- 600 gr. Parijse champignons, in stukken gesneden - 125 ml. witte wijn - 12 romatomaten, gepeld en in stukken gesneden - 1 tl fijngemalen korianderzaad - 1 teentje knoflook, fijngesneden - OO - 1 blaadje laurier - sap van 1/2 citroen - 1 sjalotje, fijngesneden - 1/2 rode chilipeper, zonder pitjes, fijngesneden - 1 el fijngesneden koriander - pezo
Sjalotten en knoflook glazig stoven in één eetlepel olijfolie. Blussen met witte wijn en droogkoken. Tomaten, laurier, chilipeper en korianderzaad toevoegen en ongeveer twintig minuten op een zacht vuurtje laten compoteren.
De champignons toevoegen en opnieuw twintig minuten zachtjes laten sudderen. Laten afkoelen en op smaak brengen met peper, zout, citroensap en koriander.
Parijse champignons zijn de meest gekweekte en gegeten paddenstoelen. Er zijn witte en kastanjebruine. De kastanjechampignon heeft een licht nootachtige smaak en zijn vruchtvlees is steviger dan dat van de witte.