Zeg Ja, tegen de Liefde van ons Heer, Jezus Christus. Say, Yes to The Love of Our Lord Jesus Christ.
01-04-2012
VERVOLG DE PASSIE
Deel 1.17 Jezus vergeeft zelfs de grootste zondaar
1)Pilatus heeft de straf uitgesproken. Mijn kindertjes, overweeg aandachtig hoezeer mijn Hart leed...
2)Vanaf het ogenblik dat hij Mij had overgeleverd in de Hof van Olijven, was Judas gaan dwalen en vluchten zonder het schreeuwen van zijn geweten dat hem beschuldigde van de vreselijkste heiligschennis - te kunnen sussen. Toen het nieuws van de doodstraf die tegen Mij was uitgesproken zijn oren bereikte, gaf hij zichzelf over aan de vreselijkste wanhoop en verhing zich.
3)Wie zou de intense pijn van mijn Hart kunnen begrijpen toen Ik zag hoe deze ziel, met wie Ik drie jaren had doorgebracht in de school van mijn Liefde, waar hij mijn leer opnam, mijn onderwijs ontving en zovele keren hoorde hoe mijn lippen de grootste zondaars vergaven, zich in de eeuwige verdoemenis stortte?
4)Judas! Waarom kom je je niet aan mijn voeten werpen zodat Ik je vergeef? Als je het niet aandurft naar Mij toe te komen uit schrik voor hen die Mij omringen, die Mij met zoveel woede mishandelen, kijk Mij tenminste aan, dan zul je zien hoe snel mijn ogen zich op jou vestigen.
5)Zielen die verstrikt zijn in de grootste zonden... Indien jullie, gedurende meer of minder lange tijd, dolend en vluchtend hebben geleefd omwille van jullie misdaden, als de zonden waaraan jullie schuldig zijn jullie verblind hebben en jullie het hart verhard hebben, als jullie, om een of andere hartstocht te volgen, vervallen zijn tot de grootste wanorde, sta dan niet toe dat wanhoop zich van jullie meester maakt als de medeplichtigen aan jullie zonden jullie in de steek laten en als jullie ziel zich van haar schuld bewust wordt... Zolang de mens over een beetje leven beschikt, heeft hij nog de tijd om zijn toevlucht te nemen tot mijn Genade en vergiffenis af te smeken.
5B)Zielen die verstrikt zijn in de grootste zonden...
Indien jullie, gedurende meer of minder lange tijd, dolend en vluchtend hebben geleefd omwille van jullie misdaden,
als de zonden waaraan jullie schuldig zijn jullie verblind hebben en jullie het hart verhard hebben,
als jullie, om een of andere hartstocht te volgen, vervallen zijn tot de grootste wanorde,
sta dan niet toe dat wanhoop zich van jullie meester maakt
als de medeplichtigen aan jullie zonden jullie in de steek laten en als jullie ziel zich van haar schuld bewust wordt...
Zolang de mens over een beetje leven beschikt, heeft hij nog de tijd om zijn toevlucht te nemen tot mijn Genade en vergiffenis af te smeken.
6)Als jullie jong zijn en de schandalen van jullie vroegere leven jullie hebben achtergelaten in een staat van minderwaardigheid tegenover de mensen, weest niet bang! Zelfs als de wereld jullie versmaadt, jullie behandelt als kwaadwilligen, jullie beledigt, jullie in de steek laat, weest ervan verzekerd dat jullie God niet wil dat jullie ziel verslonden wordt door de vlammen van de hel. Hij verlangt dat jullie het aandurven Hem aan te spreken en Hem te vertellen over de verzuchtingen van jullie ziel, en jullie zullen gauw zien dat zijn gulle en vaderlijke Hand jullie naar de bron van de vergiffenis en het leven leidt.
7)Als je door kwaadwilligheid misschien een groot deel van je leven in wanorde en onverschilligheid hebt doorgebracht, en nu - in de nabijheid van de eeuwigheid - de wanhoop een blinddoek over je ogen wil leggen, laat je dan niet misleiden, er is nog steeds tijd voor vergiffenis. Luistert goed: als er jullie slechts een seconde te leven overblijft, maakt daar dan gebruik van want in die seconde kunnen jullie het eeuwige leven verdienen.
8)Als je bestaan is voorbijgegaan in onwetendheid en dwaling, als je de oorzaak bent geweest van grote schade voor de mensen, voor de gemeenschap en zelfs voor de Godsdienst, en je erkent, omwille van eender welke reden, je misstap, laat je dan niet terneerdrukken door het gewicht van je fouten, noch door de schade waarvan je het instrument bent geweest, maar, integendeel, sta toe dat je ziel doordrongen wordt van het meest intense berouw, verdiep je in het vertrouwen en neem je toevlucht tot Hem die steeds klaarstaat om je te vergeven.
9)Hetzelfde doet zich voor als het gaat om een ziel die de eerste jaren van haar leven heeft doorgebracht met het getrouwe naleven van mijn geboden, maar die beetje bij beetje is verzwakt van die bezieling en is afgegleden naar een lauw en gemakkelijk leven...
10)Verberg niets van wat Ik je zeg want het is allemaal voor het welzijn van de hele mensheid. Herhaal het bij het licht van de zon, predik het aan wie het werkelijk wil aanhoren.
11)De ziel die op een dag zo dooreengeschud wordt dat ze ontwaakt, ziet plots hoe nutteloos haar leven was, leeg, zonder verdiensten voor de eeuwigheid. De kwade, met duivelse afgunst, valt ze aan op duizend manieren, blaast haar fouten op; zet ze aan tot droefheid en ontmoediging, brengt haar uiteindelijk tot angst en wanhoop.
12)Ziel die Mij toebehoort, besteed geen aandacht aan die wrede vijand en, als je de werking van de Genade voelt bij het begin van je strijd, neem dan je toevlucht tot mijn Hart; zie hoe Het een druppel van zijn Bloed op je ziel laat vallen en kom naar Mij toe. Je weet al waar je Me kunt ontmoeten: onder de sluier van het geloof... Til hem op en vertel Me met volledig vertrouwen over je verdriet, je ellende, je val... Luister met respect naar mijn Woorden en vrees niet omwille van het verleden. Mijn Hart heeft je ondergedompeld in de diepten van mijn Barmhartigheid en mijn Liefde.
13)Je voorbije leven zal je de nederigheid geven die je zal vullen. En, als je me het beste bewijs van je liefde wilt geven, heb vertrouwen en reken op mijn Vergiffenis. Geloof dat je zonden nooit groter zullen zijn dan mijn Barmhartigheid, want ze is eeuwig.
Deel 1.18 Jezus op weg naar de Calvarie
1)We zullen verdergaan, dochtertje. Volg Mij op de weg naar Calvarie, neergedrukt door het gewicht van het Kruis...
2)Terwijl mijn Hart ondergedompeld was in droefheid omwille van de eeuwige verdoemenis van Judas, laadden de wrede beulen, ongevoelig voor mijn pijn, het ruwe en zware Kruis - waarmee Ik het mysterie van de verlossing van de wereld moest verwerken - op mijn verwonde schouders.
3)Ziet Mij aan, engelen van de hemel. Kijkt naar de Schepper van alle wonderen, naar de God aan Wie alle hemelse geesten eer betonen, op weg naar de Calvarie, hoe Hij op zijn schouders het heilige en gezegende stuk hout draagt dat zijn laatste zucht zal ontvangen.
4)Kijkt ook naar Mij, jullie zielen die verlangen mijn trouwe nabootsers te zijn. Mijn Lichaam, verwoest door zoveel martelingen stapt, zonder kracht, badend in zweet en bloed... Ik lijd, zonder dat iemand meeleeft met mijn smart! De menigte loopt mee met Mij en er is niemand die medelijden heeft met Mij. Ze omringen Mij allen als uitgehongerde wolven die ernaar verlangen hun prooi te verslinden... Het is alsof alle duivels de hel hebben verlaten om mijn Lijden zwaarder te maken.
5)De vermoeidheid die Ik voel is zo groot, het Kruis zo zwaar, dat Ik halfweg uitgeput neerstort. Ziet hoe die onmenselijke mannen Mij op de meest brutale manier oprichten: de ene grijpt Mij bij de arm, de ander rukt aan de kleren die in mijn Wonden kleven, waarbij ze die opnieuw openen... De ene grijpt Mij bij de hals, de ander bij de haren, nog anderen overladen mijn hele Lichaam met verschrikkelijke slagen, met hun vuisten en zelfs met hun voeten. Het Kruis valt op Mij neer en zijn gewicht bezorgt Mij nieuwe wonden. Mijn gezicht schuurt over de stenen van de weg en het bloed dat daardoor vloeit, kleeft in mijn ogen die al bijna dicht zaten door de slagen; het stof en het slijk mengden zich met het bloed en daardoor verword Ik tot een uiterst afzichtelijk ding.
6)Mijn Vader zendt mij engelen die Me helpen door Mij te ondersteunen, zodat mijn Lichaam niet buiten kennis geraakt bij het instorten; zodat de strijd niet gewonnen zou worden voor zijn tijd en Ik al mijn zielen zou verliezen.
7)Het pad over de stenen die mijn voeten verwoesten. Ik struikel en val opnieuw. Op elk stuk van het pad, speur Ik naar een kleine blik van liefde, een uitgestoken hand, een vereniging met mijn pijn maar... Ik zie er geen enkele.
8)Mijn kinderen, jullie die mijn spoor volgen, leg jullie kruis niet af, hoe zwaar het ook lijkt. Doe het voor Mij, want door jullie kruis te dragen helpen jullie Mij om het Mijne te dragen; en langs het moeilijke pad zullen jullie mijn Moeder vinden en de heilige zielen die jullie steun en vertroosting zullen geven. Kom een paar ogenbikken met Mij mee en binnen weinige passen zullen jullie Mij in aanwezigheid van mijn heiligste Moeder zien die, het Hart overmand door verdriet, uitgaat om Mij te ontmoeten met twee bedoelingen: om nieuwe kracht op te doen om te lijden bij het zien van haar God en om, met haar heldhaftige houding, haar Zoon morele steun te geven om zijn werk van Verlossing verder te zetten.
9)Denk aan het martelaarschap van die twee Harten. Waarvan mjin Moeder het meeste houdt is haar Zoon... Ze kan Mij geen vertroosting geven en Ze weet dat Haar te zien mijn lijden nog zal vermeerderen; maar tevens zal mijn Kracht om de Wil van de Vader te volbrengen, vermeerderen.
10)Voor Mij is mijn Moeder de meest beminde op de aarde; en Ik kan Haar niet enkel geen troost bieden maar de lamentabele toestand waarin Zij Me ziet bezorgt haar Hart een lijden gelijkaardig aan het mijne. Zij laat een snik ontsnappen. De dood die Ik lijd in mijn Lichaam ontvangt mijn Moeder in haar Hart!... Hoe zijn haar ogen gefixeerd op Mij en de mijne ook op Haar! Wij spreken geen enkel woord, maar hoeveel zeggen onze harten niet in die pijnlijke blik.
11)Ja, mijn Moeder woonde alle martelingen van mijn Passie bij, die door goddelijke openbaring in Haar geest werden aangereikt. Bovendien zorgden verscheidene leerlingen hoewel zij ver weg bleven uit schrik voor de joden ervoor alles te weten te komen en brachten die informatie aan mijn Moeder... Toen Zij hoorde dat de doodstraf al uitgesproken was, ging Ze naar buiten om Mij te ontmoeten en verliet Mij niet meer tot ze Me achterlieten in het graf.
Deel 1.19 Jezus wordt geholpen om het Kruis te dragen
1)Ik ben onderweg naar de Calvarie. Die snode mannen die vrezen dat Ik zou sterven voordat Ik het einde bereik, spreken onder elkaar af iemand te zoeken om mijn Kruis te helpen dragen en ze vorderden een man uit de omgeving op, Simon genaamd.
2)Zie hem, achter Mij, terwijl hij Me helpt het Kruis te dragen en bedenk vooral twee dingen: Het ontbreekt deze man aan goede wil; het is een huurling want als hij Me vergezelt en het gewicht van het Kruis met Mij deelt, is dat omdat hij opgevorderd werd. Daarom, als hij zich te vermoeid voelt, laat hij het gewicht meer op Mij wegen en zo val Ik twee maal ter aarde.
3)Die man helpt Mij een deel van het Kruis te dragen, echter niet mijn hele Kruis...
4)Er zijn zielen die op die manier achter Mij aan komen. Ze aanvaarden mijn Kruis te helpen dragen maar ze zijn vooral bezorgd om verademing en ontspanning. Vele anderen stemmen ermee in Mij te volgen en daartoe hebben zij het volmaakte leven aangenomen. Maar ze hebben hun eigenbelang niet opgegeven, dat, in veel gevallen, hun eerste zorg blijft; daarom aarzelen ze en laten mijn Kruis vallen als het te veel op hen weegt; ze zoeken de manier om zo weinig mogelijk te lijden, ze meten hun onbaatzuchtigheid af, als het kan vermijden ze de vernedering en de vermoeidheid en ze herinneren zich misschien met moeite degenen die ze achterlieten terwijl ze bezig zijn wat luxe en wat pleziertjes na te streven.
5)In een woord, er zijn zielen die zo zelfzuchtig en zo egoïstisch zijn dat ze eerder voor henzelf dan voor Mij gekomen zijn om Mij te volgen. Zo berusten ze enkel om bij te dragen wat hen ergert en wat ze niet kunnen vermijden... Ze helpen Mij slechts een deel van mijn Kruis te dragen; zeer klein en van die aard dat ze nauwelijks de verdiensten kunnen verkrijgen die onmisbaar zijn voor hun redding. Maar in de eeuwigheid zullen ze zien welk een afstand er nog overblijft op de weg die ze moeten afleggen.
6)Anderzijds zijn er zielen, en niet weinig, die, bewogen door het verlangen naar hun redding maar vooral door de liefde die hen werd geïnspireerd door de aanblik van Hem die voor hen geleden heeft, besluiten Mij te volgen op de weg naar Calvarie; ze omhelzen het volmaakte leven en bieden zich aan in mijn dienst, niet om Mij te helpen een deel van het Kruis te dragen maar om het helemaal te dragen. Hun enige verlangen is Mij te laten rusten, Mij te troosten; met dat doel bieden ze zich aan voor alles wat mijn Wil van hen verlangt, zoekend hoezeer ze Me kunnen behagen; ze denken noch aan de verdiensten, noch aan de beloning die hen wacht, noch aan de vermoeidheid, noch aan het lijden dat er voor hen uit voortkomt. Het enige dat ze in gedachten houden is de liefde die ze Mij kunnen tonen, de troost die ze Me verschaffen...
7)Als mijn Kruis zich aanbiedt onder de vorm van ziekte, als het verborgen zit in een betrekking die tegengesteld is aan hun geaardheid en nauwelijks in overeenstemming met hun bekwaamheid, als het gepaard gaat met een of andere nalatigheid van de personen die hen omringen, aanvaarden zij het met volledige onderwerping.
8)Ach, dat zijn de zielen die in werkelijkheid mijn Kruis dragen, die het vereren, die zich ervan bedienen om Mij eer te verschaffen, zonder ander belang of loon dan mijn Liefde. Het zijn zij die Mij achten en vereren.
9)Wees ervan overtuigd, als jullie het resultaat van jullie lijden of jullie onbaatzuchtigheid niet of later zien, dat die zeker niet ijdel of vruchteloos geweest zijn, integendeel, de vrucht zal overvloedig zijn.
10)De ziel die waarachtig liefheeft, berekent niet hoeveel zij geleden of gewerkt heeft, verwacht niet deze of gene beloning; ze zoekt enkel datgene waarvan ze gelooft dat het eer brengt aan haar God... Omwille van Hem beknibbelt ze niet op werk of vermoeidheid. Ze windt zich niet op, ze wordt niet verontrust, nog minder wordt ze boos als ze tegengewerkt of vernederd wordt, want het enige motief tot haar daden is de liefde; en de liefde houdt geen rekening met de gevolgen en de resultaten. Hierin ligt het doel van de zielen die geen beloning zoeken. Het enige waarop ze hopen is mijn Glorie, mijn troost, mijn rust; daartoe hebben ze mijn gehele Kruis opgenomen en al het gewicht dat mijn Wil verlangt hen op te leggen.
11)Mijn kinderen, noem Mij bij mijn Naam, want Jezus betekent alles. Ik zal jullie voeten wassen, die voeten die een glibberig pad hebben betreden en die nu gewond zijn van het stoten tegen de stenen. Ik zal jullie tranen wegvegen, Ik zal jullie genezen, Ik zal jullie kussen en gezond achterlaten en jullie zullen geen enkel ander pad kennen dan datgene dat naar Mij leidt.
12)We zijn al op de Calvarie! De menigte wordt opgewonden, want het vreselijke ogenblik nadert... Uitgeput van vermoeidheid kan Ik amper gaan. Mijn voeten bloeden door de stenen van de weg... Drie keer ben Ik gevallen op die tocht. Een keer om de zondaars die aan het zondigen gewoon geworden zijn ,de kracht te geven om zich te bekeren. Een andere keer om steun te geven aan de zielen die vallen uit zwakte en om de zielen die verblind zijn door droefheid en onzekerheid, aan te moedigen zich op te richten en met waardigheid de weg van de deugd op te gaan. En de derde keer, om de zielen te helpen afstand te nemen van de zonde in het uur van de dood.
Deel 1.20 Jezus wordt aan het Kruis genageld
1)Ziet met welke wreedheid die verharde mannen Mij omringen. Enkelen grijpen het Kruis en leggen het op de grond; anderen rukken Mij de kleren af die in de wonden kleven. Die openen zich weer en opnieuw begint het Bloed te stromen.
2)Kijkt, lieve kinderen, hoe groot de schande is en de verwarring die Ik lijd als Ik Mezelf zo zie voor die immense menigte. Wat een smart voor mijn Ziel!
3)De beulen trekken Me de tuniek uit, waarmee mijn Moeder Mij in mijn kindertijd zo smaakvol heeft gekleed en die Zij vergroot heeft naarmate Ik groeide. Ze wierpen er het lot over. Wat zou het verdriet van mijn Moeder zijn bij het aanschouwen van deze scène?
4)Hoezeer zou Ze verlangd hebben die tuniek te houden die nu doordrenkt is met mijn Bloed!
5)Maar het uur is gekomen en ze leggen Mij op het Kruis, de beulen grijpen mijn armen en trekken eraan om ze tot aan de gaten te krijgen die er al in voorbereid zijn... Mijn hele Lichaam wordt geknakt, het zwaait van de ene kant naar de andere en de doorns van de kroon dringen zelfs nog dieper in mijn Hoofd. Hoor de eerste hamerslag die mijn rechterhand vastspijkert... het weerklinkt tot de diepten van de aarde. Hoor weer... ze spijkeren al mijn linkerhand vast en, bij zulk spektakel sidderen de hemelen en de engelen gooien zich neer. Ik bewaar de diepste stilte. Geen enkele klacht, geen enkele zucht ontsnapt aan mijn lippen, maar mijn tranen mengen zich met het Bloed dat mijn Gelaat bedekt.
6)Nadat ze mijn handen vastgespijkerd hebben, trekken ze wreed aan mijn voeten... de wonden openen zich, de zenuwen in mijn handen en armen worden aan flarden gescheurd... het gebeente wordt ontwricht... De pijn is intens!
7)Mijn voeten zijn doorboord en mijn Bloed doopt de aarde!...
8)Overweegt een ogenblik deze bloedige handen en voeten... dit naakte Lichaam, overdekt met wonden, met urine en bloed. Smerig... Dit Hoofd, doorboord met scherpe doornen, in zweet gedrenkt, vol stof en overdekt met Bloed...
9)Bewonder de stilte, het geduld en de bereidheid waarmee Ik dit lijden aanvaard. Wie is het die zo lijdt, slachtoffer van zulke schande? Het is de Zoon van God! Hij die de hemelen, de aarde, de zee en al wat bestaat heeft gemaakt... Hij die de mens heeft geschapen, Hij die dat alles handhaaft met zijn oneindige Macht... is hier roerloos, geminacht, beroofd en gevolgd door een menigte zielen die hun bezittingen, hun familie, vaderland, eer, welzijn, roem zullen achterlaten, zoveel als nodig is, om Hem te eren en Hem de liefde te tonen die ze Hem verschuldigd zijn...
10)Wees aandachtig, Engelen uit de hemel, ook jullie, zielen die Mij beminnen... De soldaten gaan het Kruis omdraaien om de nagels om te slaan om te vermijden dat ze loskomen door het gewicht van mijn Lichaam zodat ik eraf zou vallen. Mijn Lichaam gaat aan de aarde de vredeskus geven. En, terwijl de hamerslagen doorheen de ruimte weerklinken wordt op de top van de Calvarie het zeer bewonderenswaardig spektakel uitgevoerd... De smeekbede van mijn Moeder die, als ze alles aanschouwt wat er gebeurt en zich niet in staat voelt Mij enige verlichting te geven, de Genade van mijn hemelse Vader afsmeekt... Legioenen Engelen dalen neer om mijn Lichaam te ondersteunen, terwijl ze het aanbidden, zodat het niet over de grond zou schuren en om te vermijden dat Ik door het gewicht van het Kruis verpletterd zou worden.
11)Bekijkt jullie Jezus, uitgestrekt op het Kruis, zonder dat Hij de kleinste beweging kan maken... naakt, roemloos, eerloos, zonder vrijheid... Hij is van alles beroofd! Er is niemand die meeleeft en die meelijdt met zijn pijn! Hij ontvangt enkel kwellingen, hoon en spot!
12)Als je Me werkelijk bemint, ben je dan niet bereid om op Mij te gelijken? Zal je dan weigeren Mij te gehoorzamen, Mij te behagen en Mij te troosten?... Werp je ter aarde en sta Me toe dat Ik je enkele woorden zeg:
1)Mijn dochter, je hebt mijn lijden gehoord en gezien, vergezel Mij tot het einde en deel in mijn pijn.
2)Mijn Kruis staat al recht. Hier is het uur van de verlossing van de wereld!
3)Voor de menigte ben Ik het schouwspel van spotternijen... maar ook van bewondering en liefde voor de zielen. Dit Kruis dat tot nu toe een instrument van beproeving was, waaraan misdadigers hun einde vonden, zal vanaf nu het licht en de vrede van de wereld zijn.
4)In mijn heilige Schriften zullen de zondaars de vergeving en het leven vinden. Mijn Bloed zal de vlekken van hun zonden wassen en uitwissen!
5)Mijn heilige zielen zullen naar mijn heilige Wonden komen om er zich te verfrissen en te ontvlammen in mijn Liefde! Zij zullen er hun toevlucht zoeken en er voor altijd hun woning maken.
6)Vader, vergeef hen want ze weten niet wat ze doen, ze hebben Hem niet gekend die hun leven is... Ze hebben alle woede van hun ongerechtigheden om Hem geladen. Maar Ik smeek U, mijn Vader! stort de kracht van uw Barmhartigheid over hen uit.
7)Vandaag zul je met Mij in het Paradijs zijn, want je geloof in de Barmhartigheid van mijn Vader hebben je misdaden uitgewist... Het leidt je naar het eeuwige leven.
8)Vrouw, daar is uw zoon!... Moeder van Mij, hier zijn mijn broeders! Bescherm hen, hou van hen... ze zijn niet alleen.
9)Ach! Jullie voor wie Ik mijn leven heb gegeven, hebben nu een Moeder tot wie jullie je toevlucht kunnen nemen met al jullie behoeften. Ik heb jullie allen verenigd met de strakste banden door jullie mijn eigen Moeder te geven.
10)De ziel heeft reeds het recht aan haar God te zeggen: Waarom hebt U mij verlaten? Inderdaad, nadat Ik het mysterie van de Bevrijding had vervuld, is de mens opnieuw zoon van God geworden, broer van Jezus Christus, erfgenaam van het eeuwige leven...
11)O, mijn Vader... Ik dorst naar uw Heerlijkheid... en het uur is nu gekomen... Voortaan, bij de vervulling van mijn Woorden, zal de wereld weten dat U het bent die Mij gezonden hebt en die verheerlijkt zal worden.
12)Ik dorst naar uw Heerlijkheid. Ik dorst naar zielen... en om die dorst te lessen heb Ik mijn Bloed tot de laatste druppel vergoten. Daarom mag Ik zeggen: Alles is volbracht. Nu is het grote mysterie van de Liefde volbracht, waarvoor God zijn eigen Zoon naar de wereld zond, om het Leven aan de mens terug te geven... Ik kwam naar de wereld om uw Wil te doen, o mijn Vader. Nu is het volbracht!
13)Aan U lever Ik mijn Ziel over. Zo zullen de zielen die mijn Wil volbrengen naar waarheid kunnen zeggen: Alles is volbracht... Mijn Heer en mijn God, ontvang mijn Ziel... Ik leg ze in uw geliefde handen.
14)Voor de zielen in stervensnood offerde Ik mijn Dood aan de Vader, en ze zullen het leven hebben. In de laatste kreet die Ik slaakte vanop het Kruis, omarmde Ik de hele vorige, huidige en toekomstige mensheid. De stekende stuiptrekking waarmee Ik Me van de aarde losmaakte, werd door mijn Vader met eindeloze Liefde ontvangen en de hele hemel jubelde voor Hem omdat mijn Mensheid in zijn Heerlijkheid binnenging. In hetzelfde moment, dat waarin ik mijn Geest overleverde, kwamen een menigte zielen met Mij samen: zij die reeds eeuwen en eeuwen naar Mij hadden verlangd, zij die slechts weinige maanden of dagen naar Mij verlangden... maar allen zeer intens. Wel, die ene vreugde volstond voor alle smart die Ik geleden had.
15)In gedachtenis van die vreugdevolle ontmoeting, moeten jullie weten dat Ik besloten heb de stervenden bij te staan en dat dikwijls zelfs zichtbaar te doen. Aan hen verleen ik de Redding, om diegenen te eren die Mij zo liefdevol ontvingen in de Hemel. Bidt daarom voor die stervenden want Ik hou veel van hen. Telkens als jullie de laatste kreet die Ik slaakte aan de Vader opdragen, zullen jullie gehoord worden; want daardoor zijn vele zielen aan Mij gegeven.
16)Het was een moment van vreugde toen het hele Hemelse Hof zich voor Mij opstelde, dicht opeen en trillend, wachtend op mijn Dood. Want, onder alle zielen die Mij omringden, was er één die bijzonder uitgelaten was, zozeer dat ze schitterde van vreugde, van liefde... Dat was Jozef die, beter dan wie ook, begreep welke heerlijkheid Ik had verworven na zo'n bittere strijd. Hij voerde alle zielen aan die op Mij wachtten; aan hem was het toegestaan mijn eerste ambassadeur te zijn in het voorgeborchte. De engelen, van iedere orde, vereerden Mij, op zo'n manier dat mijn Menselijkheid, die al schitterde, omringd werd door talloze heiligen die Mij aanbaden en verheerlijkten.
17)Mijn kinderen, op de aarde zijn er geen roemrijke kruisen; ze zijn alle omgeven door geheimzinnigheid, door duisternis, door kwellingen. Door geheimzinnigheid omdat jullie ze niet begrijpen; door duisternis omdat ze het verstand vertroebelen, omdat ze juist toeslaan op plaatsen waar ze niet zouden mogen toeslaan.
18)Klaag niet, stel niet uit; Ik zeg jullie dat Ik niet enkel het houten Kruis heb gedragen dat Me naar de heerlijkheid heeft gebracht, maar , vooral, dat onzichtbare maar permanente Kruis dat gevormd wordt door de kruisen van jullie zonden. Ja, en van jullie lijden. Alles wat jullie lijden was het voorwerp van mijn smart, het is zo dat Ik niet enkel geleden heb om jullie de Verlossing te brengen maar ook voor wat jullie op dit ogenblik moeten lijden. Ziet de Liefde die Mij met jullie verenigt; vindt daarin de bevestiging van Mijn Heilige Voornemen en verenigt jullie met Mij, terwijl jullie rekening houden met hoe Ik Me gedroeg onder grenzeloze bitterheid.
19)Als symbool heb Ik een stuk hout genomen, een Kruis. Ik heb het gedragen, met grote Liefde, voor het welzijn van allen. Ik heb waarachtige droefheid geleden, omdat iedereen zich in Mij zou kunnen verheugen. Maar vandaag, hoevelen geloven er in Hem die hen waarachtig liefhad en die jullie liefheeft? Denk Mij in het beeld van de Christus die weent en bloedt. Daar en op die manier ontvangt de wereld Mij.
Deel 1.22 De verrijzenis van Jezus
1)Goede Vrijdag werd gevolgd door de roemrijke dageraad van de zondag van de Verrijzenis... Als Ik niet besloten heb de wereld te vernietigen, betekent dat dat Ik hem wil vernieuwen en verjongen. De oude bomen moeten hun blaren verliezen en gesnoeid worden zodat de nieuwe knoppen kunnen uitbotten. En de oude takken, de droge bladeren, worden verbrand.
2)De bokjes van de lammeren scheiden, zodat ze, om goed voorbereid te zijn, vruchtbare weiden kunnen vinden waar ze naar genoegen kunnen grazen en drinken van de heldere bronnen van redding... Het is mijn verlossend Bloed dat de droge gronden bevloeit die als woestijnen van de wereld der zielen overgebleven zijn; en dat Bloed zal steeds over de wereld vloeien, zolang er een mens is die moet gered worden.
3)Geliefde bruid, Ik wens wat jij niet wenst, maar Ik kan doen wat jij niet tot stand kunt brengen. Jouw missie is ervoor te zorgen dat Ik bemind word door de zielen, hen te leren met Mij te leven. Ik ben niet, onder duizend martelingen, aan het Kruis gestorven om de hel met zielen te bevolken, maar wel het Paradijs met uitverkorenen.
Gebed tot H.Jozef om een
bijzondere genade te verkrijgen.
O Goede Heilige Jozef, mijn tedere Vader, Bewaarder van Jezus en zuivere
Bruidegom van Gods Moeder, ik smeek en verzoek u dringend God de Vader zijn
voor de zondaars gekruisigde Zoon op te dragen. Verkrijg ons van de Eeuwige
Vader in de driemaal heilige naam van Jezus de genade waar wij om smeken.
Vraag hem barmhartigheid voor Uw kinderen. Te midden van Uw eeuwige
heerlijkheid gedenk de narigheden van onze wereld, gedenk degenen die lijden,
degenen die bidden, degenen die wenen. Door bemiddeling van Uw gebed en die van
Uw allerheiligste Bruid, moge Jezus ons vertrouwen beantwoorden en onze hoop
bekrachtigen. Amen.
Oefening van de VII Smarten en van de VII Vreugden van de H.Jozef.
1.De menswording van Jezus, de Verlosser.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij besloot in stilte van Maria te scheiden, en bij uw VREUGDE,toen de engel u zei, Maria, uw vrouw, tot u te nemen, en u boodschapte dat Zij de Moeder van de Verlosser zou wezen ( Mt 1,12-20). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
2. De geboorte van Jezus, God.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij te Bethlehem geen schuilplaats vond bij de mensen, en bij uw VREUGDE, toen gij de pasgeboren Jezus in de kribbe mocht aanbidden ( Lk 2 1-7), Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
3. De besnijdenis van Jezus, uw voedsterzoon.
H.Jozef, bij uw SMART, toen het bloed van het goddelijk Kind voor de eerste maal vloeide, en bij uw VREUGDE, toen gij Het, naar Gods bevel, Jezus noemde ( Lk 2 21). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
4. De profetie van Simeon, van Lijden en Glorie.
H.Jozef, bij uw SMART, toen Simeon het lijden van Jezus en Maria voorzegde, en bij uw VREUGDE, toen gij zag dat Jezus bij Zijn opdracht in de tempel als Verlosser van Israël werd erkend (Lk 2 22-23). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
5. De vlucht naar Egypte, de redding van Jezus.
H.Jozef, bij uw SMART, toen de engel u zei naar Egypte te vluchten omdat Herodes het Kind zocht om Het te doden, en bij uw VREUGDE, toen gij met Jezus iw uw armen het gevaar ontvluchtte. (Mt 2 13-16). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
6. De terugkeer van Egypte naar Nazareth.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij, op uw terugtocht uit Egypte, nog ongerust waart voor Jezus en bij uw VREUGDE, toen de engel u zei naar Galilea te gaan ( Mt 2 22-23). Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
7. De terugvinding van de verloren Jezus.
H.Jozef, bij uw SMART, toen gij de twaalfjarige Jezus had verloren, en bij uw VREUGDE, toen gij, na drie dagen zoeken , hem vond te midden van de leraren (Lk2 41-52), Gelieve voor ons ten beste te spreken, Onze Vader , Weesgegroet en Eer aan de Vader .
St Jozef, aub help mij.
Help mij aub St Jozef
Ga tot Jozef!! ( Gen.41,55) St Jozef van de Nieuwe wijk te Kapellen ( Antwerpen)
Daar, zal ik ten beste spreken voor allen die mij komen aanroepen, zelfs zó dat de hemel de aarde raakt en de aarde de hemel.
(= belofte van St Jozef aan Zuster Justa, mrt 1956).
Bron: Vriendenkring H Jozef tel 056 31 04 86
19 MAART 2012
The
Theology of St. Joseph
Saint
Josephs Paternity of the Son of God
By José Antonio
Varela Vidal
ROME, MARCH 19,
2012 (Zenit.org).- Italian
Father Tarcisio Stramare and Brazilian Father Alberto Santiago of the
Congregation of Oblates of Saint Joseph, were appointed by their Congregation
to the work of the Josephite Movement. On the feast of Saint Joseph , March 19, ZENIT interviewed
these two theologians.
ZENIT: What
can you tell us about this research center you direct?
Father
Tarcisio: Its called the Josephite Movement and it was founded in 1983 by
Father Angelo Renero. Its objective is to make the figure of Saint Joseph known. It is a commitment of the
Congregation to open itself and put its charism at the disposition of others.
ZENIT:
Lets talk about Saint Joseph
, whose best known feast is celebrated on March 19. Why is he a model for
fathers of families?
Father
Tarcisio: Because he was a man who put himself at the service of his family. He
is the one who guides, its true, but at the same t ime he is the littlest one
because he serves with love. He did not beget Jesus, but he is his father and
in the Apostolic Exhortation Redemptoris Custos, Blessed John Paul II defends
the full authenticity of Josephs paternity.
ZENIT: Placing
ourselves in the Jewish tradition and in daily life in Nazareth , what did Jesus learn from his
father?
Father
Tarcisio: He learned experience, which is something very different from
speculative knowledge. He learned about human life, because he was truly a
child, a youth, a worker. He learned to talk, to pray, to read the word of God
next to his parents. And this is very important.
ZENIT: Did
Joseph, like Mary, keep all these things in his heart?
Father
Tarcisio: The Gospel doesnt mention it, but he clearly meditated. We are doing
a theological study on the artistic representations that have Joseph with a
book, as Mary is also seen when she receives the angel, to show that she saw in
the will of God what she should do. Also in iconography we see Joseph reading a
book; he was not only a worker, but read and sought to understand what he
should do to carry out the will of God. Redemptoris Custos reiterates that he
was with Mary, which makes it clear that he meditated everything, with her,
in his heart.
ZENIT: In
paintings and images he is seen with a flower, at other t ime s with a staff
that flowers.
Father
Tarcisio: The staff is the flowering branch of the almond tree that God made to
flower to choose the high priest Aaron, as the custodian of the Tabernacle in
Numbers 17:23. Now it is Joseph whom God has chosen directly as Custodian of
a more precious tabernacle, which is Jesus. We see that in Hebrew the almond
tree means vigilant and it is the first flower that appears in spring and
alerts that the season has arrived. That is why it is Saint Joseph who alerts us that the
Incarnation has happened. If we look at the pictures up to the end of the 19th
century, it was always thus, but painters havent understood well and introduced
the iris or lily which signifies purity.
ZENIT: What
do the Fathers of the Church write about Saint
Joseph ?
Father
Tarcisio: The Fathers of the Church, up to Saint Bernard, speak with great
respect of Saint Joseph
. Lets keep in mind that they didnt have the theology manuals of today, but
only the Gospel and primarily Matthew. Then, with the passing of the centuries
the apocryphal Gospels have influenced a lot, with their legends and fantasies.
For example, here in Europe , he is
represented as elderly, more asleep than in an active role.
ZENIT: And,
from where does devotion to a good death come?
Father
Tarcisio: This arose because people are interested in dying well. If he died in
the midst of Jesus and Mary, what is better than to die like that? It is a
devotion, not theology, but this devotion should lead us to the source itself.
ZENIT:
Josephs faith was fundamental, but its believed that he had doubts,
especially about Mary.
Father
Tarcisio: No, on the contrary, he was the patriarch par excellence, the
splendor of the patriarchs, more than Abraham who was the Father of faith. He
had no crises, but yes difficulty, because he was faced with the mystery, faced
with something that was so great for him that he wondered: What do I do here?
If God has chosen her, do I have a right to have her? Or if he was the Son of
God, do I have the right to say he is my son? Wouldnt I be deceiving everyone?
Faced with the question of what he should do, he thought of leaving, but God
tells him in a dream that he must stay and be the childs father, husband of
Mary, and to name him Jesus and recognize him, which was important because only
a father could do so. In this way Jesus was also of Davids descent thanks to
his father, not his mother.
ZENIT:
Hence, he is a model of faith?
Father
Tarcisio: Yes, because he accepted and did the will of God. He lived what is
called a pilgrimage of faith, a journey that in the measure that one knows what
God wants, it is done. Its not only believing in truth, but complying with it
through faith.
ZENIT: From
all that you have read and discovered, what best describes Saint Joseph ?
Father
Tarcisio: I discovered his participation in the plan of salvation, and that he
is a key personage in the Incarnation. Without him, neither the Incarnation nor
the Redemption, which are very united, could have taken place.
ZENIT: In
the parish of Saint Joseph on the Aurelia, which
you have built here in Rome
, there is a tapestry a gift of Pope Paul VI, isnt there?
Father
Tarcisio: Yes, it was made for an anniversary of the proclamation of Saint Joseph as Patron of the universal Church, declared
by Pius IX, but it was not exhibited in Saint
Peters . As I learned that it was stored, one day when
Paul VI asked me what he could give me for the work I had done in the
Commission of the New Vulgate, I asked him for the tapestry and he gave it to
me. Now it is venerated in our church and in this beautiful work we can see
Joseph looking up, with two angels by his side: one who shows him the decree
naming him and the other that presents him with the Church for his protection.
ZENIT: We
can be sure that your work will continue, because you have been accompanied for
some years by Father Alberto. We now ask him: Why did Saint Joseph Marello
choose Saint Joseph
as patron of the Congregation?
Father
Alberto: It was the 19th century, in which an infinity of Congregations
developed under his patronage because of the declaration of him as a universal
patron. And the founder saw in Saint
Joseph the way to serve the Church, as a model of
union with Jesus and of service to the Church.
ZENIT: And
what did he advise his sons about this figure?
Father
Alberto: In the educational field he asked us to pray to Saint Joseph to look after us and our
students. And to us, religious, he said we should carry out our ministry as he
did, in profound union with Jesus, serving and doing the will of God. That he
should be our model.
ZENIT: You
have been helping Father Tarcisio. What new thing have you found in this work?
Father
Alberto: I have never doubted Saint
Joseph s importance. But from this work beside Father
Tarcisio I have obtained deeper knowledge; it is like a window that opens and I
see how it opens ever more. For example, the theological aspect of Saint Joseph , because we
in the Congregation have always prayed to him, but its different when you
discover the foundation, which is not only something personal or sent ime ntal,
but which is related with the root of the faith. As a priest, its something
new that strengthens me in faith and in trust.
ZENIT: And
has Saint Joseph
worked a miracle for you?
Father
Tarcisio: His friendship. Its what benefits me most because he has me under
his protection and thats the most beautiful miracle. I pray to him because he
is my director, he is the one who gives orders and I carry them out.
Heilige Jozef, voedstervader van het goddelijk Kind
Jezus, beschermer van het heilig Huisgezin, kuise bruidegom van de heilige
Maagd Maria, vol vertrouwen bidden wij tot U,
Voorspreker in alle nood:
-Help de zielen van het vagevuur en
breng hen bevrijding.
-Ondersteun de stervenden.
-Behoed en zegen onze gezinnen.
-Genees de zieken.
-Steun allen die lijden.
-Red onze jeugd uit de talloze
verleidingen waaraan zij is blootgesteld.
-Geef dat wij een rein en sober
leven leiden.
-Inspireer alle bisschoppen en
priesters tot grote nederigheid, volkomen trouw en heilige toewijding.
-Schenk de genade van bekering aan
de vele verdwaalde en afvallige zielen.
-Leid de kleine rest van trouwe
christenen tot totale liefde en blijmoedige overgave aan Jezus en Maria.
-Bescherm heel speciaal onze
geliefde Paus , Benedictus XVI.
-Voer de heilige Kerk van Jezus,
doorheen de storm van verwarring en vervolgingen, tot de overwinning over de
satanische machten. Moge Maria, onze Hemelse Moeder weldra de kop van het
Serpent verpletteren.
-Breng alle zielen tot de ware
vrede in Gods Koninkrijk op aarde.
-Help ons in deze eindstrijd en
voer ons tot het enige grote Doel van ons bestaan: leven in Gods Liefde, nu en
altijd!
Dank U, heilige Jozef, nooit is iemand teleurgesteld,
die op U vertrouwde
Jezus, Maria, Jozef, ik bemin U, redt de zielen.
Aanbeveling: bid dit
gebed elke dag van de maand maart, toegewijd aan de heilige Jozef. Maar ook in
de loop van het jaar. Dank U.
Alleen de liefde tot God, aan wie wij ons heel en al
toevertrouwen kan ons redden.
Galm het uit, en houd u niet in, Laat schallen uw stem als
bazuinen; Maak mijn volk zijn misdaden bekend, Het huis van Jakob zijn zonden!
Zeker, ze zoeken Mij iedere dag, En hunkeren er naar, mijn wegen te
kennen: Als waren ze een volk, dat gerechtigheid oefent, En de wet van zijn
God niet verzaakt. Zelfs durven ze Mij rechtvaardige oordelen vragen, En naar
de Komst van God verlangen; "Waarom ziet Gij niet, dat wij vasten; Weet
Gij niet, dat we ons vernederen!" Ziet, op uw vastendag zoekt gij uw voordeel,
En beult gij al uw arbeiders af. Ziet, gij vast onder kijven en twisten,
En slaat er ruw met de vuisten op in. Neen, zoals ge nù vast, Zal uw stem in
de hoge niet worden gehoord! Is dit soms een vasten, die Mij aangenaam
is, Een dag, waarop de mens zich vernedert? Zijn hoofd laten hangen als een
riet, In zak en as gaan liggen: Noemt ge dat soms vasten, Dat soms een dag,
die Jahweh behaagt? Is dit niet een vasten, Zoals Ik het wil; Is de
godsspraak van Jahweh, den Heer: Zondige boeien slaken, Knellende banden
ontbinden; Verdrukten de vrijheid geven, Ieder juk verbreken? Is dat
niet een vasten: Den hongerige uw brood reiken, Arme zwervers in huis opnemen;
Den naakte kleden, dien gij ziet, Uw eigen broeder niet verstoten? Dan
eerst zal uw licht als de dageraad gloren, En uw wonde spoedig genezen, Uw
gerechtigheid voor u uitgaan, De glorie van Jahweh u volgen; Dan eerst
zal Jahweh u verhoren, Als ge Hem aanroept; En als ge om hulp smeekt, U
zeggen: Hier ben Ik.
Leviticus 19,1-2.11-18.
Jahweh sprak tot Moses: Beveel heel de gemeenschap van Israëls kinderen, en zeg hun: Weest heilig;
want Ik, Jahweh uw God, ben heilig! Ge zult niet stelen. Ge moogt niet
liegen noch elkander bedriegen. Ge moogt niet vals zweren bij mijn Naam,
en de Naam van uw God niet ontheiligen. Ik ben Jahweh! Ge zult uw naaste
niet afzetten of beroven. Ge zult het loon van den dagloner niet tot de
volgende morgen bij u houden. Een dove zult ge niet verwensen, en den
blinde geen struikelblok in de weg leggen. Gij zult uw God vrezen; Ik ben
Jahweh! Gij zult bij de rechtspraak geen onrecht begaan: den arme niet
bevoordelen, maar ook niet de partij van den rijke kiezen; met
rechtvaardigheid moet ge uw naaste oordelen. Gij zult geen laster onder
uw volk rondstrooien, en niet naar het bloed van uw naaste dorsten. Ik ben
Jahweh! Gij moogt tegen uw broeder geen haat koesteren. Gij moet uw
naaste terecht wijzen, om niet medeplichtig te worden aan zijn zonde. Neem geen wraak en blijf ook geen wraak koesteren tegen de zonen van uw
volk, maar bemin uw naaste gelijk uzelf. Ik ben Jahweh!
Mattheus 6,7-15.
Als gij bidt, gebruikt dan geen
stortvloed van woorden, zoals de heidenen dit doen; want ze menen, dat ze om
hun vele woorden worden verhoord. Doet niet zoals zij; want uw Vader
weet, wat gij nodig hebt, vóórdat gij er Hem om vraagt. Zó zult gij dus
bidden: Onze Vader, die in de hemel zijt: Uw naam worde geheiligd. Uw
rijk kome. Uw wil geschiede op aarde, zoals in de hemel. Geef ons heden
ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schuld, zoals ook wij aan
anderen hun schuld vergeven. En leid ons niet in bekoring, maar verlos
ons van het kwade. Want zo gij aan de mensen hun fouten vergeeft, zal uw
hemelse Vader ook u vergeven. Maar vergeeft gij aan de mensen niet, dan
zal uw Vader ook uw fouten niet vergeven.
Patriarch of Jerusalem Calls for
Fasting for Peace
JERUSALEM, FEB. 21, 2012 (Zenit.org).- Here is the Lenten letter from
the Latin Patriarch of Jerusalem, Fouad Twal.
* * *
Dear Brothers and
Sisters in Christ, Grace and peace be with you all!
1. We read in the
Gospel that Jesus fasted for forty days and forty nights. (Mt
4:2)
This fast very likely
took place in the desert region four kilometers northwest of Jericho , on a mountain named
Quarantena (or Quruntul in Arabic). In the 12th century, the
mountain belonged to the Latin Canons of the Holy Sepulcher, and was inhabited
by a group of clerics named the Brothers of the Forty Days.
Once more, our Church of Jerusalem may speak not only about
history, but also of the geography and the topography of Salvation. This site,
not far from Jordan ,
is a place of pilgrimage not only for Christians coming from afar but also for
the local faithful who are invited to visit the sites of our Redemption with
piety.
2. A fast which the
Lord did not need!
In theory Jesus could
have miraculously dispensed with food; but he had to become like his
brothers and sisters - other men, and has similarly been tested
in every way, yet without sin. (Heb 4:15) Neither his fast, nor even his
baptism from John, satisfied any kind of personal necessity. In contrast,
penance, fasting, reconciliation, with prayer and almsgiving are indispensable
for us for the atonement of our own sins. However, there is an essential
difference: we have in the fast of our Lord, a magnificent example for
ourselves. We cannot fast for forty days and forty nights without
anything to eat; but during Lent the Church undertakes to re-enact the t ime passed by Christ in the desert in prayer and
fasting. The intention of the Church is clear: to imitate Christ
(1 Cor 11:2) who wished to serve as an example, not only in the
washing of one anothers feet (Jn 13:15) but also in every other domain.
(Phil 2:5)
Our fast intends to
imitate that of Christ, who himself followed the example of Moses who fasted
forty days before receiving the tablets of the Commandments. (Ex 34: 28-29)
Elijah also fasted for forty days before his encounter with the Lord on Horeb.
(1 Kgs 19:8) During the transfiguration of our Lord on Mount Tabor ,
it was precisely these two figures, who had fasted forty days, who appeared
beside the Messiah in glory.
3. A
preventive and atoning fast
In his 2009 Lenten
message, Pope Benedict XVI raised the question of what value and sense there
might be for us Christians today, in depriving ourselves of food and drink,
both being necessities for our health and survival. He responded with support
from Holy Scripture and Christian Tradition that a fast is an important
undertaking for the avoidance of sin and all that might lead us to it.
In his Lenten message
for 2011, the Pope denounced greed, as if men wanted to devour the
world. He stated, we are often faced with the temptation of accumulating
and love of money that undermine Gods primacy in our lives. In
2008, he courageously said: According to the teaching of the Gospel, we
are not owners but rather administrators of the goods we possess: these, then,
are not to be considered as our exclusive possession, but means through which
the Lord calls each one of us to act as a steward of His providence for our
neighbor. Through this sharing and in communion, we live as in the early
Church of Jerusalem . (Apostolic Life
of the Early Christians in Acts 2 and 4; 2 Cor 8 and 9) The beloved apostle,
John, wrote with severity: If someone who has worldly means sees a
brother in need and refuses him compassion, how can the love of God remain in
him? (1 Jn 3:17)
The Holy Fathers
Message for Lent this year takes the theme: Let us be concerned for each
other, to stir a response in love and good works. (Heb 10:24) Pope
Benedict stated that, Christians can also express their membership in
the one body which is the Church through concrete concern for the poorest of
the poor. Concern for one another likewise means acknowledging the good that
the Lord is doing in others and giving thanks for the wonders of grace that
Almighty God in his goodness continuously accomplishes in his children.
For us sinners, mortals
constantly confronted with our failures, fasting is an effective way to
demonstrate our repentance and the desire to set right our failings. It
was in this way that after Jonahs warning, through penance and fasting
the Ninevites avoided Gods wrath and were granted His mercy.
(Jonah 3:10)
Jesus gives us a
framework for fasting and almsgiving: that they are to be carried out secretly
and discretely, without pretension, (Mt 6: 3-4) showing outwardly neither
misery nor mortification. (Mt 6:16) This does not in any way contradict the
public and communal character of these practices in the Church, but rather is
necessary to spurn individual excess and caprice.
Later, Jesus will
expound on the Christian fast, in contrast with that of the Pharisees and the
disciples of John: Christians, as relatives of the Bridegroom, will fast
in those days [when He is taken away from them] and raised on the Cross.
(Mk 2: 19-20)
This is why the first
Christians fasted during the holy Triduum. Subsequently, they fasted every
Wednesday and Friday. (The Didache, Ch. 8)
Penance is a healthy
practice. Indeed, it calls for a healthy attitude, which is a
return to the Lord and to His goodness; a return to the
Father like the prodigal son. (cf Lk 15) In fact, the verb toubou
in Aramaic and Arabic means Return. This call by the Baptist and
the Savior is significant. It is there, near the Jordan
River and the rest of this desert region, where the presence of
God is marked in the emptiness and splendor of nature!
4. A fast of conversion
of persons and peoples
In the tradition of the
Church, Lent is a preparation for the Easter Triduum, the days during
which the Bridegroom will be taken away from among us, (Mt 9:15) and
raised on the Cross.
Lent is a forty-day
journey, symbolically representing the forty years of the Hebrew people in the
desert it is a call:
a) To meditate on the
mystery of the Cross, that we might conform ourselves to the death of Jesus,
(cf Rom 6:5) in light of a radical change in our lives;
b) To be docile to the
action of the Holy Spirit, who will transform us, as he transformed Saul of
Tarsus on the road to Damascus ;
c) To adapt our lives
with determination to the will of God, freeing ourselves from any egoism, lust
for power, or avarice, by opening our hearts to the love of Christ and
neighbor, especially the poor and indigent. Lent, as the Holy Father reminds
us, is a providential t ime for us to
recognize our frailty and welcome reconciliation, in order to orient ourselves
to Christ.
Lent this year is
between two Episcopal Synods of extreme importance. The first was the Special
Assembly for the Middle East in October 2010,
and the next in October this year, for the New Evangelization for the
Transmission of the Christian Faith. As with ecumenism which aims at
reconciliation in light of the unity of Christians, it is the conversion
of the heart which, by the grace of God, is the key to seemingly
impenetrable problems and the end to ostensibly ceaseless and irreparable
hostilities. This conversion rests on the understanding that man does
not live on bread alone but by every word that comes forth from the mouth of
God, (Mt. 4: 4) that the flesh [alone] is of no use, and
one must watch and pray that you may not undergo the test. (Mt.
26:41) In this case, fasting is an excellent antidote to the many excesses of
every day.
Is this not a great t ime for the people of our region, constantly in
conflict, to return to the Lord, by the application of the Ten
Commandments, especially the respect for life, for property, and for human
rights? Would the solution not be in a metanoia, in upheaval, in
radical change, whereby the good of the nations supersedes the interests of
some leaders and authorities to the detr ime nt
of their people?
5. A fast in a t ime of crisis
In the midst of
difficulty and adversity, we must act with wisdom while helping one another.
Pope Benedict has stated without hesitation from the advent of the global
financial crisis that, those who construct on money build on sand. The Holy Father
on several occasions has underlined that the fundamental crisis is one of
values and ethics, following a crisis of faith.
6. Our fast: a means
not an end
We do not fast simply
to fast. We fast to imitate Christ, to be conscious of those who hunger and thirst.
As procla ime d by the fourth Preface
for Lent: For through bodily fasting you restrain our faults, raise up
our minds, and bestow both virtue and its rewards, through Christ our
lord.
7. Fast for peace
In the Holy Land and
throughout the Middle East , we continue to
suffer from violence and conflict. Peace is one of the greatest graces that the
Lord gives to humanity. With the birth of the Saviour, who is Peace incarnate,
in Bethlehem-Ephratha, (Mic 5:1, 5) the angels sang peace to those on whom
His favor rests. (Lk 2:14) The Lord asks us to work for peace, and if we
achieve it, He commends us with compassion and gentleness. (Beatitudes, Mt
5:3,9) Before his Passion, he declared to his disciples: I leave you
peace, my peace I give you. (Jn 14:27) In his crucified Body, Jesus
abolished the separation wall between peoples, (Eph 2:14) by establishing
peace. It is this peace that we hope to achieve by the grace of God, to which
we dedicate our prayer, our penance and our fast.
8. How to fast
The Church demands a
minimum of fasting and abstinence as follows:
a) Those above 14 are
asked to abstain from meat on Fridays during Lent, during the t ime of the Passion, and on Ash Wednesday.
b) Those between 21 and
60 are urged to be satisfied with only one meal per day. The sick and elderly
are excused from this practice.
c) In addition to
abstinence and fasting from certain foods and drinks, it is the
spiritual fast which most pleases the Lord: that our sense of
fasting extends to refusing sin, in word, act, and
omission.
d) During Lent, it is
advised to avoid succulent meals and alcoholic beverages. It is suitable to
abstain from or limit smoking. To promote an atmosphere of contemplation and of
piety, it would be beneficial to avoid or reduce viewing spectacles, especially
on television and the internet.
e) So that charity and
almsgiving might accompany our fast, we suggest that the fruit of our
sacrifices and renunciations be offered to the poor, and to a vital project for
our Diocese. I propose, in particular, donations for the construction of the
Church of the Baptism of the Lord and the adjacent convent on the Jordan .
Conclusion
In the Mother Church
of the Holy City ,
the city of Calvary ,
of the empty tomb of the Resurrection, of the Church of the Ascension and of
Pentecost, we pray with fervor. We plead that the Lord accept our penance and
include us, in spite of our weaknesses, in the procession of his
triumph over evil, sin, and death. (Eph 1:15-23)
And that the
Lord, creator of heaven and earth, bless you all the days of your life.
(Ps 128:5)
Een exorcist over de rook van de Duivel in het Vaticaan
Iedereen heeft zo
zijn eigen agenda. Het totaalplaatje zit nogal ingewikkeld in elkaar
omdat zowel hulpjes van het duister als gevallen lichtwezens zich er
niet van bewust hoeven te zijn in welke agenda van welke groepering ze zijn
ingelijfd.
Het massabewustzijn in het westen is zwaar geprogrammeerd met
het idee dat duistere krachten in absolute zin niet bestaan. Voor de
psychologie betekent dit concreet dat bezetenheid niet mogelijk is: elk
menselijk lichaam wordt gewoon bewoond door een enkele spirit, een enkele
geest of bewustzijnseenheid, die in zijn eentje dat lichaam kan beheren en
besturen. Bezetenheid in al zijn vormen van lichte astrale
beïnvloeding via tijdelijk overschaduwen, van manipulaties op afstand tot
complete overname - wordt in alle toonaarden ontkend.
Er zijn een
aantal prullenbakbegrippen geïntroduceerd binnen de psychologie en de
psychiatrie waar men al het onverklaarbare in kwijt kan: wanen,
hallucinaties, schizofrenie. Dit zijn geen verklaringen, het zijn etiketten.
Wie nog verder op zoek gaat naar een verklaring zoekt die meestal in de
biologie van het fysieke lijf: hormonale, chemische reacties die een
ongewenst effect hebben.
Culturen die nog kennis hebben over bezetenheid,
al dan niet aangevuld met bijgelovige angst - worden in het Westen
afgeschilderd als primitief en achterlijk.
Er is een plan in uitvoering,
bijna volbracht eigenlijk, om culturen met gedegen sjamanistische kennis
over bezetenheid en de aard van de materiële werkelijkheid te
verdrukken, klein te houden of gewoon uit te moorden.
Binnen de westerse
Christelijke cultuur is er een traditioneel bolwerk van kennis over
duivelsuitdrijving, aanwezig en actief in het Vaticaan. Dat is een
slangenkuil die vele soorten gif herbergt. Maar de tijden veranderen, ook
daar - want de exorcisten van het Vaticaan worden binnen Christelijke
gelederen in een verdomhoekje gestopt.
Hier volgt de vertaling van
een interview uit 2001, van Stefano Maria Paci van het blad 30Dagen met
Pater Gabriël Amorth, hoofd exorcist van het Vaticaan.
Over de rook van de Duivel
Er zijn 29 jaren voorbij sinds die
gedenkwaardige dag, 29 juni 1972, het feest van de heilige Paulus, prins der
Apostelen. Dat feest van Paulus bracht het Evangelie van Christus naar
de verre uithoeken van het Westen.
Op die gedenkwaardige dag had Paulus VI een dramatische waarschuwing doen uitgaan naar de wereld. Hij sprak over
Gods aartsvijand, de vijand der mensheid, Satan, vijand van de kerk.
De rook van Satan, waarschuwde Paulus de Zesde heeft zich
door de spleten heen een weg de Kerk in gebaand.
Hoe zit het daarmee,
vandaag de dag, 29 jaar later? Is die rook opgelost of alleen maar dikker
geworden?
30Dagen heeft een bezoek gebracht aan de man die dagelijks
te maken heeft met Satan en zijn streken. Het is zowat zijn vak. Hij is de
beroemdste exorcist van de wereld: Pater Gabriël Amorth, oprichter en
erevoorzitter van de Internationale Vereniging van Exorcisten.
Een
andere aanleiding voor dit bezoek was het feit dat op 15 mei 2001 de
Italiaanse vertaling van het nieuwe Uitdrijvingsritueel was goedgekeurd
tijdens de Italiaanse conferentie van Bisschoppen. Er zijn nog wat
formaliteiten die moeten worden uitgevoerd, maar dan kan het in de praktijk
in gebruik worden genomen.
Is dit het nieuwe wapen in de strijd van Kerk
tegen de Vijand? Zal het die rook verdrijven, als dat nog niet is gebeurd,
die de tempel van de Heer was binnengedrongen? Zeer zeker niet! Is de
mening van Pater Amorth. Hij zou ons vertellen hoe deze oorlog die al
millennia woedt nu in al zijn furie oplaait. De frontlinies van die veldslag
hebben zich nu verplaatst naar het interieur van het huis van de Heer.
En die rook heeft zich in onverwachte richting
verplaatst.
Eindelijk is die Italiaanse vertaling van het
uitdrijvingsritueel er dan..
Amorth: Inderdaad. Vorig jaar kon het
nog niet worden goedgekeurd tijdens de Bisschoppelijke Conferentie omdat er
vertaalfouten in zaten. Wij duivelsuitdrijvers die het zouden moeten gaan
gebruiken, hebben toen weer van de gelegenheid gebruik gemaakt om erop
te wijzen dat wij het niet eens zijn met die Nieuwe Rite.
De originele
Latijnse tekst is niet veranderd door de vertaling. Deze Rite waar we zo
lang op hebben gewacht blijkt een aanfluiting te zijn, een zure grap die ons
aan banden legt in onze strijd tegen de Duivel.
Dat is een serieuze
beschuldiging. Kunt u uitleggen wat u daar precies mee
bedoelt?
Amorth: Ik kan u twee voorbeelden geven, twee duidelijke
voorbeelden. Punt 15 gaat over het kwaad in de betekenis van het boze oog
en hoe wij ons zouden moeten gedragen. Het boze oog is een vorm van
kwaad die rechtstreeks tegen een persoon is gericht door middel van de
Duivel. Dit kan op verschillende manieren worden uitgevoerd, zoals door
betoveringen, vervloekingen, voodoo en hekserij. Het Romeinse Ritueel (The
Roman Rite) legt uit hoe je daarmee om moet gaan.
De nieuwe Rite
daarentegen stelt dat het verboden is om in deze gevallen uitdrijvingen te
doen. Dat is gewoonweg absurd. In de praktijk manifesteert het kwaad zich in
meer dan 90% van de gevallen op deze manier; het is de oorzaak van
demonische bezetenheid en andere verdorvenheden die de Duivel ten uitvoer
brengt. Je kunt exorcisten net zo goed vertellen dat ze met pensioen kunnen
gaan.
Dan staat er in Punt 16 heel plechtig verkondigd, dat er geen
uitdrijving mag worden uitgevoerd tenzij de aanwezigheid van de duivel
overduidelijk is vastgesteld. Dat is werkelijk helemaal een meesterwerk van
incompetentie, want wij kunnen alleen maar vaststellen of er werkelijk van
bezetenheid sprake is door dat uitdrijvingsritueel uit te voeren.
De
schrijvers van het Nieuwe Ritueel hebben er niet bij stil gestaan dat ze de
Leer van de Katholieke Kerk tegenspreken. Die adviseert duidelijk
uitdrijving in geval van demonische bezetenheid en ander kwaad dat de Duivel
veroorzaakt. Het stelt ook dat de rituelen moeten uitgevoerd bij zowel
mensen als dingen. De Duivel zelf is nooit in objecten aanwezig, wel zijn
invloed.
De beweringen van de Nieuwe Rite zijn bijzonder ernstig en
schadelijk. Het zijn de vruchten van onwetendheid en
onervarenheid.
Maar waren het dan geen experts die het hebben
opgesteld?
Amorth: Welnee, in tegendeel. In de afgelopen tien
jaar hebben twee commissies aan de Rite gewerkt: de Commissie van Kardinalen
die eerder de Prenotanda hebben bewerkt, en de Commissie die gaat over de
gebeden. Ik weet zeker dat geen enkel lid van beide commissies ooit een
uitdrijving heeft uitgevoerd of zelfs maar bijgewoond. Geen enkel
commissielid heeft ook maar een flauw idee wat een uitdrijving is. Daar ligt
de grote fout, de oerzonde die aan deze nieuwe Rite ten grondslag ligt. Er
is geen expert op het gebied van exorcisme bij betrokken geweest.
Hoe
is dat nou mogelijk?
Amorth: Dat moet u niet aan mij vragen. In
het verleden werden er altijd experts betrokken bij elke commissie die zijn
werk moest verrichten binnen de Kerk. Dat is ook gebeurd toen delen van de
Romeinse Rite zijn bewerkt. Maar niet in dit geval. En als er ooit een
werkgebied bestaan heeft waar praktijkervaring van doorslaggevende betekenis
is, dan is het dit wel.
Wat is er dan precies
gebeurd?
Amorth: Wat er is gebeurd is dat wij exorcisten niet zijn
geraadpleegd. Sterker nog, toen wij zelf met suggesties kwamen, werden
die met een zekere irritatie door de commissies ontvangen. Dat was nogal
paradoxaal allemaal.
De verschillende delen van de Romeinse Rite werden
geleidelijk doorgenomen, in verband met de verzoeken van het Tweede
Vaticaanse Concilie. Wij exorcisten zaten te wachten op Titel XII, dat is de
Rite van het Exorcisme. Maar het werd kennelijk als iets onbelangrijks
beschouwd, want de jaren gingen voorbij en er gebeurde helemaal
niets.
Toen opeens, op 4 juni 1990, verscheen een tussentijdse Rite
die moest worden getest. Wij waren stomverbaasd dat niemand om onze
mening had gevraagd; wij hadden ons al goed voorbereid. We hebben
bijvoorbeeld voorgesteld om de gebeden te herzien. We wilden ook Onze Lieve
Vrouwe kunnen aanroepen: zullen aanroepingen ontbreken nu volledig. En
we hebben ook gevraagd om meer specifieke uitdrijvingsgebeden. Maar ons werd
niets gevraagd. We hebben gewoon de kans niet gekregen om een bijdrage te
leveren.
Wij hebben ons daar niet door laten weerhouden. Die teksten
zijn tenslotte voor ons bestemd. We zijn er dus mee aan de slag gegaan;
ook omdat Kardinaal Eduardo Martinez Somalo had gevraagd aan de
Bisschoppen om binnen twee jaar advies en suggesties te krijgen van de
priesters die met de Rite zouden moeten gaan werken.
Ik heb toen 18
ervaren exorcisten van over de hele wereld bij elkaar gebracht. We hebben de
tekst uitgeplozen en in gebruik genomen. We waren vol lof over het eerste
deel dat het Evangelie aanhaalt als fundering voor uitdrijving. De
Bijbeltechnische kant ontbrak niet.
De Rite stamt uit 1614 en werd toen
samengesteld onder Paus Paulus V. In die tijd was het helemaal niet nodig om
de mensen te helpen herinneren aan het bestaan van de duivel en de noodzaak
van uitdrijvingsrituelen. Iedereen wist dat er in de Bijbel over gesproken
wordt en accepteerde de riten. Nu is die toevoeging wel
noodzakelijk.
Maar toen we bij het deel belandden dat aanspraak doet op
ervaring, bleek overduidelijk dat de schrijvers die niet hadden. We
leverden onze commentaren en verbeteringen, artikel voor artikel, en we
hebben die ingeleverd bij alle betrokken partijen, inclusief de Paus
zelf.
Hoe werden die aantekeningen ontvangen?
Amorth: De
ontvangst was uitermate koel, en het effect ervan nihil. We stonden voor een
muur van afwijzing en minachting.
Toen kwam er een beschuldiging: een
groep exorcisten en zogenaamde demonologen (demonen-experts) zouden een
internationaal verbond hebben gevormd en bezig zijn campagne te voeren tegen
de nieuwe Rite.
Dit was een onbehoorlijke beschuldiging. Wij zijn
nooit met een campagne bezig geweest. Die Rite was voor ons bestemd en
toch was geen enkel persoon met verstand van zaken uitgenodigd om deel uit
maken van een van de commissies.
Beweert u dan dat de Rite waardeloos
is in de strijd tegen de Duivel?
Amorth: Ja. Het is hun bedoeling
geweest om ons uit te rusten met een plastic zwaard. Een aantal zeer
effectieve gebeden zijn geschrapt: gebeden met een geschiedenis van 12
eeuwen. Nieuwe gebeden zonder enig effect zijn toegevoegd. Maar gelukkig
kregen we op het allerlaatste moment nog een ontsnappingsmogelijkheid
aangeboden.
Kardinaal Jorge Medina heeft een Aantekening toegevoegd aan
de Rite. Daar staat in dat exorcisten verplicht zijn om deze Rite te
gebruiken, maar ook nog gebruik mogen maken van de oude als ze dat willen,
als men daar een verzoek toe indient bij de bisschop. Bisschoppen moeten
daarvoor toestemming vragen bij de Gemeenschap, die dat maar al te graag
zal verlenen. Maar al te graag? Dat is toch een vreemde
formulering
De aanleiding voor die toevoeging was dat Kardinaal Joseph
Ratzinger en Kardinaal Medina hebben geprobeerd om een artikel toe te voegen
aan de Rite zelf artikel 38 zou dat geweest zijn - die exorcisten zou
toestaan om de oude Rite te gebruiken. Dat was ongetwijfeld bedoeld om ons
te behoeden voor de grote fouten die in de Nieuwe Rite staan. Maar dit
initiatief van die twee kardinalen werd verworpen. Medina heeft toen gedaan
wat hij kon onder de omstandigheden, en nu kunnen wij nog op individueel
niveau onder de nieuwe Rite uit.
Hoe kijkt de Kerk eigenlijk tegen
jullie aan?
Amorth: We worden bijzonder slecht behandeld. Mijn
collega-priesters die deze problematische taak van uitdrijving op zich
nemen, worden als waanzinnige fanaten afgeschilderd. In het algemeen
worden ze nog maar net getolereerd door de Bisschoppen die hen
benoemen.
Kunt u een voorbeeld geven van die
vijandigheid?
Amorth: We hebben ooit een internationale conventie van
exorcisten gehouden in de buurt van Rome. We hebben toen verzocht om een
ontvangst bij de Paus. We wilden niet apart worden ontvangen, we hebben
alleen maar gevraagd of we op woensdag onder het publiek mochten staan op
het St Pietersplein. We hebben zelfs niet gevraagd of we mochten worden
vermeld tijdens de speciale begroetingen van de Paus.
De dag van
tevoren vertelde de heer Nicolo ons - en hij voelde zich er zo ongemakkelijk
bij dat het overduidelijk niet zijn beslissing was dat we niet mochten
komen. We hadden geen toestemming. Het was ongelooflijk.
Daar waren
we met 150 exorcisten bij elkaar uit vijf continenten, allen priesters door
hun Bisschoppen benoemd - wat al inhoudt dat ze veel moeten bidden, veel
kennis moeten hebben en een goede reputatie, en zo meer.
We kregen te
horen dat we natuurlijk een verklaring per brief zouden krijgen. Dat was
vijf jaar geleden en ik wacht er nog steeds op. Ik weet dat het niet Paus
Johannes Paules II was die ons heeft geweerd.
U bent dagelijks
betrokken bij gevechten tegen de Duivel. Wat beschouwt u als Satans
grootste overwinning?
Amorth: Het feit dat hij de mensheid ervan
heeft overtuigd dat hij niet bestaat. Hij heeft dat zelfs binnen de Kerk
voor elkaar gekregen. We hebben nu te maken met een Kerk vol mensen die niet
meer in het bestaan van de Duivel geloven, in exorcisme, in bezetenheid;
in het buitengewone kwaad dat de Duivel kan veroorzaken, zelfs niet in
de macht die Jezus ons heeft gegeven om demonen te verdrijven.
Drie
eeuwen lang heeft de Rooms-Katholieke Kerk in tegenstelling tot de
Orthodoxe Kerk en verschillende Protestantse kerken de dienst van het
exorcisme vrijwel geheel de rug toe gekeerd. Dus, omdat ze geen
uitdrijvingen meer uitvoeren, of bestuderen, en omdat ze die nooit hebben
meegemaakt, geloven ook de geestelijken niet meer in het bestaan ervan.
En ze geloven niet meer in de Duivel.
Er zijn nu hele landen zonder
exorcisten, zoals Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, Spanje en Portugal.
Dat is een beschamende tekortkoming.
U heeft Frankrijk niet
genoemd. Is de situatie daar dan anders?
A: De beroemdste Franse
exorcist, Isodore Froc, heeft een boek geschreven. Het heet: Exorcisten.
Wie ze zijn en wat ze doen. Het is in het Italiaans vertaald en heeft de
goedkeuring gekregen van de Franse Bisschoppen. In dat boek staat nergens
dat er in bepaalde gevallen uitdrijvingen moeten worden uitgevoerd. De
auteur heeft voor de Franse tv verklaard dat hij nog nooit een exorcisme
heeft uitgevoerd en dat ook nooit zal doen.
Er bestaan maar zon 100
Franse exorcisten en slechts vijf van hen geloven in de Duivel en voeren
uitdrijvingen uit. Al de anderen verwijzen de mensen gewoon door naar
psychiaters.
De Duitse Bisschoppen hebben aangegeven dat men het nut niet
in zag van een nieuwe Rite voor uitdrijving. En het zijn de bisschoppen
die exorcisten moeten benoemen. Je zou toch verwachten dat ze dan minstens
een uitdrijving willen bijwonen, alvorens ze zon belangrijk besluit tot
benoeming nemen. Helaas is dit bijna nooit het geval.
Maar als een
Bisschop een serieus verzoek tot een uitdrijving krijgt, en hij voorziet
daar niet in, dan maakt hij zich schuldig aan een doodzonde. En dan is hij
verantwoordelijk voor het lijden dat de betreffende persoon moet ondergaan,
lijden dat soms een leven lang aanhoudt en dat die bisschop had kunnen
voorkomen.
U beweert toch niet dat de meeste bisschoppen van de
Katholieke Kerk zich schuldig hebben gemaakt aan een
doodzonde?
A: Toen ik jong was, zei de oude priester in onze parochie
dat er Acht Sacramenten waren: de Achtste was Onwetendheid. Dat Achtste
sacrament kan meer mensen redden dan de andere zeven bij elkaar. Om een
doodzonde te begaan moet men willens en wetens zondigen. Het is een ernstige
zaak dat zo veel Bisschoppen in gebreke blijven. Maar ze weten niets van
deze dingen af dus begrijpen ze niet wat ze doen.
Vindt u dat een
mens nog wel Katholiek is als hij niet gelooft dat de Duivel
bestaat?
Amorth: Nee. Ik zal eens een verhaal vertellen. De
eerste keer dat ik Pater Pellegrino Ernetti ontmoette, een befaamd exorcist
die 40 jaar in Venetië heeft gediend, zei ik tegen hem: Als ik de Paus zou
mogen ontmoeten, dan zou ik hem vertellen dat ik veel te veel bisschoppen
ontmoet die niet in het bestaan van de Duivel geloven.
De volgende
middag kwam Pater Ernetti me vertellen dat hij die ochtend door Paus
Johannes Paulus II was ontvangen. Uwe heiligheid, had hij gezegd, Er is
een exorcist hier in Rome, Pater Amorth, die u zou zeggen als hij u kon
ontmoeten, dat er veel te veel bisschoppen zijn die niet in de Duivel
geloven. De Paus antwoordde recht op het doel af: Wie niet in de
Duivel gelooft, gelooft niet in het Evangelie. Dat was wat de Paus heeft
gezegd, en ik zeg het hier opnieuw.
Dus u zegt, dat veel bisschoppen
en priesters eigenlijk niet Katholiek zijn?
Amorth: Laten we het erop
houden dat ze niet in de waarheid van het Evangelie geloven. Ik zou hen
graag zien ophouden hun godslasterlijke taal te verspreiden. Maar we kunnen
ook daar duidelijk over zijn: iemand is pas een godslasteraar als hij of zij
officieel ergens van wordt beschuldigd en dan in die fout blijft
volharden.
Maar in de Kerk van vandaag wordt geen enkele bisschop ervan
beschuldigd dat hij niet in de duivel gelooft, of in het bestaan van
bezetenheid, of dat hij in gebreke blijft omdat hij geen uitdrijving
adviseert aangezien hij daar niet in gelooft.
En toch kan ik u ook de
namen geven van vele bisschoppen en kardinalen die direct na hun benoeming
exorcisten uit hun functie hebben ontzet: ze mochten de Rite niet meer
toepassen. Ook zijn er bisschoppen die beweren dat ze niet in de Duivel
geloven, dat het gaat om zaken uit het verleden. Waarom?
De Tweede
Vaticaanse Raad heeft gevraagd om een aantal teksten te herzien. In plaats
van ze aan te passen, werden ze soms volledig herschreven. Heel wat riten
zijn er flink op achteruit gegaan, omdat men het idee had helemaal opnieuw
te moeten beginnen. Alsof de Kerk ons tot nu toe in de maling heeft genomen
en nu pas in deze tijd de echte genieën, supertheologen, echte Bijbelkenners
en super-liturgisten leven die weten wat goed is voor de Kerk. Dit is
een leugen: de aanbeveling was om de teksten te herzien, niet om ze te
vernietigen.
De Uitdrijvingsrite, bijvoorbeeld, moest worden aangepast,
niet herschreven. Er stonden gebeden in die waren ontstaan uit 12 eeuwen
ervaring. Voor we gebeden afschaffen die al eeuwen lang hun effectiviteit
hebben aangetoond, zouden we eerst eens hard en diep moeten nadenken.
Dat is niet gebeurd.
We hebben die nieuwe gebeden in de praktijk
getoetst en ze zijn totaal waardeloos. Ik heb elke regel van de Nieuwe
Rite gelezen, elke pagina van de 1200. En het blijkt dat elke verwijzing is
verwijderd naar het feit dat de Heer ons tegen de Duivel moet beschermen
en dat de engelen ons tegen aanvallen van de Duivel moeten
beschermen.
Ze hebben alle gebeden verwijderd die scholen en huizen
zegenen. Van alles kon worden gezegend en beschermd, maar nu hebben we
die bescherming niet meer. Jezus zei: Bescherm ons tegen Satan, en Bescherm
ons tegen de Kwade. Dat wordt nu vertaald met: Bescherm ons tegen het kwaad
zo in het algemeen.
Vindt u dat Satanisme in opkomst
is?
Amorth: Ja zeker, heel erg. Als het geloof wegvalt, neemt het
bijgeloof toe. In bijbelse termen uitgedrukt verlaat men de heer en wendt
zich tot idolen. In moderne termen: men verlaat God en wendt zich tot het
occulte en helderzienden. De satanische sekten doen het goed. De aanbidding
van de Duivel wordt aan hele mensenmenigten verkondigd tijdens
Satanische rockfestivals zoals Marilyn Manson. Zelfs kinderen zijn het
slachtoffer hun stripverhalen vertellen over magie en
Satanisme.
Seances zijn heel gewoon, waarbij de doden worden opgeroepen
omdat men op zoek is naar antwoorden. Men kan tegenwoordig per computer,
telefoon , tv en bandopnamen seances houden. Ze hebben geen mediums meer
nodig. Dit is doe-het-zelf-spiritisme. Onderzoek geeft aan dat 37% van
alle studenten minstens een keer met het ouija-bord heeft geëxperimenteerd.
Dat is gewoon een seance. Ik heb wel eens een school bezocht waar de
leerlingen vertelden dat ze dit gedurende hun catechese-lessen deden, met
instemming van hun leerkracht.
Werkt dat dan echt?
Amorth:
Er is geen onderscheid tussen witte en zwarte magie. Als er magie in het
spel is, is de Duivel in het spel. Alle vormen van occultisme, zoals massale
toevlucht naar Oosterse godsdiensten met hun esoterische associaties, zijn
open deuren voor de Duivel. Zo komt hij binnen. En wel meteen.
Hoe slaagt de Duivel erin mannen en vrouwen te
verleiden?
Amorth: Zijn strategie is eentonig. Ik heb hem dat ook
gezegd en hij geeft het zelf toe.. Hij overtuigt mensen ervan dat de hel
niet bestaat, dat zonden niet bestaan, dat het gaat om de ervaring van het
leven. Wellust, succes en macht zijn drie grote passies waar de Duivel wel
bij vaart.
Hoe veel gevallen van bezetenheid bent u in uw leven tegen
gekomen?
A: Na de eerste honderd ben ik gestopt met
tellen.
Honderd? Dat is veel. U schrijft in uw boeken dat gevallen
van werkelijke bezetenheid zeldzaam zijn
Amorth: Dat zijn ze ook.
Maar ik heb de klantenkring geërfd van een beroemd exorcist, Pater
Candido. Dat waren de gevallen die hij niet had kunnen oplossen. Bovendien
sturen andere exorcisten hun meest hardnekkige gevallen ook naar mij
toe.
Wat is het moeilijkste geval dat u ooit bent tegen
gekomen?
Amorth: Daar ben ik nu al twee jaar mee bezig. Het is
het geval van dat meisje dat afgelopen oktober in het Vaticaan door de Paus
is gezegend, ofschoon dat geen exorcisme was. Het heeft de kranten gehaald.
Ze wordt 24 uur per dag aangevallen. Haar martelingen zijn onbeschrijflijk.
Artsen en psychiaters weten niet wat ze met dit geval aan moeten. Het
meisje zelf is helder en bijzonder intelligent. Het is een heel moeilijk
geval.
Hoe valt men ten prooi aan de Duivel?
Amorth: Mensen
kunnen door het buitengewone kwaad van de Duivel worden aangevallen om vier
redenen: 1) Om iemands goedheid om zeep te brengen, zoals bij vele
Heiligen het geval was; 2) omdat iemand in zijn zonden volhardt 3) omdat
iemand via de Duivel is vervloekt; 4) omdat iemand zich met occulte
praktijken inlaat.
Wat voor verschijnselen doen zich voor tijdens een
uitdrijving?
Amorth: Ik herinner me een analfabeet, een boer die
alleen Engels sprak. Ik had een vertaler nodig om hem te verstaan.
Sommigen worden opeens bovenmenselijk sterk. Sommigen gaan leviteren
in de lucht zweven - waarbij zelfs meerdere mensen er niet in slagen hem in
zijn stoel te houden. Maar we hebben het dan over bezetenheid binnen een
bepaald verband.
Heeft de Duivel u ooit kwaad gedaan? Amorth:
Toen kardinaal Poletti mij vroeg om een exorcist te worden, heb ik tot onze
Lieve Vrouwe gebeden: Omhul mij in uw mantel en ik zal veilig zijn. Ik
ben vaak door de Duivel bedreigd maar hij heeft me nooit kwaad
gedaan.
De Nieuwe Riten maken het moeilijk om een exorcisme te doen.
Exorcisten worden geweerd uit het publiek op het Sint Pietersplein. Wat is
er gaande?
Amorth: De rook van Satan dringt overal door, overal.
Misschien mochten wij dat plein niet op omdat ze bang waren dat al die
exorcisten de legioenen demonen zouden verdrijven die zich in het Vaticaan
hebben genesteld.
Dat is toch zeker een grapje?
Amorth:
Dat klinkt misschien zo maar ik denk niet dat het een grap is. Ik twijfel er
niet aan dat de Duivel bezig is de hoogste regionen te verleiden, niet
alleen in de kerk maar ook politiek, industrieel.
U zegt dat Satan,
net als in elke andere oorlog , de leiders van de vijand
overneemt?
Amorth: Dat is de beste strategie. Altijd al geweest,
vooral als de vijand niet op een aanval bedacht is. Maar de hemel zij dank
wordt de Kerk in stand gehouden door de Heilige Geest, dus kan Satan hooguit
een deelgebied veroveren. De duivel kan een veldslag winnen, zelfs een
belangrijke veldslag, maar niet de hele oorlog.
Bidden is spreken met
O.L.Heer, ons bezinnen met Hem. Het is met de Heer bezig zijn, oprecht en
eerlijk. Met onze gedachten bij Hem zijn, en ons doen en laten overwegen, onze
vreugde, onze zorgen en noden aan de Heer voorleggen.
Eenvoudig bidden met eigen
woorden is zeer mooi. Het is danken voor alles wat we zijn en hebben, ons
leven, ons samenzijn, onze wil, ons verstand, ja alles.
Bidden is ons geloof
uitspreken in de Vader en in het eeuwig leven.
Wij bidden omdat Jezus zelf
het ons leerde. Hij zonderde zich af om te bidden tot de Vader in de Hemel, zo
staat in ons H.Evangelie.
Sommige duivelen zijn maar
te overwinnen door gebed en boete; dat zijn woorden van Jezus.
We vatten niet altijd dat
bidden bevrijdend werkt, en toch is het zo. We verkrijgen daardoor het
innerlijk geluk dat alleen de Heer ons geven kan. Dikwijls krijgen we de
Vrede die we allen zo nodig hebben.
Bidden geeft ons dikwijls
raad langs anderen om.
Wij bidden tot lof en eer en
glorie van God.
Sommigen denken dat het vele
malen herhalen van het Weesgegroet te eenvoudig is. De voortdurende hulde aan
Maria klinkt aangenaam in de oren van Jezus, haar Zoon. Wij bidden geregeld de
Rozenkrans, een krans van rozen voor onze Hemelmoeder. Jezus zelf leerde ons het
Onze Vader.
Wij bidden zoveel mogelijk
samen. Waar twee of meer in mijn naam bidden, ben Ik in hun midden, zei Jezus.
O.L.Vrouw heeft het dikwijls gevraagd bij Haar verschijningen.
Men kan overal bidden,
thuis, op het werk, maar vooral in de kerk. Mijn huis is een huis van gebed,
zei Jezus.
We moeten ons werk opdragen
aan de Heer. We vragen de genade aan de Heer om ons gewone dagelijkse leven tot
een gebed te maken.
We bidden niet uit angst,
maar uit liefde. Godontmoeting vraagt gebed.
Bidden geeft ons hoop op
God. Hij is geen verre afwezige, maar Hij is onder ons.
Bidden is geen verloren
tijd, het is een winst op de weg naar de Heer. Vele zielen worden gered door te
bidden. We bidden meer om te geven, dan om te krijgen, zo is de bedoeling van
Jezus.
We bidden trouw gelovig tot
de scheppende Vader, tot de H.Geest die kracht is in ons leven, en tot de
Liefde van de Zoon, Hij die zelfs zijn leven gaf voor onze zonden.
Wij bidden tot de H.Maagd
die door haar groot geloof Medeverlosseres werd.
My
child, seek your joy in Me. Do not let yourself be taken in by the artificial
joys the world gives.
I
am Joy, the only joy that brings no bitterness to the soul.
Marguerite:
Lord,
I do not desire any other joy but Yourself, but I am fully conscious of my own
misery: do not permit me to yield to the empty joys of this world. You alone
have the power to drive from our hearts all that is not You.
Jesus:
The
Legion of Little Souls is a spiritual mentality that I should wish to see
established in all undertakings and in all nations. To do all for love, to
forget the spirit of ownership existing in every man, not to act as though you
were alone in the world and capable by yourself of changing the face of the
earth.
Union
is an unconquerable force.
If
you seek Gods glory alone, all the rest is secondary.
Little
children, join forces, and abandon that critical spirit so unbecoming in
children of one and the same Father.
The
work of the little souls is a worldwide movement; contested, certainly, but
real, for it is My Work.
He
who calls himself little and does only what he pleases, who is not sufficiently
humble to acknowledge Me as the supreme Craftsman, who wants to keep his own
privileges apart as something durable and due to him, who does not take pains
to recognize Gods intention in His demand for the union of little souls
such a one is unworthy to be a member of the great family of little ones.
Truly
I say to you, as long as in the depths of your hearts there remains a sentiment
to hinder you from recognizing Me in this work of love, just so long will you
hinder that unity which the Church has always demanded as the crowning act of
the Redemption
Bezinning over het feest van vandaag: Doopsel van de Heer
Met de hedendaagse media, zoals televisie, internet en mobiele telefonie, ligt voor ieder van ons de hele wereld binnen handbereik. Op elk gewenst moment kunnen we oproepen en opvragen wie of wat we op dat ogenblik willen. Vandaag zouden we bijvoorbeeld via internetprogrammas als Google Earth of Wikipedia eens iets kunnen opzoeken over de plek waar Jezus Zijn openbaar leven begon met de Doop door Johannes, het eerste rozenkransgeheim van het licht. Een heel objectief maar wel veelzeggend gegeven over deze plek, is het feit dat nergens op onze globe een voor mensen begaanbare plaats te vinden is, die zo ver onder zeeniveau ligt. De allerlaagste plek ter wereld is de kust van de Dode Zee, waarin de Jordaan uitstroomt. De spiegel van de Dode Zee ligt maar liefst 394 m. beneden NAP.
Hij die bestond in goddelijke Majesteit is mens geworden in de nederige stal van Betlehem en begint Zijn openbaar leven dus op de allerlaagste plek ter wereld. We mogen dit gerust tot ons laten doordringen als een teken van Gods onpeilbaar grote heilsplan. God heeft zich tot de allerdiepste diepte naar ons toegebogen om iedereen ter wereld te kunnen bereiken met Zijn genade. We kunnen hier ook nog denken aan de prachtige maar in stilte gebeden woorden, die de priester of diaken uitspreekt tijdens de vermenging van een druppeltje water in de kelk met wijn bij de offerande van elke Eucharistieviering: Gij deelt ons mens-zijn en neemt ons op in Uw goddelijk leven. In deze woorden is het hele heilsplan van onze oneindig goede God weergegeven. Gods mensgeworden Zoon is onze wereld binnengestapt door in de rij te gaan staan van de zondaars, die zich door Johannes lieten dopen. Hij vereenzelvigde zich daardoor met de hele zondige mensheid om de wereld uiteindelijk te verlossen door de allerlaagste vernedering aan het kruis en om zo de mensheid vanuit die dodelijke diepte op te heffen tot het goddelijk leven door Zijn verrijzen is uit zonde en dood.
Vader, Zoon en heilige Geest dalen bij de Doop van Jezus af naar deze wereld en openbaren ons hun reddende liefde. Voor de herders waren het de engelen van God, die de menswording van de Redder aankondigden en voor de drie wijzen was het een ster als goddelijk teken van heil, die hen de weg wees. Bij de Doop in de Jordaan is het de Vader zelf en de nederdaling van de heilige Geest in de gedaante van een duif, die ons de Zoon aankondigen als degene die de hele mensheid uit zonde en dood wil opheffen. Het feest van vandaag geeft aan ons menselijk leven vreugde en zin en roept ons op om alle goddeloosheid en aardse begeerten los te laten en ons te bekeren tot een gelukkiger, mooier en liefdevoller leven in gehoorzaamheid aan Gods bedoelingen.
Daar bloeid ene lelie met zuivere pracht, Voor eeuwen en tijden in t diepst van Gods gedacht. Zij was toch zo schone ! Zij bloeide toch zo blank! Er looft haar naar waarde noch mens noch englenzang!
Vandaag is de lelie, zo menig eeuw verbeid, Op aarde ontsproten in reine heerlijkheid. t Zijt gij, o Maria,o lelie eeuwig schoon, Gods bruid en Gods dochter en moeder van Gods Zoon!
Al dengelenkoren begroeten heden daard. Zij heeft hun, o wonder, een koningin gebaard! O hemelse lelie, gij zijt onz eeuwge roem, Gij zijt van de wereld de vlekkeloze bloem!
Een dubbele waarschuwing - Verlos ons van het kwade
UITTREKSEL VAN EEN ONDERHOUD TOEGESTAAN DOOR ZUSTER LUCIA VAN
FATIMA AAN EEN PATER JEZUEÏT BETREFFENDE DE TOEKOMST VAN DE MENSHEID.
--
De Allerheiligste moeder van God is zeer verdrietig omdat de mens het gepaste belang niet gehecht heeft aan de boodschap die Ze tot de wereld gericht heeft, jaren geleden.
Noch de goeden, noch de bozen geven`acht aan deze boodschap, de goeden volgen hun weg en de bozen maken de hunne. Noch de enen noch de anderen aanvaarden ernstig Haar vermaningen en misprijzen de kastijding die hen bedreigt.
God zal de kastijding over de wereld laten vallen, dit zal met alle zekerheid overkomen, stoffelijke kastijding en andere. Wij zullen ons kunnen voorstellen hoeveel zielen zich in de hel zullen neerwerpen. Dit zal een werkelijkheid zijn als de mensen niet bidden en geen boete doen.
Dit is de reden van de droefheid van de Allerheiligste Maagd !
Het is nodig aan allen mede te delen datgene de Maagd verscheidene keren geopenbaard heeft : dat vele naties zullen verdwijnen van het aanschijn van de aarde.
Ze zegt dat Satan de beslissende strijd begonnen is tegen de Moeder van God, zich steunend op het verval van de religieuze en priesterlijke geest, datgene wat het meest het Hart van Jezus pijnigt en het Hare. De duivel weet heel goed dat de afwil van religieuze en priesterlijke roepingen de reden zal zijn van de veroordeling van veel zielen. Er blijft ons nog een weinig tijd over om de loop van dit kwaad tegen te houden door middel van twee machtige middelen
HET GEBED EN ALLERLEI OFFERS.
Satan doet al wat hij kan om de mensen van het gebed te verwijderen, hij doet hen geloven dat het niet nodig is om de barmhartigheid van God te bekomen met als gevolg : ofwel zullen wij gered zijn,ofwel zullen wij veroordeeld worden. Om deze reden moet men aan iedereen zeggen dat ze niet moeten wachten tot gebed of tot boetvaardigheid geroepen te worden door de Paus, de Bisschoppen, Priesters of Oversten, maar dat eenieder uit eigen initiatief goede werken moet teweegbrengen en zijn leven aanpassen aan de wensen van de Allerheiligste Maagd. Satan domineert veel godsgewijde zielen; hij probeert opdat ze door hun val andere zielen zouden brengen tot ongevoeligheid tegenover God. Hij gebruikt allerlei argumenten en insinueert ze de overtuiging dat het volmaakt geestelijk leven zich later kan verwezenlijken. Daardoor ontstaat de dorheid van het geestelijk leven in de mens en dientengevolge de nalatigheid zich totaal aan God te wijden en onder Zijn bescherming .te stellen.
Onze Lieve Vrouw heeft me gezegd dat er twee zaken geïllustreerd zijn geweest aan Jacinta en Franciscus : het visioen van het lijden van de Allerheiligste Maagd langs de ene kant en het visioen van de hel langs de andere kant.
De Allerheiligste Maagd heeft mij gezegd en Ze heeft dit dikwijs herhaald
dat Satan zich op oorlogsvoet gezet heeft op een beslissende manier. Hij zal overwonnen worden, maar tot welke prijs !
Wij naderen het einde der tijden. Als wij niet beslissen met God te leven, zullen wij onder de macht van Satan vallen. - é
Ze heeft mij herhaald dat het laatste redmiddel aan de wereld toegestaan bestaat in het gebed in het algemeen en in het bijzonder in het gebed van de rozenkrans en in de toewijding aan Haar Onbevlekt Hart. El, zal geen ander middel zijn, daar alle reeds uitgeput zijn, omdat de mensheid er niet de gepaste waarde aan gehecht heeft. Nochtans, het enig anker van redding is
de Allerheiligste Maagd in persoon. Wij willen door Haar de mensen geen schrik aanjagen, maar ze voorbereiden voor de nakende werkelijkheid. Vanaf het ogenblik dat Onze Lieve Vrouw het bidden bekomt van de Heilige Rozenkrans met zoveel betekenis en doeltreffendheid, bestaat er geen enkele moeilijkheid meer, noch stoffelijke, noch geestelijk, nationaal of internationaal, dat niet kan opgelost worden door het bidden, gepaard met offer.
Iedereen zal verbaasd staan en 'onder de schok door de verrassende aanval
van China tegen Rusland. Dit is precies het nieuws. Gans de wereld is tegenwoordig overtuigd dat de atoomoorlog zich zal afspelen tussen Rusland en Noord- Amerika en zo zal het niet zijn. Het zullen de Chinezen zijn die op het onverwachts Rusland zullen aanvallen op een vreselijke manier tot het met de grond gelijk te maken. Vanaf het begin van de aanval zullen de vijandelijkheden op een geweldige manier en op een wrede manier toenemen. De verrassende en vlugge en vreselijke overwinning van de chinezen zal paniek veroorzaken in de Verenigde Staten.
Geweldige contingenten legers Zullen naar het Aziatisch continent gevoerd worden, maar zonder mogelijkheid zich terug te trekken.
De chinezen zullen over een machtige luchtmacht beschikken en zuilen die gebruiken. Ze zullen vele steden bombarderen en zullen atoombommen gebruiken om de atoomcentrales en nucleaire onderzoekcentra te vernietigen. De ontploffing van de nucleaire wapens en daarbij envreselijke vernietiging veroorzaakt door aardbevingen en andere natuurstoornissen zullen ze tot de aftocht aanzetten.
De Chinese legers zullen vernietigd worden door het effect van hun eigen nucleaire energie die ze zullen gebruiken om de wereld te vernietigen. Niettegenstaande alles zullen ze in het begin zegevierend vooruitgaan. Ze zullen op veel verschillende fronten aanvallen en Rusland zal zich verplicht zien op gans de lengte van haar grenzen te strijden (min of meer 2.000 km.) en zal ineens bezet zijn door grote contingenten luchtvervoerde troepen binnen het land.
In het begin zullen de Noord-Amerikanen geen deel willen nemen aan het conflict, maar genegen blijven tegenover Rusland bij het zien van de schade en de gruwel door de chinezen bedreven.
Duitsland zal de Verenigde Staten verplichten deel re nemen aan het conflict als geallieerde van de Nato. De Noord-Amerikaanse hulp zal zeer laat zijn en onvoldoende, want al de wereldmacht zal gericht zijn op het Aziatische continent waar grote contingenten Amerikaanse en Engelse troepen zullen ontschepen om de Chinese voorsprong te dwarsbomen en dit heeft een uitleg waarom concentreren de Amerikanen en Engelsen grote contingenten troepen omdat China, verbijsterd door een mogelijke overwinning al de steden zal doden en verwoesten en massief de blanke bevolking uitmoorden. Het zal voor China een echte zelfmoord zijn.
Een deel van de republieken van de Aziatische volkeren zullen ze beschermen die tegen Rusland zullen opstaan om met de chinezen te strijden. In algemene termen zal het een kruistocht zijn tegen het blanke ras. Ze zullen zichzelf verklaren als "de hand der rechtvaardigheid van het noodlot.".
De sympathie van het Westen zal neigen ten voordele van Rusland, maar zal zich tegen Europa vertegenwoordigen. De Duitsers zullen onder elkander vechten. Rusland, ontmoedigd door zijn nederlaag in het Verre Oosten en om zich te wreken voor de aanval door de Duitsers in de rug, zal Europa bezetten tot aan de Atlantische Oceaan. Landen in gevaar zullen opstaan en zich met moed verdedigen. Welke landen zijn het 7 Spanje, Portugal, Frankrijk, België enz....
De Russen zullen hun terugtocht aanvangen en achter hen verbrande gronden achterlaten en steden in puin. Oekraïne en Litouwen zullen niet gans vernietigd worden. Letland , Polen en Hongarije zullen geen groter vernietiging ondergaan (destruction majeure). Tsjech,Slowakije zal veel lijden en de streek van de Kaukasus zal er een algemene opstand losbarsten.
Al deze gebeurtenissen, aangekondigd door Maria, Koningin van de wereld, zullen bewijzen dat de mensheid er niet toe geraakt is zich te herscheppen door berouw en wens van leven te veranderen om het kwaad te verwijderen dat de aarde bedreigt en dat tot hiertoe tegengehouden is door de hand van de Goddelijke Voorzienigheid. De Goddelijke Gerechtigheid zal niet langer de overwinning van het kwaad kunnen dulden en de verachting van de Allerheiligste wet.
De rampendie zullen overkomen, zullen de wreedheid van de oorlog stillen en het overschot van de mensheid van de vernietiging redden. Ze zullen zulk een ontsteltenis en zulk een onheil teweegbrengen dat ze het verloop van de oorlog zullen stopzetten. Deze rampen zullen niet overal tezelfdertijd overkomen, ook niet met dezelfde intensiteit. Ze zullen teweeggebracht worden door de schommelingen Van de aardkorst en zullen zeer hevig zijn. Vele vulkanen zullen in hevige beweging 1(x)men, te beginnen met diegene die men achtte gedoofd te zijn. De Etna en andere zullen ware verwoestingen veroorzaken in de lucht: krachtige regenbuien van vulkanische as, verwoestende orkanen en ten laatste groteoverstromingen van de rivieren. Op de bodem van de zeeën en de oceanen zullen de bewegingen van de aardkorst grote stoornissen teweegbrengen die reusachtige zeegolven zullen veroorzaken, dle de kusten zullen overweldigen en ze een ,nieuwe fysionomie zullen geven. Deze zelfde stoornissen zullen grote continenten doen verschijnen en nieuwe eilanden.
De aardbevingen .en de vloedgolven zullen voorts grote schade veroorzaken. De volgende lalden zullen er bijzonder ,door getroffen zijn Europa, Noord- Amerika en veel grote eilanden. Deze fenomenen tullen zich over verscheidene dagen afspelen. Holland, België ,en Zwitserland zullen er de effecten van ondergaan, in 'mindere mate Duitsland -Noord-Amerika zal de hevigste aardbevingen ondergaan, zelfs nog nadat alles in Europa opgehouden heeft.
Veel steden zoals Los Angeles en andere zullen door de golven overweldigd worden. De vernietiging van deze steden zal men kunnen vermijden als er bij de inwoners een verandering van mentaliteit tot stand komt: berouw en een wens tot boetvaardigheid, maar er zijn er enkele die door zulk een opstapeling van zonde, zullen moeten vernietigd worden. Deze zijn New York, Washington en andere die de zonde geduld hebben.
In Polen zullen de steden die aan de Baltische zee grenzen, gedeeltelijk vernietigd worden. In da loop van de oorlog zal er geen enkele van. haar steden vernietigd worden door atoombommen.
Het oude Ottomaanse Rijk zal niet vernietigd worden maar enige van haar steden zullen gebombardeerd worden en men zal er moeten aan denken de burgerbevolking te evacueren.
Na enige dagen van militaire verrichtingen in deze,sectoren, zullen de oorlogsacties overgebracht wonden op Duits grondgebied, waar de Duitsers elkaar zullen blijven vernietigen.
Om terug tot de rampen te komen, de steden die zich op de kusten bevinden van Duitsland en Denemarken zullen door de golven overweldigd worden, in mindere mate Noorwegen. Ook zullen de steden van Zwitserland te lijden hebben. Er zullen overstromingen zijn en breuken van stuwdammen en aardbevingen. Dit zal ook overkomen in Australië Italië en Frankrijk.
De hevige bewegingen van de aardkorst zal veranderingen teweegbrengen op de bodem van de zeeën en de oceanen en de omtrek van de continenten alsook de loop van de stromen. Deze rampen en fenomenen van de aarde zullen de Chinese troepen in Europa verrassen. Geterroriseerd door zulke verwoestingen zullen ze hun terugtocht inzetten.
Parijs zal in een hoop asse en puin omgetoverd worden. Het geheel van de bevolking zal in branden omkomen.
Al deze gebeurtenissen zullen het aanschijn van de aarde veranderen en de geografische aspecten zullen gewijzigd worden.
De schrikwekkende oorlog zou .het graf zijn van de mensheid, moest Gods Barmhartigheid niet op tijd rampen zenden van zulkdanige intensiteit dat ze de oorlog stopzetten.
Daarom moet men deze rampen, die de oppervlakte van de aarde vernielen en die door de zonden van de mensheid veroorzaakt zijn, met nederigheid aanvaarden.
De gezamenlijke misdaden, de afgunst, de hoogmoed, de baatzucht, de uit‑
buiting en het domineren van volkeren, het tekort aan medelijden zijn misdrijven van deze wereld die aan het instorten is.
Het zal tot niets dienen Gods Barmhartigheid af te smeken voor diegenen die voor de medemens geen barmhartigheid betoond hebben.
Dit zal de bijzonderste reden zijn. Door de hoogmoed van de grote naties zal de slag van de rechtvaardigheid losbarsten. Wanneer ? Er is geen
toelating dit bekend te maken.
Maar vooraleer de oorlog uitbarst, Zal er in -de hemel een groot lichtend teken verschijnen dat door gans de wereld 's nachts zal kunnen gezien worden.
(gevolg aan een onderhoud toegestaan door Lucia, de zienster van Fatima aan
een Pater Jezuïet, waaraan de Heilige Vader onlangs toelating gaf om te spreken)
..wanneer Ik over een land het zwaard breng, en de inwoners van dat land hebben uit hun midden iemand gekozen en tot wachter
aangesteld, en deze ziet het zwaard over dat land komen en blaast op de bazuin en waarschuwt .het volk - als dan iemand wel het geluid van de bazuin hoort, maar zich niet laat waarschuwen en het zwaard komt en rukt hem weg, dan komt diens 'bloed ever zijn eigen hoofd. Hij heeft het gelid van de bazuin gehoord, maar zien. niet laten waarschuwen; zijn bloed komt over hemzelf als hij zich had laten waarschuwen, zou hij zijn leven gered hebben. Maar wanneer de wachter het zwaard ziet komen, doch niet op de bazuin blaast, zodat het volk niet gewaarschuwd wordt - en het zwaard komt en rukt iemand
van hen weg, dan wordt hij wel weggerukt in zijn eigenongerechtigheid, maar van zijn bloed zal Ik de wachter rekenschap vragen.....
Er zijn zoveel zielen op deze wereld die niet aan U denken!
Jezus tot Marguerite
Ik echter, denk wel aan hen.
Marguerite tot Jezus
Heer, moeten wij aan Monseigneur vragen om het vervolg van de Boodschap goed te keuren?
Jezus tot Marguerite
Voor wat en voor wie dienen mijn Woorden in deze koffer?
Marguerite tot Jezus
Jezus, zal deze ontredderde wereld een afstraffing krijgen? Als mijn vraag onbescheiden is, antwoord dan niet!
Jezus tot Marguerite
Alleen als het moet, straft een vader zijn kinderen; maar hij is vader en schrikt ervoor terug, ze te veel pijn te doen. Als de kinderen echter voortdurend in dezelfde fout hervallen, komt er een grote afstraffing, die merkbare sporen in hen achterlaat . Het meest te beklagen is de vader, die verplicht is te straffen. De mensheid krijgt veel afstraffingen. Ze houdt er geen rekening mee!... de vader krijgt er genoeg van tevergeefs te slaan: zijn gestrengheid wordt door de Liefde verdrongen. Zijn kinderen weten dat en verbeteren zich niet
Daarom zal de grote beslissing moeten genomen worden.
Marguerite tot Jezus
Wanneer, Heer, wanneer?
Jezus tot Marguerite
Dat is mijn zaak
Maar men moet het voorzien.
Mijn verwittigingen worden op een menselijke manier uitgelegd daarom worden ze genegeerd ..
Het vervolg van de boodschap moet verschijnen!
Dit is nog een zwakheid van uw God die wil redden en niet vernietigen.
Marguerite tot Jezus
Kan de Boodschap redden?
Jezus tot Marguerite
Zij redt hen die haar verwelkomen. Verwittig, maar oordeel niet!
Heilig Evangelie van Jezus Christus volgens Marcus 16,15-20.
Heilig Evangelie van Jezus Christus volgens Marcus 16,15-20. En Hij sprak tot hen: Gaat heel de wereld door, en predikt het evangelie aan ieder schepsel. Wie gelooft en gedoopt is, zal zalig worden; maar wie niet gelooft, zal worden veroordeeld. Deze wonderen zullen hen vergezellen, die hebben geloofd: in mijn Naam zullen ze duivels uitdrijven; vreemde talen zullen ze spreken; slangen zullen ze opnemen; en al drinken ze dodelijk vergif, het zal hun niet schaden; zieken zullen ze de handen opleggen, en zij zullen genezen. Toen de Heer Jesus met hen gesproken had, is Hij opgenomen ten hemel, en is neergezeten aan de rechterhand Gods. Maar zij trokken uit, om overal te preken; en de Heer werkte met hen mee, en bevestigde het woord door de wonderen, die het vergezelden.
+++++++
739 Willibrord van Utrecht
Willibrord (ook Wilbert; als bisschop Clemens-Willibrordus) van Utrecht (ook van Echternach), Echternach, Luxemburg; bisschop & eerste geloofsverkondiger Nederland; 739.
Feest 7 november.
Hieronder wordt een korte schets gegeven van Willibrords leven. De vele legendes die over hem verteld worden, zijn er - schuin gedrukt - tussendoor geplaatst, liefst op het moment dat ze geacht worden te spelen in het leven Willibrord.
Hij werd in 658 in het Engelse koninkrijk Northumbrië geboren. [De hierna volgende legenden zijn ontleend aan: E.Lagerwey: Helden Gods, Legenden van Nederlandse heiligen Assen 1940, die op zijn beurt veel verhalen betrekt van: Petrus Ribadineira & Heribertus Rosweydus, priesters der Societeyt Jesu: Generale Legende der Heylighen met het Leven Iesu Christi ende Marie, vergadert wt de H.Schrifture, Oude Vaders, ende Registers der H.Kercke TAntwerpen by Hieronymus Verdussen inde Camerstraet inden rooden Leeuw, M.DC.XXXX.]
Legende 1 Vanaf het allereerste moment van Willibrordus bestaan was het duidelijk, dat God bijzondere plannen met hem had. Zijn moeder, een vrome christelijke vrouw, had in haar slaap een merkwaardig droomgezicht. Zij meende aan de hemel een nieuwe maan te zien rijzen, die geleidelijk al maar voller werd. Op het moment dat het een compleet volle maan was, viel deze uit de hemel zomaar in haar mond. Inwendig werd zij er helemaal door verlicht, en een prachtig schijnsel scheen uit haar buik te komen. De volgende dag ging zij met haar droom onmiddellijk naar de vrome, oude priester van het kerkje bij haar in de buurt. Deze vroeg, of zij vannacht gemeenschap had gehad met haar man. Met enige schroom bevestigde zij dat. Daarop antwoordde de oude wijze priester: De maan die u hebt gezien in uw droom, stelt het kind voor dat u vannacht hebt ontvangen. Het zal het licht der waarheid laten stralen in de duisternis van het heidendom. De hele wereld zal profiteren van het licht dat hij zal komen brengen in naam van God onze Heer. Nadat haar dagen vervuld waren, schonk zij inderdaad het leven aan een zoon, juist zoals de oude priester negen maanden tevoren had voorspeld.
Op 7-jarige leeftijd werd hij voor zijn opvoeding aan het Engelse klooster Ripon toevertrouwd. Op dat moment was Wilfrid ( 710; feest 24 april) daar abt.
Legende 2 Het kind werd gedoopt en ontving de naam Willibrord. Toen het de moederborst niet meer nodig had, werd het toevertrouwd aan vrome mannen om in de Heilige Schriften onderwezen te worden. Het moest immers een groot licht worden. Daar ontving het kind de kruinschering en wijdde zich met hart en ziel toe aan het monniksleven. Hij nam toe in wijsheid en deugd totdat hij de leeftijd van twintig jaar bereikt had.
Legende 3 Intussen had zijn vader, Wilgils geheten, zich uit de beslommeringen van alledag teruggetrokken, en was naar een klooster gegaan. Hier bracht hij enige tijd zijn leven in gestrengheid door, zodat zijn liefde tot God almaar toenam. Het gevolg was, dat hij zich nog verder in de eenzaamheid wenste terug te trekken. Hij vond een onbewoond eilandje aan de kust waar hij zich toelegde op allerlei deugden, zoals bidden en vasten; daartoe behoorde ook, dat hij er een kapelletje bouwde ter ere van de heilige Andreas. Vandaar dat zijn heiligheid in de wijde omgeving steeds bekender werd. Mensen trokken naar hem toe om raad en onderricht. Zelfs edelen en tenslotte ook de koning zelve kwamen bij hem aankloppen. Zij waren zo dankbaar dat zij hem grote stukken land schonken. Daarop bouwde hij een klooster en verzamelde monniken om zich heen, die zijn voorbeeld van vroomheid en godsvrucht wilden navolgen. Na geruime tijd is hij tenslotte zalig in de Heer overleden.
Toen Willibrord twintig jaar geworden was, verhuisde hij naar klooster Rathmelsigi in Ierland om daar onder abt Egbert ( 729; feest 24 april) zijn opleiding te voltooien. Deze abt wist velen van zijn onderdanen enthousiast te maken voor de overzeese missies.
Legende 4 Op zijn twintigste jaar verlangde Willibrord ernaar om zich te scharen bij de leerlingen van abt Egbert in Ierland. Deze Egbert had zelf al eens een poging gewaagd om naar het vasteland over te steken omdat hij zo vurig verlangde het evangelie te preken onder de ongelovigen die daar woonden. Maar door allerlei tekens had God hem duidelijk gemaakt, dat Hij met Egbert andere plannen had en hem het liefste in Ierland zag blijven. Met brandend hart wist Vader Egbert nu zijn ideaal over te brengen op zijn leerlingen. Zo onderging ook Willibrord Egberts lessen gedurende twaalf jaar.
Legende 5 Toen Willibrord drieëndertig jaar was geworden, nam hij het besluit om op die akkers te gaan werken waarvan hij al die tijd gehoord had dat ze wit stonden van de oogst, maar dat er bijna geen arbeiders voor waren. Sommigen zeggen dat hij met elf broeders de oversteek naar het vasteland waagde; anderen vermelden, dat het er twaalf waren. Zekerheid over hun namen bestaat er niet. Maar tot het gezelschap zouden hebben kunnen behoren: Suïtbert ( 713; feest 1 maart); Adelbert( 741; feest 25 juni); Willibald ( 787; feest 7 juli) en Wunnibald ( 761; feest 18 december); de gebroeders Ewald, die naar hun verschillende haarkleur de Witte en de Zwarte worden genoemd ( 7e eeuw; feest 3 oktober); Werenfried ( 760; feest 14 augustus); Engelmund ( ca 739; feest 21 juni); Wiro, Plechelmus en Otger ( 710; feest 8 mei); en Marcellinus, ook wel Marchelm genaamd ( 762; feest 14 juli).
Door de gunstige wind die God liet waaien, zouden ze geland zijn in de buurt van Katwijk. Ze voeren verder de Rijn op en kwamen in Utrecht, toen nog Wiltenburg geheten. Daar trof hij Redbad (of Radboud) de koning der Friezen. Deze wilde niets van Willibrord en zijn gevolg weten. Daarop begaf Willibrord zich naar de Frankische koning Pepijn. Deze stuurde hem door naar Rome met de bedoeling dat hij door de Paus tot bisschop zou worden gewijd.
Zo landde Willibrord in een boot met twaalf gezellen in 690 op de kust van West-Friesland, het tegenwoordige Holland. Volgens de overlevering was dat aan de monding van Oude Rijn bij Katwijk. Geschiedkundigen menen tegenwoordig dat het nog een stuk zuidelijker was: op de Grevelingen.
Vanaf dat moment begon er een rusteloos leven in dienst van de verbreiding van het evangelie. Uitvalsplaatsen waren Utrecht, Antwerpen en Echternach. Intussen was hij in 695 naar Rome geweest en door paus Sergius I ( 701; feest 9 september) tot bisschop gewijd, waarbij hij de naam Clemens aannam.
Legende 6 Vier dagen voordat Willibrord in Rome arriveerde, kwam een engel paus Sergius in een droom waarschuwen. Hij moest de vriend Gods die onderweg was naar Rome met alle mogelijke eerbewijzen ontvangen. Want deze zou in de toekomst een groot licht zijn voor vele zielen die nu nog in duisternis verkeerden. Wat de heilige man hem, Sergius, ook zou vragen: dat moest hij hem geven. De paus was hierdoor zeer verheugd en ontving Willibrord met blijdschap en talloze eerbewijzen. Hij wijdde hem in de kerk van de heilige Clemens op de vooravond van diens feest: 22 november, tot aartsbisschop.
Met behulp van Sint Irmina van Oehren ( ca 708; feest 3 januari) stichtte hij in 698 de abdij van Echternach en vele andere kerken en kloosters. Pippijn II van Herstal ( 714) gaf hem de mogelijkheid om in Utrecht het St-Maartensklooster en de St-Salvatorkerk te bouwen. Willibrord voelde zich verantwoordelijk voor het behoud van de goede kloosterlijke geest in zijn stichtingen. Hij visiteerde zijn kloosters herhaaldelijk.
Legende 7.1 Eens kwam hij het klooster visiteren. Na de vriendelijke begroeting, een opwekkend woord en een gezamenlijk gebed met de broeders maakte hij de ronde door het klooster om te zien of de goede geest er nog heerste en om na te gaan of de broeders ergens gebrek aan hadden, zoals een goede huisvader nu eenmaal behoort te doen. Op het eind van zijn rondgang kwam hij in de wijnkelder. Daar bevond hij, dat er slechts één vat lag waarin nog maar een bodempje wijn zat. Met een zegenbede stak hij zijn staf in het spongat en verliet de ruimte weer. Maar in de nacht daarna begon de wijn in dat vat te vermeerderen zodat hij zelfs over de rand heenliep. Toen de keldermeester besefte wat er gebeurd was, snelde hij, zo vroeg als het was, naar de heilige man, viel voor hem op zijn knieën en vertelde van het grote wonder beneden in de kelder. Willibrord dankte God - zoals hij zo vaak deed - en gebood de keldermeester er verder tot aan zijn dood met niemand over te spreken. Dit voorval wordt in de iconografie zeer vaak afgebeeld.
Legende 7.2 Een andere keer was het al eens gebeurd, dat alle zusters van het nonnenklooster in Trier - dat niet ver van Echternach ligt - getroffen waren door een ziekte die een snelle dood tot gevolg had. Er waren er al heel wat gestorven. Anderen waren al sinds tijden niet meer uit hun bed geweest. De rest was als de dood, omdat ze dachten dat hun ook hetzelfde lot te wachten stond. Toen zij hoorden dat Willibrord in zijn klooster te Trier verbleef, riepen ze ten einde raad zijn hulp in; en of hij onmiddellijk langs wilde komen. Naar het voorbeeld van Petrus ging hij er meteen naar toe. Hij heeft voor de zieken de Mis opgedragen; en vervolgens met wijwater het hele klooster van binnen en buiten besprenkeld. En tenslotte heeft hij alle zieken eigenhandig te drinken gegeven. Vanaf dat moment was de ziekte tot staan gebracht. Nooit is er meer iemand aan die ziekte overleden.
Hier zou de oorsprong liggen van de springprocessie; de danspas zou het ziektebeeld zijn.
Toen Pippijn in 714 stierf, moest Willibrordus tijdelijk naar Echternach uitwijken, gedwongen door de opstandige Fries Radboud. Hij begon het evangelie te verkondigen in het Frankische land. In deze periode moeten we waarschijnlijk de verhalen plaatsen die vertellen over Willibrordus werkzaamheden in het Zeeuwse en het Brabantse.
Legende 8 Zo wordt daar in talloze plaatsen verteld, dat hij er een bron heeft doen ontspringen of er de kerk heeft gesticht. Daarnaast komt Willibrordus voor in de gemeentewapens van o.a. Bakel en Milheeze, Berghem, Deurne, Mill en Sint-Hubertus, Papenhove, Riethoven, Stramproij en Teteringen. Meerdere wonderverhalen spelen in deze streken.
Legende 8.1 Eens verbleef hij op het eiland Walcheren. Daar werd nog vanuit de oudheid een afgod vereerd. Uit brandende liefde en ijver voor God gooide hij het afgodsbeeld aan diggelen. Maar de koster die het heiligdommetje van die afgod beheerde, was woedend. In blinde woede greep hij naar zijn zwaard om daarmee het hoofd van de heilige doormidden te klieven. Maar God beschermde zijn dienaar: geen haar werd hem gekrenkt; geen schrammetje liep hij op. Toch wilden zijn gezellen niets liever dan de man terugpakken en op zijn beurt de dood injagen. Maar de bisschop wist hen met zachte dwang zover te krijgen dat zij hem lieten gaan. Hij vergaf hem zijn zonde en zond hem heen. Het schijnt dat de man drie dagen later desondanks op ellendige manier aan zijn eind is gekomen.
Legende 8.2 De heilige man wandelde eens langs de zee. Zijn gezellen vergingen van de dorst, maar er was nergens zoet water te bekennen. Daarop riep hij één van hen en gaf hem de opdracht in de zonnetent een putje te graven. Daarna viel hij erbij op zijn knieën neer en smeekte de Heer, die ooit in de woestijn door toedoen van Mozes water uit de rots had doen vloeien, dat hij uit ontferming met zijn gezellen nu ook hier in het zand een zoetwaterfontein zou doen ontspringen. Het gebeurde meteen. Er borrelde een bron met zoet water op. Ieder dankte God, die door toedoen van zijn dienaar zulke grote dingen deed. Zij dronken van het water en namen ervan mee zoveel als zij voor onderweg nodig hadden.
Legende 8.3 Het schijnt dat de fles of kruik in het gemeentewapen van Vlissingen ook op Willibrord teruggaat. Volgens sommigen zouden de ruwe Zeeuwen ooit zulk een dorst gehad hebben naar de zoete miswijn die Willibrord altijd bij zich had, dat zij er stiekem drie flessen van hadden leeggedronken. Willibrord zou hun daarop in zijn boosheid hebben uitgemaakt voor Flessingers.
Anderen menen echter, dat die fles een heel andere oorzaak heeft. Het zou hier gaan om een afbeelding van de kruik die Willibrord daar achtergelaten zou hebben, toen ze eenmaal leeg was en bijgevolg geen nut meer had. Deze kruik zou met grote eerbied bewaard zijn door de Vlissingers, om zo een heilig aandenken te hebben aan de heilige Willibrord.
Nog een andere legende weet te vertellen, dat hier Willibrord door boze vissers een zilveren drinkfles werd ontstolen. [Naar: K.Sierksma De Gemeentewapens van Nederland Utrecht 1960 (Prisma 501)]
Legende 8.4 Toen hij eens na een lange reis in het huis van een vriend onderdak kreeg om even op adem te komen, vernam hij dat die arme vriend net helemaal geen wijn in huis had. Nu gaf hij opdracht aan één van zijn gezellen uit de bagage de vier kruikjes te pakken waar de wijn in zat voor onderweg. Hij zegende de wijn in naam van degene die destijds op de bruiloft te Kana water in wijn had weten te veranderen. Na die zegen dronk het hele gezelschap van het beetje wijn: zowel Willibrord met zijn reisgenoten, als de vriend met al zijn huisgenoten: wel veertig man...! Ze dronken tot zij verzadigd waren en hielden zelfs nog over.
Legende 9 Toch trok Willibrord op een goed moment weer naar Redbad, de koning der Friezen. Dat volk was nog altijd de heidense godsdienst toegedaan, en dat stak Willibrord. Weliswaar ontving Redbad hem met groot eerbetoon, maar hij ging niet in op zijn woord. Daarop reisde de bisschop door naar Denemarken. Daar ontmoette hij de koning der Denen: Hunger. Ook deze was verhard in zijn heidense godsdienst. En hoewel Willibrord hier alweer met talloze eerbewijzen werd ontvangen, kreeg hij geen voet aan de grond. Slechts dertig jonge mannen wist hij voor zijn idealen te winnen; en die nam hij mee op zijn reis terug naar huis.
Zijn missie naar Denemarken en Helgoland liep op een mislukking uit.
Legende 10 Op de terugreis landde hij door een storm op een eiland ergens langs de grens tussen Denemarken en Friesland. Dat eiland heette Fositis, naar de afgod Fotis die er vereerd werd. Deze plaats was zo heilig in de ogen van de bewoners daar, dat niemand met een vinger de beesten durfde aanraken die er graasden, of uit de bron durfde drinken die er opborrelde, tenzij in gebogen houding. In afwachting van beter weer vernam hij van de merkwaardige gewoontes op het eiland; en hoe de koning daar op zijn heidense manier overtreders van de heilige geboden de wreedste doodstraffen aandeed. Dat liet Willibrord niet op zich zitten. Hij begon daar in die bron drie mensen te dopen in naam van de Heilige Drievuldigheid en gaf bevel alle dieren die daar rondliepen te slachten voor een feestmaaltijd bij deze gelegenheid. De heidenen waren ontzet, en verwachtten dat het hele gezelschap door hun goden zou worden gestraft met hondsdolheid of iets ergers. Maar er gebeurde niets. Toen gingen zij het aan Redbad vertellen. Deze stikte zowat van woede en liet Willibrord voor zich verschijnen. Hij brieste hem toe: Waarom heb je dat gedaan? Waarop de heilige man antwoordde: Wat u daar vereert is geen god, maar een duivel die u in zijn strikken gevangen houdt. Weet dat er maar één God is in de hemel en op aarde. Hij heeft alles geschapen. Wie dat gelooft, zal het eeuwige leven verkrijgen. Ik ben een dienaar van die God en kom u in zijn naam waarschuwen, dat u de boze duivel moet wegdoen en voortaan moet geloven in onze Heer Jezus Christus, en dat u zich moet laten dopen. Dan zult u van alle boosheid en zonden gezuiverd zijn, en God in rechtvaardigheid en heiligheid dienen. Dan zult u de eeuwige vreugde en glorie bezitten. Maar doet u dit niet, dan zult u moeten branden in het eeuwige vuur. De koning was ontzettend kwaad, maar had toch ook wel bewondering voor de onverschrokken houding van Willibrord. Omdat hij hem toch het liefste uit de weg ruimde, wierp hij - zoals dat gebruikelijk was wanneer op dat eiland iemand de heilige wetten overtreden had - het lot om te zien wie uit het gezelschap de doodstraf diende te ondergaan. Drie keer herhaalde hij de procedure in de hoop dat het lot Willibrord zou treffen, maar het trof één van de gezellen, die dan ook de marteldood onderging.
Intussen zag hij door toedoen van de Friese vorst Radboud, die hij niet tot het Christendom had weten te bekeren, zijn levenswerk vernietigd worden: kerken en kloostertjes werden geplunderd, priesters gedood. Nu trok hij zich terug in de zuidelijke streken van ons land. Pas toen hier Radboud verslagen was door de Frankische vorst Karel Martel ( 714), begon hij in de Friese gebieden aan de wederopbouw van het christendom. Hij was toen al op gevorderde leeftijd.
Legende 11 De situatie in het land der Friezen keerde zich pas ten gunste van het Evangelie toen Karel Martel aan Redbad en de Friezen een beslissende nederlaag toebracht. Nu trok Willibrord met een aantal gezellen het land der Friezen in en verkondigde het Evangelie.
Hier zullen we dus waarschijnlijk de legendes moeten plaatsen die gesitueerd worden in noordelijke plaatsen.
Legende 11.1 Op een keer stootten ze op twaalf arme bedelaars die langs de weg zaten om voorbijgangers om een aalmoes te vragen. Willibrord zag hen vriendelijk aan en gaf één van zijn gezellen een wenk dat hij een goede kruik wijn uit de bagage tevoorschijn moest halen. Toen zij alle twaalf voldoende gedronken hadden, en nog een laatste dronk hadden genoten tot heil en zegen van iedereen en nu werkelijk niet meer konden en zo hun weg vervolgden, toen bleek bij het wegbergen van de kruik, dat zij nog altijd even vol zat als tevoren en wel met de beste wijn die je je denken kon.
Legende 11.2 Een andere keer was de heilige bisschop aangekomen in een plaats die Swestra werd genoemd naar het watertje dat er liep. Om de weg af te snijden ging hij dwars door een rijk begroeid korenveld van een aanzienlijk man. De bewaker van het korenveld werd woedend toen hij zag wat Willibrord deed. Tierend en scheldend vervloekte hij de man Gods. Dat wilden diens gezellen niet op zich laten zitten. Maar de heilige weerhield hen met zachte woorden. Dat had echter geen enkel effect op de woedende wachter. Dus keerde Willibrord op zijn schreden terug en verliet het korenveld langs dezelfde weg als waarlangs hij erin was gegaan. Maar de bewaker bleef hen achtervolgen met zijn gescheld en gekanker. Wel drie dagen lang. Toen viel hij plotseling dood neer. Er zijn er velen die zeggen dit zelf te hebben meegemaakt.
Legende 11.3 Op één van zijn tochten door het Friese land liet hij zijn paarden wat uitrusten en grazen op het land van een rijk man. Maar niet had die rijke man het gezien, of de geest van hoogmoed werd in hem wakker. Hij begon dus hardhandig die paarden de wei uit te jagen. De heilige sprak hem vriendelijk toe: Geliefde broeder, doe dat niet. Wij zijn niet gekomen om uw land schade te berokkenen. We hebben alleen maar wat rust nodig. Wij zijn arbeiders in dienst van God. Ook u zult daar profijt van hebben als u ons tenminste wilt helpen. Denk aan wat onze Heer heeft gezegd: "Wie u opneemt neemt mij op, en wie mij opneemt, neemt Hem op die mij gezonden heeft." Loop liever een eindje met ons mee op. En keer dan in vrede naar uw huis terug. Maar de rijke man wilde de vriendelijke woorden niet aannemen.
THE TEACHING OF ST. THERESE OF LISIEUX ON PURGATORY
"God's Mercy is Greater!"
THE TEACHING OF ST. THERESE OF LISIEUX
ON PURGATORY
by Father Dr. Hubert van Dijk, ORC¹
Doctor of the Church for the third millennium
St Therese of Lisieux, who was declared Doctor of the Church by Pope John Paul II on October 19, 1997, felt the calling in the monastery to teach others and wanted to be a teacher (docteur)1 Early on, God revealed the mysteries of His Love to her. She writes about this: "Ah! Had the learned who spent their life in study come to me, undoubtedly they would have been astonished to see a child of fourteen understand perfection's secrets, secrets all their knowledge cannot reveal because to possess them one has to be poor in spirit!" 2
In his apostolic letter Divini Amoris Scientia, published when St Therese was declared Doctor of the Church, the Holy Father says that one should not look for a scientific revelation of God's mysteries. "Thus we can rightly recognize in the Saint of Lisieux the charism of a Doctor of the Church, because of the gift of the Holy Spirit she received for living and expressing her experience faith, and because of her particular understanding of the mystery of Christ... That assimilation was certainly favored by the most singular natural gifts, but it was also evidently something prodigious, due to a charism of wisdom from the Holy Spirit."3
Her writings offer an abundance of ideas concerning practically every field in theology and spirituality, a multitude which even a hundred years after her death bas been far from exhausted. As the popes repeatedly express: Therese of Lisieux is a gift to the Church. Before the year 2000, she was declared Doctor of the Church, becoming the third woman amongst the thirty-three recognized Doctors of the Church. She died young. Not only is she the youngest of all, but also the best known, loved, and read! Already she has given the Church a lot, and in the dawn of a new millennium, she will continue to bless the faithful with her many gifts. Thus, she is also known as "Doctor of the Church of the third millennium."
"One does not need to go to Purgatory"
Little Therese's theology is a theology that springs from life, a theology of experience. She received a fervent Catholic upbringing at home, in her parish community, as well as at the school of the Benedictine nuns in Lisieux, and thus, she was familiar with the teaching of Purgatory. Being lead by-the Holy Spirit, thoughts, notions, and ideas developed which finally became, "The teaching of the Little Flower on Purgatory."4
The common teaching within the Church is that Purgatory can hardly be avoided. While still only a novice, the saint commented about this with one of the sisters, Sr. Maria Philomena, who believed in the near impossibility of going to heaven without passing through purgatory:
You do not have enough trust. You have too much fear before the good God. I can assure you that He is grieved over this. You should not fear Purgatory because of the suffering there, but should instead ask that you not deserve to go there in order to please God, Who so reluctantly imposes this punishment. As soon as you try to please Him in everything and have an unshakable trust He purifies you every moment in His love and He lets no sin remain. And then you can be sure that you will not have to go to Purgatory.5
She even said that we would offend God if we didn't trust enough that we would get to heaven right after dying. When she found out that her novices talked occasionally that they would probably have to expect to be in Purgatory, she corrected them saying: "Oh! How you grieve me! You do a great injury to God in believing you're going to Purgatory. When we love, we can't go there."6 Now, this is a new doctrine, but only for those who don't know God, who are not childlike, who don't trust. It is so correct to see things this way. It is true that God will judge us at one point, but He is always and first our Father Who... suffers when He has to punish His child and sees its suffering. The child should do His will just out of love, and not to avoid punishment. And this really means that God does not want Purgatory! He allows that His children suffer, but only as if He had to look away.7
If St. Therese is correct that one does not need to be in Purgatory because God Himself does not want this and would love to help us, the thought that Purgatory can be avoided is suddenly not so far-fetched anymore. But first there is the problem of the . aforementioned opinion which says that only few will avoid Purgatory. This is confirmed by great saints and mystics like St. John of the Cross who says, "Only a small number of souls achieve perfect love"8 (perfect love is necessary to go straight to heaven). St. Teresa of Avila also had the experience that only few will be able to avoid Purgatory.9 St. John Vianney said, "It is definite that only a few chosen ones do not go to Purgatory and the suffering there that one must. endure, exceeds our imagination."10
One also has to take into consideration that even practicing Christians are convinced that even the good and faithful and those consecrated to God will have to be exposed to purification in Purgatory for a certain amount of time. The reason for this is always the same: "It is not easy to avoid Purgatory. No one is a saint, and I will certainly have to spend some time there myself." They add to this that "God is just" or "we certainly deserve this."
Therefore, it is even more amazing what St. Therese has to say. Once she encouraged her novice, Sr. Marie de la Trinire to have the faith that it was possible even for her to get to heaven right away. She wondered "If I fail even in: the smallest things, " may I still hope to get straight to heaven?" St Therese, who knew well the weaknesses of her novice, replied: "Yes! God is so good. He will know how He can come and get you. But despite this, try to be faithful, so that He does not wait in vain for your love."11
God is Father rather than Judge.
Once St. Therese had a confrontation regarding this topic with Sr. Marie Febronia, who not only was sixty-seven years old but also was sub-prioress. She had heard that St. Therese encouraged the novices to believe that they could go straight to heaven. She did not like this as she considered this kind of confidence presumptuous, and thus she reproached St Therese. St Therese tried lovingly and calmly to explain to Sr. Febronia her point of view but with no success as Sr. Febronia clung to belief. For St. Therese God was more Father than Judge, and she took the liberty of finally responding, "My sister, if you look for the justice of God you will get it. The soul will receive from God exactly what she desires."
The year had not passed when, in January 1892, Sr. M. Febronia together with other sisters fell prey to the flu and died. Three months later Sr. Therese had a dream which she related to her Mother Prioress and which was then documented: "O my Mother, my Sr. M Febronia came to me last night and asked that we should pray for het:. She is in Purgatory, surely because she had trusted too little in the mercy of the good Lord. Through her imploring behavior and her profound looks, it seemed she wanted to say, You were right. I am now delivered up to the full justice of God but it is my fault. If I had listened to you I would not be here now."12
St. Therese's "doctrine" in 7 key words
1. Purgatory became a rule rather than the exception.
An infinite number of souls who suffer in Purgatory and for whom the Church prays daily after consecration did not need to go there. If we think in human terms, God does not wish for us to need Purgatory. God does not put us here on earth, where we are tested and are suffering after the fall, only to let us suffer again--and much worse--in Purgatory. Everyone receives enough graces in order to go straight to God after passing the trials on earth. However, Purgatory is an emergency entry to Heaven for those who have wasted their time. However, what God considered the exception became the rule, and the rule--to go straight to heaven--became the exception.
2. To cope with the "inevitable" is a grave error.
Since God does not really want Purgatory, He does not want it for me either! But then I also have to not want it! Nobody would expose themselves to the danger of Purgatory by living a mediocre and--as is the case so often today--a sinful life. If they only thought of the intense sufferings in Purgatory. In this regard, the mystics unanimously say that the least suffering in Purgatory is much greater than the greatest suffering here on earth! The reason for this is that once in Purgatory, one does not go through the time of God's Mercy but of God's Justice. Here, the Lord's word applies: "1 tell you, you will not get out until you have paid the very last copper' (Lk 12:59). The many who carelessly say, "I will probably spend some time there," are gravely wrong. Nobody just spends some time there, one has to suffer there like one has never suffered nor could have suffered while on earth. One often even suffers a long time there also. If the Poor Souls in Purgatory had known on earth what to expect in eternity, Purgatory would have remained empty.
3. Purgatory is a waste of time.
This is what St. Therese says, "I know that of myself I would not merit even to enter that place of expiation since only holy souls can have entrance there. But I also know that the Fire of Love is more sanctifying than is the tire of Purgatory. I know that Jesus cannot desire useless sufferings for us, and that He would not inspire the longings I feel unless He wanted to grant them."13 It is true that Purgatory is a wonderful grace, for if needed, without the purification in Purgatory we would not go to Heaven, and the work of art which God intended and created us to be would not be completed. But St. Therese is right: at the moment of our death we already have our place in Heaven. Afterwards, there is no growing in grace anymore. Whoever does not go through Purgatory does not miss anything.
4. We need a more positive image of God.
We already know that St. Therese told her novices that they offended God when they thought they would go to Purgatory. That is a very shocking statement: for if this is correct millions of Christians are offending God or at least hurt Him. And yet this is the case. They are focused only on themselves, thinking--not without reason--that they deserve Purgatory. They do not notice God Who is by their side and would love to help them so much. The fact that we fear Purgatory so much also has to do with a rather negative image that we have of God. We, Christians of the 20th Century, were like so many, raised with the image of a strict God, anxious to punish us as often as we deserve it. This thinking goes back to heresies like Jansenism. Quietism, or Calvinism. 14
5. Love banishes fear
The question of whether Heaven will follow right after death is a question of trust. God does not need our merits in order to take us straight to Him but He needs all of our trust. Or the other way around--it is not -our sins that can prevent God from giving us this grace but rather our lack of trust. Therefore, we must draw the conclusion that everything depends solely on trust. There is no trust without perfect love. And vice versa, there is no love without trust.
And this is exactly what the Apostle John writes in his first letter, "In this is love perfected with us, that we may have confidence for the day of judgment, because as He is so are we in this world. There is no fear in love, but perfect love casts out fear. For fear has to do with punishment, and he who fears is not perfected in love" (1 Jn. 4:17-18).
This text enlightens our topic very much. Judgment Day is the day of our death. Whoever achieves perfect love at the moment of their death sees God as so merciful and generous that they cannot believe in punishment in Purgatory. We are dealing with the same kind of grace in the Sacrament of the Anointing of the Sick. St. Thomas Aquinas teaches us that this Sacrament has as its real fruit the wiping out of punishment due to our sins.15 After those who have received the Sacrament of the Anointing of the Sick, others present often notice that the sick enter a period of growing peace and trust, together with a great surrender to the Will of God, and even serenity and desire for Heaven. This also applies to those who up to that point did not believe or even lived in mortal sin. Even these people, as the great theologians of the scholastics say--for example, St. Albert the Great or St. Bonaventure--go straight to Heaven without having to go through Purgatory first. This shows the wonderful grace coming from the Sacrament of the Anointing of the Sick.16
6. The last will be the first.
While many Christians do receive the Sacrament of the Anointing of the Sick, experience tells us that they do not go straight to Heaven. The mystics often relate that many priests and religious suffer a long time and have to wait for their release. However, all of them or almost all of them have received the Sacrament of the Anointing. What is the reason for this? The answer is certainly that they did not receive the Sacrament with the necessary repentance or surrender to the Will of God, or that they did not want to change their flaws and vices a long time before their death.
St. Therese of Lisieux tells us that she heard that sometimes great saints with many merits come before the Judgment of God, but have to go to Purgatory because our justice before God is often unclean. That is why she recommends to give
immediately away all the merits of our good deeds, and that it is better to appear before God empty-handed.17 She recommends to her oldest sister and godmother Marie, to be given Heaven free of charge by God.18
While on the one hand the first ones don't always get to Heaven first, on the other hand there are enough examples that the last ones become the first ones. Therese refers in her writings to the Lord's mercy towards the good thief,19 and wishes that the story from the "desert fathers," about how a great sinner called Paesie died out of love and is being taken straight to heaven, should be added to her autobiography, "Souls will understand immediately, for it is a striking example of what I'm trying to say."20
When our great hour comes, as St. Therese writes to Abbe Roulland, missionary in China, if only we trust, the Blessed Virgin will obtain "the grace of making an act of perfect love" should we have "some trace of human weakness" and so will we reach heaven immediately after death.21
7. St. Therese's teaching, a great message for the third millennium
One can rightfully say that Therese is turning all common opinions on Purgatory upside down.22 She wants to appear before God empty-handed and explains why it can be easier for sinners who have nothing to rely upon, to reach Heaven than the great saints with all their merits.. She emphasizes that trust alone is enough, that merits are no guarantee but often an obstacle for the straight way to Heaven, and that sins do not need to be an obstacle. After a 'messed-up' life, God can still take one straight to Heaven if the dying person only has trust. And how easy it can be to trust if there are no merits but only one's misery! Through trust she shows the shorter way to Heaven to the small and humble. And so many can and will go that way. She writes about this to her sister Marie: "... what pleases Him (God) is that He sees me loving my littleness and my poverty, the blind hope that I have in His mercy... That is my only treasure, dear Godmother, why should this treasure not be yours?..."23
As has been said, she has made sanctity available for everyone through her little way, and this is also true for the straight way to Heaven... This will no longer be an exception. Once those who are smart enough to gather from the treasures of our new Doctor of the Church will walk this way easily, especially those who want to be part of the legion of little souls which St. Therese asked God for at the end of her manuscript B, "I beg You to cast Your Divine Glance upon a great number of little souls. I beg You to choose a legion of little Victims worthy of Your LOVE!"24 Yes, by listening to her wonderful message there will be many, many souls... and with that, Purgatory stops being the unavoidable detour to Heaven!
Conclusion
St. Therese of the Child Jesus gave us a lot to think about. There are yet many new thoughts to be understood in terms of theology. For us, however, the most important, even existentially significant of everything she wrote is the message on Purgatory. The question of what happens to us after death should move us deeply. Let us just remember Sr. Febronia and her suffering in Purgatory; her silent message from the next world should move us. "It seemed," says Therese, "as if she wanted to say: If I had listened to you I would not be here now." This is actually shocking when you think about it. One has to admit that Sr. Febronia entered the next world through the wrong door. And with her, thousands and millions who would have managed to avoid Purgatory. And why did they not achieve this? The simple reason is that nobody showed them the correct way. Considering this, one does understand that Therese is a true gift to the Church. God gave her to us as leader and comforter for the apocalyptic days in which we very obviously live. Her message concerning Purgatory is a true grace of God' s merciful love for the moment of our death. One can apply the urgent exhortation of our LORD: "'He who has ears to hear. let him hear" (Lk. 8:8).
Father Dr. Hubert van Dijk, ORC
Footnotes:
1. I would like to enlighten souls-as did the Prophets and the Doctors.' St Therese of Lisieux. Story of a Soul. ICS. Washington
DC, 1996, Ms B, 2v, pg. 192.
2. St. Therese of Lisieux. Story of a SOUL, ICS, Washington DC, 1996, Ms A, 49r. Jig. 105.
3. Divini Amoris, I.c., Nr. 7.
4. Philippe de la Trinite, La Doctrine de Sainte Therese sur Ie Purgatoire. Editions du Parvis, CH-1648 Hauteville/Suisse 1992,
pg. 16. .
5. Annales de Sainte Therese, Lisieux. Nr. 610, Febr. 1982. Translated from the German.
6. Last Conversations, ICS. Washington DC. 1971, pg 273..
7. La Doctrine, l.c. pg 16. Translated from the German.
8. St. John of the Cross, The Dark Night, IT. ch. XX.
9. Ferdinand Holbőck. Das Fegefeuer, Salzburg 1977, page 94f. Translated from the German.
10. La Doctrine, I.c.page 22f. Translated from the German.
11. Lucien Regnault, La Pensee de Ste. Therese de 1'Enfant Jesus sur Ie Purgatoire in Annales de Sainte Therese, 1986, Suppl. Nr
101, pages 21-29, quote on page 26. Translated from the German.
12. Annales de Sainte Therese, Nr. 610. Feb. 1983, page 5. Translated from the German.
13. Story of a Soul, Ms A, 84v, pg.181.
14. La Pensee, l.c., page 23. Translated from the German.
15. St Thomas Aquinas, Summa Theologica, Suppl. Qu. 30, art. 1. Translated from the German.
16. P. Philipon. Vie Spirituelle, Jan./Feb. 1945, pages 21-23; 16-17. Translated from the German.
17. La Doctrine, l.c. page 13. Translated from the German.
18. St. Therese of Lisieux, Letters St. Therese of Lisieux, ICS, Washington DC, 1913, Vol. II, pg 998, LT 197.
19. Pious Recreations, RP 6, 9v, translated from the German.
20. Last Conversations. pg. 89. CJ, 11.7.6
21. Letters of St. Therese of Lisieux. Vol. II, pg. 1093, LT 226.
22. La Pensee, l.c., pg. 28. Translated from the German.
23. Letters of St. Therese of Lisieux, Vol. II, pg. 999, LT 197.
«De Boodschap is een stroom van liefde over de wereld. Ze is de weg voor de besluiteloze, voor hen die gebukt gaan onder de huidige tegenstrijdigheden, ze is de vertroosting voor de gekwetste harten die in de geweldige beroering van deze tijd vereenzaamd zijn.” (23.7.68)
Wat is het doel van de Boodschap?
Jezus tot Marguerite
“ Ziehier het doel van mijn Boodschap: grondiger kennis van mijn liefde voor de mensen. Wat Ik vraag: offers, gebeden,verstervingen; levendiger Maria-verering; ijver voor de rozenkrans die overal dient hervat” ( 29.1.67)
Moet men deze Boodschap aanvaarden?
Jezus tot Marguerite
“Voorwaar Ik zeg u: de wereld blijft vrij ze aan te nemen of te weigeren. Ze zal de gevolgen van haar keuze op zich nemen” (18.7.67)
Wat zal de Boodschap teweegbrengen?
Jezus tot Marguerite
“De Boodschap ontsluit de harten voor de liefde en voor de kennis van een God die verliefd is op zijn schepselen.” (5.5.70)
Komt deze Boodschap werkelijk van Jezus?
Jezus tot Marguerite
“Ik ben de auteur van deze geschriften, Ik ben degene die ze ingeeft. Twijfel daar niet aan. Wie zou u nu op dit ogenblik durven bedriegen?”(24.3.66)
Waarom een legioen kleine zielen?
Jezus tot Marguerite
“Omdat Ik goed en barmhartig ben hou Ik meer rekening met het goede dat men doet dan met het kwade dat men mij aandoet.
Mijn gerechtigheid wijkt graag voor mijn barmhartigheid. Ziedaar waarom Ik een leger kleine zielen verlang, die zich innig verenigd tussen mijn gerechtigheid en de zondaars zullen opstellen onder de hoede van mijn Koningin-Moeder” (20.7.67)
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Wenst u De Boodschap in boek te lezen, mail me dan even en ik antwoord U op welke adressen U deze kunt aankopen. Vermeldt tevens da gewenste taal De Boodschap is in verschillende talen beschikbaar. If You want to read The Message as a book, sent me a mail , I answer you with the address where to buy. Please indicate which language You wish, The Message is available in different languages. En cas Vous voulez lire Le Message comme un livre, envoi moi un petit mail, et je vous réponds ou vous le pouvez acheter. Le Message est disponible en plusieurs langues.