Inhoud blog
  • HERINNERINGEN BIJ HET OVERLIJDEN VAN LUDO MARTENS
  • EEN AFRIKAAN OP GROENLAND
  • BIJ WIJZE VAN LEVEN
  • DE STAD ZINGT (ZONG)
  • FAVORIETE DICHTERS
  • LEOS JANACEK: CAPRICCIO
  • F. GONZALEZ-CRUSSI: DE VIJF ZINTUIGEN
  • VIJFTIG
  • ABSURDE PEN
  • BEVRIJD VAN HET HALSSTARRIG IK
  • HET BEGIN EN HET EINDE
  • 'ER IS ALLEEN DE BEWEGING VAN DE MUZIEK’: ANNA ENQUIST in HET GEHEIM
  • EEN ZORGELIJKE VISIE
  • EEN GEDICHT MOET MOEILIJK ZIJN
  • VADERS EN MOEDERS VERSE SOEP VAN OUDE DUIVEN OP NIEUWJAARDAG
  • DE VOLZIN
  • INCLUSIE
  • KLEINE FILOSOFIE VAN DE VISSER
  • JARMILA: ERNST WEISS
  • LILIANA X
  • TESTAMENT
  • CAFE HOPPER
  • OOH SO GOOD ‘N BLUES
  • WARM IS HET ZEKER
  • ZONDAG
  • MUZIEK BELUISTEREN: HET GROTE LUISTEREN & DE KLEUR VAN KLANKEN
  • UN HOMME ET UNE FEMME
  • MANNEN ZETTEN VAAK EEN HOGE BORST OP
  • 3 BOEKEN VAN BERT KEIZER
  • VANMORGEN WOU IK OPSTAAN
  • HET DRAAIBOEK
  • DAAR IS DE MAN
  • JAN MICHIELS EN TAE-HYUNG KIM VERVANGEN ELISSO VIRSALADZE (DESINGEL, 31 MEI 2010)
  • INTIEME BRIEVEN
  • DE TOREN VAN DE KATHEDRAAL
  • DE STRIJKKWARTETTEN VAN FELIX MENDELSSOHN-BARTOLDY
  • GELEZEN: DAVID VOGEL - HUWELIJKSJAREN
  • FEEST IN DE WIJK
  • DVORAK
  • VAN MORRISON
  • GLENN GOULD BACH GOLDBERGVARIATIES
  • DE BEWEGING
  • VREES NIET: een gedicht van C. BUDDINGH'
  • DE MUEZZIN IS ZIEK
  • JOHANN THEILE: MATTHÄUSPASSION
  • HET WOORD VAN DE MENSEN
  • ARTHUR VINCENT LOURIE
  • HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (1, 2 en 3)
  • SCHIPBREUK: CYRILLE OFFERMANS
  • ORCHIDEE
  • MUZIEK IS GOED VOOR EEN MENS!
  • HOOGSEIZOEN
  • PAOLO FRESU
  • ASGER HAMERIK
  • DE PIANO
  • ALEXANDER PORFIRYEVITCH BORODIN: COMPLETE KAMERMUZIEK
  • K. P. KAVAFIS: DE BANK DER TOEKOMST
  • K. P. KAVAFIS: WIE MISLUKT IS
  • DE WITTGENSTEINS: ALEXANDER WAUGH
  • BO LINDE: VIOOLCONCERT EN CELLOCONCERT
  • PROKOFIEV: HET TWEEDE STRIJKKWARTET
  • KAREL ANCERL (1908-1973)
  • DE JOHN LEE HOOKER KOEIENBLUES
  • DE BEKENDE HAND
  • GEDICHTENDAG 2010: BROOD BAKKEN
  • FRANZ SCHMIDT
  • EEN ZWAKKE GLIMLACH
  • DE OUDE SLAAF EN DE BLOEDHOND
  • DENKERS
  • STOK
  • MORTEN LAURIDSEN
  • KEES WINKLER: OVER HET DICHTEN en MINOR POET
  • MAHLER - LISTMANIA
  • ODE 1, 2 en 3
  • HET MECHANISME VAN DE INSPIRATIE: WILLEM ROGGEMAN
  • HET LIEVELINGSBOEK VAN ELSCHOT: MIDDERNACHT van GEORGES DUHAMEL
  • MUNIR BASHIR
  • DE KUNSTENAAR EN DE TSAAR
  • EEN BOEKENKETTING
  • DE WEG
  • K. P. KAVAFIS: WIE MISLUKT IS
  • HET MUZIKAALSTE GEDICHT
  • EEN MAN ZOCHT NAAR ZIJN GEVOEL
  • HET LICHT RIJDT ZICH IN HET DUISTER VAST
  • DE MAN MET DE DEKEN OP DE RUG
  • DE KREET VAN CORDELIA
  • KEES WINKLER: ARCANA (VARESE, 1927)
  • KEES WINKLER: BEETHOVEN OPUS 73 (EMPEROR CONCERTO)
  • EMIL HAKL: ZOON & VADER
  • ERNST WEISS: DE OOGGETUIGE
  • NIET BIJ BACH ALLEEN
  • DE STILTE VAN DE WERELD VOOR BACH
  • PYOTR ILYICH TCHAIKOVSKY: COMPLETE STRIJKKWARTETTEN
  • HET JAAR LOOPT NAAR ZIJN EINDE
  • ONBEKENDE COMPONISTEN: LADISLAV VYCPALEK en OTAKAR OSTRCIL
  • LEZEN
  • ROBERT R. REILLY: SURPRISED BY BEAUTY
  • JAAR VAN DE HOND
  • DE WERELD IS IN VERWACHTING
  • LINKS LIGGEN
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Over mijzelf
    Ik ben Johan Kindt
    Ik ben een man en woon in Antwerpen (België) en mijn beroep is logopedist, maar ben nu gepensioneerd..
    Ik ben geboren op 10/10/1945 en ben nu dus 79 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Wandelen, koken, muziek beluisteren, lezen, fietsen en naar mensen kijken, ook in de spiegel.
    Categorieën
    Laatste commentaren
  • zeer mooi gedicht! (DIDIER)
        op DE WEG
  • BIJ WIJZE VAN LEVEN
    Over boeken, gedichten en muziek.
    29-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GLENN GOULD BACH GOLDBERGVARIATIES
    GLENN GOULD BACH GOLDBERGVARIATIES

    Voor veel muziekliefhebbers hebben Glenn Gould's opnames van de Goldbergvariaties van Bach uit 1955 en 1981 'cultstatus'.

    1955 Goldberg Variations


    Bach: Goldberg Variations, BWV 988

    Maar bij het nieuwe nummer van het tijdschrift Diapason zit een cd met de liveversie van de Goldbergvariaties van Bach opgenomen in Salzburg in augustus 1959 (mono). Deze opname is mijns inziens verreweg zijn beste. Het klinkt als een lange improvisatie, in betere tempi, parelend, speels, licht, mooie mono-sound. Wat mij betreft: ik kies voor deze:

    Glenn Gould à Salzbourg - Bach : Variations Goldberg 

    Als ik me niet vergis, zou dit het laatste optreden van Glenn Gould in Europa geweest zijn.

    29-04-2010 om 12:56 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE BEWEGING

    DE BEWEGING


     


    De beweging

    is zo eindeloos op de vlucht

    dat de verwondering

    om de onverhoedse stilstand

    pas later

    mijn bewustzijn vult.

     

    Het inderhaast op gang gebrachte aanvulvermogen

    - als een noodgenerator -

    kan uitval niet gedogen

    maar komt niet verder dan het even vasthouden

    van een vaag herkenbaar beeld

    uit een veel te snel geprojecteerde film

    dat alweer is uitgewist

     

    Is het beeld

    dat mij,

    ondanks vertraagd herhalen,

    steeds ontglipt,

    misschien het zeldzaam jig-saw hemelsblauw

    van dat ene net niet terug te vinden

    micro-macro puzzelstuk

    hoog boven dit onvoltooid volmaakt barokgebouw?


     Bach: die Kunst der Fuge BWV 1080

    Bij de slotfuga à 3 soggetti unvolständig van Die Kunst der Fuge BWV 1080 van J. S. Bach. Een fuga is een meerstemmig muziekstuk waarin het hoofdthema, door één van de partijen ingezet, achtereenvolgens door andere stemmen wordt overgenomen, waarbij de voorgaande stem zoveel mogelijk stipt gevolgd wordt; een muzikale beweging.

    J. KiNDT
    1996

    29-04-2010 om 12:41 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    08-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VREES NIET: een gedicht van C. BUDDINGH'
    VREES NIET: een gedicht van C. BUDDINGH'



    Vrees niet: ik maak nog regelmatig grapjes,
    ik sta nog steeds bekend als humorist.
    En niet ten onrechte: ik laat ze ook lachen,
    familie, vrienden, auditoriums.

    Gaat het u slecht? Ik troost u met een kwinkslag.
    Bent u bedroefd? 'k Vermaak u met een Witz.
    Zoals mijn moeder het zo mooi kon zeggen:
    'Ik haal het allemaal uit mijn holle kies.'

    Ik blijf de jongen van de brede grijns,
    de schalkse knipoog, 't gniffelend binnenpretje.
    Het kan nog steeds. 'k Ben nog niet te oud.

    En mocht u menen dat 'k te ernstig word,
    te somber, te weemoedig, te zwaarwichtig?
    Heus, wees gerust: ik lach me nog eens dood.

    (Uit: De eerste zestig, De Bezige Bij, Amsterdam, 1978)

    08-04-2010 om 17:04 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    01-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE MUEZZIN IS ZIEK

    DE MUEZZIN IS ZIEK


    De muezzin is ziek

    Zijn zang

    Zijn lied

    Galmt niet meer over de stad

     

    De klokken

    van de toren van de kathedraal

    Zijn vertrokken

    naar Rome

    En niet meer teruggekeerd

     

    Het verkeer valt langzaam stil

    Net een oude pendule

    Die slag om slinger

    Niet meer loopt

    Door een te slappe veer

    Niet opgetrokken gewichten

    Verweerd

    Lang niet meer gesmeerd

     

    De stemmen van mensen

    Altijd en overal

    Tot praten verplicht

    Zijn verstomd

     

    Rest

    Gesis

    Gesuis

    Rest

    Witte ruis

     

    Het is stil in de stad

     

    Stil

     

    Heel stil

     

    In het geheim

    Overleggen

    Katten en ratten

    Mieren met muizen

    Over de verdeling van leegstaande huizen

    En hier en daar

    Staat

    in een vlekje groen

    Nog een koe

    In zichzelf te praten

    Te melken en te malen

    Over de toestand

    Die hopeloos is

    Maar nog niet ernstig genoeg

     

    Het is nu alleen nog wachten

    Op iets of iemand

    Van hogerhand

    Die met één druk op de knop

    Alles weer in werking stelt

    Zoals een kandidaat

    In een quiz als Blokken

    Op de knop drukt

    En daarna

    Het verkeerde antwoord geeft.

     

    J. KiNDT

    2010

    01-04-2010 om 15:32 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    31-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.JOHANN THEILE: MATTHÄUSPASSION
    JOHANN THEILE: MATTHÄUSPASSION

    Theile - St Matthew Passion

    Natuurlijk staat de Matthäuspassie van Bach (1685-1750) op eenzame hoogte, maar om zo 'n werk tot stand te brengen zijn er andere muzikale wegbereiders nodig geweest. Zo 'n wegbereider was bijvoorbeeld Heinrich Schütz (1585-1672), waarbij het woord 'wegbereider' eigenlijk niet het juiste woord is. Hij was als een voorloper een heel groot en cruciaal componist. Ook hij schreef, naast al zijn andere vokale werken, 3 Passionen en ook nog Die sieben letzte Worte.

    Maar Schütz had ook een leerling, Johann Theile (1646-1724) en deze componeerde in 1673 een Matthäuspassie (10 jaar na de Mattäuspassion van Schutz zelf) die meer nog dan deze van Schütz een voorbereiding leek te gaan worden op deze van Bach (http://en.wikipedia.org/wiki/Johann_Theile).

    De Matthäuspassie van Theile bestaat uit twee delen van ongeveer een half uur. Hij gebruikt hierbij reeds modernere middelen dan Schütz. Daar waar bij Schütz bijvoorbeeld de evangelist (tenor) nog meer reciteert, krijgen we bij Theile een vrijere evangelistenpartij onderlijnd door 2 viola da gamba 's. Ook schakelt hij een viertal aria's in en korte eenvoudige 5-stemmige koralen.
     
    Zo 'n werk als achtergrondmuziek beluisteren doe je eigenlijk niet. Je moet er echt een uurtje voor gaan zitten (bij voorkeur in deze tijd van het jaar) en bij herhaald beluisteren, wat ik ondertussen deed, openbaart zich een heel mooi en emotioneel werk. De hiervoorliggende opname is zowel kunstzinnig als opnametechnisch van grote klasse. Een aanrader!

    Commentaar bij deze opname: 'Period instruments and style are used with great taste and pungency, while the vocalists are highly accomplished solo and ensemble contributors.' (American Record Guide) The Evangelist is a tenor, Christ is a bass. The words of Christ are accompanied by two violins, while Christ sings with two viole da gamba. The other characters are accompanied by continuo only, and all the instruments join with the chorus. Theile's Passion is important as an early example of the introduction of systematic accompaniment for the soloists and for the incorporation of free lyrical elements. Theile's Passion can certainly be enjoyed purely as music, but it can only make its full impact when heard, at least in the imagination, as part of the memorial of Christ's Passion (Bron Arkivmusic).

    31-03-2010 om 10:54 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    26-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HET WOORD VAN DE MENSEN
    HET WOORD VAN DE MENSEN



    De vrije meningsuiting (een groot goed, doch niet absoluut) komt vrijwel altijd tot ons via de taal. Het is niet omdat bijna alles gezegd moet kunnen worden dat daarmee de kous af is. Naast de soms heel verregaande boodschap is er nog de manier waarop iets wordt gezegd. Deze zogenaamd metacommunicatieve aspecten van de boodschap kunnen destructiever werken dan we denken en de ander daarbij ernstige schade toebrengen. Over het effect van woorden gaan de volgende teksten.

    MENSEN DIE NADENKEN OVER DE WOORDEN



    Mensen die nadenken over
    de woorden, de taal die ze gebruiken,
    lopen minder kans fanatici te worden.

    De sloganschreeuwers in
    deze wereld, of het nu
    openlijke reclame is of iets
    anders, de mensen die slogans
    schreeuwen tot ze er
    rood van zien, denken niet na
    over de woorden die ze
    gebruiken.

    Een taal spreken in in feite
    barrevoets lopen op zeer
    onvoorspelbaar terrein. Er
    kunnen gloeiende kolen,
    doornen of glasscherven op
    de weg liggen.

    Als je tegen een ander
    spreekt, een ouder, een
    vriendin, een geliefde, kan
    juist door het automatische
    gebruik van woorden, ieder
    woord een vreselijke wond
    toebrengen, een onverwachte
    hoop oproepen, een
    belediging zijn, zonder dat je
    weet wat je aan het doen bent.

    (Uit een interview van Amoz Oz, Israëlisch schrijver, in Vrij Nederland, datum onbekend)

    IK BEN ZO BANG VOOR HET WOORD VAN DE MENSEN



    In ben zo bang voor het woord van de mensen
    Zij spreken alles zo duidelijk uit:
    En dit heet hond en dat heet huis,
    En hier is begin en het einde is daar.

    Mij beangstigt ook hun denken, hun spel met de spot,
    Zij weten alles, wat wordt en was;
    Geen berg is nog een wonder voor hen;
    Hun tuin en goed grenst direct aan God.

    Ik wil blijven vermanen en weerstand geven: Blijf ver.
    De dingen zingen hoor ik zo graag.
    Gij raakt hen aan: zij zijn star en stom.
    Gij maakt mij alle dingen kapot.

    (Rainer Maria Rilke, 1898, vertaling Theo de Boer)

    HET WOORD



    Ik wil geen woordenboeken meer,
    vergeefs geraadpleegd.
    Ik wil alleen het woord
    dat daarin nooit zal staan
    en niemand kan bedenken.
    Dat de wereld samenvatten
    en vervangen zou.
    Het woord, meer zon dan de zon,
    waarin wij allen in gemeenschap
    zouden leven,
    zwijgend en
    het proevend.

    (Carlos Drummond de Andrade, onbekende bron)

     

    26-03-2010 om 12:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ARTHUR VINCENT LOURIE
    ARTHUR VINCENT LOURIE

    Dit zijn twee cd 's waar ik regelmatig naar luister. Lourié is geen bekende componist. Voor meer informatie over hem, zie: http://en.wikipedia.org/wiki/Arthur_Louri%C3%A9

    3 werken die ik graag beluister zijn:

    - Concerto da camera
    - Funeral games in honor of chronos
    - Songs and choruses

    Deze mooie werken staan op de volgende 3 cd 's:

      Lourié, Concerto da camera, Deutsche Kammerph., Kremer, DG, 1993

    Out of Russia - Gidon Kremer  Lourié: Funeral Games, Philh. O., Eschenbach, teldec, 1997

      Lourié: Songs and choruses, Russian chamber choir et al. (http://www.brilliantclassics.com/release.aspx?id=FM00028663)

    Drie interessante cd 's met vooral een heel mooi Concerto da camera, werk dat men meer zou moeten spelen en juist heel goed in te passen valt in bijna om het even welk concertprogramma. Niet te missen!

    26-03-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    25-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (1, 2 en 3)
    HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (1, 2 en 3)

    HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (1)

     

    1.

    Iemand vraagt mij naar mijn eerste herinneringen. Ik kan er niet meteen op antwoor­den, maar nu ik erover nadenk, komen drie beelden steeds weer terug. Het zijn beel­den van toen ik drie, vier, vijf jaar oud moet zijn geweest. Ik bevind me op de kleuter­school.

     

    Het eerste beeld is dat van drie donkere gangen.

     

    De korte donkere gang, recht voor mij, leidt naar de ‘koer’ (ook de kin­der-’wee­ceetjes’), de speelplaats. Die plaats is niet ver. Die ligt in het bereik. Daarlangs kan ik naar buiten. Daar moet ik niet stilzitten. Daar kan ik spelen.

     

    De lange duistere gang naar links eindigt bij een deur die toegang ver­schaft tot de Sint Anna­kapel, een plaats van gezang en wierook en, als die deur opengaat, vooral veel licht. Daar lijkt het altijd Pasen, maar, on­danks de wierook, is de geur van moeders koekenbrood nog altijd sterker.

     

    De schijnbaar eindeloos lange pikdonkere gang naar rechts eindigt in volslagen duis­ter. Voor mij is dit het einde, het ontoegankelijke, wat je niet kan of mag weten, het onoplosbare. De zusters doemen er uit het niets op of verdwijnen plots, in zwarte rook opgegaan. Dat geeft aan de drie zusters, die het schooltje beheren: zuster Fina, zuster Renata en zuster Paula, een nog groter aureool van mysterie. Later, toen ik kon le­zen, bleek er op de deur ‘slot’ te staan.

     

    Deze drie zusters vormen de centrale figuren in het tweede beeld.

     

    Van kop tot teen zijn ze in lange zwart-witte gewaden gehuld. Het lijkt erop alsof ze zelfs geen voeten hebben. Ook handen kan ik me niet herinne­ren. Nooit heb ik kunnen vermoeden dat er achter deze gewa­den licha­men met biologische activiteit schuil gaan. Er is helemaal geen lichaam. Alleen het gezicht is zichtbaar. De kappen, strak om het hoofd (hadden ze dan geen haar?) en het gezicht gespannen, maken bewegingen van het aangezicht vrijwel onmogelijk. Daarom zien zusters er altijd boos uit. Al­leen zuster Renata heeft soms van die vuurrode wan­gen als een blo­zende kachel. Ogen dwingen gezag af, neuzen ruiken bliksem­snel wie het in de broek heeft gedaan en monden zijn er voor gebeden en gebo­den. Ik besluit op zoek te gaan naar lichamen achter die gewa­den en heb het gevoel dat dit nu al mijn hele leven zo doorgaat.

     

    Het derde beeld is dat van de speelplaats.

     

    Het lijkt me een reusachtige plaats met dui­zenden joelende kinderen. Later is het niet meer dan een heel klein ‘koertje’ met en­kele tientallen kinderen. Zelf zie ik me achter een reuze bal aanlopen die qua grootte mijn lichaamslengte ver over­stijgt. Dat komt - dat zie ik later pas - door­dat ik zo klein ben en ik de bal vanuit een laag standpunt waarneem.

     

    Ook nu heb ik de neiging alles steeds vanuit andere standpunten te wil­len zien. Elk standpunt geeft immers een an­dere kijk op de werkelijk­heid weer. Bovendien kan ik ie­mand zien zonder gezien te wor­den, kan iemand mij zien zonder dat ik die iemand zie en dan is er nog de grote ziener die er niet is en mij toch ziet. Dat laatste zei een van de zusters altijd en van toen af aan heb ik het onbe­stemde gevoel gehad dat ik al­tijd zou bekeken worden, in de gaten zou worden gehou­den: big brother was watching me.

     

    Drie beelden zijn dit waarvan ik nu besef welke invloed ze op me had­den: de interesse voor de donkere kant van het leven (de gangen); het besef dat een probleem aan de ene kant niet op te lossen valt (slot­gang), aan de andere kant tegelijk een oplossing vindt in het licht (ka­pelgang), maar niet zonder de plaats van het spel (de creativiteit) te zijn doorlopen (speelplaats); het mysterie van vrouwen en de nieuwsgierig­heid naar het lichamelijke leven achter de linnen lagen van de omhul­lende gewaden; alles te willen bekijken vanuit alle mogelijke standpun­ten, ook als je daarvoor op je hoofd moet gaan staan.

     

    2.

    Als ik muzieksessies geef met zeer ernstig verstandelijk gehandicapte mensen, vraag ik me af wat hun herinneringen zijn: dag en nacht helver­lichte lokalen?, geuren van ziekenhuizen en ontsmettingsmiddelen?, va­ders en moeders met zoete woordjes en aanrakingen als balsems?, eenzaamheid en verveling?, nooit muziek of altijd muziek?, alles zien vanuit ruglig in onder­aanzicht?, naakt te kijk liggen?, te warm of te koud?. 

     

    Met hen wil ik terug kruipen langs smalle donkere gangen tot in warme holtes waar we samen gemaakt en geboren zouden worden, aange­boord door de gezamenlijke va­ders en moeders en alles wat er in die nieuwe wereld te ervaren valt, zodat we samen zouden weten wat wij ons later zouden herinneren: de duisternis, het warme lijf, de muziek en door een verre deur op een kier: het licht.

     

    HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (2A)

     

    1.

    Alweer een hele tijd geleden werd in Brussel speelgoed tentoongesteld dat Afri­kaanse kinderen zelf had­den gemaakt. Uit natuurlijke materialen en afval van westerse consumptie­middelen vervaardi­gen zij op vindingrijke en kunstzinnige manier speelgoed: met steentjes, stokjes, touwtjes, doos­jes, blikjes, kroonkurken, ijzerdraad en met de gekste onderdelen uit al­les wat je maar kan bedenken, door de rijke westerling daar achte­loos achtergelaten. Uit het boek (African Children. Art of dreams. Franco Me­rici. Plan International 1992), dat ter gelegenheid van die tentoonstelling werd verspreid, blijkt hoe fier deze kinderen zijn op hun speelgoed.

     

    2.

    Maar er is meer. Uit wat ze gemaakt hebben, kan je zien hoezeer ze zich spiegelen aan de ‘Western Dream’: auto’s, fietsen, motorfietsen, vliegtuigen, vrachtwagens, race­auto’s, tankwa­gens, Panamarenko-ach­tige toestellen en apparaten, sieraden en mu­ziekinstrumenten. Overal hebben ze er de felgekleurde authentieke restanten van merkplaatjes van Marlboro, Cola Light, Pioneer, Toyota of Gauloises op aangebracht. Elk voorwerp is met zorg gemaakt en heeft mooie vormen en kleuren. Soms zijn vreemde onderdelen uit vrachtwagenmoto­ren op zo’n abstracte manier nagebouwd, dat er een nieuwe sculptuur, een nieuw bezield voorwerp lijkt geboren. Toch spe­len de kinderen er ook gewoon in het zand, dui­ken in het weinige water, hoepelen met oude velgen of autobanden, drinken uit kalebassen of zitten gewoon voor zich uit te kij­ken. Hoewel leven en speelgoed primitief zijn, lachen bijna alle kinderen. Ze gaan volledig op in hun spel. Ondanks het ‘primitieve’ karakter ervan zijn de kwaliteit, de ‘be­speelbaarheid’ van het speelgoed en de vin­dingrijkheid groot.

     

    Je zou kunnen zeggen dat de plaats waar deze kinderen geboren zijn, samen met af­komst en status, bepalen welk speelgoed ze hebben.

     

    3.

    Maar was het in de jaren vijftig bij ons in Vlaanderen zo anders?

     

    Kinde­ren van ge­goede af­komst speelden met echte, uit tin gegoten, bikkels. Andere kinderen bikkel­den met steentjes of keitjes.

     

    Kinderen van ge­goede afkomst speelden met nieuwe, glanzende knikkers, grote en kleine. Andere kinderen mochten knikkeren met doffe, bekraste knik­kers, die soms niet geheel rond meer waren en daardoor uit hun baan gingen.

     

    Kinderen van gegoede afkomst hadden brede, grote houten tol­len met een dikke blinkende metalen punt, waar je het vlassen touw makkelijk rond kon winden. Andere kinderen speelden met kleine tollen met smalle, vaak roes­tige metalen pinnen en gebruikten een gewoon touw dat ze eerst met speeksel nat moesten maken om het rond de tol te kunnen draaien.

     

    Kinderen van gegoede afkomst hadden rolschaat­sen en voetbalschoenen, die de andere kinderen, al dan niet tegen één frank, af en toe eens mochten lenen.

     

    Kinderen van gegoede ouders hadden speelgoedhuisjes of kleine tentjes, andere kinderen gingen on­dergronds, groeven een put in de tuin en legden er planken van af­braakhout op of gingen bovengronds en bouwden met dat afbraakhout een gammel huis, tot in de bomen toe.

     

    Ook toen bepaalden afkomst en status het speelgoed dat je bezat.

     

    4.

    Nu hebben alle kinderen, geld of geen geld (desnoods maar op krediet), hetzelfde, door de reclame geplugde, eenzijdige, Bart Smit- en Blok­kerspeelgoed. Er is nog zelden sprake van stijl of kwaliteit. Het ziet er zo dor uit. Het heeft zo weinig ziel. Je raakt er snel op uitge­keken. Het gaat rap stuk.

    Nu bepalen commercie, reclame en media welk speelgoed goed voor je is. En wat vandaag goed voor je is, heeft mor­gen afgedaan.

     

    Dan wordt er alweer iets anders aangeprezen.

     

    HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (2B)

     

    1.

    Opnieuw stonden, rond Sinterklaas, de kranten er vol van: de pop met Down­Syn­droom.

     

    Uit de USA kwam de DS-pop via Nederland naar hier overwaaien. De DS-pop is een pop met alle uiterlijke kenmer­ken van een kind met Downsyndroom.

     

    Eerst reageerde de Stichting Down Syndroom Nederland koel. Uit nieuwsgierigheid werden er echter enkele aangeschaft en gelei­delijk aan werden de reacties positiever. Deze poppen zouden meehelpen aan de emancipatie en integratie van kinderen met Down­syndroom. Vanuit het geïntegreerd onderwijs zou men met dergelijke pop de gewone kinderen beter kunnen voorbereiden op een kind dat anders is.

     

    De Vlaamse Vereni­ging voor Hulp aan Ver­standelijk Gehandicapten zag de pop met Down­syndroom niet zo zitten. De DS-pop zou te veel de verschillen benadrukken, terwijl, volgens de vere­niging, gewone kinderen niet eens zouden zien dat Downsyndroom­kinderen anders zijn (De Volkskrant en De Morgen).

     

    2.

    Dus zeer binnenkort te verwachten zijn: de Rettsyndroompop met de handjes in de mond, de Cho­reo-atheto­tische pop die op batterijen allerlei gekke bewe­gingen maakt, de pop met het Happy-Puppet­syndroom en eeuwige glimlach op het gelaat, de Softenonpop met stompjes van ledematen, de magerzuchtpop, de obesitaspop, de kale pop, de stotte­rende pop en tenslotte, want dat is de logische conclusie, de menspop.

     

    3.
    Conclusie: o
    m alle mensen, de grote, de kleine, de dikke, de dunne, de slimme, de domme, die van hier, die van elders, beter te integreren in onze maat­schappij, moet van elke mens een pop worden gemaakt, zodat elke mens er beter op voorbereid zal zijn dat alle an­dere mensen anders zijn. En zo bepalen vanaf nu, het uitzicht en de verschillen van en tussen mensen, het speelgoed waarmee je speelt.

     

    HERINNERINGEN AAN DE TOEKOMST (3)

     

    1.

    Het gebeurde in de derde klas van de lagere school. De onderwijzer was Meester M. Naast de schoolvakken die hij er met grote gedrevenheid in ramde, probeerde hij ons op plastische en aan­schouwelijke wijze de beginselen der hygiëne, godsdienst en wel­levendheid bij te brengen.

     

    Bij onvoldoende gehoor schuwde hij hierbij lijfelijke straf­fen niet. Regelmatig kregen ik en an­dere klasgenootjes dan ook een draai om de oren, want de pedagogische tik was toen nog niet uitgevonden. Een leerling met zwarte randen onder de nagels zette hij voor de hele school te kijk en hij hield donderpreken over de meest af­schrikwekkende ziektes die daar­van het ge­volg zouden zijn.

     

    Elke ochtend werden steeds de­zelfde gebe­den - het onzevader, het weesge­groet, de akten van geloof, hoop, liefde en berouw, de werken van barmhartigheid - afgeram­meld. Wie niet lang genoeg kon opletten, werd bij hemd en broek gepakt en door het raam gegooid. Gelukkig lag onze klas op het gelijkvloers. Je kon dus niet al te diep vallen. En om­dat toen de gemiddelde leerling derde klas lagere school stukken sterker en leniger was dan de getrainde voetballer nu, kon dit niet zoveel kwaad.

     

    Elke morgen haalde de meester, voor de echte lessen begonnen, de aanwezigheidslijst te voorschijn. Wij moesten rechtstaan en, bij het horen van de naam, onze aanwezig­heid te kennen geven. Waarom besefte ik toen niet, maar op het afroepen van onze naam mochten we niet antwoorden met: AANWEZIG! Volgens Mees­ter M. was het enige correcte antwoord: TEGENWOORDIG, meester!

     

    Crey­tens: tegenwoor­dig meester... Deserrano: tegenwoordig meester... Kindt: tegenwoordig mees­ter... Van Over­schelde: tegenwoor­dig meester... . Het klinkt me nu nog in de oren.

     

    2.

    Deze herinneringen schieten mij te binnen bij het lezen van Luisteren naar de ander? Massche­lein in W. Hellinckx en B. Maes (1994) Over de zorg voor personen met een mentale handicap. (p. 63-74, Garant Leu­ven).

     

    Ervaringen leren dat in de omgang en communicatie met zeer ernstig verstandelijk gehandi­cap­ten, de bestaande communicatiemodellen niet toereikend zijn. Zelfs bij een uitgangspunt dat alle gedrag communicatie is en er niet niet gecommuniceerd kan worden, lijkt het bekende zender-boodschap-ontvangermodel alleen maar goed voor didacti­sche doelein­den.

     

    In de om­gang met zeer ernstig verstandelijk gehandi­capten is de zender ver­stoord, de boodschap ern­stig verminkt, de ontvanger let net even niet op en heeft het gedrag en dus de communicatie en dus de ‘persoon’ niet ge­zien.

     

    Ook meer persoonsgerichte communicatiemodellen waarbij de nadruk wordt gelegd op alles wat zich tussen mensen afspeelt, het delen van betekenissen, het zich ver­plaatsen in elkaars stand­punt, het innemen van elkaars perspectief, het kunnen erva­ren wat de andere ervaart, het zich kunnen voorstellen wat de andere zich voorstelt, lijken niet te vol­doen.

     

    Masschelein vraagt zich af of er geen ander model van commu­ni­catie te bedenken is waarbij de verstande­lijk gehandicapte als persoon, als ‘iemand’ niet verdwijnt, wanneer ik hem of haar niet kan begrijpen. Masschelein: “de filosoof Martin Buber presenteert een ander denken van relatie en communi­catie dat min­stens de mogelijkheid van een ‘horen’ van het niet-voorstelbare bij de ander (de niet-talige) laat vermoeden, maar daarmee misschien toch verwijst in de richting van die an­dere”.

     

    Masschelein geeft aan hoe Buber het onderscheid maakt tussen AAN­WEZIG­HEID en TEGENWOORDIGHEID. Buber heeft de wereld van de mens geanalyseerd vanuit twee houdingen, die verbonden zijn met twee grondwoorden die op hun beurt woordparen zijn: Ik-Gij en Ik-Het. Ik-Het verwijst naar de wereld-als-ervaring, Ik-Gij naar de wereld-der-relatie.


    De wereld-als-ervaring is de wereld van het ‘iets’. Ervaringen hebben altijd op ‘iets’ betrek­king. Het is de wereld van voorwerpen, eigenschap­pen, hoedanigheden oorza­kelijkheden. 

     

    De wereld-der-relatie daarentegen heeft betrekking op ‘niets’. Men er­vaart de mens tot wie men ‘Gij’ zegt niet. ‘Gij’ wordt niet gekenmerkt door object-iviteit (het voor­werp-zijn) en dus niet door aanwezigheid, maar door subject-iviteit (het persoon-zijn), dus door tegenwoordig­heid.

     

    Volgens Buber is de wereld van het ‘Gij’ (de wereld-der-relatie) helder­der dan de we­reld van het ‘Het’ (de wereld-als-ervaring). Men ziet het ‘Gij’ niet via een voorstelling (met behulp van taal), maar als het on­mid­dellijk tegenwoordige. Het ‘Gij’ is onmid­dellijk tegenwoordig omdat hier­voor geen begrip, geen voorstelling of fantasie nodig is. Het op deze manier ‘zien’ van de persoon, noemt Buber het ‘schouwen van het ganse wezen’. Dit schouwen van het ‘Gij’, van de andere persoon, kan niet opgevat worden als het vernemen van een inhoud, van ‘iets’. Het ’iets’ behoort immers tot de wereld-der-ervaring, de wereld der dingen. Het is eerder het ont­vangen van een kracht. Die kracht is de kracht van de interpellatie, de vanzelfsprekende be­vraging van mezelf door die an­dere persoon.

     

    Masschelein gaat zo nog bladzijden door en hoezeer hij en Buber hun best doen om duidelijk te zijn, het blijft allemaal ingewikkeld om volgen, maar daarom misschien niet minder waar. Voor de lezer die het nog tot hier is blijven volgen, lijkt het mis­schien niet veel meer dan filo­sofisch geëmmer.

     

    3.

    Wat er ook van zij, na het lezen van dit hoofdstuk, kwam het vraagstuk van meester M. en zijn uitgangspunt dat een leerling niet AANWEZIG is, maar wel TEGEN­WOORDIG, voor mij in een ander daglicht te staan. 

     

    Wellicht gebruikte hij, zonder het zelf te beseffen, het juiste woord. Maar in zijn da­den gaf hij blijk van het feit dat hij ons als voorwerpen behan­delde.

     

    Daardoor maakte hij ons, die hij bij naamafroeping ver­plichtte TEGEN­WOORDIG te zijn, zonder het zelf te weten, weer doodgewoon AAN­WEZIG.

     

    Ja, dat gebeurde in de derde klas van de lagere school bij meester M.

     

    J. KiNDT

    Medio jaren ‘90

    25-03-2010 om 13:26 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    18-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.SCHIPBREUK: CYRILLE OFFERMANS
    SCHIPBREUK: CYRILLE OFFERMANS



    Een tijd geleden heb ik dit boek SCHIPBREUK van de Nederlandse essayist Cyrille Offermans gelezen. De ondertitel van dit boek is: Over kennis, cultuur en beschaving.


    In zijn boek ‘De Schipbreuk’ vertrekt Offermans (°1945) van een schilderij van Théodore Géricault, Het Vlot van de Médusa. Hij gebruikt dit waar gebeurde verhaal en dit veelzijdige schilderij als symbool voor de ‘schipbreuk’ die onze cultuur en beschaving telkens weer lijden. In diverse essays brengt hij de ‘schipbreuk’ op deze diverse terreinen in Nederland (ook hier volop van toepassing en ook al gaat het om Nederlandse toestanden, voor ons Vlamingen/Belgen perfect te verstaan) haarscherp in kaart.

     

    In het bijzonder sprongen mij omwille van de prangende verwoording 3 essays in het oog: Gestolen Erfenis (over De Verlichting en hoe basisprincipes uit De Verlichting nu schaamteloos misbruikt worden door mensen als Verdonk en Wilders), Kunst voor Iedereen (over de teloorgang van kunst, cultuur en beschaving) en het naar de keelgrijpende Vreemde Gasten (onder andere over de komst van voor ons vreemde mensen naar onze contreien).

     

    Ik heb dit boek de afgelopen dagen in één ruk uitgelezen en ik heb er heel veel uit geleerd, vooral dan hoe in deze tijd, ongeacht enige kennis over de geschiedenis, beleids- en cultuurmakers, maar ook gewone mensen zich bezondigen aan loos geverbaliseer en het debiteren van al te simpele verklaringen en oplossingen voor hedendaagse complexe problemen.

     

    Ook bevat het boek talloze verwijzingen naar andere bronnen die op hun beurt weer leesperspectieven bieden.

     

    Het is geen fraai beeld dat Offermans ons voorstelt. Maar hij blijft er nog tamelijk optimistisch bij, ook al beseft hij dat het om een achterhoedegevecht gaat. Mijnheer Offermans: dit boek is, ondanks uw relativeringsvermogen en bescheidenheid, een heuse krachttoer!!!
     
    Een ander boeiend boekje van Offermans is: Waarom ik moet liegen tegen mijn demente moeder (uitg.Cossee 2006).

     

    18-03-2010 om 12:56 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    07-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ORCHIDEE

    ORCHIDEE



     

    Kijk, daar zit de ongelooflijke Thomas

    Voor hem is het vandaag weer feest

    De kroon op het hoofd

    De rolstoel zijn troon

    Hij is weer eens jarig geweest

    De familie is er, de vrienden, het dameskoor,

    Voor de maaltijd, het bidden van nonkel pastoor

     

    Thomas is niet goed te been

    Hij roept en lacht en slaat zichzelf

    Zingt zonder woorden

    Sinterklaas kapoentje

    Leg wat in mijn schoentje

    Dwars door alles heen

     

    Ze noemen hem een idioot

    Een knuffelbeer

    Een varkentje

    Een kleine clown

    Hij heeft het syndroom van Down

     

    Het leven zoals het is moeten we helaas gedogen

    Merkwaardig toch wat minuscule chromosomen zoal vermogen

     

    Had Thomas er hiervan eentje meer of minder

    Dan was hij misschien een mooie vlinder

    Of misschien wel een Phalaenopsisorchidee

    Die je elke dag heel goed moet verzorgen

    Anders gaat hij niet lang mee

     

    J. KiNDT
    2006

    07-03-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.MUZIEK IS GOED VOOR EEN MENS!

    MUZIEK IS GOED VOOR EEN MENS!

    Muziek beluisteren met mensen met zeer ernstige verstandelijke beperkingen


      Aria uit de 'Goldbergvariaties' van J. S. Bach
     

    Muziek als medicijn: ‘muzikament’!

    Muziek verzacht de zeden is een gezegde dat we te pas en te onpas gebruiken. Of het gebruiksgemak van deze uitspraak evenredig is met het waarheidsgehalte ervan laten we best even in het midden. Meer en meer echter staat vast dat muziek in ieder geval goed is voor de gezondheid in het algemeen, voor de geestelijke gezondheid in het bijzonder. Recent Brits wetenschappelijk onderzoek bevestigt dit, aldus een recent artikel in de Engelse krant The Sunday Telegraph, in bewerking overgenomen door De Standaard (2006).

     

    Hoewel onderzoekers de neurologische effecten van muziek op de mens en meer in het bijzonder op de hersenen, nog niet volledig doorgronden, stellen ze vast dat muziek de productie van endorfine, onze natuurlijke lichaamseigen pijnbestrijder, doet toenemen. Een half uurtje klassieke muziek, aldus een Amerikaans hartspecialist, heeft dezelfde uitwerking op mensen met chronische pijn als 10 milligram valium.

     

    In Engeland bestaat de organisatie Muziek in het ziekenhuis (Music in hospitals). Diana Greenman is er de directeur van. In een van haar publicaties schrijft ze dat we al lang weten dat muziek een grote rol kan spelen bij het verlichten van pijn en stress: ‘Tijdens concerten die we in ziekenhuizen organiseren, zien we hoe patiënten die na een beroerte verlamd zijn, toch met hun vingers de maat gaan meetikken’.

     

    Volgens muziekpsycholoog Raymond McDonald van de Caledonian University in Glasgow, heeft muziek een zeer sterke emotionele kracht. Als je naar je lievelingsmuziek luistert, herleef je aangename ervaringen en dat kan de perceptie van pijn veranderen en stress verlichten. Zo bleek dat mensen die voor en na een operatie naar muziek luisterden, zich kalmer voelden dan anderen.

     

    Pijnbestrijding met muziek (de audioanalgesie) wordt steeds vaker toegepast. Zo hebben mensen die aan artritis lijden en die elke dag twintig minuten naar hun favoriete muziek luisteren een lager pijnniveau hebben. Het meest recente onderzoek bewijst nu dat het beluisteren van favoriete (klassieke) muziek chronische pijn met 21% kan doen afnemen, terwijl een depressie er een kwart draaglijker door wordt. Ook zorgt het beluisteren van daarvoor geschikte muziek voor een verlaging van de bloeddruk en een vertraging van de ademhaling. Niet alleen de muziek van klassieke componisten als Beethoven is hiervoor bruikbaar. Het kan ook muziek van de Beach Boys zijn: zolang je het graag hoort, helpt het.

     

    In het bijzonder voor de geestelijke gezondheid is muziek een weldaad. Zingen, of je dat nu goed kunt of niet, zorgt ervoor dat, onder andere, mensen met dementie zich beter gaan voelen. Wie stresserend werk doet, kan eveneens baat hebben bij het luisteren naar zijn of haar lievelingsmuziek.

     

    Muziek en cultuur

    Naast het feit dat muziek te gebruiken is omwille van de effecten op de lichamelijke en geestelijke gezondheid is er ook een cultureel aspect.

    We vragen ons terecht af of onze verstandelijk gehandicapte bewoners voldoende medische en/of paramedische zorg krijgen. Maar merkwaardig genoeg horen we zelden vragen of ze deze week al een mooi schilderij of een mooi muziek­stuk hebben gezien of gehoord.
     

     

    Mensen met zeer ernstige verstandelijke beperkingen hebben, net als andere mensen, ook het recht om geconfronteerd te worden met een mooi kunstwerk of om te kunnen luisteren naar muzikale meesterwerken uit de geschiedenis, ongeacht of we kunnen weten wat er in hen omgaat tijdens het kijken of luisteren.

     

    Hoewel activiteitenbegeleiders of muziektherapeuten in de eerste plaats dienen te vertrekken van wat deze mensen zelf graag hebben en het ook zo is dat zij niet zo gauw zullen vragen naar andere muziek dan hun favoriete muziek, toch hebben activiteitenbegeleiders de verantwoordelijkheid en de taak ook eens ‘andere’ muziek aan te bieden.

     

    Favoriete muziek

    Uiteraard moet de persoonlijke muziekvoorkeur van de bewoners gerespecteerd worden. Die favoriete muziek kan bij (her)beluisteren allerlei aangename herinneringen oproepen. 

     

    ‘Andere’ muziek

    Die ‘alternatieve’ muziek kan gaan van Gregoriaanse en Middeleeuwse muziek, over de Klassieken en de Romantiek, naar Avant-garde tot en met Rock, Jazz en Wereldmuziek.

     

    Gemengde muziekkeuze

    In de praktijk is een gemengde muziekkeuze aan te bevelen die zowel de favoriete muziek van de bewoner bevat, als ook rustgevende of licht activerende muziek en muziekstukken uit het rijke culturele leven: van Hildegard von Bingen over Bach en Beethoven; Jacques Loussier, Keith Jarreth en Brad Mehldau, Loreena Mc Kennit en Iva Bittova tot en met de Indiase raga’s van Bihmsen Joshi (zang) en Hariprasad Chaurasia (fluit).

     

    Kalmeren en verstrooiing brengen tijdens slapeloze nachten

    In de periode dat ik dit stukje schrijf, gebruik ik tijdens mijn muziekactiviteit de Goldbergvariaties BWV 988 van J. S. Bach (1742) om naar te luisteren. De Goldbergvariaties is een werk voor klavecimbel, dat Bach opdroeg aan Graaf Keyserlingk om diens zenuwen te kalmeren en hem te verstrooien tijdens zijn slapeloze nachten. Het werk dankt zijn naam aan Johann Goldberg, een leerling van Bach die het voor het eerst speelde. 

     

    Verloop muziekbeluisteren

    De bewoners zitten rond mij en hoeven in principe zelf niets te doen. Het is een receptieve activiteit. Ik bied hen gedichten, liederen en muziek aan. De activiteit is gestructureerd rond een drietal persoonlijke begroetingsmomenten waarbij de individuele bewoner even in de aandacht staat. Daartussen gaat de activiteit verder met een mix van muziekbeluisteren, het improviserend zingen van gedichten, het voordragen en/of voorlezen van gedichten of verhaaltjes gecombineerd met het gebruik van een instrumentarium en ook stem- en microfoonspelletjes. Tijdens het muziek beluisteren doen we soms ook aan hand- of aangezichtsmassage.

     

    Bronnen

    - De Standaard van maandag 16 oktober 2006

    - www. music-in-hospitals.org.uk

    - ‘Music, the best medicine?’, Raymond McDonald op www. gcal.ac.uk

     

    All things in life fatigue the body with the exception of music (The Songbook of Al-Haik, eind 18de eeuw in Marocco)

     

    Johan KiNDT

    2007

    06-03-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    05-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HOOGSEIZOEN

    HOOGSEIZOEN



     

    In blauwe regenjas

    Meer breed dan hoog

    Kwam ze

    Afgesloofd

    Verweerd

    Mijn richting uit

    Een rode gloed steeg uit haar hoofd

     

    Ik naderde en zag de scheiding in haar haar

    Het schedelveld geen koeler maan

    Maar wel een appel blozend

    Een Jonagold,

    Aan één kant uitgehold,

    Een watermeloen

    Waaruit reeds lang geleden

    Een smalle wig

    Een spie is weggesneden

    En daar doorheen

    Zilverrode groeven, plooien en lobben,

    Je ziet ze tobben.

     

    En dan dat verkeer

    Dat stoppen moet

    Dat stilstaat

    Voor het rood

    Dat hoogseizoen

    Dat wacht

    En wacht

    Op licht

    Op groen


     

    J. KiNDT

    2006

    05-03-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    04-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PAOLO FRESU
    PAOLO FRESU



    De trompettist Paolo Fresu is een van de hedendaagse jazzmusici waar ik graag naar luister. Ik zag hem al meerdere keren aan het werk in concerten waarin hij zowel een solitische als een meer dienende rol had. Karakteristiek is zijn Miles Davis- en Chet Bakerachtige toon waarin hij een heel eigen persoonlijke 'noot' kan leggen. Bovendien heeft hij, hoe eenvoudig de melodie ook, altijd een lyrisch verhaal te vertellen, vol introvertie en beheerste melancholie.
     
    Bekijk de afbeelding op ware grootte





    Mare Nostrum, Paolo Fresu

    Naar aanleiding van één van zijn laatste cd 's Mare Nostrum, schreef Musicweb: 'The music is quite and reflective, but possessed of a genuine emotional charge, even if it works by under- (rather than over) statement. Graceful, but never merely predictable, never willing to settle for the merely obvious, this has about it that ‘sound of surprise’ Whitney Balliett thought of as the essence of jazz (even if these particular sounds might not have seemed to Balliett to constitute ‘jazz’). Fresu’s tone is gorgeous and warm, Lundgren’s lines are lucid and Galliano’s playing is constantly inventive both rhythmically and harmonically. A small gem (Glyn Pursglove op Musicweb)

    Cd 's waar ik nog regelmatig naar luister:

    Things  Things

    The Lost Chords Find Paolo Fresu  The Lost Chords find Paolo Fresu

    Night on the City  Night on the City

    Ballads  Ballads

    Non Dimenticar  Met Aldo Romano op Non Dimenticar

     Ensalada Mistica

    04-03-2010 om 12:55 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    18-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ASGER HAMERIK
    ASGER HAMERIK



    Gisterennamiddag op een lange wandeltocht door Antwerpen, ergens op het Zuid, binnengelopen in een 2dehandszaak overvol met boeken, dvd 's en ook wel cd 's. Voor een habbekrats vond ik er een 2-cddoosje met muziek van de Deense componist Asger Hamerik (1843-1923): een pianokwintet, een werk voor cello en piano, zijn 6de symfonie 'Symphonie Spirituelle' en een Requiem, geïnspireerd door zijn grote leermeester H. Berlioz. Misschien conventioneel, deze muziek, maar wel erg mooi en jammer genoeg onbekend gebleven.

    Asger Hamerik: Requiem; Symphonie Spirituelle; Quintteto; Concert-Romance

    Voor meer informatie, zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Asger_Hamerik

    18-02-2010 om 11:19 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    17-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE PIANO
    Klik op de afbeelding om de link te volgen









    DE PIANO

    1.

    Voor mij hangt aan de muur een schilderij: geen Jan Cremer, geen Vic Gentils, geen Pol Ma­rat, geen Fredje Bervoets meer, zoals vroeger. Voor mij aan de muur hangt een schilderij van Ra­oul Van Gool. Ik kijk elke dag naar zijn schilderij. Er is niet zoveel op te zien. De ach­ter­grond is een relatief rechthoekig, in roze waterverf geschilderd, vlak van onge­veer 40 bij 60 centime­ter. Op de on­derste, wat kromme en naar rechts oplopende zijde van de rechthoek, heeft de schilder over de hele breedte, verticale, ongelijke, zwarte stokjes ge­plaatst. Het lijken wel de zwarte toetsen van een piano: niet The Piano van Jane Campion en Mi­chel Nyman, niet Ray Charles aan zijn piano van Vic Gentils, maar 'De Piano' zoals Raoul die ziet. 'De pi­ano': dat is dan ook de naam van het schil­derij. Raoul vindt pianospelen het mooiste wat er is. Sterker nog. Raoul kan het piano­spe­len niet laten. Als hij maar enigszins kan, loopt hij naar de muziekthe­rapie om er voor zich­zelf een recital ten beste te geven en op zijn kamer staat een keyboard waar hij zich volgens af­spraak op kan uitleven. Want als je hem laat doen, dan zit Raoul de godganse dag aan de piano om steeds weer de­zelfde noten aan te slaan. Dat is niet erg creatief noch muzi­kaal. Daarom vind ik zijn schilde­rij nog het mooiste.

    2.

    In de geschiedenis van de mensheid is Raoul geen uitzondering. Altijd al, van Altamira tot he­den, hebben mensen de natuur, de levende we­zens en de dingen die hen omringden, willen uit­beelden. Over het waarom hiervan zijn vele boeken vol geschreven. We nemen aan dat mensen de werkelijkheid in beelden probeerden om te zetten om die werkelijkheid te kunnen ordenen of beheersen, om er macht over te krij­gen. die werkelijkheid was immers hard, mys­terieus en duister, georga­niseerd en georkestreerd door natuurgoden, waarvoor geofferd moest worden, waarbij men op een goed blaadje moest komen te staan. Ook was het handig om de natuur, de mensen met hun voorwerpen en han­delingen, kortom de mensen in hun levenswan­del, in teke­ningen en muurschilderingen (stripverhalen) vast te leggen. Want zoals met woor­den, zou het later ook mogelijk zijn om er met die tekeningen naar te verwijzen. De 'kunstige' manier waarop dit gebeurde was zeker niet on­middellijk afkomstig van de wil om 'kunst' te maken, maar ontstond uit dezelfde degelijkheid en hetzelfde vakmanschap waarmee de ge­wone ge­bruiksvoorwerpen werden ver­vaardigd. En omdat het mensenwerk is, droegen deze voorwer­pen en tekeningen de stempel van die persoon die ze maakte. De maker wilde er iets van zich­zelf inleggen.

    3.

    Ook mensen met een verstandelijke handicap kijken naar de wereld waarin ze leven. Ook zij hebben behoefte om die wereld te ordenen, er greep op te krijgen en er zich veiliger in te voe­len. Door wie ze zijn en door de manier waarop ze leven, kijken ze anders naar de wereld. Soms zijn ze niet of niet goed in staat die wereld in zich op te nemen. De we­reld overvalt en overwel­digt hen. Als ze toch kunnen kijken, zien zij mis­schien kleine dingen, waar wij grotere gehelen zien. Het korte, gedron­gene, wordt bij hen lang en uitgerekt. Het symmetrische wordt asym­me­trisch en omgekeerd. Waar wij vloeiende kleurenvlakken waarnemen, zien zij mis­schien meer de lijnen en punten die deze kleurenvlakken verbinden. Waar wij redeneren, to­nen zij emo­ties. Waar wij vertrekken van een vooraf bepaald idee, speelt bij hen intuïtie en toeval. Waar wij enige technische beheersing aan de dag leggen, werken zij vanuit een onge­schoolde na­tuurlijk­heid. Waar wij een werk maken, maken zij ple­zier.

    4.

    Maar 'zeker' weten we dit allemaal niet. Met ons gemeen hebben ze echter dat ze er iets van en voor zichzelf willen van maken, iets dat van hen is, iets waar ze fier op zijn. In wat ze maken zijn ze niet wat hen ontbreekt, maar wat hen tot persoon maakt, zoals u en ik. Soms komen ze niet tot uiterlijke expressie en is het ei­gen (misvormde) lichaam de onmiddellijke expressie van hun persoon. Maar soms ook kennen zij de drang om zichzelf en de wereld 'buiten en los van zichzelf' uit te beelden in lichaamsexpressie en pan­tomimiek, in tekeningen, schilderijen en beelden. Dat laatste kunnen zij niet alleen. Zij worden daarbij onder­steund door ergothera­peu­ten en andere creatieve begeleiders, die hun verlengde 'creatieve zelf' vormen. Samen ne­men ze het initiatief om aan een schilderwerk of aan een beeld te beginnen. Samen bepalen ze het on­derwerp, de kleuren, het materiaal. Vaak moeten begin en einde aan­gegeven worden. Vaak begint het zomaar met een punt dat verlengd wordt tot een lijn, de lijn wordt een vlek en de vlek een vlak. Op die ma­nier tekenen of schilde­ren zij de din­gen die hen kunnen aanspre­ken: een vis, een bloem, een vogel, een huis, een mens, een piano. Soms vloeien onbewust en on­gewild kleurenvlakken bij elkaar tot een eenvoudige, onge-'kunst'-elde esthetiek waarvan een direct herkenbare eerlijkheid en spontaniteit uitgaat.

    5.

    Dit is allemaal minder uitzonderlijk dan het lijkt. Eens de evolutie van primitieve grotschilde­ringen tot en met de hoogbloei van de Vlaamse primitieven voltrokken, ontstonden onder in­vloed van maatschappelijke veranderingen en als tegenbeweging tegen eerdere stromingen, vele 'nieuwe' kunstvormen die iets gemeen hebben met het werk van mensen met een verstan­delijke handicap: het Pointillisme (Seurat), het Kubisme (Picasso) met zijn abstrahering van de werkelijkheid, de Cobra-bewe­ging (Appel) met het teruggrijpen naar het kinderlijke en het spontane. Het meeste hebben 'kunstwerken' van personen met een verstandelijke handicap ge­meen met de Infor­mele schilderkunst en met een uitspraak van André Masson uit 1961: "Het materiële element bestaat uit papier en een beetje inkt. Het psychische aspect: je moet inner­lijk leeg worden. De automatische tekening, die zijn oorsprong heeft in het onbewuste, heeft het karakter van een geboorte. De eerste grafische structuren die zich op het papier aftekenen, zijn niets anders dan gestolde bewegingen, ritme, bezweringen. Het resultaat is: een vlek. In de tweede fase vraagt het latent aanwezige beeld uit de stof te worden bevrijd. Als het zover is moet je doorgaan, want dit beeld is niets anders dan een spoor, een ding dat op het strand is geworpen. De relatie tussen beide fasen dient gehandhaafd te blijven'. Tenslotte past binnen dit 'kader' de visionaire uitspraak van Paul Klee uit 1924: "De kunst is geen weergave van het zichtbare, zij maakt zichtbaar".

    6.

    Raoul Van Gool brengt elke dag zijn piano te gehore, maar de klank er­van is momentaan. Een lang 'geluidsleven' is zijn piano niet bescho­ren. Eén keer echter heeft Raoul 'zijn piano' geschil­derd en er daarmee voor altijd een 'stilleven' van gemaakt.

    J. KiNDT

    17-02-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    16-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ALEXANDER PORFIRYEVITCH BORODIN: COMPLETE KAMERMUZIEK
    ALEXANDER PORFIRYEVITCH BORODIN: COMPLETE KAMERMUZIEK



    Natuurlijk kennen we allemaal deze componist van zijn 2de symfonie, zijn 2de strijkkwartet, de opera Prins Igor en van zijn Polovetzer Dansen (voor meer infoormatie, zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Aleksander_Borodin).

    Borodin was in de eerste plaats chemicus en wetenschapper en hij publiceerde heel wat wetenschappelijke bijdragen. Muzikaal gesproken zou je hem een autodidact kunnen noemen, al kreeg hij wel compositieles en was hij een voortreffelijk cellist. Hij maakte deel uit van 'Het machtige hoopje': een groep van 5 componisten waaronder ook nog Balakirev, Cui, Moessorgski en Rimski-Korsakov. In tegenstelling tot deze andere componisten schreef hij heel wat kamermuziek.

    Deze complete kamermuziek is nu verkrijgbaar op een voortreffelijke 3-cdset van het label Brilliant Classics, ingespeeld door het Moscow String Quartet en het Moscow Trio, opgenomen in 1995 en overgenomen van National Music Company (?). De opnames klinken meer dan voortreffelijk tot zeer goed. Sommigen zullen het vioolspel in de forte-passages misschien iets te ruw of te schril vinden. Anderzijds wordt deze muziek vaak ook te gepolijst gespeeld. Alleen al vanwege het muziekhistorisch belang is dit een (overigens goedkope) aanrader! Maar laat er geen misverstand over bestaan, ook de muziek zelf is voortreffelijk.

    Borodin - Complete Chamber Music [3 CD Set] 
    De 3 cd 's bevatten:
    - Strijkkwartetten 1 en 2
    - Strijkkwintet (het allereerste in de Russische muziek)
    - Pianokwintet
    - Serenade Espagnole
    - Strijksextet
    - Een pianotrio en enkele trio 's voor 2 violen en cello, waaronder een kort trio gecomponeerd op een volkslied 'What have I done to hurt' (wat een mooie titel voor een 'klassiek' muziekstuk, het zou de titel van een rock- of popsong kunnen zijn!)

    Wie een ander mooi overzicht wil van het werk van Borodin kan zich deze Decca-dubbelcd aanschaffen. Hierop vind je de 3 symfonieën, waaronder de beroemde Martinon-versie van de 2de, de dansen, het 2de strijkkwartet, In de steppen .... etc.

    The Essential Borodin

    16-02-2010 om 17:34 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    12-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.K. P. KAVAFIS: DE BANK DER TOEKOMST
    K. P. KAVAFIS: DE BANK DER TOEKOMST



    Om mijn moeilijk leven zekerheid te geven
    zal ik op de Bank der Toekomst
    heel weinig wissels trekken.

    Of ze veel kapitaal bezit betwijfel ik.
    En ik ben gaan vrezen dat ze bij de allereerste
    crisis plotseling haar betalingen zal staken.

    (januari 1897, bron: Verzamelde gedichten, Konstantinos Petros Kavafis, 1863-1933, Athenaeum-K. P. KAVAFIS: DE BANK DER TOEKOMST, Polak & Van Gennep, Amsterdam 2004, vertaling G. H. Blanken). Kavafis schreef dit in 1897. Blijkbaar is het van alle tijden. Wat een profetie! 

    12-02-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    11-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.K. P. KAVAFIS: WIE MISLUKT IS
    K. P. KAVAFIS: WIE MISLUKT IS

    Wie mislukt is, wie achteruitgegaan is,
    hoe moeilijk valt het hem de nieuwe taal
    van de armoede te leren, en de nieuwe levenswijze.

    Hoe zal hij in de miserabele vreemde huizen binnengaan! -
    In wat voor stemming zal hij wandelen op straat,
    en wanneer hij voor de deur staat, waar haalt hij
    de kracht vandaan om de bel aan te raken.
    En voor de verachtelijke noodzaak van het brood
    en van onderdak, hoe zal hij daarvoor dank betonen!
    Hoe zal hij reageren op die koele blikken,
    die hem laten merken dat hij tot last is!
    De trotse lippen, hoe zullen die nu
    beginnen nederig te spreken;
    en het opgeheven hoofd, hoe zal het zich buigen!
    Hoe zal hij de zinnen horen, die bij ieder woord
    zijn gehoor verscheuren - en niettemin
    moet je doen alsof je het niet opmerkt,
    alsof je onnozel bent en het niet begrijpt.

    Verzamelde gedichten

    Geschreven in juni 1894, uit Verzamelde gedichten van K. P. Kavafis, Athenaeum Amsteram 2004. Bestaat er een actueler gedicht?

    11-02-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    10-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE WITTGENSTEINS: ALEXANDER WAUGH
    DE WITTGENSTEINS: ALEXANDER WAUGH

    product afbeelding

    Een van de beste boeken van 2008 was het boek 'De Wittgensteins' van Alexander Waugh (kleinzoon van Evelyn Waugh).
    In 360 bladzijden schetst Waugh de geschiedenis van de familie Wittgenstein, met als ondertitel: Geschiedenis van een excentrieke familie.
    De Wittgensteins waren in de vorige eeuw één van de rijkste industriële families in Wenen. Componisten als Mahler, Brahms en vele andere waren er kind aan huis en als er al één bindende factor binnen de familie was, dan was het wel de muziek.
    Naast de nefaste invloed van de zeer gestrenge vader Karl Wittgenstein, leek de familie wel voor het ongeluk geboren. 3 zonen pleegden zelfmoord. De familie onderhield een zeer moeilijke communicatie. De al dan niet Joodse afkomst speelde hen in de oorlog parten wat dan weer met geld in orde zou worden gemaakt: geld dat mede daardoor ook twistappel was binnen de familie.
    De familie had twee beroemde zonen: de filosoof Ludwig Wittgenstein (1889-1951) en de pianist Paul Wittgenstein (1887-1961).
    Aangezien de schrijver Alexander Waugh zelf componist is, ligt de nadruk in het boek heel sterk op de muziek.
    Paul Wittgenstein, reeds een beroemd pianist, verloor in de eerste wereldoorlog zijn rechter arm. Voor hem componeerden Strauss, Prokofiev, Britten en Ravel pianomuziek voor de linkerhand. Het bekendste werk is wellicht 'het pianoconcert voor de linkerhand' van Maurice Ravel.

    'De Wittgensteins' is een vernuftig gecomponeerd, boeiend, vlot vertaald en niet te missen boek. Wel is het misschien goed vooraf reeds een zekere voorkennis te hebben. Juist het bij elkaar brengen uit deze periode van historische, maatschappelijke, kunstzinnige, filosofische, etc. gegevens en dit geconcentreerd in de familie Wittgenstein, maakt dit boek tot een rijke leeservaring.

    Voor meer informatie:

    http://nl.wikipedia.org/wiki/Paul_Wittgenstein

    http://nl.wikipedia.org/wiki/Ludwig_Wittgenstein

    http://www.klara.be/cm/klara/boek/1.43810-de-wittgensteins

    http://en.wikipedia.org/wiki/Alexander_Waugh

     

    10-02-2010 om 00:00 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    09-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BO LINDE: VIOOLCONCERT EN CELLOCONCERT

    BO LINDE: VIOOLCONCERT EN CELLOCONCERT

    Dit zijn 2 mooie tot zelfs schitterende concerten. Het vioolconcert is Linde's meest gespeelde werk, maar zelf vond hij zijn celloconcert het beste. En al zijn er zeker invloeden van Walton, Hindemith en Shostakovich, het is inderdaad een schrijnend en indrukwekkend stuk muziek, op deze cd meer dan voortreffelijk gespeeld door Maria Kliegel, zeg maar de huiscelliste van het label Naxos. Het beluisteren zeer de moeite waard!
    CD-opnames laten toe kennis te maken met de meest uiteenlopende en soms nog onbekende muziek, zo ook deze van de Zweedse componist Bo Linde (1933-1970).

    LINDE: Violin Concerto / Cello Concerto

    Zie ook: Review by Barry Brenesal, Fanfare

    It's a cliche, but in this case, also true: the suicide of Bo Linde (1933-1970) at the age of 37 shocked the world of Swedish classical music. He was considered the most promising composer of his generation by many of his compatriots, and the most likely to make a mark on the international front. Linde was a member of a young composer's group frequently referred to as "50-talisterna," or "belonging to the 1950s," whose exemplars were emotionally expressive composers that extended but did not abandon tonality. These included nationalists, such as Larsson (also Linde's teacher), and more prominent figures like Shostakovich and Britten.

     

    The composer was undeniably precocious, submitting his Piano Concerto No. 1 as part of his application for admission to Stockholm's Academy of Music. Musical maturity also arrived early, so that the Violin Concerto of 1957 already displays an easy confidence, emotive power, and consistency of inspiration at a very high level. Linde's musical language is conservative but recognizably of the 20th century. The Violin Concerto recalls Barber and Prokofiev in general style, though Linde was more subtle in his neo-Romanticism than the former and less satirical than the latter. (Shostakovich comes to the fore in the Cello Concerto, though there is no sense in either work of Linde staking out part of the sound world of another composer as his own.) Movements in both con­certos break into multiple smaller expressive units, sometimes enclosing entire movements within themselves, and linked through the understated reuse of transformed themes.

     

    Sundkvist leads a rhythmically taut pair of performances whose clarity helps bring out the nuances of Linde's orchestral thought. The relatively small (52 members) Gavle SO delivers both discipline and refinement. Gomyo's reading of the Violin Concerto is more assertive and varied in character than the one I've possessed for years, featuring Karl-Ove Manneberg under Rainer Miedel's direction: a mercurial, well-judged interpretation. Maria Kliegel is expansive and robust in the Cello Concerto, yet misses nothing of the lyrical warmth in the work's final movement.

     

    Sound quality is good, with just enough plush to add bloom to the instruments, and not enough to smear the textures. Good liner notes accompany this release, and I only wish that Naxos had put the remaining time on this CD to use-perhaps with a recording of Linde's Sinfonia. Regardless, this is an excellent album by an unjustly neglected 20th-century master, well worth the purchase.

     

    Review by Robert Layton, International Record Review, May 2006

     

    Bo Linde is little known outside Sweden and discovered there only in the last couple of decades or so, but he was a composer of great talent.  He was born in Gävle in 1933, the port north of Uppsala, and his career never took him very far from it.  Gävle has an active musical life and can boast a good concert-hall and a decent orchestra.  In the Sweden of the 1950s and 1960s, when serial and post-serial music was all the rage, Linde was left out in the cold.  I heard him play his Piano Trio in Uppsala in 1953 when he was only 19, a lean young man who looked a bit like Shostakovich at that age.  Alas, youth is a harsch judge and I thought it was far too heavily indebted to Shostakovich’s Op. 67.  I dare say it is much finer than I thought then.  He rather disappeared from view until his Violin Concerto was recorded in 1972 by Karl-Ove Mannberg and the Gävle Orchestra under Rainer Miedel (HMV E 055 34649).  There was also a subsequent recording in 1993 from Ulf Wallin and the Norrköping orchestra under Jun’ichi Hirokami (BIS CD621)

     

    Make no mistake; the Violin concerto, first performed in 1958, is a work of quite striking beauty, and full of a gentle melancholy that strikes one as more Mediterranean than thoroughly assure, the invention warm and lyrical, and the writing for the orchestra wonderfully imaginative and luminous.  Its touching coda is quite magical.  The young Tokyo-born Canadian violinist Karen Gomyo is the elegant and expressive soloist and the orchestral playing is first-class.

     

    The somewhat later Cello Concerto was written for Guido Vecchi, a wonderful player and first cello for the Gothenburg Orchestra, who premiered it in 1965.  It is a somewhat darker but no less intense piece, with a powerful Lento finale.  True, there is a hint of Shostakovich in the middle movement, but Linde is very much his own man.  This music has real nobility and a natural eloquence, and it inspires a totally committed performance from Maria Kliegel and the orchestra, from Petter Sundkvist draws an excellent response.  Like the Violin concerto it is beautifully laid out for the orchestra.  I must say that encountering the Cello Concerto was a joy- and I envy those coming to the Violin Concerto for the first time.

     

    The recording is of demonstration standard, lifelike and with a truthful perspective between soloists and orchestra.  This music deserves the widest dissemination and this disc the strongest recommendation.

      

    09-02-2010 om 10:51 geschreven door Johan Kindt  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)


    Archief per week
  • 06/06-12/06 2011
  • 11/10-17/10 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 28/06-04/07 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 03/05-09/05 2010
  • 26/04-02/05 2010
  • 05/04-11/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 22/03-28/03 2010
  • 15/03-21/03 2010
  • 01/03-07/03 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 08/02-14/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 25/01-31/01 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 21/12-27/12 2009
  • 14/12-20/12 2009
  • 07/12-13/12 2009
  • 30/11-06/12 2009
  • 23/11-29/11 2009
  • 16/11-22/11 2009
  • 09/11-15/11 2009

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs