PREEK STOEL
Weblog Preek van de week
Laatste commentaren
  • op bezoek (steffi)
        op
  • Preken, ook vandaag nog! Bezoek onze forums. (Daniël Adams)
        op
  • aangesteld als acoliet (Frans Maseland)
        op
  • bezoekje (debaes nico)
        op
  • Pe (G van Tol)
        op
  • Verwanten
  • Preken
  • Uitwisseling preken
  • Reliflex
  • 03-05-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Managers en herders
    Een preek voor de vierde paaszondag
    (Handelingen 13,14.43-52 -Johannes 10,27-30)

    Het christelijk geloof is verkondigend. En wie verkondigt, wil verstaan worden.
    Daarom wil elke preek een brug slaan tussen de suggererende, beeldende taal van de Schrift en het taalveld van het moderne levensgevoel. Daarbij is de cruciale vraag:
    wordt die beeldende, poëtische, bijbelse taal nog verstaan door wie dagelijks met de turbotaal van pc, internet en cd-rom te maken heeft?
    We mogen het niet opgeven te blijven zoeken naar wat de oeroude taal van de bijbel en het geloof kan betekenen voor mensen die leven in een heel andere taal- en communicatiewereld.
    Wat zegt het beeld van de herder in deze tijd waarin mensen door het gebruik van hun gsm traceerbaar zijn en velen zich voor een goede oriëntatie verlaten op een gps?
    Wil de verkondiging over de goede herder verstaanbaar zijn,
    dan moeten we dit bijbels beeld opgraven uit een denk- en taalwereld die de onze niet meer is.

    'Herder' roept inderdaad een beeld op, een eerder soft beeld. Met het gevaar dat we Jezus die zei: 'Ik ben de goede herder' eveneens in een softe, wat levensvreemde hoek plaatsen.

    Voor wie van huis uit met bijbelse en liturgische taal vertrouwd is, heeft 'herder' een geladen betekenis. Het is een woord voor God. Dit woord roept op tot vertrouwvolle overgave aan hem, in wat voor omstandigheden men ook verkeert. Maar een wereld vol harde hardware en verwarrende software versluiert de geladenheid van dat woord 'herder'. In zo’n wereld deemstert het aanvoelen en het begrijpen van de bijbelse en liturgische taal langzaam weg. De taal van het zakelijke management gaat luider en harder klinken: de taal van de efficiëntie, de productiecijfers, het rendement van een investering, de taal van de organogrammen.

    Toch hoeven de beeldrijke taal van het bijbels geloof en de koelere managementstaal niet elkaars opponenten te zijn. Ze kunnen elkaar iets bieden. Efficiëntie kan in geloofsgemeenschappen vruchtbaar zijn: door goed te organiseren, adequaat pastoraal te handelen en vooral door de kwaliteiten van mensen recht te laten wedervaren. Herders met managerskwaliteiten zijn geen luxe.

    Maar managers doen zichzelf en de werkelijkheid geweld aan als ze in zelfoverschatting denken dat alles maakbaar en meetbaar is, tot in de diepste lagen van het menselijk bestaan, waar alle taal verstomt. Er is immers meer tussen hemel en aarde. Goede managers weten dat wat er in het hart van een mens gebeurt, met geen cijfers te meten is. Managers met het hart van een herder zijn onontbeerlijk.

    Dit brengt ons weer bij het bijbels beeld: God is de herder naar wie alle pastorale zorg wordt genoemd. Onze tijd en onze zakelijke communicatie- en informatiewereld hebben nood aan zo’n efficiënte, heilzame, zeg maar pastorale zorg. De verworvenheden van goed zorgmanagement zijn hierbij bruikbaar: gastvrijheid, solidariteit en vooral aandacht voor de unieke waarde van iedere mens. Waar deze waarden gerealiseerd worden, kan men spreken van pastorale zorg en bewogenheid. En dit bewogen-zijn-om-mensen heeft voor gelovigen met het geheim van Gods herderschap van doen.

    Zowel herders met managerskwaliteiten als managers met het hart van een herder kunnen dat geheim slechts in beelden omschrijven en zeggen:

    God, wij zijn de stroom,
    U bent de bedding,
    wij zijn de branding,
    U de oever,

    God, wij zijn verlangen,
    U ons heimwee,
    wij zijn behoefte,
    U de vervulling,

    God, wij zijn het peillood,
    U de diepte,
    wij zijn ’t rumoer,
    U de stilte,

    God, wij zijn de schemer,
    U het licht,
    wij zijn op weg,
    U bent het eindpunt.

    Herman Van Tulder o.p.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (12 Stemmen)
    03-05-2007, 19:24 geschreven door dominik  
    19-04-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Vissers en herders
    Een preek voor de derde paaszondag
    (Handelingen 5,27-41 - Johannes 21,1-19)

    In het Johannesevangelie moet je ook altijd achter de woorden lezen.
    Veel woorden zijn symbolen of hebben een dubbele bodem.
    Achter de woorden moet men ook in je verbeelding de christelijke gemeenschap zien waarvoor het evangelie oorspronkelijk is geschreven.
    Een typisch voorbeeld is het verhaal van de wonderbare visvangst, het hoofdstuk dat als een soort epiloog later aan het evangelie is toegevoegd.
    In dit verhaal, dat we vandaag lezen, weerspiegelt zich het leven van de jonge kerk.
    Je kunt er ook het leven van de kerk in onze dagen in weerspiegeld zien.

    'Ik ga vissen', zei Petrus, en zes mannen gingen met hem mee. Ze waren met zeven, een symbolisch getal. Schriftkenners zeggen dat het verwijst naar de zeven kerken van Klein-Azië waaraan de ziener van de Apocalyps een brief heeft geschreven. De zeven keerden, na alles wat ze met Jezus hadden meegemaakt, niet terug naar hun vroeger beroep. Ze begonnen met het werk van hun nieuw beroep, dat van mensenvissers. Mensen ophalen uit de diepte van hun verlorenheid. Het was zwoegen en ploeteren in het duister, de hele nacht door. Maar zonder resultaat. De man op de oever die ze niet herkenden vroeg hen weer het meer op te varen en het net aan stuurboord, aan de andere, de gevaarlijke kant van de boot uit te gooien. En nu lukte het wonderwel. Hun net barstensvol, 153 vissen, zo veel als er toen vissoorten bekend waren, en het net scheurde niet. Toen herkende de leerling van wie Jezus hield (laten we hem Johannes noemen) de man op de oever. 'Het is de Heer!' En Petrus wilde de eerste zijn, hij sprong direct in het water om naar hem toe te zwemmen.

    Dit doet denken aan het eerder vertelde verhaal over het lege graf. Johannes kwam het eerst bij het graf, maar Petrus ging er het eerst in kijken. Daarna Johannes, en alleen hij 'zag en geloofde'.

    De symboliek is duidelijk. Je kunt de verheerlijkte Christus niet zien als hij aanwezig komt. Je moet kijken met een gelovig hart om zijn aanwezigheid te ontwaren.

    De man die ze nu herkenden had aan land voor de vissers een ontbijt klaargemaakt. Hij deelde brood rond en gaf hun vis. De vis, zegt de tekst. De vis, ichtus in het Grieks, is het oudste symbool van Christus. Jezus die uit het water van de dood is opgestaan, die leven kan behouden en geven waar anderen sterven. Hij gaf hun zichzelf. Een eucharistische maaltijd, reëler nog dan met wijn. Zouden we op de zondag waarop dit evangelie wordt gelezen niet eens eucharistie vieren met brood en vis?

    Mensen uit het donkere water van de dood en de macht van het kwaad naar boven halen, ze samenbrengen in een net dat bestand is tegen scheuren, in een gemeenschap die één is en onverdeeld. Het is een ander, misschien sprekender beeld dan dat van de zorgzame herder dat de Heer gebruikte in zijn apart gesprek met Petrus. Het was een troostend en bemoedigend gesprek. Kerkelijke herders kunnen zwak zijn, falen en zelfs verraad plegen, maar als hun liefde het niet begeeft kunnen ze de opdracht aan.

    De kudde hoeden en behoeden: we zouden het kunnen zien als een conservatiever symbool van de kerkelijke opdracht dan dat van mensenvissers. We moeten ze combineren. De tragiek van de herders vandaag is dat de kudde alsmaar kleiner en grijzer wordt. De vissers raken ontmoedigd omdat hun zwoegen en ploeteren zonder resultaat blijft. Maar de Heer die hun opdrachtgever is laat hen niet in de steek. Gooi het net aan de andere kant van de boot uit! Laat de oude, vertrouwde gewoonten los en waag het risico's te nemen. Het moet kunnen lukken, je hebt mijn woord!

    Petrus staat symbool voor het herdersambt. Voor de leiding en de organisatie, de zakelijkheid van de kerkorde. Johannes symboliseert het charisma, de bezieling en de durf. Hij was het die de Heer herkende. Hij was het die Petrus uit de boot in het water deed springen. Johannes liep sneller dan Petrus op de weg naar het graf waar Jezus' dode lichaam uit verdwenen was. Petrus ging het eerst het graf binnen, maar het was Johannes die zag en geloofde.

    Als ze goed wil werken moet de kerk de karaktertrekken van Petrus en van Johannes dragen. Ook wij hier kunnen daar mee voor helpen zorgen.

    Inspiratie is gehaald uit H.J. van Ogtrop, In het leerhuis van Lucas, Brugge, Tabor, 1991, p. 74-76, en K. Pannekoek, Verwijlen in Emmaüs, C-jaar, Gooi & Sticht 2003, p. 77-79

    B.J. De Clercq o.p.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (5 Stemmen)
    19-04-2007, 18:06 geschreven door dominik  
    Foto
    Elke week een nieuwe preek
    Zoeken in blog

    Archief per week
  • 19/11-25/11 2007
  • 05/11-11/11 2007
  • 15/10-21/10 2007
  • 24/09-30/09 2007
  • 03/09-09/09 2007
  • 20/08-26/08 2007
  • 13/08-19/08 2007
  • 30/07-05/08 2007
  • 09/07-15/07 2007
  • 02/07-08/07 2007
  • 25/06-01/07 2007
  • 18/06-24/06 2007
  • 28/05-03/06 2007
  • 21/05-27/05 2007
  • 30/04-06/05 2007
  • 16/04-22/04 2007
  • 02/04-08/04 2007
  • 19/03-25/03 2007
  • 12/03-18/03 2007
  • 05/03-11/03 2007
  • 26/02-04/03 2007
  • 19/02-25/02 2007
  • 12/02-18/02 2007
  • 05/02-11/02 2007
  • 22/01-28/01 2007
  • 15/01-21/01 2007
  • 26/09-02/10 2005

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs