Vandaag dinsdag 20 mei om 5 h s'morgens vertrokken naar Roseau, de hoofdstad van Saint Vincent. Een tocht van 57 mijl. De wind ok, 20 à 25 knopen, maar je kan het al raden, scherp aan de wind, en met een zeegang van 2,5 (golfhoogte) is het toch al een stevig tochtje. Een paar brekers overspoelen het dek wat meteen door de zon droog wordt en het effect krijgt van een licht sneeuwtapijt, opgedroogd zout. Het wordt hier zomer, dus warm, heet. We krijgen de boot binnenin niet meer onder de 30 graden, het kwik stijgt regelmatig boven de 33. Je zweet met alles wat je doet, je zwemt, je doucht om toch maar een beetje koeling te hebben. Slapen wordt lastig, alleen onder de morgen wordt het iets koeler. Liters water gaan er naar binnen om je vochtgehalte op peil te houden. Morgen varen we meteen verder naar Martinique, Fort De France, we varen hier snel door, om twee redenen, we bezochten dit al begin dit jaar en het is niet het mooiste, we zijn beter gewend. Over een paar dagen, meer zuidwaarts gaan we rustig en terug op ontdekking. Waarschijnlijk wordt het een tocht op motor, 48 mijl, goed voor de batterijen.
Bijna niet te geloven maar toch waar, twee weken zonder wifi verbinding, het moet kunnen. vandaar sorry, voor deze late update. Ondertussen hebben we heel wat ontdekt en vooral heel mooie plekjes ontdekt. We hebben onze boot tijdelijk een beetje op rust gesteld en hebben ingescheept op een Catamaran Foutain Pajot 50 feet. Van afwisseling gesproken. We hebben met dit fantastische schip de eilanden rond St Maarten ontdekt, Anguilla, St Barth, Sandy Island, te mooi om te geloven. We zijn vertrokken vanuit Simpson Bay, thé place to be voor zeilers. Simpson Bay is een natuurlijke haven, zeg maar binnenmeer waarin zich verschillende havens bevinden de een al mondainer dan de andere. Megajachten, fantastische zeilboten, een concentratie van al dat moois. Vooraleer je daar vertrekt ga je een pintje drinken in de plaatselijke Heineken bar, een van de op wereldvlak bekendste sailors bar. En ja hier wordt Nederlands gepraat, het is hier een stukje Holland. We zijn vertrokken vanuit Port de Plaisance en hebben de boot een nachtje voor anker gelegd in Simpson Bay, op de achtergrond van deze prachtige baai heb je Marigot Bay, wat meteen een stukje Frankrijk is. De twee zijn gescheiden door een gloednieuwe brug die s'nachts een ware lichtshow weergeeft. De volgende morgen liggen we om 8h30 klaar aan de brug, die dan voor ons open gaat, en ons toelaat onze tocht in dit paradijs te ondernemen. We varen in de wind richting oost naar Ile Fouchure, een mooie stop naar het verder gelegen mondaine St Barth. Ile Fouchure is de middle of no where, een snorkel paradijs, weg van alle drukte, een plaatsje om te ontstressen. Je zwemt hier tussen de schildpadden, die je bijna kunt aanraken. Na een nachtje rustig aan de boei zetten we koers naar Gustavia, de hoofdstad van Sint Barth of Saint Barthelome. Direct weer een contrast, leuke binnenhaven maar bijna iedereen gaat er voor anker tussen een paar eilandjes en wat riffen. Aan land kom je plots in een heel mondain stadje terechte waar je alles heel duur betaald, maar toch geniet je hier van je apero met zicht op de mooie schepen. Saint Barth heeft iets werelds, iedereen die hier op bezoek komt koopt iets wat doet denken aan het eiland, een herinnering aan een plaatsje met mooie herinneringen. De baai biedt ons iets te weinig bescherming om te overnachten, we zetten koers naar Columbier, de noord west kant van St Barth, een verademing, de rust, het geblaat van de geiten, bezorgen ons een fantastische nachtrust. De volgende morgen zetten we koers naar de noordkant van St Maarten met een kleine tussenstop in Tintamare, een eilandje waar je stopt voor het fantastische strand wat het je te bieden heeft. Even zwemmen tussen de roggen, barracuda's, enz, Het noorden van Sint Maarten verkennen we via Gran Case, meteen voel je het "La vie en Douce France". Echt een stukje Frankrijk. We laten de Franse wijnen heerlijk vloeien in "Calmos Cafe", een restaurant echt met je voeten in het zand. Daar echt voel je je in Paradice. De nacht verwerkt onze kater en met een waze blik op oneindig zetten we koers naar Anguilla, een minder bekend eiland, maar heeft heel wat te bieden. Ondermeer het duurste hotel van The Caribbean. We dachten de mooiste stranden te hebben gezien in Antigua, maar wat je hier ontdekt reikt naar iedere verbeelding. We zetten meteen koers naar Road Bay, heel complex om de immigratie papieren in orde te krijgen, maar je krijgt er heel wat voor in de plaats. Je ankert in turquoise blauw water wat je direct uitnodigt om te zwemmen, te snorkelen, enz, We gaan verder op ontdekking, halen s'morgens om 7 h het anker op en varen naar Sandy Island, dit eilandje ligt op een paar mijl van Road Bay. Het enige wat je in de verte ziet zijn een paar palmbomen die lijken in zee geplant. Sandy Island is een rif midden op zee waarachter zich een zandbank heeft gevormd, hoogste punt van het eiland, 1,5 meter. Het aanvaren van dit eiland doe je bij weinig wind, rustige zee en volle zon die schuin op de zeespiegel invalt. Dit laat je toe om door het zonlicht de riffen te zien waartussen je moet doorlaveren om het eilandje te bereiken. Cindy vooraan op de uitkijk om te ondieptes te vermijden. Met het zweet in de handen en op het voorhoofd, deels van de spanning en deels van de stress, meren we aan, laten we de zwemladder vallen en duiken meteen in het water gewapend met snorkel. We wisten echt niet dat er zoveel vissen, kleuren, koraal en planten bestonden. We zijn er stil van. Op het eilandje zelf dat zo groot is als een voetbalveld, is een barretje. Waar nu echt niet aan dachten, was om hier dollars te kunnen spenderen! Moe van het snorkelen genieten we van dit mini eilandje, midden op zee. s'Avonds varen we terug naar Anguilla, Crocus Bay, een heel open baai, op het eerste gezicht, niet onze favoriet, maar ja onze pogen geraken beroven aan al dat moois, dat we niet meer voor minder gaan. Maar eens de dinghi in t'water gegooid, ontdekken we terug een andere wereld, stijle rotsen, exclusieve cactussen, prachtige vogels, ons fototoestel kan bijna het opslaan van onze foto's niet slikken, helemaal iets anders, weer wat moois dat ons geheugen niet meer loslaat. De volgende morgen staat ons een flinke zeiltocht te wachten, van het noorden van Anguila terug naar Simson Bay. Een tiental mijl downwind sailing, met de wind mee, in de luwte van Anguila, dan een tiental mijl halve wind in open oceaan en de laatste mijltjes aan de wind naar onze baai van vertrek, een droom van iedere zeiler. Een mooie Trade wind van 15 a 20 knopen rond deze verkenningstocht rond Sint Maarten helemaal af. Voldaan van al dat moois klaren we terug in Sint Maarten en leggen onze Cata weer netjes in zijn doc. Catamaran zeilen, het is anders, het is een luxe in dit vaargebied. Op naar de volgende avonturen.
Veel te lang op een zelfde plaats is niet goed voor boot en bemanning. De boot gaat al snel op een huis lijken, daarmee bedoelen we dingen staan niet meer zeilvast, ons onderwaterschip krijgt een lange baard, aangroei, en de bemanning, wijzelf worden landrotten. Tijd om te zeilen. Om de hurricane zone te verlaten moeten we richting zuid, maar dat moet slechts voor eind juni gebeuren, dus er is nog tijd. Vandaar dat we toch beslissen om eerste nog noord te varen om een en ander te gaan verkennen. Het doel is St Maarten en alles wat er rond ligt, Sint Barth, het mondaine eiland, Anguilla, Saint Ktihs, . Heel wat de ontdekken dus, .De afstand ongeveer 200 mijl. In dit vrij kleine gebied zijn 4 nationaliteiten, een Frans departement, Nederlands, Engels en Amerikaans. Dus weer goochelen met verschillende munten, in en uit klaren, enz,...
Het weer Al een paar dagen geen update. Schuld is het weer, de regent valt hier met bakken uit de lucht. Het was een veel besproken item, de Caribbean zuchten onder de droogte. Maanden geen echte regen gekend. Maar hier tijdens de fel gevierde paasdagen is de schade al goed ingehaald. Regen kan hier uren aan een stuk striemen, onmogelijk op enige buiten activiteit. Voor de locals komt de regen als een geschenk uit de hemel. Water was al een paar weken gerantsoeneerd, een dag per week, 24 uur geen water uit het kraantje. Maar de regen komt volledig op het verkeerde moment. Het is hier de gewoonte dat tijdens de heilige dagen de stranden open staan om te kamperen. Dit wordt in grote getale gedaan. Stranden zijn dicht bezaaid met tenten of wat er ook moet voor doorgaan. Een grote familiale gelegenheid. Honderden BBQ's roken elkaar onder. De maaltijd hier met deze dagen, landkrabben. Inderdaad op diverse plaatsen tijdens een wandeling, gewoon aan de kant van de weg kom je ze tegen, krabben die gewoon op land leven, in holen de grote van een konijnepijp. Het zijn vrij griezelige dieren ter grote van een handpalm, lekker? De kruiden waarmee ze bereid worden maken ze heel smakelijk. Zo heeft iedereen zijn gewoontes om pasen te vieren, krabben ipv paaseieren. Misschien heeft de gemiddelde temperatuur van 30º er iets mee te zien.
Eventjes de kajuit van onze boot ingeruild voor een echte slaapkamer met breed bed bij onze vrienden. Terug zien van onze franse vrienden betekent meteen ook feestjes bouwen, maar ook de mooiere plekjes ontdekken op het eiland hier. Het voordeel van mensen te kennen die hier wonen is dat je de achterkant van een streek ontdekt, plekjes waar toeristen niet komen. Je leert ook hoe je hier toch kan leven aan aanvaardbare prijzen. Groenten en fruit kosten hier al gauw tussen de 3 en 7 euro per kilogram. Met hen hebben we marktjes bezocht waar alles voor minder dan een euro te krijgen is. Kleine lokale kwekers die hun waren rechtstreeks aanbieden, super sappig fruit en heerlijke plaatselijke groenten. Verder bezoeken we smalle kreekjes aan de noord en de oost kant van het eiland, meestal heb ja daar geen leuke stranden wegens te hoge golven. Bepaalde strandjes blijken toch beschermt door riffen. Leuk vertoeven. Een paar dagen gaan snel voorbij, en de tijd is terug aangebroken om het wat soberder aan te doen om onze organen terug de gelegenheid te geven om op hun plooi te komen.