Marc Houtzager, anders de minzaamheid zelve, viel gisteren eventjes uit z'n rol. Een beetje commentaar bij de verkoop van HBC Tamino aan stoeterij Sterrehof kon niet. Zodat we nu dus nog altijd niet weten of het voortaan HBC Tamino of Sterrehof's Tamino is... Houtzager verwees naar het persberecht waarover blijkbaar afspraken gemaakt waren tussen hemzelf, HBC en Sterrehof. Ook bij de laatste stoeterij verwees men droogjes naar het persbericht. Wat doet een mens dan die zich wat moeite wil getroosten en een wat andere invalshoek zoekt dan het persbericht dat de halve wereld rondgestuurd wordt? Een beetje rondbellen dus en dan komt een mens toch één en ander te weet. Zoals het feit dat het eigenlijk vooral Houtzager zelf was die mensen samen bracht en een deal voorstelde die hem voorlopig verlost van de schrik dat z'n topper straks vanonder het zadel verkocht wordt. Het is een doembeeld waarmee nogal wat ruiters rondlopen: goede resultaten zorgen automatisch voor forse belangstelling, zeker in de aanloop naar de grote kampioenschappen die er aan komen. De Europese Kampioenschappen in Madrid, de Olympische Spelen, Pan-Amercian Games tussendoor... Maar goed, wat kwamen we nog te weten? Dat soortgelijke deals in de maak zijn ook voor andere paarden. Kortom, onze noorderburen zijn zich aan het wapenen voor de toekomst. Iets wat in eigen land vooralsnog niet lukt en iets dat ook Chris Chugg nog niet lukte. Die heeft voor Vivant van de Heffinck een deal met Onyschenko....
hij had het niet hoeven doen. Maar hij deed het toch. Jos Lansink dus op de obligate persconferentie na de wereldbeker jumping in Mechelen. Terwijl wij van een glaasje champagne nipten zwaaide de voormalige wereldkampioen met een bedankje richting Wilm Vermeir. Het is inderdaad wat, met een achtjarige de snelste tijd neerzetten in de barrage van een wereldbekerwedstrijd. Zeker als je er daarbij rekening mee houdt dat Lansink amper één keertje op concours geweest was met Casper van Spieveld en de hengst ook nog maar goed 14 dagen onder het zadel heeft. "Dit paard is dan ook uitstekend opgeleid door een jonge Belgische ruiter, Wilm Vermeir. Zonder hem was dit onmogelijk geweest." Amen.
Nee, hij was niet tevreden.Onze bondscoach Philippe Guerdat. Vond dat de Belgen zich in de grote proeven iets te veel hadden laten wegdrummen. Enkele uren later kon er, na de grote prijs, al een glimlachkje af bij de Zwitser. En donderdagavond toverde de Zwitser zowaar zelfs een brede smile tevoorschijn. Ook al hadden de drie Belgen in de barrage van de wereldbeker zich laten aftroeven door de Ierse Jessica Kürten. Die liet met Myrtille tijdens de eerste ronde al een grootse indruk en zette ook de barrage probleemloos naar haar hand. Vreemd verhaal dat van Myrtille trouwens. Zou verkocht worden op de veiling NASH in Frankrijk maar dat ging uiteindelijk niet door omdat de merrie zich geblesseerd had. Werd uiteindelijk later dat jaar in Fences op de najaarsveiling aangeboden en verkaste voor om en bij de 20.000 euro naar lady Georgina die ze zou inzetten voor de fokkerij. "Tot ik een video van de merrie zag. Ik dacht, die is 'crazy'. Gek, maar goed, breng ze maar bij mij", vertelt Kürten die met Myrtille in Mechelen haar tweede wereldbeker reed en meteen naar winst sprong. "of het een goed paard is? Natuurlijk. Een top sportpaard, maar Libby blijft de allerbeste, voor mij het allerbeste springpaard ter wereld." Kürten liep met Libertina trouwens ook twee proefjes in de Nekker, 1.40 of 1.45. Heel rustig, foutloos rondje, zonder meer. "Ze heeft rust gehad en dit is hier haar eerste concours na die rustperiode. Gewoon een paar kleine proeven, verder niets". Ja, ze kent het klappen van de zweep, deze wat vreemde Ierse die bij haar Ierse collega's allesbehalve populair is en ook tegenover ons het ene moment de allercharmantste amazone ooit is, maar je enkele weken later als de Schelde Antwerpen voorbij loopt. 't Is een vreemde wereldje natuurlijk, een wereld waarin veel geld en dus ook grote belangen spelen en waarin de concurrentie ook moordend is. Zeker nu de top opnieuw wat breder lijkt. Favorieten naar voor schuiven voor de wereldbeker? Van de zowat 40 starters waren er pakweg 25 die konden winnen. En het waren uiteindelijk niet de voorin verwachte Belgen die een hoofdrol opeisten. Vreemd hoeft het niet te zijn, die drie Belgen bij de laatste vier. "Ach, voor ons Belgen is dit het concours. Voor de buitenlandse ruiters is het gewoon een concours. Het allerlaatste van het jaar. Ze zijn een beetje moe van Genéve en London terwijl wij pieken naar dit ene concours." Gelijk heeft hij Peter Postelmans.
Ik weet niet of het u opgevallen is? Mij in alle geval wel: het gaat er in de modale proef steeds sneller aan toe en het aantal deelnemers met een 'jong' paard neemt hand over hand toe. Jong vinden we in dit geval acht jaar. Acht, voor een grote prijs op 1.50 niveau. Ja, af en toe zien we het eens een Brit doen zoals Guy Williams met Ciske Van Overis in de Global Tour, of een verdwaalde Zwitser zoals Pius Schwizer die met de achtjarige Carlina in de Soers in Aken binnenreed. De Whitakers durven ook wel eens een hele oude of een hele jonge opzadelen voor het grote werk. Maar dezer dagen is het gemeen goed geworden; ook voor de Belgische ruiters. Rik Hemerijck zadelde de 8-jarige Challenge van de Begijnakker, Judy-Ann de ook al achtjarige As Cold As Ice Z, Pieter Devos de achtjarige Candy, Patrick Spits de achtjarige Cadjanine Z, een leeftijdsgenoot van Calimero van 't Roth van Jos Lansink. Nu is leeftijd niet alles, ook ervaring telt. Maar ook aan onervaren paarden geen gebrek gisterenavond in de Mechelse Nekker. Misschien moeten we onze Belgische bondscoach, door z'n ruiters liefkozend 'putain' genoemd, wel gelijk geven. België telt twintig, vijfentwintig ruiters die het talent en het vakmanschap hebben om mee te draaien op het hoogste niveau. Het kransje paarden dat kan meedraaien op dat niveau is evenwel beperkt. Tweede vaststelling: het gaat steeds harder, sneller, zo u wilt. Wat Ludo Philippaerts en Tauber gisterennamiddag uit de hoge hoed toverden hebben we nog niet zo vaak gezien. Het duo maakte al snelheid naar de laatste hindernis van het eerste deel van het parcours, een proef met ingesloten barrage, ging daarna vol door, bijna plat in de wendingen die overigens ultra kort gereden werden. En in de barrage van de grote prijs was het opnieuw van dat. Zelf hadden we, ik weet het, achteraf is het altijd makkelijk, maar toch, Leon Thijssen aangestipt. Thijssen heeft met Tyson een paard, met zoals hij het zelf stelt, gruwelijk veel kwaliteit. Thijssen en Tyson klokten dan wel niet de snelste tijd, ze waren wel de snelste foutloze en daar gaat het tenslotte om. De snelste tijd kwam op naam van de fréle Zwitserse Janika Sprunger die met meer geluk dan wijsheid heelhuids door de finish kwam. Overigens had Thijssen naar ons idee nog wel een seconde of zo sneller gekund. Maar de sympathieke Nederlander vertrouwde ons achteraf toe dat hij niet twee dagen naeen vol na mekaar wilde doorduwen. Waarbij de tweede dag dus vandaag is, wereldbekerdag.
We vrezen dat het haar nog lang zal achtervolgen. Haar is in dit geval Mariette Withages, voorzitster van de jury vandaag bij de kür op muziek in de Nekkerhal. Het, de uitspraak die ze na afloop deed op de persconferentie. "Niets beter dan een Belg zeker?" Tsja, een mens maakt wat mee, zo in de coulissen van een wereldbeker dressuur. Hans-Peter Minderhoudt, 'Happie' voor de vrienden, kon bepaald niet lachen met het feit dat de juryvoorzitster hem slechts met een vijfde plaats had bedacht en Jeroen Devroe op één had gezet. Dat bleek al toen Happie en partner Edward Gal rondjes stapten vlak voor de prijsuitreiking in wat Nederlanders zo mooi het 'voorterrein' noemen, al gaat het in dit geval om een tent. "Wissel jij volgend jaar maar weer eens met Mariëtte dan is het voor ons Nederlanders zoveel leuker", grapte Happie richting Jacques Van Daele wat bij die laatste een schaterlach ontlokte. Het zegt misschien één een ander over de verhoudingen tussen de bobo's in het Belgische dressuurlandschap. Maar goed, veel zal het niet uitgemaakt hebben want de uitslag was uiteindelijk wat iedereen vooraf kon voorspellen: 1/ Gal, 2/ Minderhoud, 3/ Salzgeber, 4/ Devroe. Happie kon ook op de persconferentie achteraf een sneer richting Withages niet inhouden en werd prompt bijgetreden door de in Mechelen altijd massaal aanwezige Nederlandse pers. Die bestookte Withages prompt met de logische vraag waarom zij Devroe op één staan had. Verder dan een wat warrige uitleg over de muziek en artistieke kwaliteit kwam Withages niet. En haar grappig bedoelde "Niets beter dan een Belg zeker?" zal haar ongetwijfeld nog lang achtervolgen. We herinneren ons de tijd dat de Belgische dressuurruiters steen en been kloegen over het gebrek aan waardering van de juryleden wat zich steevast vertaalde in die paar procentjes te weinig. Dezer dagen mogen ze bepaald niet mopperen, de paar procentjes te weinig zijn er misschien net een paar te veel geworden. Wat niet wegneemt dat de Belgische dressuursport groeiend is. Geen van de Belgische deelnemers in de Mechelse Nekker werd gedegradeerd tot een clowneske meeloper, integendeel. Er is kwaliteit maar de weg is nog lang en de toekomst zou wel eens bepaald worden door enkele niet voor de hand liggende namen...
Afgelopen weekend bleek nog maar eens dat niets beter is dan de coulissen van een concours om op de hoogte te blijven van de ins en uits van de springsport. Je zult ons er maar zelden op de tribune terug vinden, veeleer aan de rand van de piste of het voorterrein. Waar de emotie nog tussen de zweetparels mee druppelt. En tijdens een informele babbel nog wel eens veel meer gezegd wordt dan tijdens het haast obligate interview. De ontgoocheling in de blik van Jeroen Dubbeldam toen hij uit de ring kwam. Zich vertwijfeld afvragend waar en hoe hij in godsnaam een fout had kunnen maken. Om ons even later bij het uitstappen richting stallen nog haast verbaasd toe te fluisteren dat hij toch geweldig sprong z'n paard. Philippe Lejeune, zuchtend dat het hem allemaal een beetje te veel geworden is, de media-aandacht, de overrompeling. Blij dat hij straks op concours kan naar Genéve of Parijs waar hij weliswaar wereldkampioen zal zijn, maar verder gewoon vooral Philippe Lejeune. Albert Zoer die ons al voor de start wist te melden dat hij er totaal geen vertrouwen in had. Hoofdschuddend want duidelijk nog in een dipje. Op zoek naar zichzelf en een betere vorm. Een beetje back-ground over Kentucky van Dirk Demeersman, ambitie bij Manuel Anon...En vooral zien hoe Philippe Guerdat zich heen en weer repte, de Belgische ruiters volgend als een schaduw om nadien in de coulissen een beetje na te praten bij een stukje pizza met één van z'n ruiters. Ward MClain die zich om een koffie rept voor z'n groom... Het is allemaal geen stukje in de krant of een magazine waard, maar het leert veel meer over een ruiter dan een interview of de zoveelste uitslagentabel.
Hij is milder. De toon in de reacties die terug te vinden zijn op diverse internetfora. Reacties op het nieuws dat Totilas straks gaat gereden worden door de jonge Matthias Rath. De speculaties vooraf waren eigenlijk overbodig, want insiders wisten het gewoon al. Een paar weken terug vroegen we ons al verbaasd af wat met de sportrechten waarvan zo vaak sprake in de berichtgeving bedoeld werd. Nu weten we het dus, stiefmama Linsehof heeft een deel van de hengst gekocht. Zeg maar het recht om hem op wedstrijd te rijden. Het is vreemd hoe de transfer van één paard de waardeverhoudingen in het dressuurlandschap compleet kan veranderen. We waren er bij eerder dit jaar in Aken en zagen de wanhoop en vertwijfeling in het Duitse kamp toen de Nederlanders onder aanvoering van Totilas en Edward Gal de tegenstand plat walsten. Wanhoop en vertwijfeling. Angst bijna. Die wanhoop en vertwijfeling maakten zich meester van Oranje toen de verkoop bekend werd. Ik vrees dat ze er nog een tijdje gaan blijven. Zeker, Oranje heeft Adelinde Cornelissen. Maar Sunrise van Imke Schellekens is al een dagje ouder, de Nadine van Edward Gal evenzeer. Sisther de Jeu, IPS Tango misschien of Anky die straks een come-back maakt met Painted Black. Ze zullen allemaal dansen in de schaduw van het nieuwe godenkind van de dressuur: een jonge Duitser. Stiefzoon van, berijder van... Exceptioneel is hij, Totilas. Dat zeker en de Duitsers daardoor misschien straks onklopbaar in Rotterdam of London. Maar veel boeiender dan dat is de vraag of de internationalisering van de dressuursport zich verder doorzet. Komt er een derde land dat straks de concurrentie met de nieuwe nummer twee, Nederland, aan kan? De Amerikanen for sure, de Britten misschien of dan toch maar de Denen of wie weet, de Zweden? Komen de Zwitsers terug en zet de opmars van de Belgische dressuursport zich door? Misschien moeten we het daar maar eens over hebben en hopen dat kampioenschappen straks meer zullen zijn dan een onderonsje van steeds maar dezelfde happy few.
Zij is een mooie jonge vrouw. Hij een wat triest aandoend figuur. De prinses en de prins. Gisteren gezien op de Audi Equestrian Masters. Claire en Laurent. Struinend langs de standjes, voorafgegaan door het kroost compleet met tricoloor vlaggetje en gevolgd door een boomlange iets van Rolex. We hadden een beetje medelijden met de prins. Of juist niet. Niemand die hem aansprak, niemand die kwam bedelen om met hem op de foto te kunnen of een handtekening te krijgen. Jaren terug hadden we hem al eens ontmoet. Op het PTI in Eeklo waar hij langs kwam in een klas en het middagmaal nuttigde met de leerlingen en waar wij als uitverkorenen van de lokale pers mee mochten aanschuiven. Wij waren er bijtijds, hij kwam een half uurtje te laat. Op het provinciaal technisch instituut kom je daar nog mee weg. Op de Audi Equestrian Masters niet. Prins of geen prins, om klokslag half vier reed de eerste combinatie de ring in terwijl de prins zijn plaatsje nog zocht. Vip-tafeltjes, rijen dik langs het parcours waar de Brusselse bourgeoisie bij het aantreden van elke Belg met tricolore vlaggetjes zat te zwaaien. Wat een verschil moet dat zijn, zondagnamiddag op Sporza. Veldrijden eerst in Gieten tussen stromen van ijswater en bier, zwoegende en zwetende renners onder een deken van Vlaamse leeuwenvlaggen. En dan daarna de Audi Equestrian Masters. Een piste badend in het licht, dames op hoge hakken, heren in kostuum, zwaaiend met een kleine papieren Belgische driekleur voor Philippe Lejeune, Rik Hemerijck of Dirk Demeersman. Het was mooi en toch een beetje triest. Net als de prins en zijn gezin. Een beetje eenzaam toch temidden de massa en terwijl zij vrolijk voortdrentelde hij een beetje schoorvoetend er achteraan. Als een veel te snel oud wordende jonge man. Nog een geluk dat er geen veterinaire keuring bestaat voor Belgische prinsen of hij haalde wellicht de start niet. De allersympathiekste van al onze prinsen...
Zo. Het concours in Verona zit er op. Leuke site hebben ze daar met zowaar zelfs videofilmpjes van de belangrijkse ritten. Het is één van die videobeelden die me ooit zuur is opgebroken.... Het is alweer een paar jaar geleden en we zetten voorzichtig onze eerste stapjes in de internationale paardensport. En we hadden het zowaar aangedurfd om op een site een stukje te zetten met verslag van de wereldbeker in Verona en link naar de ritten van ondermeer Jos Lansink en Judy-Ann Melchior. Veel herinner ik me er niet meer van, alleen dat Judy-Ann in Verona nogal ongelukkig ten val was gekomen. Niets vermoedend gingen we enkele dagen later naar Jumping Brussel waar we in de coulissen ondermeer de groom van Judy-Ann tegen het lijf liepen. Vriendelijke jongen trouwens, zo vriendelijk zelfs dat hij ons met spoed aanmaande om ons uit de voeten te maken toen mama Melchior met zevenmijlslaarzen kwam aangebeend. Bij een volgende ontmoeting volgde de uitleg. Ons berichtje met link naar de site waar ondermeer de beelden van de val van Judy-Ann te zien waren was klaarblijkelijk bij mama Melchior niet in goede aarde gevallen... Het zal er ongetwjfeld mee toe bijgedragen hebben dat we een tijdje amper 'on speaking terms' geweest zijn met Judy-Ann.Maar naarmate de tijd verstrijkt vervaagt klaarblijkelijk ook het ongenoegen en dus kunnen we het uitstekend stellen met de jonge Lanakense amazone. Haar moeder daarentegen hebben we sindsdien niet meer gesproken...
Na de vulkaanuitbarsting die de verkoop van Totilas teweeg bracht lijkt de asse eindelijk te gaan liggen. Zelfs de meest fanatieke Nederlandse dressuurliefhebbers lijken nu te beseffen dat de euro's van Paul Schockemöhle het duo Gal-Totilas voorgoed uit mekaar gespeeld hebben. Daar kan zelfs een facebook-groep niets meer aan veranderen. Totilas blijft ondertussen wel 'wereld'nieuws. In Duitsland, maar ook in Nederland. Eerst maar 's even naar Duitsland waar de aankomst van de godenzoon van de dressuur in de stallen van Schockemöhle groot nieuws was. In zoverre dat de Duitser zich genoodzaakt zag een persconferentie te geven. Schockemöhle gaat de hengst eerst wat rust gunnen, al houdt z'n stalamazone hem netjes in beweging. In januari wordt de Gribaldizoon gepresenteerd op de hengstenshow van Schockemöhle en zal ook duidelijk gemaakt worden wie de hengst te rijden krijgt. Zoals we al eerder schreven: laat er geen twijfel over bestaan, het zal een Duitse ruiter of amazone zijn. Tenzij Schockemöhle gevierendeeld wil worden natuurlijk. Ondertussen roepen ze in Nederland schande waarbij de ondertoon is dat het jammer is als je een land zo z'n medailles moet afpakken op toekomstige kampioenschappen en daar zelf opnieuw medailles moet zien te halen. Maar eigenlijk is het niet anders dan wat al decennia lang in het voetbal gebeurd waar kapitaalkrachtige clubs de betere spelers wegkopen bij de kleine broertjes. Goed, dat is ploegsport, geen landensport. Maar eigenlijk is het dichter bij de eigen stal in de springruiterij niet anders. Winningmood naar Diniz, Tomboy naar Alvaro de Miranda Neto, Goldex voor de Saoudi's en zovele andere paarden. Plot Blue, onder Marcus Ehning lid van het goud winnende landenteam werd goed anderhalf jaar terug nog gereden door Werner Muff. De zilveren Silvana met Kevin Staut: niet zo lang geleden nog onder het zadel van Jos Lansink en daarvoor Kristof Cleeren. Seldana, individueel zilver met Al Sharbatly werd eerder dit jaar nog gereden door Natale Chiaudani. We kunnen nog wel een tijdje doorgaan maar we hebben geen Italianen op de barricades gezien toen Seldana van stal verhuisde, of Belgen toen Silvana de stallen van Lansink verliet... Even over naar Nederland nu waar men zich eindelijk de vraag is gaan stellen die iedereen zich eigenlijk al voordien had moeten stellen. Hoe komt het in godsnaam dat men er in Nederland niet in slaagde om voldoende geld bijeen te brengen om een hengst als Totilas te behouden voor de Nederlandse fokkerij en sport. En dat nota bene in het enige land in Europa waar je aandelen kunt kopen om te beleggen in een springpaard, het zo geroemde sportpaardenfonds....
Het lijstje met de te interviewen ruiters blijft maar aangroeien. Philippe Lejeune uiteraard, Rodrigo Pessoa, Stanny Van Paesschen, Khaled Al Eid, ...We gaan Philippe Lejeune nog even rust geven. Tijd om te herstellen van de emoties van de voorbije weken en z'n operatie. Met Pessoa hebben we ondertussen een afspraak en Stanny Van Paesschen zal dus nog even moeten wachten. Dankzij een goeie vriendin zijn we ondertussen ook aan het mobiel nummer van Al Eid geraakt. En we denken tussendoor toch ook eens aan de mouw te trekken bij Dirk Demeersman en Gilbert Deroock. Twee bevoorrechte getuigen waren het daar op het voorterrein in Kentucky. Weken niet van de zijde van respectievelijk Lejeune en Lamaze. Fluisterden hun poulain in het voorbij rijden nog haastig iets toe, een bemoedigend schouderklopje. Een woord van steun. Wat fluisterden ze Lamaze of Lejeune daar toe in Kentucky. En wat voor zin heeft het allemaal. Is het zoiets als het lijstje met de namen van de penaltytrappers van de tegenstander en hun manier van trappen dat een doelman op de vooravond van een Europese wedstrijd toegestopt krijgt. "Als hij aarzelt in de aanloop trapt hij altijd links in de hoek, laag". Hadden Demeersman en Deroock geheime en tot nog toe onbekende informatie over de paarden die Lejeune en Lamaze in de paardenwissel moesten rijden. Hadden ze zich daar minitieus op voorbereid, met video's en beelden die ze in de nacht voor nauwkeurig geanalyseerd hadden? Wij weten het niet en dus zouden we het hen graag eens vragen. Kijk, over de balk die viel of niet viel... Dat hebben we allemaal wel gezien maar wat niet zichtbaar en daarom zo interessant is, dat is het werk achter de schermen. Maar laat eerst maar het stof neerdwarrelen, de emotie en euforie plaatsmaken voor realisme.
We hebben hem altijd een sympathieke man gevonden: Daniël Etter. Eigenlijk meteen al na die zege in de Mechelse Nekker. We hebben sindsdien zijn parcours een beetje gevolgd. Paar spraakmakende resultaten neer gezet en , zo leek het toch, met Peu a Peu na een kwakkelseizoen aan het terugkeren. Beetje bij beetje. Tot afgelopen maandag dus toen die truck het erf opdraaide om Peu a Peu op te laden en nooit meer terug te brengen. Daar sta je dan. Het overkwam zovele anderen voor hem, Kristof Cleeren bijvoorbeeld voor een paar jaar nog met de paarden van toen nog Sea Coast. De Zwitsers lijken nu de prijs te gaan betalen voor een kwakkelseizoen. Een seizoen waarin ze zich allemaal het lazarus reden om zich te plaatsen voor de wereldbekerfinale in eigen land, Genéve. Het werd een kleine afgang, net als het Top League seizoen nadien en de wereldruiterspelen in Kentucky. Eerder kregen ook twee paarden van Pius Schwizer, Carlina en Ulysse, al verplichte rust van François Leiser, de eigenaars van Peu a Peu gingen nog een beetje verder.
Totilas verkocht en het blijft maar mailtjes en berichten regenen. De vraag daarbij is natuurlijk wie straks Totilas te rijden krijgt. Als hij straks nog gereden gaat worden natuurlijk. Want het mag duidelijk zijn dat de hengst de komende jaren jaarlijks wel een paar miljoen euro kan opleveren aan dekgeld. Zo gek is die investering van Paul Schockemöhle dus niet. De Duitser heeft ondertussen de 'sportrechten' van de hengst verkocht, zo mogen we toch overal horen en lezen. En dat voedt natuurlijk de speculaties. We vinden het een beetje vreemd dat in dit verband niemand de vraag stelt wat 'sportrechten' precies zijn. In Nederland hoopt men nog altijd dat Edward Gal de hengst straks verder mag gaan rijden. Ijdele hoop, daarvan zijn we wel zeker. Tenzij Schockemöhle gevierendeeld wil worden door z'n landgenoten natuurlijk. En zoals we hier vorige keer al schreven: Edward is al bijna terug. Won ondertussen een eerste internationale grand prix met een ander paard. Next One heet het beest...
De eigenaars van Totilas worden dezer dagen verketterd en nog net niet uitgescholden voor landverraders. Nicole Werner, Edward Gal zelf en zovele anderen reageren emotioneel. Maar zeg nu zelf, iets tussen de 10 en 15 miljoen euro voor een paard. Dat bod afslaan moet zoiets zijn als het winnend lot van Euromillions weigeren. Als je het niet tijdig incasseert kan het morgen waardeloos zijn. We weten het allemaal, het draait in deze sport om de dollars, de euro's, de rials of yens of wat dan ook. En elk ruiter die sterk presteert leeft met het zwaard van Damocles boven z'n hoofd: een dreigende verkoop. Natuurlijk is het zonde voor Edward Gal en de Nederlandse dressuursport en misschien wel bij uitbreiding voor de dressuursport in z'n algemeenheid. Want misschien komt er wel nooit meer een duo als Gal-Totilas, een combinatie die één en daardoor meer dan de som van de delen werd. Ludo Philippaerts liet Winningmood gaan, Eric Van der Vleuten, nochtans mede-eigenaar, liet Tomboy gaan. Albert Zoer nam afscheid van Okidoki. Ze zijn legio in deze sport, de voorbeelden van. Degenen die deze sport beoefenen alleen omwille van de sport, het zijn de happy few uit het hippische wereldje. De Doda's van deze wereld, gesteund door een rijke vriendin of echtgenote. José Larocca, Edouard de Rothschild of enkele anderen; gefortuneerd en daardoor onafhankelijk. Het gros van de ruiters en amazones heeft andere ambities, sportief ongetwijfeld, maar ook financieel. Of ze nu zelf al dan niet deels eigenaar zijn van hun paard, spreek hen onder vier ogen en ze zullen het allemaal toegeven: er moet geld in het bakje komen en een vierde plaats in de grote prijs van een driesterrenconcours betaalt op het einde van de rit de rekeningen niet. Natuurlijk is het bitter, even slikken, als zo'n paard plots je stallen verlaat. Maar de euro's die straks op de rekening gestort worden zullen de pijn ongetwijfeld wel een beetje verzachten. En de Edward Gals, Eric Van der Vleutens, de Zoersen, Philippaertsen, Whitakers en anderen van deze wereld. Ze komen straks ongetwijfeld terug, met een ander paard. Omdat ze vooruitziend zijn en vaak de opvolger voor al op stal staan hebben en vooral omdat het echte 'paardenmensen' zijn. Die de zeldzame gave hebben de kwaliteit en capaciteit in een paard te onderkennen. En zich de moeite en tijd getroosten om die capaciteiten verder te ontwikkelen. Dat kost tijd en geld en dus mag de kassa af en toe eens rinkelen. Dat geldt voor de ruiter, en ook voor de eigenaar. Dus laat ons alsjeblieft ophouden met die schijnheiligheid. Totilas is verkocht. Dat is jammer voor de sport, jammer voor Edward Gal en de Nederlandse dressuurwereld. Maar 'life goes on' en Edwrd komt terug. En voor wie mocht twijfelen of dit echt wel kan; lees er het hele verhaal van Philippe Le Jeune maar eens op na.
De paardensport mag dezer dagen niet mopperen over een gebrek aan belangstelling. De hereniging tussen Vigo en Le Jeune haalde zowaar de 'normale' media en ook het nieuws dat Le Jeune ondertussen een operatie onderging aan z'n knie en een paar weken buiten strijd zal zijn is voer voor de krantenredacties. Die redacties hervallen trouwens in een oude ziekte en gaan al luidop dromen van een Olympische medaille straks. Een bewijs nog maar eens van onkunde of op z'n minst van een gebrek aan kennis ter zake. Want niets is zo vergankelijk als succes in de paardensport. Of afhankelijk van toevalligheden. Wat overigens in Kentucky nog maar eens aangetoond is: ook Olympisch Kampioen Eric Lamaze en Rodrigo Pessoa hadden zich als nooit tevoren voorbereid op de wereldkampioenschappen.
Een kwart van de springpaarden in Kentucky uit de Belgische fokkerij. We moesten even de wenkbrauwen fronsen: een kwart van de 120 deelnemers, dat is dus 30. Het blijkt verrassend genoeg te kloppen ook, met dank aan het SBS (1) en Zangersheide (8) en uiteraard het BWP (23). Imposante cijfers, maar ze verdienen enige relativering: 31 van de deelnemende viervoeters komen uit een KWPN-merrielijn, gevolgd door Holstein (26) en het Selle Français en Hannover met elk 18. En het BWP? Ons stamboek moet het stellen met een schamele 4 merrielijnen wat alles al enigszins in perspectief plaatst... Maar het maakt de verdienste van de Belgische fokkers er niet minder om: die hebben het BWP dankzij hun ongebreideld shoppen in het buitenland gemaakt tot wat het is: een mondiaal toonaangevende fokkerij die misschien beter dan welke fokkerij ook weerspiegelt waar de betere merrielijnen en hengsten te vinden zijn.
De Belgische media hebben, zij het met enige vertraging, de jumpinsport ontdekt. Nadat de wereldruiterspelen dagenlang zo goed als dood gezwegen werden was het zondag het hot item in het VRT-nieuws die zelfs een cameraploeg richting stallen Lejeune stuurde om er de thuisgbleven zonen te interviewen. En de VRT liet in de studio zowel haar 'jumping-expert' Stefaan Lammens opdraven. Nu mogen ze veel zeggen, maar een expert inzake jumping is Stefaan Lammens allerminst, verre van zelfs. Het is tekend dat de VRT voor haar interview vanuit het verre Kentucky Marc Wentein moest laten opdraven. Maar goed, we (de jumpingsport dan) hebben tenminste het nieuws gehaald en in de media werd meteen gedagdroomd van Olympische medailles. Tsja. Wat ons een beetje stoort in het hele verhaal is het gebrek aan kennis terzake in de media. In het Laatste Nieuws van vandaag heeft Lejeune plots een vrouw die Goedele heet. Nu, Lejeune is op dat vlak ook een rappe, maar bij ons weten is het nog altijd een vriendin en heet ze Gudrun. En in het VRT-nieuws hadden ze het over de tweede Belgische medaille in Kentucky. Vergeten lijkt plots de zilveren medaille van het reining-team... Het is wellicht tekenend dat geen enkele krant of nieuwsredactie blijkbaar een echte expert in huis heeft terzake. Eigenlijk zegt het veel over het belang dat men aan de paardensport hecht in z'n algemeen....
Zo, Hij is dus Wereldkampioen. Philippe Lejeune. Magistraal wat Hij vannacht uit z'n mouw schudde daar in Kentucky. Geen springfout gedurende het hele kampioenschap. We hebben het altijd een beetje een vreemde man gevonden, Philippe Lejeune. Wat afstandelijk, moeilijk te doorgronden. Maar, Hij neemt zelden een blad voor de mond, zegt altijd waar het op staat. Ironie, dezelfde Lejeune die nog geen jaar geleden zwaar uithaalde naar de Belgische ruitersportfederatie, een zootje ongeregeld, onbekwaam zonder meer, volgens Lejeune. Diezelfde Lejeune zal straks door diezelfde federatie bejubeld en gehuldigd worden...
Is het u trouwens ook opgevallen dat die finale met paardenwissel zo goed als een Belgisch onderonsje was. Pessoa, Lamaze, Al Sharbatly en uiteraard Lejeune; allemaal vertoeven ze het grootste deel van het jaar op Belgisch grondgebied of wonen ze er. En op het voorterrein lieten ze zich allen bijstaan door een Belg: Lejeune door Dirk Demeersman, Pessoa door papa Necco en Jos Kumps, Lamaze door Gilbert Deroock en Al Sharbatly door Stanny Van Paesschen. Wat ons alleen maar de bedenking kan ontlokken dat het wellicht eenvoudiger geweest was om de WEG in eigen land te organiseren....
We hebben alweer een korte nacht achter de rug. Feestje gisterenavond en nadien was het de moeite niet meer om nog wat slaap te pakken voor de start van de halve finale met de beste 30. Parcoursbouwer Conrad Homfeld schudde het ondertussen bekende recept uit z'n mouw voor die wedstrijd over twee omlopen. Veel wendingen, lange lijnen en vooral spelen met afstanden en breedte. Het leverde uiteindelijk drie combinaties op die dubbel foutloos bleven, vier als we de tijdsfout van Philippe Lejeune en Vigo even buiten beschouwing laten. Mc Lain Ward houdt weinig over aan z'n twee memorabele rondes met Sapphire, geen plaats bij de finale four, Lamaze en Lejeune bevestigden alleen het goede dat we de voorbije dagen zagen en voor Rodrigo Pessoa hoefde het foutje met Rebozo zelfs geen drama te zijn. Kortom, we krijgen straks een finale met wat ongetwijfeld de beste vier van de voorbije omlopen waren. Geen discussie mogelijk daarover. Dat daarbij een Belg de kans maakt om een andere Belg op te volgen als wereldkampioen is buitengewoon. En Jos Lansink hoeft niet te treuren, zelfs twee foutloze rondes hadden hem niet terug gebracht in de top vier. Al vragen we ons af hoe de kansen van Lansink er voor zouden gestaan hebben indien hij zijn rit een half uurtje vroeger of een half uurtje later had kunnen rijden tijdens dat bijzondere jachtparcours.
Het laat zich aanzien dat we in de loop van de komende maanden eens op bezoek zullen moeten bij Lejeune voor een interview. Lejeune die het behalen van de bronzen teammedaille een politiek tintje gaf en straks ongetwijfeld veel, héél veel volk over de vloer zal krijgen. We vragen ons af hoe een mens zich voorbereiden kan op die finale met vier waarin je de paarden van de anderen te rijden krijgt. Het moet een beetje als de beslissende strafschoppenserie na de finale van het WK zijn. Je tegenstander kennen, in dit geval, zijn of haar paard en vooral veel vakmanschap.In die zin is de ontknoping straks de ontknoping een wereldkampioenschap waardig. Waarbij niet zozeer de beste ruiter met het beste paard straks op het hoogste trapje van het podium staat, maar wel de beste combinatie en in alle geval, een vakman. En daarom geloven we sterk in de kansen van Lejeune die zich al jaren handhaaft met verschillende paarden en met Vigo een buitengewone combinatie vormt. Als het om ervaring en vakmanschap gaat hebben Lejeune en Pessoa een streepje voor op de tegenstand. En wat Lamaze betreft, daar wil ik nog wel eens zien hoe de anderen het er met zijn Hickstead van af brengt. Het zal velen ontgaan zijn, maar Lejeune tekende vannacht wel voor een bijzondere rit. Onze landgenoot moest als laatste de ring in, kon zich 4 tijdsfouten permitteren of één springfout, maar niet de combinatie van een tijds- en een springfout. Dat Lejeune opteerde voor een langzame rit met risico op tijdsfout geeft aan hoe zeker onze landgenoot zich moet voelen van zijn Vigo. Als die straks wil meewerken en een voetje laat hangen bij zijn rit met de anderen. Het zou ons niets verbazen. Want Lejeune en eigenaar Joris De Brabander, op dat vlak zijn het ware magiërs.
Overigens is ons bij de beelden van de WEG nog iets opgevallen. Misschien hebt u het gezien; een juichende Gilbert Deroock bij de rit van Lamaze. Deroock en Lamaze, vrienden voor het leven. Met één verschil: de ene kan drinken, de andere niet. Mooi feestje kan dat worden straks daar. Wat dat laatste betreft moet aan de kwaliteiten van de Belgen overigens niet getwijfeld worden....
Het is een korte nacht geweest. Om 2 uur opgestaan om de finale van de landenwedstrijd te volgen. Om 4 uur terug in bed, om 6 uur terug uit bed om de teksten te maken en door te sturen. Maar, we hebben genoten. Wat een magistrale finale alweer en hoe klein de verschillen tussen zowel de landen onderling als de individuele deelnemers. Met nog twee omlopen te gaan maken nog minstens 20 combinaties kans om door te stoten naar de final four.
Maar goed, de landenwedstrijd dus. Dit is zonder meer het wereldkampioenschap van de mondialisering geworden. Toonaangevende jumpinglanden als Nederland en Ierland haalden niet eens de top tien. Daar wel present waren bijvoorbeeld Australië en Saoudie-Arabië en in de individuele ranking spelen enkele van die Saoudi's mee voor de titel. De voorbije jaren waren er af en toe wel eens wat ruiters uit het Verre of Midden Oosten te gast op West-Europese stallen. Het werd bij momenten nog meewarig afgedaan als hippische ontwikkelingshulp. Maar clevere kerels als Paul Schockemöhle en Axel Verlooy wisten wel beter, en in hun spoor vele anderen. Ze verkochten goede paarden aan hun nieuwe en kapitaalkrachtige klanten en verpakten dat handig in een pakket met training en begeleiding. Wat goede paarden, begeleiding en omkadering vermogen wordt dezer dagen overtuigend aangetoond door de Saoudi's. Veel goede paarden en dan onder begeleiding van een kenner als Stanny Van Paesschen zoeken naar de beste combinaties om van daaruit het beste team te bouwen. Er ligt nog en enorme markt open in deze door economische en beurscrisissen getekende wereld. Na het nog niet geheel ontgonnen Verre en het Midden Oosten, het vroegere Oostblok en Azië.
Tussen dat alles door hebben we genoten van onze Belgen. Grote Belgen, al is dat met een korreltje zout te nemen. Dirk Demeersman en Philippe Lejeune, dat wel. En verder ook Jos Lansink, Nederlander, naar België gehaald door die andere Nederlander, Leon Melchior. En zijn dochter dus, Judy-Ann Melchior. Wat een metamorfoze heeft die trouwens ondergaan. Kraakte niet onder de enorme druk, niet in de eerste en al evenmin in de tweede omloop. Gebalde vuisten bij Philippe Lejeune na een magistrale rit en echte vreugde in de Belgische entourage. We hebben het ooit anders geweten. Jos Lansink dan die Valentina aan het springen heeft als Cumano in zijn beste dagen. Los van wat er straks te gebeuren staat kunnen we het alleen herhalen: de nog altijd titelvoerende wereldkampioen is een absolute grootmeester. Hij dichtte ons land geen plaats in de top vijf toe, wist hij ons vooraf in vertrouwen te melden. Het zou moeilijk worden, omwille van de sterke, te sterke tegenstand. Maar precies die tegenstand kraakte wel onder de druk.
We hebben deze morgen in alle vroegte een sms'je gstuurd naar de betrokken ruitersmet felicitaties. En op een respons hadden we niet durven hopen, maar u mag twee keer raden wie als eerste een bedankje terug stuurde....