TELEFONEREN of SMS? We zijn gewoon thuis en bij nacht en ontij bereikbaar op de traditionele nummers. of op skype als we online zijn. Vind ons op skype als 'mike.vanoystaeyen' of GSM Mike 0476456801 of GSM Ruth 0477999733
Onze trektocht door Australië, Nieuw Zeeland en ZO-Azië van 28 okt 2009 tot 4 april 2010
20-12-2009
18/12/09 Wine and food trail
Deze streek
is een must voor de liefhebbers van lekker eten en drinken.Overal vind je wine tasteries en lokale
producenten van tofees, kaas of vb belgian chocolats (with real Belgian
Callebaut chocolate). Zoals ik al zei, enkel het beste is hier goed genoeg. Het
zijn allemaal kleinetrotse familiebedrijfjes.
Overal kan je alles (gratis) proeven. Dit parcours leg je met de wagen af.
Eerst doen we een ommetje naar elephant rocks en greens pool, een strandje dat
door gigantische lavarotsen natuurlijk beschermd wordt tegen de grote golven.
Dan naar de eerste winery , we worden onthaald alsof je een oude vriend bent
die na een jarenlange trip nog eens een bezoekje brengt. Dat doet voor ons een
beetje vreemd aan maar het is tegelijkertijd erg aangenaam om zo te worden
verwelkomd. Hoewel het hier overal very busy is staan we meestal alleen in de
zaak en keuvelen we gemakkelijk een half uur met de producent over eten, het
klimaat dat hier koel genoeg is voor de Pinot Noir, Belgische gastronomie,
koetjes en kalfjes. Meestal eindigt het met you should migrate to Australia.
Wel we zullen het er nog eens over hebben.
Na twee
wineries, de chocolate factory en een lichte overheerlijke lunch weve got the
hang of it, nu wandelen we zelf naar de Cheese company alsof we een oude vriend
zijn die na een jarenlange trip nog eens op bezoek komt. Al snel hebben we de
meeste van de minstens 30 kazen geproefd en zijn we aan de praat met de
dienster. Als we vertellen over onze belgische Trappistabdijen met kaas en bier
wordt de dame van het huis erbij gehaald. Er wordt gezocht achter de naam van
een abdij die ze ooit wensen te bezoeken. De man des huizes, de kaasproducent
zelf wordt er ook bij gerold, blijkt het over Chimay te gaan. Hun zoon zit in
de wijn en porto business en er wordt op aangedrongenn dat we ook even van zijn
producten proeven. We willen niet onbeleefd zijn en graag op dit aanbod in.
Daarbij worden dan weer speciale kazen aangerukt die net uitstekend bij die
wijn of port horen te gaan. Telkens de eigenaar iets laat proeven staat hij vol
trots en ongeduld te blinken, ehh and?... ehh yeah, what do you think of this
one.. Yeah good no ? yes. Waarna hij in een trotse schaterlach uitbreekt voor
we kunnen antwoorden en opnieuw in de smaakarchieven duikt. Dit scenario
herhaalt zich een paar maal. Voor we doorgaan wordt nog een port opengetrokken
die ouder is als ik. Alsof dat er een engeltje ..
Mocht zijn
stalleke bij ons bestaan, ik was vaste klant, wat een smaak.
We besluiten
maar geen diner te nemen vanavond, soms moet men al is sober kunnen zijn.
Fotos:
brievenbussen worden in Australië niet verkocht, inwoners zijn aangewezen op
eigen creativiteit, gezellig op het strand, greens pool (compositie van 15
fotos) en candlelight kaas&wijn diner in onze camper
Dit wordt een
dag autorijden. We stoppen nog even in Albany en wandelen daar wat rond, maar
er is niet veel te zien. Dan is het 300 km door de savanne naar het volgende
gehucht, Hopetoun.
We laten de
grote bomen achter ons, alles wat we nu van begroeiing tegenkomen heeft een max
hoogte van 3 tot 4 meter.
In de late
namiddag arriveren we op onze bestemming. Hopetoun is een kustdorpje met 1
hotel annex bar, 1 supermarkt en uiteraard 1 caravan park. Beetje primitiever
dan wat we gewend zijn maar wel mooi gelegen.
We doen nog
een korte avondwandeling op het strand om de benen even te strekken na het
lange rijden. Ondertussen pakken donkere onweerswolken zich samen, wat gaat dat
geven??
Niets, blijkt
2 uur later. Het heeft niet eens gedruppeld. Als je in België zoiets ziet
afkomen, begin je preventief je kelder te dweilen. Vreemd klimaat. We koken ons
potje en lopen nog een Iers koppel tegen het lijf. Zij wonen sinds 1 jaar
officieel in Australië, in een dorp zon 180 km verderop, te veel regen in het
thuisland. We vragen ons toch een beetje af wat je hier komt zoeken. Zo
afgelegen
Het is
zaterdagavond en we wagen ons in het bruisende uitgaansleven van Hopetoun. Er
is maar 1 café en dat is dan ook de place to be. Er zit best wel wat volk, maar
allemaal een beetje raar typkes. Er wordt gegooid met levende kreeften en zoals
te verwachten viel, komt er ook nog wat geduw en getrek aan te pas. De
vechtersbazen worden 5x buitengezet en de rust keert weer. Om middernacht gaat
de boel onvermijdelijk dicht, je kan je laatste consumptie nog mee naar huis
nemen als je wil. Altijd een ervaring zon café vol locals.
Zondag. We dromen
even kort van pistolets met verse préparé of kip curry maar de toaster met
pinpongbrood brengt ons al snel terug naar de realiteit.
Sportdag.
We rijden
naar het Fitzgerald River National Park, zon 10 km verderop. Bij het
binnenrijden moet je een envelop invullen met je gegevens en daar 11$
toegangsgeld insteken. Dit deponeer je dan in een brievenbus en je mag een dag
lang rondrijden in het immense natuurreservaat.
We parkeren
eerst aan een mooi strand, uiteindelijk blijken hier resten van een
aangespoelde walvis te liggen. Ze laten de natuur gewoon zijn werk doen en het
dier rot op zon 10 weken tijd volledig weg. Overal op het strand vind je
stukken, vnl de schedel is indrukwekkend. We mogen hier echter niet zwemmen, de
haaien zijn meestal niet veraf als er zon dier ligt te vergaan. Zowiezo is een
lang verblijf op dit idyllische strand niet echt aanlokkelijk, er hangt toch
wel een vrij speciale geur.
Onze volgende stop en uiteindelijke
doel is East Mt Barren, die 311 m boven de zee uitsteekt. Via een aangeduid pad
klim je tot de top, er worden ons in de gids prachtige uitzichten beloofd. Het
is een uitdagende wandeling, we moeten ons dikwijls door de lage begroeiing
wringen en op handen en voeten over de rotsen klauteren. Maar voor een schoon
uitzicht moet een mens iets overhebben! Als we boven op de top staan, blijkt
die volledig in de wolken gehuld en zien we eigenlijk niets. Overkomt ons wel
meer.
We eten onze appel en beginnen aan de
terugtocht. Die is nog spannender, over rotsen naar beneden klauteren is
moeilijker en gaat trager, je moet goed opletten dat je niet uitschuift.
Eigenlijk is ons schoeisel iets te licht voor de aard van de tocht.
Na de beklimming proberen we nog wat
verder in het natuurpark te rijden, maar de gravelweg is te slecht. We keren
dan ook maar terug voor onze volledige huisraad (en voorruit) eraan gaat.
We stoppen een aantal keer aan mooie
stranden want we hebben nog altijd niet in de Southern Ocean gezwommen, maar
geen succes. De meeste stranden liggen vol met wier en de zee is nogal rotsig.
Daarenboven staat er een stevige bries en is het water aan de frisse kant. t
Eerst volgende stuk land dat deze zee tegenkomt in deze richting is dan ook
Antarctica. We vinden het al heel moedig dat we tot aan onze knieën in deze
ijszee gegaan zijn.
Volgens Lonely Planet moeten we zeker
een ijsje gaan eten in The Deck in de hoofdstraat van Hopetoun. Het eerste
ijsje op onze reis! The Deck is eigenlijk souvenirswinkel, taverne en
internetcafé tegelijkertijd, in het gebouw van het oude postkantoor. De
eigenaars blijken uitgeweken Engelsen te zijn, dus we geraken weer snel aan de
klap. Ze hebben net wireless internet geïnstalleerd maar het werkt niet. We
bieden aan om es te kijken wat er scheelt. Na zon 1,5u vanalles proberen
besluiten we dat de oorzaak een hardware probleem is met de ethernetpoort. De
dame is helemaal vol van onze hulpvaardigheid, we krijgen een drankje en een
souvenir aangeboden en mogen het internet gratis gebruiken wat wel werkt via
onze eigen netbook. Zo komt het dat we uiteindelijk midden in de winkel zitten
te skypen met het thuisfront waar we dan verhalen horen over 15 cm sneeuw en
zware vrieskou. Wij laten als tegenprestatie de oceaan even zien. De Engelse
vroeg ons om in België reclame te maken voor haar stalleke, bij deze dus
gebeurd. Ze heeft speciaal voor ons haar winkel een uur langer opengehouden.
Fotos: toen we nog een uitzicht
hadden tijdens de klim, geen uitzicht meer op de top, onze kleine vrienden,
zandsculptuur, de rottende walvis
We pakken ons
boeltje in en rijden naar Esperance, waar we tegen de middag aankomen. Er
hangen donkere wolken en af en toe vallen er zowaar 4 miezerige druppels naar
beneden.
Esperance is de grootste stad in een omtrek van 500 km, het heeft dan ook 14000
inwoners.
Onderweg
verwachten we ons aan verkeersdrukte, volgens wat we hoorden is dit de place to
be tijdens de feestdagen. Jaja, dat merk je meteen, we halen 2x een andere auto
in op een traject van 240 km, stress. In het dorp zelf zijn er meer tekenen van
hoogseizoen, we kunnen 2 nachten blijven op de camping maar moeten morgen van
plek veranderen.
Met kerst
zullen we waarschijnlijk in het binnenland zitten, goudklompjes aant zoeken. Kwestie van de reis te financieren. Als ik er
genoeg vind begin ik mss een bedrijfje in branddetectie ofzo. Over
brandpreventie gesproken. Australië heeft een heilige schrik van Bushfires. Als
je het land doorkruist staan er her en der waarschuwingsborden voor de inwoners
dat ze voorbereid moeten zijn op bushfires. De landschappen gaan vaak abrupt
over naar crispy, smoked en well done. Daar hebben ze nu een structurele
oplossing voor gevonden. Steek gewoon zelf uw bos regelmatig aan, kwestie van
de brandlast te verlagen. Allemaal erg vreemd.
We vinden dat
we nog es een diner op restaurant verdiend hebben en kiezen voor de vlakbij
gelegen chinees. De kok heeft een duidelijke voorkeur voor suiker in het eten.
Zowel de soepen als de hoofdgerechten worden volledig overheerst door een zoete
smaak, zelfs onze zoet-zure saus verdwijnt ertegen in het niets. Spijtig, we
hadden wel honger maar halverwege begint het toch danig tegen te steken. Met
een halve indigestie gaan we terug naar onze camper.
We zetten ons
nog even buiten en praten na over de dag en onze ervaringen tot nu toe. Als we
aan het hoofdstuk geld komen, beseffen we ineens dat we eigenlijk geen idee
meer hebben hoe onze euromunten en briefjes eruit zien. Das écht vakantie..
Als start van
de dag rijden we over de Great Ocan Drive. Volgens de regionale reisboeken is
dit de mooiste oceaanroute van Australië. Vreemd, dat schreven ze in het oosten
over de Great Ocean Road ook.
In elk geval, deze is indrukwekkend. De zee is van het mooiste azuurblauw, het
strand sneeuwwit (merk de ironie) en de kliffen adembenemend. Je zou zo in de
zee springen, als de temperatuur van het water 10° hoger lag weliswaar. We zien
dan ook enkel surfers in volledige outfit en geen zwemmers.
Aansluitend
rijden we naar het Cape Le Grand National Park. Ook daar krijgen we hetzelfde
beeld, hagelwitte stranden en fantastische kleuren in de zee.
We bezoeken
de belangrijkste uitkijkpunten en rijden dan terug naar Esperance. Nog even
inkopen doen voor vanavond en dan siësta. Aan de kassa worden we begroet met
All ready for Chrissie? Tegen dat we betaald hebben valt onze frank dat de
dame het over Christmas heeft
Fotos: 2
fotos om een beetje te pesten, typisch Australisch landschap, de jachthaven
van toeristisch Esperance, stoomtrein met zware benzinegeur, Pink Lake
(zoutmeer, kleur had iets te maken met zonlicht en algen), Mike @ Thistle Cove
Al enkele
dagen zijn we op zoek naar wat gepaste kerstdecoratie om onze Van minder te
laten opvallen op de campings. Liefst van al wil ik twee nep-rendiergeweien, zo
gemaakt dat die tussen de zijruiten vastklemmen. In dat zelfde pakket zit
meestal ook een rode wollen bol die als Rudolph nose vooraan de grill
vastgeklemd wordt. Hoewel ik moet toegeven dat die vaak vervangen wordt door
een paniekerig ALF-pluchen beest dat met kerstslingers als kanonnenvlees aan de
pick-ups wordt vastgesjord.
Allemaal erg
vreemd.
Het zijn 20
gekleurde lampjes geworden en één slinger. Ja,je moet compromissen kunnen maken als je een camper deelt.
Ik overweeg
nog een cd van Dean Martin mee te nemen, die man is hier nog steeds een held.
Ik laat dat bij nader inzien toch maar zo, ik wil mezelf er niet op betrappen
dat ik al zijn liedjes nog steeds uit het hoofd ken.
Ruth is even
naar de sanitaire blok en naar goede gewoonte geraakt ze daar aan de praat met
de andere gasten. Altijd afgevraagd hoe ze dat doet, terwijl als mannen gaan
plassen dat toch meer een sociaal gebeuren is, zo met allen op een lijn voor
een RVS-goot. Maar neen, nooit wordt er gesproken. Net een line-up bij de
politie om de crimineelte herkennen.
Mss maar goed ook, ik zou niet direkt een pasklaar antwoord hebben op een
vriendelijkHows it hanging tday
mate?
We wijken af,
we zijn uitgenodigd bij onze Duitse buren. Een Expat uit Sydney op vakantie met het gezin en de twee kinderen.
Erg frappant hoe onze opinie over Australië gelijkvormend is. Het is een
gezellige avonden we delen heel wat
ervaringen en anekdotes. Op 5 jan
vertrekken ze naar Nieuw-Zeeland, die periode zijn we daar ook. Misschien lopen
we ze wel terug op het lijf.
We verblijven
momenteel in 1 van de oudste stadjes van Australië, ontstaan einde 19e
eeuw tijdens de goudkoorts. Sommige gebouwen in Kalgoorlie zijn wel 100 jaar
oud !
De Super Pit
is een open goudmijn van 3km lang, 1,5 km breed en meer dan 500 ! meter diep.
Die gaan we vandaag bezoeken. We hebben ingetekend op een tour bij het bedrijf
Finders-Keepers. De superpit is een aanéénsluiting van allemaal oude mijnen die
nu van boven af helemaal afgegraven wordt. Er wordt dagelijks zon 350.000 ton
erts gedolven en naar boven gereden met gigantische dumptrucks die tot 70 ton
per keer kunnen vervoeren. Een band van zon dumptruck kost zon 90.000 dollar.
Ze worden aangedreven met twee 16-cilinder dieselmotoren waarvan de
duizelingwekkend aantal pks me niet zijn bijgebleven.
De rijkste
van die ertsen worden gecrusht en verder gemalen, de grootste stukken goud
kunnen er dan fysisch uitgefilterd worden doordat het soortelijk gewicht hoger
is dan de rest. Het overige steengruis wordt met carbuur en cyanide bewerkt om
zo het goud te kunnen scheiden uit de erts. Heb ik opgelet of wat? Zaken gaan goed, sinds de beurscrash is de
goudprijs gestegen. Allemaal erg interessant en voornamelijk indrukwekkend om
te zien. Twee uur later staan we terug bij de start en krijgen we allemaal een
certificaat dat we de tour deden. Heel erg vreemd dat men ons daarvoor
congratualtions wenst. Soit.
Onze volgende
attractie is de Mining Hall of Fame, waar we een ondergronds mijnenstelsel
bezoeken. We krijgen allemaal een veiligheidshelm op ons hoofd en dalen dan per
4 af tot op 37m diepte in een echte mijnenlift, zéér claustrofobisch. Beneden
toegekomen blijken ook de kerstman en 2 elfjes van de partij en kerstmuziek
schettert door de boxen. Lichtelijk erover maar kom. We krijgen uitgebreid
uitleg over het leven in de mijnen en lopen door enge gangen door het hele
stelsel. Best interessant, alleen spijtig dat de groep zo groot was, we konden
nooit allemaal samen in dezelfde ruimte om naar de uitleg van de gids te
luisteren. Een uur later staan we, oef, terug in het daglicht.
Op kerstavond
gaan we naar het dorp en dineren we in de enige bistro die open is. Daar zit
zowat heel de gemeenschap bijeen. Echt culinair hoogstaand is het niet maar een
mens heeft er mee gegeten.
Fotos: zichten
op de Super Pit, de ondergrondse mijnengangen en bijhorende kerstversiering, voor
wie altijd dacht dat de kerstman op de noordpool woonde, een kleine
rechtzetting, de man houdt zich gewoon hier in Australië met 2 elfjes schuil
36m onder de grond, een authentiek mijnerskamp
Het schijnt
vandaag Kerstmis te zijn dus we ontbijten uitgebreid met croissants en een
ander formaat van pingpongbrood en doen voor de rest niets. Maximum
wandelafstand tot aan het zwembad. We moeten onze energie een beetje sparen
voor het feestgedruis van vanavond. Gezien we de enige toeristische camper op
de camping zijn, verwachten we een magere opkomst. We zijn alvast
zeker dat de eigenaars ook aanwezig zullen zijn.
Het concept
is Bring Your Own drinks, chairs & something to share. We zullen ze hier es
laten proeven van Mike zijn geweldige bbq-slaatjes! Uiteraard krijgen jullie later
nog een uitgebreid verslag van deze spetterende party.
Op de radio
speelt elke zender(2) dezelfde kerstklassiekers. We horen Im dreaming of a white Christmas, ' Jingle Bells' en gelijkaardige liedjes, het
raakt onze kouwe kleren niet bij 32°.
Morgen rijden
we terug naar Perth, de 28e moet de camper binnen en we moeten die
proper afleveren. Nog wat kuiswerk te doen dus.
Allemaal
smakelijk eten vanavond en een vrolijk kerstfeest gewenst.
bedankt voor alle kerstwensen die hier hebben ontvangen!!
Het
kerstfeest van gisteren was best wel gezellig. Er is toch zon 20 man komen opdagen.
Er worden tafels aangezeuld, muziek opgezet en een plastieke kerstboom
geïnstalleerd. De schotels met eten varieerden van chips naar nootjes naar
dipsauzen en hier en daar wat echt voedsel. Mike zijn slaatje wordt met
argusogen bekeken, met commentaar als looks interesting. We vermoeden dat het
er te gezond uitziet. We geven dan zelf maar het goede voorbeeld en scheppen er
goed van op. We spotten een ander koppel dat de uitdaging aandurft, het blijken
Denen te zijn die voor een paar jaar als expat in Signapore verblijven. De dame
is vertaalster van opleiding en de man doet iets met water en consulting. Onze
sla is toch zonder veel problemen opgeraakt.
De
uitbaatster van de camping komt uiteindelijk ook nog bij ons zitten. Ze zijn afkomstig
van Victoria in het Oosten van het land, maar wilden es iets anders. Ze hebben
dan gesoliciteerd bij een camping-keten en kwamen in Kalgoorlie terecht, waar
ze nu al 8 maanden assistent-managers zijn. Voor de rest zitten er een hoop
locals die vast op de camping verblijven om in de mijn te werken.
Om 23u wordt
het feest afgerond en keert iedereen naar zijn slaapplaats terug. t Is zo es
iets anders dan de standaard kalkoen.
Over vandaag
valt niet veel te vertellen, we hebben vnl gereden, gereden en nog es gereden.
Zon 600 km om tot in Perth te geraken, en het is bloedheet. Tegen 17u checken
we in op een camping iets ten noorden van Perth, enorm domein, veel beton maar
smetteloos sanitair en een mooi zwembad dat we direct uittesten. Ons avondeten
bestaat uit overschotten van de avond ervoor, het was blijkbaar niet de
bedoeling om vlees te bakken dus dat hebben we wijselijk in de ijskast laten
zitten. Vanavond op de barbie dus.
Fotos:
impressie van kerst in de camper (wie spot de kerstman en Rudolph?), impressie
van het feestgedruis, Mike en de barbie
Op onze
laatste dag voor de camper terug binnen moet slagen we er toch nog in om in de
Indische Oceaan te gaan spelen. We vinden een bewaakte zwemzone waar we nog gemakkelijk
bijkunnen. De oceaan ziet er woest uit en het water voelt redelijk aan, dat
wordt leuk.
We beginnen tegen de golven op te ploeteren, Een 10-tal m in zee is er een
zandbank waar de golven hard tegen tekeer gaan, en waar je ook beter kan staan.
We proberen daar te geraken, maar moeten een aantal keer opnieuw beginnen vanop
het strand. Er staat een sterke stroming en je drijft direct af. Uiteindelijk
lukt het ons toch en kunnen we in de golven duiken, ze komen snel achter elkaar
en zijn krachtig. Plezant, ik voel me terug 12 jaar en ergens aan de
Atlantische Oceaan op vakantie.
Na een half
uur zijn we flink moe, goed door elkaar geschud en volledig verzild. We kleden
ons om in de camper (handig) en rijden dan nog wat verder rond. We komen door het
Brasschaat van Perth, hier wonen lijkt ons nog wel iets. Schitterende villas
met zicht op zee er staat echter niets te koop dat ons bevalt.
Onderweg
passeren we verschillende aangelegde parken vlak bij de zee. We zagen die
gedurende heel onze trip maar toen waren ze meestal verlaten. In tegenstelling
tot nu. Onder elke boom zit een volledige familie met mega-koelboxen te picknicken
en (hoe kan het anders) te bbqen. Het is een geweldig zicht.
We worden al
om 5u wakker door het gekwetter van overenthousiaste vogels. Als we uit de
camper komen merken we ook ineens dat de temperatuur al redelijk opgelopen is,
dat belooft. Onze camper staat recht in de blakke zon.
Na het ontbijt beginnen we aan de grote schoonmaak. Na 3 weken moet er heel wat
opgeruimd worden, en we doen er zon 2 uur over om alles in te pakken en te
kuisen langs de binnenkant. En zweten dat we doen, het is ondertussen 40° (in
de schaduw).
Na de
binnenkant mogen we met water gaan spelen voor de buitenkant. We stoppen aan de
eerste carwash die we tegenkomen en beginnen 3 weken aangekoekte insecten eraf
te wassen. De hogedruk is niet zo hoog en uiteindelijk moeten we zelf nog met
de hand beginnen schrobben.
Goed gaar
komen we tegen de middag aan ons Formule 1 hotel aan. We laten alle rommel daar
achter en rijden naar de Kea-depot om de camper terug te brengen. Daar is precies
een bom ontploft, de vloer in het kantoor ligt bezaaid met speelgoed en er
kruipen zon 4 kleuters rond.
Na een half
uur is de familie met kinderen vertrokken en keert de rust in het kantoor weer.
De man die ons bedient zucht diep en vertelt dat die familie al sinds 9.30u op
hun kantoor zat (het was 13.30u toen wij daar aankwamen).
Er volgt even
een spannend moment als de status van de camper wordt opgemaakt. We hebben 5
dagen geleden gebeld naar Kea om hen te informeren over de barst in de voorruit
zodat ze de reparatie al konden inplannen en dat was blijkbaar voldoende. Zoals
we gehoopt hadden, blijkt dat de schade aan de voorruit volledig gedekt wordt door
onze verzekering, geen franchise, niks! Dat is goed nieuws, we zijn content dat
we indertijd zoveel betaald hebben voor die verzekering, dat hebben we er nu
wel meer dan uit.
Voilà, hierbij
is het stuk Australië afgesloten, het is gevlogen. Morgen om 4u15 staat de taxi
voor de deur om ons naar de luchthaven te brengen. Het volgende verslag zal
vanuit Nieuw-Zeeland komen (benieuwd wat de performance van het internet daar
zal zijn). Wie weet gaan we nog naar Tasmanië. We zijn zoveel mensen
tegengekomen die zeiden dat het daar prachtig is, dat we al spijt hebben dat
dat land niet in onze planning zit. We zien wel hoe het loopt.
Nu hadden we
eens een echt bed, zaaalig De wekker wekt ons, en gegarandeerd ook alle kamers
van hetzelfde verdiep om exact 3h30. We hadden wel uitvoerig bestudeerd hoe het
alarm in te stellen, het afzetten daarentegen. De taxi brengt ons mooi op tijd
naar de luchthaven, het toetsel vertrekt stipt en na 4h vliegen landen we weer
in Sydney. Hier wachten we zes uur voor onze aansluiting naar Auckland. Dat is
minder akelig dan het lijkt. Het is een ruime luchthaven met een uitgebreid
gamma aan eetstallekes, kleren, hi-tech, gratis internet, souvenirs. Zelfs Lonely
Planet heeft hier een eigen winkeltje. We kunnen dan ook niet aan de verleiding
weerstaan om de net heruitgebrachte versie van Zuid-Oost Azië, de Mekong route
nu reeds aan te schaffen. Vlak voor het boarden installeert er zich nog een
familie uit Merksem naast ons, ze hebben net 3 weken Australië achter de rug en
gaan voor 2 maand naar NZ, mét 2 schoolgaande kinderen. Ze zullen onderweg de
kinderen elke dag een paar uur onderwijs geven. Jeah right. Lijkt ons een hele
onderneming.
We vertrekken
ook hier ruim op tijd en 2,5 uur later landen we in Auckland. Dat is de grootste
stad op het Noordereiland. Hier woont ¾ van de bevolking. Ondertussen in het
bijna 24h, en zijn we 5 tijdszones verder. 12h in België is 24h hier. We vullen
ons migratie en biocontrol formulieren eerlijk in en bijgevolg moeten we toegeven
dat we peper, wandelschoenen, en een mini houten souvenir meehebben, Allemaal
dingen die hier moeten aangegeven worden. Lijkt na twee vragenrondes niet echt
een probleem en een half uur na de landing staan we buiten de luchthaven voor een
taxi naar een naburig hotel waar we wat gedesoriënteerd aankomen, niet echt een
idee of het nu avond of ochtend is.
Een flink
ontbijt en terug inpakken. Om 11h komt Kea ons hier ophalen om ons naar hun
hoofdkwartier te brengen. De gekozen camper is een gelijkaardig model als in
Perth. Dat maakt dat alles snel afhandeld kan worden. We maken nog even van ons
oren omdat we bij de vorige camper verschrikkelijk oncomfortabele
kampeerstoelen gekregen hadden, maar Kea heeft net een levering nieuwe stoelen
gedaan en die zijn super. Wij content. De supermarkt in en op zoek naar kampplaats
1. We besluiten in de buurt van Auckland te blijven tot het nieuwe jaar. Hier
is de kans zeker het grootst om enige ambiance te vinden met oudjaar. We merken
onmiddellijk de kleine verschillen op met Australië. De mensen zijn hier
minstens even vriendelijk maar minder opzichtig en lawaaierig. Geen nationale
vlag meer op elke hoek, auto, huis. Het klimaat is een pak frisser ( nu zon
20°) en dat geeft een aparte mix in de vegetatie. De Belgische inheemse bomen
staan hier hand in hand met de palmen. Ook erg vreemd , in de supermarkt kan je
hier chips vinden in de meest exotische smaken van BBQ-chicken tot roast lamb,
sour cream and chives, enz . Ga echter niet op zoek naar de moeder der alle
chips: de Paprika. Die zal je hier niet vinden. Een regelrechte schande. En
wonder boven wonder, de supermarkten verkopen hier opnieuw wijn en bier!
Veel lokale
chefs down under willen persé twee gerechten combineren die absoluut niet bij
elkaar passen. Geen erg, dan noem je het gewoon Fusion keuken of surf and turf
(op die manier kan je ongelimiteerd vis- en vleesgerechten combineren).
Jamie Oliver lijkt
ook hier nog heel wat goede werken te moeten verrichten wil hij tegen 2086
heilig verklaard worden door de Anglicaanse kerk voor zijn missiewerk...
De eerste
camping blijkt volzet dus rijden we verder naar optie n°2. Daar is plaats met
hopen, is ook iets minder mooi gelegen, maar er stopt evengoed een bus naar
centrum Auckland voor de deur en das belangrijk. Alles wordt uitgepakt en
geïnstalleerd. We zijn er al ervaren in.
Een uur later
parkeert er vlak naast ons dezelfde Kea camper. De man die ermee rondrijdt is
aan zijn laatste dagen NZ bezig en moet de camper morgen terug inleveren. Na
een kwartier komen we erachter dat hij in Aalter woont en schakelen we over op
NL. Wauw, zoveel belgen op zon korte tijd tegengekomen, dat zijn we niet
gewoon.
Vanavond
kruipen we op tijd in ons bed, er moet nog een jetlag overwonnen worden.
Nee, we
hebben niet geslapen tot in het nieuwe jaar, hoewel het toch pas 9.30u was
tegen dat we wakker werden. De jetlag..
Op de laatste
dag van dit jaar bezoeken we de stad Auckland. Op zich is er niet grandioos
veel te zien, maar er is wel een Belgian Beer Café en dat kunnen we niet links
laten liggen. We lunchen daar met ne goeie Leffe, man dat is lang geleden. Mike
bestelt mosselen met friet, maar de mosselen zijn van een iets ander kaliber
dan wij gewoon zijn dus het is even wennen. Er speelt hier vanavond een live
bandje, hier komen we wel es kijken.
Voor het
eindejaarsfeest stippelt Mike een hele route uit langs verschillende bars uit
de Lonely Planet. Ervaring leert ons dat lukraak op zoek gaan naar cafés
meestal op niets uitdraait.
We beginnen bij de bar Minus 5°. Kwestie van een beetje medeleven met het
thuisfront te tonen, het is hier nl, hoe raad je het, -5 binnen. Aan de inkom
krijgen we een eskimopak aan en dikke wanten. De bar zelf is volledig uit ijs
gemaakt, dus ook de glazen en de banken. En het is er verdorie koud. We
besluiten onmiddellijk dat we zulke temperaturen niet meer gewoon zijn overtuigen
ons in warmere oorden te blijven tot de
koude in België verdwenen is. De bar is voor de rest zo goed als leeg, het is
duidelijk meer een toeristenattractie dan een echte ambiance-bar.
De andere
bars zijn een succes, er is best wel veel volk op de been. Om middernacht
volgen we de mensenstroom naar, wat wij vermoeden, de ideale plek om vuurwerk
te zien. Ja wadde, ze zouden es in Mortsel op les moeten komen, of in Boechout.
Het trekt echt op niks. Er worden vanachter een gebouw een paar flauwe pijlen
afgestoken, het geheel duurt misschien 2,5 min en niemand lijkt te weten
wanneer het nu net 12u geworden is. Chaos compleet.
Als we terug
de straten inwandelen zien we een massa volk uit de tegenovergestelde richting
komen. Hmmm, we stonden misschien aan de verkeerde kant??
We keren nog
es terug naar de Belgian Beer Bar, daar zit het stampvol en het live bandje
brengt er de sfeer wel in, zo zijn we het gewoon.
Na het
feestgedruis brengt een taxi ons veilig thuis en daarmee is het dus voor ons
2010. Terwijl ik dit type, is 2010 voor ons al kei gewoon, en voor jullie moet
het nog steeds beginnen apart.
Alvast een
gelukkig nieuwjaar voor iedereen, de fotos volgen nog maar moeten van de GSM
gehaald worden.
Fotos:
(reuze-)mosselen, Minus5°, Auckland Sky Tower, Ho Ho Ho
Na een korte
nacht vertrekken we richting Rotorua, 300 km ten Z-Oosten van Auckland. Onze
eerste echte autotrip in NZ. We krijgen direct een goede indruk van de banen,
ze zijn in redelijk goede staat maar heel bochtig en met vreemde kruispunten.
Doorrijden gaat dus niet echt, waardoor onze gemiddelde snelheid niet zo heel
hoog ligt.
Zo gauw we
Auckland achter ons laten, krijgen we een geweldig landschap. Groene heuvels,
nog groenere valleien, we zijn onmiddellijk verkocht. Dit is natuur waar wij
van houden!
Het gebied
rond Rotorua is vooral bekend voor zijn thermische bronnen. Rotorua zelf is de
hoofdattractie, bijgevolg ook heel druk. Op basis van een reisverslag dat ik
bijheb laten we Rotorua (en de bijhorende rottende-eireren-geur van de H2S)
voor wat het is en rijden zon 30 km verder naar het zuiden tot aan de Waikite
Valley (Waikiki voor ons) met zijn thermische bron. Er is een heel zwembadcomplex
aangelegd wat gevuld wordt met water uit die bron. Die spuwt 50l water per
seconden, temperatuur 98°. Na 3 km rivier is dit gedaald tot 50°. Een heel
afkoelingscircuit moet er voor zorgen dat het water, eens aan het zwembad, nog
maar 40° is. Je kan hier mits inkom te betalen komen zwemmen, tenzij je op de
aanpalende camping staat, dan zijn de zwembaden gratis. Gisteren gebeld en ze
hadden nog plaats. Bijgevolg zwemmen we deze namiddag in water van 37 tot 42°,
en dat is écht warm, veel verkoeling brengt het niet. Het terrein is prachtig
aangelegd, de stoom komt uit de kokende rivier over ons heen gedreven. Er zijn in totaal zon
8 baden: 3 privé-zwembaden, 2 jacuzzis, 2 grote sit & soaks (ene 42°) en
1 groot zwembad. Je loopt van het ene in het andere.
Elke avond om
21u gaat de stop eruit en laten ze alle water uit de zwembaden weglopen, dit
terwijl de gasten nog in het water zitten. Alles wordt dan grondig gekuist, het
water is nl niet behandeld en er wordt geen chloor gebruikt, en dan gaat de
kraan aan de bron terug open. Vanaf 5u s morgens kan je er weer in.
Niet alleen
de zwembaden zijn geweldig, maar de volledige omgeving is gewoon een droom. We
zijn onder de indruk.
Het Engels
dat hier gesproken wordt is van een ander kaliber, dus het vraagt weer training
om de mensen van de eerste keer te verstaan. Dat betert wel, maar voorlopig
vallen we bij de eerste zin nog door de mand.
Fotos:
warmwaterbronnen en bijhorende zwemcomplex, afdruk in de stoom
We beginnen
de dag met een zwempartij in de warmwaterbaden.
Na het
ontbijt rijden we naar Wai-O-Tapu Thermic Wonderland. Dit is het meest
kleurrijke vulkanische gebied van NZ. Via een bewegwijzerd pad lopen we voorbij
een 30-tal verschillende bezienswaardigheden, allemaal van vulkanische
oorsprong. Het is erg druk maar we kunnen toch overal vlot bij om fotos te
nemen. Er zijn mud pools, warmwater geisers, gekleurde champange pools en
volgelopen kraters in de meest eigenaardige kleuren. Het geheel is
indrukwekkend, dit hadden we nog nooit gezien. Sommige kraters zijn wel 62m
diep.
In het park
kan je ongegeneerd een kanjer van een scheet laten. Alles borrelt er toch al en
geen kat die het daar riekt. Bij momenten, als de wind aanwakkert, wordt er
zoveel stoom en gaslucht over de paden geblazen, dat je niet meer ziet waar je
loopt en vnl niet meer kan ademen van de stank. In heel het park is er ook een
zwaar rookverbod van kracht. Ongetwijfeld om te vermijden dat een
ontstekingsbron een nieuwe vulkanische uitbarsting veroorzaakt.
In de
namiddag rijden we langs Blue en Green Lake, dit zijn de vakantieplekken bij
uitstek zo blijkt. Er wordt gezwommen, gesurft, allerlei watersporten beoefend.
Het lijkt alsof elke NZer met een bootje in deze paradijselijke meren
ronddobbert. De natuur is dan ook heel erg mooi en groen.
s Avonds
gaan we terug naar de camping en sluiten na ons avondeten de dag af zoals we
hem begonnen, in de warmwaterbaden.
Tot hiertoe
is het ook hier mooi weer. Overdag zon 25°, s nachts koelt het wel flink af,
tot zon 12°.
Fotos : Wai-O-Tapu
Thermic Wonderland & blue lake
We beginnen
de dag nogmaals met de warmwaterbronnen (kwestie van het er nog es goe in te
wrijven) en starten dan ons huis richting Wellington, waar we de overzet naar
het Southern Island zullen nemen. We hoorden dat dit heel druk kan worden. Er
zijn 2 maatschappijen die de overzet verzorgen en je kan best op voorhand
geboeken, dus moeten we dat eens gaan uitpluizen.
We rijden
langs Lake Taupo en door het Tongariro Natuurpark via de Desert Road, die op
zon 800m hoogte door het gebergte slingert. We zien besneeuwde bergtoppen,
zandwervelstormen, massas groene heuvels en nog groenere weilanden, vol met
schapen en koeien, al dan niet langs de juiste kant van de afspanning,
magnifiek. Ik vind niet genoeg adjectieven om het te omschrijven. Na elke bocht
komt er een nieuw overweldigend uitzicht.
Je kan het
het beste omschrijven als een mix van Schotse Highlands en Sloveens Alpen en
dat geheel nog es overgoten met één of andere magische groene saus, waardoor
het geheel gewoon onwerkelijk prachtig wordt. Plant her en der nog een palmboom. Men zegt
dat het Zuidereiland nog mooier is, dat belooft.
We kiezen een
camping in het gehucht Upper Hutt. De naam spreekt eigenlijk voor zich, de
toegangsweg slingert de bergen in. Gedurende 40 min rijden we op een baantje zoals ze dat enkel nog in de bergen van
Corsica in gebruiken. Dit bergpad is net iets minder breed dan de wielbasis van
onze Transporter. Dat is geen probleem mocht dit een enkelrichting zijn. Niet
dus. Bij elke haarspeldbocht toeteren en af en toe de remmendicht om een kop-kop aanrijding tevermijden. De kleinste wagen moet achteruit,
vinden we. We zijn blij met ons (kleinere) model van camper. Tegelijkertijd
staat er een stevige stormwind en hangen er dreigende wolken. Een mens moet
iets overhebben voor een mooie ligging. Bij het inchecken kijkt de eigenaar ons
lachend aan en zegt dat we het avondje wel gekozen hebben. Het gaat nl stevig
stormen. Gauw de blog updaten voor de wireless wegwaait.
Gezien ik
geen fotos meer mag nemen tijdens het rijden, klopt, gn fotos dus.
De voorspelde
storm is tegen een uur of 21 losgebarsten. Onze camper schudt heen en weer in
de windvlagen, de regen komt met bakken naar beneden. Voor het eerst moeten we
ons openklapbaar dak laten zakken kwestie van wind- en waterschade te
vermijden. Het duurt tot 3u s nachts voor het wat kalmeert. We zijn zon belgisch
weer niet meer gewoon.
Neen, geen
warm water meer maar een koude douche om de dag te starten. De uitbater van de
campingwas gisteren bij onze aankomst
nog vol lof over zijn authentiek sanitair. Het water wordt hier nog verwarmd
door een houtvuur. Voorwaarde nummer 1 is dan wel dat je op vaste regelmaat
vodoende hout moet toevoegen. Na mijn beklag bij de balie wordt een kruiwagen
hout aangerukt en 10 min later draait de oven op volle toeren. Ik besluit nog
even te wachten om het water de kans te geven op te warmen en begeef me opnieuw
naar de douche voor eenietwat minder
koude douche, wat toch nog ver van aangenaam blijft als je onze vorige
campingplaats gewend bent. In plaats van hier te blijven, verhuizen we dan ook
naar een andere mét warm water. De wind blijft ondertussen danig waaien, we
kunnen ons dak nog steeds niet openzetten. Windy Welly noemen ze het hier, er
is iets van aan
We nemen de
bus naar Wellington waar we via een authentieke kabeltram de hoger gelegen
botanische tuin bezoeken. Netjes, keurig onderhouden, mooi weer, wat kan je nog
wensen..? Wellington is de hoofdstad van NZ maar doet meer aan als een
provinciestad. Wij vinden het gezelliger dan Auckland. We wandelen terug naar
het centrum en kuieren nog wat door de winkelstraten en langs de kade. Alles
wordt daar in voorbereiding gebracht om het wereldkampioenschap fietsen met 1
wiel te rijden. We blijven wat rondhangen tot het startschot gegeven wordt. Dat
geeft meer spektakel dan verwacht. Wat wil je, als de eerste onderuit gaat,
stoppen lukt nu éénmaalniet zo vlot met
1 wiel, met alle gevolgen vandien. De berijders en bijhorende wielen gaan
vlotop een hoopje, sorteren zich snel
terug en springen terug op hun tja wiel.
De bus terug
naar de camping, en we eten binnen want het regent weer. Bloggen en dan snel
onder de wol. Morgen moeten we er vroeg uit. Om 7h25 moeten we ten laatste
inchecken voor onze ferry naar het zuidereiland. En druk zal het zijn, we
boekten 2 dagen op voorhand en ongeveer alle tickets waren al uitverkocht.
Slaapwel!
Fotos: met de
kabeltrein naar boven, botaniken hof, one-cycles
De dag begint
vroeg, om 6.50u starten we de camper richting ferry. Zoals te voorspellen mogen
we bij aankomst de boot nog niet op en moeten we nog een half uur in de rij
wachten. De zin in een tas koffie en een degelijk ontbijt neemt toe.
Eens aan
boord doen we ons te goed aan een Kiwi-breakfast (ook wel gekend als cooked
breakfast, dus de hele resem eieren, spek, toast, worstjes. Alleen de bonen
ontbraken nog). Na 15 min varen verlaten we de beschutting van de haven en
varen we door Cook Strait. Het gaat er hevig aan toe en dan staat er nog niet
eens veel wind. Hoewel we op een danig uit de kluiten gewassen ferry zitten,
gaat de boel zwaar op en neer. De bemanning begint al spontaan zakjes uit te
delen. De overzet tussen de 2 eilanden staat erom gekend, in de helft van de
reisverslagen lezen we over mensen die ziek zijn geworden tijdens de overtocht.
Niet voor de zwakke magen dus. Een kwartier later wordt er rondgeroepen dat er
verderop een boot in de problemen geraakt is en dat we vertraging zullen
oplopen. Veel mensen kijken al verschrikt in het rond en vertrouwen het hele
zaakje duidelijk niet meer.
Eens de
boot-in-problemen wordt geholpen kunnen wij verder varen, zelfs in redelijke
rust. De golven komen niet meer langszij en dat maakt het een stuk aangenamer. Hoewel
we er zelf niet echt veel last van hebben ondervonden. Maar nu kunnen we ook op
het bovendek ten volle genieten van het landschap dat voorbijglijdt.
Tegen 11u zijn we in Picton.
Picton blijkt
een gezellig klein toeristendorp te zijn. We wandelen er even rond en lunchen
op een terras. Het valt ons nogmaals op dat NZ heel anders is dan Australië.
Mooi weer is hier evengoed een zegen als bij ons, op een zonnige zomerdag als
vandaag zit iedereen massaal op terrassen of in de parken te luieren. Er wordt echt
moeite gedaan om de straten gezellig te maken en de mensen naar buiten te
lokken. In Australië vlucht iedereen direct terug naar binnen, naar de airco. Wel
te verstaan natuurlijk, gezien de temperaturen daar. Toen we in Alice Springs
de Royal Flying Doctors bezochten, zei de vlaamse dame achter de kassa dat ze
de zomers in België zo verschrikkelijk vindt, zeker als er een hittegolf is. Nérgens
airco, overal véél te warm binnen. Bewijst nog maar eens hoe subjectief
indrukken altijd zijn
Ons
camping-selecteer-ritueel doet ons uiteindelijk ergens afgelegen belanden, vlak
aan de Queen Charlotte scenic Drive. Gelukkig hadden we vanuit Picton al
gereserveerd want tegen we er toekwamen hing hun bord No vacancies (vrij
vertaald door ons als: geen vakanties) al uit. De camping is een kleine
familie-business, we worden eerst onthaald door de dochter van een jaar of 9,
die dan haar vader gaat zoeken. We krijgen allerlei kortingen rond onze oren
geslingerd, een tip voor een wandeling na zonsondergang om glim worms te zien
en als welkom 2 zelfgebakken warme muffins. Dàt is nog es service. De camping
is prachtig gelegen, omringd door groene beboste heuvels. Zalig.
De rest van
de namiddag luieren we wat rond op de camping. Onze overbuur komt nog
vriendelijk vers gevangen mosselen aanbieden, waarvoor we toch maar bedanken.
In Auckland hebben we kennis gemaakt met deze reuze-groene-schelpdieren die in
de verste verte niet smaken als een Zeeuwse mossel. Het Duitse koppel dat
nadien naast ons komt staan, krijgt hetzelfde aanbod maar bedankt ook
vriendelijk. De chinezen zijn dolenthousiast wat zei ik ook weer over
subjectief?? Tien min later komt diezelfde overbuur voorbijgewandeld met een
vis van een meter lang, zalmmodel, had hij zelf gevangen. Als hij ons daar nu
een filetke van had aangeboden
Na onze
bloemkool met worst vertrekken we op de glim worms wandeling. We moeten een
aantal fences overklauteren en woeste stieren trotseren tot we uiteindelijk in
het bos komen. Donker is het nog bijlange niet dus glimwormen gaan we niet te
zien krijgen. Het pad lijkt ons ook iets te avontuurlijk in het nachtelijke
duister en we hebben geen fatsoenlijke pillamp bij (Hema-fietslichtjes zijn ontoereikend
om te boenken door het dichte struikgewas). De wandeling brengt ons tot aan een
prachtige waterval midden in het bos, die is op zich al de moeite om de tocht
te maken.
Misschien
proberen we morgen nog eens voor de wormen, nu we weten hoe het pad loopt
Fotos: het
bos en de waterval, zicht op de ferry, Marlborough Sounds, Picton Park, vogel
van de dag (Weka flightless bird)
Driekoningen
vandaag, tijd om de kerstboom buiten te keilen, naar de kerstboomverbranding te
gaan en daar een jenever te drinken om te vermijden dat je vastvriest. Of een
etappe van Queen Charlotte Track te wandelen. Deze meerdaagse trektocht van
+70km loopt door de mooiste delen van de Marlborough Sounds. Niks te maken met
de verbannen macho cowboy van weleer maar wel het noordelijkste deel van het
zuidereiland dat verzwolgen wordt door 100en fjorden en landengtes die langzaa
overgaan in de Tasman Bay. Alsof alle valleien van de Pyreneeën volgelopen zijn
en enkel de glooiende toppen zichtbaar bijven. Amai, genoeg lyrisch gestroop,
tijd voor het echt werk. We wandelen natuurlijk niet de hele etappe maar in
onze jeudige overmoed besluiten we dat het hoogste punt ongetwijfeld ook het
mooiste zal zijn. De tocht die we gaan ondernemen is maar zon 10km, peanuts
dus. Toch wel vreemd dat ze op de infoborden er 4h voor voorzien. Na een half
uur stappen begint het te dagen, de eerste etappe brengt ons van zeeniveau naar
350m. Om daarna terug volledig af te dalen en dan weerom een volgende top van
450m te overstijgen. Dat voel je. Volgens de lokale autoriteiten is het pad ook
geschikt voor mountainbikers. As if, de enige mountainbikers die we kruisen
zijn diegenen die de fiets aan de hand de helling opduwen.Wellicht zullen er wel fanatiekelingen
bestaan die me hier tegenspreken. Ben toch erg blij dat we hier geen mountainbikes
gehuurd hebben. Eerst nog enkele Familieweekendjes op trainingskamp voor we
daar aan toe zijn. We hadden gelijk, de hoogste punten geven de mooiste
uitzichten. We dalen terug tot zeeniveau waar we meekunnen met een watertaxi
die gereserveerd werd door andere wandelaars die we ontmoet hadden. Maar goed
ook, blijkbaar varen die watertaxis niet zo frequent dan we gehoopt hadden.
Dit bootje brengt ons terug naar het beginpunt waar we met stijve benen naar
onze camperwandelen die zon 150m hoger
geparkeerd staat.
We zullen
goed slapen.
Fotos:
Indrukken van de wandeling, waaronder een paar 180°-panoramas (het pad loopt
recht), de watertaxi (allé ja, een boot die ze gehuurd hadden van een andere
firma want hun taxi lag in panne)