Ik ben Johan Kindt
Ik ben een man en woon in Antwerpen (België) en mijn beroep is logopedist, maar ben nu gepensioneerd..
Ik ben geboren op 10/10/1945 en ben nu dus 79 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Wandelen, koken, muziek beluisteren, lezen, fietsen en naar mensen kijken, ook in de spiegel.
Een collega vroeg me een gedicht te maken tgv. zijn huwelijksverjaardag, met het verzoek in de tekst titels van rockplaten uit dat jaar te verwerken. Ik heb daarvoor gebruik gemaakt van de beste 47 LP s uit 1973, zoals ze verschenen zijn in Christgau s Guide, Rockalbums of the 70s. Ziehier het resultaat.
Call me, my sweet Roep me, zoet,
my sweet sweet revenge.mijn allerzoetste wraak.
I'm livin' for youJij bent het voor wie ik leef
in good and hard times.in goede en slechte tijden.
But, let's get it on,Zullen we, nu de tijd vliegt,
now that time fades away,maar doorgaan,
and be free, to be you and me,vrij zijn, jou en mij zijn,
like birds of firesamen muziek maken
in concert.als vuurvogels?
Call me,Ik roep dat ik je heel graag zie.
you are the one and only Laura Lee.Jij bent mijn enige echte Laura Lee.
J. KiNDT
(1993)
Al Green: call me - John Prine: sweet revenge - Al Green: livin' for you - Neil Young: Time fades away - Mahavishnu Orchestra: birds of fire - Roy Brown: hard times - Laura Lee: the best of Laura Lee - Marvin Gaye: let's get it on - Marlo Thomas: free to be...you and me - Derek and the Dominoes: in concert - Miles Davis: Miles Davis in concert - Taj Mahal: ooh so good'n blues
MUZIEK BELUISTEREN: HET GROTE LUISTEREN & DE KLEUR VAN KLANKEN
MUZIEK BELUISTEREN: HET GROTE LUISTEREN & DE KLEUR VAN KLANKEN
"Ja, muziek betekent alles. Totdat we er iets over moeten zeggen. Dan staan we met onze mond vol tanden. We komen niet veel verder dan dat er goede en slechte muziek is. Dat er zoveel soorten muziek zijn. Dat het maar net is waar je van houdt. Dat het allemaal een kwestie van smaak is. Muziek is wat zij teweeg brengt en daarmee basta."
Dit is een beginfragment uit het boek 'HET GEBROKEN OOR' van Elmer Schönberger (Meulenhoff, Amsterdam, 2005). In het begin-essay van dit boek 'HET GROTE LUISTEREN' legt Schönberger uit hoe wij naar muziek luisteren en hoezeer dit de laatste jaren veranderd is. Tegenwoordig is er in onze omgeving steeds muziek aanwezig, maar luisteren we er nog wel naar?
Ziehier, aldus Schönberger, de pendelbeweging van Het Grote Luisteren: van structuur naar inhoud, van text naar context, maar ten slotte altijd weer terug naar de bron van de klank en niets dan de klank.
Na dit essay (de Huizinga-lezing 2005), volgen, gerangschikt naar thema, vele muziekbesprekingen uit Vrij Nederland, waarbij we echt wel mogen zeggen dat de 'hedendaagse ernstige muziek' centraal staat.
Een heel omvangrijk, goed en verrassend geschreven, boeiend boek voor wie op weg wil op het pad van Het Grote Luisteren!
Ook Patricia de Martelaere heeft het in haar boek 'EEN VERLANGEN NAAR ONTROOSTBAARHEID - Over leven, kunst en dood - (Meulenhoff, Amsterdam, 1993) over een identiek onderwerp.
In het essay 'De Kleur van Klanken' (p. 124) onderscheidt ze muziek die naar een verhaaltje zou verwijzen (representationisme, programmamuziek) en muziek waarvan het wezen ervan gelegen is in het uitdrukken van emoties (tranen-theorie). Volgens de auteur gaan geen van beide theorieën op. Wel probeert ze een antwoord te formuleren op de 'allesbepalende vraag in deze controverse of muziek op zichzelf, los van elke verbinding met taal, op een zinvolle manier als een soort taal kan worden geïnterpreteerd.' De auteur lijkt het haast in alle opzichten van niet.
Muziek verwijst niet naar het buitentalige noch naar het emotionele, muziek is - om het met Elmer Schönberger te zeggen - MUZIEK ZONDER MEER. En ... luisteren naar MUZIEK ZONDER MEER vraagt aandacht, inspanning en moeite .... .
Bert Keizer is een Nederlands arts, filosoof en schrijver. Ik ken hem van zijn wekelijkse columns in de krant TROUW en die gaan inderdaad over zijn belevenissen als arts in een verpleegtehuis, over filosofische onderwerpen en zoveel meer. Zo maakte ik kennis met zijn mooie boek 'Het refrein is Hein - leven en sterven in een verpleegtehuis' (uitg. SUN Nijmegen,1994).
Later las ik van hem 'Ludwig Wittgenstein; Taal, de dwalende gids' (SUN, 2002), een boek waarin hij de lezer op begrijpelijke wijze en in zijn geheel eigen taalgebruik de beroemde filosoof voorstelt.
En recent las ik het aangrijpende en literair scherpzinnige boek 'Onverklaarbaar bewoond; het wonderlijke domein van de hersenen' (Balans & VU-uitgeverij Amsterdam 2010), waarin Bert Keizer op onnavolgbare wijze beschrijft wat er zoal gebeurt op een afdeling neurochirurgie van een ziekenhuis. Mij valt op hoe de schrijver erin slaagt met heel gewone taal en eerder lapidaire beeldspraak de meest ingewikkelde dingen met veel respect en ethisch besef toch haarscherp uit te leggen.
'Hopeloos dit. Je ziet zo'n leven wegrollen alsof er steeds meer scheuren ontstaan in een zak vol knikkers (p. 239).
Na het lezen van deze 3 boeken en vele van zijn columns durf ik deze schrijver één van de beste hedendaagse schrijvers noemen in ons taalgebied. Van harte aanbevolen, hoewel misschien best even niet in een vakantiepriode, maar daar beslist de eventuele lezer natuurlijk zelf over.
JAN MICHIELS EN TAE-HYUNG KIM VERVANGEN ELISSO VIRSALADZE (DESINGEL, 31 MEI 2010)
JAN MICHIELS EN TAE-HYUNG KIM VERVANGEN ELISSO VIRSALADZE (DESINGEL, 31 MEI 2010)
Eerst is het natuurlijk ontgoochelend als je hoort dat Mevr. Virsaladze niet kan spelen vanwege plotse ziekte. Het moet voor deSingel een race tegen de tijd zijn geweest om op de letterlijke valreep dan toch Jan Michiels en niemand minder dan Tae-Hyung Kim - m. i. ten onrechte 5de laureaat van de KEW 2010, hij had minstens op 1, 2 of 3 moeten eindigen - te kunnen overtuigen elk een deel van het concert over te nemen.
Ik vermoed dat Jan Michiels recht uit de auto of taxi moet zijn gestapt om op het podium de 3 Intermezzi op. 117 van Brahms te spelen. Toch deed hij dat op een zeldzaam verstilde intimistische wijze. Niets liet vermoeden dat het daarvoor wellicht allemaal heel hectisch en snel had moeten gaan. Daarna speelde hij de sonate nr. 32, op. 111 van van Beethoven: een krachttoer in het bijzonder wat betreft deel 2: het alles overtreffende arietta. Jan Michiels is in de letterlijke zin een groot vertolker. Zonder vertoon speelt hij deze immense sonate, evenwel juist met een des te grotere accuratesse. En het is precies deze accuratesse die Beethoven's verhaal aangrijpend tot bij de luisteraar overbrengt. Terecht grote bijval.
Tae-Hyung Kim - studeerde bij Virsaladze - overrompelde meteen in de zesde sonate van van Beethoven op. 10, 2 om daarna te vervolgen met de Fantasiestücke op. 12 van Robert Schumann. Anders dan Jan Michiels is hij een magiër. Hij bespeelt de piano met grote nederigheid en groot respect voor het instrument, de partituur en vooral de te produceren klank, de muziek staat echt centraal. De grote lijnen stromen in golven uit zijn persoon zonder de kleine noten te vergeten. Als luisteraar word je van begin tot einde meegezogen in zijn bedwelmende klankwereld. En zo werd het - geheel in de afwezige geest van Elisso Virsaladze - toch een uitzonderlijk concert, maar dan zonder de hectiek van een concours. Jammer dat het concert af en toe ontsierd werd door grommende basgeluiden die diep vanuit de buik van deSingel naar boven kwamen. Mag ik zeggen dat dit eigenlijk niet zou mogen gebeuren? Overigens wensen we Elisso Virsaladze veel beterschap.
(gezien door een raam op de tweede verdieping van het pand nummer 11 aan de Wolstraat te Antwerpen)
*
Elke
morgen
rond
half zeven
breng jij,
mijn staande klok,
mijn privé pendule,
mij
uit mijn slaap
weer tot leven.
Vroeger
was je alleen
overdag
te zien.
Kunstlicht
hield ons toen
s nachts
nog niet uit de slaap.
En jij was
lang
nog niet zo ijdel,
zelfs in het donker
te willen opvallen.
Je beperkte je
tot het secuur slaan
van kwartieren,
halve en hele uren.
Maar als een trendy BT (Bekende Toren)
begon je stilaan
jezelf
te verhuren.
Je stond erop
nu ook s nachts
kleur te bekennen.
Eerlijk,
daar moesten we aan wennen.
Belangrijk
was niet meer alleen
het juiste uur.
Ook s nachts
toonde je nu
schaamteloos
je politieke
en religieuze
signatuur
*
Wit bijvoorbeeld belichtten ze je
op de donderdag
voor Pasen
Af en toe,
om Zurenborg en café Den Draak te plezieren,
beschenen ze je
roze
op zaterdag
Om de 4 à 6 jaar
bleef alles
op zondag
donker en zwart.
Soms maakten ze van jou een toneelhuis,
een theater,
een virtuele Blauwe Maandagcompagnie.
Dan speelden DHollander of Haazen
met je klokkenspel
Jammer dat Perceval
geen beiaardier was.
Hij had er nogal mee
gerammeld.
Rood aangelopen
zag ik je nog niet dikwijls.
Dat was voorbehouden voor
Bob Cools
op Het Schoon Verdiep.
*
Voor Antwerpen boekenstad
wou Tom Lanoye je terecht
met gracieuze graffiti omkleden.
Maar zijn stadsgedicht
kwam tegenover je
op je concurrent te hangen,
helaas aan de verkeerde kant
van De Boerentoren
zodat je het aan jou gerichte bericht niet kon zien.
Zoiets contrairs mag je van Lanoye verwachten
Het Andere Boek belichaamt hij in zijn eentje.
Samen met La Esterella maakte hij het daarna weer goed
Al bijna een eeuw zingt ze over de Lievevrouwentoren.
*
Soms vraag ik me af of je nog wel eens
naar beneden,
naar het verleden,
kijkt?
Aan je voeten,
in je schaduw,
in de Blauwmoezelstraat en op de Lijnwaadmarkt liepen,
lopen met tussentijden van minuten, uren, dagen, maanden, jaren en eeuwen
een stoet van bekende en onbekende
mannen en vrouwen.
Voorop
de fantastische fanfare van honger en dorst
het fanfareke van t Blazoen en van de gewone man.
Daarna
Anna Bijns (1493-1575)
bekend van haar Refereinen.
Pieter Paul Rubens (1577-1640)
met op praalwagens ezels
en op die ezels schilderijen
van volmaakte naakten en volumineuze vrouwen.
Vervolgens,
de man die zijn volk leerde lezen,
Hendrik Conscience (1812-1883)
met zijn Leeuw van Vlaenderen.
In de optocht ook
Peter Benoit (1834-1901)
die De Schelde componeert en dirigeert:
onder de soli, het koor en het orkest
Tom Barman en Deus.
Verderop
Willem Elsschot (1882-1960).
Hij probeert De verlossing en Verzen van vroeger
aan de man te brengen.
Nog wat verder
Gerard Walschap(1898-1989)
zij aan zij
met de verpleegster Alice Nahon (1896-1933),
ja, die van
het is goed in t eigen hart te kijken, nog even voor het slapen gaan
en met in de hand zijn boek
De bejegening van Christus
uit 1940.
Daarachter
druk gesticulerend
een op Alice Nahon kritiek spuiende
Paul van Ostaijen (1896-1928),
in het zwart,
met zijn Bezette Stad.
Maurice Gilliams ook (1900-1982),
bekend van onder andere
Winter te Antwerpen en
Elias of het gevecht der nachtegalen.
Dan snel achter elkaar,
Julien Schoenaerts (1925-2006)
orerend uit De Kleine Prins van Antoine de Saint-Exupéry,
Hugo Claus (°1929-2008),
met bundels verzen,
torsend Het Verdriet van België,
Wannes Van de Velde (°1937-2008)
en Dario Fo (°San Giano Italië 1926)
spelen Mistero Buffo.
Vergeet het niet:
ne zanger is ne groep!
Panamarenko (alias Henri Van Herreweghe), de luchtschipper,
geboren en getogen in Antwerpen (°1940),
als kind gefascineerd door de Duitse V1's,
de onbemande vliegtuigjes die in 1944
met hun catastrofale bomlading
over de Scheldestad vlogen.
Met een aanloopje probeert hij op te stijgen met een virtueel vliegtuigje, tevergeefs!
Tot slot,
Jan Decleir (°1946),
acterend in meer dan 80 films,
staat daar te schilderen met Fredje Bervoets (°1942)
en Hugo Claus
in galerij De Zwarte Panter,
bij Adriaan Raemdock,
een horde cameramensen achter hen aan.
*
Vroeger zetten clerici een kruis op je spits.
Je windhaan wees uitsluitend naar Rome.
Maar, je had het niet verwacht,
het misschien te laat zien aankomen.
Velen wilden niet of niet meer naar Rome,
hoe kan het bestaan.
Voor anderen bleken er dan weer meer wegen naar Rome te gaan.
Ineens moest je kerk zijn, synagoge, tempel en moskee.
Met duvel volgelopen toeristen gebruikten je als plee.
Aan jouw voeten kwamen Spanjaarden, Nederlanders, Italianen, Turken, Marokkanen, Russen, Roemenen, Joden en Islamieten wonen. Vlamingen ontliepen je en trokken naar Brasschaat
alwaar hun sterre bleek uitslaat. Een toren van Babelwerd je, kon je het verdragen? Je dacht,
geen nood, ze worden net als ons. Maar helaas, ze bleven zoals ze waren gekomen.
Je vreesde wat je vermoedde, dat we ze nodig hadden, dat ze altijd hier zouden blijven, dat we ze zouden moeten nemen zoals ze waren, dat we met hen zouden moeten leren leven
*
Dat het klimaat veranderd was had je al langer gevoeld en het gat in de ozonlaag kwam er nog bij.
Na decennia van mooie, warme zomers van Antwerpen, is nu plots de winter ingetreden. Velen uit de optocht van eeuwen verdwenen, verdwijnen, ondergronds, sommigen om nooit meer terug te komen.
Anderen gaan op in rook, nog anderen zochten, zoeken het zomerse zuiden,
land van Fraternité et Solidarité.
*
Niet zo lang geleden zag je er grijs uit. Je moest node gewassen, naar de kapper, je jas naar de stomerij,
intussen zijn je transjes weer mooi wit en je krulletjes permanent.
Waar mensen krommer groeien met de tijd, blijf jij, fiere opa, rechtop, al heb je tot steun ijzeren ankers nodig en metalen stangen, niets menselijks is je vreemd. In je tochtige klokkengaten wapperen altijd vlaggen, als eretekens op je revers gespeld.
*
Laatst benam een wolk mij het gezicht. Geheel en al was je met waas omhuld, maar een week later speelde je striptease. Je had - god weet waarom - je bovenlichaam ontbloot, je lagere delen in een boa van mist gewikkeld. Schaam je, toren, het Schipperskwartier en Villa Tinto liggen enkele straten verderop.
Gisteren, bij hondsslecht weer, was je ineens weer verdwenen, misschien voor een borrel in de Kat, de Muze of de Pelikaan. Ik weet het, geen mens die er op let, maar, ze hadden je gewoon eventjes binnen gezet.
DE STRIJKKWARTETTEN VAN FELIX MENDELSSOHN-BARTOLDY
DE STRIJKKWARTETTEN VAN FELIX MENDELSSOHN-BARTOLDY (1809-1847)
Mijn luistervoorstel is: de 6 strijkkwartetten van Felix Mendelssohn. Mendelssohn is slechts 38 jaar geworden. Al heel jong (hij was een wonderkind) componeerde hij muziek waardoor deze nogal eens het etiket van jong, gracieus, te mooi, oppervlakkig meekreeg. Maar dat klopt slechts zeer gedeeltelijk. Zijn strijkkwartetten (of hij nu 14 was of 20) refereren naar Beethoven en in enkele gevallen kunnen ze er ook mee wedijveren (op. 80).
Wat er ook van zij, de muziek van Mendelssohn is een balsem voor het oor en spreekt de luisteraar aan op een breed scala van hemelse, melancholische en andere menselijke gevoelens.
Er bestaan heel wat integrale opnames van de 6 strijkwartetten. Vanwege de lage prijs, het schitterend authentieke spel en de mooi opname, kies (koos) ik voor het Aurora String Quartet op Naxos (3 losse cd's)
Deze opnames krijgen in de recente Penguin Guide 4 ****! Zeer aanbevolen!
Onlangs vond ik in een 2dehandszaak in Gent de integrale van deze strijkkwartetten gespeeld door het Coull Quartet op Hyperion (misschien nog beter).
En nog iets later kocht ik voor een prikje deze opnames met het Weense Artis Quartet op het label Accord:
David Vogel (1891-1944), tijdgenoot van Kafka is herontdekt. Deze Russisch-joodse intellectueel vestigde zich in 1912 in Wenen, werd er beide oorlogen gevangen genomen en in '44 door de Duitsers omgebracht. Hij schreef in het Hebreeuws waardoor zijn werk niet in brede kring bekend werd. Na de oorlog opgegraven manuscripten zorgden voor een (her-)ontdekking en reconstructie van leven en werk van deze interessante schrijver. 'Huwelijksleven' geeft uitvoerige beschouwingen over het decadente Wenen tussen de beide oorlogen, dat nauwelijks leefruimte biedt aan de armoelijdende kring joodse intellectuelen waarin de hoofdpersoon zich beweegt. Deze nerveuze, gevoelige Gurdweill trouwt onverwacht met een hooghartige, sadistische barones, die hem moedwillig en geraffineerd te gronde richt, fysiek en psychisch. Geen politieke beschrijving - toch is de naderende dreiging voelbaar. Het slopende aftakelingsproces wordt benauwend goed en onontkoombaar beschreven.
Dit is één van de schrijvers en één van de boeken die je bij toeval of pas later ontdekt (bv. door het vinden van het boek op een rommelmarkt) en waarbij je na het onthutste lezen ervan via internet ontdekt dat schrijver en boek weer erg in de belangstelling staan.
Dit is een geweldige roman die je lezend verslindt maar waardoor je ook zelf verslonden wordt. Een geweldig boek en een absolute aanrader.
Regelmatig speuren naar reeds gebruikte voorwerpen op de rommelmarkt of in tweedehands winkels levert altijd wel iets interessants op, want... veel ligt te wachten op het heropgevist worden. Deze week maak ik me sterk dit boekje aan de vergetelheid te hebben 'ontrukt':
In dit mooi uitgegeven boekje schetst de auteur het leven en werk van de componist Antonin Dvorak tegen de achtergrond van de politieke en sociale spanningen ten tijde van het Oostenrijks-Hongaarse Rijk.
Het eerste hoofdstuk beschrijft de bronnen van de Tsjechische nationale (volks-) muziek. Daarna volgen in 8 hoofdstukken een beschrijving van het leven en het werk van Antonin Dvorak. Het laatste hoofdstuk gaat in op de vraag welk werk van hem als belangrijk en kwalitatief hoogstaand mag worden gerekend.
Dit is zo 'n boekje dat je niet van A tot Z hoeft te lezen, maar waarin je je kan verdiepen in allerlei interessante aspecten van het leven van deze componist inclusief een aantal illustraties, foto 's en afbeeldingen van kunstenaars uit die tijd, alsook de volledige lijst van zijn werk, zodat je niet altijd naar de 'Nieuwe Wereld Symfonie' hoeft te grijpen.
Gegevens:
Dvorak; Kurt Honolka; Haus Publishing; London; 1974/2000/2004; 165 pagina 's.