Ik was op ,
totaal mentaal op en het uitte zich in slapen , slapen en nog eens slapen.
Ik geraakte maar niet uitgerust en het minste deed me in tranen uitbarsten .
Ik hoopte dat er in Kortenberg een manier werd aangereikt om met deze vermoeidheid om te kunnen gaan .
Het was net alsof het van de ene dag op de andere plots was begonnen . Het was een signaal van mijn lichaam dat ik niet langer kon negeren .
In Kortenberg aangekomen , was het eerst wat me opviel de oneindig lange gangen .
Er waren zoveel afdelingen in 1 inmens gebouw , dat ik schrik had om er nooit mijn afdeling te kunnen vinden .
Mijn kamer leek op een saaie eenpersoonskamer met enkel een bed , een bureau en een douche in .
Het bed deed me instant verlangen naar slaap en absoluut geen mensen om me heen .
Maar uiteraard was daar geen tijd voor .
Een gesprek met de psycholoog was het eerste wat op de agenda stond .
Ik kon zonder problemen vertellen over de problemen die ik had ervaren in mijn jeugd omdat ik me emotioneel afstandelijk hield .
Ik vertelde over elk detail alsof het mij niet was overkomen , maar iemand anders .
Veel feedback kreeg ik niet , er werden enkel een aantal notities genomen .
Ik was best nieuwsgierig naar wat er allemaal op dat klein blaadje papier geschreven werd , welke info werd onthouden en of het werd opgeschreven vanuit een eigen interpretatie of exact zoals ik het verteld had .
Ook met andere therapieën kwam ik voor het eerst in contact .
Beeldende therapie , muziektherapie , gesprekstherapie en nog een aantal andere .
Beeldende therapie lag me het meest .
Ik kon op mezelf bezig zijn en me zo afzonderen in mijn hoofd en dan was het enkel ik en mijn tekening .
Op de muziektherapie vond ik het vreemd dat de muziek absoluut niet mooi moest klinken , maar dat we onze emoties konden omzetten in klanken .
Harde klanken met de trommel voor kwaadheid, zachte klanken met de piano voor verdriet , ... het waren voorbeelden van iets totaal nieuws voor mij .
De jongeren die op de afdeling waren, kampte allemaal met een verschillende problematiek. Sommige hadden een eetstoornis , andere een depressie en nog andere een persoonlijkheidsproblematiek.
Er waren veel indrukken die ik in een korte tijd allemaal te verwerken had, maar gelukkig waren er ook de vrije momenten .
Dit waren momenten van ontspanning voor me .
Slapen en me afzonderen van alle impulsen was waar ik , naar mijn gevoel, het meeste nood aan had .
Plichtsbewust probeerde ik steeds aanwezig te zijn op de verschillende therapieën .
Ik voelde na enige tijd dat het spreken over wat me bezig hield, me angstig maakte of juist verdrietig. Allerlei emoties die vreemd voor me waren , werden losgeweekt.
de therapie begon zijn vruchten af te werpen.
Het was iets wat ik daarvoor amper deed huilen in het bijzijn van andere of mijn angst tonen.
Het opkroppen van gevoelens en denken dat ik het allemaal wel zelf kon bolwerken , was een patroon geworden dat ik moest zien te doorbreken.
Kortenberg was op een korte tijd een veilige burcht geworden waar ik leerde spreken over dingen die niet vanzelfsprekend voor me waren .
Ook het delen van pijnlijke onderwerpen met de jongeren in mijn groep was iets wat ik had moeten leren .
Het meest comfortabele voelde ik me bij 1 op 1 gesprekken.
Alhoewel er de mogelijkheid voor me was me af en toe eens buiten de afdeling te begeven, had ik daar geen nood aan .
Enkel de therapieën en mijn kamer , dat was mijn veilige leefwereld.
Na een aantal weken was het traject in Leuven afgerond en mocht ik terug naar de Vlinderkens gaan .
Ik was enorm blij om mijn vertrouwde omgeving en mensen terug in de armen te kunnen sluiten.
Maar langs de andere kant was ik angstig dat de vermoeidheid weer terug zou gaan beginnen eens ik me weer in de " maatschappij " begaf .
De jongeren van de Vlinderkens en ook de begeleiding waren blij dat ik terug was .
Ik voelde dat ze trots op me waren dat ik het traject in Leuven had afgewerkt en dat gaf me zowaar een enorme boost .
Ik hoopte zo snel mogelijk het leven van alle dagen weer te kunnen hervatten en uiteraard ook weer naar school te kunnen gaan .
Op zaterdag deed ik al enige tijd weekendwerk in een slagerij zo'n 500 meter van de Vlinderkens af .
Op die manier had ik wat geld waarvan ik een extraatje voor mezelf kon kopen .
Ook al kreeg elke jongere een beetje zakgeld naar leeftijd, als je rookte was het er zo weer door .
Het werk bestond eruit om vleeswaren te versnijden en klanten te bedienen .
Ik deed het al bijna een jaar en had echt fijne collega's .
Ze waren op de hoogte van de opname in Leuven en hadden alle begrip voor mijn situatie .
De vrouw die me had opgeleid , was een lieve jonge Marokaanse vrouw genaamd Halima .
Ik was erg close me haar en we konden het erg goed vinden samen. Ook was ze eerder een vrijgevochten type en goed ingeburgerd in het moderne leven .
Ik vond het dan ook vreemd toen ze er plots niet meer was op zaterdag.
Allerlei vragen spookte door mij hoofd .
Ook andere collega's hadden weinig of geen informatie van haar afwezigheid .
Na mijn werk , nam ik direct mijn telefoon en belde naar haar nummer.
Ze nam niet op , zelfs niet na meerdere keren proberen .
Ik besloot een bericht in te spreken om mijn bezorgdheid te uiten .
Het deed me verdriet dat Halima plots was verdwenen en de normaal gemoedelijke sfeer op het werk was omgeslagen in pure ongerustheid .
Die nacht kon ik amper slapen .
Ik wou dat ik controle had over heel de situatie en hoopte dat ze me in vertrouwen zou nemen .
Na enige tijd kreeg ik eindelijk een telefoontje van Halima .
Ze wist me te vertellen dat ze gevlucht was van haar familie .
Die waren van plan haar uit te huwelijken met een man waar ze absoluut geen toekomst mee samen zag .
Haar oudere broers waren agressieve en dwingende types die alles in het werk stelde om haar op te sporen en onder dwang naar huis te terug te sturen .
Om die reden had ze een aantal spullen ingepakt en was vertrokken naar een vluchthuis.
Ik trok me de situatie enorm hard aan en wou dat ik haar kon helpen .
Maar wat kon ik anders doen dan luisteren en een vriendin voor haar proberen te zijn?
Na enkele weken wisten we elkaar in alle geheim te ontmoeten.
Ik zag het verdriet en de angst in haar ogen .
Ze moest zich enorm onzeker hebben gevoeld over de toekomst dacht ik. De angst in haar ogen voor elke wagen die passeerde was duidelijk zichtbaar alsook de vermoeidheid die te lezen was van haar gezicht .
Het weerzien met haar deed me deugd.
Zo goed ik kon probeerde ik haar te ondersteunen en te luisteren naar haar verhaal .
Het liefst van al had ik haar willen verstoppen in mijn kleerkast op mijn kamer in de Vlinderkens , een absurde gedachte natuurlijk , maar het geeft wel weer hoe erg ik met haar situatie inzat .
De weken gingen voorbij zonder Halima .
Het was niet hetzelfde zonder haar en mijn werk deed ik dan ook met minder plezier dan ervoor.
Het was voor mij steeds al een aantal weken wennen vooraleer ik me ok kon voelen bij nieuwe mensen en een nieuwe situatie, maar het was nog moeilijker als een situatie plots veranderde .
Plotse veranderingen betrok ik op mezelf.
Ik was waarschijnlijk niet goed genoeg om bij te blijven , het was een straf van bovenaf om mensen die ik graag zag niet bij mij te laten blijven . Heel veel van die gedachtes maakte dat ik veel dingen persoonlijk aanvoelde . Al wist ik rationeel toen al dat dat niet klopte toch voelde mijn gevoel me hier niet in .
Op een zaterdag werd ik naar het bureel geroepen .
Ik voelde al een soort spanning over mij komen en vroeg me af wat ik mogelijks verkeerd had gedaan .
De hoofdverantwoordelijke was een lieve man met wie ik een redelijk goed contact had.
Hij bekeek me met een bedrukt en zorgend gezicht.
Toen ik vroeg wat er scheelde , wist hij me teleurstellend nieuws te vertellen .
De supermarkt waar ik werkte op de slagerij-afdeling , moest bezuinigen waardoor mijn contract als jobstudent niet werd verlengd na 1 jaar dienst.
Niet enkel dat van mij werd niet verlengd , maar dat van de andere studentes ook niet.
Het was een slag in mijn gezicht .
De zoveelste verandering in een korte tijd na mijn opname dat ik geen plaats kon geven.
Kwaadheid en verdriet overheerste maar ik wist er geen weg mee .
Teleurgesteld nam ik afscheid van mijn collega's en stapte ik huilend naar de Vlinderkens .
Zwarte gedachtes stapelde zich op in mijn hoofd .
Ik herkende deze gedachtes al van toen ik 8 jaar was .
Dat was de eerste leeftijd waarop ik ze gekregen had.
Toen was het eerder een verlangen naar weg zijn van een situatie, maar nu voelde het anders , echter en concreter .
Wordt vervolgd ..
Donkere gedachtes hadden al eerder de revue gepasseerd . Ik kende het stemmetje dat me steeds probeerde te overhalen om alles en iedereen achter te laten . Nooit trok in deze stem in twijfel , het had steeds gelijk en voede zich met de slechte emoties die ik eraan overhield.
"Je bent niets waard ",
" je bent dom en zal nooit wat bereiken " ,
" mensen geven niet om jou " , ... enz
Het waren een aantal van de herhalende zinnen die de stem me toefluisterde.
Van zodra een aantal tegenslagen in mijn jonge leven zich begonnen op te stapelen , Was daar weer die stem om de genadeslag toe te dienen . Het bleef gelukkig bij gedachtes en verlangens naar de dood , maar ze maakte wel dat ik me nog eenzamer en verdrietige voelde Het waren ook de woorden die mijn ouders soms gebruikte. Zinnen zoals " je bent dom , een rotjong, ik wou liever een zoon dan een dochter , .. enz " .
De zinnen kwamen zo bekend voor, dat een innerlijke stem in mij ze overnam naar waarheid omdat ik ze herkende vanuit het verleden .
Het ontslag bij de slagerij was de ideale genadeslag van de stem en de spreekwoordelijke druppel die bij mij de emmer deed overlopen . Ik had er genoeg van !
Met mijn laatste loon kocht ik drank en plande ik een " laatste dag " .
Ik leefde naar deze dag toe omdat ik dan zo alle pijn en verdriet achter me kon laten. De stem vertelde me dat ik toch nooit zo krijgen waar ik zo naar verlangde , namelijk een liefdevolle mama en dat deze beslissing de beste was .
Ik begon te schrijven.
Vele bladzijden vol om duidelijk te maken aan mensen en onrechtstreeks ook aan mijn ouders, waarom ik deze keuze had gemaakt . Waarom ik het allemaal niet meer trok en geen hoop had of zelfs levenslust naar een toekomst.
Ik schreef deze brieven met de tranen in mijn ogen . Alles werd concreter naarmate de dagen vorderde en maakte dat mijn beslissing standvastiger werd .
Veel wensen voor een laatste dag had ik niet . Ik wou graag met een vriendin naar een rustige speeltuin gaan, nog even de vrijheid van een schommel voelen , alcohol nuttigen dat ervoor zou zorgen dat ik me kon ontspannen en plezier maken op dat moment . Natuurlijk had ik eraan gedacht om deze gedachtes met de begeleiding van de Vlinderkens te bespreken, maar wat zou het gevolg daarvan geweest zijn?
Meer dan waarschijnlijk had ik iedereen ongerust gemaakt , hadden ze me terug laten opnemen en deze keer misschien op een gesloten afdeling en was de kans op beterschap helemaal nog niet zo zeker .
Ik wou maar 1 ding en dat was voor eeuwig slapen en absoluut niets meer voelen !
Allerlei scenario's die het meeste kans op slagen hadden spookte door mijn hoofd . Een overdosis medicijnen nemen had geen 100% slaagkans en ik wou niet wakker worden met een handicap of verlamming door hersenbeschadiging.
Een trein dan ? Nee dat overleefde sommige mensen ook nog , al was die kans kleiner.
Mijn polsen ? Dat bleek moeilijker dan ze deden uitschijnen in de films , dus ook geen goed idee !
Er bleef maar 1 ding over en juist die gedachte bleef zich opdringen in mijn hoofd .
Het springen van een hoog gebouw, Hoog genoeg zodat je waarschijnlijk tijdens de val het bewustzijn al zou verliezen en zo ook de val niet zou voelen. Alles zou zo snel gaan dat mijn hersenen te weinig tijd hadden om pijn te registreren en de slaagkans was groter dan al het overige .
Of ik de moed ging hebben om vanop een hoogte naar beneden te springen? Daar twijfelde ik aan. Allerlei signalen van angst zouden me tot inkeer proberen te brengen en dat wou ik nu juist niet .
Om daar niet in verzeild te geraken was alcohol het ideale verdovende middel dat elke realiteitszin verdoezelde.
Het was volledig af het plan in mijn hoofd !
de brieven , mijn laatste dag en tot slot de poging op zich .
Ik voelde een een zwaarte van mijn schouders vallen . Ik dacht niet meer aan de mensen die ik zou achterlaten, de mensen die wel om me gaven, wat voor impact het zou hebben op de mensen die me gingen vinden , De vragen waarmee iedereen zou achterblijven , ...
Het leek of het alleen nog ik was en mijn zwarte wolk , de rest bestond niet meer en deed er niet toe . Hoe egoïstisch het allemaal mag ook klinken, ik was er van overtuigd dat de wereld en mijn omgeving beter af zou zijn zonder mij !
Zij zouden een zorgenkind minder in de maatschappij moeten grootbrengen en ik was van alle emotionele pijn en de vermoeidheid verlost . Het was een win-win situatie.
De brieven waren geschreven . Elke zin die in nog wou zeggen, iedereen die ik wou bedanken om een deel te mogen zijn hun leven , elke vraag over het waarom, .... Ik probeerde zo goed als ik kon een antwoord hierop te formuleren . Ook naar mijn ouders schreef ik een brief, weliswaar 1 waar ik mijn kwaadheid en teleurstelling in uitte , maar ook dat deze beslissing volledig van mij was en dus niet hun schuld . Ik wou allesbehalve ook maar iemand met een schuldgevoel opzadelen . Het moment van mijn laatste dag , de dag voor de uiteindelijke poging , naderde . Ik zou met een vriendin spijbelen van school om naar een rustig speelpleintje te gaan. Mijn gevoel zei dat het een mooie laatste dag ging worden.
Wordt vervolgd ....
Een zachte gloed zonnestralen verwarmde mijn gezicht .
De dag was aangebroken,
De allerlaatste dag die ik bewust zou doorbrengen hier op deze aardbol .
De beslissing lag al lang vast en ik had er elke moment naartoe geleefd .
Niets kon me de dagen ervoor nog kwetsen , ik voelde me goed, ik kon terug lachen maar vooral ontspannen .
Ik noem het "de opluchting ."
Opgelucht dat er een einde kwam aan alles .
Dat ik wist dat ik het kon stoppen en dat het was voorbereid zoals ik het wou .
Niemand zou nog in mijn plaats beslissen en niemand zou me ooit nog pijnigen of teleurstellen .
De tranen van het afscheid waren al reeds gepasseerd.
Ik had er vrede mee .
Ik maakte me klaar en besefte dat elke handeling die ik deed ; " tanden poetsen , ontbijten , mijn bed opmaken , een knuffel geven aan de jongeren , ... de laatste keer zou zijn .
Bij die gedachte en elk gevoel dat er bijkwam kijken, stond ik even extra stil .
De afscheidsbrieven lagen klaar op mijn bureau .
Het verhaal was af !
Ik had alles verteld en niets meer te zeggen .
Ik wierp een laatste blik naar mijn kamer om daarna de deur nooit meer te openen .
Ik nam mijn rugzak, die beladen was met alcohol, in de hand en begaf me naar de woonkamer .
Het geluid van glazen flessen die tegen elkaar kletsten , deed me beseffen dat ik oplettender moest zijn .
Ik wou absoluut niet dat er iets zou mislopen.
Ik plaatste mijn rugzak achter de trap en deed zo normaal mogelijk regen iedereen .
"Veel plezier op school !" Hoorde ik een begeleidster nog roepen en ik wierp haar nog een laatste glimlach toe .
Onderweg naar de bushalte, nam ik de hand van mijn vriendin vast .
Het zou een mooie dag worden en ik was blij om die met haar te kunnen delen .
Ze was als zus voor me geworden, ze begreep mijn emoties en de thema's waar ik al jarenlang mee worstelde .
Het was fijn om me even niet helemaal alleen te voelen .
Niemand kon beter begrijpen wat er allemaal door me heenging dan lotgenoten die elk op hun eigen manier hetzelfde hadden meegemaakt .
Zelfs de beschrijvingen in psychische boeken benaderde nog niet half wat de pijn inhoudelijk met een mens allemaal deed . Hoe ver het iemand dreef om al het bekende achter te laten en te vervangen door het niets.
Het "niets" zou beter zijn en voor eeuwig, dit in tegenstelling tot de toekomst die dat perspectief niet kon aanbieden .
De bus hield halt .
We stapte beide uit en zagen in de verte een klein maar gezellig speeltuintje .
De schommel waar zoveel kinderen eerder plezier op hadden gemaakt , hong stil .
Ik zette me op een bankje en opende mijn rugzak .
Het was nog vroeg in de ochtend , maar toch gleed de zoete drank vlot naar binnen .
Er volgde al snel een 2de fles en we besloten naar de schommel te gaan .
Ik kon me niet herinneren wanneer het de laatste keer was geweest dat ik me als kind daarop had geamuseerd .
" Had mijn vader me eigenlijk ooit vooruitgeduwd op de schommel ? " Vroeg Ik me af . Ik deed mijn best om het beeld voor ogen te houden, maar het lukte me niet.
" Vast wel , dat kon toch niet anders !" Repliceerde een bekende stem in mijn hoofd .
Ik schommelde steeds maar sneller, bewegend met mijn beide benen op en neer om hoogte te maken.
Ik voelde een warme bries lentewind door mijn haren en de felle zonnestralen maakte dat ik half men ogen sloot .
"Vrijheid " , was het woord dat het beste aansloot op mijn gevoel van dat specifieke moment .
De tijd ging zo snel voorbij dat ik niet eens had gemerkt dat ik 5 gemiste oproepen had binnengekregen op mijn gsm.
Het waren allemaal oproepen van de Vlinderkens !
De angst sloeg me om het hart .
Ik had mijn school verwittigd dat ik ziek was , dus zij zouden de Vlinderkens niet hebben gebeld om mijn afwezigheid door te geven.
Wat kon nog meer de reden zijn van hun aanhoudende bellen ?
Een voicemail kwam binnen.
Ik durfde er niet naar te luisteren en zette mijn gsm uit .
We pakte onze spullen bij elkaar en besloten toch maar al de bus richting Antwerpen te nemen.
Het gebouw dat ik had uitgekozen voor "de sprong "bevond zich immers midden in de stad .
Het had de naam " de boerentoren" gekregen .
Onderaan was een bankfiliaal gevestigd en daar was een lift die tot boven naar het hoogste verdiep zou leiden.
Het dak ging ik waarschijnlijk niet bereiken met de lift, maar ik kon me inbeelden dat er wel een trap naartoe zou leiden .
Gespannen wachtte we samen op de bus .
Mijn telefoon zat nog steeds in de rugzak , maar ernaar kijken durfde ik nog steeds niet, ook al stond deze af.
" zou ik hem niet beter in de vuilbak smijten ? " vroeg ik me af .
" misschien kon hij getraceerd worden zonder signaal ?"
Op dat moment arriveerde de bus .
Vliegensvlug stapte we en in begaven ons rechtstreeks naar de achterbank.
"Nog een half uur voordat we in Antwerpen zijn " dacht ik .
Het zou allemaal anders gaan dan gepland en dat maakte me bloednerveus .
Maar hoe dan ook, ik was vastbesloten mijn plan uit te voeren .
Een derde flesje werd geopend .
Met een grote teug , dronk ik het half leeg .
Ik probeerde me te ontspannen terwijl ik door het raam naar buiten keek.
De bus maakte vaart en moest niet aan elke halte stoppen , dat was een geluk.
Plots begon een auto begon met zijn lichten te flikkeren en aanhoudend te claxonneren .
"Waarschijnlijk iemand die geen geduld heeft ! " dacht ik geërgerd.
Maar toen ik beter keek zag ik dat het begeleiding van de Vlinderkens was .
De volgende halte moest onze bus stoppen.
Ik zette mijn gsm aan en onmiddellijk kwam er een oproep binnen van de begeleidster.
Ik kon niet anders dan opnemen .
Een ongeruste stem smeekte me om uit te stappen en te praten met haar.
Toen de bus halt hield , stapte we dan ook uit en keek ik haar angstig in de ogen .
De poetsvrouw had de brieven gevonden op mijn bureau en onmiddellijk alarm geslagen .
Ik was teleurgesteld in de eerste plaats dat de poetsvrouw de brieven had gevonden , veel vroeger dan gepland .
Maar veel erger vond ik dat ik op deze manier niet tot aan de toren zou geraken .
De begeleidster vroeg ons om iets te gaan drinken zodat we erover konden praten .
Aangezien ik al redelijk licht was in mijn hoofd van de alcohol , probeerde ik haar van dat idee af te halen .
Ze bleef volharden en we konden niet anders dan haar volgen richting een cafeetje .
De tranen kwamen opzetten en mijn de teleurstelling kon ik niet langer verborgen houden.
Luid snikkend vroeg ik : "wil jij mijn mama zijn? " " een mama is al wat il wil ! "
Verbaasd keek ze me aan . Die vraag had ze niet verwacht .
Ik zag haar denken terwijl ze me aankeek .
"Nee ik wil je mama niet zijn " was haar antwoord .
Wat er daarna allemaal nog gezegd werd , hoorde ik allang niet meer .
Mijn hart brak in stukken door de zoveelste afwijzing .
Zonder enige verdere uitleg stond ik recht en liep huilend naar buiten .
Ik kon niet meer , ik was doodop en mijn hart was nogmaals in stukken verscheurd .
Ik wou naar Antwerpen gaan al was het te voet of pendelend.
De tranen bleven maar komen . Een sluis van zout water , opgekropt verdriet was nogmaals opengezet.
Midden op straat viel ik op mijn knieën neer biddend dat er nu een wagen met hoge snelheid kwam aangereden.
Het lot besliste anders ...
De begeleidster nam ons met de wagen terug richting de Vlinderkens .
Het was al donker buiten en de straten lagen er verlaten bij .
Nog steeds zocht ik naar een manier om weg te komen .
De rit in de wagen en het teveel aan emoties maakte me misselijk.
Ik moest overgeven dus hielden we even halt .
De schaamte die ik voelde , de draainissen in mijn hoofd ,
Ik hoopte dat het een slechte droom was zodat ik elk moment zou wakker worden en opgelucht kon ademhalen .
Aangekomen in de Vlinderkens kon ik nog amper op mijn benen staan.
Toch moesten we nog even naar de vergaderzaal om te bespreken wat er verder diende te gebeuren zodat de nacht veilig verliep .
Het liefst van al was ik op dat moment naar mijn kamer gegaan, maar dat werd me verboden.
Op het moment dat ik hoorde dat de politie onderweg was naar Vlinderkens , knapte er iets in mij.
Ik kan het niet anders beschrijven dan een totale vlaag van waazin die over mij kwam
gevlogen .
Ik begon luidkeels te roepen en de tafel die voor me stond weg te schoppen. Ik dreigde ermee om weg te lopen .
Zo hadden ze me nog nooit eerder gezien.
Hoe graag ik ook wou vertrekken , door het hoge alcoholgehalte in mijn bloed was ik niet in staat om me een weg te banen door de begeleiding die me nu voor me stond .
Drie agenten kwamen aan en stelde allerlei vragen .
Het was niet langer veilig noch voor mezelf noch voor de jongeren die alles zagen gebeuren en gechoqueerd toekeken vanop een afstand .
Ook de begeleiding was ten einde raad en vonden het raadzaam dat ik een nacht in de cel doorbracht.
Kwaad en opstandig riep ik dat het me allemaal niet meer kon schelen zolang ik maar een bed had en niet meer wakker werd .
Blauwe zwaailichten en een sirene weergalmde door de straat , weg uit het zicht van de Vlinderkens.
Ik kon amper bevatten wat er allemaal gebeurd was en waarom ik als een wilde tekeer was gegaan .
Ik kon enkel maar hopen dat het nachtje cel me weer bij zinnen zou brengen .
Aangekomen op het bureau, werd ik gefouilleerd door een vrouwelijke agente .
Mijn schoenen moest ik uitdoen en werden grondig doorzocht.
Ik kreeg ze niet terug omdat het sneakers met veters waren en een mogelijk risico tot ophanging inhield.
"Op dat idee was ik zelfs nog niet opgekomen " verdedigde ik me . Maar veel zin had mijn tegenspraak niet .
Een zware metalen deur van de cel werd geopend .
Ik zag enkel een bed en een metalen toilet.
Ik plofte me neer op het dunne matras en viel huilend in slaap , mijn armen geklemd rond het hoofdkussen .
Afgevoerd als een crimineel besefte ik dat ik eigenlijk niet veel beter verdiende !
Nog lichtjes onder invloed van de alcohol , hoorde ik voetstappen op de gang .
Een enorme hoofdpijn kwam plots op , de alom bekende "kater".
De metalen deur van mijn wel werd geopend .
Ik hoopte dat iemand van de Vlinderkens me zo snel mogelijk kwam ophalen .
Het idee dat ik hier misschien nog een aantal dagen of uren moest blijven , maakte me stilaan gek .
Ook de angst om niet terug te mogen naar daar, was aanwezig .
Ik hoopte dat dat niet waar was, of dat er op zijn minst werd geopperd voor een langere opname in Leuven .
"Als mijn plan was geslaagd , had ik hier nu niet geweest en deze gevoelens er nog eens bijgekregen " , dacht ik.
Het deed me verdriet dat ik mezelf zodanig in de nesten had gewerkt en daarbij dan ook nog andere mensen had betrokken .
Een agent stond in de deuropening .
" wanneer mag ik hier weg ? " vroeg ik geërgerd en nog steeds kwaad dat ik een nacht in de cel had moeten doorbrengen .
De agent vertelde me dat er op dat moment werd rondgebeld voor een mogelijke oplossing voor mij.
Ook de jeugdrechtbank was op de hoogste gesteld en het was afwachten op antwoord .
"Mag ik dan niet terug naar de Vlinderkens ?" Vroeg Ik verbaasd .
Het antwoord dat daarop volgde , deed me in tranen uitbarsten.
"Nee , ze kunnen die verantwoordelijkheid niet aan !" Antwoordde de agent .
Mijn wereld storte in !
Ik was de enige plek waar ik wel een beetje liefde kreeg en me veilig voelde, door mijn eigen stomme schuld kwijtgeraakt .
Weer kwam er een stroom tranen en door het in paniek raken , begon ik stilaan te hyperventileren .
De angst die door mijn lichaam gierde , het niet weten wat nu te doen of waar ik naartoe moest gaan , ... Ik kon het niet bevatten .
De deur van de cel ging weer dicht en daar lag ik op mijn bed .
Barstende hoofdpijn, luid snikkend van de tranen en in volle angst .
Ik wist het allemaal niet meer .
Ik kon niet op mezelf vertrouwen , al wat me lief was ik kwijtgespeeld .
Ik stelde me gerust met de woorden, " als ik dan toch niet terug naar daar kan , zoek ik wel een manier om er alsnog een einde aan te maken ! "
Maar toch was de pijn zo ondraaglijk dat het de tranen niet kon stoppen .
Enige tijd later , kwam er iemand me duidelijkheid brengen .
De jeugdrechtbank had beslist dat ik niet langer in de Vlinderkens mocht blijven en er een andere " instelling " voor me gevonden was.
"Dus geen opname !!! " ,vroeg ik verbouwereerd.
Ik had zonet een einde aan mijn leven willen maken , had alles zoveel maanden van tevoren gepland , dus het was geen impulsieve ingeving en nu werd er gewoon gedaan alsof er niets aan de hand was met me .
Al snel werd dan nog eens duidelijk dat het zelfs geen gesloten instelling was , maar één waar ik naar buiten kon gaan .
De kwaadheid en het gevoel van onbegrip, stapelde zich op in mij.
"Dit is gewoon te absurd voor woorden ! " dacht ik bij mezelf .
Toch voelde ik me zodanig machteloos en ook uitermate overmand door verdriet , dat mijn kwaadheid zich niet uitte naar de agent die voor me stond .
Met een combi werd ik enkele uren later, afgevoerd naar de instelling .
Het was een half uurtje rijden en enkel de spullen die ik bij me had zoals een gsm, sigaretten en mijn portefeuille had ik bij me .
Mijn kledij en verzorgingsproducten , zouden later door iemand
Van de Vlinderkens naar daar gebracht worden .
Ook de nieuwe instelling waar ik naartoe moest gaan, zou maar tijdelijk zijn .
Dit in afwachting tot ik voor de jeugdrechtbank kon verschijnen die dan verder diende te beslissen over mijn lot .
Ik moest er zelfs niet aan denken om te gaan lopen , werd me gezegd, want dan werd het een rechtstreeks ticket naar Beernem .
Beernem was een gevangenis voor meisjes waar ze zich geen raad meer mee wisten .
Jongeren die criminele feiten hadden gepleegd en niet aan hun proefstuk toe waren .
Ik had al verscheidene verhalen ervan gehoord die absoluut niet fijn klonken .
Een uiterst streng regime werd daar gehanteerd dus het was allesbehalve te vergelijken met de warme thuis zoals de Vlinderkens.
In de instelling, wist Ik mijn draai niet te vinden.
Een gsm mocht er niet in het bezit zijn en ook het roken was slechts op bepaalde uren toegestaan .
De verandering van regels, locatie en onzekerheid deden me geen goed .
Er was ook te weinig tijd om mijn vertrouwen in de nieuwe begeleiding te stellen .
Mijn enigste uitlaatklep was mezef fysiek pijn doen.
Mijn armen stonden vol krassen en littekens .
Het was de enige manier om de kwaadheid, die ik vooral tegenover mezelf voelde, een uitweg te bieden .
Ik vond dat ik niet beter verdiende, ik had het allemaal alleen maar aan mezelf te danken .
Een paar weken gingen voorbij.
Er was een brief aangekomen van de jeugdrechtbank met een datum waarop ik moest verschijnen .
Op die dag zou er beslist worden wat er verder met me ging gebeuren .
Ook mijn ouders werden ingelicht en zouden aanwezig zijn .
De moed zonk me in de schoenen .
Ik , Chloe , die zou bewijzen dat ik beter af was zonder hen en hun manier van opvoeden , zou moeten toegeven dat het in de grote buitenwereld toch allemaal niet haalbaar was voor me .
Het zou een uitgewezen kans zijn voor hen om me dat op mijn neus te geven .
Een kans om aan de jeugdrechter te vertellen dat de schuld in geen geval bij hen lag , maar dat ik een losgeslagen puber was , waar niemand wat mee kon aanvangen .
De ergste schrik die ik had, was dat er zou worden beslist dat ik terug naar mijn ouders zou moeten gaan .
Dan had alles gewoon een maat voor niets geweest.
Een andere optie was Beernem , maar daar hoorde ik naar mijn mening helemaal niet thuis .
Ik was een jongere die het moeilijk had met zichzelf en de realiteit, geen crimineel toch?
Ik kon enkel maar bang en onzeker afwachten .
Moedig slikte ik mijn verdriet in en deed iets wat ik anders nooit zou doen .
Ik bad tot God dat mijn leven er beter zou uitzien dan zoals het tot nu toe allemaal was gelopen!
De dag was aangebroken dat de jeugdrechter zou beslissen over mijn verdere toekomst .
Veel had ik niet kunnen slapen, piekeren was al wat ik kon doen.
Het ergste vond ik de confrontatie met mijn ouders .
Nooit had ik het gevoel gehad bij hen dat we samen aan 1 kant stonden maar dat we allebei 2 kampen vormden tegen elkaar .
Gelukkig had ik als jongere automatisch recht op een advocaat die mijn belangen moest verdedigen .
Ook jeugdrechter " Van de Wiele ' , was een meelevend persoon die enkel in het belang van het kind oordeelde .
Dus op veel vlakken had ik geluk , waarom voelde ik me dan zo alleen met dit alles ?
Onderweg naar de jeugdrechtbank , bemerkte ik dat mijn handen klammig waren van de zenuwen. Ook mijn hartslag was vele sneller dan normaal .
Ik had een hekel aan onvoorspelbaarheid, het niet weten wat er op een fractie van een aantal uren allemaal kon veranderen .
De onmacht die ik voelde tegenover het controleverlies bezorde me barstende hoofdpijn .
Toch probeerde ik me zoals steeds sterk te houden langs de buitenkant , een masker op te zetten voor de buitenwereld die naar mijn menig koud en hard was .
We hielden halt voor een groot oud gebouw met een hoge houten poort .
Ik wist dat hier de jeugdrechtbank was , omdat ik er al een aantal keren was moeten voorkomen.
Telkens was ik er met een positieve uitspraak vanaf gekomen, maar mijn geluk kon niet blijven duren vreesde ik .
In de hal stond aan weerskanten houten banken , een paar tafeltjes en stoelen waar zowel volwassenen als jongeren zaten .
Mijn naam werd gevraagd en genoteerd door de griffier .
Ik was benieuwd wanneer het mijn beurt zou zijn om voor te komen, maar aangezien er nog zoveel andere mensen aanwezig waren , vreesde ik dat dit wel eens een lange en zenuwslopende dag kon worden .
Achter een gesloten deur , vond de rechtszitting plaats .
Ik hoorde iemand huilen maar kon gesprek niet goed verstaan .
De deur werd na een 10 tal minuten geopend .
2 agenten hadden een geboeide jongen van rond de 14 jaa bij zich en verlieten de zaal .
De jongen met zijn hoofd gebukt werd naar buiten geleid met daarachter zijn huilende moeder .
Het was een tafereel dat me bekend voorkwam en toch zou zoiets nooit wennen .
Ik nam aan dat hij naar Mol zou overgeplaatst worden . De jeugdgevangenis voor jongens waar men zich geen raad meer mee wist .
Ook al kende ik hem niet en wist ik niet wat hij misdaan had , het deed me pijn om te zien hoeveel verdriet zowel de jongen als zijn mama hadden .
Ik zag mijn ouders de hal binnen komen .
Het bekende geluid van de tikkende naaldhakken van mijn moeder maakte me gespannen .
Ook mijn vader had een blik van schaamte over zich .
We zaten tegenover elkaar , niet goed wetende wat te zeggen of te verwachten .
Ik kon enkel maar hopen dat het snel aan ons was .
Verveeld telde ik het aantal muurtegels en probeerde op die manier om oogcontact te vermijden.
Nog een half uur later, werd mijn achternaam afgeroepen door de griffier.
" oef eindelijk " , zuchtte ik opgelucht.
De deur van het lokaal werd geopend .
Ik zag een lange rij met houten banken langs links en rechts .
Wat verder stond de advocate die me zou verdedigen en helemaal achteraan in het midden , stond een groot bureau met daarachter jeugdrechter " Van de Wiele" .
Mijn ouders namen plaats aan de rechterkant en ik aan de linker .
De jeugdrechter had een dik dossier voor zich liggen waarvan ik aannam dat dat het mijne was .
Met gefronste wenkbrauwen zag ik hem een blad papier lezen en iets vragen aan de griffier naast hem .
Langs de andere kant zat een vrouw naarstig elk woord dat werd uitgesproken zorgvuldig uit te typen.
Er werd gevraagd aan mij wat de reden was van mijn wispelturige gedrag en wat ik verwachtte dat er zou gebeuren .
Ik wist niet wat uit te brengen , alsof mijn stem het plots liet afweten.
Ook het woord Beernem viel , waardoor mijn hartslag weer de hoogte in ging.
Luid snikkend smeekte ik om me niet naar Beernem te sturen .
Zei ik dat ik daar niet thuishoorde , in de knoop lag met mezelf en het allemaal niet meer wist .
Mijn ouders deden niet anders dan de rechtbank het verwijt geven dat het allemaal hun schuld was . Dat ik niet thuishoorde bij het Crapuup dat in de vlinderkens verbleef en ik op die manier een vogel voor de kat was geworden.
Het maakte me furieus dat het woord "Crapuul"door hen in de mond werd genomen.
Het waren juist die jongeren waar ik zoveel aan had gehad , de weinigen die begrepen wat er allemaal omging in mijn gevoelswereld.
Met een verontwaardigde blik keek ik naar mijn ouders.
De rechter zag mijn tranen en aanhoorde mijn verdediging.
Toch kon ik niet veel overbrengen , waardoor mijn advocate het van me overnam.
Net op het nippertje was ik ontsnapt aan een overplaatsing naar Beernem.
Mijn ouders vroegen me om terug naar huis te komen en het een kans te geven .
Ik was verbaasd over die vraag .
Het was absoluut iets wat ik niet wou .
En toch leek er geen andere mogelijkheid te zijn .
Ik kon kiezen tussen Beernem of terug naar huis keren.
Voor mij was het een keuze tussen cholera of de pest.
Weer kwamen de tranen naar boven .
Veel tijd om na te denken had ik niet .
Zowel de jeugdrechter als mijn ouders keken mijn richting uit .
Het voelde als alles wat ik niet wou , maar toch koos ik om terug naar huis te gaan .
Hopende dat er misschien iets was veranderd thuis en wetende dat dat absoluut niet het geval was.
Een handtekening werd gezet onder het vonnis en we mochten de rechtzaal verlaten.
Op een klein half uur tijd , was er een beslissing gemaakt waar ik niet achter stond maar er toch het gevoel bij kreeg van geen andere keuze te hebben .
Ze hadden me evengoed net zoals die jongen , geboeid kunnen afvoeren ,
Qua gevoel was dit net hetzelfde voor mij geweest !
Ik stapte bij mijn ouders in de wagen .
Mijn verdriet probeerde ik zo goed mogelijk verborgen te houden.
Mijn ouders waren zo blij dat ik terug naar huis kon , terwijl ik mijn uiterste best deed om mijn tranen in te slikken .
Na het verdriet , kwam het verdoofde gevoel .
Door het teveel aan heftige emoties, nam mijn lichaam het van me over .
Ik staarde naar buiten , gevoelloos en zonder nog 1 woord uit te brengen .
Alles waar ik zo hard voor had gevochten, mijn eigen leven had voor willen geven,
Het was op nog geen halfuur allemaal een maat voor niets geweest .
Mijn ouders waren blij , voor hen was het een overwinning en een bewijs dat ik een foute keuze had gemaakt om van huis weg te gaan. Er kon tegen iedereen verteld worden ,met enige trots , dat hun dochter terug met hangende pootjes naar huis was gekeerd .
Geen enkel moment kon ik ook maar voelen dat ze blij waren om mij als persoon terug te hebben.
Misschien ben ik verkeerd en meende ze het oprecht , toch volgde mijn gevoel me hier allesbehalve in .
Het brak m'n hart om te weten dat ik straks terug op mijn kamer zou zitten , mijn witte teddybeer stevige in mijn armen geklemd en huilend van verdriet.
Ik ben Chloe, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Penta1985.
Ik ben een vrouw en woon in (België ) en mijn beroep is Opleiding jeugdzorg/gehandicaptenzorg.
Ik ben geboren op 09/02/1985 en ben nu dus 40 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Psychologie/filosofie , schrijven , kunst, dagdromen😉.
Mama van 4 geweldige kinderen 🤗🤗🤗🤗 + een fantastische man die me steunt door dik en dun