn lieve Jezus, hoe anders
ben ik dan U! Alstublieft, laat mijn lippen altijd de waarheid spreken om
zo het hart van degenen die naar mij luisteren, te verwonden en iedereen naar U
te leiden!
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U uit.
Amen.
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
Annas (ook wel Ananus), zoon
van Seth, was een joodse hogepriester van 6 n.Chr. tot 15 n.Chr..
Ook daarna bleef hij een invloedrijk persoon. Annas werd in 6 n.Chr. benoemd
tot hogepriester door de Romeinse legaat Publius Sulpicius
Quirinius meteen nadat Herodes Archelaüs was afgezet en Judea onder
direct Romeins bestuur kwam. Annas heeft het ambt van hogepriester tien jaar
vervuld totdat hij in 15 n.Chr. uit zijn ambt ontheven werd door Valerius
Gratus.
Annas
was de eerste van zijn familie die als hogepriester benoemd werd. Het huis van Annas of huis van Ananus (zoals zijn
familie genoemd werd), verwijst dan ook naar hem. In de eerste eeuw na Chr. was
het huis van Annas een van de belangrijkste families in de Jeruzalemse
aristocratie. Na Annas dienden meerdere van zijn familieleden als hogepriester:
Elezar ben Ananus (1617)
Josef Kajafas (1836)
Jonathan ben Ananus (3637)
Theophilus
ben Ananus (3741)
Matthias ben Ananus (43)
Ananus ben Ananus (63)
Al
deze hogepriesters waren volgens Flavius Josephus Annas' eigen zonen,
behalve Josef Kajafas, die getrouwd was met een dochter van Annas. Ook in
het Nieuwe Testament wordt Kajafas als schoonzoon van Annas genoemd
(Joh 18:13).
Volgens
de Thora was het ambt van hogepriester een benoeming voor het leven
(Num 3:10). Annas werd daarom ook nadat hij uit zijn ambt ontheven was nog
aangesproken als hogepriester, net als Kajafas (Luc 3:2). Volgende het Evangelie
volgens Johannes werd Jezus eerst kort door Annas ondervraagd alvorens
naar Kajafas gestuurd te worden, alwaar enkelen van het Sanhedrin aanwezig
waren. Daar vond de eerste rechtszaak tegen Jezus plaats (Mat 26:57-68).
Jezus wordt voor de hogepriester Annas gebracht
Jezus, wees altijd bij
mij. Lieve Mama, laten we Jezus samen volgen. Mijn Jezus, goddelijke
Wacht, die over mij waakt in uw Hart, en niet alleen wil blijven zonder mij. U
maakt mij wakker en laat me aanwezig zijn met U in het huis van Annas.
U bent nu op het moment waarop Annas U ondervraagt over uw
leerstellingen en uw leerlingen. En U, O Jezus, om de glorie van de Vader te
verdedigen, opent uw allerheiligste mond en antwoord met een heldere en
waardige stem: Ik heb in het openbaar gesproken, en al degenen die hier
aanwezig zijn, hebben Mij gehoord.
Bij uw waardig accent, trillen allen, maar hun
trouweloosheid is van die aard dat een dienaar, die Annas wil vleien, naar U
toekomt en U een felle klap in het gezicht geeft. Het is zo gewelddadig dat het
U doet wankelen en uw heiligste Gezicht verwond.
Nu begrijp ik, mijn lieve Leven, waarom U me wakker maakte.
U had gelijk; wie zou U op dit moment steunen, zoals U op het punt staat te
vallen? Uw vijanden barstten in satanisch gelach uit, fluitend en
applaudisserend over een daad die zo onrechtvaardig was. En U, onthutst, hebt
niemand om op te leunen. Mijn Jezus, ik omhels U; meer nog, ik wil een muur
vormen met mijn wezen en ik bied U mijn wang met moed, klaar om alle lijden te
verdragen uit liefde voor U. Ik heb medelijden met U voor deze
verontwaardiging, en samen met U bied ik eerherstel voor al degenen die uit
angst, de waarheid niet durven spreken, voor het gebrek aan respect vanwege de
priesters en voor het gemompel.
Maar mijn verdrukte Jezus, ik zie dat Annas U naar Kajafas
stuurt. Uw vijanden gooien U de trap af, en U, mijn Liefde, biedt in deze
pijnlijke val eerherstel voor degenen die s nachts in zonde vallen onder de
gunst van de duisternis, en U roept de ketters en de ongelovigen naar het licht
van het Geloof.
Ook ik wil U volgen in dit eerherstel, en op de weg naar
Kajafas, zend ik U mijn zuchten om U te beschermen tegen uw vijanden. Terwijl
ik slaap, blijft U mijn wachter, en maakt me wakker wanneer U het nodig vindt. Geef me uw kus en uw zegen, en ik kus uw Hart, en
daarin blijf ik slapen.
Het huis van Annas, Jezus werd waarschijnlijk in een vertrek op de buitenplaats (courtyard) ondervraagd.
Overweging
Jezus wordt vóór de hogepriester Annas gebracht, en door
hem ondervraagd over Zijn leerstellingen en over Zijn leerlingen. Hij antwoordt
over Zijn leer om de Vader te verheerlijken, maar Hij spreekt niet over Zijn
leerlingen, omdat Hij niet in liefde wil falen. En wij zijn wij onverschrokken
en moedig als het gaat om het verheerlijken van de Heer, of laten wij ons overhalen
door het menselijk respect? We moeten altijd de waarheid spreken, zelfs voor
vooraanstaande mensen. Zoeken we in ons spreken altijd naar Gods glorie? Verdragen
we alles met geduld zoals Jezus, om de glorie van God te vermeerderen? Vermijden
we altijd kwaad te spreken over onze naaste, en excuseren we hem als we horen
dat anderen hem in de steek laten? Jezus waakt over ons hart. Bewaken wij het
Hart van Jezus, zodat Hij geen aanstoot krijgt die niet door ons is hersteld? Waken
we over onszelf in alles, zodat elk van onze gedachten, blikken, woorden,
genegenheden, hartslagen, en verlangens schildwachten zijn rondom Jezus, wakend
over Zijn Hart en eerherstel biedend voor alle overtredingen? Om dit te
doen, bidden we tot Jezus om over elk van onze daden te waken, en ons te helpen
waken over onze harten. Elke daad die we in God stellen is een goddelijk leven
dat we in ons nemen. En omdat we heel beperkt zijn, terwijl God immense is,
kunnen we God niet insluiten in onze eenvoudige daden. Laten we ze daarom
zoveel mogelijk vermenigvuldigen om tenminste ons vermogen tot begrip en liefde
te vergroten. Zijn we klaar om te antwoorden wanneer onze Jezus ons roept? De
roep van God kan op vele manieren gehoord worden: bijvoorbeeld door
inspiraties, door het lezen van goede boeken. Het kan zich zelfs tastbaar maken
met de aantrekkingskracht van genade.
Mijn lieve Jezus, moge uw stem
altijd in mijn hart weerklinken; moge alles wat mij van binnen en van buiten
omringt, de voortdurende stem zijn die me roept om altijd van U te houden; en
moge de harmonie van uw goddelijke stem me verhinderen om elke andere
afleidende menselijke stem te horen.
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U uit.
Amen.
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
De
weg die Jezus tot nu toe heeft afgelegd : van het cenakel (upper room)
door de Kidron vallei naar de tuin van Gethsemane, en dan door de Kidron
vallei naar de Berg Zion naar het Huis van Annas.
Jezus wordt van de rand van een brug gegooid en
valt in de Kidron rivier
Mijn lieve Goedheid, mijn arme geest volgt U tussen wake en
slaap. Hoe kan ik mijzelf ten prooi laten worden aan slaap, als ik zie dat
iedereen U verlaat en van U wegloopt? De Apostelen en de vurige Petrus die een
tijdje geleden zei dat hij zijn leven voor U wilde geven; de geliefde leerling
die U, met zoveel liefde op uw Hart liet rusten.Ach, ze verlaten U allemaal en laten U over
aan de genade van uw wrede vijanden!
Mijn Jezus, U bent alleen! Uw zuiverste ogen kijken rond om
te zien of tenminste één van degenen die door U begunstigd zijn, U volgt om
Zijn liefde aan U te bewijzen en U te verdedigen. En als U ziet dat niemand, niemand U trouw is
gebleven, wordt uw Hart overweldigd, en U barst uit in tranen. U
voelt meer pijn door de verlatenheid van Uw meest getrouwen, dan voor wat de
vijanden met U doen. Mijn Jezus, ween niet; of liever, laat me samen met U huilen.
En de liefdevolle Jezus lijkt te zeggen: Ach kind, laat ons samen wenen over
het lot van zoveel zielen die toegewijd zijn aan Mij, die gedurende kleine
beproevingen, bij gebeurtenissen in het leven, niet langer voor Mij zorgen en
Mij verlaten. Vele anderen zijn bang
of laf en laten uit gebrek aan moed en vertrouwen Mij in de steek. Want velen
die geen eigen voordeel vinden in heilige zaken geven niet om Mij. Vele
priesters die prediken, die missen opdragen, die biecht horen doen dit uit
zelfverheerlijking. Deze laten zien dat ze bij Mij zijn, maar Ik blijf nog
altijd alleen! Ach kind, hoe moeilijk is deze overgave voor Mij! Niet alleen
huilen mijn ogen, ook mijn Hart bloedt! O alsjeblieft, ik smeek je om eerherstel
te bieden voor mijn bittere pijn door te beloven dat je Mij niet alleen laat.
Op deze foto ziet u de Kerk van alle
Naties, of ook wel de Basiliek van de doodsangst genoemd. Deze Kerk
staat op de plaats waar Jezus Zich op de rots in de tuin van Gethsemane
bevond. Op de voorgrond bevindt zich de Kidron vallei.
Ja, O mijn Jezus, ik beloof dat ik geholpen door uw genade,
mij zal vereenzelvigen met uw goddelijke Wil. Maar, O Jezus, terwijl U weent over
het verlaten van uw geliefden, sparen de vijanden geen geweld die zij U kunnen
aandoen. Vastgegrepen en vastgebonden, O mijn Goedheid, tot het punt dat U
zelfs geen stap kunt zetten, vertrappen ze U, slepen ze U langs wegen vol
stenen en doornen zodat U tegen de rotsen wordt geslagen en gewond wordt door
de doornen. Ach, mijn Jezus, ik zie dat terwijl ze U voort sleuren, U uw
kostbaar bloed verliest en uw gouden haar dat ze uittrekken! Mijn Leven en mijn
Alles, sta me toe het te verzamelen, zodat ik al de stappen van de schepselen
kan verbinden, die U zelfs s nachts niet sparen. Ze beledigen U s nachts zelfs
meer in samenkomsten, in plezier, in theatervoorstellingen, in het plegen van
heiligschennende diefstallen! Mijn Jezus, ik verenig mij met U om eerherstel te
bieden voor al deze beledigingen en overtredingen.
Maar, O mijn Jezus, we zijn nu bij de Kidron rivier en de
valserikken bereiden zich voor om U erin te gooien. Ze laten U met zoveel
geweld tegen een rots stoten die daar ligt, dat het kostbare Bloed uit uw mond
loopt, en de rots rood kleurt! Daarna trekken ze U verder en werpen U in
het vervuilde water, zodanig dat het in uw oren, uw mond en uw neus komt. O,
onbereikbare Liefde, U blijft in het water liggen en wordt omgeven door het
vervuilde, misselijkmakende koude water. Op deze manier vertegenwoordigt U
levendig de hartverscheurende staat van de schepselen wanneer ze zondigen! O,
wat blijven ze van binnen en van buiten bedekt door een mantel van vuil, dat
voor de Hemel walgelijk is en voor allen die het kunnen zien, daarom roepen ze
bliksemschichten van Goddelijke Gerechtheid over zich! O, Leven van mijn leven,
kan er ooit een grotere Liefde zijn? Om deze mantel van vuil van ons te
verwijderen, staat U uw vijanden toe U in deze rivier te gooien en U lijdt alles
om eerherstel te bieden voor de heiligschennissen en de koelheid waarmee de
zielen U ontvangen. Ze dwingen U ertoe om in hun hart binnen te gaan en U al
hun misselijkheid te laten voelen, meer nog dan de rivier! U staat ook toe dat
dit water diep in uw ingewanden doordringt; zozeer zelfs dat de vijanden, die
vrezen dat U zou verdrinken, om U voor grotere pijnen te sparen, U optillen.
Maar U ziet er zo walgelijk uit dat ze zich misselijk voelen om U aan te raken.
Dit is nog steeds de Kidron vallei waar zich de graftomben bevinden van Absalom, Josafat, Zacharias en Jacobus. In de verte, linksboven, ziet u de Olijfberg.
Mijn tedere Jezus, U bent nu uit de rivier. Mijn hart kan
het niet verdragen om U zo doorweekt te zien door dit vuile water. Ik zie U
rillen van top tot teen vanwege de kou. U kijkt rond, zoekt met uw ogen, om
iemand te vinden die U kan laten drogen, U kan reinigen en U kan verwarmen. Maar
tevergeefs, niemand is bewogen door medelijden: de vijanden bespotten U; uw
getrouwen hebben U verlaten; uw lieve Mama is ver weg, omdat de Vader het zo
beschikt!
Hier ben ik, O Jezus kom in mijn armen. Ik wil zoveel wenen
als om een bad te vormen waarin U zich kunt wassen, reinigen en met mijn handen
uw haar dat verward is goed te leggen. Mijn Liefste, ik wil U in mijn hart
sluiten om U te verwarmen met de warmte van mijn genegenheid; ik wil U
parfumeren met mijn heilige verlangens; ik wil U eerherstel bieden voor al deze
beledigingen en overtredingen en mijn leven bij het Uwe aanbieden om alle
zielen te redden. Ik wil U mijn hart aanbieden als een rustplaats, om U op de
een of andere manier te kunnen verlossen van de pijn die U tot nu toe hebt
geleden; en dan zullen we samen de weg van uw Lijden verder zetten.
Overweging
In dit uur gaf Jezus Zich over aan de genade van Zijn vijanden, die het
punt bereikten Hem in de Kidron rivier te gooien. Maar de Mensheid van Jezus
bekeek hen allen met liefde, en verdroeg alles uit liefde voor hen.
En wij geven wij onszelf over
aan de genade van de Wil van God?
Ten tijde van Jezus was het Kidron dal de afscheiding van de stadmuur en de Olijfberg. Helemaal onderaan zie je een van de bruggetjes over de Kidron rivier die het meeste van het jaar uitgedroogd was, behalve in het winterseizoen na de hevige regenval.
Zijn we in onze zwakheden en valpartijen klaar om opnieuw recht
te staan om ons in de armen van Jezus te werpen? De gepijnigde Jezus werd in de
Kidron rivier gegooid, en Hij verstikte bijna en was misselijk. En wij
verafschuwen zij elke smet en de schaduw van de zonde? Zijn we klaar om Jezus
te laten schuilen in ons hart, om Hem niet de misselijkheid te laten voelen die
andere zielen Hem geven door te zondigen, en de misselijkheid te compenseren
die we Hem zelf zo dikwijls hebben gegeven?
Mijn gemartelde Jezus, spaar me
nergens in, en laat me het voorwerp zijn van uw goddelijke en liefdevolle
doeleinden!
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U uit.
Amen.
8ste uur : van middernacht tot 1 uur
op goede vrijdag
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
Jezus wordt
gearresteerd
O mijn Jezus, het is reeds middernacht. U voelt dat uw
vijanden naderen; U droogt uw bloed, en versterkt door de ontvangen troost,
gaat U weer naar uw leerlingen. U roept hen, U waarschuwt hen, en U neemt hen
mee. U gaat uw vijanden
tegemoet. Met uw snelheid wil U mijn traagheid en luiheid in het werken en
lijden uit liefde voor u herstellen.
Maar, O lieve Jezus, mijn Goedheid, wat zie ik een
ontroerende scène! U ontmoet eerst de verraderlijke Judas, die naar U komt en
zijn armen om uw nek gooit, U begroet en U kust. En U, hartstochtelijke Liefde,
minacht niet om die helse lippen te kussen. U omhelst hem en drukt hem tegen uw
hart. U wil hem uit de Hel rukken en hem tekenen van nieuwe liefde geven. Mijn
Jezus, hoe is het mogelijk om U niet van U te houden? De tederheid van uw
liefde is zodanig dat het elk hart zou grijpen om van U te houden; maar toch
houden ze niet van U! En U, O mijn Jezus, in het dragen van deze kus van Judas,
biedt u eerherstel voor het verraad, de voorwendsels, het bedrog onder het
aspect van vriendschap en heiligheid, vooral dan van priesters. Uw kus toont
dat U aan geen enkele zondaar, op voorwaarde dat hij zich vernederd voor U,
vergeving weigeren.
Mijn zachtste Jezus, U geeft U nu in de handen van de
vijanden en geeft hen de kracht om U te laten lijden wat ze willen. Ook ik, O
mijn Jezus, geef mij in uw handen, dat U vrijelijk moge doen met mij wat U wil;
en samen met U wil ik uw Wil en uw eerherstel volgen en uw pijnen lijden. Ik wil altijd bij U zijn, dat er geen belediging is
waar ik geen eerherstel voor aanbiedt. Geen bitterheid dat ik niet verzacht. Geen
gespuug of slagen die niet worden gevolgd door een kus en streling van mij. Als
U valt zal U lijden, maar mijn handen zullen altijd bereid zijn om U te helpen
op te staan. Ik wil altijd bij U zijn, O mijn Jezus. Ik wil U niet alleen
laten, zelfs niet voor een minuut. En om zeker te zijn, breng mij in Uzelf en
ik zal in uw gedachten, in uw blik, in uw Hart en helemaal in U zijn, zodat wat
U ook doet, ik ook kan doen. Op deze manier zal ik U trouw gezelschap kunnen
houden, en niets van uw pijn zal aan mij ontsnappen, om U mijn liefde te kunnen
geven voor alles dat U gegeven hebt.
Mijn lieve Goedheid, ik zal aan uw zijde staan om U te
verdedigen, om Uw leringen te leren, om één per één, al uw woorden te tellen.
Ach, hoe zoet daalt het woord waarmee U Judas aanspreekt, neer in mijn hart: Vriend,
waarom ben je gekomen? En ik voel dat U mij ook toespreekt met hetzelfde woord
maar U noemt mij niet vriend, maar bij de zoete naam van kind: Kind, waarom
ben je gekomen? En ik antwoord: Jezus,
om U lief te hebben. Waarom ben je gekomen?, herhaal je tot mij
wanneer ik s morgens wakker word. Waarom ben je gekomen?, als ik bid Waarom
ben je gekomen?, herhaalt U tot mij in de H. Hostie, als ik kom om U in mijn
hart te ontvangen.
Wat een mooie oproep voor mij en voor iedereen! Maar
hoeveel zielen antwoorden: Ik kom om U te beledigen! op uw oproep. Anderen,
die doen alsof ze U niet horen, geven zich over aan allerlei soorten zonden, en
beantwoorden uw Waarom bent je gekomen met door naar de Hel te gaan! Wat een
medelijden voel ik voor U, O mijn Jezus! Ik zou graag de touwen willen nemen
waarmee uw vijanden U willen vastbinden en U dit verdriet besparen.
Maar nogmaals, als U naar uw vijanden gaat, hoor ik uw
tederste stem die zegt: Wie zoeken jullie? En zij antwoorden: Jezus, de Nazarener. En U
zegt: Ik ben het. Met alleen dit woord zegt U alles en U laat Uzelf bekend
staan voor wie U bent. Het is zo doordringend, dat de vijanden beven en op de
grond vallen, alsof ze dood zijn. En U, Liefde die geen gelijke heeft, herhaalt
opnieuw: Ik ben het. U roept hen terug tot leven en U geeft Uzelf over,
op uw eentje, in de macht van de vijanden. Vals en ondankbaar, grijpen ze U, leggen
ze hun handen op U en binden U vast met touwen en kettingen, in plaats van aan
Uw voeten te vallen, trillend en nederig om te vragen om uw vergeving. Ze maken
gebruik van uw goedheid en minachten uw genaden en mirakels. Ze werpen U op de
grond, ze vertrappen U en ze trekken aan uw haar. En U, met een ongehoord
geduld, zwijgt, lijdt en biedt eerherstel voor de beledigingen van degenen die
ondanks mirakels zich niet overgeven aan uw Genade en worden steeds koppiger.
Met touwen en ketenen, dringt de genade van de Vader door
om de ketenen van onze zonden te breken, en bind je met de zoete ketenen van
liefde. En liefdevol corrigeer je Petrus, die U wil verdedigen tot het punt dat
hij het oor afsnijd van Malchus. Hiermee bent U van plan om eerherstel te
bieden voor de goede werken, die niet worden gedaan met heilige voorzichtigheid
of die in zonde vallen omwille van overmatige ijver.
Mijn meest geduldige Jezus, het lijkt dat deze touwen en
kettingen U iets mooiers bieden aan uw goddelijke Persoon: uw voorhoofd wordt
majestueuzer, zozeer zelfs dat het de aandacht trekt van uw vijanden, uw ogen
schijnen met meer licht. Uw Goddelijk Gezicht neemt een allerhoogste vrede en
zoetheid aan, om je beulen te ontwapenen. Met uw weinige zoete en indringende
accenten, laat U ze beven; zozeer zelfs dat als zij U durven beledigen het is
omdat U hen dat toelaat.
O geketende en gebonden Liefde, kunt u uzelf ooit toestaan
om gebonden te worden voor mij, de weergave van uw liefde groter maakt, terwijl
ik, uw kleine kind, zonder kettingen blijft? Nee nee; bind me liever met uw allerheiligste handen,
met uw eigen touwen en kettingen.
Daarom bid ik U,
terwijl ik uw goddelijk voorhoofd kus, om al mijn gedachten, mijn ogen, mijn
oren, mijn tong, mijn hart, mijn genegenheden en mij helemaal te binden; en
bind samen met mij alle schepselen zodat zij door de lieflijkheden van uw
liefhebbende ketenen te voelen, U nooit meer zullen durven beledigen.
Mijn lieve Godheid, het is nu één uur. Mijn gedachten
beginnen in te dommelen, Ik zal mijn best doen om wakker te blijven, maar als
de slaap mij verrast, laat ik mezelf in U, om te volgen wat U ook doet. Meer
nog, U zult het voor mij doen. In U verlaat ik mijn gedachten om U te
verdedigen tegen uw vijanden, mijn ademhaling als gevolg en gezelschap; mijn
hartslag om U voortdurend te zeggen dat ik van U hou en dat ik eerherstel bied
voor de liefde die anderen U niet geven; de druppels van mijn bloed om U
eerherstel te bieden en U de eer en achting terug te geven die ze van U wegnemen
met beledigingen, spuug en slagen. Mijn Jezus, zegen me en laat me slapen in uw
aanbiddelijk Hart; en vanuit uw hartslagen, versneld door liefde of door smart,
zal ik dikwijls wakker worden, om blijvend uw gezelschap te houden. Laten we deze overeenkomst sluiten, O Jezus!
Overweging
Jezus gaf Zich onmiddellijk in de handen van de vijanden en
zag de Wil van de Vader in Zijn vijanden.
In de misleidingen, in het
verraad van de schepselen, zijn we klaar om te vergeven zoals Jezus vergaf? Nemen
we alle kwaad dat we van de schepselen aan als uit de handen van God? Zijn we
klaar om alle ste doen wat Jezus van ons verlangt? Kunnen we in de kruisen, in
de inspanningen zeggen dat ons geduld dat van Jezus imiteert?
Mijn geketende Jezus, moge uw ketenen mijn hart binden en stilhouden,
om het gereed te maken om alles te lijden wat U wilt.
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U uit.
Amen.
7de uur : van 23 uur tot middernacht
op witte donderdag
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
Derde uur van de doodsstrijd in de Tuin van
Gethsemane
Mijn lieve Goedheid,
mijn hart kan het niet langer verdragen. Ik kijk naar U en ik zie dat U
in diepe bedroefdheid blijft. Het bloed gutst in stromen van heel uw lichaam en
met zon overvloed dat U niet in staat bent te blijven staan. U bent in een plas gevallen. O mijn
Lieveling, mijn hart breekt door U zo zwak en uitgeput te zien. Uw aanbiddelijk
Gezicht en uw scheppende handen leunen op de grond en zijn besmeurd met bloed. Het
lijkt dat U wil antwoorden op de rivieren van ongerechtigheden van de
schepselen met rivieren van bloed, zodat deze zonden erin worden opgelost, en
daarmee kunt u aan iedereen de daad van uw vergeving schenken. Maar
alstublieft, O mijn Jezus, sta op; wat U lijdt is te veel. Laat het genoeg zijn voor uw Liefde!
En terwijl mijn beminnelijke Jezus lijkt te sterven in Zijn
eigen Bloed, geeft Liefde Hem een nieuw leven. Ik zie Hem moeizaam bewegen. Hij
staat recht, en doorweekt als Hij is met bloed en modder, lijkt Hij te willen
lopen, maar zonder kracht te hebben, kan Hij zich nauwelijks voortslepen. Mijn Zoet
Leven, laat me U in mijn armen dragen. Gaat U misschien naar uw lieve leerlingen? Maar
wat doet het U verdriet in uw aanbiddelijk Hart om ze terug in slaap te vinden!
En U roept hen met een trillende en zwakke stem: Mijn
zonen, slaap niet! Het uur is nabij. Zie je niet hoe ik Mijzelf heb vernederd? O alsjeblieft, help Mij, verlaat Mij niet in deze laatste
uren!
En bijna wankelend, staat U op het punt te vallen in hun
nabijheid, terwijl Johannes zijn armen uitsteekt om U te ondersteunen. U bent
zo onherkenbaar, dat als het niet was door de tederheid en zoetheid van uw
stem, ze U niet zouden herkend hebben. Dan raad je hen aan te waken en te
bidden, en keert U terug naar de Tuin, maar met een tweede steek in uw Hart. In
deze steek zie ik, mijn Goedheid, alle zonden van de zielen die, ondanks de
gunsten, geschenken, kussen en strelingen in de nachten van beproeving, uw
liefde en uw geschenken vergeten zijn en door hun slaperigheid de geest van
voortdurend gebed en waakzaamheid verloren zijn.
Mijn Jezus, het is toch waar dat nadat men U heeft gezien,
na uw gaven te hebben genoten, wanneer men ervan beroofd is, het grote kracht
vergt om vol te houden. Alleen
een wonder kan deze zielen toelaten om de beproeving te doorstaan.
Daarom troost ik U voor deze zielen, wiens nalatigheden,
wispelturigheid en overtredingen het bitterst zijn voor uw Hart. Ik bid dat als
zij één enkele stap nemen die U enigszins zou mishagen, U hen met zoveel Genade
zult omringen om ze te stoppen, zodat ze de geest van voortdurend gebed niet
verliezen!
Mijn lieve Jezus, als U terugkeert naar de Tuin, lijkt het
dat U niet meer kunt. U heft uw gezicht, gedrenkt in Bloed en aarde, naar de
Hemel, en U herhaalt voor de derde keer: Vader, als het mogelijk is, laat deze
kerk dan van Mij wijken. Heilige
Vader, help Mij! Ik heb troost nodig! Het is waar dat omwille van de zonden die
op Mij wegen, Ik misselijk ben, een
walging voel. Ik ben de minste
onder de mensen, voor uw oneindige Majesteit; uw Gerechtigheid is boos op Mij,
maar kijk naar Mij, O Vader, Ik ben altijd uw Zoon, die een eenheid met U
vormt. O, alstublieft, help medelijden, O Vader! Laat Mij niet zonder troost
achter!
Dan, O mijn lieve Goedheid, lijk ik te horen dat U uw lieve
Mama te hulp roept: Lieve Mama, houd Me in je armen, zoals Je deed toen I keen
kin was! Geef Mij die moedermelk, om Mij te versterken en om de bitterheid van
mijn lijden te verzachten. Geef
Me je Hart, dat al Mijn genoegen vormde. Mijn Mama, Magdalena, lieve
Apostelen, jullie allen die Mij beminnen, help Me, troost Me! Laat Mij niet
alleen in deze laatste momenten; verzamel allen rond Mij zoals een kroon; geef
Mij de troost van jullie gezelschap, van jullie liefde!
Jezus, mijn Lieveling, wie kan U weerstaan als ze U zien in
deze extreme omstandigheden? Welk hart zou ooit zo moeilijk zijn om niet te
breken in het zien dat U zo in Bloed verdronk? Wie zou geen bittere tranen in
stromen storten, wanneer hij uw treurige accenten hoort, op zoek naar hulp en
troost?
Mijn Jezus, wees
getroost, ik zie nu dat de Vader U een Engel zendt als troost en hulp, opdat U
deze staat van lijden mag verlaten en U zin de handen van de Joden kan
overleveren. En terwijl U bij de Engel bent, zal ik in de Hemel en aarde rond
gaan. U zal me toestaan om dit Bloed te nemen dat U hebt vergoten, zodat ik het
aan alle mensen kan geven, als belofte van redding voor iedereen. Het
zal U troost bieden en in ruil daarvoor, hun genegenheid, hartslagen,
gedachten, stappen en werken brengen.
Mijn Hemelse Moeder, ik kom naar U om naar alle zielen te
kunnen gaan, om hun het bloed van Jezus te geven. Lieve Moeder, Jezus wil
troost, en de grootste troost die we Hem kunnen geven, is door Hem zielen te
brengen.
Magdalena, vergezel ons! U allen, Engelen, kom en zie hoe
Jezus is vernederd! Hij wil troost van iedereen, en Hij is zodanig uitgeput dat
Hij niemand weigert.
Mijn Jezus, terwijl U de kelk vol intense bitterheid
drinkt, die de Hemelse Vader U heeft gezonden, hoor ik U zuchten, kreunen, meer
rillen en met een verstikte stem zeggen: Zielen, zielen, kom, verlicht Mij! Neem
een plaats in mijn Mensheid; Ik wil jullie, Ik verlang naar jullie! O
alsjeblieft, wees niet doof voor Mijn stem; laat mijn vurige verlangens, mijn
Bloed, mijn Liefde, mijn pijn niet tevergeefs zijn! Kom, zielen, kom!
Zinneloze Jezus, elk
van uw gekreun en zuchten is een wond in mijn hart, dat me geen vrede geeft! Daarom
maak ik uw Bloed, uw Wil, uw vurige ijver, uw liefde de mijne, en ga ik in de
Hemel en aarde. Ik wil door alle zielen gaan, om hen uw Bloed te geven als een
belofte voor hun redding, en breng ze naar U, om uw rusteloosheid, uw
zinneloosheid, en de bitterheid van uw doodsstrijd te verzachten. En terwijl ik
dit doe, Jezus, vergezel me met uw blik.
Mijn Mama, ik kom naar
U, omdat Jezus zielen wil. Hij wilt troost, Geef mij daarom uw
moederlijke hand, en laat ons samen rondtrekken over de hele wereld, zoekend
naar zielen. Laten we in Zijn Bloed de genegenheden, de verlangens, de
gedachten, de werken, de stappen van alle schepselen insluiten, en laten we de
vlammen van Zijn Hart in hun zielen werpen, zodat zij zich kunnen overgeven, en
dus, ingesloten zijn in Zijn Bloed en getransformeerd in Zijn vlammen. We
zullen ze bij Jezus brengen, om Zijn bitterste pijn te verzachten.
Mijn Engelbewaarder gaat ons voor; ga heen en zorg dat de
zielen dit Bloed ontvangen, zodat geen één druppel achterblijft zonder zijn
overvloedig effect. Mijn Mama, schiet
op, laat ons rondgaan! Ik zie de blik van Jezus die ons volgt; ik hoor Zijn
herhaalde snikken, en Hij wil onze taak versnellen.
En hier zijn we, Mama, bij de eerste stappen reeds bij de
deur van de huizen waar de zieken liggen. Hoeveel ledematen met pijn; hoeveel
die in de wreedheid van de spasmen god lasteren en proberen hun leven te
benemen. Anderen worden door allen in de steek gelaten en hebben niemand die
hen een woord van troost biedt of de nodige hulpmiddelen, en zo zweren en
wanhopen ze nog meer. Ach, Mama, ik hoor de snikken van Jezus, die toekijkt,
beledigingen ontvangt voor de liefde die Hij zendt om de zielen te laten lijden
om ze op Hem te laten lijken. O alstublieft, laat ons hen Zijn Bloed geven,
opdat het hen de noodzakelijke hulpmiddelen kan toedienen en met het licht van
Zijn Bloed ze het goede kunnen begrijpen dat in het lijden ligt en de
gelijkenis met Jezus die ze verkrijgen. En U, mijn Mama, sta hen bij en raak
hun lijdende ledematen aan met uw moederlijke handen als een toegewijde moeder
om hun pijn te verzachten. Neem hen in uw armen, en stort van uw Hart stromen
genade over al hun pijn. Houd
gezelschap bij de verlatenen; troost de getroffenen. Degenen
die de noodzakelijke middelen missen, beschikken over genereuze zielen om hen
te helpen. Doordring degenen die wrede spasmen te lijden krijgen, met rust en
respijt, zodat ze verlicht zijn en met meer geduld hetgeen verdragen wat Jezus
voor hen beschikt.
Laten we verder de ronde doen, en laten we de vertrekken
van de stervenden binnen gaan. Mijn Mama, wat een verschrikking! Hoeveel zielen
die op het punt staan in de Hel te vallen! Hoeveel zielen die na een leven van
zonde, de laatste smart aan dat Hart geven, dat herhaaldelijk doorboord, door
hun laatste zucht te koelen met een daad van wanhoop. Er bevinden zich vele
demonen rond hen, die in hun hart angst aanjagen voor het goddelijk oordeel, en
daarom een laatste strijd voeren om hen naar de Hel te leiden. Ze zouden de
helse vlammen willen ontketenen om deze zielen erin te hullen en hoop in de
kiem te smoren. Anderen zijn verstrikt in de banden van deze wereld en kunnen
niet berusten om de laatste stap te zetten. Alstublieft, O Mama, deze momenten
zijn extreem, ze hebben veel hulp nodig. Ziet U niet hoe ze beven, hoe ze
kronkelen temidden van pijnkrampen, hoe ze vragen om hulp en om medelijden? De aarde is voor hen reeds verdwenen! Heilige Moeder,
leg uw moederlijke hand op hun ijskoud voorhoofd; ontvang hun laatste zuchten. Laten
we het Bloed van Jezus aan elk van de stervenden geven, zodat het Bloed de
demonen op de vlucht jaagt, en hen allen beweegt om de laatste Sacramenten te
ontvangen en ze een goede en heilige dood tegemoet gaan. Laten we hen de
doodsstrijd van Jezus, Zijn kussen, Zijn tranen, Zijn wonden geven als troost.
Laten we de touwen verbreken die hen verstrikken; laten we iedereen het woord
van vergeving horen, en laten we zoveel vertrouwen in hun hart stellen, zodat
ze zich in de armen van Jezus laten vallen. Wanneer Jezus over hen oordeelt zal
Hij ze bedekken met Zijn Bloed, en in Zijn armen vinden, en zo zal Hij Zijn
vergeving schenken aan allen.
Laten we verder de ronde doen, O Mama. Laat uw moederlijke
blik met liefde op de aarde vallen en wees ontroerd tot medelijden met de vele
arme schepselen die dit Bloed nodig hebben. Mijn Mama, ik voel me gedwongen om
mij te haasten door de zoekende blik van Jezus, omdat Hij zielen wil. Ik hoor
Zijn gekreun in het diepst van mijn hart en het zegt me: Mijn kind, help Me,
geef Me zielen!
Maar kijk, O Mama, hoe de aarde vervuld is van zielen die
op het punt staan in zonde te vervallen, en Jezus barst in tranen uit door het
zien dat Zijn Bloed nieuwe heiligschennissen lijdt. Er zou een wonder moeten gebeuren
om hun val te voorkomen; laten we daarom hen het Bloed van Jezus geven, zodat
ze de kracht en de genade vinden in het Bloed om niet in zonde te vallen.
Nog een stap, O Mama, en hier zijn de zielen die reeds in
schuld zijn gevallen, en die een hand willen om weer op te staan. Jezus houdt
van hen, maar Hij kijkt hen met afschuw aan, omdat ze bedekt zijn met modder en
Zijn pijn wordt intenser. Laten we hen het Bloed van Jezus geven, zodat ze de
hand kunnen vinden die hen weer doet opstaan. Zie O Mama, dit zijn de zielen
die dit Bloed nodig hebben, zielen die dood zijn voor genade. O, hoe
betreurenswaardig is hun staat! De Hemel kijkt hen aan en huilt van verdriet;
de aarde kijkt naar hen met afkeer; alle elementen zijn tegen hen en zouden hen
willen vernietigen, omdat ze vijanden zijn van de Schepper. Alstublieft, O
Mama, het Bloed van Jezus bevat leven, laten wij het dus aan hen geven, zodat
deze zielen bij de aanraking van het Bloed weer kunnen opstaan en mooier
kunnen oprijzen, zodat de hele Hemel en de hele aarde glimlachen.
Laten we verder gaan, O Mama. Zie, er zijn zielen die het
teken dragen van verderf; zielen die zondigen en wegrennen van Jezus; ze
beledigen Hem en wanhopen aan Zijn vergeving. Dit zijn de nieuwe Judassen,
verspreid onder de hele aarde, die dat verbitterd Hart van Jezus doorboren.
Laten we hen het Bloed van Jezus geven, opdat het Bloed hun teken van
verdoemenis mag wissen en het teken van heil mag aanbrengen. Moge het in hun
hart zon vertrouwen en liefde na de zonde brengen, dat ze naar de voeten van
Jezus lopen en zich aan deze goddelijke voeten vasthouden, om nooit meer te
verlaten.
Kijk, O Mama, er zijn zielen die zich naar de verdoemenis begeven,
en er niemand om hen te stoppen. O alstublieft, laten we dit Bloed voor hun
voeten plaatsen zodat bij de aanraking van het Bloed, bij het licht en de smekende
stemmen die hen willen redden, ze zich kunnen terugtrekken en zich op het pad
van de zaligheid kunnen begeven!
Laten we verdergaan, O Mama. Kijk, er zijn goede zielen,
onschuldige zielen, in wie Jezus Zijn genoegen en Zijn rust vindt in de schepping.
Maar er bevinden zich schepselen rond hen met veel valstrikken en beledigingen,
om hun onschuld af te pakken, en het genoegen en rust van Jezus te veranderen
in geween en bitterheid, alsof ze geen ander doel hebben dan voortdurend leed
te veroorzaken aan het Goddelijk Hart. Laten we daarom hun onschuld verzegelen
en omringen met het Bloed van Jezus, als een verdedigingsmuur, zodat de zonde
in hen niet kan binnendringen. Het Bloed doet allen die hen wilden besmetten
vluchten, en zo worden ze vlekkeloos en zuiver bewaard, zodat Jezus door hen Zijn
rust en al Zijn genoegen in de schepping kan vinden en uit liefde voor hen kan
Hij worden ontroerd tot medelijden met vele arme schepselen. Mijn Mama, laten
we deze zielen in het Bloed van Jezus brengen; laten we hen helemaal binden met
de Heilige Wil van God. Laten we hen in Zijn armen plaatsen en hen binden aan
Zijn Hart met de zoete ketenen van Zijn liefde, om de bitterheid van Zijn
doodsstrijd te verzachten.
Maar luister, O Mama, dit Bloed schreeuwt het uit en wil
nog meer zielen. Laten we ons samen haasten en naar de gebieden van de ketters
en van de ongelovigen gaan. Hoeveel verdriet voelt Jezus in deze gebieden. Hij,
die het leven van allen is, krijgt zelfs geen klein liefdesgebaar terug; Hij is
niet gekend door Zijn eigen schepselen. Alstublieft, O Mama, laten we hen dit
Bloed geven opdat het de duisternis van onwetendheid en van ketterij mag
verjagen. Laat ze begrijpen dat ze een ziel hebben en open de Hemelen voor hen.
Laten we ze dan allemaal in het Bloed van Jezus brengen. Laten we hen naar Hem
leiden, zoals veel weeskinderen en verbannen kinderen, die hun Vader vinden, en
zo zal Jezus zich getroost voelen in Zijn bitterste doodsstrijd.
Maar Jezus lijkt nog niet tevreden te zijn, omdat Hij nog
meer zielen wil. Hij voelt dat de stervende zielen van deze gebieden uit Zijn
armen worden gerukt en dat ze in de Hel vallen. Deze zielen gaan nu hun laatste
zucht uitblazen en vallen in de afgrond. Niemand is bij hen om hen te redden.
De tijd is kort, de momenten zijn tot het uiterste gedreven. Ze zullen zeker
verloren gaan! Nee, Mama, dit Bloed zal niet nutteloos vergoten zijn voor hen; laten
we daarom vlug naar hen toegaan; laat ons het Bloed van Jezus over hun hoofd
gieten, zodat het hen kan dienen als doopsel en hen doordringen van geloof,
hoop en liefde. Ga bij hen, O Mama; geef hen wat ze missen. Meer nog, laat U
zien. Op uw gezicht schijnt de schoonheid van Jezus; uw manieren zijn allemaal
vergelijkbaar met de Zijne; en daarom zullen zij, door U te zien, zeker in
staat zijn om Jezus te leren kennen. Druk ze vervolgens aan uw moederhart,
doordring ze van Jezus leven, dat U bezit; vertel ze, als hun Moeder dat U wil
dat ze eeuwig gelukkig zijn met U in de Hemel, en als ze hun laatste zucht
uitblazen, ontvang hen in uw armen, en laat ze overgaan in die van Jezus. En
als Jezus, volgens de rechten van Gerechtigheid, laat zien dat Hij ze niet wil
ontvangen, herinner Hem dan aan de liefde waarmee Hij hen aan U heeft
toevertrouwd aan de voet van het Kruis. Neem uw rechten als Moeder op, zodat
Hij uw liefde en gebeden niet kan weerstaan, en terwijl Hij uw Hart tevreden
maakt, zal Hij ook Zijn vurige verlangens tevreden stellen.
En nu, O Mama, laten we dit Bloed nemen en het aan allen
geven: aan de ellendigen, dat ze mogen troost ontvangen; aan de armen, dat ze zich
kunnen neerleggen bij hun armoede; aan hen die bekoord worden opdat zij de
overwinning behalen; aan de ongelovigen, opdat de deugd van Geloof in hen
triomfeert; aan de godslasteraars, opdat zij de lasteringen tot zegeningen
mogen maken; voor de priesters, opdat zij hun missie mogen begrijpen en waardige
dienaren van Jezus worden. Raak met dit Bloed, hun lippen aan, opdat zij geen
woorden zeggen die niet tot eer van God strekken; raak hun voeten aan, zodat ze
kunnen vliegen om op zoek te gaan naar zielen om naar Jezus te leiden.
Laten we dit Bloed aan de leiders van de volkeren geven,
zodat ze kunnen verenigd kunnen worden onder hen, en zachtheid en liefde voelen
voor hun onderdanen.
Laten we nu in het Vagevuur vliegen, en laat ons het Bloed
ook aan de arme zielen geven, omdat ze zoveel schreeuwen om dit Bloed en het opeisen
voor hun bevrijding. Hoort U hun gekreun, hun verlangens naar liefde, de
martelingen niet, en hoe ze zich voortdurend aangetrokken voelen tot het
Hoogste Goed? Kijk hoe Jezus ze zelf sneller wil zuiveren om ze bij Zich te
hebben. Hij trekt hen aan met Zijn liefde, en zij geven Hem voortdurende opwellingen
van liefde. Maar als ze zich in Zijn aanwezigheid bevinden, zijn ze niet in
staat om de zuiverheid van Zijn goddelijk blik te verdragen, en worden ze
gedwongen om zich terug te trekken en opnieuw in de vlammen te duiken!
Mijn Mama, laten we neerdalen in deze diepe gevangenis en
het Bloed over hen uitstorten, laten we hen licht brengen; laat ons hun
verlangens naar liefde kalmeren; laat ons het vuur dempen dat hen verbrandt;
laat ons hun vlekken zuiveren; en hen zo bevrijden van elke pijn. Zo zullen ze
in de armen vliegen van het Hoogste Goed! Laten we dit Bloed geven aan de meest
verlaten zielen, opdat zij in het Bloed goedkeuring vinden dat de schepselen
hen ontzeggen. Laten we aan allen, O Mama, dit Bloed geven; laten we geen van
allen het Bloed ontzeggen, zodat ze allen verlichting en bevrijding kunnen
vinden. Wees Koningin in deze gebieden van geween en geweeklaag; strek uw
moederlijke handen uit en haal ze één voor één uit deze ondraaglijke vlammen en
laat ze allemaal naar de Hemel vliegen. En laten ook wij nu naar de Hemel
vliegen; laten we aan de poorten van de eeuwigheid staan en sta mij toe, O
Mama, om dit Bloed ook aan U te geven, voor uw meerdere glorie. Moge dit Bloed
U overstromen met nieuw licht en met nieuwe tevredenheid. En laat dit licht
neerdalen voor het heil van alle schepselen, om aan iedereen genade en redding
te geven.
Mijn Mama, geef dit
Bloed ook aan mij; U weet hoezeer ik het nodig heb. Herstel
me volledig met uw moederlijke handen door dit Bloed; en terwijl U me herstelt,
mijn vlekken zuivert, mijn wonden geneest, mijn armoede verrijkt; laat dit
Bloed in mijn aderen stromen en geef me opnieuw het hele leven van Jezus. Moge
het neerdalen in mijn hart en het veranderen in Zijn Hart. Moge het mij zo
verfraaien dat Jezus heel Zijn tevredenheid in mij vindt. Laten we eindelijk de
hemelse gebieden betreden, O Mama, en dit Bloed aan al de Heiligen en al de Engelen
geven, zodat ze meerdere glorie kunnen ontvangen, in dankbaarheid naar Jezus
kunnen gaan, en voor ons bidden, zodat we hen kunnen bereiken krachtens dit
Bloed. En nadat we dit Bloed aan iedereen hebben gegeven, laten we opnieuw naar
Jezus gaan. Engelen, Heiligen, kom
met ons mee. Ach, Hij zucht voor zielen. Hij wil ze allemaal Zijn
Mensheid laten binnengaan, om aan allen de vruchten van Zijn Bloed te geven.
Laten we hen allen rond Hem komen, en Hij zal Zich hersteld voelen, en
terugbetaald voor de bitterste pijn die Hij heeft geleden. En nu, Heilige Mama,
laten we alle elementen roepen om Hem gezelschap te houden, opdat ook zij Jezus
kunnen eren.
O licht van de zon, om de duisternis van deze nacht te
verdrijven, om Jezus te troosten. O sterren, met uw flikkerende stralen, kom
naar beneden en bied Jezus troost. Bloemen van de aarde, kom met jullie geuren;
vogels, kom met jullie gezang; kom alle elementen van de aarde om Jezus te
troosten. Kom, O zee, om Jezus te verfrissen en te wassen. Hij is onze
Schepper, ons leven, ons Al. Kom jullie allen om Hem te troosten, om Hem te
eren als onze Soevereine Heer. Maar ach, Jezus zoekt geen licht, sterren,
bloemen of vogels. Hij wil zielen, zielen!
Hier zijn ze, O mijn
lieve Goedheid, allen tezamen met mij. Uw lieve Mama is dicht bij U
alstublieft rust in Haar armen. Ook Zij zal troost ontvangen
door U aan Haar schoot te drukken, omdat Ze voor een groot deel gedeeld heeft
in uw smartelijke doodsstrijd. Magdalena is hier ook; Maria is hier, en al de
liefhebben de zielen van alle eeuwen. Alstublieft, O Jezus, accepteer ze en zeg
een woord van vergeving en liefde aan allen. Bind ze allemaal aan uw liefde,
zodat niet nog een ziel aan U zal ontsnappen!
Maar ach, het lijkt dat U zegt: O kind, hoeveel zielen
ontsnappen Mij met geweld en vallen in de eeuwige ondergang! Hoe kan mijn smart
ooit worden verzacht, als ik zoveel van één enkele ziel houdt, als van alle
zielen samen?
Gekwelde Jezus, het lijkt dat uw leven uitdooft. Ik hoor al
de doodsreutel, uw mooie ogen zijn overschaduwd door de nabijheid van de dood,
al uw ledematen zijn bewegingsloos; en het lijkt alsof U niet langer ademt. Ik
voel mijn hart barsten van de pijn. Ik omhels U en ik voel dat U ijskoud bent.
Ik schud U en U geeft geen teken van leven! Jezus, bent U dood? De verdrukte
Moeder en de Engelen van de Hemel komen wenen over Jezus en staan niet toe dat
ik zonder Hem blijf leven. Ach, dat kan ik niet! Ik druk Hem dichter tegen
mezelf aan en ik hoor Hem nog een keer ademhalen en dan, nogmaals, geeft Hij
geen teken van leven! Ik roep Hem: Jezus, Jezus, mijn Leven, ga niet dood!
Maar ik hoor reeds het rumoer van uw vijanden, die komen om
U mee te nemen. Wie zal U verdedigen in uw staat? Maar U komt bij, als U
opnieuw verrijst van de dood naar het leven en kijkend naar mij, zegt U: O
ziel, ben je hier? Ben je dan toeschouwer geweest van mijn pijn en van de
zovele keren dat Ik de dood heb geleden? Weet dat Ik in deze drie uren van de
bitterste doodsstrijd in de Tuin, Ik al de levens van de schepselen in Mij heb
gesloten, en Ik heb al hun pijnen en hun dood geleden en Mijn leven gegeven aan
elk van hen. Mijn doodsstrijd zal hen ondersteunen; mijn bitterheid en mijn
dood zullen voor hen in een bron van zoetheid en leven veranderen. Hoeveel zielen heeft het Mij gekost! Was Ik op Zijn
minst maar terugbetaald geweest! Je hebt gezien dat terwijl Ik
stervende was, Ik zou terugkeren om opnieuw te ademen: dat waren alle keren een
dood van een schepsel dat Ik in Mij voelde!
Mijn naar adem snakkende Jezus, omdat U ookmijn leven in U wilde insluiten, en daarom
ook mijn dood, bid ik U, voor uw bitterste doodsstrijd ook mij te helpen op het
moment van mijn dood. Ik heb U mijn hart gegeven als toevlucht en rust, mijn
armen om U te ondersteunen en mijn hele wezen ter uwer beschikking; en O, hoe
graag zou ik mij in de handen van uw vijanden geven, om te sterven in uw
plaats! Kom, O leven van mijn hart, geef mij op dat moment alles wat ik U heb gegeven
terug: uw gezelschap, uw Hart als bed en rust, uw armen als steun, uw vermoeide
adem om mijn arbeid te verlichten; op zon manier dat ik tijdens het ademen
adem door uw adem die zoals zuiverende lucht, mij zal zuiveren van elke smet en
mij zal helpen om de eeuwige gelukzaligheid binnen te komen.
Meer zelfs, mijn lieve Jezus, dan zal U uw Allerheiligste
Mensheid aan mijn ziel geven, zodat door naar mij te kijken U mij ziet door
Uzelf; en door naar U te kijken, U niets vindt om mij te veroordelen. Dan zult U mij in uw Bloed baden; U zal mij kleden met
het onbevlekt gewaad van uw Allerheiligste Wil. U zult mij versieren met uw
Liefde, en zult me de laatste kus geven terwijl U me van de aarde naar de Hemel
laat vertrekken. En wat ik voor mijzelf wil, doe het voor al degenen die in
doodsstrijd verkeren. Sluit ze allen in uw omhelzing van liefde en geef hen de
kus van hun vereniging van U. Red hen allen en sta niemand toe verloren te
gaan!
Mijn gekwelde Goedheid, ik bied U dit heilig Uur aan in herinnering
aan uw Lijden en Dood, om de rechtvaardige toorn van God te ontwapenen voor de
zovele zonden, voor de triomf van de Heilige Kerk, voor de bekering van alle
zondaars, voor vrede onder de mensen, in het bijzonder van ons land, voor onze
heiliging, en voor het verzachten van het lijden van de arme zielen.
Maar ik zie dat uw vijanden nabij zijn en dat U mij wilt
verlaten om naar hen toe te gaan. Jezus, sta mij toe u alle heilige kussen van
uw Allerheiligste Moeder aan te bieden; laat me die lippen kussen, die Judas op
het punt staat te kussen met zijn helse kus. Laat me uw gezicht drogen,
bevochtigen met Bloed, waarop slagen zal worden en op gespuwd zal worden. Ik
klamp me dicht aan uw Hart vast, Ik verlaat U niet. Ik zal U volgen. En U, zegen mij en help mij. Amen.
Overweging
In dit derde uur van Gethsemane, vroeg Jezus om hulp van de
Hemel. Zijn pijnen waren zo enorm dat Hij ook vroeg om troost van Zijn
leerlingen. En wij vragen altijd om hulp van de Hemel in pijnlijke
omstandigheden? En als we ons tot de schepselen richten, doen we dit tot
degenen die ons kunnen troosten op een heilige manier? Leggen wij ons er dan
bij neer als we niet de troost ontvangen waar we op hopen, en gebruiken we de
onverschilligheid van de schepselen dan om ons in de armen van Jezus te
verlaten? Jezus werd getroost
door een Engel. En wij kunnen we zeggen dat we engelen van
Jezus zijn door bij He te blijven en Hem te troosten en te delen in Zijn
bitterheid? Maar om als een ware engel voor Jezus te zijn, is het noodzakelijk
om het lijden te nemen zoals het door Hem werd gezonden, en daarom als
goddelijk lijden te beschouwen. Alleen dan durven we een God, die zo verbitterd
is te troosten. Als we ons anders onze pijn op een menselijke manier
beschouwen, kunnen we ze niet gebruiken om deze Godmens te troosten, en dan
kunnen we niet Zijn engelen zijn.
In de pijn die Jezus ons zendt,
lijkt het dat Hij ons de kelk stuurt waarin we de vruchten van die pijn moeten
plaatsen. Deze pijn, geleden in liefde en berusting, zal een zeer zoete nectar
zijn voor Jezus. In elke pijn zullen we zeggen: Jezus roept ons bij Hem om
Zijn engel te zijn. Hij wil ons comfort, dus laat Hij ons delen in Zijn pijnen.
Mijn liefste, Jezus, in mijn
pijn zoek ik naar uw Hart om te rusten, en in uw pijnen wil ik U onderdak geven
met mijn pijn, zodat we ze kunnen ruilen, en ik kan je troostende engel zijn.
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U uit.
Amen.
24 uur van Jezus Lijden Luisa Piccarreta
6de uur : van 22 tot 23 uur op witte
donderdag
Ik dank U, O mijn Jezus, dat U mij door gebed tot eenheid
met U hebt geroepen. En om U meer te plezieren, neem ik Uw gedachten, Uw tong, Uw
Hart, en hiermee wil ik bidden, waarbij ik mijzelf versmelt met Uw Wil en met Uw
liefde; en mijn armen uitstrekkend om U te omhelzen, leg ik mijn hoofd op Uw
Hart. Ik overweeg nu de 24 uur van lijden die U vanwege Uw liefde voor ons
wilde lijden tot Uw dood op het Kruis. Geef me alstublieft de hulp, genade,
liefde, diep medelijden en begrip van Uw lijden.
Tweede uur van de doodsstrijd in de Tuin van
Gethsemane
O mijn lieve Jezus, er is reeds een uur verstreken sinds je
naar deze Tuin bent gekomen. Liefde nam de voorrang boven alles, waardoor U alles
in één keer te lijden krijgt, alles waar de beulen U voor laten lijden
gedurende het hele verloop van uw bitter Lijden. Meer zelfs, Liefde compenseert
het, en bereikt het punt om U te doen lijden wat ze U niet kunnen aandoen, in
de meest innerlijke delen van uw Goddelijke Persoon.
O mijn Jezus, ik zie U nu wankelen in uw voetstappen; maar
toch wilt U lopen. Vertel mij, O mijn Goedheid, waar wilt U heen? Ach, ik
begrijp het. U wilt uw geliefde leerlingen zien. Ook ik wil U vergezellen,
zodat als U wankelt, ik U kan ondersteunen.
Maar, O mijn Jezus, er is nog een bitterheid voor uw Hart:
ze slapen al. En U, die altijd medelijden hebt, roept hen en maakt hen wakker.
Met een vaderlijke liefde raadt U hen aan te waken en te bidden. Dan keert U
terug naar de Tuin, maar U draagt nog een andere wonde in uw Hart. In die wonde
zie ik, O mijn Lieveling, al de wonden van de godgewijde zielen die, omwille
van verleiding, hun gemoedstoestand of gebrek aan versterving, in slaap vallen
in plaats van vooruitgang te boeken in Liefde en in vereniging met U. Ze trekken
zich terug in plaats van zich vast te klampen aan U en te waken en bidden. Hoeveel
medelijden heb ik met U, O hartstochtelijke Minnaar; en ik bied eerherstel aan
U voor alle ondankbaarheid van uw vertrouwelingen. Dit zijn de beledigingen die
uw aanbiddelijk Hart het meest droevig maken, en hun bitterheid is zodanig dat
ze U zinneloos maken.
Maar O Liefde zonder grenzen, uw Liefde die reeds in uw
aderen kookt, overwint en vergeet alles. Ik zie U ter aarde werpen terwijl U
bidt, Uzelf offert, eerherstel biedt en in alles probeert de Vader te
verheerlijken voor de beledigingen die de schepselen Hem hebben aangedaan. Ook
ik, O mijn Jezus, werp mij neer samen met U, en ik wil doen wat U doet.
Maar O Jezus, vreugde van mijn hart, ik zie menigten op
menigten, alle zonden, onze ellende, onze zwakheden, de meest enorme misdaden,
de ernstigste ondankbaarheid op U afkomen, U aanvallen, U verpletteren, U
verwonden. En U? Wat doet U? Het
Bloed dat kookt in uw aderen komt al deze beledigingen en overtredingen tegen,
het doet uw aderen barsten en stroomt eruit in grote stromen; het maakt U
helemaal nat. Het stroomt op de grond, en U geeft Bloed voor al deze
beledigingen en overtredingen leven in ruil voor de dood. Ach Lieveling, tot
welke staat zie ik je ineenkrimpen! U staat op het punt om uw laatste adem uit
te blazen. Oh, mijn Goedheid, mijn lieve Leven, O alstublieft, ga niet dood! Hef
uw gezicht van de grond, die U bevochtigt met uw Allerheiligste Bloed! Kom in mijn armen! Laat me sterven in uw plaats!
Maar ik hoor de bevende en stervende stem van mijn lieve
Jezus, die zegt: Vader, als het mogelijk is, laat deze kelk van Mij wijken;
maar niet Mijn wil, maar Uw wil geschiede.
Het is nu de tweede keer dat ik dit hoor van mijn lieve
Jezus. Maar wat wilt U mij hieruit laten begrijpen? Vader, als het mogelijk is,
laat deze kelk van Mij wijken? O Jezus, alle opstanden van schepselen komen op
U af; U ziet dat Fiat Voluntas Tua (Uw Wil geschiede), wat het leven van elk
schepsel moest zijn, verworpen worden door bijna alle mensen, en in plaats van
leven te vinden, vinden ze de dood. En U wilde leven geven aan hen allen, en
een plechtig eerbetoon geven aan de Vader voor de opstanden van de schepselen
en U herhaalt: Vader, als het mogelijk is, laat deze kelk van Mij wijken: die
zielen, die zich terugtrekken uit Onze Wil, raken verloren. Deze kelk is zeer
bitter voor Mij; maar het is echter niet Mijn wil, maar de Uwe die zal
geschieden.
Maar terwijl U dit zegt, is uw bitterheid zo intens en zo
groot, dat U het uiterste bereikt U verkeert in doodsstrijd en staat op het
punt uw laatste adem uit te blazen.
O mijn Jezus, mijn Goedheid, aangezien U in mijn armen
ligt, wil ook ik mijzelf met U verenigen; ik wil eerherstel bieden en U
troosten voor al de tekortkomingen en zonden die begaan werden tegen Uw
Allerheiligste Wil, en ik bid ook tot U dat ik altijd uw Allerheiligste Wil mag
doen. Moge uw wil mijn adem en mijn lucht zijn. Moge uw wil mijn hartslag, mijn
hart, mijn gedachte, mijn leven en mijn dood zijn.
Maar alstublieft, ga niet dood! Waar moet ik heen zonder U?
Tot wie moet ik mij wenden? Wie
zal mij helpen? Alles zal eindigen voor mij! O alstublieft, laat me
niet alleen, houd me zoals U wil, maar houd mij bij U! Altijd bij U! Moge het
nooit gebeuren dat ik van U gescheiden wordt, zelfs niet voor een ogenblik! Integendeel,
laat me U troosten en eerherstel bieden voor allen, want ik zie dat alle zonden
van welke aard ook, op U wegen.
Daarom kus ik uw heiligste Hoofd, mijn Lieveling. Maar wat
zie ik? Al de kwade gedachten; en u voelt walging voor hen. Voor uw heiligste
Hoofd is elke slechte gedachte een doorn die U bitter prikkelt. Ach, de
doornenkroon die de Joden op U plaatsen kan niet met deze vergeleken worden! Hoeveel
doornenkronen plaatsen de kwade gedachten van schepselen op uw aanbiddelijk
Hoofd, tot het punt dat uw Bloed overall druipt, van uw voorhoofd en van uw
haar! Jezus, ik heb medelijden met U, en zou graag op U zoveel kronen van
glorie willen plaatsen; en om U te troosten, bied ik U alle engelachtige
intelligenties en uw eigen intelligentie, om U een daad van medelijden en
eerherstel voor allen te bieden.
O Jezus, ik kus uw medelijdende ogen, en in hen zie ik al
de slechte blikken van schepselen, die tranen en bloed over uw gezicht doen
stromen. Ik heb medelijden met U, en ik zou graag uw gezicht willen troosten
door voor U alle geneugten te brengen die in de Hemel en op aarde te vinden
zijn door vereniging van liefde met U.
Jezus, mijn Goedheid, ik kus uw heiligste oren. Maar wat
hoor ik? Ik hoor in hen de echo van de gruwelijke godslastering, van
wraakkreten, en van kwaadaardig geroddel. Er is niet één stem die niet
weerklinkt in uw zuivere gehoor. O onverzadigbare Liefde, ik bemin U en ik wil
U troosten door in uw oren alle harmonieën van de Hemel, de zoetste stem van
onze lieve Moeder, de vurige accenten van Magdalena en al de liefhebbende
zielen te laten weerklinken.
Jezus, mijn Leven, ik wil een vuriger kus op uw gezicht,
wiens schoonheid geen gelijke heeft, drukken. Ach, dit is het gezicht waarop de
Engelen hun blik richten, zoals cupidos, voor de grote schoonheid die hen in
vervoering brengt. Maar de schepselen bevuilen het met spuug, slaan, en
vertrappen het onder hun voeten. Mijn Lieveling, hoe durven ze! Ik zou willen
zo hard schreeuwen dat ze op de vlucht gaan! Ik heb medelijden met U, en om
eerherstel te bieden voor dezebeledigingen, ga ik naar de Allerheiligste Drie-eenheid, om een kust te
vragen van de Vader en de H. Geest, en de goddelijke liefkozingen van Hun
scheppende handen. Ik ga ook naar de Hemelse Mama, dat ze mij Haar kussen, de
liefkozingen van Haar moederlijke handen, en Haar diepe aanbidding mag geven;
en ik zal U alles aanbieden, om eerherstel te bieden voor de beledigingen en
overtredingen die uw allerheiligste Gezicht moest ondergaan.
Mijn lieve Goedheid, ik kus uw heiligste mond, verbitterd
door de vreselijke godslasteringen, door de misselijkheid van dronkenschap en
gulzigheid, door obscene toespraken, door slecht gedaan gebed, door slechte
leringen, en door al het kwaad dat de mens doet met zijn tong. Jezus, ik troost
U, en ik wil uw mond van alle bitterheid ontdoen door U al de lofprijzingen van
engelen en het goed gebruik van de tong door vele heilige Christenen aan te
bieden.
Mijn verdrukte Liefde,
ik kus uw nek, en ik zie het beladen met touwen en kettingen, door de
gehechtheden en zonden van de schepselen. Ik troost U en om U te
verzachten bied ik U de onlosmakelijke eenheid van de Goddelijke Personen aan;
en door mij in deze verbintenis te versmelten, strek ik mijn armen naar U uit
en vorm ik een zoete ketting van liefde rond uw nek. Ik wil de touwen van
gehechtheden verwijderen, die U bijna verstikken; en om U te troosten, druk ik
U dicht aan mijn hart.
Goddelijke Burcht, ik kus uw heiligste schouders. Ze zijn
verwond, en ik zie dat uw vlees bijna verscheurd is door de schandalen en de
slechte voorbeelden van de schepselen. Ik troost U, en om U te verachten, bied
ik U uw allerheiligste voorbeelden aan: de voorbeelden van de Koningin Moeder
en deze van alle heiligen. En ik, O mijn Jezus, druk mijn kussen over elk van
deze wonden. Ik wil ze insluiten in de zielen die door schandalen werden
weggerukt uit uw Hart, en ze opnieuw aansluiten bij het vlees van uw
Allerheiligste Mensheid.
Mijn uitgeputte Jezus, ik kus uw borst, dat verwond is door
koelheid, lauwheid, gebrek aan instemming en ondankbaarheid van de schepselen.
Ik troost U en om U te verzachten bied ik U de wederzijdse liefde aan van de
Vader en de H. Geest de perfecte overeenstemming van de Drie Goddelijke
Personen. En mij in uw liefde stortend, O mijn Jezus, wil ik U een schuilplaats
bieden om de nieuwe slagen af te weren die door de zonden van de schepselen
worden veroorzaakt. En als ik uw liefde neem, wil ik hen ermee verwonden, zodat
ze U nooit meer durven beledigen. En
ik wil de liefde op uw borst gieten, om U te troosten en te genezen.
Mijn Jezus, ik uw scheppende handen. Ik zie alle slechte
daden van de schepselen die zoals vele nagels uw allerheiligste handen
doorboren. Daarom blijf je doorstoken, niet met drie nagels, zoals op het
Kruis, maar met evenveel nagels als slechte werken die de schepselen plegen. Ik
troost U en om U te verzachten, bied ik U al de heilige werken aan en de moed
van de martelaren die hun bloed en leven geven uit liefde voor U. Kortom, O
mijn Jezus, zou ik U willen alle goede werken aanbieden, om de vele nagels van
de slechte werken te verwijderen.
O Jezus, ik kus uw heiligste voeten, die altijd
onvermoeibaar zijn in het zoeken naar zielen. In hen sluit U alle stappen van
de schepselen in; maar U voet dat velen van hen weglopen, en U zou hen willen
stoppen. Bij elk van hun kwade stappen, voelt U een nagel in U gedreven worden,
en U wil hun nagels gebruiken om hen aan uw liefde te spijkeren; en de moeite die
U doet om hen op uw liefde te spijkeren is zo intens en zo groot, dat U
helemaal beeft. Mijn God en mijn Goedheid, ik heb medelijden met U en om U te
troosten bied ik U de stappen van de goede gelovigen en alle trouwe zielen aan,
die hun leven blootstellen om zielen te redden.
O Jezus, ik kus uw Hart. U blijft in doodsstrijd, niet om
wat de Joden U zullen laten lijden, maar voor de pijn die al de beledigingen
van de schepselen veroorzaken.
In deze uren wil U voorrang geven aan liefde, de tweede
plaats aan alle zonden, die U uitboet en eerherstel voor biedt. U verheerlijkt door
uw doodsstrijd ook de Vader en verzacht de Goddelijke Gerechtigheid. En als
laatste biedt U eerherstel voor de Joden. Op deze manier laat U zien dat het
Lijden dat de Joden U laten lijden niets is vergeleken met het dubbele, bittere
lijden dat liefde en zonde U doen lijden. En daarom zie ik dat alles
geconcentreerd is in uw Hart: de lans van liefde, de lans van zonde; en U wacht
op de derde lans, deze van de Joden. Uw Hart dat verstikt wordt door liefde,
lijdt gewelddadige bewegingen, ongeduldige stromen van liefde, verlangens die U
verteren, en brandende hartslagen, die leven zouden willen geven aan elk hart.
En het is exact hier, in uw Hart dat U al de pijn voelt die
de schepselen veroorzaken, die met hun slechte verlangens, ongeordende
genegenheden, wereldse hartslagen uitkijken naar andere hartstochten in plaats
van Uw liefde. Jezus, hoeveel lijdt U! Ik zie Uw onmacht, ondergedompeld in de
golven van onze ongerechtigheden. Ik troost U, en ik wil de bitterheid van uw
Hart verzachten, door U de eeuwige zoetheden en liefde van uw lieve Moeder
Maria, evenals deze van al uw ware geliefden aan te bieden.
En nu, O mijn Jezus,
laat mijn arme hart leven krijgen van uw Hart, zodat ik enkel met uw Hart kan
leven; en laat me altijd klaarstaan om U verlichting, troost, eerherstel, een
daad van liefde aan te bieden in elke belediging die U ontvangt, zonder
onderbreking.
Overweging
In het tweede uur in Gethsemane
worden alle zonden uit alle tijden, verleden, heden en toekomst gepresenteerd
voor Jezus, en Hij laadt al deze zonden op Zich om de Vader de volledige eer te
geven. Jezus doet boete, bidt, en voelt al onze gemoedstoestanden in Zijn Hart
zonder op te houden met bidden. Bidden we altijd, in welke stemming we ook zijn
koel, hard, verleid? Geven we Jezus de pijn van onze ziel als eerherstel en
verlichting om Hem volledig na te volgen? En denken we eraan dat elke
gemoedstoestand waarin we verkeren pijn veroorzaakt aan Jezus? We moeten het
Hem geven als Zijn pijn, om Hem te troosten en Hem te verlichten. En indien
mogelijk moeten we tegen Hem zeggen: U hebt teveel geleden. Rust uit, en we zullen in
uw plaats lijden.
Laten we de moed zakken of
blijven we aan de voeten van Jezus zitten vol goede moed, Hem gevend wat we
lijden, zodat Jezus Zijn eigen Mensheid in ons vindt? Wat deed de Mensheid van
Jezus? Zijn wij de Mensheid voor Jezus? Wat
deed de Mensheid van Jezus? Het verheerlijkte Zijn Vader, deed boete en smeekte
om de redding van zielen. En wij doen wij alles in het vooruitzicht van deze
drie intenties van Jezus, zodat we kunnen zeggen: We omsluiten de Mensheid van
Jezus Christus in onszelf?
Hebben we in onze momenten van
duisternis de intentie om het licht van waarheid in anderen te laten schijnen? En
wanneer we vurig bidden, hebben we dan de intentie om het ijs van vele harten,
die gehard zijn door zonde, te smelten?
Mijn Jezus, om U te bemoedigen en te verlossen van de totale uitputting
waarin U zich bevindt, richt ik mij tot de Hemel en maak Uw Goddelijkheid tot
de mijne en plaats ik het om U heen. Ik
wil alle beledigingen van de schepselen van U wegnemen. Ik wil U uw Schoonheid
aanbieden om de lelijkheid van de zonde van U weg te nemen. Ik wil U uw
Heiligheid aanbieden om de gruwel weg te nemen van al de zielen die U een
afkeer doen voelen, omdat zij dood zijn voor genade. Ik wil U uw Vrede
aanbieden om de onenigheden, de opstanden van alle schepselen van U weg te
nemen. Ik wil U uw Harmonieën aanbieden om uw gehoor te verlichten van de
golven van vele boosaardige stemmen. Mijn Jezus, ik wil U zoveel goddelijke
daden van eerherstel aanbieden als er overtredingen zijn tegen U, die U bijna dood
willen. Ik wil U leven geven met uw eigen daden. Vervolgens, O Jezus, wil ik
een golf van uw goddelijkheid op alle schepselen werpen, zodat zij bij uw
goddelijk contact, niet langer U durven te beledigen.
Alleen op deze manier, O Jezus,
zal ik in staat zijn U medelijden te bieden voor al de beledigingen en
overtredingen die U ontvangt van schepselen.
O Jezus, Mijn zoete Leven, moge
mijn gebeden en mijn pijn altijd naar de Hemel opstijgen, om het licht van
genade op allen te laten regenen, en uw Leven in mij op te nemen.
Dankzegging
Mijn lieve Jezus, U hebt me in dit uur van Uw Lijden
geroepen om U gezelschap te houden. Ik heb U horen bidden, eerherstel bieden en
lijden, in angst en verdriet, smekend om het heil van de zielen in de meest
ontroerende stem. Ik heb geprobeerd U in alles te volgen. Ik bied U Mijn
dankzegging en zegening aan. Ik zeg U dank duizenden en duizenden keren, en ik
zegen U voor alles wat U gedaan en geleden hebt voor mij en voor allen. Ik dank
U en zegen U voor elke druppel Bloed die U vergoten hebt, voor elke adem, voor
elke hartslag, voor elke stap, woord, blik, bitterheid en belediging die U hebt
doorstaan. In alles, O mijn Jezus, wil ik U bezegelen met een dank U en Ik
zegen U. Laat mij alstublieft, O Jezus, mijn hele wezen U een voortdurende
stroom van dankzeggingen en zegeningen aanbieden om op mij en op allen Uw
zegeningen en dankzeggingen te doen neerkomen. Alstublieft, O Jezus, druk mij
aan Uw Hart, en bezegel met Uw allerheiligste handen elk deeltje van mijn wezen
met Uw Ik zegen je zodat ik niets anders dan een doorlopende hymne voor U uit.
Amen.
tegen elke teleurstelling. Heer
Jezus, moge Uw Verlossend Bloed mij
reinigen, zuiveren, ontsmetten en mij
bevrijden, en mij de genade verlenen
om mijn integriteit in fysieke,
psychische, biologische en geestelijke zin te
bewaren. Amen.
Krachtig Bloed van Verlossing,
bestrijd de vijand in mijn lichaam, geest en ziel (Herhaal deze aanroeping 3
maal, steeds wanneer je hevige aanvallen van de vijand ervaart.)
16 ROZENKRANS VAN DE GOEDE HERDER
Gegeven voor de tijd van verdrukking.
Kruisteken
Geloofsbelijdenis van de Apostelen
Onze Vader
Elk tientje: O goede Herder. Wees
onze toevlucht.
Aan het einde van elke tientje: Ik
ben de Goede Herder en de Goede Herder geeft Zijn leven voor Zijn schapen.
Onze Vader
En herhaal tot de rozenkrans is beëindigd.
Aan het einde van de rozenkrans wordt Psalm 23 gebeden :
De Heer is mijn herder mij zal niets
ontbreken. Hij wijst mij te liggen in grazige weiden, Hij voert mij naar
wateren der rust. Hij behoedt mijn ziel voor verdwalen, Hij leidt mij in
sporen van waarheid getrouw aan zijn naam.
Moest ik gaan door het dal van de schaduw des doods, kwaad zou ik niet vrezen. Want
naast mij gaat Gij, uw stok en uw staf zij doen mij getroost zijn. Een tafel
richt Gij mij aan in het aangezicht van mijn belagers en zalft met olie mijn
hoofd. Mijn beker vloeit over. Zo zijn dan geluk en genade om mijn
schreden al de dagen mijns levens. Verblijven mag ik in het huis van de Heer tot
in lengte van dagen.
Moge de Heer ons zegenen en
beschermen. Toon Uw gezicht en wees ons genadig. Kijk naar ons en verleen ons
vrede. Enoch
Galaten 6:14 Mij moge God er voor
bewaren op iets anders te roemen dan op het kruis van onze Heer Jezus Christus.
SPECIALE ZEGENING VOOR VOEDSEL
Gebed door Jezus Christus, Onze Heer gegeven.
Ik zegen dit voedsel met de zegen dat
van de Vader, de Zoon en de H. Geest komt in vereniging met de hele schepping.
Amen.