Vandaag onze laatste tocht met de Saybia, van Port Saint Louis naar Prickley Bay. Op de kaart is het net om de hoek, maar je moet een heel eind uit de kust varen om veilig te zijn voor de vele ondieptes. Wat we dachten een peulschilletje te zijn na al onze ervaringen, blijkt nog een venijnig tochtje te worden, we moeten en paar mijl Oost varen, recht in de wind, stroming en golven. We halen met moeite 5 knopen.
Je ziet iedere mijl moet gevaren worden.
Rond een uur of 8 zijn we in Prickley Bay, heel mooie grote baai, turquoise zeewater wat wijst op een goede zandbodem om te ankeren.
En dat lijkt wel nodig, want waaien doet het hier, de Saybia ligt de zwieren als gek achter zijn anker. We rollen dat het niet leuk is, de zwel die SE zit komt hier volop binnen. Hier zijn we van plan onze zeilen te demonteren, voor anker is ideaal omdat je steeds in de wind ligt, maar niet als de windmeter constant tussen de 20 a 25 knopen aangeeft. Maar het moet, we wachten een iets rustiger moment af en gooien alles open om de genua de laten zakken.
Met heel wat getrek en gesleur hebben we na een halve liter zweet een mooie pakje gemaakt van onze genua.
Het grootzeil halen we eraf als we op het droogdok liggen. De wind is te strak en dat neemt meer tijd in.
Om een uur of twee varen we de geul binnen waar de kraan ons optilt. Inderdaad.
Ook dit is spannend want de diepgang die de kaart aangeeft is onvoldoende om onze diepe kiel doorgang te laten. Het zijn de mensen van het droogdok die ons vertellen dat we wel doorkunnen, en indien we vastlopen het toch maar zand is. Leuke vooruitzichten.
We slepen inderdaad de kiel door het slijk, maar alles verloopt prima.
De Saybia staat nu beweegloos op zijn stoel, een raar gevoel. De komende dagen gaan we alles dat maar zou kunnen loskomen weghalen. Ons bootje ligt er naakt bij.
Toch wat meer info over de vervelende muggen. Info van het internet.
DENGUE
In zijn typisch klassiek verloop wordt dengue gekenmerkt door een brutaal begin met koorts, hoofd- en
gewrichtspijn (knokkelkoorts), en belangrijke spierpijn (o.a. lendenpijn en pijn rondom de oogbollen), die de
stijfheid bij de zieke verklaren. Soms is er een droge hoest, en is de hartslag vrij traag in verhouding tot de
koorts (relatieve bradycardie). Klassiek (maar niet steeds!) verloopt de ziekte volgens een bifasisch patroon:
na 3-4 dagen koorts treedt een voorbijgaande verbetering op, rond de 5de-6de dag stijgt de koorts opnieuw. Op
dat ogenblik kan er een rode vlekkerige huiduitslag (vergelijkbaar met mazelen) verschijnen. Na enkele dagen
verdwijnt de koorts dan wel weer, maar er kan een wekenlange periode van moeizaam herstel volgen,
gekenmerkt door asthenie, spierpijnen en neuralgieën. Er bestaat geen specifieke behandeling, de aandoening
geneest vanzelf. Men mag bij de behandeling van denguekoorts geen aspirine gebruiken, maar enkel
paracetemol voor de koorts.
Zeldzaam kunnen er zich ernstige levensbedreigende vormen voordoen: rond de 3de à 4de dag, op het ogenblik
dat de koorts daalt en de zieke schijnbaar iets beter is, gaat de toestand snel achteruit, met het optreden van
hevig braken en buikpijn. Er kunnen levensbedreigende bloedingen optreden of er kan een shocktoestand
(bloeddrukval) ontstaan, die echter mits goede medische verzorging (snel toedienen van de juiste
hoeveelheid vocht via infuus) bijna steeds een gunstige afloop kent. De incidentie van deze levens-
bedreigende vormen is duidelijk toegenomen de laatste 20 jaar. Men neemt aan dat bij een eerdere infectie
met één van de 4 serotypes van het denguevirus (genummerd 1,2,3 en 4), de kans op verwikkelingen toeneemt
bij een daaropvolgende infectie door een ander serotype. Gedurende de eerste 3 maanden na een infectie is
men wellicht nog beschermd voor de andere serotypes (kruisprotectie). Maar nadien loopt men
vermoedelijk levenslang - enig risico voor de hemorrhagische vorm of shock. Deze verwikkelde vormen zijn
gelukkig uiterst zeldzaam bij reizigers en expatriaten. Vooral jonge kinderen van de autochtone bevolking
worden erdoor getroffen. Mits correcte behandeling bij de eerste tekenen van lage bloeddruk in een goed
uitgerust ziekenhuis voor de juiste vochttoediening via intraveneus infuus, is de sterfte van deze ernstige
vormen lager dan 1%. Het is onmogelijk aan te geven hoe groot het risico voor een levensbedreigende vorm
is voor een individu die al eerder dengue doorgemaakt heeft, daar er vele factoren meespelen. In de praktijk
blijft dit zeer klein (kleiner dan het risico van een fataal verkeersongeluk op reis, wat in de grootteorde ligt
van 1 per maand per 100.000 reizigers).
Nationaal: 03/247.66.66 - Internationaal: +32(0)3/247.66.66 - Fax: +32(0)3/216.14.31
MEDISCHE DIENST
Kronenburgstraat 43/3
B - 2000 ANTWERPEN
NDENGUE- AVG - 25/10/2011
DENGUE & CHIKUNGUNYA
CHIKUNGUNYA
Is gekenmerkt door een brutaal begin met hoge koorts, griepachtige symptomen en meestal gepaard gaande
met opvallende tot hevige gewrichtspijnen in de enkels, polsen en/of vingers. Andere mogelijke symptomen
zijn zwellingen van de handen en/of voeten, huiduitslag, lichte bloedingen (tandvlees). Meestal verloopt de
aandoening goedaardig en treedt genezing op na een week, maar bij een aantal personen kunnen de
gewrichtspijnen nog weken of maanden aanhouden. Naar aanleiding van de epidemie op het eiland Réunion
werd gezien dat bij jonge kinderen en pasgeborenen uitzonderlijk voorbijgaande meningoencephalitis
(ontsteking van de hersenen en hersenvliezen) kan optreden; zeldzaam zijn een aantal mensen aan de ziekte
overleden, vooral fragiele hoogbejaarden (zoals tijdens de jaarlijkse griepepidemie ook hoogbejaarde mensen
sterven). De behandeling is uitsluitend symptomatisch: paracetamol of non-steroïdale ontstekingsremmers,
bvb. Ibuprofen.
Er bestaat geen vaccin op dit ogenblik voor dengue noch chikungunya. Beschermende maatregelen
tegen muggenbeten vormen ook hier weer de hoeksteen van de preventie. Beschermende maatregelen
tegen muggenbeten zijn vooral van belang in geval van een lokale epidemie. De overbrengende Aedes-mug
steekt vooral in de voormiddag (vooral van + 9u - 11u), en in de namiddag tot voor zonsondergang
(vooral van + 13u - 17 u).
Bij gebruik van zonnebrandcrèmes en insectenrepellents op basis van DEET blijkt volgens studies dat
DEET de werkzaamheid van de zonnecrème vermindert, maar dat zonnecrème geen negatieve invloed
heeft op de werkzaamheid van DEET. Daarom wordt aangeraden om een zonnecrème te kiezen met
hogere beschermingsfactor, de repellent boven de zonnebrandcrème aan te brengen en bovendien
bijkomende beschermingsmaatregelen tegen UV te voorzien.
Morgen woensdag varen we nog 10 mijl naar Prickley Bay. Daar gaat de Saybia voor een paar maanden op het droogdok. Even rusten na het zware seizoen. We hebben uiteindelijk meer dan 5000 mijlen gevaren, en genoten. Zoals eerder vermeldt, veel wind, golven, maar ook dat wendt. We hebben genoten en veel genoten, vooral de laatste tochten waren toppers op gebied van zeilen. We zijn uiterst tevreden van onze boot, de diepstekende kiel geeft ons zoveel zeilplezier, we kunnen heel diep gaan met de zeilzetting. Later zetten we nog een paar foto's van hoe de Saybia nu helemaal uitgekleed wordt. Alle zeilen gaan eraf, zonnetenten, enz, Mazouttanks worden gevuld, dit om bacteries tegen te gaan. Watertanks leeg en uitgedroogd. Op naar een volgend avontuur.
Meteen doorvaren Geen tussenstop meer maar een laatste tocht rechtstreeks naar Grenada, ongeveer 70 mijl. Onze boot was niet te stoppen, met pieken van meer dan 10 knopen, bijna 20 km per uur, en dat puur op de wind. Als wij geen groene rakkers zijn,... In de namiddag in port Louis aangekomen, al naar gewoonte midden in een plensbui, waarbij we bijna de neus van de boot niet meer zagen. We hebben de laatste 5 dagen bijna 300 mijl afgelegd met een gemiddelde snelheid van 8 knopen. Een ander merkwaardigheid is de temperatuur, we zijn nu genaderd op 12° NB van de evenaar, ongeveer nog een 1000 km, en dat voel je, het wordt hier zomer en de hitte is onverbiddelijk. We krijgen het kwik binnen in de de boot niet meer onder de 32°. Meestal overdag is het rond de 34 a 35°. Wel iets teveel van het goede, slapen wordt lastig. Ook de muggen worden vervelend. Wat de mugjes betreft,... Je weet ze prikken, zoemen, jeuken, maar dat is allemaal niets met het risico dat je hier loopt. Hier zijn besmette muggen met een virus, Dinghe of Chikungunya. Word je gebeten door een mug met het Dinghe virus, dan krijg je na een tijdje dezelfde symptomen van een griep, maar dan veel erger, zware koorts , pijnlijke gewrichten, enz,.... Dit duurt ongeveer een 3 weken, zwaar ziek. Het andere virus, Chikungunya begint met dezelfde symptomen, maar dan nog eens erger, bewegen gaat moeilijk door de gewrichtspijnen en het gaat met opstoten, soms voel je je iets beter en dan weer een aanval,.... Deze kan maanden, jaren aanslepen.Het is ook niet zeldzaam, in onze kleine vriendenkring hier kennen we al drie gevallen, 1 van Dinghe en 2 van Chigungura.Remedies of inentingen bestaan niet, zorgen dat je niet wordt gebeten,...Alleen muggen die overdag vliegen kunnen het virus dragen en in de nabijheid van zoet water.Dus je niet laten bijten.We gaan nu op zoek om veilig plekje voor de Saybia om het stormseizoen te overbruggen.
Om duimen en vingers af te likken. We vertrekken om 5h30 in de morgen en 42 mijl later om 11 h liggen we terug vast in Marigot Bay. Waanzinnig met topsnelheden van 10 knopen, ongeveer 18 km/h. Echt genieten, de Saybia loopt als een trein. Dit is de laatste plaats die we in de heenreis ook hebben bezocht. Maar, het voelt anders aan, het is hier einde van het seizoen, waar zijn al die boten van deze winter heen??? Een deel vaart terug naar Europa, een deel vaart door Panama, de Pacific op, en een deel zoals wij vaart weg van het stormgebied. Maar zelfs een maand van tevoren is het hier overal leeg, restaurants sluiten de deuren, charterboten liggen er verlaten bij, . Morgen varen we door naar Bequai, een klein eilandje, waar de tijd is blijven stil staan. daar hopen we een dagje te blijven, het is er typisch, de mensen zijn er vriendelijk, je voelt je er welkom. Ik moet er zeker een dametje bezoeken die vorig jaar voor mij een handtas heeft gestikt in zeilstof, Cindy wil er ook eentje hebben. Daarna varen we door naar Grenada, en daar beslissen we of we de boot in het water laten of voor een paar maanden op het droge zetten. We kiezen voor de veiligste oplossing.
Na een seizoentje zeilen hier rond de eilanden moeten we toch wel toegeven dat 2014 een vrij zwaar zeiljaar was. We zijn nu mei op de vooravond van de zomer hier die gekend staat als een rustige periode voor de wind, maar daar is echt niets van te merken. De wind blaast maar door.
Hoe is het zeilen hier nu in werkelijkheid?
Normaal blaast de Trade Wind hier tussen de 15 à 25 knopen zeg maar tussen de 4 à 6 bft, uit richtingen tussen NE en SE. Je vaart tussen de eilanden van N naar S en omgekeerd. Dus in theorie heb je veel kans op halve wind zeilen, wat DE ideale wind is om optimaal te genieten van het zeilen.
Wat is de praktijk?
De eilanden liggen niet echt op een rechte N/S as, maar liggen in de vorm van een banaan. Komt daarbij dat in het begin van het seizoen de wind hoofdzakelijk NE zit en naar het einde van het seizoen S/E. Meestal vaar je dan begin van het seizoen van S naar N en op het einde van het seizoen omgekeerd.
Dit klinkt misschien ingewikkeld maar dit alleen om te verklaren dat je hier meestal aan de wind zeilt tussen de 30 à 60 graden.
Als je dan 20 à 25 knopen wind hebt is dit al een fors zeiltochtje. Reken daar de oceaandeining bij van 2 a 2,5m.
Wat betekent dit voor de Saybia, we hebben een diepstekende kiel van 3 meter, en een hoge mast van 27 meter, dus een grootzeil met een groot oppervlak. Maakt aan de wind zeilen voor de Saybia een plezier. De diepe kiel daarentegen is hier een nadeel daar we bepaalde pittoreske plaatsje niet kunnen aandoen door te ondiep water.
We steken constant 2 reven ( het reduceren van het grootzeil met ongeveer 30%), en spelen met onze genua om het perfecte zeiloppervlak te creëeren met de huidige wind.
Daar bovenop hebben we de squalls, die zijn zeer lokale kleine onweders, gepaard met veel wind of veel regen of zoals meestal beide samen.
Wij zeilen meestal met zijn tweeën, dus komt er een squall die wind heeft tot 40 knopen, hoeven we enkel maar de genua een stuk op te rollen.
Voor ons vertrek in januari hebben we volledig nieuwe zeilen gemonteerd met meer oppervlak dan de originele, de genua hebben we 30 % groter laten stikken.
Tot nog toe hebben we nog geen uur met volle zeilen kunnen varen.
Ons besluit, we hebben jaren op de Noordzee, de Middellandse Zee en nu op de Oceaan en Caribische zee gevaren. Je legt automatisch je lat hoger hier. Met 6 Beaufort gaat iedereen hier rustig zeilen. Bij 6 Beaufort op de Noordzee blijft 90% van de zeilers rustig in de haven.
Op ons Palmares staan nu ongeveer 75.000 mijlen, verdeeld over de drie bovenvermelde zeeën. Als we moeten kiezen, geef ons maar dit zeilgebied hier, je vaart er het hele jaar door, de zon is steeds van de partij, wind is er altijd, wat verlangt een zeiler al niet meer.
Heel belangrijk hier is dat je zeilmateriaal hier in topconditie is want zeilen touwen en staand wand worden hier maximaal op de proef gezet.
Deze middag om 12 h hadden we er al 47 mijl opzitten. Topsnelheid 9,8 knopen, waanzinnig. Aan de wind met twee reven in het grootzeil, en volle genua. Dit zijn droomzeiltochten, in open zee golven tot 2,5 meter, in de luwte van de eilanden vlakke zee. Ons bootje doet het goed, glijdt door de Caribbean Sea. Morgen iets zwaarder weer, we zien wat het wordt, iedere tocht is een uitdaging. we proberen morgen Saint Lucia aan te doen, zoveel mogelijk zuidwaarts. De nachten zijn kort, we starten telkens vrij vroeg. Maar goed het leven van een zeiler kent geen uurwerk, licht in de dag betekent het zeegat kiezen We klagen niet.
Vandaag dinsdag 20 mei om 5 h s'morgens vertrokken naar Roseau, de hoofdstad van Saint Vincent. Een tocht van 57 mijl. De wind ok, 20 à 25 knopen, maar je kan het al raden, scherp aan de wind, en met een zeegang van 2,5 (golfhoogte) is het toch al een stevig tochtje. Een paar brekers overspoelen het dek wat meteen door de zon droog wordt en het effect krijgt van een licht sneeuwtapijt, opgedroogd zout. Het wordt hier zomer, dus warm, heet. We krijgen de boot binnenin niet meer onder de 30 graden, het kwik stijgt regelmatig boven de 33. Je zweet met alles wat je doet, je zwemt, je doucht om toch maar een beetje koeling te hebben. Slapen wordt lastig, alleen onder de morgen wordt het iets koeler. Liters water gaan er naar binnen om je vochtgehalte op peil te houden. Morgen varen we meteen verder naar Martinique, Fort De France, we varen hier snel door, om twee redenen, we bezochten dit al begin dit jaar en het is niet het mooiste, we zijn beter gewend. Over een paar dagen, meer zuidwaarts gaan we rustig en terug op ontdekking. Waarschijnlijk wordt het een tocht op motor, 48 mijl, goed voor de batterijen.
Bijna niet te geloven maar toch waar, twee weken zonder wifi verbinding, het moet kunnen. vandaar sorry, voor deze late update. Ondertussen hebben we heel wat ontdekt en vooral heel mooie plekjes ontdekt. We hebben onze boot tijdelijk een beetje op rust gesteld en hebben ingescheept op een Catamaran Foutain Pajot 50 feet. Van afwisseling gesproken. We hebben met dit fantastische schip de eilanden rond St Maarten ontdekt, Anguilla, St Barth, Sandy Island, te mooi om te geloven. We zijn vertrokken vanuit Simpson Bay, thé place to be voor zeilers. Simpson Bay is een natuurlijke haven, zeg maar binnenmeer waarin zich verschillende havens bevinden de een al mondainer dan de andere. Megajachten, fantastische zeilboten, een concentratie van al dat moois. Vooraleer je daar vertrekt ga je een pintje drinken in de plaatselijke Heineken bar, een van de op wereldvlak bekendste sailors bar. En ja hier wordt Nederlands gepraat, het is hier een stukje Holland. We zijn vertrokken vanuit Port de Plaisance en hebben de boot een nachtje voor anker gelegd in Simpson Bay, op de achtergrond van deze prachtige baai heb je Marigot Bay, wat meteen een stukje Frankrijk is. De twee zijn gescheiden door een gloednieuwe brug die s'nachts een ware lichtshow weergeeft. De volgende morgen liggen we om 8h30 klaar aan de brug, die dan voor ons open gaat, en ons toelaat onze tocht in dit paradijs te ondernemen. We varen in de wind richting oost naar Ile Fouchure, een mooie stop naar het verder gelegen mondaine St Barth. Ile Fouchure is de middle of no where, een snorkel paradijs, weg van alle drukte, een plaatsje om te ontstressen. Je zwemt hier tussen de schildpadden, die je bijna kunt aanraken. Na een nachtje rustig aan de boei zetten we koers naar Gustavia, de hoofdstad van Sint Barth of Saint Barthelome. Direct weer een contrast, leuke binnenhaven maar bijna iedereen gaat er voor anker tussen een paar eilandjes en wat riffen. Aan land kom je plots in een heel mondain stadje terechte waar je alles heel duur betaald, maar toch geniet je hier van je apero met zicht op de mooie schepen. Saint Barth heeft iets werelds, iedereen die hier op bezoek komt koopt iets wat doet denken aan het eiland, een herinnering aan een plaatsje met mooie herinneringen. De baai biedt ons iets te weinig bescherming om te overnachten, we zetten koers naar Columbier, de noord west kant van St Barth, een verademing, de rust, het geblaat van de geiten, bezorgen ons een fantastische nachtrust. De volgende morgen zetten we koers naar de noordkant van St Maarten met een kleine tussenstop in Tintamare, een eilandje waar je stopt voor het fantastische strand wat het je te bieden heeft. Even zwemmen tussen de roggen, barracuda's, enz, Het noorden van Sint Maarten verkennen we via Gran Case, meteen voel je het "La vie en Douce France". Echt een stukje Frankrijk. We laten de Franse wijnen heerlijk vloeien in "Calmos Cafe", een restaurant echt met je voeten in het zand. Daar echt voel je je in Paradice. De nacht verwerkt onze kater en met een waze blik op oneindig zetten we koers naar Anguilla, een minder bekend eiland, maar heeft heel wat te bieden. Ondermeer het duurste hotel van The Caribbean. We dachten de mooiste stranden te hebben gezien in Antigua, maar wat je hier ontdekt reikt naar iedere verbeelding. We zetten meteen koers naar Road Bay, heel complex om de immigratie papieren in orde te krijgen, maar je krijgt er heel wat voor in de plaats. Je ankert in turquoise blauw water wat je direct uitnodigt om te zwemmen, te snorkelen, enz, We gaan verder op ontdekking, halen s'morgens om 7 h het anker op en varen naar Sandy Island, dit eilandje ligt op een paar mijl van Road Bay. Het enige wat je in de verte ziet zijn een paar palmbomen die lijken in zee geplant. Sandy Island is een rif midden op zee waarachter zich een zandbank heeft gevormd, hoogste punt van het eiland, 1,5 meter. Het aanvaren van dit eiland doe je bij weinig wind, rustige zee en volle zon die schuin op de zeespiegel invalt. Dit laat je toe om door het zonlicht de riffen te zien waartussen je moet doorlaveren om het eilandje te bereiken. Cindy vooraan op de uitkijk om te ondieptes te vermijden. Met het zweet in de handen en op het voorhoofd, deels van de spanning en deels van de stress, meren we aan, laten we de zwemladder vallen en duiken meteen in het water gewapend met snorkel. We wisten echt niet dat er zoveel vissen, kleuren, koraal en planten bestonden. We zijn er stil van. Op het eilandje zelf dat zo groot is als een voetbalveld, is een barretje. Waar nu echt niet aan dachten, was om hier dollars te kunnen spenderen! Moe van het snorkelen genieten we van dit mini eilandje, midden op zee. s'Avonds varen we terug naar Anguilla, Crocus Bay, een heel open baai, op het eerste gezicht, niet onze favoriet, maar ja onze pogen geraken beroven aan al dat moois, dat we niet meer voor minder gaan. Maar eens de dinghi in t'water gegooid, ontdekken we terug een andere wereld, stijle rotsen, exclusieve cactussen, prachtige vogels, ons fototoestel kan bijna het opslaan van onze foto's niet slikken, helemaal iets anders, weer wat moois dat ons geheugen niet meer loslaat. De volgende morgen staat ons een flinke zeiltocht te wachten, van het noorden van Anguila terug naar Simson Bay. Een tiental mijl downwind sailing, met de wind mee, in de luwte van Anguila, dan een tiental mijl halve wind in open oceaan en de laatste mijltjes aan de wind naar onze baai van vertrek, een droom van iedere zeiler. Een mooie Trade wind van 15 a 20 knopen rond deze verkenningstocht rond Sint Maarten helemaal af. Voldaan van al dat moois klaren we terug in Sint Maarten en leggen onze Cata weer netjes in zijn doc. Catamaran zeilen, het is anders, het is een luxe in dit vaargebied. Op naar de volgende avonturen.