de winter is begonnen maar houdt zich gedeisd: zachte temperaturen, hevige windvlagen
een aantal gedachten tekenen zich af, een afwegen van de feiten die ons gescheiden samen leven met zich mee brengen -gisterenavond een cynisch en wrokkig tekstberichtje van haar om het nieuwe jaar in te luiden, het was een steek in mijn hart te merken dat ze zoveel wrok koestert. Kan ik daar zo dicht op blijven leven? -de onwennigheid van alleen te bewegen in de stad, geruime tijd zonder veel woorden, temidden van andere mensen, gelukkige koppels te zien,... maar toch een te-vreden-heid kunnen voelen in het één-zame zijn -de gezellig brandende tegelkachel die in de winter het hart van het huis is, is minder aantrekkelijk voor mij als zij, ingekapseld in zichzelf, in de zetel TV ligt te kijken; die kachel is het eerste dat ik laten bouwen heb in ons huis, temidden het zand en de ruwbouw van de verbouwing, er zit een stukje ziel van me in. Kan ik die ruimtes aan haar laten? Alles loopt nog door mekaar, er is (nog)geen ruimtelijke scheiding gemaakt. Zelfs de kamer waar ik nu slaap, loopt ze binnen als ze 't denkt. De ruimte die als living claim, wordt steeds weer volgestouwd met gewassen kledij. -de afwezigheid van de kinderen vandaag, ten dele door de situatie? ze vliegen natuurlijk ook uit, maar er is ook niet echt een warme en gezellige thuis om naar toe te gaan is die er eigenlijk in 't verleden geweest voor onze kinderen?