Op het geëndosseerde boekblokje komen nu de schutbladen. De schutbladen mogen kleurig zijn, en moeten passen bij het linnen dat gebruikt wordt voor de rug, bij het sierpapier waarmee het omslag bekleed wordt, bij het leeslint en de kapitaalband. Tijd voor een creatief intermezzo: materialen kiezen. Heb je het papier voor de schutbladen gekozen, vouw er dan een reep van om die breder is dan het boekblok. De vouw moet de looprichting van het papier volgen. We snijden nu twee dubbele schutbladen, die precies even groot zijn als het boekblokje.
De vouw die je in het papier gemaakt hebt wordt precies gelijk met de rug van het boekblokje gelijmd. Daarvoor brengen we met behulp van twee smeervelletjes een dun lijmlijntje aan op de dubbele schutbladen.
Rest ons nu nog om het lijmstrookje stevig aan te drukken en te laten drogen, en we zijn klaar voor de volgende stap.
Nu moeten we het boekblok endosseren. Endosseren betekent dat we de rug van de aaneengenaaide katernen instrijken met boekbinderslijm, en dat we met het vouwbeen die lijm goed vlak uitsmeren over de rug. De lijm dringt dan een klein stukje tussen de katernen, waardoor ze nog eens aan elkaar verbonden worden (en niet alleen met het naaigaren). Endosseren is natuurlijk een kliederwerkje. We gaan dan ook het boekblokje met de rug over de rand van de tafel leggen, en het fixeren met een gewicht, zodat we onze handen vrij hebben. Het is ook niet onverstandig om een vod bij de hand te hebben. Een veel gemaakte fout bij het endosseren is dat de lijm aan de boven- en de onderzijde tussen de bladzijden dringt. Om dit te vermijden gaan we zowel met de kwast als met het vouwbeen in één richting werken, nl. van de rug naar de boven- resp. onderzijde toe, en nooit omgekeerd!
Elk katern heeft nu vier voorgeprikte gaatjes. We zullen ze nu met boekbindersdraad aan elkaar naaien. Boekbindersgaren wordt gemaakt van vlas, omdat dat ijzersterke vezels oplevert, en omdat het niet uitrekt. We beginnen met het eerste katern: de draad gaat van buiten naar binnen door het bovenste prikgat, komt weer naar buiten door het tweede, gaat weer naar binnen door het derde, en komt weer naar buiten door het vierde. Dan trekken we de draad strak. Let op: die draad straktrekken moet altijd in dezelfde richting van de rug van het katern. Als we zouden straktrekken loodrecht of schuin op de rug, dan scheurt het papier onmiddellijk door!
We nemen nu het tweede katern, we leggen het heel precies op het eerste, en we gaan ook in dat katern van buiten naar binnen, van binnen naar buiten, van buiten naar binnen en weer van binnen naar buiten. We trekken de draad weer strak mee met de richting van de rug. De draad is uit het tweede katern te voorschijn gekomen net boven de plek waar de draad in het eerste katern verdwenen is. We knopen die twee draden aan elkaar met een dubbele weversknoop, zodat de twee katernen zowel boven als onder met elkaar verbonden zijn.
We gaan verder met het derde katern, en als de draad uit het vierde prikgat te voorschijn komt, verbinden we dit derde katern met de vorige twee door de draad tussen katern 1 en 2 door te halen en een kettingsteek te maken.
Onze voorprikmal is klaar. We kunnen nu voorprikken. Het voorprikken zelf kent twee valkuilen: je zou denken dat het een makkelijk klusje is, maar je kunt wel al je katernen verknoeien zonder dat je het in de gaten hebt. De eerste valkuil: je hebt een truukje nodig om zo te prikken dat je precies begint en eindigt in de vouw. Beginnen prikken in de vouw is niet moeilijk: dat zie je zo. Waar de els zal uitkomen dat is echter niet zo gemakkelijk te controleren. Tenzij je dus het truukje kent. Het truukje zit zo: je neemt een katern, en je opent het in het midden zodat de bovenste helft van het katern een hoek van 90° vormt met de onderste helft van het katern. Je richt de priknaald nu zo dat ze die hoek van 90° precies in twee deelt: de naald vormt dus twee hoeken van 45°. Dit is de enige goede richting om een katern voor te prikken en niet uit te komen naast de rugvouw. Laat je NOOIT verleiden om het anders te doen. De tweede valkuil: vóór je begint te prikken moet je het prikmalletje op de juiste plaats leggen, en het mag niet meer verschuiven tot je katern voorgeprikt is. 'Op de juiste plaats' betekent hier: de bovenzijde van het prikmalletje moet bij elk katern precies gelijk liggen met de bovenzijde van het katern. 'Niet meer verschuiven' betekent dat je soms handen te weinig hebt om het geheel in bedwang te houden. Een gewichtje kan dan gouden diensten bewijzen (een gladde steen, een goed ingepakt loodblokje, een ouderwets gewicht, ...).
De katernen zijn gevouwen; de volgende opdracht is nu ze stevig met elkaar verbinden, zodat er een boek ontstaat. We gaan dit doen met naald en draad, maar eerst moeten we gaatjes prikken waar de naald door het papier moet. Het is immers erg belangrijk dat elk katern op precies dezelfde plaatsen voorgeprikt wordt. Is dat niet het geval, dan krijgen we een boek waarvan de boven- en de onderzijde onregelmatig zijn. Dan moeten we bijsnijden, wat alleen kan met dure machines. 12 katernen op precies dezelfde plaatsen voorprikken lukt alleen als je hiervoor een malletje maakt. Het malletje is een reep soepel karton (bijv. een stukje van een corn-flakesdoos) dat we met een ritslijn overlangs in twee vouwen. Het moet precies even hoog zijn als de katernen, en de breedte maakt niet veel uit (zo'n acht centimeter werkt prettig). Aan de binnenzijde van de vouw tekenen we vier prikgaten af: het eerste op 1,5 cm van de bovenzijde, het tweede op 2 cm van de onderzijde, het derde en het vierde op een gelijke afstand van het bovenste en het onderste (de afstand tussen die twee moet je dus door drie delen).
Terug naar ons boekje, voor onze 100% ambachtelijke workshop. Er zijn verschillende technieken om de looprichting van papier of karton te bepalen, en de één is al agressiever dan de andere. Hier gaan we. 1. Scheuren Neem een blad krantenpapier van een krant die je uit hebt. Scheur het blad gewoon in twee. Lukt dat gemakkelijk, en bekom je een scheur die netjes parallel blijft lopen met de rand, dan is de richting van de scheur vermoedelijk de looprichting. Gaat de scheur alle kanten uit, maar niet recht naar beneden, dan scheur je vermoedelijk tegen de looprichting in. 2. Knippen en bevochtigen Knip een rechthoekje papier uit het blad waarvan je de looprichting wilt bepalen. Houd dat rechthoekje even onder de kraan en kijk wat er gebeurt: het blaadje krult om, en rolt soms zelfs helemaal op. De lengterichting van het rolletje geeft de looprichting aan. Doordenkertje: waarom knip je een rechthoekje en geen vierkantje? 3. Op het gevoel De minst agressieve, maar ook de moeilijkste. Neem een blad of 10 van je stapel, en probeer te voelen in welke richting het papier het gemakkelijkst meegeeft. Oefen eerst met vierkante bladen. Die richting waarin het papier het 'gewilligst' is om om te buigen is de looprichting. Ook voor het bepalen van de looprichting van karton is dit een goeie methode. Doordenkertje: waarom eerst oefenen met vierkanten?
Het zwerfboek 'Origami wenskaarten' van Masahiro Chatani heeft sinds gisteren weer de status van loslopend wild. Het vorige baasje schrijft op www.bookcrossing.com: "Leuk boekje om ideeën uit op te doen. Eens je één zo'n kaartje met uitpoppend bootje hebt gemaakt heb je 't systeem door om zelf nieuwe te maken. De grotere projecten waren aan mij niet besteed omdat ik geen groot snijmateriaal heb, en vooral in kleinere kaartjes geïnteresseerd ben. Bedankt om het te delen! Ik heb het boek daarnet weer vrijgelaten in Brugge, in de schrijfwinkel Symposion in de Oostmeers (http://www.symposion.be)." Allen daarheen zou ik zo zeggen.
Bij De Slegte en bij Pipoos vind je momenteel het boek 'Folding Ideas for Cards en Envelopes'. 455 bladzijden (!!!) ideeën èn een cd waar zo op het eerste zicht minstens 170 werktekeningen in pdf-formaat op staan. Pdf betekent dat zowat elke pc deze documenten kan openen en afdrukken ... Het geheel kost 19,50 en is uitgegeven door The Pepin Press (een uitgeverij die mij al meer dan eens bèrgen inspiratie bezorgd heeft: kijk maar eens hier; je begrijpt meteen wat ik bedoel). Dat de documenten op de cd nu in pdf-formaat zijn is nieuw. Vroegere publicaties bevatten een cd met documenten in eps-formaat (encapsulated post script), een formaat dat door professionele designers wel vlotjes gebruikt kan worden, maar niet door de m/v in de straat die niet veel meer doet met zijn/haar pc dan teksten verwerken en emails lezen en versturen. Maar zelfs als je de cd-tjes niet geopend krijgt zijn de boeken nog meer dan de moeite waard ... Atelier Plano droomt van een workshop waarin een gewone dagelijkse computergebruiker leert om die computer in te zetten voor zijn/haar papiercreaties. Een combinatie van ambacht en high-tech, zeg maar. Op een locatie waar een computerruimte en een papieratelier voorhanden zijn, ... Interesse? Laat eens horen, dan organiseren we dat binnen de kortste keren. De locatie is gevonden, de ideeën liggen klaar.
Op de foto gisteren kon je zien dat het oorspronkelijke blad een pijltje gekregen had. Dit pijltje geeft de looprichting van het papier aan. De looprichting van het blad moet altijd dezelfde zijn als de rug van het boekje, anders zal het boekje altijdblijven tegensputteren als je erin wilt bladeren. Een boekje met een verkeerde looprichting wordt nooit een aangenaam object om te gebruiken! Bij A3-bladen die je koopt in een copyshop of een papierhandel is de looprichting meestal zoals aangegeven op de foto van gisteren (kortlopend: de korte zijden zijn parallel met de looprichting). Als we zo'n blad 3 keer vouwen houden we een katern over met een 'staand' A6-formaat: de rug is één van de lange zijden. Willen we nu uit A3-bladen een A6-boekje met een liggend formaat maken, dan moeten we langlopend papier zoeken. Je kunt succes hebben in de afdeling 'schetsblokken' van een winkel voor kunstenaars. Bijkomend voordeel: schetsblokken bevatten véél mooier papier dan je ooit in een copyshop of kantoorhandel zult vinden!
Binnenkort 'workshop boekje maken' bij Atelier Plano. De voorbereidende werkzaamheden zijn gestart, en dus ook het maken van voorbeelden. De eerste stap bestaat erin dat we de katernen vouwen die het boekblok zullen vormen. Voor een boekje van het formaat A6 (ongeveer 10 op 15 cm) is het handig om te beginnen met bladen van het formaat A3 (ongeveer 30 op 42 cm). Hoe ga je tewerk? Je vouwt het blad dubbel (korte kanten zo nauwkeurig mogelijk op elkaar brengen), je drukt de vouw aan met een vouwbeen, en je snijdt de vouw door tot voorbij de helft van de vouw, maar niet tot het einde. Je vouwt het dubbelgevouwen blad weer in twee, en je snijdt de vouw weer door tot net voorbij de helft van de vouw. Je vouwt het in vieren gevouwen blad nog eens in twee, maar je snijdt de vouw nu niet meer door. Deze laatste vouw vormt immers de rug van het katern dat je net gevouwen hebt. Waarom telkens dat doorsnijden na het vouwen? Omdat je anders een ophoping van papier krijgt aan de binnenzijde van de vouwen; die ophoping kreukt onvermijdelijk als we verder vouwen (de kreuken vormen wat we een klokhuis noemen). Waarom niet helemaal doorsnijden? Omdat het bij de volgende stappen wel handig is om katernen te hebben die niet om de haverklap uiteen vallen. Waarmee snijden? Met een bot tafelmes! Hiermee maak je een mooie, fijne scheurrand die kaarsrecht is (althans als je de vouw goed scherp gemaakt hebt met je vouwbeen). Laat je nooit verleiden om een vouw door te snijden met een breekmes: je snijdt onvermijdelijk naast de vouw, en het katern is waardeloos geworden.
Laatste opdracht: doosjes gemaakt die - opgevuld met snoep - zullen dienen als relatiegeschenk. Ze zijn gemaakt uit Malmero van 300 gr/m² ongeveer, en er is geen druppel lijm aan te pas gekomen.
Vroeger ook zoveel plezier beleefd aan de 'Waar is Wally' boeken? Voor Wally hoef je nu niet meer naar de bibliotheek of de boekhandel, hij zit ook op het world wide web! Ga naar www.findwaldo.com, en na een half uurtje zie je gegarandeerd sterretjes.
Michel Wittock stichtte 25 jaar geleden de Bibliotheca Wittockiana. Om dit te vieren worden er nog tot 28 februari 2009 zo'n 250 werken uit zijn schitterende collectie getoond. De nadruk ligt op de boekbanddecoratie, en hoe die evolueerde in de loop van de laatste 500 jaar. Volgens mensen die het kunnen weten is deze tentoonstelling een absoluut niet te missen evenement. De Bibliotheca Wittockiana bevindt zich in de Bemelstraat 23 te 1150 Brussel, en meer informatie vind je hier.
Af en toe valt er een mail met een extra lange bijlage in mijn mailbox, die als onderwerp 'Fenix' heeft. De Fenix is een uitgebreide nieuwsbrief met alle mogelijke activiteiten op het gebied van boeken en boekbinden, in België, Nederland, en vaak ook daarbuiten. Telkens weer staan er tentoonstellingen of wedstrijden in waar ik nog niets van afwist. Absoluut de moeite waard om te krijgen. Wil je ze ook ontvangen, stuur dan een mailtje naar johandebeule@hotmail.com.
Alleen deze week is er een bijzondere tentoonstelling op de website van het Koninklijk Huis van Nederland: onder de geschenken die leden van het Koninklijk Huis ontvangen zitten veel boekbanden, foto-albums, ... Die bindingen zijn natuurlijk niet de eerste de beste, en dat kun je dus momenteel nog met je eigen ogen aanschouwen. Wil je een idee krijgen van die bijzondere boekenkast van Oranje, klik dan hier. Neem zeker de tijd om de tekst te lezen die onder de foto's staat, en om wat in het rond te klikken.
'Kneep en binding', een uitgave van de Koninklijke Bibliotheek van Nederland, bevat 126 pagina's boordevol informatie over boekbinden en boekbindterminologie: gratis en voor niets te downloaden via deze link. Wel eventjes de gebruiksvoorwaarden lezen: alleen voor niet-commerciële doeleinden is er een toelating om de tekst geheel of gedeeltelijk te gebruiken.
Het zwerfboek van Masahiro Chatani heeft een nieuw baasje gevonden. Meer informatie hier. Voor het zwerfboek hoef je het dus niet meer te doen, maar als je één dezer dagen toch in de bibliotheek zou komen: veel leuke boeken over werken met papier vind je onder het SISO-nummer 624.3. En weet je dat veel openbare bibliotheken graag ingaan op suggesties van hun gebruikers? Als je laat weten waar je interesse ligt, of als je aankoopsuggesties levert, dan is de kans groot dat je na enkele maanden nog meer je gading vindt in de rekken. Ikzelf heb ondertussen te kampen met plaatsgebrek in mijn boekenrekken. Ik doe een mooie collectie liedboeken van de hand, tegen ongeveer de helft van de aankoopprijs. Stuur een berichtje als je interesse zou hebben.
Hoewel het boek van Masahiro Chatani de titel 'Origami wenskaarten' draagt, lijken de technieken die erin beschreven staan heel weinig met origami te maken te hebben. Bij origami wordt het papier zelden ingesneden, soepel papier krijgt de voorkeur, je vertrekt bijna altijd van een vierkant, er wordt alleen maar gevouwen, er komt bijna nooit lijm aan te pas, ... Als je de ontwerpen van Chatani uitvoert is de belangrijkste activiteit juist het insnijden van het papier, en of je begint met een vierkant maakt niet veel uit, als het papier maar stevig genoeg is en net niet te soepel; om het object te fixeren op een drager is ook nog eens lijm nodig... De enige overeenkomst met origami lijkt te zijn dat je op de juiste plaatsen dalvouwen moet maken en op de juiste plaatsen bergvouwen. Heb je interesse voor dergelijke projecten, dan zul je op het internet wel het één en het ander vinden via de trefwoorden 'papierarchitectuur' of 'origami architecture' of 'kirigami'. Hieronder nog enkele foto's van een ontwerp van Masahiro Chatani, uitgevoerd door Atelier Plano.