Traces Of World War I & II

Zoeken met Google



Inhoud blog
  • Ablain-Saint-Nazaire - Franse nationale begraafplaats Notre-Dame-de-Lorette (Frankrijk)
  • Ablain-Saint-Nazaire - Ruïne van de kerk van Ablain-Saint-Nazaire (Frankrijk)
  • Adinkerke Belgische militaire begraafplaats
  • Bray - Dunes (Frankrijk)
  • Bissegem Gemeentelijke Begraafplaats
  • Bissegem Monument
  • Breendonk
  • Boesbeke Duits Kerkhof
  • Boezinge Monument Gebroeders Van Raemdonck
  • Bohan Restanten Opgeblazen Brug
  • Boezinge Duits-Britse bunker (Ziegler)
  • Boezinge Kanaalsite John Mccrae
  • Boezinge Gedenkplaat
  • Boezinge Artillery Wood Cemetery
  • Cape Griz-Nez en Cape Blanc-Nez - (Frankrijk)
  • Dinant Citadel
  • Dikkebus New & Old Military Cemetary
  • Diksmuide IJzertoren
  • Dottignies Oorlogsgraven van het Gemenebest
  • Dadizele Duitse Mitrailleurspost Geluwestraat
  • Dadizele Duitse Bunker Kortrijkstraat
  • Dadizele Duitse bunkers Oliekotstraat
  • Eperlecques (Frankrijk)
  • Esquelmes
  • Elverdinge Canada Farm Cemetery
  • Fromelles - (Frankrijk)
  • Houthulst Belgische & Italiaanse militaire begraafplaats
  • Heestert Military Cemetery
  • Hazebrouck V1 Lanceringfaciliteit - Frankrijk
  • Halluin Duits Kerkhof - Frankrijk
  • Halluin Stedelijke Begraafplaats - Frankrijk
  • Harelbeke New British Cemetery
  • Hooglede Duitse militaire begraafplaats
  • Ieper Duhallow A.D.S. Cemetery
  • Ieper Brandhoek New Military Cemetery No 3
  • Ieper Brandhoek New Military Cemetery
  • Ieper Brandhoek Military Cemetery
  • Ieper Canada Farm Cemetery
  • Ieper en de Menenpoort
  • Ieper Aeroplane Cemetery
  • Ieper Potijze Burial Ground Cemetery
  • Ieper Menin Road South Military Cemetery
  • Ieper Town Cemetery Extension
  • Ieper Franse militaire begraafplaats St. Charles de Potyze
  • Ieper Gedenkzuil voor de 50th Northumbrian Division
  • Ieper Oxford Road Cemetery
  • Ieper Yorkshire Trench & Dugout
  • Ieper Opendeurdag opgraving Belgische linies WOI
  • Ieper La Brique Military Cemetery No 1
  • Kortrijk Koning Albertpark
  • Kortrijk Graven van de Kortrijkse gesneuvelde Parachutisten SAS-SOE-Para-Commando
  • Kortrijk St Jan Communal Cemetery
  • Kortrijk Gedenkmuur voor de slachtoffers van oorlogsgeweld
  • Keiem Belgische militaire begraafplaats
  • Kemmel Lettenbergschuilplaatsen
  • Kemmel Franse militaire begraafplaats Ossuaire
  • Lauwe Graven N.S.B (Oud-Stijders)
  • Ledegem Duitse mitrailleurspost Groene Jagerstraat
  • Ledegem Duitse Commandobunker Industrieweg
  • Langemark Monument
  • Langemark National Welsh Memorial Park
  • Langemark Canadian Forces Memorial St. Julien 'Canadien'
  • Langemark Duitse Militaire Begraafplaats
  • Langemark Cement House Cemetery
  • Mesen Iers Vredespark
  • Mesen Messines Ridge (New Zealand) Memorial
  • Mesen Messines Ridge British Cemetery
  • Moorslede Duitse militaire post Vierkaven
  • Menen Duitse ingebouwde bunker Query Farm
  • Menen Duitse bunker hoeve Hoogpoort
  • Menen Duitse bunker 'Limber Farm'
  • Moorsele Military Cemetery
  • Moorsele Duitse bunker vliegveld
  • Menen Duitse militaire begraafplaats
  • Niepkerke Pont-d'Achelles Military Cemetery (Frankrijk)
  • Outrijve Kerkhof van Outrijve
  • Oostende Stutzpunkt Stene
  • Oostende HMS Vindictive
  • Oostende Batterij Hundius
  • Poperinge Lijssenthoek Military Cemetery
  • Poperinge New Military Cemetery
  • Passendale New British Cemetery
  • Ploegsteert Château Breuvart
  • Ploegsteert Prowse Point Military Cemetery
  • Ploegsteert Kerstbestand 1914
  • Ploegsteert Memorial For The Missing
  • Passendale Tyne Cot Cemetery
  • Ramskapelle Station
  • Rhone American Cemetery And Memorial Draguignan (Frankrijk)
  • Roeselare Stedelijke Begraafplaats
  • Roeselare Communal Cemetery
  • Steenwerck Deutscher Soldatenfriedhof (Frankrijk)
  • Slijpskapelle Communal Cemetery
  • Tielt Shermantank
  • Tourcoing (Pont-Neuville) Communal Cemetery - Frankrijk
  • Tournai Communal Cemetery Allied Extension
  • Vlammertinge Hop Store Cemetery
  • Vimy Ridge National Historic Site of Canada (Frankrijk)
  • Vlamertinge Militair Kerkhof
  • Vinkt Graven Burgerslachtoffers Bloedbad
  • Vladslo Deutscher Soldatenfriedhof
  • Vichte Cemetery
  • Wevelgem Graf Lode De Boninge
  • Wevelgem Duitse bunker
  • Wevelgem Monument voor drie bemanningsleden Halifax III QO-L LW583
  • Wevelgem Oorlogsgraven van het Gemenebest
  • Wevelgem Monument voor bemanning Boston III Z2157
  • Westvleteren Belgische militaire begraafplaats
  • Wijtschate Derry House Cemetery No.2
  • Wizerne La Coupole Frankrijk
  • Wijtschate Gedenkteken voor Lt. Lasnier en het 1e Franse Bataljon Jagers te Voet
  • Wijtschate Croonaert Chapel Cemetery
  • Wijtschate Lone Tree Cemetery
  • Wijtschate Military Cemetery
  • Wijtschate Bayernwald Loopgravensite
  • Wijtschate - Oosttaverne Wood Cemetery
  • Wervicq-Sud Deutscher Soldatenfriedhof - Frankrijk
  • Waregem Amerikaanse begraafplaats 'Flanders Field'
  • Zonnebeke Gedenkzuil 7th Royal Artillerie Division
  • Zonnebeke Scottish Memorial
  • Zonnebeke Polygoon Wood Cemetery
  • Zonnebeke Buttes New British Cemetery
  • Zonnebeke Bunkers Polygoonbos
  • Zonnebeke Black Watch Corner Monument
  • Zillebeke
  • Zillebeke Blauwepoort Farm Cemetery
  • Zillebeke Bedford House Cemetery
  • Zillebeke Churchyard
  • Zillebeke First D.C.L.I. Cemetery The Buff
  • Zillebeke Hedge Row Trench Cemetery
  • Zillebeke Woods Cemetery
  • Zillebeke Spoilbank Cemetery
  • Zillebeke Chester Farm Cemetery
  • Zillebeke Sanctuary Wood Cemetery
  • Zillebeke Hooge Crater Cemetery
  • Zillebeke Hill 62
  • Zillebeke Hill 60
  • Zillebeke Front Linie 'T Hooghe
  • Zandvoorde British Cemetery
  • Zandvoorde Duitse Commandobunker

    Zoeken in blog


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    De beide wereldoorlogen hebben onuitwisbare sporen achtergelaten in de regio van Ieper, een stad in het westen van België die een cruciale rol speelde in de Eerste Wereldoorlog. Ieper en haar omgeving zijn niet alleen een symbool van de verwoestingen die de oorlogen met zich meebrachten, maar ook van de vastberadenheid van mensen om de herinnering aan de gevallen soldaten levend te houden. In deze blogpost verkennen we de belangrijkste sporen van de Eerste en Tweede Wereldoorlog in de regio, en waarom het herdenken van deze conflicten nog altijd van groot belang is.
    05-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bray - Dunes (Frankrijk)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Bray - Dunes

    Voor wie van België komt is Bray-Dunes is het eerste dorp aan de Opaalkust, net over de grens. Het begint er de laatste jaren steeds meer Belgisch uit te zien, met een lange rij appartementsblokken langsheen de dijk. Op 26 mei 1940 begonnen op de stranden tussen Bray-Dunes en Duinkerke de evacuatie van de Britse Expedition Force en van delen van de Belgische en Franse strijdkrachten : de Operatie Dynamo. Terwijl enkele eenheden weerstand bleven bieden aan het oprukkende Duitse leger werden 198.000 Engelse, 123.000 Franse en 16.000 Belgische soldaten geevacueerd via de zee.


    Categorie:Bunkers
    04-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bissegem Gemeentelijke Begraafplaats
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Communal Cemetery

    Bissegem Communal Cemetery bevat de graven van 25 militairen van het Gemenebest van de eerste wereldoorlog, alleen dateren van eind oktober 1918,van de geallieerde opmars naar de overwinning. De acht graven van de Tweede Wereldoorlog dateren allen van eind mei en begin juni 1940 van tijdens de terugtrekking van de Duitse troepen naar Duinkerke.



    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bissegem Monument
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Monument voor crews Lancasters W4967 SR-P, LM101 PO-J en PD205 WS-H

    Bissegem (21 juli 2009). Van 21 op 22 juli 1944 beleefde Kortrijk een verschikkelijke nacht. In twee golven kwamen 302 Lancasters en 15 Mosquito’s hun dodelijke lading afwerpen. Het doelwit was het station van Kortrijk, voor de Duitsers een cruciale schakel voor de aanvoer van oorlogsmateriaal naar Frankrijk. In Kortrijk kwamen 250 mensen om het leven, er vielen honderden gewonden. Drie Lancasters Mk.I kwamen neer op het grondgebied van Kortrijk en Bissegem: de W4967 SR-P van het 101 Sqn RAF (aan het Karmelietenklooster, Kortrijk), de LM101 PO-J van het 467 Sqn RAAF (Vercruysselaan, Kortrijk) en de PD205 WS-H van het 9 Sqn RAF (Bissegem). Op honderd meter van de plaats waar het toestel van het 9 Sqn is neergekomen, aan de oever van de Leie in Bissegem, aan de Wevelgemsevoetweg, werd 65 jaar later een prachtig monument onthuld. Het initiatief voor de inhuldiging kwam van de War Association to Remember Belgium. Het verhaal van de drie Lancasters staat duidelijk beschreven in het boek “De laatste vlucht. De geschiedenis van de Commonwealth War Graves in Wevelgem, 1942-1945” van medeorganisator en auteur Etienne Vanackere. Etienne tekende het ontwerp voor het monument. Net zoals enkele andere monumenten in Wevelgem en Moorsele is ook deze steen gemaakt uit prachtig gepolijst Himalaya-graniet. Het monument onder brug van de R8 aan de Leie, werd ingehuldigd door Lieven Lybeer (rechts, waarnemend burgemeester Kortrijk) en John Elliot. De broer van John, Sgt Thomas Elliot, kwam als schutter om het leven in de Lancaster van het 9 Sqn. Op de voorkant van het monument herdenkt men de bemanning van de PD205, het toestel dat niet ver van het monument is neergekomen. Op de rugzijde worden de bemanningen herdacht van de twee andere Lancasters die in Kortrijk tijdens hetzelfde bombardement zijn neergestort. Het monument heeft de vorm van het vertikaal staartvlak van een Lancaster. De meeste bemanningsleden van de toestellen die in Kortrijk en Bissegem neerkwamen rusten op de gemeentelijke begraafplaats van Wevelgem (Menenstraat). Sgt J.H.Moriss (Bomb Aimer-RCAF) werd op 24 aug 1945 ontgraven en naar het Canadian War Cemetery in Adegem overgebracht. Ook Sgt Simpson (W4967 SR-P) van het 101 Sqn werd overgebracht naar Adegem. F/O Jeffery (LM101 PO-J) van het 467 Sqn rust op de Sint-Jansbegraafplaats in Kortrijk.  “John, de broer van Air Gunner Sgt Thomas Elliot, en zijn echtgenote waren erg discreet met de bus naar Bissegem gekomen, met de bedoeling om de inhuldiging als toeschouwer mee te maken. Hij kreeg terecht een ereplaats tijdens de festiviteiten. John: “Ik was 7 jaar toen mijn broer overleed. Ik herinner mij dat moment nog erg goed. Hij was iets meer dan een jaar in dienst toen hij hier in Vlaanderen het leven verloor. Een vriend die bij de RAF was gegaan had hem aangemoedigd om ook voor de RAF te kiezen. Het feit dat de Belgen onze gesneuvelden op deze manier herdenken waardeer ik enorm. Het is de zevende keer dat ik de oversteek maak om het graf van mijn broer te groeten.”

    Bron:Luchtvaarterfgoed.be


    Categorie:Gedenksteen
    03-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Breendonk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Het Auffanglager Breendonk

    Na de bezetting van België door nazi-Duitsland werd Breendonk een gevangenkamp en doorgangskamp. Gevangenen verbleven er in afwachting van transport naar concentratiekampen in Duitsland, Oostenrijk en Polen. Breendonk was geen concentratiekamp, hoewel de levensomstandigheden er nauwelijks van verschilden. Het fort van Breendonk was in België de laatste halte voor het vertrek naar Auschwitz en andere kampen. Het eerste transport vond plaats op 22 september 1941 en ging naar Neuengamme bij Hamburg. Volgens een verklaring na de oorlog van de eerste kampcommandant Schmitt werd het bevel tot oprichting van dit SS-kamp gegeven door Karl Hasselbacher, de leider van de Sipo-SD in België (de Duitse politieke politie en onderdeel van de SS.) en door Müller, de Oberfeldcommandant van Brussel.Het fort werd vanaf eind augustus 1940 als gevangenis ingericht. De bewaking bestond uit een klein aantal Wehrmacht-soldaten van een Landesschützenbataillon; oudere soldaten, ongeschikt voor het front. Zij werden ook ingezet op de werf en voor het uitvoeren van executies.De Wehrmacht werd aangevuld met een klein Duits SS-garnizoen, vanaf september 1941 enkele Belgische SS-mannen en vanaf 1944 Roemeense en Hongaarse SS'ers. Op 20 september 1940 kwamen de eerste gevangenen binnen, een Belg en drie Joden uit centraal-Europa. In de eerste weken verbleven er maximum twintig gevangenen in het fort. Het aantal gevangenen varieerde gedurende het verder verloop van de oorlog tussen twintig en zeshonderd. Sommigen verbleven er slechts één dag, anderen doorleefden deze hel gedurende drie jaar. De gemiddelde tijd was ongeveer drie maanden. In totaal hebben er circa 3600 personen gevangengezeten, waarvan 400 à 500 Joden. Aanvankelijk werd Breendonk vooral gebruikt voor de opsluiting van overtreders van anti-joodse wetten, smokkelaars, zwarthandelaars of al wie door de Duitsers werd beschouwd als asociaal. Vanaf 1942, toen de joodse gevangenen werden overgebracht naar de Dossinkazerne in Mechelen, werd het kamp vooral aangewend voor de opsluiting van verzetslieden, politieke gevangenen en gijzelaars. Toen in 1941 de oorlog met Sovjet-Unie uitbrak werden er ook communisten en socialisten gevangengezet. Het kamp werd een eerste maal volledig ontruimd op 6 mei 1944. Kort daarop werden er opnieuw een aantal verzetslieden gevangengezet. De definitieve ontruiming gebeurde op 31 augustus 1944. De gevangenen werden vervoerd naar het Nederlandse Kamp Vught. Van daaruit werden ze overgebracht naar diverse concentratiekampen. Op 2 september 1944 kwam het fort in de handen van de bevrijders.


    Categorie:Sites
    02-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boesbeke Duits Kerkhof
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Deutscher Soldatenfriedhof Bousbecque

    Het Deutscher Soldatenfriedhof Bousbecque is een militaire begraafplaats in de Franse gemeente Boesbeke. Er rusten 2.330 Duitse soldaten die sneuvelden in de Eerste wereldoorlog.De begraafplaats ligt in het zuiden van het dorpscentrum, naast de gemeentelijke begraafplaats.De begraafplaats heeft een rechthoekig grondplan. Alle doden liggen in individuele graven, aangeduid met kruisjes, met uitzondering van acht joodse graven. Centraal voor de ingang staat een hoog kruis. Het is een begraafplaats van de Volksbund Deutsche Kriegsgraberfursorge Boesbeke lag tijdens de oorlog nabij het Westfront. Een aantal soldaten op de begraafplaats sneuvelden in 1914, 1915 en 1916. Een groot aantal sneuvelde echter in juni 1917, bij de Mijnenslag nabij Mesen, ruim 10 kilometer verder westwaarts, in Belgie. Velen sneuvelden ook tijdens het Duitse Lenteoffensief van 1918. Tegen het eind van de oorlog telde de begraafplaats al ongeveer 2000 graven. Vanaf 1922 breidden de Fransen de begraafplaats uit met doden die werden overgebracht uit andere gemeenten.

    Bron:Wikipedia


    Categorie:Begraafplaats
    01-11-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boezinge Monument Gebroeders Van Raemdonck
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Monument voor de Gebroeders Van Raemdonck

    Edward (Temse, 8 oktober 1895 – Steenstrate, 26 maart 1917) en Frans Van Raemdonck (Temse, 24 januari 1897 – Steenstrate, 26 maart 1917) waren broers die tijdens de Eerste Wereldoorlog sneuvelden bij een nachtaanval op het Stampkot te Steenstrate. Zij waren toen allebei sergeant van de 6de Compagnie van het 24ste Linieregiment. Hun dood maakte hen in Vlaanderen tot een symbool van broederliefde. De Waalse korporaal Aimé Fievez (1891-1917) overleed op dezelfde plaats en tijdstip. Het stoffelijk overschot van deze drie militairen werd na de oorlog herbegraven in de crypte van de IJzertoren. Op de plek waar ze sneuvelden werd later ook een monument voor hen opgericht, opgetrokken uit betonblokken van het Stampkot.

    Een symbool voor de Vlaamse Beweging

    De lichamen lagen in niemandsland en konden niet worden gerepatrieerd. In het leger zou men toen hebben voorgesteld om een halfuur wapenstilstand te vragen zodat de lijken konden worden weggehaald en worden herbegraven in Westvleteren.

    Generaal Louis Bernheim, lid van het Grootoosten van België, zou dit voorstel toen hebben afgewezen en aan generaal Mahieu hebben verklaard:
    "Je n'en vois pas la nécessité. D'ailleurs il s'est avéré que le plus jeune des deux était un flamingant (Ik zie er de noodzaak niet van in. Overigens, het is bekend dat de jongste van de twee een flamingant was)."

    Waarop generaal Mahieu zou hebben geantwoord:
    "En effet (Inderdaad)." .

    Zo was het ook. Op 13 april, 19 dagen na hun dood, werden ze in een ondiepe obusput begraven, op een terrein dat was omgeploegd door granaatinslagen. Hun lijken werden bovendien in september 1917 bij een Frans offensief omgewoeld en stukgeschoten. De tekst van het bidprentje[1], opgesteld door O. Dambre, maakt gewag van de volgende gebeurtenissen: ""In een rit op de eerste lijn van den vijand hadden beiden zich allerprachtigst gedragen. Onder een ijselijk bombardement keerden de mannen terug, na volbrachte taak. Tot aan den IJzer kwam Edward en keek met zijn vlammende oogen rond... Doch zijn broeder niet ziende op de plaats der afspraak weigert hij over den IJzer te komen, en de reeds volbrachte heldenfeiten zal hij nu spontaan bekronen met zijne ideale broederliefde. Te midden het afgrijselijkste kanonvuur gaat hij op zoek naar zijn broeder... Wat is er toen gebeurd ? Achttien dagen nadien tusschen onze en de vijandelijke lijnen vond men beide in elkaars armen liggend voor eeuwig... dood."" De vertoning van heldhaftige broederliefde, tot in de dood, werd een symbool van de Vlaamse Beweging. Wekenlang bleven Vlaamse kranten er roerende, piëteitsvolle artikelen aan wijden. Een pentekening van Joe English maakte van het beeld van innige broederliefde een krachtig herkenbaar icoon. Uiteindelijk bleken beide broers samen te zijn gesneuveld met de Waalse korporaal Aimé Fiévez.[2] In september 1917 werd het gebied waar ze lagen begraven weer door Belgen veroverd. De stoffelijke overschotten van de drie mannen werden verzameld en opnieuw begraven. Hun makkers plaatsten in september 1918 een stenen kruis op de plaats, waar later een houten omheining rond kwam. Tot 1933 zou deze zerk daar blijven alvorens naar de IJzertoren te verhuizen. Op de zelfde plaats werd op 19 augustus 1933 door het IJzerbedevaartcomité een nieuw monument opgericht. Het monument Steenstrate, dat vijf meter hoog is en werd gebouwd met brokstukken van de vernielde Duitse stellingen, is van de hand van de broers Karel en Jan De Brandt. Sinds 2003 is het monument Steenstrate de verzamelplaats van de jaarlijkse IJzerwake. De oorspronkelijke zerk ging bij de dynamitering van de IJzertoren in 1946 verloren. Op 29 oktober 1919 werd het graf opengelegd met de bedoeling de gesneuvelden te repatriëren. Men trof slechts enkele stoffelijke resten aan die niet meer te identificeren waren, waarop men besloot deze te laten rusten en men het graf weer dichtmaakte. In 1924 werd op bevel van de militaire overheid het graf nogmaals opengemaakt. De resten van de twee broers en van Fiévez werden in één kist gelegd en bijgezet op de Belgische militaire begraafplaats in Westvleteren. Op 13 augustus 1932 werden de stoffelijke resten van de drie gesneuvelden weer ontgraven, en een week later op de 13de IJzerbedevaart overgebracht naar de crypte van de IJzertoren samen met zes andere gesneuvelden die een symbool waren geworden.

    Bron:Wikipedea


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bohan Restanten Opgeblazen Brug
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Restanten Opgeblazen Brug

    Zowel in Membre-sur-Semois als in Bohan, zie je restanten van opgeblazen bruggen over de Semois. Deze bruggen werden door de geallieerden tot ontploffing gebracht tijdens WOII om de opmars van het Duitse leger, tijdens het Ardennenoffensief, tegen te houden. Voor WOII werden de verschillende dorpen in de regio Semois met elkaar verbonden door een tramlijn. De brug over de Semois in Membre, vormde bovendien een snelle verbinding voor Tramlijn 553 Gedinne - Vresse, via een tunnel naar Bohan.


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boezinge Duits-Britse bunker (Ziegler)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Ziegler Bunker

    Deze constructie werd door het Duitse 'Marinekorps' geconstrueerd, onder leiding van de ingenieur Ziegler in een bosje dat bij de Britten bekend stond als 'Wood 16'. Door zijn vorm wordt het wel eens het 'Viking Ship' genoemd. Het gaat om een station van waaruit lichtsignalen gegeven werden naar de eenheden die meer NO-waarts gelegen waren. Voor de constructie werd o.m. gebruik gemaakt van staal uit opgevorderde Belgische werkplaatsen. 'Wood 16' en de Zieglerbunker werden in juli 1917 door de Fransen veroverd (Slag om Pilckem Ridge). De '554 (Dundee) Royal Engineers Company' liet aan de voormalige frontzijde van de bunker (de ZW-kant), in de dikste muur (die nu de veilige kant geworden was) een opening in deze muur slaan via dynamiet. Zodoende kon de 'Guards Division' op een 'veilige' manier gebruik maken van deze bijzonder stevige en grote constructie.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Bunkers
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boezinge Kanaalsite John Mccrae
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Kanaalsite John Mccrae

    Over de kanaalsite John McCrae staat op de website van het In Flanders Fields Museum het volgende te lezen: Essex Farm Cemetery en de betonnen constructies er vlak naast, waar John McCrae zijn beroemde gedicht 'In Flanders Fields' schreef, behoren tot de best gekende plekjes van de hele Ieperboog. Het herdenkingsmonument van de 49th (West-Riding) Division op de aanpalende kanaaldijk wordt al veel minder bezocht. Dat de hele kanaaldijk één van de indrukwekkende ‘retranchementen’ van de Franse militaire architect Vauban was, en in WO1 ook opnieuw zo werd gebruikt, is al helemaal niet (meer) bekend. Ter hoogte van Essex Farm stelt de stad Ieper als eigenaar de kanaaldijk over een afstand van 450 meter permanent open voor het publiek. Door een nieuwe inrichting van het landschap worden de begraafplaats en de 'Advanced Dressing Station' verbonden aan de Kanaaldijk en aan het kanaal zelf. Een verhard pad, geschikt voor rolstoelgebruikers, een onverhard graspad dat de hele site exploreert, picknicktafels, en een streekeigen groenaanleg met wilde bloemenweide worden ingericht. Het vee dat er altijd graasde behoudt er toch nog altijd een plaats. De site zal toegankelijk zijn vanaf drie verschillende punten teneinde de bezoekersdruk te spreiden. De bestaande ingang vanaf de weg Ieper-Boezinge wordt behouden, twee toegangen vanaf het fietspad langs het Kanaal Ieper-IJzer worden toegevoegd. Aan de parking langs de weg Ieper – Boezinge wordt een ankerbord aangebracht. Bij elk van de drie instappunten staat een sitebord met een plattegrond en overzicht van wat de hele site heeft te bieden.
    Rifleman Valentine Joe Strudwick stierf op 14 januari 1916 op 15-jarige leeftijd. Hij ligt begraven op Essex Farm Cemetery In Plot I Rij U Graf 8. Private Strudwick was verbonden aan 8st battalion Rifle Brigade, 41ste brigade, 14de Divisie (monument oorspronkelijk in Railway Wood nu Hill 60) Hij is geboren in Dorking, woonde in Croydon en schreef zich in in Lambeth (Surrey) Vermoedelijk is hij de jongste gesneuvelde met een gekend graf in de Westhoek. In de registers van de Menenpoort staan twaalf 15-jarigen vermeld waarvan bij een viertal deze leeftijd niet klopt.

    Bron:De Inventaris van het wereldoorlogerfgoed


    Categorie:Sites
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boezinge Gedenkplaat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Gedenkplaat Observatiepost Boezinge
    Tegen de voorgevel van de observatiepost hangt een rechthoekige gedenkplaat uit wit marmer met zwarte, uitgehouwen letters. 'Tot aandenken aan de zege behaald op het Duitse leger na zijn gasaanval in 1915 te Boezinge. Gedenkplaat onthuld op 27 mei 1967, ter herinnering aan de Duitse gasaanval van 22 april 1915 en de daaropvolgende gevechten. De gedenkplaat is bevestigd tegen de muur van een observatiepost, waarop bovenaan een Duitse 'Minenwerfer' geplaatst werd, in de volksmond ook wel 'Kleine Bertha' genoemd.

    Bron:De Inventaris van het Wereldoorlogerfgoed


    Categorie:Bunkers
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Boezinge Artillery Wood Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Artillery Wood Cemetery

    Ten zuiden/zuidwesten van de huidige begraafplaats lag een bosje dat door de Britten 'Artillery Wood' genoemd werd. Dit bos werd veroverd door de 'Guards Division', op de eerste dag van de Slag bij de Pilckem Ridge (31 juli 1917 – begin van de Derde Slag bij Ieper). Na de verovering werden de eerste doden begraven. Deze begraafplaats zou tot maart 1918 gebruikt worden. Toen lagen er 141 doden. Na de oorlog werd de begraafplaats uitgebreid met meer dan 1150 graven uit omliggende slagvelden en kleinere begraafplaatsen, o.m. uit 'Boezinge Chateau Grounds Cemetery' (waar 19 Britten – vooral van de 'Guards Division' – begraven lagen, die gestorven waren tussen juni en augustus 1917), 'Brissein House Cemetery, Bikschote' (een Franse begraafplaats met 22 Britse doden gestorven tussen december 1917 en maart 1918) en tenslotte 'Captain’s Farm Cemetery, Langemark' (waar 63 manschappen, vooral van de 'Guards Division' en de '29th Division' begraven lagen, die gestorven waren tussen juli 1917 en maart 1918). Op 'Artillery Wood Cemetery' liggen nu 1307 mensen begraven (of worden herdacht), waarvan er 506 niet geïdentificeerd konden worden. Het gaat om 783 geïdentificeerde en 476 niet-geïdentificeerde Britten, 5 niet-geïdentificeerde Australiërs, 17 geïdentificeerde en 23 niet-geïdentificeerde Canadezen, 1 geïdentificeerde en 1 niet-geïdentificeerde Nieuw-Zeelander en 1 niet-geïdentificeerde Zuid-Afrikaan. Achteraan op de begraafplaats staan 12 'special memorials', die mensen herdenken waarvan aangenomen wordt dat ze onder naamloze grafstenen liggen. De begraafplaats werd ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en G.H. Goldsmith (uitvoerend architect). Op Artillery Wood Cemetery liggen 2 bekende oorlogsdichters begraven, die allebei op 31 juli 1917 in de omgeving gestorven zijn. De Welshe oorlogsdichter Ellis Humphrey Evans, alias 'Hedd Wyn' (perk II, rij F, graf 11), behoorde tot het 15de bataljon van de 'Royal Welsh Fusiliers' en raakte dodelijk gewond nabij het kruispunt 'Iron Cross', nu Hagebos (Langemark). De Ierse oorlogsdichter Francis Edward Ledwidge (1ste bataljon 'Royal Inniskilling Fusiliers', begraven in perk II, rij B, graf 5) stierf toen hij getroffen werd door een granaat. Hij werd aanvankelijk begraven iets ten zuiden van 'Artillery Wood Cemetery' nabij de oude spoorwegbedding Ieper-Boezinge. Voor beide dichters werd een gedenkteken opgericht, op de plaats waar ze omgekomen zijn.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    01-10-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cape Griz-Nez en Cape Blanc-Nez - (Frankrijk)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Cape Griz-Nez en Cape Blanc-Nez

    Adolf Galland, een beroemde Duitse gevechtspiloot en legerleider in de Tweede Wereldoorlog, maakte een noodlanding op het strand van Cap Gris-Nez. Het was ook hier dat onder meer Adolf Hitler en Hermann Göring in 1940 over het kanaal richting Engeland keken nadat hun legers West-Europa hadden veroverd. Direct na de val van Frankrijk in augustus 1940 begon Organisation Todt met de bouw van drie bunkercomplexen op de kaap. Dit waren Batterij Todt met vier 380mm-kanonnen, Batterij Grosser Kurfurst met vier 280mm-kanonnen en tot slot Batterij Griz Nez, bij de meest westelijk punt van de kaap, met drie 170mm-stukken.De stukken van Batterij Todt konden alleen richting zee vuren, maar die van de twee andere batterijen konden ook naar doelen landinwaarts worden gericht.De batterijen werden verdedigd met mijnenvelden, prikkeldraadversperringen, bunkers, antitankgeschut en machinegeweren. Na een hevig luchtbombardent vielen in de ochtend van 29 september 1944 troepen van de Canadese 3e infanteriedivisie de batterijen aan. De Canadezen werden ondersteund door tanks van de Britse 79e pantserdivisie. De verdedigers van Batterij Todt gaven zich tegen het midden van de ochtend al over.Tijdens deze actie op de kaap werden zo’n 1600 Duitse krijgsgevangenen gemaakt. Aan Canadese zijde waren 42 slachtoffers te betreuren waarvan acht doden.


    Categorie:Bunkers
    03-09-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinant Citadel
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    De Citadel

    De citadel van Dinant is een citadel in de Belgische stad Dinant. De citadel is gebouwd op een rots, vlak bij het stadscentrum, 100 meter hoger dan het wateroppervlak van de Maas. In de citadel is sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog een historisch en wapenmuseum te bezichtigen. De toegang tot de citadel wordt onder meer verzekerd door een kabelbaantje. Het eerste bouwwerk op die locatie dateert van 1051, toen gebouwd in opdracht van prins-bisschop Dietwin van Luik. De stad en citadel werden in 1466 tijdens de Luikse Oorlogen verwoest door Karel de Stoute. Prins-bisschop van Luik Everhard van der Marck breidde in 1530 de citadel bij de herstelling grondig uit, onder meer met een slottoren en een ronde halve toren. Dit bood in de citadel plaats aan 500 soldaten. In 1675 bezetten de Fransen, onder aanvoerder en maarschalk van Frankrijk François de Créquy de stad en gebruiken de citadel als verdedigingsbasis. De citadel werd in 1703 opgeblazen bij de aftocht van de Franse troepen. Krachtens het verdrag van Utrecht van 1713 kwam de locatie terug toe aan de bisschop van Luik. Het laatste bouwwerk werd gebouwd van 1818 tot 1821, uit de periode van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Tot de Belgische Revolutie was de citadel de ligplaats van een Nederlands garnizoen. In de Eerste en Tweede Wereldoorlog was de citadel nog het voorwerp van gevechten. De bezoeker kan met eigen vervoer tot aan de citadel rijden, of kan vanuit de stad een trap uit 1577 met 408 treden beklimmen. Sinds 1956 kan men ook met een kabelbaan het hoogteverschil overwinnen. Deze kabelbaan werd in 1997 vernieuwd.
    De Militaire Begraafplaats bij de Citadel van Dinant telt 1177 oorlogsgraven:
    - 1105 Fransen soldaten uit de Eerste Wereldoorlog.
    - 47 Franse soldaten uit de Tweede Wereldoorlog.
    - 25 Soldaten van het Gemenebest uit de Tweede Wereldoorlog.


    Categorie:Monumenten
    02-09-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dikkebus New & Old Military Cemetary
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dikkebusch New & Old Military Cemetery

    Het dorp van Dikkebus telt nog 3 Britse militaire begraafplaatsen. “Dickebusch Old Military Cemetery” is gelegen langs de Neerplaats, ten ZO van de kerk, vlakbij het kerkhof. “Dickebusch New Military Cemetery” is gelegen langs de W-kant van de Kerkstraat, op de hoek van het kruispunt met de Oude Bellestraat”, iets ten Z van de kerk. Aan de andere kant van de Kerkstraat ligt “Dickebusch New Military Cemetery Extension”. De 'Old Military Cemetery' werd gestart als frontlijnbegraafplaats en werd door de troepen gebruikt in januari, februari en maart 1915. Het bevat de graven van 47 militairen uit de Eerste Wereldoorlog. 78 Franse militairen, die hier eveneens begraven lagen, werden na de oorlog verwijderd. In mei 1940, ten gevolge van de terugtrekking naar Duinkerken, werden er nog eens 10 Britten begraven. De Britse graven op 'Dickebusch Churchyard' zijn van het kerkhof verwijderd. In februari 1915 werd 'Dickebusch New Military Cemetery' gestart door gevechtseenheden en medische posten ('Field Ambulances'), toen 'Dickebusch Old Military Cemetery' bijna vol lag. De begraafplaats zou tot mei 1917 gebruikt worden. Nadien volgden nog enkele begravingen in maart en april 1918. Onder de 624 doden behoorden er 92 tot artillerie-eenheden. De 'Extension' werd gebruikt tussen mei 1917 en januari 1918. Van de 548 doden behoorden er maar liefst 260 tot artillerie-eenheden. 'Dickebusch New Military Cemetery' vormt in feite één geheel met de 'Extension': zo staat de 'Cross of Sacrifice' op de 'Extension', terwijl de 'Stone of Remembrance' op 'Dickebusch New Military Cemetery' geplaatst staat. Onder de begraven militairen: J.S.V. Fox (1st Wiltshires, 7th Brigade, 3rd Division) die op 20 april 1915 werd geëxecuteerd wegens desertie. Eveneens onder de hier begraven doden: dichter Lt. R.W. Sterling (1st Royal Scots Fusiliers), die gedood werd op 23 april 1915.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Diksmuide IJzertoren
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De IJzertoren

    Deze toren, oorspronkelijk ingewijd op 24 augustus 1930, staat aan de oever van de stroom de IJzer,nabij het stadscentrum van Diksmuide op het grondgebied van deelgemeente Kaaskerke.
    Op de toren staat aan de vier zijden van de monumentale voet te lezen Nooit meer oorlog, in de vier talen van de strijdende partijen van het westelijk front tijdens de Eerste Wereldoorlog Plus jamais de guerre, No more War, Nie wieder Krieg.De IJzertoren is in de eerste plaats een herdenkingsmonument voor de Vlaamse gesneuvelden van de Eerste Wereldoorlog, maar hij staat tegelijk ook symbool voor de aan de IJzer ontstane wil tot meer politieke verzelfstandiging van Vlaanderen.De jaarlijkse IJzerbedevaart aan de voet van de toren is een politieke manifestatie tegen oorlog en voor Vlaams zelfbestuur.Op de IJzertoren staan in kruisvorm de letters AVV VVK wat staat voor Alles Voor Vlaanderen, Vlaanderen Voor Kristus; weliswaar kwam het IJzertestament van in het begin op voor pluralisme.Enige jaren na de dynamitering (zie verder) van de oorspronkelijke toren op 15 maart 1946, werd op enige meters daarvandaan een nieuwe en veel hogere (84 meter) toren gebouwd. Met de resten van de opgeblazen toren werd op het voorterrein, in de IJzerbedevaartweide, in 1950 de Paxpoort of Poort van Vrede gebouwd.
    De ruine van de oude toren (destijds ongeveer 50 m hoog) wordt als blijvende getuigenis zorgvuldig bewaard. Hierbij bevindt zich een crypte, waarnaar tussen 1930 en 1937 de stoffelijke resten van enkele bekende Vlaamse frontsoldaten werden overgebracht. De ruïne werd, samen met de crypte, in 1997 volledig gerestaureerd.Aan de bouw van de toren werd gewerkt van 1952 tot 1965. Architect was Robert Van Averbeke. De toren telt 462 trappen, en werd gebouwd met onder andere 325.000 bakstenen 388 ton ijzer en 3000 m³ gewapend beton.De oprichting van de IJzertoren kwam er destijds dankzij een groot gezamenlijk volksgevoel, en werd gefinancierd met ingezamelde vrijwillige bijdragen van talloze individuele Vlamingen en verenigingen.


    Categorie:Monumenten
    01-09-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dottignies Oorlogsgraven van het Gemenebest
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Oorlogsgraven van het Gemenebest

    Op de begraafplaats ligt een perk met 24 Britse graven uit de Eerste Wereldoorlog. Zij behoorden allen tot de 14th Division en sneuvelden tijdens het geallieerde eindoffensief in oktober en november 1918. De graven worden onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission en zijn er geregistreerd als Dottignies Communal Cemetery.
    Onderscheidingen
    James Mitchell White Halley, majoor bij de Royal Engineers werd onderscheiden met het Military Cross (MC). kanonnier Herbert Crowther Wilkinson ontving het Croix de guerre.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dadizele Duitse Mitrailleurspost Geluwestraat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Duitse Mitrailleurspost

    Duitse mitrailleurspost, vermoedelijk in 1918 opgetrokken langs de 'Dadizeele Riegel'. In 1917 werd deze stelling nog met 'Artillerie-Schutz-Stellung' aangeduid. Deze artilleriestelling was aangelegd ten oosten van de 'Flandern II Stellung' (uit 1917) en bestond uit een loopgraaf, met ten westen ervan prikkeldraadversperringen. Na de Derde Slag bij Ieper werden de stellingen aangepast en werd het tracé van de vroegere 'Artillerie-Schutz-Stellung' ter hoogte van Dadizele voortaan aangeduid met 'Dadizeele Riegel'. Vanaf de Geluwestraat liep een aftakking van een smalspoorlijn tot aan onderhavige mitrailleurspost.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Bunkers
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dadizele Duitse Bunker Kortrijkstraat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Duitse bunker Dadizele

    Tweeledige Duitse bunker, wellicht in twee fasen opgericht. Vermoedelijk is het westelijke deel van de bunker het oudste deel. Deze bunker bevat een observatiepost aan noordelijke zijde. Op diverse militaire kaarten van het najaar van 1917 wordt op deze plaats een structuur aangegeven. Hier liep ook het tracé van de 'Moorslede Riegel', mogelijk was de bunker eerst in functie van deze stelling opgetrokken. De bunker houdt ongetwijfeld verband met het depot dat hier tijdens de oorlog werd aangelegd naast de spoorlijn Roeselare-Menen. Dit spoor werd ontdubbeld, tot een drietal sporen en parallel hiermee liepen smalsporen, voor de overslag van goederen. Ernaast werd een depot aangelegd. Volgens Britse militaire stafkaarten was dit een goederendepot.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Bunkers
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dadizele Duitse bunkers Oliekotstraat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Duitse bunkers munitiepark Westhoek
    Twee Duitse militaire posten, die tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn aangelegd in een nu verdwenen bosje, met 'Chivers Wood' aangeduid op Britse militaire stafkaarten, ten westen van de Oliekotstraat. Hier werd tijdens de oorlog een Duits munitiepark aangelegd, dat op Duitse stafkaarten met 'Westhoek' werd aangeduid. In dit munitiedepot werden verschillende constructies opgetrokken, waaronder onderhavige bunkers. Ten zuiden van dit munitiepark passeerde een smalspoorlijn. In januari 1918 werd aan de oostelijke rand van dit bosje geschut opgesteld.Halfondergrondse betonnen militaire post met rechthoekig grondplan, op twee uitspringende zijmuren aan noordelijke zijde na. Het beton is gegoten tegen een houten bekisting. Aan westelijke zijde heeft de bunker flinke beschadigingen opgelopen. Wellicht staken er aan noordelijke zijde oorspronkelijk twee toegangen. Centraal in de noordelijke muur steekt een grote rechthoekige opening. Opmerkelijk zijn de drie vrij grote, rechthoekige openingen in het dak aan zuidelijke zijde, die hoeksgewijs uitmonden in een rechthoekige opening tegen het plafond van de bunker. Wellicht bestond de constructie binnenin oorspronkelijk uit twee ruimtes, maar is de tussenmuur uitgebroken. In de betonnen binnenmuren zijn uitsparingen voorzien.

    Bron:De Inventaris van het Boukundig Erfgoed


    Categorie:Bunkers
    02-08-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eperlecques (Frankrijk)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Le Blockhaus d'Eperlecques.

    In maart 1943 gaf het Duitse leger het startschot voor de bouw van de 'Kraftwerk Nordwest', een montage- en lanceerbasis voor V2-raketten in Eperlecques, temidden de bossen.In oktober 1943 moest de bunker en de lanceerinstallatie afgewerkt zijn, met dank aan de duizenden Belgische, Nederlandse en Russische dwangarbeiders, maar de Britse RAF (Royal Air Forces) stak daar een stokje voor nadat ze op luchtfoto's de ongewone bedrijvigheid in de bossen opmerkten. In augustus wordt het gebouw voor de eerste keer bestookt door Britse gevechtsvliegtuigen. De noordelijke kant van de bunker, waar de onderdelen van de V2-raketten via ondergrondse sporen uit Saint-Omer en Calais zouden aangevoerd worden, raakte daarbij zwaar beschadigd. Het bombardement maakte meteen duidelijk dat het bouwsel door zijn kwetsbare ligging niet echt geschikt was om V2-raketten te monteren en te lanceren. Tussen augustus 1943 en augustus 1944 werd de bunker uiteindelijk 25 keer gebombardeerd.Van alle bombardementen zijn nog verschillende sporen te zien, ondermeer een krater met een doorsnede van 42 meter en een diepte van 18 meter.

    Vloeibare zuurstof.
    Daarom verhuisde de lanceerinstallatie even verderop naar La Coupole in Helfaut, waar overigens ook nooit een V2 de lucht inging. Aan het zuidelijke deel van de bunker, dat zo goed als ongehavend bleef, werd ondertussen verdergewerkt. Bedoeling was er de vloeibare zuurstof, brandstof voor de V2-raketten, te produceren en te vervoeren naar La Coupole en mobiele lanceerinstallaties van de V2's.Op de fundamenten van het zuidelijke gedeelte beslisten de Duitse ingenieurs een vijf meter dikke betonnen plaat met hydraulische liften omhoog te tillen, zodat de bouwwerken onder de beschermende plaat konden doorgaan zonder risico op raketinslagen.

    Op de vlucht.
    In januari 1944 was de bouw van het zuidelijke gedeelte afgerond: in enkele maanden tijd hadden de Duitsers er 20.000 ton beton doorgejaagd voor hun Blockhaus. Ze installeerden er drie compressoren om vloeibare zuurstof te produceren. Maar de werkzaamheden in de bunker waren geen lang leven beschoren: na een nieuw zwaar bombardement op 27 juni 1944 demonteerden de Duitsers alle installaties en vluchtten ze naar Duitsland: ze vreesden dat de compressoren zouden ontploffen door de bombardementen.

    De grootste bunker.
    Op 4 september 1944 slaagden Canadese troepen erin de controle over het gebouw over te nemen. Sinds 1973 heeft de grootste bunker van Noord-Frankrijk, het bouwwerk is 90 meter lang, 50 meter breed en 33 meter hoog, de deuren geopend voor bezoekers en in 1985 werd het gebouw uitgeroepen tot rijksmonument.


    Categorie:Bunkers
    01-08-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Esquelmes
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Esquelmes War Cemetery

    Esquelmes War Cemetery is een Britse militaire begraafplaats met gesneuvelden uit de Tweede Wereldoorlog gelegen in het Belgische dorp Esquelmes, een deelgemeente van Pecq. De begraafplaats ligt 1 km ten noorden van het dorpscentrum en 1,5 km ten zuiden van Pecq. Ze heeft een langwerpige vorm en is omgeven door een beukenhaag. Het Cross of Sacrifice staat aan de noordelijke zijde op de centrale as en aan de oostelijke zijde staat een achthoekig schuilhuisje waarin zich het registerboek bevindt. De begraafplaats wordt onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission.
    Er liggen 233 Britten begraven waaronder 32 die niet meer geïdentificeerd konden worden. Alle slachtoffers vielen in mei en juni 1940 toen de British Expeditionary Force (BEF) was betrokken in de latere fase van de verdediging van België na de Duitse inval. Er werden zware gevechten geleverd toen het Duitse leger de Schelde probeerde over te steken en de BEF deze lijn verdedigde om de terugtrekking van hun troepen naar Duinkerke te dekken.
    Geoffrey Lesslie Marett Worke, luitenant bij het The Queen's Royal Regiment (West Surrey) en Claude Edward Alban Lockyer Williams, onderluitenant bij de Royal Artillery werden onderscheiden met het Military Cross (MC).


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elverdinge Canada Farm Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Canada Farm Cemetery

    Canada Farm Cemetery werd gestart met de Mijnenslag (7 juni 1917) en zou gebruikt worden tot het einde van de Derde Slag bij Ieper. De meeste doden zijn afkomstig van het 'casualty clearing station' (veldhospitaal), dat vlakbij op een boerderij ('Canada Farm') geïnstalleerd was. Hier liggen vooral manschappen van de 'Royal Artillery' (438) en van de 'Guards Division' (144), die tijdens het begin van de Derde Slag bij Ieper dodelijk getroffen raakten en achteruit gebracht werden voor verzorging. Enkele graven werden na het offensief toegevoegd. Volgens het huidige register liggen er 898 Britten en 9 Canadezen begraven, die allen geïdentificeerd konden worden. De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en A.J.S. Hutton (uitvoerend architect). Op Canada Farm Cemetery ligt o.m. C.S. Tennant begraven, die in de kerk van Elverdinge herdacht wordt met een gedenkplaat in de vloer. Deze gedenkplaat, destijds in de jaren ’20 door zijn moeder aangebracht, werd maar recent herontdekt


    Categorie:Begraafplaats
    01-07-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fromelles - (Frankrijk)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Fromelles (19 juli 1916)

    In Fromelles (Nord) speelt zich een drama af dat in Australië bekend zal blijven staan als een van de grootste rampen voor de natie in de twintigste eeuw. Ondanks de enorme verliezen op de eerste dag van het offensief in de Somme beschouwt het Britse hoofdkwartier de situatie in de dagen daarop als hoopgevend. Ze verwachten een massale aftocht van de Duitsers. Alvorens het Duitse front te ontwrichten, wordt op 9 juli 1916 het besluit genomen de heuvelrug van Aubers aan te vallen – een herhaling van het Britse fiasco in mei 1915 voor Fromelles – en uit te komen op de achterhoede van de tegenstander. De aanvalszone van ongeveer vier kilometer breed ligt tegenover zeer sterke Duitse stellingen die de Britse linies overheersen, met name het ‘suikerbrood’: een betonnen bastion tot de nok toe gevuld met mitrailleurs. In het plan is een langzaam, methodisch, maar massaal bombardement opgenomen vlak voor de aanval van de infanterie. Op 16 juli, als de situatie bij de Somme al sterk gekelderd is, wordt de operatie Fromelles even in twijfel genomen. Het is de agressieve volharding van generaal Haking, hoofd van het 11e Britse legerkorps, die de doorslag geeft. Op het offensief bij Fromelles worden twee divisies ingezet: de 61e Britse en de 5e Australische, beiden net aangekomen in Frankrijk en zonder enige strijdervaring. Voor de Australiërs is het hun eerste actie op het westfront. Tegenover hen, een ervaren eenheid: de 6e Beierse Reservedivisie, die het jaar daarvoor de overwinning behaalde op Aubers. Het slecht uitgevoerde voorbereidende bombardement duurt elf uur. De infanterie begint de aanval op 19 juli 1916 om 6 uur en staat onmiddellijk bloot aan zwaar artillerie- en mitrailleurvuur in een zone waar het niemandsland meer dan 300 meter breed is. De vier aanvalsgolven worden één voor één gemaaid met een tussentijd van vijf minuten. Het lukt slechts een klein deel van de Australische soldaten om de eerste Duitse linie te bereiken. De soldaten bevinden zich onmiddellijk in een geïsoleerde positie en vallen ten prooi aan tegenaanvallen. Het niemandsland is bedekt met de lijken van Australische soldaten. Sommige ooggetuigen hebben het over een slachtbank in de openlucht. Ondanks het fiasco begint om 9 uur een tweede aanval. De Australiërs die de eerste aanval hebben overleefd en in een totaal geïsoleerde situatie in de Duitse loopgraven zitten, besluiten terug te keren naar hun eigen linies op 20 juli. Ze worden door de Duitsers in de rug geschoten. De Australiërs zijn in 24 uur 5.533 man kwijtgeraakt en de Britten 1.400, en zonder ook maar enig resultaat te boeken. Het aantal doden is uitzonderlijk hoog: van de 887 man van het 60e Australische Bataljon hebben slechts 107 het overleefd. Het schijnt dat Adolf Hitler, toen korporaal van het 16e Beierse Reserve-infanterieregiment, ook deelnam aan deze slag.


    Categorie:Sites
    03-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Houthulst Belgische & Italiaanse militaire begraafplaats
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Militaire verzamelbegraafplaats Houthulst

    Omstreeks 20 oktober 1914 kwamen Duitse troepen te Houthulst aan. Vanuit het bos beschoten ze op 22 november de stad Ieper. De Duitsers zouden het bos de hele duur van de oorlog bezet houden. Gedurende de stellingenoorlog werd het dan ook uitgebouwd met Duitse installaties en verdedigingswerken: in het kasteel werd een medische post ingericht, er werd een netwerk van spoorlijnen aangelegd en er werd een uitkijkpost geïnstalleerd. Bij het geallieerde Eindoffensief, op 28 en 29 september 1918, werd het bos bevrijd door Belgische regimenten, ondanks grote verliezen. Op een voormiddag tijd waren 3 Duitse linies ingenomen en was er 8km terreinwinst geboekt. Na de wapenstilstand was ongeveer 3/4 van het bos was vernield; de verwoestingen waren zo groot dat alle bomen geveld moesten worden. Tijdens de jaren 1920-1922 werd het bos van Houthulst ontmijnd en slechts voor een deel herbebost. In de gemeente Houthulst lagen ook diverse kleine Duitse en Belgische begraafplaatsen en veldgraven, die na de oorlog werden gegroepeerd. Vermoedelijk werd ongeveer de helft van de geïdentificeerde Belgische doden gerepatrieerd naar het kerkhof van hun geboortedorp. In 1923 kocht de Staat 3,94 ha landbouwgrond aan de bosrand aan en verzamelde er de niet-gerepatrieerde Belgische doden. Architecten Blondeau en Moreau van de Dienst Militaire Grafsteden in Brugge tekenden de plannen voor de aanleg van de begraafplaats. In 1924-1925 werd die ingericht, op de plaats waar de gevechten van het Eindoffensief plaatsvonden. De officiële Belgische grafsteen werd in 1920 ontworpen door de Brusselse architect Simons, in opdracht van het Ministerie van Landsverdediging. Het had tot 1924 geduurd eer de grafsteen officieel werd voorgesteld. De Belgische militaire begraafplaats van Houthulst telt vandaag 1722 Belgische graven en 1 gedenksteen voor 1230 geïdentificeerde en 493 ongeïdentificeerde doden. Er zijn opvallend veel doden van 28 en 29 september 1918 van Klerken, Houthulst, Westrozebeke, Passendale, Langemark, Poelkapelle, Zonnebeke, Moorslede. Er zijn slechts 19 doden van 1914, 2 van 1915, 3 van 1916 en 8 van 1917. De meeste militairen maken deel uit van de infanterie, maar er zijn er ook 69 van de artillerie. Er zijn 51 officieren. Op de begraafplaats staan ook 81 Italiaanse grafkruisen voor 74 geïdentificeerde en 7 ongeïdentificeerde doden. Er zijn verschillende eenheden vertegenwoordigd. De Italianen waren krijgsgevangenen die als werkkracht ingezet waren bij het Duitse leger. Ze werden als sjouwers ingezet in de havens van Roeselare en Izegem en aanvankelijk begraven op de Duitse militaire begraafplaats van Roeselare en op de gemeentelijke begraafplaats van Izegem. Later werden ze overgebracht naar een 'geallieerde' begraafplaats.

    Bron:De Inventaris van het Wereldoorlogserfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    02-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heestert Military Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Heestert Military Cemetery

    Heestert Military Cemetery is een Britse militaire begraafplaats met gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog, gelegen in het Belgische dorp Heestert (Zwevegem). De begraafplaats ligt tussen de Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaartkerk en het kerkhof en wordt onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission. Er liggen 184 doden begraven. Heestert was van bij het begin van de oorlog in Duitse handen. Het werd pas eind oktober 1918 door de Britten ingenomen. De begraafplaats werd rond februari 1919 door landbouwers uit de omgeving aangelegd. Zij brachten de Britse en Duitse slachtoffers vanuit het slagveld en hun boerderijen naar hier, om ze onder leiding van de burgemeester te begraven. In 1920 werd de begraafplaats gereorganiseerd waarbij de Duitse graven naar de zuidkant van het terrein werden verplaatst. Later dat jaar werden nog drie Britse graven vanuit het kerkhof van Moen naar hier overgeplaatst. Er liggen 184 slachtoffers begraven, waaronder 127 Britten (waarvan 26 niet konden geïdentificeerd worden) en 57 Duitsers (waarvan 39 niet geïdentificeerd konden worden). Voor 8 Britten werden Special Memorials opgericht omdat hun graven niet meer gevonden werden.

    Arthur Keith Harding, kapitein bij het Queen's Own (Royal West Kent Regiment) en Thistle Robinson, luitenant bij de Royal Fusiliers werden onderscheiden met het Military Cross (MC). De korporaals J.G. Young en Harry Shortman Peter Burridge en de soldaten F. Byrne, T. Grindle, F.J. Boulton, T.W. Gelder, Harry Richard Foulger en Abraham Barker ontvingen de Military Medal (MM).


    Categorie:Begraafplaats
    01-05-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hazebrouck V1 Lanceringfaciliteit - Frankrijk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    V1 Lanceringfaciliteit
     
    Tussen de dorpen Hazebrouck en Cassel in het bos genaamd Bois des 8 Rue kunt u deze zeer speciale lanceringfaciliteit voor V1 raketten vinden. De V1 is de dodelijke voorloper van de V2-raket, die in Peenem�nde ontwikkeld is. Het onbemande tuig heeft aanvankelijk een bereik van 240 kilometer en kan een lading van 830 kilogram vervoeren.
    Bij de lancering werd de V1-raket op een wagentje geplaatst. Vanuit deze bijna nog intacte lanceerbaan werd het wagentje, met daarop de raket, vanop een geleidersrail tussen de 2 muren aan hoge snelheid in de lucht geschoten met behulp van stoom onder hoge druk. Deze plaats is gebouwd in 1943 en door de jaren heen keurig bewaard gebleven.
    Er is een route rondom de bunkers met informatiepanelen. Deze plaats werd gebruikt voor de lancering van V1 raketten. Er waren honderden lanceringsplaatsen over het noorden van Frankrijk, welke meestal gebouwd werden in of dichtbij het bos waardoor ze werden voorzien van een natuurlijke camouflage. Alle lanceringsplaatsen werden direct op Londen gericht. Er was ook een spoorwegverbinding in de buurt om de raketten te leveren die uit lanceringsplaatsen in Duitsland kwamen, waar zij waar meestal gemaakt werden door mensen met gedwongen arbeid in kampen met zeer slechte omstandigheden.


    Categorie:Bunkers
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Halluin Duits Kerkhof - Frankrijk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Halluin Duits Kerkhof

    Het is een van de vier Duitse begraafplaatsen van de vallei van de Leie (Quesnoy, Wervicq Sud, Bousbecque), uit de Eerste Wereldoorlog. 1.397 lichamen zijn begraven in Halluin. De meerderheid van de soldaten stierven tussen juli 1917 en 1918, merendeel zijn de slachtoffers van Britse luchtaanvallen.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Halluin Stedelijke Begraafplaats - Frankrijk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Le cimetiére d'Halluin

    Centraal op de begraafplaats staat een monumentaal gedenkteken voor de soldaten uit Halewijn die sneuvelden voor hun vaderland. Het monument werd ingehuldigd op 13 oktober 1895. Het draagt opschriften ter herinnering aan de gesneuvelden uit de oorlogen ten tijde van het Tweede Keizerrijk,de Krimoorlog,de Franse-Duitse Oorlog uit 1870,de wereldoorlogen en de Indochinese Oorlog. Na de Eerste Wereldoorlog werden ook enkele lichamen van gerepatrieerde gesneuvelden aan de voet van het moment begraven. Er liggen nu zo'n 80 gesneuvelden uit beide wereldoorlogen begraven.

    Engelse oorlogsgraven

    Op de begraafplaats bevindt zich een perk met een gesneuvelde Britse soldaten. Het wordt onderhouden door de CWGC en staat in de CWGC-registers als Halluin Communal Cemetery. Het perk telt 43 graven, waarvan er 35 van gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog en 9 uit de Tweede Wereldoorlog. Een van de gesneuvelden uit de Tweede Wereldoorlog kon niet ge�dentificeerd worden. Twee monumentjes herdenken twee graven die tijdens de Eerste Wereldoorlog vernield raakten. Het Britse perk ligt aan de rand van de gemeentelijke begraafplaats. Het kijkt via een hek uit op een Duitse militaire begraafplaats die aan de gemeentelijke begraafplaats grenst.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Harelbeke New British Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Harelbeke New British Cemetery

    Harelbeke werd in de nacht van 19 op 20 oktober 1918 bevrijd door de '9th (Scottish) Division'. Harlebeke New British Cemetery is een verzamelbegraafplaats van na de Wapenstilstand, die ontstaan is door de concentratie van graven uit de omliggende slagvelden van het Geallieerde Bevrijdingsoffensief (1918) en door de concentratie in 1924-1925 van graven die op Duitse of gemeentelijke begraafplaatsen begraven lagen. In het totaal gaat het om meer dan 40 begraafplaatsen. De graven van het Bevrijdingsoffensief kwamen terecht in de perken I tot X. De graven van de latere concentraties kwamen terecht op de perken I en II en op de perken XI tot XIX. Hiertoe behoren vele doden die in oktober 1914 omgekomen zijn. In mei 1950 werden de 33 graven die naast de kerk van Harelbeke begraven lagen, naar de 'New British Cemetery' overgebracht. Er liggen eveneens 10 doden uit het Verenigd Koninkrijk, die in mei 1940 omgekomen zijn tijdens de terugtrekking naar Duinkerke. Er liggen nu, volgens het meest recente register, 895 geïdentificeerde en 179 ongeïdentificeerde doden uit het Verenigd Koninkrijk begraven, naast zeven Australiërs (waarvan één ongeïdentificeerd), 29 Canadezen (waarvan één ongeïdentificeerd), twee doden uit India en vier doden uit Zuid-Afrika. Samen met de tien Britse doden uit de Tweede Wereldoorlog maakt dit een totaal van 1.126 doden, die hier begraven zijn of herdacht worden. Eén dode uit het Verenigd Koninkrijk, waarvan aangenomen wordt dat hij zich onder de niet-geïdentificeerde doden bevindt, wordt herdacht met een zgn. 'special memorial'. 19 andere doden, wiens graf verloren ging op hun oorspronkelijke begraafplaatsen, worden eveneens herdacht met een 'special memorial' en met twee 'duhallow blocks'. Ze lagen oorspronkelijk begraven op de gemeentelijke begraafplaatsen van Geluwe en Neuville, op de Duitse begraafplaatsen van 'Granate Farm' (Zillebeke), Hollesbosch (Beselare), Klephoek (Dadizele) en bij de kerk van Moorslede, resp. op de Duitse begraafplaatsen van Geluwe, Koelenberg (Geluwe) en Kasteelhoek (Hollebeke). Hier ligt onder meer William Thomas Leggett begraven, die behoorde tot het '1st Life Guards'. Hij was naar verluidt de eerste Australiër die sneuvelde in de strijd om Ieper, op 14 oktober 1914, enkele dagen vóór het losbreken van de eigenlijke Eerste Slag bij Ieper. Hij werd aanvankelijk in Geluwe begraven en werd na de oorlog naar Harlebeke New British Cemetery overgebracht. In Geluwe herinneren een gedenksteen en een kunstwerk aan hem.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hooglede Duitse militaire begraafplaats
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Deutscher Soldatenfriedhof Hooglede

    Vanaf oktober 1914 bezetten Duitse troepen de gemeente Hooglede. Heel wat diensten en voorzieningen werden er ingericht, waaronder ook een aantal begraafplaatsen. Na de oorlog werden Duitse graven uit de omgeving samengebracht. Nu rusten hier ongeveer 8200 Duitse soldaten. Achteraan de begraafplaats vind je de 'Ehrenhalle', gedecoreerd met een groot kleurrijk mozaïek. Ook de Duitse ... Vanaf oktober 1914 bezetten Duitse troepen de gemeente Hooglede. Heel wat diensten en voorzieningen werden er ingericht, waaronder ook een aantal begraafplaatsen. Na de oorlog werden Duitse graven uit de omgeving samengebracht. Nu rusten hier ongeveer 8200 Duitse soldaten. Achteraan de begraafplaats vind je de 'Ehrenhalle', gedecoreerd met een groot kleurrijk mozaïek. Ook de Duitse begraafplaats in Hooglede ondergaat een aantal aanpassingen naar aanloop van 2014-2018. In een nieuw onthaalpaviljoen zal je meer uitleg kunnen vinden over de begraafplaats.



    Categorie:Begraafplaats
    01-04-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Duhallow A.D.S. Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Duhallow A.D.S. Cemetery 

    Duhallow A.D.S. Cemetery is een Britse militaire begraafplaats met gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog, gelegen in de Belgische stad Ieper. De begraafplaats ligt ten noorden van de stadskern en ligt net als Essex Farm Cemetery, dat een halve kilometer verder noordwaarts ligt, tussen de Diksmuidseweg en het kanaal Ieper-IJzer. Ze werd ontworpen door Reginald Blomfield en wordt onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission. Het terrein heeft een rechthoekig grondplan met een oppervlakte van ongeveer 5.060 m² en wordt grotendeels omgeven door een haag. Centraal vooraan staat het Cross of Sacrifice en achteraan de Stone of Remembrance. Er worden 1.602 doden herdacht, waarvan 234 niet geïdentificeerd konden worden. Ten noorden van Ieper bevond zich tijdens de oorlog het "Duhallow Advanced Dressing Station" (A.D.S.), een medische post, waar gewonden de eerste zorgen kregen. 
    Overledenen werden ook daar begraven. De begraafplaats werd aangelegd vanaf juli 1917, tijdens de Slag om Pilckem Ridge bij het begin van de Derde Slag om Ieper. Na de oorlog werd de begraafplaats uitgebreid met 633 doden uit de omliggende slagvelden en uit de begraafplaatsen Malakoff Farm Cemetery in Brielen en Fusilier Wood Cemetery in Hollebeke. 
    Uit deze twee begraafplaatsen worden hier 39 doden herdacht wiens graven vernield werden door artillerievuur. Hun grafstenen staan gegroepeerd rond twee Duhallow Blocks. Deze gedenkstenen zouden voor het eerst op deze begraafplaats gebruikt zijn en daar hun naam aan danken. Later werden ook op andere Britse begraafplaatsen Duhallow Blocks geplaatst. Er liggen 1.602 doden waaronder 1.470 Britten (waarvan er 218 niet geïdentificeerd konden worden), 26 Australiërs (waarvan 13 niet geïdentificeerde), 38 Canadezen, 1 Indiër, 6 Nieuw-Zeelanders, 3 Zuid-Afrikanen, 1 Belg, 2 Fransen en 54 Duitsers (waaronder 3 niet geïdentificeerde). Later werd er nog één Britse gesneuvelde uit de Tweede Wereldoorlog bijgezet.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Brandhoek New Military Cemetery No 3
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Brandhoek New Military Cemetery No 3
     
    Het gehucht Brandhoek lag tijdens de oorlog grotendeels buiten het bereik van de vijandelijke artillerie. Vandaar dat er hier kampementen, opslagplaatsen en medische posten ('field ambulances') werden ingericht. De begraafplaats Brandhoek Military Cemetery is gestart in mei 1915 naast een medische post. De begravingen werden hier stopgezet in juli 1917, wegens plaatsgebrek. Toen werd Brandhoek New Military Cemetery geopend, te meer de voorbereidingen van de Derde Slag bij Ieper gestart waren en er verschillende medische posten extra in de omgeving werden ingericht (de 3de Australische, de 32ste en de 44ste 'casualty clearing stations'). Brandhoek New Military Cemetery zou gebruikt worden in juli en augustus 1917. Brandhoek New Military Cemetery No 3 zou gestart worden in augustus 1917 aan de overkant van de New Military Cemetery, nadat deze laatste vol lag. �No. 3� zou tot mei 1918 gebruikt worden. Bijna een kwart van de doden behoorde tot een artillerie-eenheid. E�n dode behoorde tot het 'Chinese Labour Corps'. Vier Franse graven werden later verwijderd. Het toegangshekken van deze begraafplaats werden geschonken door G.H. Strutt, ter herinnering aan zijn zoon Lt. A.H. Strutt (�16th (Chatsworth Rifles) Sherwood Foresters�), die stierf op 27 april 1918 en hier begraven werd. Volgens het huidige register liggen er 975 militairen begraven, waaronder 852 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waaronder 2 onge�dentificeerde doden), 46 Australi�rs, 54 Canadezen, 18 Nieuw-Zeelanders en 5 Zuid-Afrikanen.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Brandhoek New Military Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Brandhoek New Military Cemetery

    Langwerpige, bijna rechthoekige begraafplaats, met effen terrein en een oppervlakte van ca. 1250m², ontworpen door Sir Reginald Blomfield met medewerking van N.A. Rew. De begraafplaats wordt omgeven door een natuurstenen muur. De voormuur is geleed en vertoont op de hoeken en opzij van de centrale ingang een concave buiging. Het toegangsgebouw, met sterk geometrische opbouw, heeft een lage koepel en is volledig in witte natuursteen opgetrokken. Het wordt afgesloten met een smeedijzeren hekken. In dit gebouw bevinden zich de drietalige landplaat en het registerkastje. De metalen CGWC-infoplaat ligt nabij de 'Cross of Sacrifice' (type A1) dat vrij centraal staat op de middenas. De 'Stone of Remembrance' staat centraal achteraan op de begraafplaats. De 558 graven liggen verdeeld over 6 perken en konden allen geïdentificeerd worden. Volgens het huidige register gaat het om 512 doden uit het Verenigd Koninkrijk, 11 Australiërs, 6 Canadezen, 1 Indiër en 28 Duitsers.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Brandhoek Military Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Brandhoek Military Cemetery
     
    Gelegen langs de Grote Branderstraat, vlakbij het kruispunt met de N38 en dus vlak tegen de ringbaan gelegen, op circa 2km ten westen van de kerk van Vlamertinge. Iets meer ten westen liggen Brandhoek New Military Cemetery en Brandhoek New Military Cemetery No. 3. De omgeving is vlak en bebouwd. Het gehucht Brandhoek lag tijdens de oorlog grotendeels buiten het bereik van de vijandelijke artillerie. Vandaar dat er hier kampementen, opslagplaatsen en medische posten ('field ambulances') werden ingericht. De begraafplaats Brandhoek Military Cemetery is gestart in mei 1915 naast een medische post. De begravingen werden hier stopgezet in juli 1917, wegens plaatsgebrek. Toen werd Brandhoek New Military Cemetery geopend, te meer de voorbereidingen van de Derde Slag bij Ieper gestart waren en er verschillende veldhospitalen in de omgeving werden ingericht (de 3de Australische, de 32ste en de 44ste casualty clearing stations. Brandhoek New Military Cemetery zou gebruikt worden in juli en augustus 1917. Brandhoek New Military Cemetery No. 3 zou gestart worden in augustus 1917 aan de overkant van de New Military Cemetery, nadat deze vol lag. No. 3 zou tot mei 1918 gebruikt worden. Volgens het huidige register liggen er nu 602 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan er 4 niet geindentificeerd konden worden), 4 Australiers, 63 Canadezen en 2 Duitsers (waarvan 1 niet geidentificeerd kon worden). Dit maakt een totaal van 671 graven. De begraafplaats werd ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en N.A. Rew (uitvoerend architect). Bij de aanleg van de N38 (jaren 1980) werd het Cross of Sacrifice van de noordoostelijke hoek verplaatst naar de zuidoostelijke hoek van de begraafplaats. Ook enkele graven werden toen verplaatst.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Canada Farm Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Canada Farm Cemetery

    Canada Farm Cemetery werd gestart met de Mijnenslag (7 juni 1917) en zou gebruikt worden tot het einde van de Derde Slag bij Ieper. De meeste doden zijn afkomstig van het 'casualty clearing station' (veldhospitaal), dat vlakbij op een boerderij ('Canada Farm') geïnstalleerd was. Hier liggen vooral manschappen van de 'Royal Artillery' (438) en van de 'Guards Division' (144), die tijdens het begin van de Derde Slag bij Ieper dodelijk getroffen raakten en achteruit gebracht werden voor verzorging. Enkele graven werden na het offensief toegevoegd. Volgens het huidige register liggen er 898 Britten en 9 Canadezen begraven, die allen geïdentificeerd konden worden. De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en A.J.S. Hutton (uitvoerend architect). Op Canada Farm Cemetery ligt o.m. C.S. Tennant begraven, die in de kerk van Elverdinge herdacht wordt met een gedenkplaat in de vloer. Deze gedenkplaat, destijds in de jaren ’20 door zijn moeder aangebracht, werd maar recent herontdekt Canada Farm Cemetery is een nagenoeg trapeziumvormige begraafplaats met achteraan afgeronde hoeken, met een oppervlakte van circa 3400m². Ze wordt omheind door een bakstenen muur, afgedekt met witte natuursteen. Het smeedijzeren toegangshek wordt geflankeerd door 2 pijlers uit witte natuursteen. Bij de toegang zijn onder meer het registerkastje en de metalen informatieplaat terug te vinden. In het 'Cross of Sacrifice' (type A) centraal vooraan op de begraafplaats (aan de zuidwestelijke kant) staat het opschrift: 'Canada Farm British Cemetery 1917-1918'. Op de muur onder het kruis, aan de kant van de begraafplaats, is de drietalige landplaat verwerkt. De 'Stone of Remembrance' staat centraal achteraan op de begraafplaats, op een verhoog met witte treden. In de hoger opgetrokken bakstenen achtermuur is een dienstgebouw ingewerkt. Behalve bloemperken en struiken wordt de begraafplaats getooid met esdoorns, het symbool voor Canada.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper en de Menenpoort
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De Menenpoort

    De Britse regering had na de oorlog geijverd voor het behoud van (een deel van) de ruïnes van de stad Ieper, als symbool van de volharding in de Britse verdediging van een wel verwoeste, maar nooit door de vijand ingenomen stad. In Ieper zou eveneens een groots monument voor de Britse natie komen, een idee die alleen maar aan kracht won toen bleek dat de wens tot behoud van de ruïnes niet door de Belgische bevolking gekoesterd werd. Het gedenkteken werd aanvankelijk als een triomfboog opgevat en zou komen op de plaats van de oude oostelijke stadspoort. Ondertussen was in 1921 beslist dat de 'Imperial War Graves Commission' (de voorloper van de 'Commonwealth War Graves Commission') in de verschillende frontzones gedenktekens voor de vermisten zou oprichten. In Ieper werd uiteindelijk het plan voor een 'memorial to the missing' gekoppeld met een nationaal Brits monument, de Menenpoort. Vandaar het duale karakter van het gedenkteken, waarbij de buitenzijde van de poort als een triomfboog opgevat kan worden. De dichter Siegfried Sassoon woonde de onthulling van de Menenpoort bij en begon een dag later aan zijn gedicht 'On Passing the New Menin Gate', waarin hij het gedenkteken vanwege de ongepaste praal hekelde: hij vond het pompeus, 'een stapel stenen, zelfvoldaan van vrede' en een 'misdadige graftombe'. De binnenzijde van het gedenkteken, met de namen van maar liefst 55.000 vermisten, roept anderzijds een indrukwekkende ingetogenheid op. Het gaat om de namen van Britse militairen, die voor 16 augustus 1917 vermist raakten. De namen van de andere vermisten zijn aangebracht op de gedenkmuur op 'Tyne Cot Cemetery' (Passendale). Voor de Nieuw-Zeelanders en Newfoundlanders werden afzonderlijke gedenktekens opgericht (het gedenkteken op 'Buttes New British Cemetery' en op 'Messines Ridge British Cemetery' en deels op het gedenkteken van 'Tyne Cot Cemetery'). Voor de vermisten ten Z van de Ieperboog werd in 1929 het 'Ploegsteert Memorial' opgericht. De Menenpoort lijkt steeds meer te evolueren naar hét algemeen symbool van de Eerste Wereldoorlog. De Menenpoort werd ontworpen door Sir Reginald Blomfield en werd officieel ingehuldigd op 24 juli 1927 door maarschalk Lord Plumer in aanwezigheid van koning Albert. Toen werd o.m. de 'Last Post' gespeeld, een sonnerie ter ere van de gesneuvelde Britse soldaat, die sinds 1 mei 1929 dagelijks herhaald wordt, met een onderbreking onder de Duitse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op de Menenpoort staan de namen van o.m. volgende dichters, wiens graf naderhand niet meer teruggevonden kon worden: John Collinson Hobson, gestorven op 31 juli 1917, auteur van 'As I came up from Wipers'; Walter S.S. Lyon, gestorven op 8 mei 1915 nabij Sanctuary Wood, auteur van de bundel 'Easter at Ypres & other poems' (1915); The Hon. Colwyn Erasmus Phillips, gestorven op 13 mei 1915 nabij Railway Wood, auteur van het gedicht 'There is a healing magic in the night' en meerdere andere brieven; Gerald George Samuel, gestorven op 7 juni 1917 in de omgeving van 'White Chateau' (Hollebeke), auteur van de gedichtenbundel 'Poems'

    Bron:De Inventaris van het Wereldoorlogerfgoed


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Aeroplane Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Aeroplane Cemetery

    De plaats van de huidige begraafplaats lag tot aan de Derde Slag om Ieper in niemandsland. Op 31 juli 1917 veroverde de '15th (Scottish) Division', met de '55th (West Lancashire) Division' op hun linkerflank de gehuchten Verlorenhoek en Frezenberg. De begraafplaats werd de volgende maand gestart door de '15th Division' en '16th (Irish) Division', onder de naam 'New Cemetery, Frezenberg'. Enkele weken later stortte echter een Brits vliegtuig neer nabij de huidige 'Cross of Sacrifice', waardoor de begraafplaats zijn huidige naam verwierf. De begraafplaats werd gebruikt door gevechtseenheden tot maart 1918 (Duits Lente-Offensief) en opnieuw in september 1918. Na de wapenstilstand werden perken II tot VIII, evenals een deel van perk I, toegevoegd met ca. 960 graven uit de omliggende slagvelden en kleinere begraafplaatsen. Op 26 juli 1915 werden bij het kamp 'Dickebusch Huts' 4 soldaten geëxecuteerd, nl. Ernest Fellows, Alfred Thompson, John Robinson en Bert Hartells, allen behorend tot het 3de bataljon van het 'Worcestershire Regiment'. Dit was de enige viervoudige executie in het Britse leger. Ze werden aanvankelijk begraven bij een klein bosje rechts van de Melkerijstraat (nabij de Dickebusch Huts), waar nog andere geëxecuteerden begraven werden. De graven zouden er naar verluidt goed onderhouden geweest zijn, mogelijks een teken dat de kameraden van de geëxecuteerden er een bijzondere aandacht voor hadden. Na de oorlog werd deze groep graven overgebracht naar Perth Cemetery (Fellows) en Aeroplane Cemetery (Thompson, Robinson, Hartells). De twee belangrijkste begraafplaatsen die ontruimd werden en waarvan de stoffelijke overschotten naar hier werden overgebracht zijn : * BEDFORD HOUSE CEMETERY (ENCLOSURE No. 5) te Zillebeke. Dit deel lag apart van de andere 'enclosures' die nu Bedford House Cemetery vormen. Het bevatte 14 manschappen van de '1st Duke of Cornwall's Light Infantry' en 6 van de '1st Devons' die stierven in april 1915. * LOCK 8 CEMETERY te Voormezele. Deze begraafplaats lag in een veld op ca. 200m ten N van sluis 8 van het kanaal Ieper-Komen. Het bevatte de graven van 19 militairen uit het Verenigd Koninkrijk, 2 Australiërs en 2 Duitse krijgsgevangenen die stierven tussen juli en september 1917

    Bron:De Inventaris van het Wereldoorlogerfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Potijze Burial Ground Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Potijze Burial Ground Cemetery

    Op het gehucht Potyze, dat nagenoeg de ganse oorlog in Brits gebied lag, lag een kasteel dat bij de Britten bekend stond als 'White Château'. In het kasteel was een 'Advanced Dressing Station' (medische post) ondergebracht. Tijdens de Tweede Slag om Ieper (voorjaar 1915) waren er eveneens hoofdkwartieren van de 27ste divisie gevestigd. In de zomer van 1918 lag het kasteel op de frontlijn. Ten gevolge van de gevechten en zware beschietingen bleef er maar weinig van over. Rondom het kasteel werden verschillende begraafplaatsen aangelegd. Edmund Blunden schreef o.m. over de toestand van dit kasteel en de omgeving, januari 1917, in 'Undertones of War'. 'Potijze Burial Ground' werd gebruikt tussen april 1915 en oktober 1918. Er liggen o.m. 102 doden van de '2nd Durham Light Infantry' en de '14th Durham Light Infantry', 62 doden van de 'Guards Division', 46 doden van de '2nd Hampshire Regiment' (die in augustus 1916 vele slachtoffers kenden ten gevolge van een gasaanval) en 43 doden van de '1st West Yorkshire Regiment'.

    Bron:De Inventaris van het Wereldoorlogerfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Menin Road South Military Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Menin Road South Military Cemetery

    De Meenseweg was een belangrijke weg, waarlangs de troepen naar het front trokken. Er gebeurden op de begraafplaats voor het eerst bijzettingen in januari 1916, door de '8th South Staffords' en de '9th East Surreys'. De begraafplaats werd tot de zomer van 1918 gebruikt door gevechtseenheden en medische posten ('Field Ambulances'). Na de wapenstilstand werden 203 graven toegevoegd van 'Menin Road North Military Cemetery' en uit de omliggende slagvelden. Houten kruisen ter herinnering aan de 'Royal Canadian Regiment' en de 'Royal Highlanders of Canada' en hun aandeel bij de gevechten bij Mount Sorrel (juni 1916) zijn verdwenen. 'Menin Road North Military Cemetery' lag bijna vlak tegenover deze begraafplaats en werd door eenheden en medische posten gebruikt vooral tussen mei 1915 en augustus 1916. In 1917 en 1918 volgden nog enkele bijzettingen. Deze begraafplaats bevatte de graven van 130 doden uit het Verenigd Koninkrijk, 3 Canadezen en 3 uit Newfoundland.

    Bron:De Inventaris van het Wereldoorlogerfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Town Cemetery Extension
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Town Cemetery Extension

    Deze begraafplaats werd begonnen enkele dagen na een eerste bijzetting op de stedelijke begraafplaats. Ze is enkel door een muurtje en een haag van de stedelijke begraafplaats gescheiden. Ze bleef in gebruik tot april 1915 en nog voor twee bijzettingen in 1918. Deze oorspronkelijke begraven bevinden zich gedeeltelijk in Plot I, in Plot II rijen A tot E en Plot III gedeeltelijk rij A. De rest van de Extension werd na de oorlog aangelegd door de concentratie van verspreide graven en kleine begraafplaatsen onmiddellijk ten oosten en noordoosten van Ieper. Er worden nu 598 Commonwealthdoden uit de eerste wereldoorlog en 43 uit de tweede wereldoorlog herdacht. Er liggen ook nog 2 doden van een andere nationaliteit. Meer dan 100 zijn niet-geïdentificeerd. 'Special memorials' dragen de namen van 16 militairen uit het Verenigd Koninkrijk "Known/Believed to be buried in this cemetery". De begraafplaats heeft een oppervlakte van 2725 m² en is door een boordsteen omgeven.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Franse militaire begraafplaats St. Charles de Potyze
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Franse militaire begraafplaats St. Charles de Potyze

    Deze begraafplaats is één van de twee Franse militaire begraafplaatsen in de Westhoek. Meteen is het ook de grootste Franse militaire begraafplaats van Vlaanderen. De begraafplaats werd pas na de eerste wereldoorlog ingehuldigd. De meeste bijgezette oorlogsslachtoffers stierven tijdens de belangrijke Franse aanwezigheid tussen oktober 1914 en april 1915. Ze werd ingehuldigd op 20 oktober 1922. Vermoedelijk liggen hier 4171 Franse militaire begraven : -3547 doden in individuele, dubbele en collectieve graven -609 doden in een 'Ossuaire' -15 recente graven met stoffelijke overschotten die door de 'diggers' gevonden werden tijdens hun werk op de Ieperse industriezone langsheen het kanaal Ieper-IJzer.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Gedenkzuil voor de 50th Northumbrian Division
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Gedenkzuil voor de 50th Northumbrian Division

    De '50th Northumbrian Division', een territoriale eenheid uit Noord-Engeland met inwoners van onder meer Newcastle, Alnwick en Hexham, arriveerde op het Europese vasteland in april 1915. Binnen de 7 dagen was de eenheid aan het vechten tijdens de Tweede Slag bij Ieper. Hier, op het gehucht 'Wieltje', werd de divisie voor het eerst ingezet. Tijdens gevechten tussen 26 april en 4 mei 1915 zou de divisie naar verluidt 472 doden, 1996 gewonden en 1278 vermisten onder de officieren en manschappen tellen. Het gedenkteken werd op 1 september 1929 onthuld door veldmaarschalk Plumer. Voor het ontwerp van het gedenkteken werd een wedstrijd uitgeschreven. Winnaar werd Captain R. Mauchlen, M.C. (dit wil zeggen winnaar van het Military Cross), behorende tot het 9de bataljon 'Durham Light Infantry' (een eenheid dat behoorde tot de '50th Northumbrian Division'). De stevige monumentale obelisk moest in al haar eenvoud niet alleen een baken vormen in het vlakke, Vlaamse landschap, het diende eveneens te verwijzen naar het graafschap in Noord-Engeland, waar de divisie gerekruteerd werd. De dubbele 'T' in het embleem van de divisie verwijst naar de rivieren Tyne en Tees. Boven het omgekeerde zwaard is het ‘Paard van Northumbria’ aangebracht in een medaillon. Op de sokkel: op de voorkant bovenaan 'To the enduring memory of all ranks of the 50th Northumbrian division who fell in the great war 1914-1918 and in memory of their comrades of the same division who gave their lives in the war of 1939-1945 for the liberation of France, Belgium and Holland', onderaan 'Pro Patria'; op de linkerkant bovenaan 'The Ayrshire yeomanry', 'the Yorkshire hussars', '1st 2nd 3rd 4th Northumbrian brigade R.F.A.', 'Northumbrian ammunition column', 'Northumbrian divisional engineers R.E.', '50th divisional train R.A.S.C.', '1st 2nd 3rd Northumbrian field ambulance R.A.M.C.', 'Northumbrian division C.C.S.', 'Northumbrian Vet. section R.A.V.C.', 'R.A.O.C.'; op de rechterkant: '149th Infantry Brigade', '4th 5th 6th 7th Northumbrian Fusiliers', '5th Border Regiment'; '150th Infantry Brigade', '4th East Yorks', '4th 5th Yorkshire Regiment (Green Howards)', '5th Durham Light Infantry'; '151st Infantry Brigade', '6th 7th 8th 9th Durham Light Infantry', '5th Loyal North Lancs. Regiment'.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Oxford Road Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Oxford Road Cemetery

    Gelegen langs Wieltje, naast huisnummer 10, op circa 1km ten noordoosten van de kerk van Sint-Jan. Op circa 100 meter ten noordoosten van de begraafplaats staat het monument voor de '50th (Northumbrian) Division'. De omgeving is licht heuvelachtig en bestaat deels uit bebouwing, deels uit weiland. Oxford Road Cemetery is genoemd naar een weg die ten zuidwesten van het gehucht Wieltje liep richting Potyze. Perk I bevat de oorspronkelijke begraafplaats. Het werd gebruikt door gevechtseenheden tussen augustus 1917 en juni 1918, nadat het front meer oostwaarts opgeschoven was. Begin oktober 1917 was een tweede begraafplaats gestart, 'Oxford Road Cemetery No. 2' genoemd (het huidige perk V). Hier zou de laatste dode begraven worden in april 1918. Na de wapenstilstand werden perken II, III en IV toegevoegd door de concentratie van graven verspreid over de omliggende slagvelden ten oosten en zuidoosten van Ieper. Een houten kruis van de '18th Hussars', met de namen van 28 manschappen die op 13 mei 1915 omkwamen tijdens de Slag bij de Frezenberg, is nu verdwenen. De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en N.A. Rew (uitvoerend architect). Op de 5 perken samen liggen volgens het huidige register 853 mensen begraven, waarvan er 297 niet geïdentificeerd konden worden. Het zou gaan om 657 doden uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan er 254 niet geïdentificeerd konden worden), 74 Australiërs (waarvan 40 niet geïdentificeerd), 83 Canadezen, 37 Nieuw-Zeelanders (waarvan 3 niet geïdentificeerd) en 2 Duitsers. Voor 3 doden, waarvan aangenomen wordt dat ze onder een naamloze grafsteen liggen, werd een 'special memorial' opgericht.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Yorkshire Trench & Dugout
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Yorkshire Trench & Dugout

     Deze site werd opengesteld op 25 mei 2003. De aanleg van deze site, meer bepaald de restauratie van de Yorkshire Trench en de toegangen van de dug-out, werd voor een groot deel gerealiseerd door de Diggers. Het volgende wordt over de site, de werkzaamheden en de Diggers geschreven: De Diggers, een groep 'amateur-archeologen' o.l.v. Patrick Van Wanzeele, bestaande uit een tiental vrijwilligers geboeid door het tastbare oorlogsverleden van deze streek, hebben de dug-out een eerste maal geëxploreerd in 1992. Vanaf 1998 hebben ze bij de aanleg en uitbouw van dit industrieterrein, een vergeten slagveld uit de jaren 1915-1917, in opdracht van de stad Ieper systematisch prospectie uitgevoerd in de omgeving, waarbij tal van resten van de Grote Oorlog aan de oppervlakte kwamen. Anderhalve kilometer ten noorden van de Kanaaldijk – site John McCrae, ligt te midden van het nieuwe industriële gebied, de site Yorkshire Trench & Dug-Out. Yorkshire Trench was een loopgraaf uit de eerste Britse linie die ontstond in 1915 na de gevechten die volgden op de eerste gasaanval (22 april 1915). Vanaf einde 1916 en in het voorjaar van 1917 werd de loopgraaf volledig gemoderniseerd en werd ernaast ook een diepe ondergrondse schuilplaats gebouwd (in het Engels: deep dug-out). Bij toeval ontdekt in 1992 werd de dug-out en daarna het hele nieuwe industriegebied systematisch onderzocht door het archeologische team van De Diggers. Zo werden ondermeer 155 soldatenlichamen geborgen en een laatste rustplaats gegeven op een van de Britse, Franse of Duitse begraafplaatsen. Te midden van de overal verrijzende industrie verwierf de stad een klein perceel (51 x 31 m) ter hoogte van de dug-out. In samenwerking met het VTI van Ieper restaureren De Diggers de loopgraaf over een afstand van bijna 70 meter. Het grondplan van de onderaardse dug-out wordt bovengronds weergegeven, alsook het tracé van de ondiepe loopgraaf uit 1915. Via informatiepanelen en groenaanleg wordt aan het publiek op een aangename en historisch verantwoorde wijze inzicht gegeven in een uniek stukje loopgravenoorlog.

    Bron:De Inventaris van het Oorlogwerelderfgoed


    Categorie:Loopgraven
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper Opendeurdag opgraving Belgische linies WOI
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Opendeurdag opgraving Belgische linies WOI - aardgasleiding Fluxy

    In opdracht van Fluxys wordt sinds juni archeologisch onderzoek naar sporen uit de Eerste Wereldoorlog uitgevoerd op drie sites in Zuidschote. Eén van die sites, waar een indrukwekkende frontline lag, staat zaterdag open voor bezoekers.Aardgasleverancier Fluxys wil een nieuwe leiding leggen tussen Alveringem en Maldegem, die zo'n 74 kilometer lang zal zijn en onderweg door de frontzone van de Eerste Wereldoorlog loopt. Daarom wordt al even gezocht naar munitie in de grond en wordt ook een archeologisch onderzoek uitgevoerd. Dat leverde al enkele interessante vondsten op, waaronder die van zeven Duitse soldaten. De archeologen krijgen zo een prachtig zicht op hoe het frontlandschap tot stand kwam en gebruikt werd om er loopgraven, kampementen of bunkers op te trekken.
    Langs de Ooststraat in Zuidschote worden momenteel de eerste Belgisch-Franse linies opgegraven.


    Categorie:Sites
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper La Brique Military Cemetery No 1
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    La Brique Military Cemetery No 1

    La Brique' verwijst naar het gehucht 'Brieke', dat genoemd was naar een oude steenbakkerij, die hier stond voor de Eerste Wereldoorlog uitbrak. 'La Brique Military Cemetery No 1' werd gestart in mei 1915 en zou gebruikt worden tot december 1915. Op 5 juni 1915 nam de 6de divisie hier de sector over. De officieren van de '2nd Leinsters' beweerden dat ze nog steeds de geur van het gas konden ruiken, dat hier 2 maanden tevoren werd ingezet (22 april 1915).


    Categorie:Begraafplaats
    03-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kortrijk Koning Albertpark
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Koning Albertpark

    Het Koning Albertpark heette oorspronkelijk het Leiepark. Het werd in 1905 aangelegd op een gedempte Leiebocht. Het Leiepark werd in 1935 omgedoopt tot het Albertpark, en in 1968 tot het Koning Albertpark. Dit open stadspark van twee hectare omzoomt het kruispunt van de belangrijke Kortrijkse waterwegen. De twee Leiearmen en het kanaal Bossuit-Kortrijk komen hier samen. Zo splitst het water het park in vier, door bruggen verbonden delen. In het kader van de Leiewerken werd het park volledig heraangelegd, uitgebreid en geïntegreerd in de prachtige nieuwe omgeving van de Leieboorden. Het geheel staat op een structuur uit gewapend beton, die op haar beurt rust op 40 palen uit gewapend beton met een diameter van 40cm en 14m diep in de grond gedreven. De hoge zuil en gebogen muur zijn uitgevoerd in gewapend trilbeton en bekleed met blauwe hardsteen ('petit granit' uit de zandgroeven van Zinnik / Soignies). De verschillende formaten van de hardstenen tegels zorgen voor visuele effecten. Op een rechthoekig verhoog met vijf treden, die vooraan afgerond zijn, staat een zware rechthoekige sokkel met daarop een monumentale beeldengroep in brons: koning Leopold III te paard met links en rechts van hem telkens drie soldaten: een Ardeense jager, een vliegenier, een pantsersoldaat, een infanterist, een artillerist en een geniesoldaat, allen strak in de verte kijkend. Achter hen rijst een enorme rechthoekige zuil op (die naar boven toe versmalt). Het geheel wordt afgeschermd door een brede concave muur afgewerkt met dekplaten, die op een verhoog met twee treden staat. Hierop staan 9 sarcofagen met op de voorzijde het wapenschild van elke provincies in reliëf. Op de muur in vlakreliëf: 'BELGIE VERWACHT VAN U DAT GIJ UW VAANDEL EER ZULT AANDOEN – WAT ER OOK MOGE GEBEUREN. MIJN LOT ZAL HET UWE ZIJN. ONZE ZAAK IS RECHTVAARDIG EN REIN. DE VOORZIENIGHEID ZAL ONS HELPEN. LEVE BELGIE. LEOPOLD. 25 MEI 1940.', 'LA BELGIQUE ATTEND QUE VOUS FASSIEZ HONNEUR A SON DRAPEAU. QUOI QU'IL ARRIVE. MON SORT SERA LE VOTRE. NOTRE CAUSE EST JUSTE ET PURE. LA PROVIDENCE NOUS AIDERA. VIVE LA BELGIQUE. LEOPOLD. 25 MAI 1940.'. Boven elke sarcofaag is een kruis uitgehouwen; rechts op de muur: '1940'. Op de rechterkant: een Belgisch wapenschild in vlakreliëf met alle bijhorende stukken en onderaan een banderol: 'EENDRACHT MAAKT MACHT', 'L'UNION FAIT LA FORCE', 'BALDVINVS.REX.BELGARVM.PRIMARIVM.HVNC.LAPIDEM.X.KAL.IVNIAS.ANNO.M.CM.LIV.POSVIT'.


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kortrijk Graven van de Kortrijkse gesneuvelde Parachutisten SAS-SOE-Para-Commando
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Graven van de Kortrijkse gesneuvelde Parachutisten SAS-SOE-Para-Commando

    Bij het begin van de Tweede Wereldoorlog ontvluchtten talrijke jonge Kortrijkse studenten hun vaderland en ontsnapten aan de Duitse bezetter waarna zij na maanden van omzwervingen , ontberingen en zelfs gevangenschap op het Europese vaste land, zij zich konden aansluiten bij de Belgische strijdkrachten in Engeland. 

    Bron:Raymond Holvoet


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kortrijk St Jan Communal Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen St Jan Communal Cemetery

    Kortrijk was bijna de hele oorlog in Duitse handen. De Stedelijke Begraafplaats werd intens gebruikt en uitgebreid door de Duitsers, vooral na het geallieerd bombardement van het spoorwegknooppunt in april 1915, waarbij veel slachtoffers vielen. In oktober 1918 werd de stad ingenomen door het 12th Royal Irish Rifles. Het veldhospitaal n° 44 ( Casualty Clearing Station) verbleef voor een week in Kortrijk en werd daarna gedurende acht maanden opgevolgd door het veldhospitaal n° 62. Zij creëerden in het noordwestelijk deel van de begraafplaats een perk waar zij de gesneuvelde Britten begroeven. Na de wapenstilstand werd dit perk uitgebreid met slachtoffers uit de Duitse perken en La Madeleine Cemetery.Van de 221 slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog zijn er 11 die niet meer geïdentificeerd konden worden. Er liggen nu 202 Britten, 4 Canadezen, 5 Zuid-Afrikanen, 1 Australiër, 1 Nieuw-Zeelander en 8 Chinezen (van het Chinese Labour Corps. Voor 31 doden die stierven in 1914 en 1915 werden Special Memorials opgericht. Zij waren begraven in de Duitse perken maar hun lichamen werden niet meer teruggevonden. Deze grafzerken staan rondom het Cross of Sacrifice.

    Bron:Wikipedia


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kortrijk Gedenkmuur voor de slachtoffers van oorlogsgeweld
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Gedenkmuur voor de slachtoffers van oorlogsgeweld

    Dit is de gedenkmuur genaamd ‘Aan de slachtoffers van Oorlogsgeweld’ te Kortrijk.
    De namen die in de muur gegraveerd zijn;
    Gesneuvelde militairen 1914-1918
    Burgerslachtoffers van de bombardement Kortrijk in 1943 en 1944
    Gesneuvelde militairen 1940-1945
    Gevallen militair in Humanitaire Opdracht.
    In dezelfde muur is de gedenksteen opgenomen ter nagedachtenis aan de Kortrijkse gesneuvelde Parachutisten SAS-SOE.

    Bron:Raymond Holvoet


    Categorie:Begraafplaats
    01-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Keiem Belgische militaire begraafplaats
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Belgische militaire begraafplaats 

    De IJzer maakt een bocht ter hoogte van Tervate. Aan de rechteroever ligt Keiem. Daar ligt een Belgische begraafplaats met 628 graven, waarvan meer dan de helft naamloos. Veel van deze soldaten sneuvelden in gevechten op 19 oktober 1914 tijdens een verwarde Belgische terugtocht naar de IJzer. De ijzeren draaibrug werd op 19 oktober 1914 opgeblazen. In de nacht van 21 op 22 oktober slaagden de Duitsers er toch in om ter hoogte van de huidige brug over de IJzer te komen. Aan de oude Tervaetebrug (zie de herberg Tervaete en restanten van de kaaimuren) herinnert een naamsteen aan deze gevechten. Deze begraafplaats werd na de oorlog aangelegd.


    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kemmel Lettenbergschuilplaatsen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Lettenbergschuilplaatsen

    In de westelijke flank van de Lettenberg bevinden zich een viertal betonnen schuilplaatsen, gegoten op een bekisting van golfplaten. Vermoedelijk zijn ze onderling met mekaar verbonden door een tunnelsysteem. In Kemmel kan u de bunkers van de Lettenberg, een bijheuvel van de Kemmelberg, bezoeken. Naar het einde van 1916 beginnen British Engineers and Tunnelers op de Kemmelberg (dé Britse observatiepost bij uitstek) met het uitgraven van ondergrondse hoofdkwartieren. Zo werkt de 175th Tunneling Company tussen 4 april en eind mei 1917 onder de Lettenberg aan een hoofdkwartier. De betonnen bunkers die hiertoe toegang verschaffen werden in 2004 vrijgemaakt. Het betreft vijf schuilplaatsen in gewapend beton en gegoten in grove kiezel op de golfplaten met telkens één toegang en een vensteropening aan de westzijde. U kunt de bunkers bezoeken via een wandelpad met informatiepanelen. Eén bunker is ingericht als schuilplaats voor vleermuizen.


    Categorie:Bunkers
    Tags:Bunkers West Vlaanderen
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kemmel Franse militaire begraafplaats Ossuaire
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Franse militaire begraafplaats Ossuaire

    Centraal op de ossuaire staat een obelisk geflankeerd door de Franse en Belgische vlag. De obelisk is opgetrokken uit witte natuursteen, met meervoudig geprofileerde sokkel en op de top een bronzen (Gallische) haan. Drie trapeziumvormige marmeren tekstplaten zijn ingewerkt in de wand van de piramide. Een vierde tekstplaat uit polyester hangt tegen de voorzijde. Voor de obelisk staan op de grond kleine gedenkplaten schuin opgesteld. De tuin is geometrisch opgebouwd t.a.v. het geplaveide middenpad en de centrale obelisk met twee treurwilgen, twee sparren en twee perken bedekt met dwergmispel, afgewisseld met partijen grijze steenslag. Achter de obelisk is een groenscherm met diverse soorten bomen, struiken en hagen aangelegd.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Begraafplaats
    03-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lauwe Graven N.S.B (Oud-Stijders)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Graven N.S.B (Oud-Stijders)

    De Nationale Strijdersbond van België, de voornaamste Bond van Oud-Strijders, werd officieel opgericht in februari 1919 in het etablissement " LA ROSE BLANCHE" - Grote Markt te Brussel, door de strijders van 1914-1918.Vanaf 1919 was de uitgave van de weekbladen “Journal des combattants” en “Het Strijdersblad” een buitengewoon succes. In 1921, tijdens zijn congres van 15 augustus 1921, telde N.S.B. 198.000 aangesloten leden, en werd een V.Z.W. opgericht. In 1928 nam N.S.B. het besluit de wapenstilstand te herdenken door een nationale hulde aan de Grote Anonieme Wapenbroeder. Fakkels, aangestoken door de leiders van de afdelingen aan de uiterste punten van onze landgrenzen, gedragen door oud-strijders, zouden dag en nacht doorheen dorpen en steden, van afdeling tot afdeling, naar Brussel overgebracht worden om uiteindelijk, bij het vallen van de avond, op 11 november, voor het Graf van de Onbekende Soldaat, gedoofd te worden. Van toen af werd jaarlijks de Fakkelloop georganiseerd. Tijdens het Nationaal Congres van 1945 werden de officieel erkende strijders 40-45 opgenomen als leden. In 1950 telde onze Bond 190.000 leden. De Vereniging heeft tot doel : het verdedigen van de rechten van oud-strijders en gelijkgestelde, hulp te verlenen aan behoeftige personen en hulde te brengen aan de nagedachtenis van de oorlogsslachtoffers van beide oorlogen.


    Categorie:Begraafplaats
    02-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ledegem Duitse mitrailleurspost Groene Jagerstraat
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Duitse mitrailleurspost

    Eén van twee nabijgelegen Duitse mitrailleursposten, die deel uitmaakten van de tweede lijn van de 'Flandern I Stellung', die in de winter van 1917-1918 werd aangelegd. De mitrailleurspost ten zuiden van de hoeve werd aangeduid op Britse stafkaarten, die ten noorden van de hoeve niet. Op Britse luchtfoto’s uit augustus 1918 zijn beide constructies in ieder geval moeilijk waarneembaar, wat wijst op een efficiënte camouflage. De 'Flandern Stellungen' uit 1917 met hun talrijke betonnen bunkers waren tegen de zomer van 1918 verwaarloosd. Tijdens het laatste oorlogsjaar werden verschillende nieuwe stellingen en 'Riegel' (dwarsverbindingen) uitgetekend en aangelegd. Daar waar mogelijk maakten de Duitsers gebruik van de bunkers uit 1917. De aanleg van de nieuwe 'Flandern I Stellung' was gestart in de winter van 1917/1918. In september 1918 was de stelling helemaal niet voltooid. De eerste linie bestond op vele plaatsen enkel uit prikkeldraadversperring, terwijl de tweede linie bestond uit losse bunkers zonder loopgravensysteem. Toch blijkt deze stelling goed verdedigd te zijn tijdens het Bevrijdingsoffensief. Vele bunkers bleken goed gecamoufleerd te zijn, zodat de geallieerde observatievliegtuigen ze maar moeilijk konden detecteren. De geallieerde legers bleken niet zo goed op de hoogte van de sterkte van deze stelling.

    Bron:De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Bunkers
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ledegem Duitse Commandobunker Industrieweg
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Duitse Commandopost

    Duitse bunker, opgetrokken bij een boerderij die op Britse militaire stafkaarten aangeduid werd met 'Lord Farm'. De constructie lag op het tracé van de 'Flandern I Stellung' die na de Derde Slag bij Ieper (31 juli – 10 november 1917) werd aangelegd. De 'Flandern Stellungen' uit 1917 met hun talrijke betonnen bunkers waren tegen de zomer van 1918 verwaarloosd. Tijdens het laatste oorlogsjaar werden verschillende nieuwe stellingen en 'Riegel' (dwarsverbindingen) uitgetekend en aangelegd. Daar waar mogelijk maakten de Duitsers gebruik van de bunkers uit 1917. De aanleg van de nieuwe 'Flandern I Stellung' was gestart in de winter van 1917/1918. In september 1918 was de stelling helemaal niet voltooid. De eerste linie bestond op vele plaatsen enkel uit prikkeldraadversperring, terwijl de tweede linie bestond uit losse bunkers zonder loopgravensysteem. Toch bleek deze stelling goed verdedigd te zijn tijdens het Bevrijdingsoffensief. Vele bunkers waren goed gecamoufleerd zodat de geallieerde observatievliegtuigen ze maar moeilijk konden detecteren. De geallieerde legers bleken niet zo goed op de hoogte van de sterkte van deze stelling. Deze bunker fungeerde als Duitse commandopost en werd op 1 oktober 1918 door de 'Royal Scots' veroverd. Hier werd de commandopost van de 88ste en 86ste brigade ondergebracht. In de noordoostelijke hoek van de constructie was een observatiepost ingericht, die bereikbaar was met (nog aanwezige) klimijzers in het mangat. De bunker is in oktober 1918 vereeuwigd op een aquarel van de hand van een Schotse militair, F.T. Hodges, genaamd 'Pillbox near Ledeghem'. Op dit schilderij is te zien dat de constructie een gebold dak had.

    Bron: De Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed


    Categorie:Bunkers
    01-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Langemark Monument
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Monument 34ste British Division 

    Monument ter herinnering aan de 34ste Britse divisie en de rol die ze hier speelde tijdens de gevechten van oktober-november 1917 (Derde Slag bij Ieper). De 'Guards Division' ondernam in augustus 1917 (tijdens de Derde Slag om Ieper) verschillende pogingen om de versterkte Broenbeek over te steken. Deze aanvallen strandden steeds door het mitrailleursvuur, afkomstig uit Duitse versterkingen. Ook een poging van de 29ste divisie (die de 'Guards division' afloste) om de beek over te steken, mislukte op 16 augustus. Ondertussen was de Broenbeek door aanhoudende regen en artilleriegeschut in een moeraslandschap geschapen. Een nieuwe poging van de 'Guards' op 27 augustus faalde opnieuw. Pas op 9 september konden ze de blubber en de vijand met hun 'pill boxes' overwinnen. Een verdere doorstoot was niet meer mogelijk. De versterkingen werden ingeschakeld als voorposten, die door de 'Irish Guards' werden bemand. Robert Lawrence, broer van 'Lawrence of Arabia' (T.E. Lawrence), zou deze Duitse bunker na haar verovering ingericht hebben als 'Advanced Dressing Station' (vooruitgeschoven hulppost). Een Duitse tegenaanval op 13 september door het 65ste Duitse Reserve-Infanterie-Regiment dwong de 'Guards' om zich opnieuw achter (ten Z van) de Broenbeek terug te trekken. De Broenbeek zou pas de volgende maand overgestoken kunnen worden. De artillerie- en genie-eenheden van de '34th British Division', voor wie het gedenkteken bij de bunker werd opgericht, hadden het bijzonder moeilijk om de brede stroom, die de Broenbeek geworden was, met artilleriestukken over te steken. De nabijgelegen bunker werd door de '34th Division Artillery', de '152nd Field Artillery Brigade ' en '160th Field Artillery Brigade ' en de 'Divisional Ammunition Column' gebruikt als hoofdkwartier. In september 1918 werd deze bunker ingericht als vooruitgeschoven medische post ('Advanced Dressing Station').


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Langemark National Welsh Memorial Park
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    National Welsh Memorial Park

    Het Welsh National Memorial Park herdenkt alle mannen en vrouwen uit Wales die betrokken waren bij de Eerste Wereldoorlog. Het monument werd opgetrokken in het gebied voor Langemark waar de 38e Welshe Divisie op 31 juli ’17 de bloedige strijd naar Passchendaele mee op gang trok. Op die dag kwam, dichtbij deze plaats, ook de dichter Hedd Wyn om. Tot het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog was de houding van Wales tegenover de strijdkrachten op zijn minst ambivalent te noemen. Onder andere het sterk syndicalisme in de mijngebieden was hier niet vreemd aan. Welshe regimenten hadden in die voorloorlogse periode soms behoorlijk moeite om hun rangen op peil te houden. De Welshe politicus Lloyd George, later Eerste Minister van Groot- Brittanië, startte zijn loopbaan als notoir pacifist. Deze houding zou echter totaal omslaan bij het uitbreken van de oorlog. Vanuit een sterke solidariteit met “Poor little Belgium”, die andere kleine natie, ontstond in veel Welshe gebieden een stormloop op de rekruteringskantoren. Uit elk dorp en stad vertrokken jongeren naar het front. Wales zou een zware prijs betalen voor die betrokkenheid. Hoewel het Westelijk front steeds het belangrijkste bleef, vochten de Welshmen nagenoeg overal. De oorlogsindustrie in Wales,waar vooral meisjes en vrouwen werkten, draaide op volle toeren. Het herdenkingspark overstijgt echter de achtergrond van de gevechten in Vlaanderen. Als “Welsh National Memorial” herdenkt het de inzet van gans de Welshe bevolking tijdens de Grooten Oorlog. Het monument, onder de vorm van een draak, het nationaal Welsh symbool, werd opgericht in 2014 en was het resultaat van een Vlaams- Welshe vrijwilligerscampagne, gesteund door de gemeente Langemark- Poelkapelle en de regering van Wales.


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Langemark Canadian Forces Memorial St. Julien 'Canadien'
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Canadian Forces Memorial St. Julien 'Canadien'

    Het monument ter herinnering aan de rol van de Canadezen tijdens de Tweede Slag bij Ieper, werd onthuld op 8 juli 1923 in aanwezigheid van de hertog van Connaught (broer van de Britse koning), prins Leopold van België en Maarschalk Ferdinand Foch. De ontwerper Fred. Chapman Clemeshaw uit Regina maakte indertijd eveneens deel uit van het Canadese expeditieleger in Frankrijk. De tuin rond het monument was oorspronkelijk uitsluitend opgebouwd uit Canadese aarde en planten. De grote struiken met hun scherpe toppen stellen obussen voor, de juniperusstruiken granaattrechters. De 'Canadien' staat met zijn hoofd gericht naar de plaats van waar de gaswolk kwam aandrijven. Zijn houding ('rest on your arms reversed') is de traditionele militaire groet aan de doden. De plaatsen die worden aangegeven door de oriëntatiepijlen, zijn allen plaatsen met een bijzondere betekenis in de slag van de gasaanvallen. De gesneuvelde Canadezen waarnaar verwezen wordt, liggen begraven op de Britse militaire begraafplaatsen in de omgeving. De Belgische staat heeft het terrein van het monument aan het Gemenebest geschonken. Tijdens WOI werd dit kruispunt, Keerselaar in de volksmond, ook wel 'Vancouver Corner' of 'Vancouver Cross Roads' genoemd, naar de Canadese stad.


    Categorie:Monumenten
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Langemark Duitse Militaire Begraafplaats
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Deutscher Soldatenfriedhof

    Het ‘Deutscher Soldatenfriedhof’ in Langemark is bijzonder aangrijpend door de kracht van de eenvoud.  Achter de monumentale poort van roze Weserberg-zandsteen liggen ruim 44.000 Duitsers begraven, van wie bijna 25.000 in een massagraf.  Meer dan 3.000 studenten-vrijwilligers van het 22ste t.e.m. 27ste Reservekorps vonden hier hun laatste rustplaats.  Ze sneuvelden in oktober en november 1914 tijdens herhaalde aanvallen in de Eerste Slag bij Ieper.  Door het grote aantal studenten onder deze vrijwilligers, kreeg de begraafplaats de naam 'Studentenfriedhof'.
    Omdat de Duitse militaire begraafplaats van Langemark meest plaats bood, werden hier in de periode 1956-1958 alle niet-geïdentificeerde ontgravenen uit België in een 'kameradengraf' bijgezet. Achter de toenmalige afscheidingsmuur werden 366 graven verplaatst om plaats te maken voor het reusachtige graf. Hierin werden bijna 25000 stoffelijke resten bijgezet.Vóór het graf liggen de wapenschilden van 8 Belgische provincies (Oost- en West-Vlaanderen kreeg de naam Vlaanderen; Brabant was nog niet opgedeeld in Vlaams en Waals Brabant).Centraal tussen de 8 wapenschilden ligt een bronzen krans van eikenloof met de woorden 'Ich habe dich bei deinem namen gerufen, du bisst mein' uit de profeet Jesaja (43,1).Rond het massagraf staan blokken met daarop 68 bronzen panelen met de namen van 17342 niet-geïdentificeerden waarvan men op basis van archiefonderzoek quasi zeker is dat ze in dit massagraf bijgezet werden. De namen staan alfabetisch gerangschikt, beginnend aan paneel 1 (links t.o.v. het massagraf), vervolgens in wijzerzin langs de binnenzijde van de blokken tot aan paneel 34, vervolgens verder in tegenwijzerzin vanaf de rugzijde van paneel 34 langs de buitenzijde. De beeldengroep van de professor aan de Akademie der Bildender Künste in München Emil Krieger stond oorspronkelijk tegen de vroegere scheidingsmuur tussen het massagraf en het inkomgebouw. Er werden vier treurende militairen uitgebeeld die met hun rug tegen de muur stonden, aan de achterzijde van het massagraf. Op die manier moesten de beelden vanop afstand bekeken worden. De beelden werden heel sober uitgevoerd. Het geheel moest oproepen tot bezinning. In 1984 werd de beeldengroep verplaatst naar de verste zijde van de begraafplaats.
    Op het hoger gelegen deel van de begraafplaats staan drie gerestaureerde Duitse betonnen schuilplaatsen, gedeeltelijk bovengronds met de toegangen gekeerd naar de Duitse linie (noorden). Om deze verdedigingslijn (Hindenburglinie Langemark-Geluveld) nog meer te benadrukken, werden de bunkers verbonden met grote blokken uit beton met vooraan een granietblok met daarop de namen van legerafdelingen en studentenverenigingen die aan de inrichting van de oorspronkelijke begraafplaats in de jaren 1930 hebben meegeholpen.



    Categorie:Begraafplaats
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Langemark Cement House Cemetery
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Cement House Cemetery
    De nabijgelegen boerderij werd door Britse eenheden ‘Cement House’ genoemd. Duitse eenheden hadden er een stevige betonnen constructie opgetrokken. De verovering van deze boerderij in augustus 1917 (tijdens de Derde Slag bij Ieper) gebeurde ten koste van heel wat mensenlevens. Eens veroverd werd gestart met een begraafplaats naast de boerderij, die door de Britten gebruikt zou worden tot het Duitse Lente-Offensief in april 1918. De begraafplaats werd gebruikt door de 4de en 17de ‘Division Burial Officers’, door ‘field ambulances’ (medische posten) en door gevechtseenheden. De oorspronkelijke begraafplaats, nu perk 1, bestaat uit een onregelmatige groepering van 231 graven. Perken II tot XV werden na de oorlog aan de begraafplaats toegevoegd door de aanvoer van stoffelijke resten die ontgraven werden op de slagvelden rond Langemark en Poelkapelle en door de ontruiming van kleinere begraafplaatsen. De perken XVI, XVII en XVIII bevatten 487 Franse militairen, die net als het merendeel van de verspreide Britse graven in het najaar van 1917 omgekomen waren. De Fransen werden in 1922 naar elders overgebracht. De vrijgekomen plaats werd gebruikt voor graven uit gemeentelijke begraafplaatsen en kerkhoven, waar het behoud niet langer gewaarborgd kon worden.


    Categorie:Begraafplaats
    Archief per week
  • 27/01-02/02 2025
  • 03/09-09/09 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 01/12-07/12 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 31/12-06/01 2013

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Archief per jaar
  • 2025
  • 2018
  • 2015
  • 2014
  • 2013

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs