De Belgische afvalgroep Indaver, die in het Oost-Vlaamse Doel (bij Beveren) een afvalverbrandingsoven van 383.000 ton uitbaat en een aanvraag heeft ingediend voor een bijkomende ovenlijn met een capaciteit van 200.000 ton per jaar (zie blog van 28 mei 2010 "Indaver: een oven te veel?"), kan in Ierland haar plannen voor de bouw van een afvalverbrandingsoven in het Ierse County Cork opbergen. Na een bitse strijd die 10 jaar aansleepte, besliste de Ierse planningscommissie "An Bord Pleanála" op 10 juni 2011 om de vergunningsaanvraag van Indaver te weigeren.
Indaver wou in het Ierse plaatsje Ringaskiddy, vlak tegenoven het National Maritime College of Ireland - een school voor scheepvaart- en andere maritieme opleidingen - een verbrandingsoven met een lijn van 100.000 ton voor gevaarlijk afval en een lijn van 100.000 ton voor huishoudelijk afval bouwen. Tegen deze plannen die dateren van april 2001 werd al van in het begin fel geprotesteerd, onder andere door het actiecomité CHASE ('Cork Harbour Alliance for a Safe Environment'). De zaak leidde eerder dit jaar al tot een veroordeling van Ierland door het Europees Hof van Justitie op basis van een klacht van CHASE (lees de uitspraak in zaak C-50/09 hier).
Met de uitspraak van "An Bord Pleanála" lijkt het doek over de verbrandingsoven van Indaver in het Ierse County Cork dus definitief gevallen. De planningscommissie motiveerde haar weigering onder meer met de volgende redenen:
- de plannen voor de verbrandingsoven zijn niet compatibel met het afvalbeleid in de regio; - de layout en de beperkte oppervlakte van de voorgestelde site is niet geschikt voor de bouw en exploitatie van een afvaloven; - het project is niet in overeenstemming met de ruimtelijke planning en duurzame ontwikkeling van het gebied; - het project zou schade toebrengen aan de voorzieningen en eigendommen in de omgeving van de site; - er is risico op wateroverlast in de straat waar de site zich bevindt en de impact van het verhogen van het straatniveau op de omliggende eigendommen werd onvoldoende onderzocht door de ovenbouwer.
Bovendien werd Indaver veroordeeld tot het betalen van alle kosten van de vergunningsprocedure voor een bedrag van bijna een half miljoen euro. Het actiecomité CHASE en andere buurtbewoners die klacht hadden ingediend ontvangen een schadevergoeding voor geleden kosten van 69.000. Je kan de volledige motivering van de vergunningsweigering hier lezen.
De beslissing van de planningscommissie in Ierland is ook interessant met betrekking tot de plannen van Recover Energy om een verbrandingsoven te bouwen op de Leuvensesteenweg aan Kampenhout-Sas. Sommige van de aangehaalde argumenten zijn namelijk ook bij ons van toepassing. Zo is de site van Recover Energy amper iets meer dan 2 hectare groot voor een afvaloven van 150.000 ton, terwijl een afvaloven van 200.000 ton in Ierland op een terrein van 12 ha groot geweigerd werd "wegens de beperkte oppervlakte van de voorgestelde site". Volgens de Ierse planningscommissie zouden de voorgestelde plannen leiden tot "overontwikkeling van de site". Recover Energy beweert echter dat ze met hun 2,27 ha totale oppervlakte nog ruimte over hebben voor een groene buffer van 0,6 ha én nog eens 0,4 ha voor verdere toekomstige ontwikkeling. Hopelijk ziet de Vlaamse regering de waanzin van dit project in en wordt, net als in Ierland, geen vergunning afgeleverd voor de bouw van deze nutteloze en vervuilende afvaloven in Kampenhout.
|