Het woord profeet komt van het Griekse prophetes, dat spreken
in naam van een ander betekent. Bijbelse profeten zijn dus boodschappers die
spreken in naam van God. In het Hebreeuws is de meest gebruikelijke naam voor
profeet echter nabi: iemand die geroepen is. In de Tenach ligt de nadruk
dus niet zozeer op de rol van boodschapper, maar op de status van de profeet
als iemand met een roeping van God.
Het takenpakket van een profeet
Het is niet gemakkelijk om profeet te zijn. Meestal zijn de
boodschappen van God net zo geliefd als een faraokostuum tijdens het joodse
paasfeest. Er is eigenlijk maar 1 profeet, Jesaja, die de baan zelf heeft
gezocht, alle anderen, waaronder Mozes, Jona en Jeremia, klagen dat hun roeping
een zwaarder lot is dan de dood.
Tot het takenpakket van een profeet behoren doorgaans:
·De toekomst voorspellen. Het voorspellen van
toekomstige gebeurtenissen is het visitekaartje van de profeet. Deze
voorspellingen varieren van het bepalen van het geslacht van een ongeboren baby
tot het voorspellen van de winnaar in een oorlog. Het vermogen de toekomst te
voorspellen geeft een profeet zijn geloofwaardigheid. Als ze voor publiek
staan, kunnen ze de luisteraars vertellen wat ze echt denken (of beter gezegd,
wat God denkt).
·Leiders adviseren. Koningen zijn zich bewust
van het belang van Gods goedkeuring voor ze een bepaalde actie ondernemen,
zoals het bouwen van een tempel of het beginnen van een oorlog. De meeste
koningen accepteren echter geen negatieve reactie en huren daarom een profeet
die niet meer is dan een klassieke jaknikker. Soms echter komt een echter
profeet opdagen, die de koning vertelt wat God denkt over zijn plannen of
regering. Dit tot grote ergernis van de koning. Het gevolg is dat koningen en
profeten het meestal niet met elkaar kunnen vinden.
·Veranderingen bewerkstelligen. Profeten doen
erg hun best om het gedrag en geloof van mensen te veranderen. Soms wordt hun
boodschap met berouw en verandering ontvangen, maar meestal gaan de mensen hun
waarschuwingen uit de weg en zijn de profeten hun leven niet zeker.
·Symbolische handelingen uitvoeren. Omdat daden
meer zeggen dan woorden ondersteunen profeten hun woorden met dramatische
handelingen. Zo moet Ezechiel bijvoorbeeld eten koken boven kolen van mest om
Israels morele onzuiverheid aan te tonen (Ezechiel 4). De profeet Hosea moet
een prostituee trouwen om Israels ontrouw aan te tonen (Hosea 1). De profeet
Jesaja krijgt de opdracht om drie jaar naakt door het leven te gaan om Israels
dreigende veroordeling en schaamte te demonstreren (Jesaja 20). Je kunt je wel
voorstellen dat er geen lange wachtlijst is bij het Uitzendbureau voor
Profeten.
·Orakels uitspreken. De meest gebruikelijke
functie van een profeet is het doorgeven van Gods boodschappen. Deze
boodschappen, orakels genoemd, beginnen meestal met de woorden Dit zegt de
Heer Orakels waarschuwen mensen meestal voor veroordelingen die dreigen als
ze niet van richting veranderen en hun leven beteren.
De kwalificaties van een profeet
Voor het priesterschap moet je aan bepaalde eisen voldoen
om ingehuurd te worden. Je moet Leviet en man zijn en binnen een bepaalde
leeftijdscategorie vallen. Bijbelse profeten kunnen daarentegen jong of oud,
rijk of arm, slimmerik of sukkel, man of vrouw zijn. Enkelen van de meest
invloedrijke profeten van Israel zijn vrouwen. Hieronder bevinden zich Mirjam,
die het volk voorgaat in een gebed aan God na de exodus uit Egypte (Exodus
15:20); Debora, die Israel een overwinning op de Kanaanieten bezorgt (Rechters
4:4) en Chulda die Josia, een van de grootste koningen van Israel, adviseert (2
Koningen 22:14). Het geheim achter Gods keuze is diversiteit, want God heeft
een breed scala aan mensen nodig om zijn boodschappen uit te dragen binnen de
voortdurend veranderde omstandigheden van Israels bestaan.
Inleiding
tot de grote profeten
Er zijn drie grote profeten (Jesaja, Jeremia en Ezechiel)
en twaalf kleine profeten (Hosea, Joel, Amos, Obadja, Jona, Micha, Nahum,
Habakuk, Sefanja, Haggai, Zacharia en Maleachi). Deze verdeling zegt niets over
hun belangrijkheid, maar over de lengte van hun geschriften.
De geschriften van de grote profeten zijn behoorlijk lang
en staan allemaal op een aparte boekrol. De geschriften van de kleine profeten
zijn aanzienlijk korter en staan allemaal samen op een boekrol. Het boek
Daniel, dat toch echt voorspellingen bevat, vinden we in Tenach niet terug
onder Profeten maar onder Geschriften. In de Griekse rangorde valt Daniel
echter wel onder Profeten en komt na Ezechiel, waardoor het de vierde grote
profeet is.
J E S
A J A
Jesaja is misschien wel de bekendste en meest invloedrijke
profeet van de bijbel. Een van de redenen voor zijn indrukwekkende positie is
dat hij tijdens een van Israels moeilijkste perioden leeft (rond 742-700 v.
Chr.). Als hij profeet is, wordt het noordrijk Israel verwoest door de
Assyriers (721 v. Chr.) en ontsnapt Jeruzalem ternauwernood aan hetzelfde lot.
Waarom laat God zijn volk veroveren door het kwaadaardige Assyrie, dat
internationaal bekend staat om zijn gewelddadigheid en bloedvergieten? En wat
zal het uiteindelijke lot van Juda zijn, dat weliswaar nog overeind staat, maar
balanceert op de rand van de afgrond? Voor de antwoorden op deze vragen en om
uit te vinden wat God van en voor zijn volk wil, wenden de mensen zich tot
Jesaja.
Het materiaal in het boek Jesaja staat, net als in de
andere profetische boeken, niet in chronologische volgorde. De profetenboeken
zijn verzamelingen (geen geschiedenissen) van boodschappen en gebeurtenissen
rond een bepaalde profeet. Raak dus niet in de war als dingen niet lijken te
kloppen (zoals de roeping van Jesaja in Jesaja 6, terwijl Jesaja 1-5 al
voorspellingen van Jesaja bevat).
De roeping van Jesaja (Jesaja 6)
Jesajas roeping om profeet te worden is uniek. Mozes en
Jona probeerden onder Gods roeping uit te komen, maar Jesaja biedt zijn
diensten vrijwillig aan.
God verschijnt in een visioen aan Jesaja. God zit op een
verhoogde troon en draagt een mantel (of gewaad) die de tempel vult. Omdat niet
iedereen zomaar naar God kan kijken, ondergaat Jesaja een rituele zuivering van
een serafijn, een engelachtig wezen met zes vleugels. De serafijn neemt een
brandend kooltje van Gods altaar en legt dat op Jesjas lippen. God vraagt dan:
Wie kan ik sturen [naar mijn volk]? Jesaja antwoordt: Hier ben ik, stuur
mij! (Jesaja 6:8).
God meldt aan Jesaja dat Juda verwoest zal worden. Verder
zegt God dat Jesaja met de mensen moet praten zodat hun geesten zich verharden
zodat ze het niet begrijpen, hun oren dood worden zodat ze het niet horen en
hun ogen zich sluiten zodat ze het niet zien. Als hun wintuigen niet werken,
kan God hen ongehinderd straffen. Dit lijkt een wat vreemde oproep van God,
aangezien het doorgaans de taak is van profeten om mensen te waarschuwen zodat
ze wel luisteren en hun gedrag veranderen. Waarom doet God dit?
Ook in dit geval wil God graag dat de mensen hun gedrag
veranderen. Wanneer degenen die God echt willen dienen horen dat God het punt
bereikt heeft waarop hij niet eens meer wil dat zijn volk berouw heeft, zullen
zij des te meer berouw tonen. Maar waarom heeft God dit punt bereikt?
In de eerste hoofdstukken van Jesaja kunnen we lezen dat de
mensen weliswaar offeren aan God en tot hem bidden, maar de rechten van de armen
en minder bedeelden negeren. God zegt het als volgt:
Ga je wassen, maak ze schoon.
Maak een eind aan jullie wandaden, laat ik ze niet langer zien. Vermijd het
kwade, zet je in voor het goede. Kom op voor het recht, houd uitbuiters in
toom, doe recht aan de wezen, verdedig de weduwen. Jesaja 1:16-17
Israel heeft veel te doen en het bevindt zich op de drempel
van een onafwendbare veroordeling. Israels reactie op de waarschuwing zal zijn
lot bepalen.
Jesajas beroemdste voorspellingen
Veel van Jesajas voorspellingen zijn van blijvende
invloed. Hier volgen de meest invloedrijke:
·Van zwaarden tot ploegscharen: de grote dag van
de vrede (Jesaja 2): In Jesaja 2:4 voorspelt Jesaja dat God tijdens het einde
der tijden een tijdperk van veroordeling zal aankondigen, gevolgd door onvoorwaardelijke
vrede. In prachtige poetische woorden voorspelt Jesaja: God zal rechtspreken
tussen machtige volken en geschillen oplossen tussen vele naties. Dan smeden ze
hun zwaarden om tot ploegscharen en hun speren tot snoeimessen. Geen volk neemt
nog de wapens op, nooit meer bereidt men zich voor op de oorlog. Deze dag
heeft nog niet plaatsgevonden, maar het zou niet gek zijn als het zou gebeuren.
Deze tekst siert trouwens het hoofdkantoor van de Verenigde Naties in New York.
·De geboorte van Immanuel (Jesaja 7): In Jesaja
7:14 voorspelt Jesaja dat een jonge vrouw zwanger zal raken en een zoon zal
baren die Immanuel heet. Direct daarop volgt Jesajas advies aan koning Achaz
om niet betrokken te raken bij een oorlog omdat degenen die hem daartoe
aanzetten niet lang meer zullen leven. Zij zullen weg zijn voordat het kind
kan kiezen tussen goed en kwaad (Jesaja 7:16). Met andere woorden: het gevaar
zal over een paar jaar geweken zijn. De naam van het kind, Immanuel, die God
is met ons betekent, moet Achaz eraan herinneren dat God hem in deze moeilijke
jaren zal beschermen. Veel theologen denken dat de jonge vrouw die hier wordt
genoemd, Jesajas vrouw is. Zij wordt ergens anders een profetes genoemd en
schenkt later het leven aan twee zonen met belangrijke namen.
Jesajas voorspelling krijgt een nieuwe
betekenis in het Nieuwe Testament. Daar wordt hij toegepast op Jezus moeder
Maria die, ondanks haar maagdelijkheid, Jezus baart door de macht van God. Een
reden voor de flexibiliteit van Jesajas voorspelling is dat bij de vertaling
van Jesajas boek in het Grieks (de vertaling die door de meeste vroege
christenen werd gehanteerd) het Hebreeuwse woord voor jonge vrouw werd
vertaald met het Griekse woord parthenos. Dit woord betekent weliswaar jonge
vrouw maar kan ook maagd betekenen. In de evangelien van Marcus en Lucas
staat dus dat Maria maagd was toen ze zwanger raakte van Jezus, wat de
goddelijke status van Jezus aantoont.
·Jesaja en Haendels Messiah (Jesaja 9): Niets
doet ons zo aan Kerstmis denken als de geur van dennenbomen, de maak van
Gluhwein en koren die Haendels Messiah zingen: Een kind is ons geboren, een
zoon is ons gegeven; de heerschappij rust op zijn schouders. Deze namen zal hij
dragen: Wonderbare raadsman, Goddelijke held, Eeuwige vader, Vredevorst. Maar
het was niet Haendel die deze woorden schreef, het was Jesaja. Met deze woorden
voorspelt Jesaja de geboorte van een kind dat het gouden tijdperk van de
rechtvaardigheid en vrede zal aankondigen. Jesajas beschrijving van het kind
is behoorlijk hoogdravend, maar dat is niet ongebruikelijk in oude koninklijke
lofprijzingen. Sommige bijbelwetenschappers denken daarom dat de woorden
geschreven werden voor de kroning van een Judese koning, misschien koning
Hizkia die heerste tijdens Jesajas loopbaan als profeet. De meeste geleerden,
zowel vroeger als nu, interpreteren deze woorden als verwijzingen naar de
Messias. Door deze interpretatie paste Haendel ze ook toe op Jezus.
Heer: Ik ben
het Johannes! Vele zielen blijven voortdurend de medemensen oordelen en
veroordelen, zij durven ze zelfs in het openbaar aanvallen en vernederen zonder
dat zij de kans krijgen zich te verdedigen. Zij die oordelen kijken niet om
welke medemens zij vernederen, zo ook wordt Pater Pio nu bespot en beklad. Ik
wil vragen te bidden opdat de zielen die oordelen eerst binnen in zichzelf
zouden willen kijken om dan vast te stellen dat zij beter zouden zwijgen want
dat zij zelf zondaars zijn. Wil bidden opdat ook zij terug naar het diepe
geloof en het gebed zouden willen komen en leven volgens Mijn Woord.
Geef ze kracht en sterkte met je gebed opdat zij zouden
willen vergeven, vergeven op een goddelijke manier, en niet met menselijke ogen.
Met Mijn ogen vergeven wil zeggen, ook vergeten en de medemens met veel liefde
behandelen. Wil veel bidden want nog heel veel wordt geoordeeld en veroordeeld,
zonder dat deze die dit doen weten waarover het gaat. Soms oordelen zij alleen
omdat zij iets gehoord hebben van anderen, zo geven zij zich over aan de listige
werkwijze van de andere om een medemens in diskrediet te brengen. Mijn Woord
blijven volgen, Mijn weg van waarheid, zal hen dichter bij Ons allen brengen
maar ook door het beleven en naleven van alle sacramenten.
Zovele zielen worden beproefd en gekwetst daar de andere
hen voortdurend aanvalt. Weet dat elke ziel die zich met Mijn wapens verdedigt
zal overwinnen. Blijven volhouden het goede te doen zal de overwinning brengen.
Na veel lijden zal blijdschap komen, zullen bloemen bloeien en zal een toekomst
met Ons allen gebeuren, een toekomst vol vrede en liefde, een toekomst met
liefdevolle medemensen. Wordt niet moedeloos want alles komt wel goed. Alle
beproevingen zullen omgezet worden in vreugde en diepe vrede. Wil Ons allen
blijven volgen in nederigheid en kleinheid, maar wil vooral veel blijven bidden
in alle omstandigheden. Ik ben bij je. (19/06/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen blijven vruchteloos zoeken, zij willen gelukkig
zijn maar de definitie die zij aan gelukkig zijn geven staat regelrecht in tegenstelling
tot het hemelse en geestelijke geluk. Zij willen wereldse bezittingen en macht
om gelukkig te zijn, daartegenover is het hemelse geluk alleen liefde,
gerechtigheid en waarheid. Dat elke zwakke ziel probeert om te strijden met
Onze wapens, wapens waarbij zij de kracht van God zullen ervaren en elke
tegenstand zullen kunnen tekeer gaan. Wil blijven bidden opdat de vele zoekende
zielen eindelijk weer eens wat meer in Onze taal zouden willen spreken,
eindelijk weer eens zouden willen bidden en geloven, zouden willen vertrouwen
op Ons allen en durven leven volgens Mijn Woord, Mijn Woord dat hen nooit zal
teleurstellen en dat hen altijd terug op de goede weg brengt of zal
terugbrengen als zij weer afgedwaald zijn.
Geef ze moed en vraag hen Mijn Plaatsvervanger (Benedictus
XVI) op aarde en de goede priesters te blijven volgen, dat zij niet toegeven
aan allerlei nieuwe pogingen om Mijn Kerk weer te veranderen. Dat elke ziel
terug leert om de oude waarden te waarderen en alle sacramenten te beleven en vooral
op een correcte manier na te leven. Vele priesters willen nu Mijn Woord
wijzigen om welke reden dan ook en met hen de vele leken die naar macht zoeken
om de Kerk naar hun hand te zetten. Spreek hen toe dat Mijn Woord nooit mag
veranderd worden en dat dit voor eeuwig zal blijven. Vraag hen om naar Ons
allen toe te komen in stilte, in al hun zwakheid, want velen tonen zich wel
sterk naar anderen toe maar zijn zo broos langs de binnenkant.
Hun hart is zo klein en toch blijven zij hun woning voor
Ons allen gesloten houden. Vele diepgelovige zielen begrijpen niet meer wat van
hen verlangd wordt, toch zouden zij moeten durven bidden, veel bidden en
blijven bidden om verder de strijd tegen de ander voort te zetten en niet op te
geven, want altijd loert de andere om hen op elk moment aan te vallen zodat zij
Ons allen in de steek zouden laten. Geef ze kracht en sterkte met je gebed
zodat zij volharden om Onze weg te blijven inslaan. Voor vele zielen is het nu
heel moeilijk maar Wij allen zijn hen heel nabij. Ook bij jullie zijn Wij
altijd aanwezig. Ik zegen jullie om naar Ons allen te blijven komen, om jullie
nog meer kracht en sterkte te geven verder te blijven strijden. Ik ben bij je.
(23/06/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Wees niet verdrietig meer als je weer eens ziet hoe een
priester zomaar de priesterlijke taken uit zijn handen laat glijden en hoe op
die manier de H. Mis een waar toneel wordt. De andere blijft de leken aansporen
om de H. Eucharistie te vernietigen door meer en meer de echte priesterlijk
taken van de geestelijke zonen van Mijn Moeder te ontnemen. Toch blijf ik
vragen om heel veel te bidden voor die vertwijfelde priesters die geen einde
meer zien aan de tunnel waar ze in verzeild zijn, die niet meer durven reageren
tegen de praktijken van de andere. Wil bidden opdat zij terug de kracht zouden
willen gaan zoeken in het gebed zodat zij zich weer gesteund en gesterkt weten.
Mijn Vader laat niet met zich spotten en kijkt dwars door
elke ziel heen. Dat elke ziel dan ook probeert om EERLIJK en RECHTVAARDIG door
het leven te gaan en vooral om geen medemensen mee te slepen in de netten van
de andere. De andere is zo listig en gaat zo sluw te werk dat vele zielen dit
niet eens merken, alles wordt zo netjes ingekleed en zo mooi aan elkaar gepraat
dat zelfs goede zielen zouden twijfelen. Toch zal elke ziel door het gebed en
het vertrouwen in Ons allen de andere ontdekken, elke goede ziel zal zijn listen
doorzien en er met Onze wapens tegen strijden.
Wil heel veel blijven bidden opdat elke ziel bereid zou
zijn zichzelf te onderzoeken zodat zij zouden zien hoe zwak en klein zij zijn.
Ik weet dat velen Mijn Woord willen veranderen en het moderner willen maken. Ik
wil hierbij nogmaals herhalen dat Mijn Woord altijd, voor alle tijden even
modern is en dat het eeuwig zal blijven. Dat zij dan niet meer proberen om Mijn
Woord in een andere vorm te gieten. Ik zegen alle zielen die met Mij en met
Mijn Moeder op weg willen gaan naar de Vader toe, die het lijden met blijdschap
aanvaarden en met vreugde durven dragen.
Wij allen zullen bij hen zijn die deze inspanning willen
doen en Wij allen zullen hen blijven beschermen, ook in de strijd tegen de
andere. Wees niet bevreesd om verder te strijden tegen de vele ongerechtigheid
op jullie wereld. Ik ben bij jullie in alle omstandigheden. Ik ben bij je.
(7/07/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Ik wil vandaag speciaal een diep gebed vragen aan alle goede
zielen voor de vele zoekende jonge mensen. Jongeren die aan hun lot worden
overgelaten door hun ouders en leerkrachten, maar vooral door priesters die hen
niet meer de weg tonen naar Ons allen toe. Wil bidden opdat priesters terug
bereid zouden zijn om aan de jongeren uit te leggen wat het huis van Mijn Vader
voor elke gelovige betekent, wat de H. Eucharistie betekent. Wil hen wel erop
wijzen dat zij dit niet dwangmatig mogen doen maar wel heel liefdevol. De jonge
mensen hebben nu geen houvast meer doordat zij door de vele opvoeders in de
steek worden gelaten.
Wik voor hen bidden opdat zij niet meer van de ene
duisternis in de andere zouden vallen. Voortdurend staan zij in bewondering
voor de vele wereldse zaken maar voor alles wat geestelijk is hebben zij angst
omdat zij niet meer ingelicht worden en geen voeding meer krijgen. Ik wil aan
de vele ouders, die aan het begin staan van de toekomst van elke jonge ziel
vragen dat zij als eersten hun kinderen op Mijn weg zouden willen sturen.
Daarom is het ook nodig dat ook zij het huis van Mijn Vader
terug in ere herstellen en terug de H. Mis durven bijwonen. Niet zomaar een H.
Mis bijwonen maar heel intens zodat zij ook de vruchten ervan kunnen plukken en
de nodige krachten ervaren om hun wereldse leven verder te zetten, om te kunnen
vechten tegen de andere die hen nu meestal in zijn netten weet. Zovele jongeren
zijn van goede wil maar worden als weeskinderen op jullie wereld losgelaten.
Zij worden volwassen, maar op geestelijk vlak zijn zij nog kleine kinderen.
Men kan hen niet zoveel verwijten doordat zij niet meer
geleid worden door hun ouders en leerkrachten, maar vooral door priesters die
hun apostolische taak niet meer vervullen zoals van hen gevraagd wordt. Zij
hebben de mond vol over zovele wereldse zaken maar zij vergeten dat ze geroepen
werden om liefdevol de zielen naar Ons allen te brengen, om hen allen Mijn
Woord te leren beleven en na te leven, maar ook om hen te leren bidden en de
sacramenten te beleven.
Zoveel gebed is nog nodig. Alles komt wel goed maar zal
zijn tijd nodig hebben. Wil juist daarom de goede zielen vragen om diep mee te
bidden zodat ouders, leerkrachten en priesters terug Ons allen durven
vertrouwen en durven bidden en de jongeren weer durven liefhebben om hen allen
op Onze weg te brengen. Ik zegen jullie en geef kracht om verder tegen de
andere te blijven vechten en de zoekende en twijfelende zielen naar Ons allen
te brengen. Wil dit blijven doen in nederigheid en kleinheid. Ik ben bij je en
blijf voor je zorg dragen. Blijf op Ons allen heel diep vertrouwen. (14/7/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Wil bidden opdat alle twijfelende en zoekende zielen Ons
allen zouden mogen ervaren. Een kracht die hen oneindig veel meer zal brengen
dan hetgeen zij vragen. Een kracht om te bidden en Mijn Woord na te leven, een
kracht om ALLE sacramenten na te leven, maar vooral een kracht om de medemens
lief te hebben en dankbaar te zijn voor alles wat de hebben voor het wereldse,
en het geestelijke leven totaal negeren. Wil veel blijven bidden opdat elke
priester, elke geestelijke zoon van Mijn Moeder, terug naar Ons allen zou
willen komen met de nederigheid van Mijn Moeder, maar ook met Haar steun.
Dat geen enkele ziel verlegen is om zich aan Ons allen te
geven. Bij elke ziel op weg naar Ons toe zullen Wij aanwezig zijn om hen op
alle momenten te steunen, ook de moeilijke. Het spreekt voor zich dat er van
elke ziel een inspanning gevraagd wordt om zich op Onze weg te begeven. Toch
mogen zij hopen en vooral vertrouwen dat Wij bij hen zullen zijn, zodat zij het
wereldse leven op een andere manier zullen bekijken, niet meer met menselijke
ogen maar met geestelijke ogen, met Mijn ogen en de ogen van Mijn Moeder, ogen
vol liefde, barmhartigheid en rechtvaardigheid, ogen met waarheid.
Blijf verder Mijn weg gaan tesamen met Mijn Moeder, met
Pater Pio, je broer en de vele engelen en heiligen die jou willen helpen op weg
naar Ons toe. Blijf op hen beroep doen om de soms moeilijke weg te blijven
bewandelen. Ik zal bestendig bij jou zijn en blijven en Ik wil jullie zegene om
jullie geloof nog standvastiger te maken. Ik ben bij je. (5/06/2002)
Naarmate je Mijn handelen met je onderkent, stroomt het
eeuwige leven door je wezen in al zijn heiligende, versterkende en herstellende
kracht. Eeuwig leven is een bewustheid van de dingen der eeuwigheid. Bewustheid
van Mijn Vader en bewustheid van Mij. Niet alleen maar een zekere kennis
omtrent Ons bestaan, zelfs niet van Onze Godheid, maar een bewustheid van Ons
in allen. Wanneer je je van Mij bewust wordt, worden ook allen voor wie je
zorgt met Mij verbonden. Schenk je Mij je dienstbaarheid, dan trek je door de
magnetische kracht van de liefde allen die je dierbaar zij, binnen de straal
van het Goddelijk leven.
Allen 1
Iedere man is je broeder, iedere vrouw je zuster, ieder
kind je kind. Je zult geen onderscheid kennen naar ras, kleur of geloof. Een is
jullie Vader en gij zijt allen broeders. Dit is de eenheid die Ik kwam
onderwijzen de mens verenigd met God en Zijn groot huisgezin. Niet de mens
alleen, in zijn eentje, die een eenheid met God zoekt. Zie God, de Vader, met
Zijn groot huisgezin verspreid over de wereld en wanneer je eenheid met Hem
zoekt, moet dat voor je betekenen een gehechtheid aan Zijn gezin, Zijn overige
kinderen. Hij erkend allen als Zijn kinderen; niet allen erkennen Hem als hun
Vader. Denk hierover na.
Immuun voor het kwade
Het kwade werd door Mij overwonnen en voor allen die op Mij
vertrouwen is er immuniteit voor het kwade. Schuif het kwade terzijde met de
pijlen waarin Ik voorzie. Je verheugen in beproevingen is zon pijl. Het
beoefenen van Mij tegenwoordigheid is er ook een. Het ontledigen van jezelf is
een ander pijl. Aanspraak maken op Mijn kracht over de verleiding is er nog
een. Je zult vele van deze pijlen aantreffen wanneer je Mijn weg bewandelt, en
je zult ze handig en snel leren gebruiken. Elk ervan is van toepassing op de
behoefte van dat moment
Uit het ongeziene
Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt, en
het bewijs der dingen, die men niet ziet.
Je zit nog niet in, noch zul je zolang je op aarde bent ten
volle inzien hoe geloof, samenwerkend met geestelijke kracht, daadwerkelijk
datgene tot stand brengt wat je hoopt. De mensen spreken van dromen die
bewaarheid werden. Maar jullie onder kennen ze als gebeden die verhoord zijn;
uitingen van geestelijke kracht in het ongeziene. Vertrouw daarom onbegrensd.
Gevaarlijke kracht
Zie je niet in hoe noodzakelijk het is dat je de
aanvalsmethode van de Geest leert? Er moet een zeker diepgeworteld geloof in
Mij zijn, anders zou je jezelf niet kunnen toevertrouwen aan een volledige overgave
aan Mij. Maar in hen die de gehele weg met Mij gaan, moet een volledig buigen,
een overgeven van hun wil en leven aan Mij komen, anders zou het grotere geloof
dat volgt een bron van gevaar zijn. Het zou je terugsleuren naar het materiele
vlak in plaats van je te voeren naar geestelijke hoogten.
Schuilend bij U
Volg Mij en of het nu in de storm is, of langs de stoffige
hoofdweg, of over de met stenen bezaaide plaatsen, of door de koele, open plek
in het bos, of door de weide, of langs de wateren der ruste, dan zal er bij
Mij, bij elke ervaring, een toevluchtsoord zijn. Bij tijden lijkt het alsof je
van verre volgt. Dan strek je, vermoeid door de last en de weg, een hand uit om
de zoom van Mijn kleed aan te raken. Plotseling is er geen stof meer, geen
vermoeidheid. Je hebt Mij gevonden. Mijn kind, ook al lijkt het zinloos, ga
door met je geestdodende werk, of dat nu geestelijke, verstandelijke of
lichamelijke inspanning vergt. Voorwaar, het beantwoordt aan zijn doel, al was
het maar dat het je ertoe brengt om steun van Mij te zoeken.
Heer Jezus Christus, uit liefde tot de mensen verblijft Gij
dag en nacht in dit Sacrament, terwijl Gij daar vol goedheid en liefde allen
afwacht, uitnodigt en ontvangt die U komen bezoeken. Ik geloof dat Gij in het
Sacrament des altaars tegenwoordig zijt; ik aanbid U uit de afgrond van mijn
niet en dank U voor alle mij bewezen genaden. Bijzonder dank ik U, dat Gij mij
Uzelf in dit heilig geheim geschonken, mij uw allerheiligste moeder Maria tot
voorspreekster gegeven en mij geroepen hebt om U in deze kerk te bezoeken.
Ik groet in dit ogenblik uw zo liefdevol Hart en ik heb de
mening het te groeten met een drievoudig doel: vooreerst om U dank te zeggen
voor deze grote gave; ten tweede om U vergoeding te geven voor alle
beledigingen, die U in dit Sacrament door al uw vijanden zijn aangedaan; ten
derde heb ik de mening U te aanbidden op alle plaatsen van de wereld, waar gij
in uw H. Sacrament minder vereerd en meer verlaten zijt.
Mijn Jezus, ik bemin U uit geheel mijn hart. Het spijt mij,
dat ik uw oneindige goedheid in het verleden zo dikwijls mishaagd heb. Met de
hulp van uw genade neem ik mij voor, U in het vervolg niet meer te beledigen en
op dit ogenblik wijd ik mij, hoe ellendig ik dan ook ben, zonder voorbehoud aan
U toe. Ik geef U en sta U af geheel mijn wil, mijn neigingen, mijn verlangens
en alles wat mij toebehoort. Doe voortaan alles wat U behaagt met mij en al het
mijne.
U alleen zoek ik, uw heilige liefde en de volharding tot
het einde toe; uw wil volmaakt te vervullen is mijn enig verlangen. Ik beveel U
aan de zielen van het vagevuur, vooral die de meeste godsvrucht hadden tot het
allerheiligst Sacrament en de heilige Maagd Maria. Ook beveel ik U alle
ongelukkige zondaars aan. Eindelijk, mijn dierbare Zaligmaker, verenig ik al
mijn gevoelens met die van uw liefdevol Hart, en daarmee verenigd offer ik ze
op aan uw eeuwige Vader en ik bid Hem in uw naam, ze uit liefde tot U aan te
nemen en te verhoren.
2
Bezoek aan het Allerheiligste Sacrament
De bruid van het Hooglied ging haar bruidegom zoeken en
toen ze hem niet vond, vroeg ze overal: Hebt ge mijn zielsgeliefde niet gezien?
Toen was Jezus nog niet op aarde; maar als nu een ziel, die Jezus liefheeft,
Hem gaat zoeken, dan vindt zij Hem altijd in het allerheiligste Sacrament. De
gelukzalige Pater Avila was gewoon te zeggen, dat hij onder alle heiligdommen
geen aantrekkelijker kon vinden of verlangen, dan een kerk, waar Jezus in het
Allerheiligst rust.
O oneindige liefde van mijn God, een oneindige liefde
waardig! Hoe hebt Gij er toe kunnen komen, mijn Jezus, zo diep af te dalen, dat
Ge U onder de gedaante van brood wilde verbergen, en U die vernedering hebt
getroost om met de mensen te kunnen verkeren en U met hun hart verenigen? O
mensgeworden Woord, Gij hebt U zo uitermate diep vernederd, omdat uw liefde zo
uitermate groot is. Hoe is het mogelijk, dat ik U niet met heel mijn ziel
bemin, terwijl ik weet, hoeveel Gij gedaan hebt om mijn hart te veroveren!
Ik wil U dan veel beminnen; en daarom geef ik de voorkeur
aan uw welbehagen boven ieder persoonlijk belang, boven iedere zelfvoldoening.
Mijn genoegen is het, U genoegen te doen, U, mijn Jezus, mijn God, mijn liefde,
mij al! Ontsteek in mij een vurige begeerte om voortdurend bij U in het H.
Sacrament te zijn, U in mijn hart te ontvangen en U daar gezelschap te houden.
Ik zou een ondankbare zijn, als ik aan zon zoete en minzame uitnodiging geen
gehoor gaf.
Mijn God, vernietig toch in mij alle gehechtheid aan de
geschapen dingen. Gij, mijn Schepper, Gij wilt dat op U alleen al mijn
verlangens, al mijn genegenheden gericht zijn. Ik bemin U, allerbeminnelijkste
goedheid van mijn God. Ik vraag van U niets anders dan U zelf. Ik vraag niet
mijn eigen voldoening; ik wil alleen U tevredenstellen, dat is mij genoeg. Mijn
Jezus, neem dit verlangen aan van een zondaar, die U wil beminnen. Help mij met
uw genade en maak, dat ik, ellendige slaaf van de hel, van dit ogenblik af de gelukkige
slaaf van uw liefde mag zijn.
Schietgebed: Jezus, mijn enig goed, ik bemin U bovenal.
3
Geestelijke communie
Mijn Jezus, ik geloof dat Gij in het allerheiligste
Sacrament tegenwoordig zijt. Ik bemin U boven alles en wens U in mijn hart te
ontvangen. Maar ik kan dit nu niet werkelijk doen; daarom bid ik U: kom ten
minste geestelijkerwijze in mijn hart. Ik omhels U, alsof gij reeds gekomen
waart en verenig mij geheel en al met U. Laat mij toch nooit van U gescheiden
worden.
4
Bezoek aan Maria
Allerzoetste meesteres en mijn moeder, ik ben een lage
opstandeling tegen uw grote Zoon; maar vol berouw kom ik een beroep doen op uw
medelijden om door u vergiffenis te krijgen. Zeg mij niet, dat ge het niet
kunt, want de H. Bernardus noemt u: middelares van verzoening. Op u ook rust de
taak, die in gevaar zijn te redden; volgens de H. Ephrem toch zijt gij de hulp
van allen die in gevaar verkeren. O mijn meesteres, wie verkeert in groter
gevaar dan ik? Ik heb eens God verloren. Het is zeker dat ik tot de hel veroordeeld
ben geweest, maar of God mij reeds vergeven heeft, weet ik niet.
En zo ja, dan kan ik Hem opnieuw verliezen. Gij kunt echter
alles voor mij verkrijgen; van u verhoop ik dan ook alle goed: de vergiffenis,
de volharding, de hemel. Door uw voorspraak eenmaal zalig geworden, hoop ik in
het rijk der hemelingen te behoren tot het getal van hen, die het meest uw
barmhartigheid zullen roemen.
Schietgebed: Eeuwig, eeuwig zal Ik Marias barmhartigheid prijzen.
Amen, amen!
5
Gebed tot de allerheiligste Maagd om haar machtige bescherming te verkrijgen
Allerheiligste en onbevlekte Maagd en mijn moeder Maria,
tot u die de moeder zijt van mijn God, de koningin der wereld, de
voorspreekster, de hoop en de toevlucht van de zondaars, neem ik, de
ellendigste van allen op dit ogenblik mijn toevlucht. Met de diepste eerbied
kniel ik voor u neer, o grote Koningin, en ik dank u voor alle mij tot hiertoe
bewezen genaden, voornamelijk dat gij mij van de hel, die ik zo dikwijls heb
verdiend, bevrijd hebt. Ik bemin u, allerbeminnelijkste Maria, en om de liefde
die ik u toedraag, beloof ik voor altijd uw dienaar te wezen en zoveel in mijn
vermogen is te maken dat ook anderen u beminnen.
Op u vestig ik al mijn hoop; heel mijn zaligheid stel ik in
uw handen. Neem mij aan als uw dienaar en laat mij schuilen onder uw mantel, o
Moeder van barmhartigheid. En omdat gij zo vermogend zijt bij God, bevrijd mij
van alle bekoringen of wel verkrijg voor mij de kracht om ze tot mijn dood toe
te overwinnen. Ik bid u om de ware liefde tot Jezus Christus; door u hoop ik
een goede dood te sterven. Mijn moeder, om de liefde die gij God toedraagt,
smeek ik u mij altijd bij te staan, maar vooral in het laatste ogenblik van
mijn leven. Verlaat mij niet, totdat gij mij zalig ziet in de hemel, waar ik u
zal zegenen en uw barmhartigheid in alle eeuwigheid zal prijzen. Amen. Zo hoop
ik, zo zij het.
6
Bezoek aan de H. Jozef
H. Jozef, vergun mij, dat ik u met de H. Kerk toespreek: U
zal ik steeds prijzen, want gij zijt mijn machtige beschermer. Ik zal u loven
en uw macht verkondigen, want nooit heb ik vergeefs uw hulp ingeroepen. In de
bekoringen ben ik nooit bezweken, als ik tot u gebeden heb.
Schietgebed: Geef mij een zalig sterfuur en eeuwig zal ik u
prijzen.
7
Gebed tot de H. Jozef
Mijn heilige aartsvader, gij zetelt nu in de hemelse
vreugde op een verheven troon, dicht bij uw geliefde Jezus, die u op aarde
onderdanig was; heb medelijden met mij! Ik leef hier omringd van zoveel
vijanden, van de duivel en mijn boze hartstochten, die mij onophoudelijk
bestrijden en van Gods genade trachten te beroven.
Op aarde viel u het geluk te beurt, voortdurend met Jezus
en Maria om te gaan. Verkrijg ook voor mij de genade, mijn overige levensdagen
met God verenigd te leven, altijd weerstand te bieden aan alle aanvallen van de
hel en daarna in de liefde van Jezus en Maria te sterven. Dan zal ik mij
eenmaal voor eeuwig met u in hun gezelschap mogen verheugen. Amen.
Uit: Bezoeken aan het Allerheiligste Sacrament door H. Alfonsus Maria de Liguori
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen vinden het normaal om altijd aan Ons allen alles
te vragen wanneer ze wereldse behoeften of een werelds lijden ondergaan, doch
velen onder hen zijn ondankbaar als hun problemen opgelost worden. Dan zijn ze
Ons allen weer vergeten omdat het voor hen meer dan normaal lijkt at Wij allen
voor hen alles oplossen zonder dat zij iets in de plaats stellen. Meestal
vragen zij wereldse zaken maar zo weinig geestelijke zaken. Er zijn zo weinig
zielen die vragen om hun geloof standvastiger te maken, om meer liefde te kunnen
geven aan hun medemensen. Toch willen zij altijd geholpen worden zonder 1
enkele inspanning van hun kant. Wil blijven bidden opdat elke ziel eens goed
zou willen nadenken over de genade om dankbaar te zijn wanneer zij iets
ontvangen. Het is toch mooi als een ziel dankbaar is voor wat zij van Ons allen
bekomt zelfs voor de kleinste dingen. Dankbaar voor hetgeen zijn ontvangen en
bewust van hun zwakheid. Dat de zielen geen angst hebben om zich aan Ons allen
te geven, dat zij geen angst hebben om gestraft te worden voor hetgeen zij
verkeerd gedaan hebben. Integendeel, Wij allen zullen elke ziel met open armen
ontvangen als zij zich naar Ons willen keren en zich in alle eerlijkheid naar
het sacrament van de biecht willen begeven en hun zonden met veel spijt
belijden. Dat elke ziel wil leren om zich open te stellen voor de goddelijke
liefde en Mijn Woord leert beleven, dat zij proberen om Mijn weg te gaan, een
weg van het goed beleven en naleven van alle sacramenten, een weg van waarheid
en rechtvaardigheid, van barmhartigheid en goddelijke liefde. Een liefde die
hen dichter bij Ons allen zal brengen, maar ook een liefde die hen dichter bij
de medemens zal doen komen. Ik zegen jullie om verder de strijd tegen de andere
te blijven voortzetten. Ik ben bij jullie aanwezig in alle omstandigheden en op
elk moment. (9/6/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Wat is het mooi om de kleine, eenvoudige en nederige zielen
door het wereldse leven te zien wandelen. Ook zij kennen moeilijkheden en
zwakke momenten, doch door het eenvoudig en nederig belijden van hun geloof
kunnen zij alle stormen trotseren. Zij zoeken, en blijven kracht en sterkte
vinden in het geloof en in het beleven van alle sacramenten. Velen voelen zich
wel eens zwak maar gaan onmiddellijk weer bidden. Wil bidden voor die vele
kleine zielen opdat zij zouden volhouden. Andere zielen daarentegen begrijpen
niet hoe kleine, eenvoudige zielen alles kunnen doorstaan, zij blijven de
hoogmoed in hun vaandel dragen en zien alleen maar duisternis. Zij zien niet
hoe de kleine zielen Onze weg blijven opgaan en daar voortdurend de nodige
voeding ontvangen. Hoogmoedige zielen die zich in het spoor van de andere
bevinden, blijven de medemensen oordelen en veroordelen, zij spelen ook rechter
en wijzen andere zielen terecht. Zij vergeten in hun eigen hart te kijken hoe
zondig zij zijn. Wil veel blijven bidden want meer en meer zielen lopen de
andere achterna in zijn hoogmoed, met zijn jaloersheid en zijn haat tegenover
de medemens. Doordat deze zielen alleen oog hebben voor de wereldse dingen zien
zij niet hoe zij in het spoor van de andere lopen. Zij voelen zich gevleid door
wereldse macht en geldzucht, door hun wereldse rijkdom.
Blijf heel veel bidden voor de vele zielen die vruchteloos
aan het zoeken zijn, die het geestelijke leven niet vinden en zich in een
doolhof weten. Ik wil elke ziel zegene die zich totaal aan Ons allen wil geven
en onvoorwaardelijk op Ons allen durft vertrouwen. Ik ben bij je en zal je
blijven beschermen. Wil je altijd aan Ons allen blijven geven, totaal geven.
(30/6/2002)
Heer: Ik
ben het Johannes! Vele zielen zijn op een dwaalspoor beland en zijn de goede
weg verloren. Nochtans hebben zij allen door Mij, door Mijn Moeder en heiligen
goede onderrichtingen en raadgevingen ontvangen, en deze woorden worden nu nog
naar de wereld toegestuurd, doch vele zielen leggen deze onderrichtingen en
raadgevingen naast zich neer. Zij bidden niet meer met het hart en vinden dan
ook geen kracht meer om verder de goede weg op te gaan zodat zij ook hun
medemensen geen liefde meer kunnen geven. Op vele plaatsen hebben Wij allen
gevraagd om te blijven bidden en dit doen Wij NU nog, te blijven bidden opdat
zij zich allen zouden durven bekeren. Doch zovele zielen vinden het niet nodig
om naar Ons allen te luisteren. Zij zullen zelf wel zeggen hoe het er moet aan
toe gaan en wat er moet gebeuren als zij eens in een kerk komen voor een of
andere speciale gelegenheid, want elke dag of elke week een H. Eucharistie
bijwonen vinden vele zielen tijdverlies. Zij vinden hun weg niet meer, ook
omdat de verwarring groter en groter wordt, ook omdat vele priesters Mijn weg
en deze van Mijn Plaatsvervanger op aarde niet meer volgen. Toch blijf Ik aan
elke goede ziel vragen om te blijven bidden, hoe zwaar dit op bepaalde momenten
ook mag zijn; omdat de goede zielen klaar en duidelijk zien hoeveel
ongerechtigheid er op jullie wereld bestaat, omdat zij duidelijk zien hoe de
ander over de zwakke en afgedwaalde zielen reageert. Wil toch blijven geloven
en de kracht in het diepe gebed zoeken zodat de goddelijke liefde in jullie
harten blijft wonen. Blijf moedig en nederig alle vernederingen en bespottingen
omwille van Ons allen doorstaan, Wij allen zullen bij jullie zijn die deze
strijd willen verder zetten, een strijd tegen de andere en zijn trawanten. Wie
niet biddend is zal heel moeilijk kracht vinden om de goede weg op te gaan.
Geef elke afgedwaalde ziel en soms nog twijfelende zielen moet om ook Mijn weg
op te gaan, een weg van waarheid, van gerechtigheid en liefde. Ik zegen jullie
om kracht en sterkte te geven Mijn Woord heel diep te beleven. Ik ben bij je en
zal je blijven beschermen altijd en overal. Blijf moedig vechten voor Ons
allen. (10/7/2002)
Onze
vreugde is het, te schenken, onszelf te schenken, te vergeven, te beminnen.
( ) Vandaag wil ik u herinneren aan wat Jezus van zijn
Kleine Zielen verwacht. Wat vraagt Jezus?
Hij vraagt nederige zielen om te strijden tegen de
hoogmoed. De hoogmoed is een gesel die onvermijdelijk leidt tot de ontkenning
van het Heilige, zo niet van God zelf, de nederigheid is zijn tegengestelde.
Jezus dringt dan ook bijzonder aan op dit basispunt, de Nederigheid. Hij vraagt
liefdevolle kleine zielen om te strijden tegen het gebrek aan liefde. De
liefde, zoals die op onze dagen begrepen wordt is slechts een surrogaat van de
ware liefde, die op God moet gericht zijn: zelfgave, edelmoedigheid, zuiverheid
in elke levensstaat waarin God ons plaatst; huwelijk of celibaat, eerbied voor
de andere. Elke liefde dient op te vliegen uit het Hart van Hem die zei: Ik
ben de Liefde.
Hij vraagt edelmoedige kleine zielen om tegen de zelfzucht te
strijden. Ongelukkigerwijs is er steeds, in elk van ons min of meer, een vorm
van zelfzucht die ons onveranderlijk leidt naar de liefde van eigen gemak, naar
de onmacht van een menselijke natuur die halsstarrig de hulp weigert van de
genade die zich aanbiedt; hulp om het eigen ik te overstijgen. Hij vraagt
biddende kleine zielen om te verhelpen aan het gebrek aan gebed. Eigenlijk,
dierbare kleine zielen, welk gebed wordt door God het meest op prijs gesteld?
Is het een woordenvloed die vurig gebed wil zijn? Of is het eerder zelfgave,
offergave van elke dag, steeds hernieuwd, in vreugde als in lijden dat het ons
doet uitschreeuwen van pijn, maar pijn die verzacht wordt door de vreugde van
de gave aan de Liefde?
Jezus vraagt vertrouwvolle kleine zielen om tegen het
pessimisme te strijden. Geloof mij, het vertrouwen is de basis van de
Kleinheid. Het is als een klein vogeltje in Gods Hand, dat alles, ik zeg wel
alles van zijn goedheid verwacht. Jezus laat zich altijd overwinnen door ons
vertrouwen; hoeveel mensen van deze tijd laten zich wegzinken in pessimisme,
omdat zij hun hart niet vertrouwvol willen openen? Jezus vraagt reine kleine
zielen om te strijden tegen de onreinheid. Het is levensnoodzakelijk voor de
toekomst van de wereld op te komen tegen het kwaad dat steeds verergert. Geheel
bewust dat God met ons is, dienen wij krachtdadig de onreinheid onder al haar
vormen aan te klagen, het gebrek aan verantwoordelijkheidszin doen kennen van
hen die laten begaan, zonder de stem te verheffen om de kanker te stoppen die
aan de ziel van onze kinderen knaagt, ook aan volwassenen die te laf zijn om
tussen te komen.
De massa-media, de sensatiebladen raken in extase voor wat de
schande is van onze eeuw. Wat slecht is wordt de hemel in geprezen, wat goed is
wordt afgeremd, gestopt, door precies diegenen die tot opdracht hebben het aan
te moedigen, te spreken, luid hun verontwaardiging, onze verontwaardiging, te
verkondigen. De verdorvenheid der zeden tast zelfs de kinderen aan. Er staat
nochtans in het Evangelie: Als gij niet wordt als kleine kinderen zult gij het
Rijk der Hemelen zeker niet binnengaan. Arme kleine jeugd. Wat betekent het
toch die enkele jaren hier beneden. De dag zal komen waarop gij zult staan
tegenover diegene die Liefde tot het uiterste wil zijn. Jezus vraagt ook: ware
kleine zielen om te strijden tegen de Leugen en de Schijnheiligheid: God is
Waarheid. Telkens wij over dit punt struikelen brengen wij hulde aan de Duivel.
En zoals Jezus het ons in de Boodschap herinnert: Een kleine leugen blijft
steeds een legen. Het order voor Kleine Zielen moet zijn en blijven: Nooit
liegen.
Jezus vraagt onderworpen kleine zielen om tegen de
ongehoorzaamheid te strijden. Wie kent nog het sleutelwoord: Gehoorzaamheid?
Nemen zij Jezus-Christus tot voorbeeld, die zijn hele aardse leven lang,
gehoorzaamd heeft aan zijn schepsels Jozef en Maria. Wij zullen het aanschijn
van de aarde niet veranderen. Alleen God, Bron van alle goed, heeft die Macht.
Daarom raad ik u aan, aan de grondwaarheden van het Geloof te gehoorzamen: aan
de eeuwige Waarheden: aan Gods Geboden die op onze dagen zo vergeten zijn. Onze
Moeder de Heilige Kerk lijdt Laten wij haar wonden verzorgen. Hoe? Door ons
voorbeeld van kleinheid en nederigheid, maar vooral door ons neen aan de
afwijkingen van sommigen van haar leden. Laat ons bidden en beminnen. Jezus,
haar Goddelijke Stichter zal de rest doen Het weze ons voldoende, te beminnen.
Hij vraagt: Offerzielen om tegen de Ketterij te strijden. Aan elk
van hen vraagt Jezus een onmetelijke eerbied voor zijn Liefdesacrament. Vrezen
wij niet. Trotseren wij spot, beledigingen, onbegrip. God die ons ziet, weet,
en is gelukkig. Dat is het essentiele. De rest heeft weinig belang. Want, zo
wij al lijden, Hij heeft meer geleden dan wij Onze vreugde is te schenken,
onszelf te schenken, te vergeven, te beminnen Dragen wij onze broosheid op aan
de Barmhartige Liefde. Kinderen, wezen wij nooit zijn lijden door onze
vrijwillige zonden en onze weigering Hem te beminnen.
Iedereen dient te begrijpen dat indien onze zo tedere
Hemelmoeder bij elk van ons is, zij het kanaal is langs waar de Hemelse Genaden
naar de kinderen van deze aarde vloeien. De Heer ontvangt ons gebed graag uit
haar maagdelijke handen. Nemen wij onze toevlucht tot Maria, onze zo dierbare
Gezant bij God. Door Haar zal de geest van het Kwaad overwonnen worden. Wezen
wij er van overtuigd dat de wereld gered zal worden door haar Bemiddeling op
het Hart van haar Zoon. Zij zal optreden en zijn immanente Gerechtigheid
stoppen, indien er nog tijd is. Ik dring er op aan dat gij in praktijk zoudt brengen
wat Jezus ons leert in de Boodschap van de Barmhartige Liefde. Wat zegt Hij
ons? Hij zegt ons dat wij allen zondaars zijn en dat de bekering van de zielen
bij onze eigen ziel moet beginnen. Kleine ziel zijn betekent beminnen,
schenken, vergeven. Het is eendracht met de naaste betrachten.
Jezus zegt ons: Dat niemand zich boven de andere verheven voele.
Wie heeft het recht te oordelen? Oordelen zij niet maar betreuren zij het kwaad
dat aan de mensheid knaagt. Dat ons dierbare Legioen zich verenige met het
Legioen der Engelen. Zij zijn er om ons bij te staan. Jezus zegt ook in de
Boodschap: Mijn kleine zielen kunnen de wereld redden. Er dient onder ons een
diepe eenheid te zijn, geput uit Gods Hart, want zonder Hem en buiten zijn
Onderrichtingen, zal er niets zinvols mogen verhoopt worden. Kleine ziel zijn
is meer dan een naam, het is een leven leiden in overeenstemming met het
Evangelie en met de Boodschap.
In deze droevige tijden richt ik mij in het bijzonder tot
u, dierbare gehandicapten, want gij zijt de goede gist van onze hoop voor het
leven op deze totaal ontredderde wereld. Geloof in de waarde van uw opgedragen
lijden. Ja, valoriseer wat gij verdraagt door het op te dragen aan de Liefde.
Wat u betreft, jongeren, die de toekomst van de wereld zijt, weest U ervan
bewust dat de Heer naar u kijkt, en van u veel edelmoedigheid verwacht in zijn
Dienst. Slechts aan die rijs en mits om u heen geschonken Liefde, zal Jezus u
als zijn ware kinderen kunnen erkennen. Dan zal Gods Vergiffenis ons niet
ontbreken. Moge de Heer de hedendaagse mensen helpen de zin en het doel van het
leven terug te vinden, en hen zo bevrijden van de onrust en de droefheid die
onze wereld overweldigen. En dat wij allen zouden mogen leven in de vreugde van
de Heer.
Leef met Mij. Werk met Mij. Schep er altijd behagen in om
Mijn heilige wil te doen. Laat dat de voldoening van je leven zijn. Vind daar
je volle genot in. Laat het wonder van Mijn zorg voor je zo vertroostend zijn,
dat je geen saaiheid meer kunt zien in geestdodend werk, in uitstel De
heerlijkheid van Mijn leiding (het wonder van haar intimiteit) openbaart zult
een tedere kennis omtrent je, betreffende je verleden en je toekomst. Laat dit
Mij aan jou openbaren en vermeerder zo dagelijks je kennis omtrent Mij.
De weg die je nam
Zie achterom naar de weg waarlangs Ik je geleid heb. Zeg
bij jezelf: Is mijn Heer vandaag niet even sterk als in de dagen die achter
mij liggen? Heeft Hij mij niet gered toen menselijke hulp machteloos stond?
Heeft Hij niet Zijn belofte gehouden en Mij beschermd en voor mij gezorgd? Kan
ik, daaraan denkend, nu twijfelen aan Zijn macht? Zo zul je vertrouwen krijgen
en een vaster geloof. Wanneer je geloof dan aldus versterkt is, kan Mijn kracht
meer vrijelijk en vollediger voor je werken. Je begint je nog maar pas Mijn
wonderen te realiseren. Je zult ze meer en meer tot openbaring zien komen
wanneer je voortgaat. Laat Mij toe in al wat je doet, in elk plan, in elke
daad.
Rijkdommen van Zijn genade
Het is aan Mijn volgelingen om Mijn Woord, het Woord van
God Zelf, aantrekkelijk te maken. Mijn Woord moet rijkelijk in je wonen. Er
moet geen karigheid, geen armoede zijn, maar een overvloed van rijke
voorzieningen. Let op het woord wonen. Niet bij vlagen, zoals Ik je heb gezegd.
Het moet zich daar thuis voelen, het moet er thuishoren. Geen kwestie van
schrale of uitgeputte voorzieningen. Het Woord van God groeit in betekenis, in
intensiteit voor je, wanneer je het in werking stelt. Bedenk ook dat het Woord van
God, dat Woord is dat vleesgeworden is, Die bij je woont, je Heer Jezus
Christus.
Mijn beeld hersteld
Zie op Mij totdat je blik zo intens wordt, dat je de
schoonheid der heiligheid absorbeert. Dan wordt daadwerkelijk je kleinzielige,
onwaardige eigen-ik uit je natuur verdrongen. Zie op Mij. Spreek met Mij. Denk
aan Mij. Zo word je omgevormd door de vernieuwing van je gedachten. Andere
gedachten, andere verlangens, andere wegen volgen, want je wordt veranderd naar
Mijn beeld. Aldus rechtvaardig je Gods wegen met de mens de mens gemaakt naar
Zijn beeld, dat beeld werd vertroebeld, maar toch had Ik nog vertrouwen in de
mens; vertrouwen dat de mens, wanneer hij in Mij, de Mens Christus Jezus, het
beeld Gods zou zien, hij ernaar zou streven zich weer te verheffen tot Mijn gelijkenis.
Verwachting
In al je werk, je samenzijn met anderen dien je altijd je
bewust te zijn van Mijn koesterende liefde die je omringt. Blijf in Mijn
liefde. Kom Mij tegemoet in de avond, verwachtingsvol en met liefde.
Voortijdige zegen
Geef
mij kracht om Uw tijd af te wachten, Uw tuchtiging te aanvaarden.
Slechts je falen hierin kan de antwoorden op je vele
gebeden vertragen. De zegen die je begeert, vereist een geoefend,
gedisciplineerd leven; anders zou ze je ondergang bewerken en de kritiek
brengen van een wereld, die slechts aan het doel, Mijn doel dat je zo vurig
zoekt te dienen, afbreuk kan doen.
Verbroken banden
Maak
los de ketenen die mij binden aan de aarde en aan stoffelijke dingen.
Ze zullen losgemaakt worden. Zelfs nu wordt je gebed
verhoord. Maar je kunt alleen dan volkomen worden bevrijd als je meer en meer
leeft met Mij. Bevrijding van je gedachten van aanspraken van het eigen-ik
ontstaat door een vervangingsproces. Vervang elke aanspraak van het eigen-ik
door Mijn aanspraak. Vervang elke gedachte van vrees of afkeer door een
gedachte van geborgenheid in Mij en van blijdschap in Mijn dienst. Vervang elke
gedachte van beperktheid of hulpeloosheid door een van kracht, van een door de
Geest gesteund leven. Doe dit volhardend. In het begin in een welbewuste
poging, totdat het een bijna onbewuste gewoonte wordt. De ketenen zullen
stukspringen en geleidelijk zul je het wonder van je vrijheid verwezenlijken.
Overvloedig geven
Here,
ik vraag om Uw onbegrensde voorzieningen.
Ik geef niet met karige hand. Zie de schoonheid in de
natuur, de overdaad, de overvloed. Wanneer Ik je een werk geef te doen, iemands
nood geef te lenigen, dan kennen Mijn voorzieningen geen grenzen. Ook jullie
moeten deze Goddelijke vrijgevigheid leren, niet alleen jegens de eenzamen, de
behoeftigen met wie je in aanraking komt, maar ook jegens Mij, je Heer. Meet de
rijkdom van Marias geschenk af aan de offers die vandaag de dag worden
gebracht door hen die hun liefde voor Mij belijden. Onvrijgevigheid belemmert
de ziel in zijn groei.
MIJN MARIAAL LEGIOEN, WEES KLAAR EN VOORBEREID,
WANT DE DAGEN VAN DE GROTE STRIJD ZIJN NABIJ !
14 SEPTEMBER 2016 2:10 P.M
OPROEP VAN MARIA, HULP DER CHRISTENEN AAN HET VOLK GODS
Kleintjes van mijn Hart, dat de vrede van mijn Heer met jullie allen zij en dat
mijn Hulp en Bescherming jullie altijd moge vergezellen.
Mijn Mariaal Legioen, wees klaar en voorbereid, want de dagen van de grote
strijd zijn nabij. Enoch zal jullie begeleiden, hij is uitverkoren van mijn
Vader om het Volk van God te onderwijzen en voor te bereiden in de spirituele
strijd. Luister naar hem en volg de richtlijnen op die we jullie zenden
doorheen onze Boodschapper.
Verleen hem al jullie medewerking zodat hij zijn missie tot een goed einde kan
brengen; hij komt in naam van ons; effen de weg voor hem, verwacht geen ander,
hij is reeds onder jullie en de Glorie van God is met hem. Bereid jullie voor,
uitverkoren naties, om de Boodschapper van Albricias te ontvangen, die de
Blijde Boodschap brengt aan het Volk Gods. Verheug jullie want de Allerhoogste
heeft jullie een profeet gezonden onder jullie.
Enoch, Enoc of Henoch, het is dezelfde Boodschapper, zodat jullie niet
twijfelen aan zijn naam en zijn missie. De Geest van mijn Heer is met hem en
met Elia, zij zullen de twee kandelaars zijn die de weg van het Volk Gods
verlichten, in de dagen van duisternis die eraan komen. Elia en Enoch zullen de
ketterijen en bedrog van de Antichrist vernietigen in de tijd van zijn
heerschappij. De kudde van mijn Zoon zal maar hen luisteren en hen volgen,
omdat ze in hen de aanwezigheid van God zullen zien die zijn Volk komt bezoeken
en aanmoedigen.
Mijn tegenstander en zijn aanhang zullen hen vervolgen en hen aanvallen, maar
hij zal hen geen kwaad kunnen aandoen, omdat de macht van God met hen zal zijn.
Al degenen die proberen hen kwaad aan te doen zullen sterven voordat ze het
kunnen proberen; enkel wanneer ze hun missie beeindigen zullen ze overwonnen
worden en zullen ze hun leven geven. Mijn Vader zal verheerlijkt worden door de
getuigenis van deze twee getuigen. Bereid jullie dus voor, Volk van God, om
Enoch en Elia te ontvangen en herinner jullie dat de triomf bij Onze Twee
Harten ligt.
Blijf in de vrede van mijn Heer.
Ik houd van jullie, jullie Moeder, Maria Hulp der Christenen.
Kleintjes, brengmijn boodschappen aan
de hele mensheid.
Het kerkelijk
of liturgisch jaar van de Rooms-katholieke Kerk loopt niet gelijk met
het kalenderjaar. Het wordt ingedeeld in twee kringen rond de grote feestdagen
van Kerstmis en Pasen. Het kerkelijk jaar start met de kerstkring die aanvangt
met de eerste zondag van de advent (eigenlijk het avondgebed voorafgaand aan
deze zondag), gaat over Kerstmis tot aan de vierde zondag na Epifanie
(Driekoningen). Dan start de paaskring die, naargelang van de gebruikte
liturgische kalender, aanvangt met septuagesima (70 dagen voor Pasen) of Aswoensdag.
Deze kring eindigt 50 dagen na Pasen met Pinksteren. De zondag daarop volgt Trinitatis
(Drievuldigheidsfeest) met daarna de 27 zondagen na Trinitatis. Deze periode
wordt ook nog onderverdeeld in de zomerkring (Trinitatis en 12 zondagen erna)
en de herfstkring (van de 13e tot de 27e en laatste zondag na Trinitatis).
Daarmee is de kring van het kerkelijk jaar gesloten.
De indeling van het kerkelijk jaar
A. De kerstkring
De
kerstkring is de eerste periode van het kerkelijk jaar. Deze gaat van de eerste
zondag van de Advent tot aan het feest van doopsel van Jezus.
De advent
De advent
begint op de zondag die het dichtst bij het feest van de Heilige Andreas (30
november) valt. Deze zondag valt tussen 27 november en 3 december.
De eerste zondag (Levavi)
De tweede zondag (Populus
Sion)
De derde zondag (Gaudete)
De vierde zondag (Rorate)
Vanaf 17
december tot 24 december wordt de jaarlijkse kerstnoveen gehouden. Er worden in
die dagen geen heiligen herdacht en het dragen van gewaden in de paarse kleur
is verplicht voorgeschreven.
De kersttijd
Kerstmis (25 december): Hoogfeest
van de geboorte van de Heer
Heilige Familie (zondag onder de octaafdag
van Kerstmis, 30 december als Kerstmis op een zondag valt)
Hoogfeest van Maria Moeder
van God (1
januari, octaafdag van Kerstmis)
Openbaring of in de volksmond Driekoningen
genoemd (6 januari, maar wordt in de liturgie gevierd op de zondag na 1
januari als 6 januari op een weekdag valt)
Doopsel van Jezus (1e zondag na 6 januari).
Als de Openbaring des Heren valt op 7 of 8 januari wordt het Doopsel van
Jezus gevierd op de maandag 8 of 9 januari.
Hiermee
eindigt de kersttijd. Nu begint de tijd door het jaar tot aan de dinsdag vóór Aswoensdag.
In die periode kan het feest van de Opdracht van de Heer in de tempel (Maria
Lichtmis) (2 februari) op een zondag vallen. Dan heeft dit feest voorrang op de
gewone zondagsliturgie. Het feest sluit de vele kerstfeesten af maar is al een
verwijzing naar Pasen.
B. De paaskring
In de
liturgische kalender die gebruikt wordt bij de gewone vorm van de Romeinse
ritus, begint de paaskring met Aswoensdag en eindigt met het hoogfeest van
Pinksteren. In de kalender die gebruikt wordt bij de buitengewone vorm vangt
deze kring aan met septuagesima (70 dagen vóór Pasen) en eindigt vóór de eerste
zondag van de advent.
Veertigdagentijd
Deze
periode start op Aswoensdag, eindigt met het Alleluia in de paasnacht en staat
voor de vastentijd. De vroegere benaming van de 5de zondag was Passiezondag. De
6de zondag in de Veertigdagentijd heet nu Palmzondag-Passie van de Heer, en
luidt tevens de Goede Week in.
Aswoensdag (Misereris omnium)
De eerste zondag: (Invocabit
me)
De tweede zondag: (Reminiscere)
De derde zondag: (Oculi)
De vierde zondag: (Laetare)
De vijfde zondag: (Judica)
Palmzondag: (Pueri
Hebreaorum)
Witte Donderdag: (Nos autem)
Paastijd
De
paastijd is de tijd die loopt vanaf de vooravond van Pasen (paasavond en
-nacht) tot en met Pinksteren (50 dagen na Pasen).
De eerste
8 dagen van Pasen vormen het paasoctaaf, waarbij elke dag hierin wordt gevierd
als een Hoogfeest van de Heer, en er dus het Gloria en Credo wordt gezongen. De
zondag waarmee het octaaf eindigt, wordt Beloken Pasen genoemd en is de Zondag
van de Goddelijke Barmhartigheid.
Paaszondag: (Resurrexi)
De tweede paaszondag: (Quasi
modo)
De derde paaszondag: (Jubilate
Deo)
De vierde paaszondag: (Misericordia
Domini)
De vijfde paaszondag: (Cantate
Domini)
De zesde paaszondag: (Vocem
iucundidatis)
Hemelvaart van de Heer: (Viri
Galilaei)
De zevende paaszondag: (Exaudi
Domine)
Pinksteren: (Spiritus Domini)
Tussen
Hemelvaart en Pinksteren wordt de jaarlijkse Pinksternoveen gehouden.
De kleuren van het kerkelijk jaar
Tijdens
het kerkelijke jaar worden verschillende liturgische kleuren gebruikt. Iedere
kleur heeft zijn eigen periode in het kerkelijk jaar en zijn eigen betekenis.
Rose
Rose betekent vreugde voor
het komende kerstfeest en paasfeest.
Periode: Wordt gedragen op
de derde zondag van de Advent (Gaudete) en de vierde zondag in de Veertigdagentijd
(Laetare).
Paars
Paars is de kleur van
boete en soberheid.
Periode: Het wordt gedragen
in de advent de tijd vóór Kerstmis en de Veertigdagentijd de tijd vóór Pasen
en bij de diensten van de uitvaart en op Allerzielen. Alleen bij de
uitvaart van kinderen die hun zevende levensjaar nog niet bereikt hebben
('engelenmis'), wordt een wit kazuifel gebruikt. Men draagt ook een paars
kazuifel bij de Kruisdagen (de drie dagen vóór OLH Hemelvaart) en de Quatertemperdagen.
Wit
Wit staat voor zuiverheid
en geluk.
Periode: wit is de kleur die
men draagt op de dagen van de kersttijd (vanaf het hoogfeest van Kerstmis,
25 december, tot en met het feest van het Doopsel van de Heer (de zondag
na 6 januari). Het wordt gedragen in de gehele paastijd, op Hemelvaarsdag,
en op de feesten van de Heer die niet in verband staan met Zijn lijden.
Verder ook op de feesten van Maria, op het hoogfeest van de geboorte van
de heilige Johannes de Doper (24 juni), evenals op de feestdag van de
heiligen die geen martelaar zijn, zoals op 27 december, de feestdag van de
heilige Johannes, apostel en evangelist en op Trinitatis (de zondag na
Pinksteren). Het wordt ook gedragen bij de uitvaart van kleine kinderen.
Groen
Symbool voor verwachting
en hoop
Periode: Het wordt gedragen
in de Tijd door het jaar, op de zondagen en weekdagen buiten de kerst- en
paastijd, advent en veertigdagentijd waar geen verplichte gedachtenis van
een heilige of feest wordt gevierd.
Rood
Symbool: van de liefde
en van de Heilige Geest.
Periode: Pinksteren, in
vieringen van de apostelen en evangelisten en martelaren.
Bij de viering van het Vormsel.
Op het feest van Kruisverheffing
(14 september).
Op Palmzondag en Goede
Vrijdag en in de votiefmis van het lijden van Christus.
Bij de begrafenis van de
paus of van kardinalen wordt ook rood gedragen.
Waarschuwingen: Maar
nu zult ge, land voor land, stad na stad, in catastrofen gedompeld worden de
een nog groter dan de andere Alles zal nog meer losbarsten. Verwacht ge dat
de sterren vallen? opgepast voor ontvoering van kinderen! Mijn arme
kinderen, haast u. Ge zijt bezig uw laatste voorwaarde te stellen. Mijn
Barmhartigheid staat u nog toe deze verandering in alle rust te verrichten,
maar u wacht de slag die beslissend zal worden. Mijn kind, Ik ben in afwachting
van uw beslissing en gij, ge zijt in afwachting van een zelfvernietiging! Gij
verkiest de valbijl, terwijl Ik u Mijn Heilige Genade van Vergeving aanbiedt!
weldra, zult ge met het geld in de hand in het geheel niets meer vinden om u
te voeden, want Ik heb tegen de zon gezegd de grond te verbranden en aan het
water om de gronden te overstromen, opdat de Hongersnood woedt op de Aarde van
de mensen, die Mij niet erkend hebben, noch toen Ik op uw Aarde ben gekomen,
noch door Mijn profeten die u almaar waarschuwen voor uzelf Overal herhalen
zich de catastrofen en Ik had u gewaarschuwd. Niet een enkele plek van de
planeet zal er Mijn vrede smaken tot op de dag waarop Ik in Mijn Glorie zal
wederkeren".
Beloften: Ik
zal komen een halt toeroepen aan de dwaasheid van de mensen die onder
heerschappij van Satan staan. Met Mijn stem zal Ik al de ontketende elementen
ophouden. Satan zal geen macht meer hebben over Mijn Aarde die Ik kom bevrijden
van alle kwaad Ge hebt nooit opgehouden met Onze Vader verbonden te zijn
door de draad van het Eeuwig Leven dat de Hemel en de Aarde verbindt De barmhartigen
zal Ik overdekken met Mijn Barmhartigheid Ieder wezen is geroepen heilig te
worden van de Heiligheid van God. Uw Geloof zal de kracht van deze wereld zijn
Werkt voor een betere Wereld. Komt de wonden van de wereld verbinden. En Ik
zal u bevrijden van alle Kwaad. Alleen tegen deze prijs zult ge Mij terugzien.
Want Ik zal dit werk komen beeindigen dat u gegeven is eerst te doen. Voor God
is niets onmogelijk. Doet en Ik zal doen. Woord van de Heer Als alle mensen
begrijpen dat de Barmhartigheid van God in alle harten kan doordringen om Zich
met ieder van ons te verenigen teneinde de deur van uw harten open te stellen
voor de Meester van de Geschiedenis, dan zal er geen oorlog meer zijn, geen
honger en de ziekte zal voor altijd verdwijnen.
Israel en
Ismael: Mijn Land Israel wordt een levende wonde Wat hen wacht is een
immense schrik, ze gaan de Vader en Mij zien, want de herinnering van Mijn Volk
is trouw gebleven en, voor hen, zal de Zoon van God verschijnen, uitgaande van
een wolk (Dat zou ook Garabandal kunnen zijn. Het teken zal voor allen
zichtbaar zijn, men zal het kunnen fotograferen maar niet aanraken. Dit teken
gelijk aan de wok die de Hebreeen in de woestijn geleiden tijdens de Exodus zal
alle Joden aanzetten zich te bekeren). Ze zullen hun vreugde uitschreeuwen Waar
zijn de Joden, de Arabieren en de Christenen? Ze zijn allen in Mijn Liefde
wanneer ze mijn Vader en uw Vader beminnen!
De kruisen van
Liefde: Mijn Kruisen van Liefde zijn de eerste steun waar Mijn Nieuwe Aarde
wordt opgebouwd. Ze zijn er de basis van. Hun kracht verwijdert het Kwaad. Mijn
Kruisen zijn levend door de Heilige Zegening die ze ontvangen van Mijn heilige
Priesters Mijn Kruisen kondigen Mijn terugkeer in Glorie aan Deze
Kruisen van Liefde vermenigvuldigen zich om te realiseren, wat in een ogenblik
het Grote Glorievolle Kruis moest doen dat gevraagd is door onze Vader in de
Hemel. Maar de wereld heeft reeds een voet in de afgrond. Heb medelijden,
mijn God, opdat uw rijk moge komen. Red hen, het is nog tijd Zo weinig tijd
antwoordt u de Heer! Door het laatste Kruis te Naju op te richten, zult ge
dat van Dozule vrijkopen, zult ge Mijn Weg vrijmaken en ge zult aldus kunnen
roepen van Oost tot West: Kom, Heer Jezus!
Geestelijken, mensen die anderen in hun spirituele
behoeften steunen, worden in de katholieke Kerk door een bisschop gewijd via
een special sacrament, de priesterwijding. Door middel van dit sacrament komt
ook de hierarchie van diaken, priester en bisschop tot stand.
Dit sacrament kun je maar een keer ontvangen, net als het
doopsel en het vormsel, maar je kunt wel een wijding in telkens een hogere
graad ontvangen. Iemand moet eerst tot diaken zijn gewijd voordat hij de
priesterwijding kan ontvangen, en hij moet eerst tot diaken en priester zijn
gewijd voordat hij de bisschopswijding kan ontvangen. Elke priester en elke
bisschop heeft het sacrament van de priesterwijding dus meer dan eens
ontvangen, maar hij kan niet opnieuw tot diaken, priester of bisschop worden
gewijd, omdat de wijding voor het leven geldt.
Alleen gedoopte mannen komen in aanmerking voor het
sacrament van de priesterwijding. Jezus Christus heeft het sacrament van de
priesterwijding tijdens het Laatste Avondmaal tegelijkertijd met het sacrament
van de eucharistie ingesteld. Om brood en wijn te kunnen veranderen in het
lichaam en bloed, ziel en goddelijkheid van Christus moet je priesters hebben
die deze macht dankzij hun wijding hebben gekregen.
Bisschoppen ontvangen de hoogste graad van priesterwijding
en vaak zeggen ze in de Kerk dan dat de bisschoppen de volheid van het
wijdingssacrament ontvangen. Zij hebben namelijk alleen het gezag alle zeven
sacramenten toe te dienen: doopsel, boete, eucharistie, huwelijk, ziekenzalving,
priesterwijding en vormsel. Priesters hebben alleen het vermogen en het gezag
om vijf sacramenten toe te dienen: doopsel, boete, eucharistie, huwelijk en
ziekenzalving. Diakens kunnen er maar twee toedienen, doopsel en huwelijk, op
voorwaarde dat het een huwelijk zonder mis is.
In uiterste noodgevallen kunnen bepaalde sacramenten door
leken worden toegediend, zoals het doopsel als iemand in levensgevaar verkeert
of het huwelijk in missielanden waar op reguliere basis geen priesters aanwezig
zijn. Maar normaal gesproken bedienen diakens, priesters en bisschoppen de
sacramenten, omdat de toediening van de heilige rituelen van de Kerk aan de
mensen van God een van hun primaire functies is.
Diakens, priesters en bisschoppen krijgen een uitgebreide
pastorale en theologische opleiding. Katholieke priesterstudenten gaan naar het
seminarie, waarvoor ze wel eerst een opleiding moeten hebben gevolgd die
toegang geeft tot het hoger beroepsonderwijs. Studenten die het seminarie
hebben voltooid, kunnen daarna een academische studie theologie volgen.
Door hun gedegen theologische en pastorale vorming aan het
seminarie hebben katholieke geestelijken een uitstekende basis, maar ze moeten
deze academische achtergrond aanvullen met een waarachtig gebedsleven. De
pastorale vorming houdt in dat seminaristen leren naar mensen te luisteren, hen
met raad terzijde te staan en met andere mensen te werken, vooral met zieken,
behoeftigen enz. Dankzij de seminaristenopleiding kan een katholieke
geestelijke functioneren als een goede pastoor en als een bekwame theoloog.
Het sacrament van de priesterwijding maakt van een man geen
kerkelijke aristocraat, maar verleent hem wel de waardigheid van het sacrament.
Dat houdt in dat hij de paus moet gehoorzamen en zich in dienst moet stellen
van het Godsvolk. In vroegere tijden kwam het echter regelmatig voor dat
opportunistische en ambitieuze mensen opklommen in de klerikale hierarchie en
via hun ambt als diaken, priester of bisschop misbruik maakten van hun
kerkelijke autoriteit en hun persoonlijke behoeften bevredigden. Het sacrament
van de priesterwijding is niet bedoelt om een bovenklasse te scheppen, maar om
spiritueel leiderschap te bieden. Pastoors moeten zichzelf beschouwen als
herders die hun schapen kennen en liefhebben, en niet als chefs die denken dat
hun onderdanen alleen maar dienaren en boeren zijn.
Een geestelijk leider kan zijn gewijde ambt vrijwillig
neerleggen of als hij zich heeft misdragen, onder dwang. Het is echter
onmogelijk een diaken, priester of bisschop zijn priesterwijding te ontnemen.
Een uit het priesterambt ontzette of gelaiceerde geestelijke mag geen
priestergewaad meer dragen en mag zijn ambt niet meer rechtmatig uitoefenen. De
ontzetting uit het priesterambt is onvrijwillig, en een priester krijgt deze
straf opgelegd als hij een misdaad heeft gepleegd of een schandaal heeft
veroorzaakt. Laicering vindt plaats op verzoek van de geestelijke zelf; hij
doet dat niet omdat hij zich zedeloos heeft gedragen, maar omdat hij ontheven
wil worden van zijn celibaatsverplichtingen en omdat hij zijn gewijde ambt niet
meer wil uitvoeren.
Beide ingrepen hebben hetzelfde gevolg: uit het ambt
ontzette en gelaiceerde priesters mogen niet meer het priesterboord dragen, vader
genoemd worden of in het openbaar de sacramenten toedienen. Alle verzoeken tot
laicering gaan naar Rome, en alleen het Vaticaan kan ze inwilligen. Een uit het
ambt ontzette of gelaiceerde geestelijke krijgt geen salaris, huisvesting of
verzekeringen meer. Hij mag trouwen, maar hij mag nooit meet in het openbaar een
van de sacramenten toedienen. De enige uitzondering is als een uit het ambt
ontzette of gelaiceerde priester of bisschop te maken krijgt met een katholiek
in doodsnood en er geen andere priester aanwezig is. In dat geval kan een uit
het ambt ontzette of gelaiceerde priester of bisschop het heilig oliesel
toedienen en de laatste biecht afnemen. Voor de rest mag hij nooit meer in het
openbaar zijn priestertaken vervullen.
Wanneer
het eenmaal tijd is, zullen wij oogsten, als wij niet verslappen.
De weg kan lang en grauw schijnen. Mijn hart van liefde
doet soms pijn, omdat Ik je moet vragen om zon lange en zon vermoeiende weg
te gaan. Toch is voor ieder van Mijn volgelingen de gekozen weg zeker die welke
het meest geschikt is voor zijn voeten. Maar voeten raken vermoeid. Heb je de
moeizame weg laten effenen door de liefde? We wandelen tezamen.
De blik van liefde
Liefde is de bloem. Liefde is het zaad waaruit die bloem
ontspruit. Liefde is de bodem waarin ze gevoed wordt en groeit. Liefde is de
zon die ze tot ontplooiing brengt. Liefde is de geur die de bloem afgeeft.
Liefde is de blik die haar schoonheid ziet, en God is liefde, alwetend,
albegrijpend, uit Wie al het goede voortkomt.
Liefde voor het onbeminnelijke
Liefde voor allen dient al wat je doet te markeren, indien
je Mij als Heer erkent en indien je een ware volgeling van Mij wilt zijn. Zijn
banier over mij was liefde. Die woorden drukken niet alleen de liefdevolle
bescherming rondom je uit, maar ook de banier waaronder jullie marcheren als
soldaten van Mij, jullie Aanvoerder. Ze dienen ook om je te herinneren aan
datgene waarvoor je staat tegenover de wereld. In de naam der liefde is het dat
je marcheert. In de naam der liefde is het dat je overwint. Liefde is het die
je dient te brengen naar de onbeminnelijke plaatsen op deze wereld. Het is de
enige uitrusting die je nodig hebt.
Dove oren
De mens roept om hulp. De mens voelt zijn behoefte aan Mij.
Geheel niet lettend op de talloze malen dat Ik hem nabij kom, niet gehoord, dat
Ik verder ga, onopgemerkt, dat Ik voor dovemansoren spreek, voorhoofden aanraak
die gefronsd en gerimpeld zijn door aardse zorgen. De Christus is dood, zegt
de mens. Levend en verlangend, vol van een levende tederheid kruiste Ik zijn
weg vandaag. Hij sloeg er geen acht op. De mens hoort de stormen, de wind, de
aardbeving en met zijn oren, die nog tuiten van de echos, hoort hij niet de
stille, zachte stem. O, gaat niet aan Mij voorbij, Mijn kinderen.
Balsem voor alle kwalen
Heb lief en draag zorg en bid. Voel je nimmer machteloos om
hen die je liefhebt, te helpen. Ik ben hun hulp. Wanneer je Mij gehoorzaamt en
Mijn onderwijs volgt in je dagelijks leven, zul je die hulp in werking stellen.
Dus als je gebruikt wilt worden om een ander te redden, bepaal je dan tot je
eigen leven. Maak zoveel je kunt alles zoals het behoort te zijn. Laat je
invloed voor Mij zich steeds verder en verder uitbreiden. Laat de liefde je
balsem zijn voor alle kwalen. De kracht waarin je alle barrieres zult afbreken.
Ze symboliseert ook de Naam van de God die je liefhebt en
dient. Ga daarom met Zijn banier die boven je wappert, voorwaarts in blijmoedig
vertrouwen tot de overwinning. Je taak is om te helpen, te versterken, op te
richten, te genezen. Alleen als je liefhebt zul je dit doen.
Tweede dood deert niet
Hij
die overwint, zal niet te lijden hebben van de tweede dood.
De eerste dood is de dood van het eigen-ik, het gevolg van
overwinning, van zelfoverwinning. Dit is een geleidelijke dood. Wanneer deze
volkomen is, zal de tweede dood niet deren. Want het is slechts de overwinnende
geest, die zijn menselijke woonplaats aflegt voor een beter leven.
De moed die Mijn martelaren toonden was niet alleen
onbevreesdheid die in een tijd van vervolging ontstond door geloof in Mij en in
Mijn kracht tot ondersteuning en bewaring. Hij vloeide ook voort uit de
overwinning van het eigen-ik die mens al bereikt had. Toen het eigen-ik
werkelijk gedood was, deerde die tweede dood hun niet meer. Hun deel was toen
het opstandingsleven bij Mij.
Dit sacrament heette vroeger het heilig oliesel of het
laatste oliesel. Dat was niet omdat dit sacrament het laatste was dat je
ontving voordat je dit leven verliet, maar omdat dit het laatste oliesel was
dat je kon ontvangen. De doop en het vormsel waren de eerste twee oliesels. Dit
oliesel heette ook wel de laatste sacramenten, want voor de uitvinding van
antibiotica en penicilline overleden meer mensen aan ziekten en verwondingen
dan dat ze ervan opknapten.
Dankzij de moderne geneeskunde hebben mensen tegenwoordig
veel meer kans om van ziekten te herstellen en succesvolle operaties te
ondergaan, in tegenstelling tot de tijd waarin bloedtransfusies, steriele
instrumenten en anesthesie nog niet bestonden. In vroegere jaren, toen ziekten
en verwondingen meestal tot de dood leidden, riepen katholieken de priester
erbij om hen te zalven, op basis van de brief van Jakobus: Laat iemand die
ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen; laten ze voor hem bidden en
hem met olie zalven in de naam van de Heer (Jakobus 5:14).
Wanneer men dacht dat zieken en ge3wonden het niet zouden
redden, was het heilig oliesel het teken dat hulp niet meer baatte en dat de
zieken en gewonden zich geestelijk moesten voorbereiden op de dood. Dat is de
reden waarom bejaarde mensen tegenwoordig vaak de stuipen op het lijf krijgen
als de katholieke ziekenhuispastor met zijn purperen stola en olien komt
aanzetten. Ze denken meteen aan het ergste en beschouwen het sacrament als het
begin van het einde. In werkelijkheid is de ziekenzalving bedoeld om te bidden
voor een mogelijk herstel, maar belangrijker nog is de intentie om de ziel van
de zieke persoon kracht te geven.
Als mensen ziek zijn, raken ze vaak ontmoedigd, kwaad,
geergerd en bang. De Kerk gelooft dat het sacrament een speciale genade
verleent om de geest te kalmeren. Als het Gods wil is dat het lichaam zich zal
herstellen, dan zij het zo. Als dat niet zo is, heeft de zieke behoefte aan
genade, kracht en bemoediging om de ziekte met waardigheid te dragen. Het
sacrament van de ziekenzalving verleent ook absolutie voor alle zonden waar de
zieke berouw over heeft, maar die nog niet eerder via een biecht zijn vergeven.
Soms heeft de zieke geen tijd meer om te biechten, is hij buiten bewustzijn of
is hij niet helder genoeg meer om te biechten.
In dat geval vergeeft de priester door middel van het
heilig oliesel de zonden die de zieke zou hebben opgebiecht als hij daarvoor de
kans gekregen zou hebben. Vanwege dit aspect van de ziekenzalving kunnen
diakens dit sacrament niet bedienen, maar priesters en bisschoppen wel. De
ziekenzalving gebeurt door middel van ziekenolie, olijfolie die in de Goede
Week door de bisschop is gezegend. Zalving met olie is geen magisch of
gelukbrengend gebaar, maar een oprecht teken van bovennatuurlijke bijstand die
dient als ondersteuning van de lichamelijke medicijnen en de behandeling die de
patient al krijgt.
De zieken worden herinnerd aan de woorden van St Paulus: Ik
ben blij dat ik nu voor u lijd en dat ik in mijn lichaam mag aanvullen wat er
nog aan Christus lijden ontbreekt, ten behoeve van Zijn lichaam, de Kerk
(Kolossenzen 1:24), en: Zoals wij volop delen in het lijden van Christus, zo
delen wij volop in de troost die God ons door Christus geeft (2 Korintiers
1:5). Katholieke christenen geloven vast in het verlossende lijden, waarbij de
gelovige uit vrije wil zijn persoonlijke kwellingen en pijnen, zorgen en
problemen deelt met de lijdende Christus aan het kruis.
De katholieke gedachte van het verlossende lijden, met
andere woorden de gedachte dat de zieke zijn eigen lijden met het lijden van de
gekruisigde Jezus verenigt, geeft het onvermijdelijke lijden van de zieke
betekenis en zin. Deze gedachte wordt expliciet en impliciet uitgedrukt in het
sacrament van de ziekenzalving. Meestal zijn het de onschuldigen die lijden en
lijken schuldige zondaren aan pijn en ellende te ontkomen. In plaats van het
lijden als straf te beschouwen, wordt van katholieken gevraagd het lijden te
beschouwen als een persoonlijke kus en omhelzing van de gekruisigde Heer (om
met moeder Teresa van Calcutta te spreken). Hij omhelst ons zo stevig dat we,
als het ware, de nagels en doornen in ons eigen lichaam kunnen voelen.
Omdat tegenwoordig veel mensen van hun ziekten of
verwondingen herstellen, of in ieder geval niet meteen doodgaan, kunnen
katholieken het sacrament van de ziekenzalving zo vaak ontvangen als ze willen.
Bejaarden, ziekelijke mensen en mensen met een dodelijke of ernstige ziekte,
chronisch lijden of terugkerende ziekten kunnen en moeten vaak worden gezalfd.
Sommige katholieken beschouwen de ziekenzalving als een geestelijke oliewissel
en vinden het een goed idee om iedere drie maanden bedlegerige mensen in
verzorgingstehuizen en andere patienten met chronische en pathologische
aandoeningen te zalven.
Sommige parochies hebben een- of tweemaal per jaar een mis
met ziekenzalving voor de zieken van de parochie. Het enige addertje onder het
gras is dat mensen met minder ernstige ziekten, aandoeningen en pijnen en
mensen die last hebben van niet-lichamelijke kwalen die niet levensbedreigend
zij, ook gezalfd willen worden. Maar het sacrament is bedoeld voor mensen die
in levensgevaar verkeren of die zich medisch gezien in een ernstige en kritieke
toestand bevinden. Voor de lichtere gevallen is een gebed voor genezing meer op
zijn plaats. Het sacrament mag niet worden misbruikt of naar beneden gehaald
voor ieder buikpijntje en gekneusd teentje.
De katholieke Kerk raadt stervende personen aan een
kruisbeeld in de buurt te hebben om te mediteren, een rozenkrans, een bijbel,
wijwater en kaarsen. Met deze voorwerpen schep je een gewijde sfeer. De
lijdende persoon beklimt immers zijn eigen Calvarieberg en loopt letterlijk met
de Heer mee naar de plek waar Jezus is gekruisigd.
De priester doopt zijn vinger in de olie, smeert hem uit
over zijn duim en zalft vervolgens het hoofd van de zieke met de woorden: Moge
onze Heer Jezus Christus door deze heilige zalving en door Zijn liefdevolle
barmhartigheid u bijstaan met de genade van Zijn heilige Geest. Daarna zalft
hij de handpalmen van de zieke (als dat kan) en zegt: Moge Hij u van zonden
bevrijden, u heil brengen en verlichting geven.
Kleintjes,
het jaar van barmhartigheid loopt ten einde en de dagen van angst zijn
aangebroken voor demensheid!
6 september 2016 2:20PM
OPROEP VAN MARIA, MYSTIEKE ROOS AAN DE MENSHEID
Kleintjes van mijn Hart, dat de vrede van mijn Heer met
jullie allen weze en dat mijn moederlijke bescherming jullie altijd moge
vergezellen.
Het jaar van Barmhartigheid is bijna voorbij en de grote
meerderheid blijft in een spirituele lethargie. Ze laten dit jaar van genade
dat de hemel hen geeft om vergeven te worden voorbijgaan, en als de dagen van
gerechtigheid aanbreken zullen ze jammeren en om barmhartigheid verzoeken aan
de hemel en er zal niemand zijn die naar hen zal luisteren. Het jaar van
Barmhartigheid loopt ten einde, er blijft enkel nog de Waarschuwing; daarom
geeft mijn Vader dit jaar van vergeving zodat jullie Hem kunnen ontmoeten en
jullie overgang naar de eeuwigheid kunnen verdragen.
O mensheid, jullie weten niet wat jullie te wachten staat;
dagen van chaos, dagen van wanhoop en geestelijke duisternis komen eraan; al
degenen die niet geestelijk voorbereid zijn lopen het risico verloren te gaan!
De Waarschuwing komt middenin de beproeving en de grote meerderheid zal verrast
worden zonder voorbereid te zijn. Wat een droefheid treft mij in mijn hart van
Moeder als ik velen nu zie en die morgen verdwenen zijn!
Deze mensheid let niet op de oproepen van de hemel. Ze
denken dat het fanatisme is en dat God niet straft, omdat volgens velen, God
liefde is en barmhartigheid. Kleintjes, God is barmhartig, maar hij is ook
rechtvaardig; barmhartigheid en gerechtigheid zijn Zijn heilige Naam. Denken
jullie dat jullie mogen blijven zondigen en dat jullie verblijfplaats de hemel
zal zijn? O wat hebben jullie het verkeerd voor, want met deze gedachtengang
zal het de eeuwige dood zijn dat op jullie wacht! In deze wereld ontvangen
jullie ook een straf als jullie een delict plegen, hetzelfde is waar in de
eeuwigheid. God geeft aan elk volgens zijn werken, de slechten zullen in het
eeuwige vuur geworpen worden en de rechtvaardigen zullen de eeuwige glorie
binnengaan.
Kleintjes, als het jaar van barmhartigheid ten einde loopt,
zullen de dagen van angst eraan komen voor de mensheid. Daarom vraag ik jullie
te maximaal voordeel te halen uit deze dagen van barmhartigheid dat de hemel
jullie geeft, zodat jullie het grote aantal aflaten verzamelen en ook voor
jullie naasten die het verst verwijderd zijn van God, zodat bij de Waarschuwing
hun zielen niet verloren gaan in de eeuwigheid. Bid mijn Heilige Rozenkrans en
vraag om de bekering van deze ondankbare en zondige mensheid omdat de dagen van
de grote duisternis nabij zijn. Kleintjes, blijf in de vrede van mijn Heer.
Ik houd van jullie, jullie Moeder, Maria, Mystieke Roos.