Vandaag
vieren wij de heilige Aartsengelen. Zij worden ook de Prinsen van het Hemels
Hof genoemd. In Haar bijzonder leerrijke Openbaring van 28 september 2006 wees
de Meesteres van alle zielen erop, welke rol de Aartsengelen in het leven van
mensenzielen kunnen vervullen wanneer zij actief deel mogen hebben aan het
leven van deze zielen. In wezen kan deze rol als volgt worden omschreven:
de H. Aartsengel Michaël is
de engel van de bescherming
de H. Aartsengel Rafaël is
de engel van de begeleiding en de genezing
de H. Aartsengel Gabriël is
de engel van de communicatie
Dit is
een interessante vaststelling, want deze trefwoorden in de taakomschrijving
van de Prinsen van het Hemels Hof jegens de zielen geven samen uitdrukking aan
het wezen van Gods bekommernis om de verbinding tussen elke mensenziel en Zijn
Hart in stand te houden, opdat elke levensreis daadwerkelijk op Zijn Hart
georiënteerd zou blijven en ook daar moge eindigen:
De
levensreis van de ziel is immers een reis op een weg vol gevaren, hindernissen,
en bronnen van verblinding:
de gevaren worden door de
satan en al zijn werken op onze levensweg gebracht. Deze werken bedreigen
de ziel, de geest, het hart, soms het lichaam, en heel in het bijzonder
ook de vrije wil van de mensenziel. De H. Aartsengel Michaël is de
aanvoerder van de strijdende engelen, wier opdracht erin bestaat, te
verhinderen dat duivelse invloeden de ziel zouden schaden of de vervulling
van hun levenstaak zouden verhinderen of ten minste negatief zouden
beïnvloeden;
de hindernissen (beproevingen)
kunnen de ziel op dwaalwegen leiden, of hen andere wegen laten inslaan dan
deze, welke God voor haar had voorzien, en kunnen de ziel diep verwonden.
De H. Aartsengel Rafaël wordt ons als reisgids en genezer gegeven. Wij
stellen ons deze genezing beter niet in de eerste plaats voor als genezing
van lichamelijke ziekten (hoewel ook genezing op dat niveau niet
uitgesloten is), doch eerst en vooral als gezondmaking van de gesteldheden
van de ziel, opdat de ziel tijdens het enige leven, dat zij op aarde
heeft, de juiste fundamenten voor het Eeuwig Leven zou kunnen
opbouwen;
vele zielen worden in deze
tijd door de talloze manipulaties van de duisternis verblind. De H.
Aartsengel Gabriël is ertoe geroepen, het hart te zuiveren, opdat het
gemakkelijker God zou kunnen vinden, via een zuiverder kanaal met Hem in
contact moge kunnen treden, en Hem moge kunnen leren kennen zoals Hij
werkelijk is, d.w.z.: opdat het hart God en Zijn Werken de juiste
(namelijk de allerbelangrijkste) plaats in zijn leven zou kunnen geven.
Verblinding kan slechts wortel schieten zodra het hart niet langer alleen
op God is gericht. Een dwalende ziel verliest spoedig het ware geloof, de
ware hoop, en de Liefde in de enige vorm die haar zelf en de Schepping
Heil kan brengen.
Dus:
de H. Aartsengel Michaël
beschermt tegen gevaren;
de H. Aartsengel Rafaël
begeleidt doorheen de hindernissen en geneest de gevolgen van alle
hindernissen;
de H. Aartsengel Gabriël
oriënteert de communicatie van de ziel op God, opdat de ziel niet te
gemakkelijk ten prooi zou vallen aan verblinding.
De
Koningin en Meesteres van de engelen oefent een gedeelte van Haar macht binnen
Gods Heilsplan uit via de (doorgaans onzichtbare) tussenkomsten van de
Aartsengelen op de levensweg van zielen, die zichzelf en hun leven totaal aan
Haar uitleveren. Laten wij er vandaag om smeken, dat Zij deze tussenkomsten
steeds weer mogelijk moge maken. De Hemelse Koningin houdt er bijzonder van,
wanneer zielen zich door tussenkomst van de Aartsengelen aan Haar toewijden en
Haar daardoor in staat stellen om Haar Werken in deze zielen nog doeltreffender
vorm te geven.
In Liefde
en ten dienste van de Meesteres van alle zielen,
Myriam
Toch
bent U levenslang een schild om mij heen,
mijn glorie, U heft mijn hoofd omhoog.
Kind!
Waarom ben je teneergeslagen? Ik ben het schild dat jullie omringt, jullie
glorie, en degene die jullie hoofd opricht. Vrees niet! Vrees niet! IK BEN. Ik
ben gekomen zodat jullie het leven zouden hebben en wel in overvloed. Vertoef
niet langer in de schaduw des doods. Hou niet vast aan de duisternis. Wat ook
de omstandigheden zijn, overweeg jullie liefhebbende Abba (Vader). Voel zijn
liefde, zijn bescherming, zijn oneindige, onoverwinnelijke kracht. Nestel
jullie in de plooi van zijn arm. Ruik zijn zoete geur. Koester jullie in de warmte van
zijn liefdevolle blik. Dit is jullie thuis, kleintjes, veel echter dan wat
jullie rond jullie zien. Vertoef daar, mijn
kinderen, en wees in vrede. Shalom.
O
geliefde Vader, Abba, hoe kan zon ellendig schepsel zo iets doen? Uw liefde
en barmhartigheid alleen maken dit mogelijk. Dan, fiat! Laat het gebeuren voor mij, en voor al
degenen die U mij gegeven hebt om voor te bidden, zoals U hebt gezegd. Abba, ik
hou van U! Ik hou
van U! Amen.
Efeziers
4:11-13
Hij ook heeft gaven uitgedeeld. Sommigen maakte Hij apostel, anderen profeet,
anderen evangelist, weer anderen herder en leraar, om de heiligen toe te rusten
voor het werk van de bediening, tot opbouw van het lichaam van Christus, totdat
wij allen tezamen komen tot de eenheid in het geloof en de kennis van Gods
Zoon, tot de volmaakte man, tot de gehele omvang van de volkomenheid van
Christus.
Mijn
geliefden, Ik heb jullie niet verweesd achtergelaten maar jullie toegerust en
jullie uitgezonden voor de missie. Mijn gaven mogen niet afgedaan worden als
onbelangrijk maar ter harte genomen worden en gebruikt worden voor hun uniek
doel. Zijn alle apostelen dezelfde? Dragen alle profeten dezelfde boodschap
uit? Gebruiken alle evangelisten dezelfde methode? Nee. Elk is toegerust op een
unieke manier. Het is
verkeerd om hen te vergelijken, want elk zal geoordeeld worden volgens de
manier dat ze wat hen gegeven werd, gebruikt hebben. Wee degenen die hun talent
in de grond hebben verborgen! Kinderen, onderscheid goed de gaven die jullie
hebben gekregen en wees niet bang om hen te gebruiken voor het oprichten van
het koninkrijknaar de volledige Christus. Doe jullie deel, en oordeel niet
over anderen hun roeping en hoe ze die vervullen. Bid voor allen in de plaats,
want als meer zielen hun Godgegeven doel vervullen, zal de komst van het
koninkrijk versneld worden.
O mijn
Jezus, vergeef me voor de keren dat ik gefaald heb in mijn roeping. Vermeerder
mijn vurigheid. Geef me wijsheid en inzicht om op elk moment te weten hoe U
wilt dat ik het koninkrijk opbouw. Zend Uw Geest, O Heer, en vernieuw het
aanschijn van de aarde. Maranatha! Amen.
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen willen zo snel mogelijk de top van de berg
bereiken, zowel op wereldlijk als op geestelijk vlak, doch elke inspanning
daarvoor is hen teveel. De weg naar Mijn Vader is geplaveid met vreugde en
vrede, maar ook met lijden en beproevingen. Dat elke ziel leert om deze weg te
gaan dag na dag, stap voor stap, zodat zij kunnen ervaren wat ook Mijn leven
geweest is. Dat zij dagdagelijks leren vechten om zich volledig aan Ons allen
te geven, volledig met hart en ziel, zodat zij werkelijk aanvoelen dat Wij
allen bij hen aanwezig zijn op elk moment van hun leven. Dat zij durven vechten
om een inspanning te leveren om zich naar Ons allen te keren zowel in goede als
in minder goede tijden.
Ik geef de raad aan elke ziel om te aanvaarden wat zij soms
moeilijk kunnen aanvaarden. Ik weet dat het voor velen gemakkelijk is om altijd
goede dingen te mogen ontvangen maar dat het nog moeilijker is om eens liefde
te geven aan hun vijanden, om eens iets te doen wat zij niet graag doen. Wil
bidden opdat elke ziel bereid zou zijn zich maar Ons te keren. Mijn Moeder en
Ikzelf, maar ook de engelen en heiligen zullen hen troosten en genezen wanneer
het hen te zwaar wordt. Nooit zullen zij nog alleen de last moeten dragen als
hen het te moeilijk is, als zij zich maar volledig aan Ons allen durven geven.
Ook de vele priesters die zich nu van Ons allen afgekeerd
hebben omwille van verschillende redenen, zoals Mijn Woord dat niet meer modern
genoeg is en nog vele andere dingen, aan die priesters wil Ik vragen om goed na
te denken, weer te bidden en zich terug aan Ons allen te geven. Dat zij weer de
zielen, die op tocht zijn, naar Ons allen willen brengen. Ik zie zovele schapen
die naast de weg beland zijn, die vastzitten in een struik en die leiding en
begeleiding nodig hebben. Ook de bekeerde zielen hebben soms lange tijd
begeleiding nodig daar zij soms nog zo zwak zijn, het soms nog allemaal zien
met menselijke ogen en luisteren met menselijke oren.
Wil hen blijven bijstaan als Ik deze naar je toestuur en
wil voor al deze zielen blijven bidden. Ik zegen je en ook de vele zielen die
zich aan Ons allen willen geven, die de stap durven zetten om de weg naar Mijn
Vader te gaan, dag na dag, stap voor stap. Die soms ook eens met Mij durven
lijden, want door hun lijden zullen zij grote vreugde en liefde ontmoeten als
zij Ons allen blijven volgen. Ik ben bij je op elk moment. Wil veel bidden met
Ons allen. Wij zijn bij jullie aanwezig. (28/07/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen blijven sensatie zoeken, zij blijven wonderen
zoeken waar deze niet gebeuren. Dan worden zij teleurgesteld wanneer er weer
niets gebeurt, wanneer het mirakel niet volbracht wordt en dan worden sommigen
verbitterd. Dat zij die deze sensaties zoeken leren bidden en proberen om het
grootste wonder dat kan gebeuren te laten geschieden, namelijk hun EIGEN
BEKERING, HUN EIGEN STANDVASTIG GELOOF, zodat zij niet meer teleurgesteld door
het leven moeten gaan. San zullen zij krachten ervaren die hen door het
dagdagelijkse leven leiden en begeleiden. Wij allen zullen hen nabij zijn als
zij de goddelijke wijsheid durven zoeken, een wijsheid die altijd vredevol,
rechtvaardig, barmhartig en oprecht is en alleen de waarheid dient.
Wanneer zij deze goddelijke wijsheid nastreven zullen zij
een grote oogst binnenhalen. Ik wil vragen om veel te bidden voor die vele nog
twijfelende en zoekende zielen zodat zij eindelijk de goede weg mogen vinden.
Velen willen wel maar worden door de andere en zijn trawanten langs
verschillende kanalen schrik aangejaagd, hen wordt al het wereldse beloofd dat
zij vragen maar wie met de wereld en de materie vriend is kan zich moeilijk
Onze vriend noemen. Wil veel bidden voor de vele twijfelende zielen opdat zij
een gepaste leiding en begeleiding zouden mogen vinden.
Zovele jongeren zijn op zoek geweest, maar hebben zij wel
het juiste woord ontvangen, willen zij nog Mijn Plaatsvervanger op aarde
volgen, durven zij in vertrouwen op Ons allen de goede weg opgaan, de weg der
waarheid, de weg der liefde en de weg van Mijn Woord, van de geboden? Vele
zielen, ja, zelfs vele gelovigen leggen de geboden naast zich neer en trekken
de woorden die Mijn Plaatsvervanger op aarde spreekt in twijfel. Wil bidden
opdat elke ziel terug het sacrament van de biecht in ere zou herstellen en dat
ELKE PRIESTER zou bereid zijn om deze zielen weer op het goede pad te brengen.
Ik zegen jullie om verder te strijden tegen het kwade want soms kan het wel
heel moeilijk zijn, toch ervaren jullie telkens weer dat de andere het
onderspit moet delven. Wil jullie aan Ons allen blijven geven, totaal met hart
en ziel en heel veel blijven bidden. Ik ben bij jullie in alle omstandigheden.
Blijf heel diep vertrouwen en nog dieper geloven. (31/07/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen leven in een voortdurende angst en zijn onrustig
geworden doordat er meer en meer verwarring over Ons allen de wereld wordt
ingestuurd zoals Mijn Woord dat betwijfeld wordt, Mijn Verrijzenis die niet
meer geloofd wordt en zo vele andere dingen meer. Jammer genoeg worden deze
zaken door priesters en zelfs theologen naar de mensen gezonden. Ik wil al deze
vertwijfelde zielen de raad geven Mijn weg te blijven volgen hoe moeilijk het
soms ook mag zijn en hoe angstig zij ook mogen zijn. Dat zij zich niet laten
vangen door de andere die hen meer en meer in zijn netten wil, nee, dat zij
gewoon blijven bidden, alle sacramenten op een goede manier beleven en naleven
en vooral liefde blijven geven aan Ons allen maar ook aan hun medemensen.
Dat zij Onze wapens blijven gebruiken, en stilaan zullen
zij weer licht zien en het einde van de duisternis waarin vele zielen nu
verblijven. Juist doordat de andere hen zovele wereldse zaken heel mooi
voorspiegelt zijn vele kleine en goedgelovige zielen verblind door al die mooie
woorden, woorden die helemaal leeg zijn, totaal zonder inhoud, en alleen dienen
om hen te verleiden en hen van Mijn weg te houden. Dat zij weten dat Mijn Woord
eeuwig zal gelden en dat zij proberen om hun geloof standvastiger te maken door
dag na dag hun liefde te laten groeien.
Dat zij een voorbeeld nemen aan de vele heiligen die hen
zijn voorgegaan, heiligen die een diepe liefde hadden voor Ons allen maar ook
voor hun medemensen. Ik wil elke ziel die Mijn weg wil bewandelen steunen en
sterken, ook in hun moeilijkheden die zij wellicht zullen kennen maar die zij
ook zullen overwinnen als zij Ons allen blijven zoeken en zich totaal overgeven.
Ik zegen je en Ik ben bij je in alle omstandigheden. Blijf veel bidden en je
totaal geven, met hart en ziel. (24/07/2002)
Er was een rijk man, die gekleed ging in purper en het
fijnste linnen, en elke dag uitbundig feestvierde. Aan zijn poort lag een
zekere Lazarus; hij was arm en zat onder de zweren. Hij had graag zijn honger
gestild met wat er van de tafel van de rijke op de grond viel, maar nee, de
honden kwamen en likten aan zijn zweren. Toen kwam de arme te sterven; de
engelen droegen hem in de schoot van Abraham. Ook de rijke stierf, en werd
begraven. In het dodenrijk sloeg hij gekweld door pijn zijn ogen op en zag van
verre Abraham met Lazarus in zijn schoot. Vader Abraham, riep hij, heb
medelijden met me; stuur Lazarus om de toppen van zijn vingers nat te maken met
water, en er mijn tong mee te verkoelen, want ik lijd hevig in dit vuur. Maar
Abraham zei: Kind, vergeet niet dat jij het heel je leven goed hebt gehad en
Lazarus altijd slecht; nu wordt hij hier getroost, en jij lijdt pijn.
Bovendien, er gaapt tussen ons en jullie een diepe kloof; al zou iemand van
hier naar jullie willen oversteken, hij zou het niet kunnen; evenmin kan iemand
van daar naar ons komen. Maar de rijke zei: Dan, vader, vraag ik u hem naar
mijn ouderlijk huis te sturen, want ik heb nog vijf broers. Laat hij hen gaan
waarschuwen, zodat zij niet eveneens terechtkomen in dit oord van pijn. Maar
Abraham zei: Ze hebben Mozes en de Profeten; daar moeten ze naar luisteren. Maar
hij zei: Nee, vader Abraham, als iemand van de doden naar hen toe komt, dan
zullen zij zich bekeren. Maar Abraham antwoordde: Als ze niet naar Mozes en
de Profeten luisteren, dan zullen ze zich ook niet laten overtuigen als iemand
uit de doden opstaat. (Lucas 16:19 en verder)
IK
VEROORDEEL ALLE PRAKTIJKEN DIE ERTOE LEIDEN DE CYCLUS VAN HET LEVEN AF TE BREKEN
!
21 SEPTEMBER 2016 1H35 P.M OPROEP VAN JEZUS, DE GOEDE HERDER AAN ZIJN KUDDE
Mijn vrede zij met jullie, schapen van mijn kudde.
Mijn kudde, Euthanasie is moord. Geen enkele mens mag de cyclus van het leven
afbreken onder het mom dat hij het doet door intense pijn of voor een waardige
dood aan de persoon te geven die zich in staat van hersendood bevindt of die een
slepende ziekte ondergaat. Wie zijn jullie, stervelingen, die beslissen wie mag
leven en wie er moet sterven? Stop met jullie goden te wanen: denken jullie dat
jullie de levenscyclus mogen afbreken buiten mijn wil om?
Ik zeg het jullie: wie de levenscyclus afbreekt door middel van Euthanasie of
die toestemming daartoe geeft om het leven af te breken is een moordenaar. Als
de wetten van deze wereld hem niet berechten en hij geen berouw toont over deze
zonde en deze misdaad niet uitboet, zal wanneer hij in de eeuwigheid beland en
mijn goddelijke gerechtigheid hem veroordeeld, hij de veroordeling tot eeuwige
dood zal krijgen! Dat verzeker ik jullie.
Ik veroordeel alle praktijken die ertoe leiden de levenscyclus af te breken! Weten
jullie niet, dwazen, dat als een persoon afziet in deze wereld, het is omdat
mijn wil het zo beschikt zodat de ziel zich zuivert en zich redt? Ik ben het
die het leven schenkt of afneemt; leven en dood komen door Mij; enkel jullie
God heeft de macht om leven te geven of af te breken. Wanneer een mens in coma
verkeert of in vegetatieve staat verkeert door hersendood, of lijdt aan een
slepende ziekte is het omdat ik deze mens zuiver in deze wereld zodat hij in de
eeuwige glorie komt waar hij niet verloren gaat. Onderbreek mijn wens niet,
omdat jullie gedachten de mijne niet zijn en jullie wegen niet de mijne zijn!
Ik doe een oproep aan al degenen die een medisch beroep uitoefenen, aan allen
die wetten tegen het leven uitvaardigen en aan de leiders van deze wereld, dat
zij stoppen met goden te spelen en zij het leven respecteren als een gave die
van God komt. Geen enkele sterveling, mag, onder geen enkel beding of
persoonlijk oogpunt de gave van het leven afbreken. Als dit toch gebeurt en
degene geen berouw toont en boete doet, zal die als de eeuwigheid komt een
zekere eeuwige dood tegemoet gaan.
Mijn kudde, de Nieuwe Wereld Orde, dat klaar staat om opgericht te worden in
deze wereld heeft als een van zijn objectieven de Euthanasie ingang te doen
vinden. Ze zoeken daarmee het leven van miljoenen personen te beeindigen. Dat
alles maakt deel uit van een georkestreerd plan van de volgelingen van het
kwaad om de wereldbevolking te verminderen. In dit macaber uitroeiingsplan zullen
talrijke professionelen in gezondheid en artsenij betrokken zijn; vele
ziekenhuizen, laboratoria, apothekers; gouvermentele organisaties en leiders
van naties. Ze viseren bejaarden, kinderen, gehandicapten, zieken en al degenen
die een belasting zijn voor de staat.
Mijn kudde, bescherm het leven, want deze moet boven alle menselijke
beslissingen staan. Het respect voor het leven is een natuurlijk recht, dat
geen enkele mens mag opheffen of manipuleren; het leven en de menselijke
waardigheid moeten het halen op de menselijke beslissingen. Kom op, mijn volk,
blijf niet zwijgen; verhef jullie stem en bescherm het recht om leven, want
deze gave komt van God! Laat niet toe dat deze overtreding tegen het leven,
jullie beroofd van deze kostbare gave dat ik jullie heb gegeven: het recht om
te leven en jullie te vermenigvuldigen.
Schapen van mijn Kudde, de volgelingen van het kwaad die beslissen over het lot
van de mensheid in hun geheime bijeenkomsten, hebben als hoofddoel de
uitroeiing van het overgrote deel van de wereldbevolking. Volgens hen moeten de
zwaksten sterven; enkel de sterken en de machthebbers mogen in leven blijven.
De zieken, de bejaarden, de gehandicapten en de kinderen van de derde wereld
moeten verdwijnen. Er zijn reeds campagnes van sterilisatie in de actieve
vrouwelijke bevolking van Afrika en Amerika; het is hun doel om het
geboortecijfer te verminderen op deze continenten, zodat de bevolking niet
blijft groeien.
Het racisme en de xenofobie, wat de afkeer is van vreemdelingen stijgt in vele
grote naties. De rassendiscriminatie zal veel bloedvergieten met zich
meebrengen. In de laatste heerschappij van mijn tegenstander zullen vele
kleurlingen en vele vreemdelingen die in de grote naties wonen vervolgd worden,
gemarteld en vermist worden, vooral degenen die komen uit de armste landen.
Bereid jullie voor, mijn Kudde, want de dagen van jullie zuivering komen
naderbij. Vrees niet degenen die het lichaam doden en niet de ziel kunnen doden;
vrees veeleer degenen die de ziel en het lichaam in de hel werpen (Matteus 10
:28). Mijn kudde, tijdens jullie passage in de eeuwigheid, zal ik jullie de
kracht geven, zodat jullie de dagen van zuivering kunnen weerstaan. Wie kan
jullie scheiden van de liefde van God? Blijf in het geloof en in mijn liefde.
De kracht van het geloof en de liefde zullen jullie veilig leiden naar de
poorten van de Nieuwe Schepping.
Mijn vrede laat ik jullie, mijn vrede geef ik jullie. Toon berouw en bekeer
jullie, want het Koninkrijk van God is nabij.
Jullie Meester, Jezus, de Goede Herder.
Breng mijn boodschappen uit, schapen van mijn kudde.
Jesaja heeft twee zonen die, net als Immanuel, symbolische
namen krijgen:
·Sear-Jasub is niet zo erg als het klinkt. Het
betekent een overlevende al terugkeren. De naam kan als volgt worden
uitgelegd: hoe erg de situatie ook is, er zal altijd een overlevende van Gods
volk zijn. Het kan ook anders uitgelegd worden: een heel leger kan ten strijde
trekken, maar slechts 1 overlevende zal terugkeren. Dat is niet goed.
·Maherswalalhasbaz betekend vlugge buit, snelle
roof. Positief hieraan is dat Assyrie spoedig de Syrisch-Israelitische
coalitie zal verslaan die koning Achaz bedreigt. Negatief is echter dat het
volk van Juda dan het slachtoffer zal worden van Assyriers agressie. Dat is
echt niet goed.
Later trekt Jesaja zijn kleren uit en loopt drie jaar naakt
rond. Sear-Jasub en Mahersalalhasbaz zullen wel heel wat uit te leggen hebben
gehad aan hun vrienden, maar de historische achtergrond voor dit ongewone
gedrag is de Assyrische inname van de Filistijnse stad Asdod (711 v. Chr.). De
inwoners van Asdod hadden gehoopt dat hun machtige bondgenoten Egypte en Kus
(Nubie, ten zuiden van Egypte, nu Soedan/Ethiopie) hen zouden helpen bij deze
aanval. Dat doen ze echter niet. Daarom trekt Jesaja zijn kleren uit om de uitrusting
van krijgsgevangenen te symboliseren. Daarmee waarschuwt hij de mensen van
Egypte en Kus dat ook zij in de handen van Assyrie zullen vallen. Verder zegt
Jesaja tegen Juda dat ze niet op Egypte moeten vertrouwen voor militaire steun.
Jeruzalem op het nippertje gered (Jesaja 36-39)
Niemand mag de Assyriers, maar dat kan hen niet veel
schelen. Ze houden zich met niets anders bezig dan verkrachten en het roven en
plunderen van koninkrijken om zichzelf te verrijken en zich ervan te verzekeren
dat de mensen te bang zijn om in opstand te komen. Omdat Israel wel in opstand
komt, verwoesten de Assyriers in 721 v. Chr. Het noordrijk. Bijna twintig jaar
later valt Juda als de Assyrische koning Sanherib meerdere steden verwoest en
zelfs Jeruzalem in handen krijgt.
Gelukkig luistert koning Hizkia van Juda naar Jesaja en
toont berouw in naam van het hele volk. We lezen in de bijbel dat een engel 185.000
Assyrische soldaten in hun slaap doodt, terwijl Jeruzalem onder vuur ligt.
Sanherib keert noodgedwongen terug naar huis.
Een profeet voor elk seizoen: de tweede en
derde Jesaja
Door de verschillen in woordgebruik, theologische
standpunten en historische perspectieven denken veel bijbelwetenschappers dat
het boek Jesaja de woorden bevat van meer dan een profeet. Volgens hun theorie
zijn Jesaja 1-39 grotendeels daadwerkelijk van de achtste-eeuwse profeet uit
Jeruzalem. De tekst waarschuwt Israel en Juda vanwege hun fouten en dreigt met
ballingschap als zij hun leven niet beteren. In Jesaja 40-66 kondigt de profeet
(door geleerden tweede of deutero- Jesaja genoemd) het einde van Gods
boosheid aan en belooft de terugkeer uit de ballingschap.
Deze profeet zou volgens deze theorie kort voor de val van
Babylonie in 539 v. Chr. In ballingschap hebben geleefd. Hierna mogen de joden
terug naar huis. Sommige wetenschappers zien in de hoofdstukken 40-66 ook nog
eens de derde of trito- Jesaja (56-66). Door nieuwe veranderingen van
woordgebruik en standpunten denken zij dat deze hoofdstukken zijn geschreven
door een vijfde-eeuwse inwoner van Juda die is teruggekeerd naar Jeruzalem.
Hoewel dit allemaal theorieen zijn, geeft het wel aan dat de sfeer van Jesaja
verandert als historische veranderingen plaatsvinden, waardoor Jesaja een
profeet voor elk seizoen wordt.
De lijdende dienaar (Jesaja 53)
Het boek Jesaja bevat verschillende passages over de
activiteiten van een naamloze dienaar van God. Het best bekend is het Lied
van de lijdende dienaar in Jesaja 53. Het lied vertelt het verhaal van een
onaantrekkelijke man vol leed die gehaat is en door anderen wordt afgewezen.
Hij draagt de pijn van anderen, maar ze doen hem nog meer pijn. Zelfs God dot
zijn dienaar pijn door de zonden van iedereen op zijn schouders te laden.
Om de lijdende dienaar naamloos is, is hij aan talloze
figuren uit Israels verleden verbonden. Hieronder vallen Jesaja zelf, Jeremia
en zelfs het volk Israel. De schrijvers van het Nieuwe Testament interpreteren
hem als Jezus, die ook veel emotionele en lichamelijk pijn te verduren heeft,
zwijgt voor zijn aanklagers en doorboord wordt (gekruisigd) voor onze zonden.
In de bijbel lezen we niets over Jesajas dood. Volgens de
overlevering executeert Manasse, koning Hizkias zoon en de kwaadaardigste
koning van Juda, Jesaja door hem in tweeen te zagen. In Hebreeers 11:37 van het
Nieuwe Testament lezen we dat een van Gods profeten in tweeen werd gezaagd,
een duidelijke verwijzing naar bovengenoemde gebeurtenis.
J E R
E M I A
Jeremia is ook bekend als de wenende profeet. Hij is
ongetwijfeld de depressiefste figuur in de bijbel en niet ten onrechte: hij is
actief van 626 tot 580 v. Chr. En is lijfelijk aanwezig bij de verwoesting van
Jeruzalem door de Babyloniers. Het ergste is dat veel van deze gruwelen
voorkomen hadden kunnen worden als de mensen naar zijn oproep tot berouw hadden
geluisterd.
De gevreesde en fatale roeping van een profeet
(Jeremia 1)
Jeremia werd geboren in Anatot, een klein dorp zeven
klilometer ten noorden van Jeruzalem. Hij is priester, net als zijn vader
Chilkia en lijkt af te stammen van Mozes, Israels grote bevrijder en wetgever.
Het is daarom interessant dat Jeremia, die volgens God al in de schoot werd
uitverkoren, allerlei smoezen verzint waarom hij niet geschikt is voor de baan.
Hij herinnert God eraan dat hij nog erg jong is en, net als Mozes, niet goed
uit zijn woorden komt. God zegt hetzelfde tegen Jeremia als tegen Mozes: Ik zal
je bijstaan en je vertellen wat je moet zeggen. Vervolgens symboliseert hij hoe
hij woorden in Jeremias mond zal leggen door zijn lippen aan te raken. Met
tegenzin accepteert Jeremia zijn opdracht als Gods profeet.
Nu mag jij het juk dragen, Chananja (Jeremia
27-28)
Enkele van de meest gedenkwaardige passages in Jeremia gaan
over zijn voortdurende strijd tegen de valse profeet Chananja. Een van deze
confrontaties vindt plaats als enkele buurlanden van Juda afgezanten naar
Jeruzalem sturen voor de kroning van koning Sedekia. Om hun aandacht te
krijgen, legt Jeremia een juk op zijn schouders, om te laten zien dat alle
naties in de omgeving spoedig gebogen zullen gaan onder het juk van Babylonie.
Jeremia gaat zelfs zover dat hij de Babylonische koning Nebukadnessar dienaar
van God noemt. Verder waarschuwt hij de volken dat God hen zal straffen met
het zwaard, de pest en hongersnood, als zij zich niet aan Babylonie
onderwerpen.
De mensen willen dit slechte nieuws natuurlijk niet horen
en Chananja helpt hen daarbij. Hij zegt dat Nebukadnessars dagen geteld zijn.
Hij haalt het juk van Jeremias schouders en breekt het om te symnoliseren dat
God het juk van Babylon gebroken heeft. Jeremia heeft echter het laatste woord
in deze confrontatie. Hij keert zich tot Chananja en zegt hem dat hij weliswaar
het juk heeft gebroken, maar dat God een nieuwe van ijzer zal maken. Verder
voorspelt hij dat God Chananja binnen een jaar zal doden. Kort erna sterft de
valse profeet.
De druiven van gramschap zijn zuur (Jeremia 31)
De uitdrukking de druiven zijn zuur komt van Jeremia. In
de bijbel heeft de uitdrukking echter niet met veinzen, maar met
aansprakelijkheid te maken. Jeremia zegt dat de mensen weldra niet meer zullen
zeggen: De ouders eten zure druiven, maar de kinderen krijgen stroeve tanden
(Jeremia 31:29). Dit gezegde wordt blijkbaar vaak gebruikt in de dagen van
Jeremia, aangezien ook Jeremias tijdgenoot Ezechiel de uitdrukking noemt
(Ezechiel 18:2). Het drukt uit wat de meeste mensen denken in de moeilijke
tijden waarin Jeremia leeft: dat de huidige problemen het gevolg zijn van de
zonden van hun voorouders. Jeremia verzekert de mensen er echter van dat
iedereen verantwoordelijk is voor zijn eigen handelingen en dat kinderen
weliswaar kunnen lijden onder de gevolgen van hun ouders zonden, maar daarop
niet afgerekend worden.
Jeremias nieuwe verbond (Jeremia 31)
De meest ontroerende passages in Jeremia zijn de
beschrijvingen van Gods toekomstplannen voor Israel: een hoopvolle toekomst
beloof ik (Jeremia 29:11). Een van Gods plannen is het aangaan van een nieuw
verbond met Israel waarbij mensen Gods wetten zullen gehoorzamen omdat ze in
hun hart geschreven staan. God zal hun zonden vergeven en niet meer denken
aan wat ze gedaan hebben (Jeremia 31:33-34). Deze voorspelling geeft de joden
nieuwe hoop na de verwoesting van Jeruzalem door de Babyloniers in 586 v. Chr.
De vroege christenen passen hem toe op Jezus, wiens dood aan het kruis alle
zonden vergeeft en een nieuw verbond aankondigt (Lucas 22:20).
Ga niet naar Egypte! Jeremias verhuizing en
dood (Jeremia 42-43)
Na de verwoesting van Jeruzalem door de Babyloniers komen
de overlevenden bij Jeremia en geven toe dat ze naar hem hadden moeten
luisteren en hebben berouw van hun zonden. Ze vragen hem wat ze nu moeten doen.
Jeremia zegt dat ze in geen geval naar Egypte moeten gaan (Jeremia 42:19). Dan
laat het volk zien dat ze geen steek veranderd zijn en noemen Jeremia een profeet
van leugens. Vervolgens nemen ze hem mee naar Egypte.
In de bijbel staat niet hoe Jeremia aan zijn einde komt, maar
latere tradities geven twee opties: hij sterft een natuurlijke dood of wordt
gestenigd vanwege zijn onpopulaire boodschappen. Hoe Jeremia ook gestorven is,
zijn leven is een schoolvoorbeeld van hoe zwaar het is om uitverkoren te zijn
als profeet van God.
De wenende profeet: Klaagliederen
De klaagliederen zijn vreselijk moeilijk om te lezen, maar
zeker de moeite waard. De moeilijkheid zit niet in de lengte of het
woordgebruik, maar in de inhoud. In Klaagliederen staan de verdrietige verzen
over de verwoesting van Jeruzalem door de Babyloniers in 586 v. Chr. Omdat
Jeremia, de wenende profeet, leeft ten tijde van deze vreselijke gebeurtenissen
en omdat ergens anders staat dat hij klaagliederen schrijft (2 Kronieken
35:25), is hij volgens de overlevering de schrijver van deze klaagzangen. Ze
zijn echter anoniem, wat wel toepasselijk is omdat ze het verdriet van een volk
uitdrukken.
In de bijbel komt Klaagliederen na het boek Jeremia door de
associaties met deze profeet. In Tenach behoort Klaagliederen (ook wel Eicha of
Hoe genoemd, naar het beginwoord) tot de Geschriften.
Klaagliederen begint met: Verlaten licht de stad, eens zo
vol mensen. En het boek wordt er niet vrolijker op. Het beschrijft hoe de
Babylonische strijdkrachten Jeruzalems stadsmuren neerhalen, de mensen doden of
tot slaaf maken en de stad in brand steken. Degenen die de aanval overleven,
hebben geen voedsel en worden zo wanhopig dat ze hun eigen kinderen opeten
(Klaagliederen 2:20 en 4:10). Zaken die voorheen als waardevol golden, zoals
goud en edelstenen, hebben geen enkele betekenis meer in het licht van de
verschrikkingen die het volk heeft meegemaakt (Klaagliederen 4:1). Temidden van
alle verwoestingen en wanhoop blijft er tot een reden voor hoop in God:
Wie hij verwond heeft, troost
hij weer. Zijn liefde is groot. Niet van harte vernedert en pijnigt hij mensen.
Klaagliederen 3:32-33
Altijd moet er, voordat Ik in een leven kom, een tijd van
voorbereiding zijn. Dat is het werk van hen die Mij reeds kennen. De
voorbereiding kan in elk individueel geval verschillen. De Doper kwam met zijn
donderstem van bekering! In vele gevallen kan een liefdevolle, help0ende hand
nodig zijn voordat de grond geheel gereed is voor Mij, de Zaaier. Bereid Mijn
weg: - door liefdevolle gemeenschap, door een door de Geest bezield voorbeeld,
door tedere hulp, door een onwrikbare trouw aan waarheid en gerechtigheid, door
zelfopoffering, en door veel gebed. Bereid de weg des Heren.
In de pas
Dat betekent een inspanning om je voetstappen te richten
naar de Mijne. Weet toch heel goed, met het vertrouwen dat zekerheid geeft, dat
Ik altijd Mijn voetstappen richt naar jullie zwakheid. Goddelijke
terughoudendheid ontspringt altijd aan een teder begrip. Met Mij naast je is er
de hoop, de verzekering dat de dag zal aanbreken waarop Mijn vaste tred ook die
van jullie zal zijn. Houd gelijke tred met ons, zegt de wereld terwijl ze
voorbij snelt. Maar er is er Een die geen koortsachtige haast heeft. Hij
wandelt met je. Wees niet bevreesd.
Zie duidelijk
Dan zul je duidelijk zien hoe je de stofkorrel uit het oog
van je broeder moet verwijderen. Dit is een belofte. Je merkt de tekortkoming
van een ander op. Je verlangt te helpen. Je hebt de door de Geest geinspireerde
visie nodig voor dit werk. Deze kan niet worden geschonken voordat alle
belemmering is weggenomen. Belemmeringen worden veroorzaakt niet door de zonden
van anderen, maar door je eigen zonden en onvolkomenheden. Richt je blik daarom
naar binnen. Tracht ze te overwinnen en zo het geestelijk inzicht te verwerven,
dat je in staat zal stellen je broeder te helpen. Mijn beloften worden altijd nagekomen.
Genade die herschept
Mijn genade is je genoeg, volkomen bevredigend. Mediteer
over deze genade. Bestudeer wat de Schrift erover zegt. Leer ze te waarderen.
Begeer ze als een geschenk van Mij. Ze kan de charme zijn die alles herschept,
wat zonder deze vuil of somber of eentonig is. Ze is de zuurdesem voor het
deeg, de olie voor de machine. Ze is een onschatbaar geschenk. Wacht met
gebogen hoofd en hart bij die zegen: De genade van onze Here Jezus Christus.
Een koninklijke gever
Jullie zeggen Mij dat jullie hart vol dankbaarheid is. Ik
wil van jullie niet zozeer dankbaarheid als wel de vreugde der vriendschap.
Besef dat Ik graag geef. Zoals de Schrift zegt: Het behaagt uw Vader om u het
Koninkrijk te schenken. Ik houd ervan om te geven. De Goddelijke natuur is de
natuur van een koninklijke gever. Heb je ooit weleens gedacht aan Mijn vreugde
wanner je bereid bent om te ontvangen? Wanneer je ernaar verlangt Mijn Woorden
te horen en Mijn zegeningen te ontvangen?
Geweld
Mijn Koninkrijk moet worden verworven door geweld, dat wil
zeggen door inspanning. Hoe kun je dit rijmen met Mijn gave der behoudenis om
niet? Mijn gave is waarlijk om niet en is niet de beloning van enige verdienste
van de zijde van de mens. Maar net zoals niet aan God en de Mammon beiden de
opperheerschappij in iemands leven kan worden gegeven, zo kan Mijn Koninkrijk,
waar Ik als Koning heers, niet worden bewoond door iemand waarin het eigen-ik
heerst. Het geweld dus is het geweld van de zelftucht en de zelfoverwinning,
samen met een intensiteit van verlangen naar Mijn Koninkrijk en een
onvermoeibaar streven om Mijn wil te kennen en te doen.
Een nobel huis
Hoewel Ik een Zoon was, toch leerde Ik gehoorzaamheid. Dat
was om Mijn volgelingen te leren dat trouw aan Mij geen ontheffing van
zelfdiscipline inhield. Het huis van je geest wordt steen voor steen gevormd
liefde, gehoorzaamheid, waarheid. Er bestaat een plan en elke daad van je is
een steen in de bouw ervan. Denk je eens in. Een dwaze daad, een verwaarloosde
plicht, of een in gebreke blijven bij de uitvoering van Mijn wensen betekent
niet alleen een ontbrekende steen, maar een onvolkomen gebouw. Hoe vele anders
nobele karakters zijn zo bedorven. Bouw nu voor de eeuwigheid.
Gaat alle begrip te boven
De
vrede van God, die alle begrip te boven gaat.
Die vrede vervult zowel als omringt de ziel die op Mij
vertrouwt. Ze ontstaat uit een lange geloofservaring, die geheel en al
doortrokken is van de nimmer falende liefde van een Vader. Een Vader die zorgt
en beschermt, niet alleen vanwege Zijn verplichtingen uit hoofde van het
Vaderschap, maar als gevolg van een verlangen de intense, duurzame liefde, die
het heerlijk vindt om te beschermen en te geven, en die niet genegeerd kan worden.
Een bijzonder boodschap
Vrede heeft voor iedere ware discipel een speciale
betekenis en boodschap. Ze is geliefd bij hem door associatie. Vrede was het
afscheidsgeschenk van zijn Heer aan Zijn volgelingen, nagelaten middels hen aan
de volgelingen van elke komende generatie. Het is niet de vrede der
onverschilligheid, der traagheid; dat is slechts berusting. Nee, de vrede die
Ik de Mijnen naliet is bezielend en sterk. Ze kan alleen wonen in het hart van
iemand die met Mij leeft. Ze ontleent aan Mij dat eeuwige leven dat het Mijne
is en dat dit geschenk altijd vol van onvergankelijke schoonheid maakt en met
recht doortrokken van leven.
Volheid der blijdschap
Er bestaat een blijdschap van Mijn Koninkrijk die Mijn
volgelingen mogen kennen en die door geen schaduw van s werelds pessimisme in
gevaar kan worden gebracht. Ze weerstaat alle gewrongenheid van uiterlijke,
zielloze traditie. Al te vaak zien Mijn volgelingen niet hoe vol van blijdschap
Ik kon zijn. Ze zien Mij, de Jezus die de stad aanschouwde en over haar weende,
die zo geraakt was door het lijden om Hem heen, en zij realiseren zich niet hoe
vervuld van blijdschap Ik kon zijn bij een reactie op Mijn oproep. Geen schaduw
van het kruis kon die blijdschap verduisteren. Ik was als een bruidegom onder
de vrienden die hij had gekozen om in de vreugden van zijn trouwfeest te delen.
Als zodanig weigerde Ik acht te geven op de bedektelijk geuite berisping van de
Farizeeen. We vormden een groep, vervuld van verlangen om een wereld te redden,
we waren vol hoop en enthousiasme. Onze geest kon niet worden samengeperst in
de versleten kruiken van louter Farizeese traditie. Overdenk dit en herken je
Meester, die je opdraagt lief te hebben en te lachen.
Liefde is vrij van verplichtingen
Hoe menselijk, hoe aardsgebonden zijn de gedachten die de
mens heeft over God. Hij oordeelt over Mij en Mijn Vader volgens zijn eigen
zwakke opwellingen en gevoelens. In de Goddelijke liefde is er niet de dwang
van de plicht van de zijde van de beminde jegens Hem die liefheeft. De liefde
trekt, zeker, en dan verlangt de liefde te dienen en zich te betonen. Maar geen
sprake van verplichting in ruil voor de liefde.
Het woord profeet komt van het Griekse prophetes, dat spreken
in naam van een ander betekent. Bijbelse profeten zijn dus boodschappers die
spreken in naam van God. In het Hebreeuws is de meest gebruikelijke naam voor
profeet echter nabi: iemand die geroepen is. In de Tenach ligt de nadruk
dus niet zozeer op de rol van boodschapper, maar op de status van de profeet
als iemand met een roeping van God.
Het takenpakket van een profeet
Het is niet gemakkelijk om profeet te zijn. Meestal zijn de
boodschappen van God net zo geliefd als een faraokostuum tijdens het joodse
paasfeest. Er is eigenlijk maar 1 profeet, Jesaja, die de baan zelf heeft
gezocht, alle anderen, waaronder Mozes, Jona en Jeremia, klagen dat hun roeping
een zwaarder lot is dan de dood.
Tot het takenpakket van een profeet behoren doorgaans:
·De toekomst voorspellen. Het voorspellen van
toekomstige gebeurtenissen is het visitekaartje van de profeet. Deze
voorspellingen varieren van het bepalen van het geslacht van een ongeboren baby
tot het voorspellen van de winnaar in een oorlog. Het vermogen de toekomst te
voorspellen geeft een profeet zijn geloofwaardigheid. Als ze voor publiek
staan, kunnen ze de luisteraars vertellen wat ze echt denken (of beter gezegd,
wat God denkt).
·Leiders adviseren. Koningen zijn zich bewust
van het belang van Gods goedkeuring voor ze een bepaalde actie ondernemen,
zoals het bouwen van een tempel of het beginnen van een oorlog. De meeste
koningen accepteren echter geen negatieve reactie en huren daarom een profeet
die niet meer is dan een klassieke jaknikker. Soms echter komt een echter
profeet opdagen, die de koning vertelt wat God denkt over zijn plannen of
regering. Dit tot grote ergernis van de koning. Het gevolg is dat koningen en
profeten het meestal niet met elkaar kunnen vinden.
·Veranderingen bewerkstelligen. Profeten doen
erg hun best om het gedrag en geloof van mensen te veranderen. Soms wordt hun
boodschap met berouw en verandering ontvangen, maar meestal gaan de mensen hun
waarschuwingen uit de weg en zijn de profeten hun leven niet zeker.
·Symbolische handelingen uitvoeren. Omdat daden
meer zeggen dan woorden ondersteunen profeten hun woorden met dramatische
handelingen. Zo moet Ezechiel bijvoorbeeld eten koken boven kolen van mest om
Israels morele onzuiverheid aan te tonen (Ezechiel 4). De profeet Hosea moet
een prostituee trouwen om Israels ontrouw aan te tonen (Hosea 1). De profeet
Jesaja krijgt de opdracht om drie jaar naakt door het leven te gaan om Israels
dreigende veroordeling en schaamte te demonstreren (Jesaja 20). Je kunt je wel
voorstellen dat er geen lange wachtlijst is bij het Uitzendbureau voor
Profeten.
·Orakels uitspreken. De meest gebruikelijke
functie van een profeet is het doorgeven van Gods boodschappen. Deze
boodschappen, orakels genoemd, beginnen meestal met de woorden Dit zegt de
Heer Orakels waarschuwen mensen meestal voor veroordelingen die dreigen als
ze niet van richting veranderen en hun leven beteren.
De kwalificaties van een profeet
Voor het priesterschap moet je aan bepaalde eisen voldoen
om ingehuurd te worden. Je moet Leviet en man zijn en binnen een bepaalde
leeftijdscategorie vallen. Bijbelse profeten kunnen daarentegen jong of oud,
rijk of arm, slimmerik of sukkel, man of vrouw zijn. Enkelen van de meest
invloedrijke profeten van Israel zijn vrouwen. Hieronder bevinden zich Mirjam,
die het volk voorgaat in een gebed aan God na de exodus uit Egypte (Exodus
15:20); Debora, die Israel een overwinning op de Kanaanieten bezorgt (Rechters
4:4) en Chulda die Josia, een van de grootste koningen van Israel, adviseert (2
Koningen 22:14). Het geheim achter Gods keuze is diversiteit, want God heeft
een breed scala aan mensen nodig om zijn boodschappen uit te dragen binnen de
voortdurend veranderde omstandigheden van Israels bestaan.
Inleiding
tot de grote profeten
Er zijn drie grote profeten (Jesaja, Jeremia en Ezechiel)
en twaalf kleine profeten (Hosea, Joel, Amos, Obadja, Jona, Micha, Nahum,
Habakuk, Sefanja, Haggai, Zacharia en Maleachi). Deze verdeling zegt niets over
hun belangrijkheid, maar over de lengte van hun geschriften.
De geschriften van de grote profeten zijn behoorlijk lang
en staan allemaal op een aparte boekrol. De geschriften van de kleine profeten
zijn aanzienlijk korter en staan allemaal samen op een boekrol. Het boek
Daniel, dat toch echt voorspellingen bevat, vinden we in Tenach niet terug
onder Profeten maar onder Geschriften. In de Griekse rangorde valt Daniel
echter wel onder Profeten en komt na Ezechiel, waardoor het de vierde grote
profeet is.
J E S
A J A
Jesaja is misschien wel de bekendste en meest invloedrijke
profeet van de bijbel. Een van de redenen voor zijn indrukwekkende positie is
dat hij tijdens een van Israels moeilijkste perioden leeft (rond 742-700 v.
Chr.). Als hij profeet is, wordt het noordrijk Israel verwoest door de
Assyriers (721 v. Chr.) en ontsnapt Jeruzalem ternauwernood aan hetzelfde lot.
Waarom laat God zijn volk veroveren door het kwaadaardige Assyrie, dat
internationaal bekend staat om zijn gewelddadigheid en bloedvergieten? En wat
zal het uiteindelijke lot van Juda zijn, dat weliswaar nog overeind staat, maar
balanceert op de rand van de afgrond? Voor de antwoorden op deze vragen en om
uit te vinden wat God van en voor zijn volk wil, wenden de mensen zich tot
Jesaja.
Het materiaal in het boek Jesaja staat, net als in de
andere profetische boeken, niet in chronologische volgorde. De profetenboeken
zijn verzamelingen (geen geschiedenissen) van boodschappen en gebeurtenissen
rond een bepaalde profeet. Raak dus niet in de war als dingen niet lijken te
kloppen (zoals de roeping van Jesaja in Jesaja 6, terwijl Jesaja 1-5 al
voorspellingen van Jesaja bevat).
De roeping van Jesaja (Jesaja 6)
Jesajas roeping om profeet te worden is uniek. Mozes en
Jona probeerden onder Gods roeping uit te komen, maar Jesaja biedt zijn
diensten vrijwillig aan.
God verschijnt in een visioen aan Jesaja. God zit op een
verhoogde troon en draagt een mantel (of gewaad) die de tempel vult. Omdat niet
iedereen zomaar naar God kan kijken, ondergaat Jesaja een rituele zuivering van
een serafijn, een engelachtig wezen met zes vleugels. De serafijn neemt een
brandend kooltje van Gods altaar en legt dat op Jesjas lippen. God vraagt dan:
Wie kan ik sturen [naar mijn volk]? Jesaja antwoordt: Hier ben ik, stuur
mij! (Jesaja 6:8).
God meldt aan Jesaja dat Juda verwoest zal worden. Verder
zegt God dat Jesaja met de mensen moet praten zodat hun geesten zich verharden
zodat ze het niet begrijpen, hun oren dood worden zodat ze het niet horen en
hun ogen zich sluiten zodat ze het niet zien. Als hun wintuigen niet werken,
kan God hen ongehinderd straffen. Dit lijkt een wat vreemde oproep van God,
aangezien het doorgaans de taak is van profeten om mensen te waarschuwen zodat
ze wel luisteren en hun gedrag veranderen. Waarom doet God dit?
Ook in dit geval wil God graag dat de mensen hun gedrag
veranderen. Wanneer degenen die God echt willen dienen horen dat God het punt
bereikt heeft waarop hij niet eens meer wil dat zijn volk berouw heeft, zullen
zij des te meer berouw tonen. Maar waarom heeft God dit punt bereikt?
In de eerste hoofdstukken van Jesaja kunnen we lezen dat de
mensen weliswaar offeren aan God en tot hem bidden, maar de rechten van de armen
en minder bedeelden negeren. God zegt het als volgt:
Ga je wassen, maak ze schoon.
Maak een eind aan jullie wandaden, laat ik ze niet langer zien. Vermijd het
kwade, zet je in voor het goede. Kom op voor het recht, houd uitbuiters in
toom, doe recht aan de wezen, verdedig de weduwen. Jesaja 1:16-17
Israel heeft veel te doen en het bevindt zich op de drempel
van een onafwendbare veroordeling. Israels reactie op de waarschuwing zal zijn
lot bepalen.
Jesajas beroemdste voorspellingen
Veel van Jesajas voorspellingen zijn van blijvende
invloed. Hier volgen de meest invloedrijke:
·Van zwaarden tot ploegscharen: de grote dag van
de vrede (Jesaja 2): In Jesaja 2:4 voorspelt Jesaja dat God tijdens het einde
der tijden een tijdperk van veroordeling zal aankondigen, gevolgd door onvoorwaardelijke
vrede. In prachtige poetische woorden voorspelt Jesaja: God zal rechtspreken
tussen machtige volken en geschillen oplossen tussen vele naties. Dan smeden ze
hun zwaarden om tot ploegscharen en hun speren tot snoeimessen. Geen volk neemt
nog de wapens op, nooit meer bereidt men zich voor op de oorlog. Deze dag
heeft nog niet plaatsgevonden, maar het zou niet gek zijn als het zou gebeuren.
Deze tekst siert trouwens het hoofdkantoor van de Verenigde Naties in New York.
·De geboorte van Immanuel (Jesaja 7): In Jesaja
7:14 voorspelt Jesaja dat een jonge vrouw zwanger zal raken en een zoon zal
baren die Immanuel heet. Direct daarop volgt Jesajas advies aan koning Achaz
om niet betrokken te raken bij een oorlog omdat degenen die hem daartoe
aanzetten niet lang meer zullen leven. Zij zullen weg zijn voordat het kind
kan kiezen tussen goed en kwaad (Jesaja 7:16). Met andere woorden: het gevaar
zal over een paar jaar geweken zijn. De naam van het kind, Immanuel, die God
is met ons betekent, moet Achaz eraan herinneren dat God hem in deze moeilijke
jaren zal beschermen. Veel theologen denken dat de jonge vrouw die hier wordt
genoemd, Jesajas vrouw is. Zij wordt ergens anders een profetes genoemd en
schenkt later het leven aan twee zonen met belangrijke namen.
Jesajas voorspelling krijgt een nieuwe
betekenis in het Nieuwe Testament. Daar wordt hij toegepast op Jezus moeder
Maria die, ondanks haar maagdelijkheid, Jezus baart door de macht van God. Een
reden voor de flexibiliteit van Jesajas voorspelling is dat bij de vertaling
van Jesajas boek in het Grieks (de vertaling die door de meeste vroege
christenen werd gehanteerd) het Hebreeuwse woord voor jonge vrouw werd
vertaald met het Griekse woord parthenos. Dit woord betekent weliswaar jonge
vrouw maar kan ook maagd betekenen. In de evangelien van Marcus en Lucas
staat dus dat Maria maagd was toen ze zwanger raakte van Jezus, wat de
goddelijke status van Jezus aantoont.
·Jesaja en Haendels Messiah (Jesaja 9): Niets
doet ons zo aan Kerstmis denken als de geur van dennenbomen, de maak van
Gluhwein en koren die Haendels Messiah zingen: Een kind is ons geboren, een
zoon is ons gegeven; de heerschappij rust op zijn schouders. Deze namen zal hij
dragen: Wonderbare raadsman, Goddelijke held, Eeuwige vader, Vredevorst. Maar
het was niet Haendel die deze woorden schreef, het was Jesaja. Met deze woorden
voorspelt Jesaja de geboorte van een kind dat het gouden tijdperk van de
rechtvaardigheid en vrede zal aankondigen. Jesajas beschrijving van het kind
is behoorlijk hoogdravend, maar dat is niet ongebruikelijk in oude koninklijke
lofprijzingen. Sommige bijbelwetenschappers denken daarom dat de woorden
geschreven werden voor de kroning van een Judese koning, misschien koning
Hizkia die heerste tijdens Jesajas loopbaan als profeet. De meeste geleerden,
zowel vroeger als nu, interpreteren deze woorden als verwijzingen naar de
Messias. Door deze interpretatie paste Haendel ze ook toe op Jezus.
Heer: Ik ben
het Johannes! Vele zielen blijven voortdurend de medemensen oordelen en
veroordelen, zij durven ze zelfs in het openbaar aanvallen en vernederen zonder
dat zij de kans krijgen zich te verdedigen. Zij die oordelen kijken niet om
welke medemens zij vernederen, zo ook wordt Pater Pio nu bespot en beklad. Ik
wil vragen te bidden opdat de zielen die oordelen eerst binnen in zichzelf
zouden willen kijken om dan vast te stellen dat zij beter zouden zwijgen want
dat zij zelf zondaars zijn. Wil bidden opdat ook zij terug naar het diepe
geloof en het gebed zouden willen komen en leven volgens Mijn Woord.
Geef ze kracht en sterkte met je gebed opdat zij zouden
willen vergeven, vergeven op een goddelijke manier, en niet met menselijke ogen.
Met Mijn ogen vergeven wil zeggen, ook vergeten en de medemens met veel liefde
behandelen. Wil veel bidden want nog heel veel wordt geoordeeld en veroordeeld,
zonder dat deze die dit doen weten waarover het gaat. Soms oordelen zij alleen
omdat zij iets gehoord hebben van anderen, zo geven zij zich over aan de listige
werkwijze van de andere om een medemens in diskrediet te brengen. Mijn Woord
blijven volgen, Mijn weg van waarheid, zal hen dichter bij Ons allen brengen
maar ook door het beleven en naleven van alle sacramenten.
Zovele zielen worden beproefd en gekwetst daar de andere
hen voortdurend aanvalt. Weet dat elke ziel die zich met Mijn wapens verdedigt
zal overwinnen. Blijven volhouden het goede te doen zal de overwinning brengen.
Na veel lijden zal blijdschap komen, zullen bloemen bloeien en zal een toekomst
met Ons allen gebeuren, een toekomst vol vrede en liefde, een toekomst met
liefdevolle medemensen. Wordt niet moedeloos want alles komt wel goed. Alle
beproevingen zullen omgezet worden in vreugde en diepe vrede. Wil Ons allen
blijven volgen in nederigheid en kleinheid, maar wil vooral veel blijven bidden
in alle omstandigheden. Ik ben bij je. (19/06/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen blijven vruchteloos zoeken, zij willen gelukkig
zijn maar de definitie die zij aan gelukkig zijn geven staat regelrecht in tegenstelling
tot het hemelse en geestelijke geluk. Zij willen wereldse bezittingen en macht
om gelukkig te zijn, daartegenover is het hemelse geluk alleen liefde,
gerechtigheid en waarheid. Dat elke zwakke ziel probeert om te strijden met
Onze wapens, wapens waarbij zij de kracht van God zullen ervaren en elke
tegenstand zullen kunnen tekeer gaan. Wil blijven bidden opdat de vele zoekende
zielen eindelijk weer eens wat meer in Onze taal zouden willen spreken,
eindelijk weer eens zouden willen bidden en geloven, zouden willen vertrouwen
op Ons allen en durven leven volgens Mijn Woord, Mijn Woord dat hen nooit zal
teleurstellen en dat hen altijd terug op de goede weg brengt of zal
terugbrengen als zij weer afgedwaald zijn.
Geef ze moed en vraag hen Mijn Plaatsvervanger (Benedictus
XVI) op aarde en de goede priesters te blijven volgen, dat zij niet toegeven
aan allerlei nieuwe pogingen om Mijn Kerk weer te veranderen. Dat elke ziel
terug leert om de oude waarden te waarderen en alle sacramenten te beleven en vooral
op een correcte manier na te leven. Vele priesters willen nu Mijn Woord
wijzigen om welke reden dan ook en met hen de vele leken die naar macht zoeken
om de Kerk naar hun hand te zetten. Spreek hen toe dat Mijn Woord nooit mag
veranderd worden en dat dit voor eeuwig zal blijven. Vraag hen om naar Ons
allen toe te komen in stilte, in al hun zwakheid, want velen tonen zich wel
sterk naar anderen toe maar zijn zo broos langs de binnenkant.
Hun hart is zo klein en toch blijven zij hun woning voor
Ons allen gesloten houden. Vele diepgelovige zielen begrijpen niet meer wat van
hen verlangd wordt, toch zouden zij moeten durven bidden, veel bidden en
blijven bidden om verder de strijd tegen de ander voort te zetten en niet op te
geven, want altijd loert de andere om hen op elk moment aan te vallen zodat zij
Ons allen in de steek zouden laten. Geef ze kracht en sterkte met je gebed
zodat zij volharden om Onze weg te blijven inslaan. Voor vele zielen is het nu
heel moeilijk maar Wij allen zijn hen heel nabij. Ook bij jullie zijn Wij
altijd aanwezig. Ik zegen jullie om naar Ons allen te blijven komen, om jullie
nog meer kracht en sterkte te geven verder te blijven strijden. Ik ben bij je.
(23/06/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Wees niet verdrietig meer als je weer eens ziet hoe een
priester zomaar de priesterlijke taken uit zijn handen laat glijden en hoe op
die manier de H. Mis een waar toneel wordt. De andere blijft de leken aansporen
om de H. Eucharistie te vernietigen door meer en meer de echte priesterlijk
taken van de geestelijke zonen van Mijn Moeder te ontnemen. Toch blijf ik
vragen om heel veel te bidden voor die vertwijfelde priesters die geen einde
meer zien aan de tunnel waar ze in verzeild zijn, die niet meer durven reageren
tegen de praktijken van de andere. Wil bidden opdat zij terug de kracht zouden
willen gaan zoeken in het gebed zodat zij zich weer gesteund en gesterkt weten.
Mijn Vader laat niet met zich spotten en kijkt dwars door
elke ziel heen. Dat elke ziel dan ook probeert om EERLIJK en RECHTVAARDIG door
het leven te gaan en vooral om geen medemensen mee te slepen in de netten van
de andere. De andere is zo listig en gaat zo sluw te werk dat vele zielen dit
niet eens merken, alles wordt zo netjes ingekleed en zo mooi aan elkaar gepraat
dat zelfs goede zielen zouden twijfelen. Toch zal elke ziel door het gebed en
het vertrouwen in Ons allen de andere ontdekken, elke goede ziel zal zijn listen
doorzien en er met Onze wapens tegen strijden.
Wil heel veel blijven bidden opdat elke ziel bereid zou
zijn zichzelf te onderzoeken zodat zij zouden zien hoe zwak en klein zij zijn.
Ik weet dat velen Mijn Woord willen veranderen en het moderner willen maken. Ik
wil hierbij nogmaals herhalen dat Mijn Woord altijd, voor alle tijden even
modern is en dat het eeuwig zal blijven. Dat zij dan niet meer proberen om Mijn
Woord in een andere vorm te gieten. Ik zegen alle zielen die met Mij en met
Mijn Moeder op weg willen gaan naar de Vader toe, die het lijden met blijdschap
aanvaarden en met vreugde durven dragen.
Wij allen zullen bij hen zijn die deze inspanning willen
doen en Wij allen zullen hen blijven beschermen, ook in de strijd tegen de
andere. Wees niet bevreesd om verder te strijden tegen de vele ongerechtigheid
op jullie wereld. Ik ben bij jullie in alle omstandigheden. Ik ben bij je.
(7/07/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Ik wil vandaag speciaal een diep gebed vragen aan alle goede
zielen voor de vele zoekende jonge mensen. Jongeren die aan hun lot worden
overgelaten door hun ouders en leerkrachten, maar vooral door priesters die hen
niet meer de weg tonen naar Ons allen toe. Wil bidden opdat priesters terug
bereid zouden zijn om aan de jongeren uit te leggen wat het huis van Mijn Vader
voor elke gelovige betekent, wat de H. Eucharistie betekent. Wil hen wel erop
wijzen dat zij dit niet dwangmatig mogen doen maar wel heel liefdevol. De jonge
mensen hebben nu geen houvast meer doordat zij door de vele opvoeders in de
steek worden gelaten.
Wik voor hen bidden opdat zij niet meer van de ene
duisternis in de andere zouden vallen. Voortdurend staan zij in bewondering
voor de vele wereldse zaken maar voor alles wat geestelijk is hebben zij angst
omdat zij niet meer ingelicht worden en geen voeding meer krijgen. Ik wil aan
de vele ouders, die aan het begin staan van de toekomst van elke jonge ziel
vragen dat zij als eersten hun kinderen op Mijn weg zouden willen sturen.
Daarom is het ook nodig dat ook zij het huis van Mijn Vader
terug in ere herstellen en terug de H. Mis durven bijwonen. Niet zomaar een H.
Mis bijwonen maar heel intens zodat zij ook de vruchten ervan kunnen plukken en
de nodige krachten ervaren om hun wereldse leven verder te zetten, om te kunnen
vechten tegen de andere die hen nu meestal in zijn netten weet. Zovele jongeren
zijn van goede wil maar worden als weeskinderen op jullie wereld losgelaten.
Zij worden volwassen, maar op geestelijk vlak zijn zij nog kleine kinderen.
Men kan hen niet zoveel verwijten doordat zij niet meer
geleid worden door hun ouders en leerkrachten, maar vooral door priesters die
hun apostolische taak niet meer vervullen zoals van hen gevraagd wordt. Zij
hebben de mond vol over zovele wereldse zaken maar zij vergeten dat ze geroepen
werden om liefdevol de zielen naar Ons allen te brengen, om hen allen Mijn
Woord te leren beleven en na te leven, maar ook om hen te leren bidden en de
sacramenten te beleven.
Zoveel gebed is nog nodig. Alles komt wel goed maar zal
zijn tijd nodig hebben. Wil juist daarom de goede zielen vragen om diep mee te
bidden zodat ouders, leerkrachten en priesters terug Ons allen durven
vertrouwen en durven bidden en de jongeren weer durven liefhebben om hen allen
op Onze weg te brengen. Ik zegen jullie en geef kracht om verder tegen de
andere te blijven vechten en de zoekende en twijfelende zielen naar Ons allen
te brengen. Wil dit blijven doen in nederigheid en kleinheid. Ik ben bij je en
blijf voor je zorg dragen. Blijf op Ons allen heel diep vertrouwen. (14/7/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Wil bidden opdat alle twijfelende en zoekende zielen Ons
allen zouden mogen ervaren. Een kracht die hen oneindig veel meer zal brengen
dan hetgeen zij vragen. Een kracht om te bidden en Mijn Woord na te leven, een
kracht om ALLE sacramenten na te leven, maar vooral een kracht om de medemens
lief te hebben en dankbaar te zijn voor alles wat de hebben voor het wereldse,
en het geestelijke leven totaal negeren. Wil veel blijven bidden opdat elke
priester, elke geestelijke zoon van Mijn Moeder, terug naar Ons allen zou
willen komen met de nederigheid van Mijn Moeder, maar ook met Haar steun.
Dat geen enkele ziel verlegen is om zich aan Ons allen te
geven. Bij elke ziel op weg naar Ons toe zullen Wij aanwezig zijn om hen op
alle momenten te steunen, ook de moeilijke. Het spreekt voor zich dat er van
elke ziel een inspanning gevraagd wordt om zich op Onze weg te begeven. Toch
mogen zij hopen en vooral vertrouwen dat Wij bij hen zullen zijn, zodat zij het
wereldse leven op een andere manier zullen bekijken, niet meer met menselijke
ogen maar met geestelijke ogen, met Mijn ogen en de ogen van Mijn Moeder, ogen
vol liefde, barmhartigheid en rechtvaardigheid, ogen met waarheid.
Blijf verder Mijn weg gaan tesamen met Mijn Moeder, met
Pater Pio, je broer en de vele engelen en heiligen die jou willen helpen op weg
naar Ons toe. Blijf op hen beroep doen om de soms moeilijke weg te blijven
bewandelen. Ik zal bestendig bij jou zijn en blijven en Ik wil jullie zegene om
jullie geloof nog standvastiger te maken. Ik ben bij je. (5/06/2002)
Naarmate je Mijn handelen met je onderkent, stroomt het
eeuwige leven door je wezen in al zijn heiligende, versterkende en herstellende
kracht. Eeuwig leven is een bewustheid van de dingen der eeuwigheid. Bewustheid
van Mijn Vader en bewustheid van Mij. Niet alleen maar een zekere kennis
omtrent Ons bestaan, zelfs niet van Onze Godheid, maar een bewustheid van Ons
in allen. Wanneer je je van Mij bewust wordt, worden ook allen voor wie je
zorgt met Mij verbonden. Schenk je Mij je dienstbaarheid, dan trek je door de
magnetische kracht van de liefde allen die je dierbaar zij, binnen de straal
van het Goddelijk leven.
Allen 1
Iedere man is je broeder, iedere vrouw je zuster, ieder
kind je kind. Je zult geen onderscheid kennen naar ras, kleur of geloof. Een is
jullie Vader en gij zijt allen broeders. Dit is de eenheid die Ik kwam
onderwijzen de mens verenigd met God en Zijn groot huisgezin. Niet de mens
alleen, in zijn eentje, die een eenheid met God zoekt. Zie God, de Vader, met
Zijn groot huisgezin verspreid over de wereld en wanneer je eenheid met Hem
zoekt, moet dat voor je betekenen een gehechtheid aan Zijn gezin, Zijn overige
kinderen. Hij erkend allen als Zijn kinderen; niet allen erkennen Hem als hun
Vader. Denk hierover na.
Immuun voor het kwade
Het kwade werd door Mij overwonnen en voor allen die op Mij
vertrouwen is er immuniteit voor het kwade. Schuif het kwade terzijde met de
pijlen waarin Ik voorzie. Je verheugen in beproevingen is zon pijl. Het
beoefenen van Mij tegenwoordigheid is er ook een. Het ontledigen van jezelf is
een ander pijl. Aanspraak maken op Mijn kracht over de verleiding is er nog
een. Je zult vele van deze pijlen aantreffen wanneer je Mijn weg bewandelt, en
je zult ze handig en snel leren gebruiken. Elk ervan is van toepassing op de
behoefte van dat moment
Uit het ongeziene
Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt, en
het bewijs der dingen, die men niet ziet.
Je zit nog niet in, noch zul je zolang je op aarde bent ten
volle inzien hoe geloof, samenwerkend met geestelijke kracht, daadwerkelijk
datgene tot stand brengt wat je hoopt. De mensen spreken van dromen die
bewaarheid werden. Maar jullie onder kennen ze als gebeden die verhoord zijn;
uitingen van geestelijke kracht in het ongeziene. Vertrouw daarom onbegrensd.
Gevaarlijke kracht
Zie je niet in hoe noodzakelijk het is dat je de
aanvalsmethode van de Geest leert? Er moet een zeker diepgeworteld geloof in
Mij zijn, anders zou je jezelf niet kunnen toevertrouwen aan een volledige overgave
aan Mij. Maar in hen die de gehele weg met Mij gaan, moet een volledig buigen,
een overgeven van hun wil en leven aan Mij komen, anders zou het grotere geloof
dat volgt een bron van gevaar zijn. Het zou je terugsleuren naar het materiele
vlak in plaats van je te voeren naar geestelijke hoogten.
Schuilend bij U
Volg Mij en of het nu in de storm is, of langs de stoffige
hoofdweg, of over de met stenen bezaaide plaatsen, of door de koele, open plek
in het bos, of door de weide, of langs de wateren der ruste, dan zal er bij
Mij, bij elke ervaring, een toevluchtsoord zijn. Bij tijden lijkt het alsof je
van verre volgt. Dan strek je, vermoeid door de last en de weg, een hand uit om
de zoom van Mijn kleed aan te raken. Plotseling is er geen stof meer, geen
vermoeidheid. Je hebt Mij gevonden. Mijn kind, ook al lijkt het zinloos, ga
door met je geestdodende werk, of dat nu geestelijke, verstandelijke of
lichamelijke inspanning vergt. Voorwaar, het beantwoordt aan zijn doel, al was
het maar dat het je ertoe brengt om steun van Mij te zoeken.
Heer Jezus Christus, uit liefde tot de mensen verblijft Gij
dag en nacht in dit Sacrament, terwijl Gij daar vol goedheid en liefde allen
afwacht, uitnodigt en ontvangt die U komen bezoeken. Ik geloof dat Gij in het
Sacrament des altaars tegenwoordig zijt; ik aanbid U uit de afgrond van mijn
niet en dank U voor alle mij bewezen genaden. Bijzonder dank ik U, dat Gij mij
Uzelf in dit heilig geheim geschonken, mij uw allerheiligste moeder Maria tot
voorspreekster gegeven en mij geroepen hebt om U in deze kerk te bezoeken.
Ik groet in dit ogenblik uw zo liefdevol Hart en ik heb de
mening het te groeten met een drievoudig doel: vooreerst om U dank te zeggen
voor deze grote gave; ten tweede om U vergoeding te geven voor alle
beledigingen, die U in dit Sacrament door al uw vijanden zijn aangedaan; ten
derde heb ik de mening U te aanbidden op alle plaatsen van de wereld, waar gij
in uw H. Sacrament minder vereerd en meer verlaten zijt.
Mijn Jezus, ik bemin U uit geheel mijn hart. Het spijt mij,
dat ik uw oneindige goedheid in het verleden zo dikwijls mishaagd heb. Met de
hulp van uw genade neem ik mij voor, U in het vervolg niet meer te beledigen en
op dit ogenblik wijd ik mij, hoe ellendig ik dan ook ben, zonder voorbehoud aan
U toe. Ik geef U en sta U af geheel mijn wil, mijn neigingen, mijn verlangens
en alles wat mij toebehoort. Doe voortaan alles wat U behaagt met mij en al het
mijne.
U alleen zoek ik, uw heilige liefde en de volharding tot
het einde toe; uw wil volmaakt te vervullen is mijn enig verlangen. Ik beveel U
aan de zielen van het vagevuur, vooral die de meeste godsvrucht hadden tot het
allerheiligst Sacrament en de heilige Maagd Maria. Ook beveel ik U alle
ongelukkige zondaars aan. Eindelijk, mijn dierbare Zaligmaker, verenig ik al
mijn gevoelens met die van uw liefdevol Hart, en daarmee verenigd offer ik ze
op aan uw eeuwige Vader en ik bid Hem in uw naam, ze uit liefde tot U aan te
nemen en te verhoren.
2
Bezoek aan het Allerheiligste Sacrament
De bruid van het Hooglied ging haar bruidegom zoeken en
toen ze hem niet vond, vroeg ze overal: Hebt ge mijn zielsgeliefde niet gezien?
Toen was Jezus nog niet op aarde; maar als nu een ziel, die Jezus liefheeft,
Hem gaat zoeken, dan vindt zij Hem altijd in het allerheiligste Sacrament. De
gelukzalige Pater Avila was gewoon te zeggen, dat hij onder alle heiligdommen
geen aantrekkelijker kon vinden of verlangen, dan een kerk, waar Jezus in het
Allerheiligst rust.
O oneindige liefde van mijn God, een oneindige liefde
waardig! Hoe hebt Gij er toe kunnen komen, mijn Jezus, zo diep af te dalen, dat
Ge U onder de gedaante van brood wilde verbergen, en U die vernedering hebt
getroost om met de mensen te kunnen verkeren en U met hun hart verenigen? O
mensgeworden Woord, Gij hebt U zo uitermate diep vernederd, omdat uw liefde zo
uitermate groot is. Hoe is het mogelijk, dat ik U niet met heel mijn ziel
bemin, terwijl ik weet, hoeveel Gij gedaan hebt om mijn hart te veroveren!
Ik wil U dan veel beminnen; en daarom geef ik de voorkeur
aan uw welbehagen boven ieder persoonlijk belang, boven iedere zelfvoldoening.
Mijn genoegen is het, U genoegen te doen, U, mijn Jezus, mijn God, mijn liefde,
mij al! Ontsteek in mij een vurige begeerte om voortdurend bij U in het H.
Sacrament te zijn, U in mijn hart te ontvangen en U daar gezelschap te houden.
Ik zou een ondankbare zijn, als ik aan zon zoete en minzame uitnodiging geen
gehoor gaf.
Mijn God, vernietig toch in mij alle gehechtheid aan de
geschapen dingen. Gij, mijn Schepper, Gij wilt dat op U alleen al mijn
verlangens, al mijn genegenheden gericht zijn. Ik bemin U, allerbeminnelijkste
goedheid van mijn God. Ik vraag van U niets anders dan U zelf. Ik vraag niet
mijn eigen voldoening; ik wil alleen U tevredenstellen, dat is mij genoeg. Mijn
Jezus, neem dit verlangen aan van een zondaar, die U wil beminnen. Help mij met
uw genade en maak, dat ik, ellendige slaaf van de hel, van dit ogenblik af de gelukkige
slaaf van uw liefde mag zijn.
Schietgebed: Jezus, mijn enig goed, ik bemin U bovenal.
3
Geestelijke communie
Mijn Jezus, ik geloof dat Gij in het allerheiligste
Sacrament tegenwoordig zijt. Ik bemin U boven alles en wens U in mijn hart te
ontvangen. Maar ik kan dit nu niet werkelijk doen; daarom bid ik U: kom ten
minste geestelijkerwijze in mijn hart. Ik omhels U, alsof gij reeds gekomen
waart en verenig mij geheel en al met U. Laat mij toch nooit van U gescheiden
worden.
4
Bezoek aan Maria
Allerzoetste meesteres en mijn moeder, ik ben een lage
opstandeling tegen uw grote Zoon; maar vol berouw kom ik een beroep doen op uw
medelijden om door u vergiffenis te krijgen. Zeg mij niet, dat ge het niet
kunt, want de H. Bernardus noemt u: middelares van verzoening. Op u ook rust de
taak, die in gevaar zijn te redden; volgens de H. Ephrem toch zijt gij de hulp
van allen die in gevaar verkeren. O mijn meesteres, wie verkeert in groter
gevaar dan ik? Ik heb eens God verloren. Het is zeker dat ik tot de hel veroordeeld
ben geweest, maar of God mij reeds vergeven heeft, weet ik niet.
En zo ja, dan kan ik Hem opnieuw verliezen. Gij kunt echter
alles voor mij verkrijgen; van u verhoop ik dan ook alle goed: de vergiffenis,
de volharding, de hemel. Door uw voorspraak eenmaal zalig geworden, hoop ik in
het rijk der hemelingen te behoren tot het getal van hen, die het meest uw
barmhartigheid zullen roemen.
Schietgebed: Eeuwig, eeuwig zal Ik Marias barmhartigheid prijzen.
Amen, amen!
5
Gebed tot de allerheiligste Maagd om haar machtige bescherming te verkrijgen
Allerheiligste en onbevlekte Maagd en mijn moeder Maria,
tot u die de moeder zijt van mijn God, de koningin der wereld, de
voorspreekster, de hoop en de toevlucht van de zondaars, neem ik, de
ellendigste van allen op dit ogenblik mijn toevlucht. Met de diepste eerbied
kniel ik voor u neer, o grote Koningin, en ik dank u voor alle mij tot hiertoe
bewezen genaden, voornamelijk dat gij mij van de hel, die ik zo dikwijls heb
verdiend, bevrijd hebt. Ik bemin u, allerbeminnelijkste Maria, en om de liefde
die ik u toedraag, beloof ik voor altijd uw dienaar te wezen en zoveel in mijn
vermogen is te maken dat ook anderen u beminnen.
Op u vestig ik al mijn hoop; heel mijn zaligheid stel ik in
uw handen. Neem mij aan als uw dienaar en laat mij schuilen onder uw mantel, o
Moeder van barmhartigheid. En omdat gij zo vermogend zijt bij God, bevrijd mij
van alle bekoringen of wel verkrijg voor mij de kracht om ze tot mijn dood toe
te overwinnen. Ik bid u om de ware liefde tot Jezus Christus; door u hoop ik
een goede dood te sterven. Mijn moeder, om de liefde die gij God toedraagt,
smeek ik u mij altijd bij te staan, maar vooral in het laatste ogenblik van
mijn leven. Verlaat mij niet, totdat gij mij zalig ziet in de hemel, waar ik u
zal zegenen en uw barmhartigheid in alle eeuwigheid zal prijzen. Amen. Zo hoop
ik, zo zij het.
6
Bezoek aan de H. Jozef
H. Jozef, vergun mij, dat ik u met de H. Kerk toespreek: U
zal ik steeds prijzen, want gij zijt mijn machtige beschermer. Ik zal u loven
en uw macht verkondigen, want nooit heb ik vergeefs uw hulp ingeroepen. In de
bekoringen ben ik nooit bezweken, als ik tot u gebeden heb.
Schietgebed: Geef mij een zalig sterfuur en eeuwig zal ik u
prijzen.
7
Gebed tot de H. Jozef
Mijn heilige aartsvader, gij zetelt nu in de hemelse
vreugde op een verheven troon, dicht bij uw geliefde Jezus, die u op aarde
onderdanig was; heb medelijden met mij! Ik leef hier omringd van zoveel
vijanden, van de duivel en mijn boze hartstochten, die mij onophoudelijk
bestrijden en van Gods genade trachten te beroven.
Op aarde viel u het geluk te beurt, voortdurend met Jezus
en Maria om te gaan. Verkrijg ook voor mij de genade, mijn overige levensdagen
met God verenigd te leven, altijd weerstand te bieden aan alle aanvallen van de
hel en daarna in de liefde van Jezus en Maria te sterven. Dan zal ik mij
eenmaal voor eeuwig met u in hun gezelschap mogen verheugen. Amen.
Uit: Bezoeken aan het Allerheiligste Sacrament door H. Alfonsus Maria de Liguori
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen vinden het normaal om altijd aan Ons allen alles
te vragen wanneer ze wereldse behoeften of een werelds lijden ondergaan, doch
velen onder hen zijn ondankbaar als hun problemen opgelost worden. Dan zijn ze
Ons allen weer vergeten omdat het voor hen meer dan normaal lijkt at Wij allen
voor hen alles oplossen zonder dat zij iets in de plaats stellen. Meestal
vragen zij wereldse zaken maar zo weinig geestelijke zaken. Er zijn zo weinig
zielen die vragen om hun geloof standvastiger te maken, om meer liefde te kunnen
geven aan hun medemensen. Toch willen zij altijd geholpen worden zonder 1
enkele inspanning van hun kant. Wil blijven bidden opdat elke ziel eens goed
zou willen nadenken over de genade om dankbaar te zijn wanneer zij iets
ontvangen. Het is toch mooi als een ziel dankbaar is voor wat zij van Ons allen
bekomt zelfs voor de kleinste dingen. Dankbaar voor hetgeen zijn ontvangen en
bewust van hun zwakheid. Dat de zielen geen angst hebben om zich aan Ons allen
te geven, dat zij geen angst hebben om gestraft te worden voor hetgeen zij
verkeerd gedaan hebben. Integendeel, Wij allen zullen elke ziel met open armen
ontvangen als zij zich naar Ons willen keren en zich in alle eerlijkheid naar
het sacrament van de biecht willen begeven en hun zonden met veel spijt
belijden. Dat elke ziel wil leren om zich open te stellen voor de goddelijke
liefde en Mijn Woord leert beleven, dat zij proberen om Mijn weg te gaan, een
weg van het goed beleven en naleven van alle sacramenten, een weg van waarheid
en rechtvaardigheid, van barmhartigheid en goddelijke liefde. Een liefde die
hen dichter bij Ons allen zal brengen, maar ook een liefde die hen dichter bij
de medemens zal doen komen. Ik zegen jullie om verder de strijd tegen de andere
te blijven voortzetten. Ik ben bij jullie aanwezig in alle omstandigheden en op
elk moment. (9/6/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Wat is het mooi om de kleine, eenvoudige en nederige zielen
door het wereldse leven te zien wandelen. Ook zij kennen moeilijkheden en
zwakke momenten, doch door het eenvoudig en nederig belijden van hun geloof
kunnen zij alle stormen trotseren. Zij zoeken, en blijven kracht en sterkte
vinden in het geloof en in het beleven van alle sacramenten. Velen voelen zich
wel eens zwak maar gaan onmiddellijk weer bidden. Wil bidden voor die vele
kleine zielen opdat zij zouden volhouden. Andere zielen daarentegen begrijpen
niet hoe kleine, eenvoudige zielen alles kunnen doorstaan, zij blijven de
hoogmoed in hun vaandel dragen en zien alleen maar duisternis. Zij zien niet
hoe de kleine zielen Onze weg blijven opgaan en daar voortdurend de nodige
voeding ontvangen. Hoogmoedige zielen die zich in het spoor van de andere
bevinden, blijven de medemensen oordelen en veroordelen, zij spelen ook rechter
en wijzen andere zielen terecht. Zij vergeten in hun eigen hart te kijken hoe
zondig zij zijn. Wil veel blijven bidden want meer en meer zielen lopen de
andere achterna in zijn hoogmoed, met zijn jaloersheid en zijn haat tegenover
de medemens. Doordat deze zielen alleen oog hebben voor de wereldse dingen zien
zij niet hoe zij in het spoor van de andere lopen. Zij voelen zich gevleid door
wereldse macht en geldzucht, door hun wereldse rijkdom.
Blijf heel veel bidden voor de vele zielen die vruchteloos
aan het zoeken zijn, die het geestelijke leven niet vinden en zich in een
doolhof weten. Ik wil elke ziel zegene die zich totaal aan Ons allen wil geven
en onvoorwaardelijk op Ons allen durft vertrouwen. Ik ben bij je en zal je
blijven beschermen. Wil je altijd aan Ons allen blijven geven, totaal geven.
(30/6/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen zijn op een dwaalspoor beland en zijn de goede
weg verloren. Nochtans hebben zij allen door Mij, door Mijn Moeder en heiligen
goede onderrichtingen en raadgevingen ontvangen, en deze woorden worden nu nog
naar de wereld toegestuurd, doch vele zielen leggen deze onderrichtingen en
raadgevingen naast zich neer. Zij bidden niet meer met het hart en vinden dan
ook geen kracht meer om verder de goede weg op te gaan zodat zij ook hun
medemensen geen liefde meer kunnen geven. Op vele plaatsen hebben Wij allen
gevraagd om te blijven bidden en dit doen Wij NU nog, te blijven bidden opdat
zij zich allen zouden durven bekeren. Doch zovele zielen vinden het niet nodig
om naar Ons allen te luisteren. Zij zullen zelf wel zeggen hoe het er moet aan
toe gaan en wat er moet gebeuren als zij eens in een kerk komen voor een of
andere speciale gelegenheid, want elke dag of elke week een H. Eucharistie
bijwonen vinden vele zielen tijdverlies. Zij vinden hun weg niet meer, ook
omdat de verwarring groter en groter wordt, ook omdat vele priesters Mijn weg
en deze van Mijn Plaatsvervanger op aarde niet meer volgen. Toch blijf Ik aan
elke goede ziel vragen om te blijven bidden, hoe zwaar dit op bepaalde momenten
ook mag zijn; omdat de goede zielen klaar en duidelijk zien hoeveel
ongerechtigheid er op jullie wereld bestaat, omdat zij duidelijk zien hoe de
ander over de zwakke en afgedwaalde zielen reageert. Wil toch blijven geloven
en de kracht in het diepe gebed zoeken zodat de goddelijke liefde in jullie
harten blijft wonen. Blijf moedig en nederig alle vernederingen en bespottingen
omwille van Ons allen doorstaan, Wij allen zullen bij jullie zijn die deze
strijd willen verder zetten, een strijd tegen de andere en zijn trawanten. Wie
niet biddend is zal heel moeilijk kracht vinden om de goede weg op te gaan.
Geef elke afgedwaalde ziel en soms nog twijfelende zielen moet om ook Mijn weg
op te gaan, een weg van waarheid, van gerechtigheid en liefde. Ik zegen jullie
om kracht en sterkte te geven Mijn Woord heel diep te beleven. Ik ben bij je en
zal je blijven beschermen altijd en overal. Blijf moedig vechten voor Ons
allen. (10/7/2002)
Onze
vreugde is het, te schenken, onszelf te schenken, te vergeven, te beminnen.
( ) Vandaag wil ik u herinneren aan wat Jezus van zijn
Kleine Zielen verwacht. Wat vraagt Jezus?
Hij vraagt nederige zielen om te strijden tegen de
hoogmoed. De hoogmoed is een gesel die onvermijdelijk leidt tot de ontkenning
van het Heilige, zo niet van God zelf, de nederigheid is zijn tegengestelde.
Jezus dringt dan ook bijzonder aan op dit basispunt, de Nederigheid. Hij vraagt
liefdevolle kleine zielen om te strijden tegen het gebrek aan liefde. De
liefde, zoals die op onze dagen begrepen wordt is slechts een surrogaat van de
ware liefde, die op God moet gericht zijn: zelfgave, edelmoedigheid, zuiverheid
in elke levensstaat waarin God ons plaatst; huwelijk of celibaat, eerbied voor
de andere. Elke liefde dient op te vliegen uit het Hart van Hem die zei: Ik
ben de Liefde.
Hij vraagt edelmoedige kleine zielen om tegen de zelfzucht te
strijden. Ongelukkigerwijs is er steeds, in elk van ons min of meer, een vorm
van zelfzucht die ons onveranderlijk leidt naar de liefde van eigen gemak, naar
de onmacht van een menselijke natuur die halsstarrig de hulp weigert van de
genade die zich aanbiedt; hulp om het eigen ik te overstijgen. Hij vraagt
biddende kleine zielen om te verhelpen aan het gebrek aan gebed. Eigenlijk,
dierbare kleine zielen, welk gebed wordt door God het meest op prijs gesteld?
Is het een woordenvloed die vurig gebed wil zijn? Of is het eerder zelfgave,
offergave van elke dag, steeds hernieuwd, in vreugde als in lijden dat het ons
doet uitschreeuwen van pijn, maar pijn die verzacht wordt door de vreugde van
de gave aan de Liefde?
Jezus vraagt vertrouwvolle kleine zielen om tegen het
pessimisme te strijden. Geloof mij, het vertrouwen is de basis van de
Kleinheid. Het is als een klein vogeltje in Gods Hand, dat alles, ik zeg wel
alles van zijn goedheid verwacht. Jezus laat zich altijd overwinnen door ons
vertrouwen; hoeveel mensen van deze tijd laten zich wegzinken in pessimisme,
omdat zij hun hart niet vertrouwvol willen openen? Jezus vraagt reine kleine
zielen om te strijden tegen de onreinheid. Het is levensnoodzakelijk voor de
toekomst van de wereld op te komen tegen het kwaad dat steeds verergert. Geheel
bewust dat God met ons is, dienen wij krachtdadig de onreinheid onder al haar
vormen aan te klagen, het gebrek aan verantwoordelijkheidszin doen kennen van
hen die laten begaan, zonder de stem te verheffen om de kanker te stoppen die
aan de ziel van onze kinderen knaagt, ook aan volwassenen die te laf zijn om
tussen te komen.
De massa-media, de sensatiebladen raken in extase voor wat de
schande is van onze eeuw. Wat slecht is wordt de hemel in geprezen, wat goed is
wordt afgeremd, gestopt, door precies diegenen die tot opdracht hebben het aan
te moedigen, te spreken, luid hun verontwaardiging, onze verontwaardiging, te
verkondigen. De verdorvenheid der zeden tast zelfs de kinderen aan. Er staat
nochtans in het Evangelie: Als gij niet wordt als kleine kinderen zult gij het
Rijk der Hemelen zeker niet binnengaan. Arme kleine jeugd. Wat betekent het
toch die enkele jaren hier beneden. De dag zal komen waarop gij zult staan
tegenover diegene die Liefde tot het uiterste wil zijn. Jezus vraagt ook: ware
kleine zielen om te strijden tegen de Leugen en de Schijnheiligheid: God is
Waarheid. Telkens wij over dit punt struikelen brengen wij hulde aan de Duivel.
En zoals Jezus het ons in de Boodschap herinnert: Een kleine leugen blijft
steeds een legen. Het order voor Kleine Zielen moet zijn en blijven: Nooit
liegen.
Jezus vraagt onderworpen kleine zielen om tegen de
ongehoorzaamheid te strijden. Wie kent nog het sleutelwoord: Gehoorzaamheid?
Nemen zij Jezus-Christus tot voorbeeld, die zijn hele aardse leven lang,
gehoorzaamd heeft aan zijn schepsels Jozef en Maria. Wij zullen het aanschijn
van de aarde niet veranderen. Alleen God, Bron van alle goed, heeft die Macht.
Daarom raad ik u aan, aan de grondwaarheden van het Geloof te gehoorzamen: aan
de eeuwige Waarheden: aan Gods Geboden die op onze dagen zo vergeten zijn. Onze
Moeder de Heilige Kerk lijdt Laten wij haar wonden verzorgen. Hoe? Door ons
voorbeeld van kleinheid en nederigheid, maar vooral door ons neen aan de
afwijkingen van sommigen van haar leden. Laat ons bidden en beminnen. Jezus,
haar Goddelijke Stichter zal de rest doen Het weze ons voldoende, te beminnen.
Hij vraagt: Offerzielen om tegen de Ketterij te strijden. Aan elk
van hen vraagt Jezus een onmetelijke eerbied voor zijn Liefdesacrament. Vrezen
wij niet. Trotseren wij spot, beledigingen, onbegrip. God die ons ziet, weet,
en is gelukkig. Dat is het essentiele. De rest heeft weinig belang. Want, zo
wij al lijden, Hij heeft meer geleden dan wij Onze vreugde is te schenken,
onszelf te schenken, te vergeven, te beminnen Dragen wij onze broosheid op aan
de Barmhartige Liefde. Kinderen, wezen wij nooit zijn lijden door onze
vrijwillige zonden en onze weigering Hem te beminnen.
Iedereen dient te begrijpen dat indien onze zo tedere
Hemelmoeder bij elk van ons is, zij het kanaal is langs waar de Hemelse Genaden
naar de kinderen van deze aarde vloeien. De Heer ontvangt ons gebed graag uit
haar maagdelijke handen. Nemen wij onze toevlucht tot Maria, onze zo dierbare
Gezant bij God. Door Haar zal de geest van het Kwaad overwonnen worden. Wezen
wij er van overtuigd dat de wereld gered zal worden door haar Bemiddeling op
het Hart van haar Zoon. Zij zal optreden en zijn immanente Gerechtigheid
stoppen, indien er nog tijd is. Ik dring er op aan dat gij in praktijk zoudt brengen
wat Jezus ons leert in de Boodschap van de Barmhartige Liefde. Wat zegt Hij
ons? Hij zegt ons dat wij allen zondaars zijn en dat de bekering van de zielen
bij onze eigen ziel moet beginnen. Kleine ziel zijn betekent beminnen,
schenken, vergeven. Het is eendracht met de naaste betrachten.
Jezus zegt ons: Dat niemand zich boven de andere verheven voele.
Wie heeft het recht te oordelen? Oordelen zij niet maar betreuren zij het kwaad
dat aan de mensheid knaagt. Dat ons dierbare Legioen zich verenige met het
Legioen der Engelen. Zij zijn er om ons bij te staan. Jezus zegt ook in de
Boodschap: Mijn kleine zielen kunnen de wereld redden. Er dient onder ons een
diepe eenheid te zijn, geput uit Gods Hart, want zonder Hem en buiten zijn
Onderrichtingen, zal er niets zinvols mogen verhoopt worden. Kleine ziel zijn
is meer dan een naam, het is een leven leiden in overeenstemming met het
Evangelie en met de Boodschap.
In deze droevige tijden richt ik mij in het bijzonder tot
u, dierbare gehandicapten, want gij zijt de goede gist van onze hoop voor het
leven op deze totaal ontredderde wereld. Geloof in de waarde van uw opgedragen
lijden. Ja, valoriseer wat gij verdraagt door het op te dragen aan de Liefde.
Wat u betreft, jongeren, die de toekomst van de wereld zijt, weest U ervan
bewust dat de Heer naar u kijkt, en van u veel edelmoedigheid verwacht in zijn
Dienst. Slechts aan die rijs en mits om u heen geschonken Liefde, zal Jezus u
als zijn ware kinderen kunnen erkennen. Dan zal Gods Vergiffenis ons niet
ontbreken. Moge de Heer de hedendaagse mensen helpen de zin en het doel van het
leven terug te vinden, en hen zo bevrijden van de onrust en de droefheid die
onze wereld overweldigen. En dat wij allen zouden mogen leven in de vreugde van
de Heer.
Leef met Mij. Werk met Mij. Schep er altijd behagen in om
Mijn heilige wil te doen. Laat dat de voldoening van je leven zijn. Vind daar
je volle genot in. Laat het wonder van Mijn zorg voor je zo vertroostend zijn,
dat je geen saaiheid meer kunt zien in geestdodend werk, in uitstel De
heerlijkheid van Mijn leiding (het wonder van haar intimiteit) openbaart zult
een tedere kennis omtrent je, betreffende je verleden en je toekomst. Laat dit
Mij aan jou openbaren en vermeerder zo dagelijks je kennis omtrent Mij.
De weg die je nam
Zie achterom naar de weg waarlangs Ik je geleid heb. Zeg
bij jezelf: Is mijn Heer vandaag niet even sterk als in de dagen die achter
mij liggen? Heeft Hij mij niet gered toen menselijke hulp machteloos stond?
Heeft Hij niet Zijn belofte gehouden en Mij beschermd en voor mij gezorgd? Kan
ik, daaraan denkend, nu twijfelen aan Zijn macht? Zo zul je vertrouwen krijgen
en een vaster geloof. Wanneer je geloof dan aldus versterkt is, kan Mijn kracht
meer vrijelijk en vollediger voor je werken. Je begint je nog maar pas Mijn
wonderen te realiseren. Je zult ze meer en meer tot openbaring zien komen
wanneer je voortgaat. Laat Mij toe in al wat je doet, in elk plan, in elke
daad.
Rijkdommen van Zijn genade
Het is aan Mijn volgelingen om Mijn Woord, het Woord van
God Zelf, aantrekkelijk te maken. Mijn Woord moet rijkelijk in je wonen. Er
moet geen karigheid, geen armoede zijn, maar een overvloed van rijke
voorzieningen. Let op het woord wonen. Niet bij vlagen, zoals Ik je heb gezegd.
Het moet zich daar thuis voelen, het moet er thuishoren. Geen kwestie van
schrale of uitgeputte voorzieningen. Het Woord van God groeit in betekenis, in
intensiteit voor je, wanneer je het in werking stelt. Bedenk ook dat het Woord van
God, dat Woord is dat vleesgeworden is, Die bij je woont, je Heer Jezus
Christus.
Mijn beeld hersteld
Zie op Mij totdat je blik zo intens wordt, dat je de
schoonheid der heiligheid absorbeert. Dan wordt daadwerkelijk je kleinzielige,
onwaardige eigen-ik uit je natuur verdrongen. Zie op Mij. Spreek met Mij. Denk
aan Mij. Zo word je omgevormd door de vernieuwing van je gedachten. Andere
gedachten, andere verlangens, andere wegen volgen, want je wordt veranderd naar
Mijn beeld. Aldus rechtvaardig je Gods wegen met de mens de mens gemaakt naar
Zijn beeld, dat beeld werd vertroebeld, maar toch had Ik nog vertrouwen in de
mens; vertrouwen dat de mens, wanneer hij in Mij, de Mens Christus Jezus, het
beeld Gods zou zien, hij ernaar zou streven zich weer te verheffen tot Mijn gelijkenis.
Verwachting
In al je werk, je samenzijn met anderen dien je altijd je
bewust te zijn van Mijn koesterende liefde die je omringt. Blijf in Mijn
liefde. Kom Mij tegemoet in de avond, verwachtingsvol en met liefde.
Voortijdige zegen
Geef
mij kracht om Uw tijd af te wachten, Uw tuchtiging te aanvaarden.
Slechts je falen hierin kan de antwoorden op je vele
gebeden vertragen. De zegen die je begeert, vereist een geoefend,
gedisciplineerd leven; anders zou ze je ondergang bewerken en de kritiek
brengen van een wereld, die slechts aan het doel, Mijn doel dat je zo vurig
zoekt te dienen, afbreuk kan doen.
Verbroken banden
Maak
los de ketenen die mij binden aan de aarde en aan stoffelijke dingen.
Ze zullen losgemaakt worden. Zelfs nu wordt je gebed
verhoord. Maar je kunt alleen dan volkomen worden bevrijd als je meer en meer
leeft met Mij. Bevrijding van je gedachten van aanspraken van het eigen-ik
ontstaat door een vervangingsproces. Vervang elke aanspraak van het eigen-ik
door Mijn aanspraak. Vervang elke gedachte van vrees of afkeer door een
gedachte van geborgenheid in Mij en van blijdschap in Mijn dienst. Vervang elke
gedachte van beperktheid of hulpeloosheid door een van kracht, van een door de
Geest gesteund leven. Doe dit volhardend. In het begin in een welbewuste
poging, totdat het een bijna onbewuste gewoonte wordt. De ketenen zullen
stukspringen en geleidelijk zul je het wonder van je vrijheid verwezenlijken.
Overvloedig geven
Here,
ik vraag om Uw onbegrensde voorzieningen.
Ik geef niet met karige hand. Zie de schoonheid in de
natuur, de overdaad, de overvloed. Wanneer Ik je een werk geef te doen, iemands
nood geef te lenigen, dan kennen Mijn voorzieningen geen grenzen. Ook jullie
moeten deze Goddelijke vrijgevigheid leren, niet alleen jegens de eenzamen, de
behoeftigen met wie je in aanraking komt, maar ook jegens Mij, je Heer. Meet de
rijkdom van Marias geschenk af aan de offers die vandaag de dag worden
gebracht door hen die hun liefde voor Mij belijden. Onvrijgevigheid belemmert
de ziel in zijn groei.
MIJN MARIAAL LEGIOEN, WEES KLAAR EN VOORBEREID,
WANT DE DAGEN VAN DE GROTE STRIJD ZIJN NABIJ !
14 SEPTEMBER 2016 2:10 P.M
OPROEP VAN MARIA, HULP DER CHRISTENEN AAN HET VOLK GODS
Kleintjes van mijn Hart, dat de vrede van mijn Heer met jullie allen zij en dat
mijn Hulp en Bescherming jullie altijd moge vergezellen.
Mijn Mariaal Legioen, wees klaar en voorbereid, want de dagen van de grote
strijd zijn nabij. Enoch zal jullie begeleiden, hij is uitverkoren van mijn
Vader om het Volk van God te onderwijzen en voor te bereiden in de spirituele
strijd. Luister naar hem en volg de richtlijnen op die we jullie zenden
doorheen onze Boodschapper.
Verleen hem al jullie medewerking zodat hij zijn missie tot een goed einde kan
brengen; hij komt in naam van ons; effen de weg voor hem, verwacht geen ander,
hij is reeds onder jullie en de Glorie van God is met hem. Bereid jullie voor,
uitverkoren naties, om de Boodschapper van Albricias te ontvangen, die de
Blijde Boodschap brengt aan het Volk Gods. Verheug jullie want de Allerhoogste
heeft jullie een profeet gezonden onder jullie.
Enoch, Enoc of Henoch, het is dezelfde Boodschapper, zodat jullie niet
twijfelen aan zijn naam en zijn missie. De Geest van mijn Heer is met hem en
met Elia, zij zullen de twee kandelaars zijn die de weg van het Volk Gods
verlichten, in de dagen van duisternis die eraan komen. Elia en Enoch zullen de
ketterijen en bedrog van de Antichrist vernietigen in de tijd van zijn
heerschappij. De kudde van mijn Zoon zal maar hen luisteren en hen volgen,
omdat ze in hen de aanwezigheid van God zullen zien die zijn Volk komt bezoeken
en aanmoedigen.
Mijn tegenstander en zijn aanhang zullen hen vervolgen en hen aanvallen, maar
hij zal hen geen kwaad kunnen aandoen, omdat de macht van God met hen zal zijn.
Al degenen die proberen hen kwaad aan te doen zullen sterven voordat ze het
kunnen proberen; enkel wanneer ze hun missie beeindigen zullen ze overwonnen
worden en zullen ze hun leven geven. Mijn Vader zal verheerlijkt worden door de
getuigenis van deze twee getuigen. Bereid jullie dus voor, Volk van God, om
Enoch en Elia te ontvangen en herinner jullie dat de triomf bij Onze Twee
Harten ligt.
Blijf in de vrede van mijn Heer.
Ik houd van jullie, jullie Moeder, Maria Hulp der Christenen.
Kleintjes, brengmijn boodschappen aan
de hele mensheid.