Het is een korte nacht geweest. Om 2 uur opgestaan om de finale van de landenwedstrijd te volgen. Om 4 uur terug in bed, om 6 uur terug uit bed om de teksten te maken en door te sturen. Maar, we hebben genoten. Wat een magistrale finale alweer en hoe klein de verschillen tussen zowel de landen onderling als de individuele deelnemers. Met nog twee omlopen te gaan maken nog minstens 20 combinaties kans om door te stoten naar de final four.
Maar goed, de landenwedstrijd dus. Dit is zonder meer het wereldkampioenschap van de mondialisering geworden. Toonaangevende jumpinglanden als Nederland en Ierland haalden niet eens de top tien. Daar wel present waren bijvoorbeeld Australië en Saoudie-Arabië en in de individuele ranking spelen enkele van die Saoudi's mee voor de titel. De voorbije jaren waren er af en toe wel eens wat ruiters uit het Verre of Midden Oosten te gast op West-Europese stallen. Het werd bij momenten nog meewarig afgedaan als hippische ontwikkelingshulp. Maar clevere kerels als Paul Schockemöhle en Axel Verlooy wisten wel beter, en in hun spoor vele anderen. Ze verkochten goede paarden aan hun nieuwe en kapitaalkrachtige klanten en verpakten dat handig in een pakket met training en begeleiding. Wat goede paarden, begeleiding en omkadering vermogen wordt dezer dagen overtuigend aangetoond door de Saoudi's. Veel goede paarden en dan onder begeleiding van een kenner als Stanny Van Paesschen zoeken naar de beste combinaties om van daaruit het beste team te bouwen. Er ligt nog en enorme markt open in deze door economische en beurscrisissen getekende wereld. Na het nog niet geheel ontgonnen Verre en het Midden Oosten, het vroegere Oostblok en Azië.
Tussen dat alles door hebben we genoten van onze Belgen. Grote Belgen, al is dat met een korreltje zout te nemen. Dirk Demeersman en Philippe Lejeune, dat wel. En verder ook Jos Lansink, Nederlander, naar België gehaald door die andere Nederlander, Leon Melchior. En zijn dochter dus, Judy-Ann Melchior. Wat een metamorfoze heeft die trouwens ondergaan. Kraakte niet onder de enorme druk, niet in de eerste en al evenmin in de tweede omloop. Gebalde vuisten bij Philippe Lejeune na een magistrale rit en echte vreugde in de Belgische entourage. We hebben het ooit anders geweten. Jos Lansink dan die Valentina aan het springen heeft als Cumano in zijn beste dagen. Los van wat er straks te gebeuren staat kunnen we het alleen herhalen: de nog altijd titelvoerende wereldkampioen is een absolute grootmeester. Hij dichtte ons land geen plaats in de top vijf toe, wist hij ons vooraf in vertrouwen te melden. Het zou moeilijk worden, omwille van de sterke, te sterke tegenstand. Maar precies die tegenstand kraakte wel onder de druk.
We hebben deze morgen in alle vroegte een sms'je gstuurd naar de betrokken ruitersmet felicitaties. En op een respons hadden we niet durven hopen, maar u mag twee keer raden wie als eerste een bedankje terug stuurde....
Zo. De wereldruiterspelen zijn al ruim over de helft en wij zitten lekker thuis voor de buis. Niet in Lexington dus maar zonder spijt. We dachten van lekker te kunnen kijken, complex- en stressloos voor de buis. Maar het lijkt hier Eurosport wel met verslaggeving vanop het thuisfront en van voor de buis, met af en toe een telefoontje naar het verre Lexington en wat steun en hulp van de vrienden aan de overkant van de plas. Niets rust dus. Vannacht om 2 uur uit bed om de finale van de landenwedstrijd te volgen en tegen morgenochtend een pagina af te leveren. Gelukkig (sic) is er de Rolex media-guide die deze week, ruim twee weken na de start van de wereldruiterspelen, in de bus viel. Beetje laat dus wat natuurlijk vragen oproept over de kwaliteit van de Rolexklokjes...
Trouwens, vreemde wedstrijd toch wel, tot dusverre. Maar alle complimenten voor de parcoursbouwer daar. Zelden een omloop gezien als de eerste manche van de landenwedstrijd waar de fouten zowat op elke hindernis vielen en waar zich zelfs van het zootje ongeregeld dat zonder voldoende ervaring en talent aan de start kwam niemand verongelukte. Magistrale ritten gezien van ondermeer Philippe Lejeune en Jos Lansink en een paar favorieten verrassend onderuit zien gaan. Nee, het wordt nog mooi daar in Kentucky, zeker vannacht als er gesprongen wordt bij kunstlicht over een omloop met wellicht nog bredere en hogere hindernissen dan gisteren. Toen was het volgens Philippe lejeune, 'gros' maar dan ook weer niet 'tellement'.
Ze hebben er weer een zootje van gemaakt. Onze vrienden daar bij de KBRSF of de VLP. Hilarisch zo u wilt. De voorwaarden voor deelname aan het Belgisch Kampioenschap Jumping leken aanvankelijk duidelijk: minimale winstsom het voorbije jaar 750 euro. Goed een week na de sluitingsdatum van de inschrijvingen was het plots 2.000 euro. Een vergissing zo heette het waar de organisatoren van het kampioenschap (!) de leden van de Belgische springcommissie uiteindelijk attent moesten op maken....
Nee, het is nog geen komkommertijd in de hippische berichtgeving. Nog even niet, toch. Straks hebben we de wk's: het wereldkampioenschap jonge paarden in Lanaken, de wereldruiterspelen in Kentucky nadien en daar tussenin geprangd: de Belgische kampioenschappen. Maar toch is het momenteel een beetje stil op het internationale springfront. Er stond een leuk verhaaltje op de site van de hoefslag, ( http://www.dehoefslag.nl/index.php/springen/1740-koelbloedig ). Altijd leuk om in je stukje in te lassen over die grote prijs in Donaueschingen. Maar voor alle zekerheid toch maar even gebeld naar Gerco. Bleirende kinderen op de achtergrond, maar het verhaal blijkt toch even iets anders in mekaar te zitten. Het was 1/ niet voor de barrage maar voor de eerste omloop 2/ zijn paard kwam niet ten val, maar steigerde wel 3/ een pleitertje volstond uiteindelijk Zo zie je maar dat het altijd goed is één en ander te checken. En o ja, wat lezen we daar nog? Dat Tina Lund gaat trouwen. Met ene Allan Nielsen, profvoetballer. Toch maar even checken....
Hij is terug! Peter Postelmans dus. Tijdje niet gezien, niet gehoord. Leek van de aardbodem verdwenen, of naarItalië misschien.Om er wat paarden te slijten.Maar in Hulsterlo was hij plots terug: vanuit het niets naar een tweede plaats in de grote prijs. Met Top Gun. Kijk, dat soort zaken roeptbij ons vragen op en naar Peter is er snel gebeld. Wat blijkt? Postelmans heeft sinds Mechelen eind vorig jaar omzeggens geen parcours meer gesprongen. Blessure voor Top Gun en met een ander op wedstrijd gaan, nee, dat zag Peter toch even niet zitten. Top Gun is ondertussen opnieuw top; nationaal 1.40 gesprongen en een 1.30 op een regionale wedstrijd. En dan boem, naar de tweede plaats. Hoe kan dat? "Omdat het een goed paard is", zegt Peter. Iets dat bij deze wel bewezen is. Ons eerste 'groot' interview was er trouwens eentje met Peter Postelmans. Daar in Lummen. Vreemde man, had wielrenner willen worden. En bouwt z'n paarden een beetje op zoals 'n wielrenner conditie opdoet tijdens de wintermaanden. Er valt iets voor te zeggen natuurlijk. Om één of andere reden vergeten we bij het schrijven van de naam van de Lummense ruiter trouwens haast steevast de 's' waardoor het Potelmans wordt. In deze tijden extra gelet op het typen van de 's', want Potelmans, dat doet een beetje aan een bisschop denken niet?
We hebben dus overschot van gelijk gehad om niet naar de persconferentie te trekken van de Belgische teams. Want eigenlijk is er niet meer verteld dan wat we al wisten. Voor het nummer van Equitime dat sinds vorige week in het schap ligt hebben we al de chef d'équipes in de disciplines reining, endurance, eventing en dressuur aan de tand gevoeld. En in het volgend nummer van Equitime verschijnen interviewtjes met Jos Lansink, Philippe Lejeune, Judy-Ann Melchior en Dirk Demeersman. Daarmee hebben we dus, op Pieter Devos na, het complete Belgische springteam geïnterviewd. Het lijkt er op alsof Philippe Guerdat niemand voor het hoofd heeft willen stoten door Devos en Demeersman nog even met mekaar in balans te houden. Hij had zich de moeite kunnen besparen, want als er iemand is waarvoor Demeersman met plezier een stapje opzij zal zetten dan is het wel z'n pupil Devos. En omgekeerd. Leerling en meester... In het gesprek dat we vorige week met Dirk hadden gaf hij eigenlijk al aan niet zoveel zin te hebben in een trip naar Kentucky. Tenminste, als 5de man. We kunnen Demeersman begrijpen: al een maand gemist door die vervelende blessure aan de hand en straks nog eens 2 of 3 mooie wedstrijden moeten missen omdat je daar in het verre Kentucky moet zitten niksen. Onze laatste vraag aan Dirk was: "Wat zeg je straks aan Guerdat als die belt om te zeggen dat je mee mag als vijfde man". Het antwoord van Demeersman was zoals altijd eerlijk: "Precies hetzelfde als wat ik jou net verteld heb". We twijfelen er niet aan dat het ook zo gegaan is en er zal wat overredingskracht aan te pas gekomen zijn om de veteraan van vele oorlogen over de streep te trekken. Maar wat in Gijon gebeurd is en de teamsfeer die de Belgische equipe naar de zege stuwde heeft bij alle betrokkenen blijvende sporen na gelaten. En dat is voor één keer positief bedoeld. Komt daarbij dat Devos al van z'n tiende lest bij Demeersman en al blij is dat hij straks de ervaring van een groot kampioenschap kan meepakken. En voor Demeersman geldt dat ie straks z'n grote vorm kan bewijzen. Dat Dirk kan pieken naar een afspraak is in het verleden al genoeg bewezen.... Overigens was de keuze voor Guerdat beperkt. Veel vertrouwen in de stressbestendigheid van Rik Hemerijck hebben de collega's niet en voor Ludo Philippaerts en Nobel de Virton geldt dat het niveau van een vijfsterren of groot kampioenschap toch net iets te is. Niels Bruynseels dan maar? Niels overtuigde niet in Calgary en was de voorbije seizoenen ook al geen toonbeeld van regelmaat. Bruynseels, Hemerijck, Philippaerts, Demeersman en Devos. Daarmee heb je de kanshebbers voor de laatste tickets zowat gehad. Op een Gregory Wathelet na misschien, al komt voor de selfmade-ruiter van beneden de taalgrens Kentucky net een jaartje te vroeg.
Aan zelfvertrouwen heeft het Patrick Spits nooit ontbroken. Ons eerste gesprek dateert al van enkele jaren terug, op een zonovergoten namiddag in Beervelde. Grote Prijs om een uur of vier en we waren er al van voor de middag. Een babbel op het terras en nadien een hapje eten. Hoe Patrick het er in de grote prijs van af gebracht heeft weten we niet meer. Wel dat er nog vele gesprekken gevolgd zijn nadien en dat we ons beeld van Patrick na dat eerste gesprek fors hebben moeten bijspijkeren. Patrick draagt het hart op de tong en, zoals we al schreven, aan zelfvertrouwen heeft het hem nooit ontbroken. Borst vooruit en op z'n geheel eigen stijl de piste in. Efficiënt lijkt het niet, maar Spits heeft wel al een respectabele erelijjst bij mekaar gesprongen. En wat Patrick voor ons, journalisten, helemaal top maakt; elk gesprek, elk telefoontje is goed voor een verhaal. Omdat hij altijd wel wat meer te zeggen heeft dan dat het in deze sport erg snel kan gaan, dat je maar zo goed bent als je paard, een balkje raar rollen kan... Kortom, de hippische equivalenten van 'de bal is rond', 'de wedstrijd is pas gespeeld als het laatste fluitsignaal geklonken heeft'... Een lange inleiding om u duidelijk te maken dat we dit zonder leedvermaakt schrijven: Calgary is een afgang geworden voor ons Belgen. Achtste en laatste. Het is ons al een keertje eerder overkomen en toen waren we de jaren daarop niet meer welkom in Calgary. Patrick en Whitney kwamen in Calgary met 20 strafpunten uit de ring. Niels Bruynseels en Carpalo met 17. Rik Hemerijck en Challenge van de Begijnakker hielden het bij 4, Maurice Van Roosbroeck en Dylano bij 8. Het zijn resultaten die het voor Philippe Guerdat straks een beetje makkelijker maken om z'n team voor de wereldruiterspelen aan te kondigen. Zonder Bruynseels en Hemerijck dus. De Belgische selectie voor het CSIO in Madrid maakt ook al één en ander duidelijk; geen team. Alleen twee individuele deelnemers: Ludo Philippaerts met ondermeer Nobel de Virton en Gregory Wathelet met wat z'n beste viervoeters van het moment zijn. Soms is het goed maanden (of zelfs langer) later een interview nog eens te lezen. Zoals dat met Patrick bijvoorbeeld. Zonder leedvermaak maar met een beetje be- en verwondering. Alleen al voor de durf.
Kijk, op het werk kunnen we er wel over zeuren en aan de collega's de goede raad mee geven: 'leer nee zeggen'. Maar, eerlijk is eerlijk, we hebben het er vaak zelf zo moeilijk mee. Dinsdagavond hadden we eigenlijk liever gefietst, maar we besloten wat tijd in te halen en een paar interviewtjes te maken voor Paardenkrant. Waardoor we woensdagavond weer wat tijd vrij hadden en dus ook geen excuus om 'neen' te zeggen op de vraag om nog een column te schrijven. Wat we dus ook gedaan hebben ( http://www.horses.nl/springen/artikelen/16974/k-cromheecke-_-10-09-10-_-geheimzinnig ). Gelukkig was het al laat op de avond toen we plaats namen achter onze laptop en enkele glazen uitstekende rode (Italiaanse) wijn hadden ons al wat milder gestemd. Maar toch waren en zijn we nog een beetje 'pisses of' , 'not amused', zo u wilt door de houding van enkelen in het kleine paardenwereldje. Natuurlijk, er zijn nog fijne mensen. Eén telefoontje volstaat, een bericht of boodschap inspreken hoeft zelfs niet. En zelfs de (voorlopig nog) wereldkampioen doet de moeite om na een gemiste oproep terug te bellen. Klasse is dat. En tot onze grote verbazing deed zelfs de titelvoerende Olympische Kampioen woensdagavond de moeite 'to return our call' met een 'nice talking to you, thanks for calling' als afscheid. Ook al zat hij dan, net als onze Belgische chef d'équipe in het verre Calgary. Philippe Guerdat geeft al een hele week niet thuis en als we hem opbellen krijgen we een vriendelijke Spaanse juffrouw aan de lijn die steeds hetzelfde zegt. Een sms'je dan maar. Niks, helemaal niks. En vandaag in de mailbox een herinnering van de Belgische ruitersportfederatie voor de persconferentie van de Belgische teams, maandag a.s. We zullen maar denken dat het is omdat ze de catering exact willen inschatten. Of zoiets. In Steenhuffel, op stoeterij Diependael. Nee, we zullen maar niet afreizen naar Diependael voor een rondje zelfbevlekking van de Belgische jumpingbobo's. Dat Jos gaat, samen met Philippe, ja, dat wisten we al langer. En dat Judy-Ann meemag wist ze ons voor een paar weken al in Aken te melden en bevestigde ze dinsdagavond nog eens zelf. Dat Dirk wel mee wil, maar niet als vijfde man, dat wisten we ook al. Pieter dan maar, of Niels heel erg misschien. Of toch Rik of Ludo? We zullen de eer maar aan Guerdat laten, hij mag maandag het allerlaatste tipje van de sluier oplichten. Wat ons meer bezighoudt is de vraag naar de hiërarchie in het internationale springwereldje. Het zou ons hooglijk verbazen als Jos Lansink straks z'n wereldtitel verlengen kan. Al weet je nooit met Jos natuurlijk. Vakman in elke vezel van z'n afgetrainde lijf. Jos zelf verwacht dat het een kampioenschap vol verrassingen wordt. En daarin kunnen we hem eigenlijk geen ongelijk geven.
Er is een kleine controverse in de maak. Over de hengstencompetitie. Welke vragen we dan meteen. De Vlaamse cyclus? De nationale cyclus? Nee dus. De hengstencompetitie gewoon. De uitslagen, of beter het klassement daarvan, zou gemanipuleerd worden. Tsja. Vraag ons niet wie de hengstencompetitie gewonnen heeft in de diverse jaargangen. We weten het niet. En om eerlijk te zijn: het interesseert ons ook geen bal.We hebben een paar van die competities gezien. En daarbij hebben we een paar interessante hengsten gezien. Vaak dan nog die hengsten die net niet foutloos waren. Als de fokker wil bedrogen worden, dan wordt hij ook bedrogen. Als er daarvoor wat moet gegoocheld worden met de puntentelling. So what. Het gaat toch niet over de nummer één of twee. Maar het oogt wel mooi in de advertentie of folder natuurlijk: 'winnaar van de hengstencompetitie' . Maar eigenlijk zegt het niets. Want het zegt niet hoe zo'n hengst voorbereid of gereden is. Ze zijn zeldzaam de ruiters die een hengst echt kunnen opleiden. Dat betekent dat je toelaat dat er een fout gemaakt wordt en dat je niet alle truken uit de kast haalt om die fout net niet te maken of die net iets snellere tijd neer te zetten. Hengsten. Geef ze gewoon de tijd.
Het heeft een beetje moeite gekost. Maar we hebben hem te pakken gekregen: Rob Hoekstra. De nieuwe chef d'équipe van de Britse springploeg. Hoekstra heeft bij zijn aanstelling meteen komaf gemaakt met een aantal geplogenheden binnen het Britse jumpingwereldje waar een selectiecommissie het mooie weer maakte en, om ze maar bij naam te noemen, Geoff Billington en Claire Whitaker meer dan een klein beetje in de pap te brokken hadden. In alle geval, Hoekstra, en alleen Hoekstra maakt straks de selecties. En de tot Brit genaturaliseerde Nederlander voegt er een waarschuwend vingertje aan toe: wie zich niet beschikbaar stelt voor het team moet er ook niet op rekenen er straks bij te zijn op een kampioenschap". Aangezien ons artikel nog moet verschijnen kunnen we het hier niet zomaar te grabbel gooien. Maar een eerder gemaakt interview met David Mc Pherson geeft een mooie inkijk op het reilen en zeilen bij de Britten. Tenminste, voor wie tussen de regels door kan lezen.