Geen Belgen, Fransen, Duitsers of Nederlanders op de erelijst van de CSIO Lummen dit jaar. Wel Noren. En eigenlijk zou dat niemand mogen verbazen. Groot is de weelde in Noors jumpingland niet. Natuurlijk, ze hebben Tony André Hanssen, internationaal bekend als jumpingruiter, in eigen land ook en vooral bekend als popster. Hansen dus, en Stein Endresen die al hoge ogen gooide op het EK in Mannheim. Geir Gulliksen natuurlijk en de Nederlandse Noor Morten Djupvik. Daarmee heb je zowat de complete Noorse top. Al is er natuurlijk nogLine Raaholt die zich in de aanloop naar de Spelen verzekerde van de diensten van Pilgrim, het voordien door David Mc Pherson gereden kampioenschapspaard. Ervaring zat dus bij Pilgrim, maar niet bij Raaholt die zich klaarstoomt op het reservebankje. De Noren gaan de komende maanden nog wel een paar Nations Cup-wedstrijden afhaspelen. Niet met de intentie om de poort naar de Super League open te wrikken, want daarvoor is het Noorse reservoir aan talent voorlopig te klein. Wel om teamgeest te smeden. De Noren hebben een nieuwe coach en kregen in de aanloop naar het groene seizoen ook de steun van een mental coach die ondermeer in Arezzo de stoere Noren met meer dan troostende woorden en schouderklopjes alleen bijstond. Daarnaast is er voor het Noors team ook uitgebreide veterinaire begeleiding. Kortom, de Noren gaan niet zomaar naar de Spelen om er een figurantenrol te spelen. Toch blijft de kloof tussen de Noren en de toonaangevende jumpinglanden die we straks ook op de Spelen voorin mogen verwachten groot. De Duitsers kunnen putten uit een schier onuitputtelijk reservoir aan ruiters en paarden al is ook daar, bij nader inzien de spoeling dun. Kurt Gravemeier heeft z'n lijstje nu al in het hoofd: Ludger Beerbaum natuurlijk die met All Inclusive, Coup de Coeuer en Goldfever maar liefst drie kampioenschapspaarden staan heeft. Marco Kutscher en Cornet Oobolensky, Meredith Michaels Beerbaum en haar Shutterfly, Christian Ahlmann en Cöster en de verbazende Heinrich Hermann Engemann met Aboyeur. De Amerikanen hebben de luxe zowat twee teams in stelling te kunnen brengen maar rijden zich in de aanloop naar een groot kampioenschap wel eens vaker 'op'. Nederland natuurlijk waar de blessure van Jeroen Dubbeldam een lelijke streep door de Olympische rekening zou kunnen zijn. Onderschat ook de Zwitsers niet natuurlijk met Mändli, Guerdat, Fuchs, Liebherr en anderen. Geld en talent zijn in het land van de uurwerkmakers niet bepaald het probleem. Maar na die landen hebben we het wel gehad, want ook in de andere teams is de spoeling dun. De Brazilianen komen met een relatief onervaren team, ervaring zat bij de Canadezen, maar wie kan na Millar en Lamaze de derde en vierde ruiter uit he hoofd opnoemen? Verder de Britten natuurlijk, waar de leeftijd van het team wel eens een handicap zou kunnen zijn. Wat mogen we verwachten van de Zweden en de Oekraïne? Nee, ons zou het niet verbazen als we straks op de Spelen verrast worden door enkele nieuwe naties. Zoals Noorwegen en Australië. Ook de Aussies komen zich op Europese bodem voorbereiden en rijden straks enkele landenwedstrijden waarbij de over de hele wereld uitgezwermde Aussies op Europese bodem aan de teamspirit komen werken. Het jumpinggebeuren kreeg in Noorwegen alvast een boom na de kwalificatie voor de Spelen. Want toen de kwalificatie een feit was opende het Noorse journaal met het nieuws dat de Noren straks naar de Spelen mochten en stelde Morten Djupvik tot z'n verbazing vast dat hij de voorpagina van de krant haalde. Dat zien we hier in België nog niet meteen gebeuren...
03-05-2008, 10:19
Geschreven door koen 
|